Naamloos document-2 PDF
Document Details
Uploaded by MeticulousCrimson
Erasmus Universiteit Rotterdam
Tags
Summary
This document is about Dutch law and legal concepts, such as types of regulations and legal elements.
Full Transcript
e verordening Wet= regeling die wordt vastgesteld door de hoogte wetgever (regering, eerste en tweede kamer samen). Algemene maatregel van bestuur (AMvB)= bevat algemene verbindende voorschriften voor de regering. Is nodig om algemene regels nader uit te werken. Ministeriële regeling= wordt gemaakt...
e verordening Wet= regeling die wordt vastgesteld door de hoogte wetgever (regering, eerste en tweede kamer samen). Algemene maatregel van bestuur (AMvB)= bevat algemene verbindende voorschriften voor de regering. Is nodig om algemene regels nader uit te werken. Ministeriële regeling= wordt gemaakt door de minister die door de AMvB is aangewezen om die regeling te maken. Totstandkoming wetten 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Voorbereiding wetsvoorstel aan het ministerie Voorstel bespreken in de ministerraad Raad van state komt met een advies Voorstel naar de tweede kamer De tweede kamer gaat over het voorstel stemmen Het voorstel gaat na goedkeuring van de tweede kamer naar de eerste kamer. Na goedkeuring wordt het voorstel ondertekend door de koning en de minister president. 8. De treed in werking op moment van publicatie. Departementale voorbereiding= bestaat uit artikelsgewijze toelichting, waarom een wetsartikel veranderd /ingestemd moet worden. Speciale juristen vanuit het ministerie gaan aan de slag met het opstellen van de wet. Bestaat uit stap 1 t/m 4 Parlementaire behandeling= de behandeling in de tweede kamer en de behandeling in de eerste kamer. Het voorbereidend onderzoek wordt gedaan door een speciale kamer commissie. Die Gedownload door Serra Sinem Yiri ([email protected]) lOMoARcPSD|30896871 commissie bestaat uit Kamerleden van iedere fractie. De commissie brengt schriftelijk verslag uit, waarna de minister reageert. Hierna vindt de openbare behandeling plaats. In de eerste kamer is er ook een kamer commissie, daar loopt het precies hetzelfde. Stap en 6 Bekrachtiging en bekendmaking= de koning bekrachtiging vindt plaats onder verantwoordelijkheid van de betrokken ministers en ook medeondertekend door hen. De minister van veiligheid en justitie is verantwoordelijk voor het bekendmaken van de wet door middel van plaatsing van de wet in het staatsblad. Stap 7 en 8 Wet in formele zin= als de hele procedure (hierboven) is doorlopen. Is tot stand gebracht door de regering en de state generaal gezamenlijk. Wet in materiële zin= besluiten van de daartoe bevoegde organen die algemeen verbindende voorschriften bevatten en hoeven niet noodzakelijk afkomstig te zijn van de regering en de staten. generaal gezamenlijk (ministeriële regeling en AMvB). Ook door provincies en gemeentelijke verordeningen. Attributie= bevoegdheid om een wet in materiële zin te maken door een orgaan wat een eigen gezag en eigen verantwoordelijkheid uitoefent (minister). Het wordt overgedragen. Delegatie= als een orgaan zijn bevoegdheid overdraagt aan een ander orgaan. Het overdragende orgaan stelt dan wel grenzen aan de overgedragen bevoegdheid vast. Binnen bepaalde grenzen mag er een wet worden gemaakt. Subdelegatie= als een orgaan door delegatie wetgevende bevoegdheid heeft gekregen, deze bevoegdheid weer overdraagt aan een ander orgaan. Onderdelen Burgerlijk recht Persoonlijkheidsrecht: zoals recht op naam. o Relevant voor patiëntenrechten i.v.m vertegenwoordiging van patiënt (minderjarig, curatele, mentorschap, onderbewindstelling) Familierecht: recht op ouderlijk gezag Erfrecht Recht inzake rechtspersonen (BV, NV, stichting, vereniging). Rechtspersonen hebben statuten, dat zijn een soort wetten voor die rechtspersonen. Zakelijke rechten: eigendomsrecht (niet relevant) Verbintenissenrecht (overeenkomsten) Bijzondere overeenkomsten: huur, gbo, consumentenkoop, WGBO Bijzondere samenwerkingscontracten. Toerekenbare tekortkoming= wanprestatie Causaal verband= een gebeurtenis is het directe gevolg van een andere gebeurtenis. Rechtsfeit= het recht knoopt aan een feit rechtsgevolgen vast. Rechtshandeling= een rechtshandeling vereist een op een rechtsgevolg gerichte wil die zich door een verklaring heeft geopenbaard. Overeenkomst= bijzonder type rechtshandeling. Komt tot stand door een aanbod en de aanvaring. De overeenkomst moet bepaalbaar zijn (meetbaar/omschrijf baar). Vertrouwensbeginsel= bescherming van goede trouw, de wederpartij mag op schijn afgaan Wilsgebreken Bedrog Dwang Misbruik van omstandigheden Bedreiging Vernietigbaar= rechtshandeling bestaat, maar de partij kan met beroep op wilsgebrek de rechtshandeling terugdraaien; bij wilsgebrek en handelingsonbekwaamheid. Nietigheid= de rechtshandeling heeft nooit bestaan. Gevolgen vernietigbaar en nietigheid rechtsgevolgen worden teruggedraaid Gedownload door Serra Sinem Yiri ([email protected]) lOMoARcPSD|30896871 Handelingsonbekwaam 1. 2. 3. 4. 5. Iemand met een tijdelijke of permanente stoornis van zijn geestelijke vermogens Minderjarigen Curatele; meerderjarige onder voogdij Mentorschap Wilsonbekwaamheid= vermogen om te beslissen over je eigen lichaam en geest Ingrediënten overeenkomst 1. Wil van de persoon 2. Gerechtvaardigd vertrouwen wederpartij 3. Omstandigheden van het geval 4. Billijkheid (eerlijk) en redelijkheid 5. Eventuele belangen van een derde partij Toelatingsovereenkomst= gaat over artsen die werken in maatschapsverband, vrij gevestigde artsen. Overeenkomsten tussen ziekenhuis en artsen. Medewerkers- of zorgovereenkomst= overeenkomst tussen zorgverzekeraar en zorgaanbieder. Bijvoorbeeld over de kwaliteit die geleverd wordt. Zorgverzekeringswet beheert deze relatie. Verzekeringsovereenkomst= zorgverzekeraar met particulier. Acceptatieplicht en basispakket die geregeld staat in de zorgverzekeringswet. Maatschap is geen rechtspersoon, artsen zijn dus individueel aansprakelijk. Vrij gevestigde artsen zijn niet beschermd door hun werkgever zelf aansprakelijkheidsverzekering afsluiten. Draagmoederschap= niet juridisch afdwingbaar Grondrechten in de zorg Gelijke toegang tot zorg Voorrang op de wachtlijst (gelijkheidsbeginsel) Vrije artsenkeuzen en contracteervrijheid zorgverzekeraars Privacy en camera’s Zelfbeschikking en waardigheid menselijk leven Vorderingen in het civiele recht (medische fouten, mislukte sterilisatie, wachtlijst, schending privacy) Aansprakelijkheid voor fouten van een instelling Aansprakelijkheid voor fouten van een hulpverlener Aansprakelijkheid voor hulppersonen KERN civiel rechtelijke aansprakelijkheid: schade, met als doel compensatie Toerekenbare tekortkoming (6:74) er is sprake van een overeenkomst Onrechtmatige daad (6:162) er is geen overeenkomst (bijvoorbeeld schade aan een auto) Vereisten civielrechtelijke schadevergoeding 1. Er is een wettelijke basis 2. Er is schade in de zin van civiel recht 3. Er is een causaal verband tussen grondslag en de schade 5 entiteiten rechtspraak Het concrete conflict situatie-analyse De achtergrond wat kun je verwachten, bijvoorbeeld hoe goed de arts is en hoe goed de patiënt medicijnen neemt. De rechtsregels Rechtsbeginselen bijvoorbeeld principe van hoor en wederhoor Billijkheid en redelijkheid Grondslag schuld- risicoaansprakelijkheid Gedownload door Serra Sinem Yiri ([email protected]) lOMoARcPSD|30896871 Op basis van onzorgvuldigheid (schuld/fout/verwijtbaarheid) Op basis van risico Product deugt niet Resultaatverbintenis= de aanbieder heeft een resultaat beloofd, maar dat is niet bereikt. Schuldverbintenis= het resultaat wordt niet gegarandeerd, alleen op basis van inspanning. Werken als goed hulpverlener. 4 vormen van schade 1. Vermogensschade 2. Immateriële schade (pijn geleden, amputeren verkeerd lichaamsdeel, operatie is fout gegaan) wordt gecompenseerd met smartengeld. 3. Toekomstige schade (bijvoorbeeld missen carriére) 4. Overige vormen van schade Onzorgvuldig handelen dat indruist tegen hetgeen mij. Medisch onzorgvuldig gebrekkig informeren en handelen is strijd met beroepsstandaard. Er is geen sprake zijn van vrije marktwerking in de gezondheidszorg, omdat in de gezondheidszorg niet wordt voldaan aan de 4 voorwaarden voor perfecte marktwerking. Daarom is er sprake van gereguleerde marktwerking. Autoriteit consument en markt (ACM) ziet toe op eerlijke concurrentie Nederlandse bank (DNB) zie erop toe dat zorgverzekeraars genoeg geld in kas hebben om aan hun verplichtingen te voldoen (solvabel genoeg) Inspectie gezondheidszorg en jeugd (IGJ) ziet toe op de kwaliteit van de gezondheidszorg De Nederlandse zorgautoriteit (NZA) heeft breed takenpakket, in de curatieve zorg letten ze erop dat iedereen de regels van de zorgverzekeringswet naleeft. Zorginstituut Nederland (ZIN) geeft advies aan de minister over welk pakket voor het basispakket gekozen moet worden. Vereveningsbijdrage= de bijdrage die de zorgverzekeraars krijgen vanuit het fonds. Dit wordt bepaald door te kijken naar hoeveel risico’s de zorgverzekeraars hebben (risicobijdrage). Gedownload door Serra Sinem Yiri ([email protected]) lOMoARcPSD|30896871 Concurrentiemodaliteiten Concurrentie op de markt directe onderlinge concurrentie om de gunst van consumenten, er is vrije keuze voor consumenten. Dus bedrijven moeten concurreren om consumenten te trekken. Concurrentie om de markt concurrentie vooraf om concessie. Er is geen directe onderlinge concurrentie. De concurrentie speelt zich vooraf af. Wie krijgt het recht om een bepaald product/dienst in een bepaalde periode op een bepaalde plek aan te bieden. Hierin worden prijs en kwaliteit meegenomen. Concurrentie door vergelijking er is dan geen echte concurrentie, maar concurrentie wordt gesimuleerd/nagebootst. Benchmarking; vergelijking door prestaties van verschillende bedrijven te vergelijken. Maatstafconcurrentie; vergelijking door prijs en prestatie Gereguleerde marktwerking is ingesteld door kabinet Balkenende || Zorgverzekeringwet Invoering wettelijk verplichte basisverzekering (1 januari 2006) Gereguleerde concurrentie zorgverzekeraars o Acceptatieplicht o Verbod op premiedifferentiatie o Uniform basispakket o Zorg plicht: natura (recht op zorg) v. restitutie (recht op vergoeding) o Doel= concurrentie op nominale premie en zorginkoop Prikkels kritisch zorg in te kopen namens hun verzekerden. bij doelmatigheid en kwaliteit via zorginkoop, verzekeraars hebben als doel om Als verzekeraars niet op de kosten zouden letten, wie zouden dat dan wel doen? Hoe meer transparantie op de zorgverzekeringsmarkt. Hoe groter de concurrentie. Als verschillen onderling klein zijn dan wordt de concurrentie groter. Daarom is transparantie belangrijk, omdat mensen anders niet weten wat ze moeten kiezen. Verzekeraars hebben veel macht waardoor ze bepaalde zorg kunnen afdwingen bij aanbieders, maar door de zorgverzekeringswet kan dat niet omdat verzekeraars een zorgplicht hebben. Als een zorgaanbieder dan geen contract afsluit, dan voldoen ze niet aan hun zorgplicht. Gereguleerde marktwerking tot een succes in de gezondheidszorg: Keuzevrijheid verzekerde Transparantie en consumenteninformatie Financiële prikkels tot doelmatigheid Betwistbare markten Contactvrijheid Effectief mededegingsbeleid Kruissubsidies zonder prikkels tot risicoselectie Geen liftergedrag Effectief toezicht op kwaliteit zorg Gegarandeerde toegang tot basiszorg Kostenbeheersing, want anders... Hogere premies stijging collectieve lastendruk Meer beroep op solidariteit Overige collectieve uitgaven komen onder druk te staan Nominale premie= rekenpremie + opslagpremie Rekenpremie wordt door de minister van VWS vastgesteld Opslagpremie stelt elke verzekeraar zelf op om kosten van de organisatie te dekken Gedownload door Serra Sinem Yiri ([email protected]) lOMoARcPSD|30896871 Zonder kwaliteitstransparantie... Verschraling van kwaliteit Patiënten kunnen niet goed kiezen Verzekeraars kunnen hun inkooprol niet waarmaken Risicoverevening= compensatie voor alle goed en slechte risico’s waarmee rekening wordt gehouden met het risicoprofiel. Dit voorkomt dure en slechte risico’s. Effectief mededing beleid zorgt ervoor dat staat er goede kwaliteit tegenover de juiste prijs en wordt ervoor gezorgd dat er geen machtsposities ontstaan. Hoe werkt marktwerking in de zorg? Zorgvragers zijn verplicht zich te verzekeren met een basispakket, ze betalen premie aan de zorgverzekeraars. Zorgverzekeraars kopen deze zorg in bij de zorgaanbieders en deze aanbieders bieden dan weer zorg aan de zorgvragers. 5.2-5.3-5.5-5.6 Kennisclip wlz en CAK Wet langdurige zorg= betaal je een deel zelf (eigen bijdrage). Als je bijvoorbeeld permanent in een rolstoel zit. Ciz beoordeelt of je zorg kunt krijgen. Kennisclip wmo Wet maatschappelijke ondersteuning zorgt bijvoorbeeld voor vervoer of Zorgkantoren krijgen via een fonds, zorgverzekeraar via de bijdrage van de burgers. Modellen van agendavorming modellen zijn behulpzaam, maar het zijn wel maar deelverklaringen 1. Kloofmodel ernst van het probleem staat centraal a. Afstand tussen wens en werkelijkheid 2. Barrièremodel Verklaart waarom sommige problemen te laat worden aangepakt. Een probleem doet zich voor maar moet een aantal barrières overwinnen. Het probleem kan daardoor ook sneuvelen. Men moet zich bewust zijn van het probleem en het moet omgezet worden naar eisen. Plaatsing op de publieke agenda plaatsing op beleidsagenda plaatsing op besluitvorming agenda plaatsing op uitvoeringsagenda. 3. Het relatieve aandacht model aandacht voor een probleem kan verslappen, omdat andere problemen zich aanbieden. 4. Het verbroken evenwichtsmodel er zijn te veel problemen om door één beleidsactor in de gaten te houden. Op welke beleidsagenda komt het probleem op de agenda? 5. Het stromenmodel (kingdon) onverwachte gebeurtenissen waarin de 3 stromen bij elkaar komen a. Problemen ● Beschikbare oplossingen ● Politieke gebeurtenissen Rationaliteit een beleid moet kloppen Gedownload door Serra Sinem Yiri ([email protected]) lOMoARcPSD|30896871 Waardenrationaliteit; sluit het onderwerp aan bij waarden die centraal staan in een breder beleid Causale rationaliteit; gaat dit helpen of niet? Gaat het eventueel neveneffecten veroorzaken? Doelrationaliteit; zijn middelen, kosten en baten in het beleid. Hoeveel gaat het kosten en wat levert het op. Legitimiteit een beleid moet aanvaardbaar zijn Politieke legitimiteit; is er draagvlak in de politiek? Maatschappelijke legitimiteit; is er draagvlak in de samenleving en bij andere betrokken? Beleidsinstrument datgene dat een beleidsmaker gebruikt of kan gebruiken om een bepaald doel te bereiken. Juridisch beleidsinstrument: de zweep (metafoor voor het juridisch beleidsinstrument) o Schrijft normen voor ongewenst en gewenst gedrag voor. Heeft een dwingend karakter en er kan controle en toezicht op worden uitgeoefend. o Voorbeelden: wetgeving, vergunningen, aanwijzingen Economisch beleidsinstrument: de wortel (metafoor je houdt de wortel voor in de hoop dat iemand bepaald gedrag gaat vertonen) o Financieel. Het levert je wat op. Financiële consequenties worden gebonden aan gedrag. Je wil gewenst gedrag belonen en ongewenst gedrag straffen. o Voorbeelden: subsidies, prijsbeleid, sigaretten duurder maken, belasting heffen, premiekortingen Communicatief beleidsinstrument: de preek o Verschaffen van informatie, mensen inlichten en dan hopen dat ze de juiste keuzen maken. Als je bepaald gedrag gaat voorlichten en dan hopen dat mensen dat niet gaan doen o Voorbeeld: voorlichting op school over alcoholgebruik Fysiek beleidsinstrument: het betonblok o Materiele ingrepen die je in de omgeving doet om bepaald gedrag te stimuleren. o Voorbeeld: verkeersdrempel, fietspaden met paaltjes Nudging als beleidsinstrument Waarom beleidsevaluatie? Beoordelen van kosten, bate (en effecten) van beleid Beleid en uitvoering liggen soms ver uit elkaar Leren van de praktijk -> verbeteren Afleggen van verantwoording aan verschillende publiek Beoordelen van beleid en beleidsmakers: 'afrekenen’ Afweging of beleid moet worden voortgezet Typen beleidsevaluatie Tijd o Ex ante (vooraf) o Ex durante (tijdens) o Ex post (na) Naar inhoud, effecten en proces Naar doelstellingen Formatief, op verbetering gericht summatief Evaluatiecriteria doelen Gedownload door Serra Sinem Yiri ([email protected]) effecten maatstaven type informatie Videoclip bestuursrecht Wie evalueert? 1 Bestuursorgaan, belanghebbende en legaliteitsbeginsel lOMoARcPSD|30896871 Bestuursrecht= is het recht dat de overheid die zich actief bemoeit met de samenleving het daarvoor nodige juridische instrumentarium biedt. Het recht dat de leden van de samenleving invloed op en bescherming tegen diezelfde, zich met hen en hun omgeving bemoeiende overheid moet geven. Algemene wet bestuursrecht (AwB) Bijzondere wetten Waar gaat bestuursrecht over? 1. Geestelijk en cultureel levenspeil 2. Sociaal-economische aangelegenheden 3. Fysieke omstandigheden 4. Veiligheid en openbare orde 5. Intern functioneren van openbaar bestuur 6. Gezondheidszorg Grondslagen bestuursrecht Wetmatigheid van bestuur: de uitvoerende macht bezit uitsluitend die bevoegdheden welke haar uitdrukkelijk door de grondwet of andere wetten zijn toegekend Grondrechten: er bestaan zekere fundamentele mensenrechten die de overheid dient te respecteren. Machtsverdeling: de overheidsbevoegdheden mogen niet geconcentreerd zijn in één hand maar moeten verdeeld worden over verschillende organen die elkaar controleren en in evenwicht houden. Rechterlijke controle: het handelen van de uitvoerende macht kan aan een onafhankelijke rechter worden voorgelegd om te beoordelen of het rechtmatig is. Ad b; procedurele besluitvorming a. De belangrijkste besluiten, vooral de wetten, worden genomen door of met medewerking van een volksvertegenwoordiging die gebaseerd is op vrije, geheime verkiezingen en algemeen kiesrecht. b. De uitslag van de verkiezingen of de bemoeienis van de volksvertegenwoordiging kan leiden tot vervanging van de bestuurders. c. Openbaarheid van bestuur. d. Wie een bijzonder belang heeft bij een bepaalde overheids-maatregel, krijgt extra gelegenheid zijn visie te laten meewegen (inspraak). Zorgvuldigheidsbeginsel: e. Inhoud van de besluiten. Het besluit moet de belangen van de (overstemde) minderheid zoveel mogelijk ontzien, het moet tot zo min mogelijk onvrijheid en ongelijkheid leiden. Videoclip 1. Alles wat de overheid doet moet op wetten gebaseerd zijn. 2. Nieuwe wetten mogen niet met terugwerkende kracht worden toegepast. 4 vormen van besluit: Algemeen verbindend voorschrift (AVV) plaatselijke wetten van de provincie. Besluit van algemene verstrekking (BAS) Beleidsregel a-orgaan= een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld Klassieke bestuursorganen bijvoorbeeld burgermeester en wethouders b-orgaan= een ander persoon of college met enig openbaar gezag bekleed. Legaliteitsbeginsel= Gedownload door Serra Sinem Yiri ([email protected]) lOMoARcPSD|30896871 Beschikking gericht op 1 natuurlijk persoon/ rechtspersoon of een gesloten groep van personen. Besluit= een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publieke rechtshandeling. Beschikking= een besluit dat niet van algemene strekking is, met inbegrip op de afwijzing van aan aanvraag daarvan. Begunstigend; het geeft aanspraken Vrije; bestuursorgaan heeft beleidsvrijheid Gebonden; geen beleidsvrijheid Aflopend duurzaam Aanvraag= een verzoek van een belanghebbende, een besluit te nemen. Beleidsregel= bij een besluit vastgestelde regels. Materiële normen= regels waarin bepaalde verplichting of recht is geregeld Algemene beginselen gelijkheidsbeginsel vertrouwensbeginsel rechtszekerheidsbeginsel verbod van willekeur gelede normstelling wet die nader uitgelegd moet worden mandaat: bevoegdheid om in de naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen Attributie: bevoegdheid is uit de wet toegekend 3 belangrijke vormen van ouderenzorg 1. Ouderenzorg 2. Gehandicaptenzorg 3. Langdurige geestelijke zorg Verzekeringsdekking in Nederland veel ruimer dan in andere landen hierdoor relatief veel formele zorg in zorginstellingen en weinig informele zorg relatief hoge kosten voor langdurige zorg AWBZ (algemene wet bijzondere ziektenkosten) Volksverzekering Risicodrager = overheid Verzekering tegen particulier onverzekerbare risico’s (bijvoorbeeld verpleeghuiszorg) Inkomensafhankelijk en er is sprake van een eigen bijdrage (ook inkomensafhankelijk) o Gestort in een fonds dat later wordt verdeeld Onafhankelijke indicatie door CIZ Regionale zorgkantoren sluiten contracten met aanbieders van zorg om te bepalen wat de prijs van zorg die redelijk is. 6.1-6.2-6.4-6.5 Gedownload door Serra Sinem Yiri ([email protected]) lOMoARcPSD|30896871 Path dependency: eenmaal vastgesteld blijven institutionele regelingen bestaan (institutionele wrijving). Keuzes uit het verleden beïnvloeden de keuzes die nu worden gemaakt. Het is moeilijk om grote veranderingen te maken. Policy learning: “een bewuste poging om de doelen of technieken van beleid aan te passen” als reactie op ervaringen uit het verleden en nieuwe informatie. Leren is aangegeven wanneer beleidsverandering het resultaat is van zo’n proces.” Leren van fouten die gemaakt zijn in het vorige beleid. een corporatistisch beleidsprogramma: iedereen krijgt toegang tot basiszorg en daar zijn geen uitzonderingen op. een etatistisch beleidsprogramma: gericht op kostenbeheersing en controle van de zorg. een marktgericht programma: richtte zich op het verbeteren van de efficiëntie van zorgverleners als individu. Commissie dekker werd ingesteld omdat Voorbeeld wicked problems: klimaatverandering Governance= partijen die bij elkaar komen om met elkaar over een probleem te denken en oplossingen te verzinnen. Omdat ze een aandeel/ bepaald belang hebben bij het probleem. Netwerk governance= We definiëren governance-netwerken als sets van autonoom en toch onderling afhankelijk acteurs (individuen, groepen, organisaties) die zich hebben ontwikkeld duurzame relaties in het bestuur specifieke publieke problemen of beleid programma's.” Inhoudelijke complexiteit= gaat over gebrek aan voldoende kennis met de vraag of die kennis ooit wel volledig zal zijn, omdat die kennis veranderd en onzeker is en dus niet altijd wordt vertrouwd (contested validity) Strategische complexiteit= netwerken zijn autonoom en door gebrek aan hiërarchische relaties kunnen zij hun eigen strategie bepalen. Dit kan uitlopen tot conflicterende strategieën. Netwerkacotren proberen op elkaar te anticiperen wat het gedrag van actoren onvoorspelbaar maakt. Instutionele complexiteit= binnen netwerken worden bepaalde samenwerkingsrelaties gevormd. Om samen tot een netwerk te komen moet je elkaar beter leren kennen en dat je een bepaald doel met elkaar hebt om beleid uit te stippelen, alle partijen zitten daar vrijwillig dus de overheid kan dat niet afdwingen. Er staat wel een bepaald soort vertrouwen doordat je elkaar leer kennen. Wicked problems en netwerk governance gaan gepaard met elkaar, omdat de problemen zo ingewikkeld zijn dat ze niet zomaar opgelost kunnen worden en dat daar meerdere partijen over mee moeten denken. Verschillende expertises en kennisbronnen zorgen voor intelligence response. Gedownload door Serra Sinem Yiri ([email protected]) lOMoARcPSD|30896871 Take home messages: Wicked problems zijn ongestructureerde/ontembare problemen waarbij gebrek aan kennis en aan normatieve overtuigingen (waarden) ertoe leiden dat er geen eenduidige en breed gedragen oplossingen zijn. De overheid is hierbij afhankelijk van andere publieke en private actoren. Netwerk sturing (netwerk governance) vereist onderling vertrouwen en een gedeeld probleemdefinitie en referentiekader, en biedt zowel kansen als dat het tot kritiek leidt Netwerken zijn zowel dynamisch asl gesitueerde, en roepen vragen op over de rol en verantwoordelijkheid van de overheid, wat ook tot verlies van vertrouwen in de overheid kan leiden. 3 typologieën van Anderson Decommodificatie: mate waarin individuen of gezinnen een sociaal aanvaardbare levensstandaard kunnen realiseren onafhankelijk van deelname aan de markt (zonder te werken) Stratificatie: de manier waarop landen via de rechtenstructuur verschillen in de vormgeving van burgerschap. Postindustriële werkgelegenheid: ontwikkeling werkgelegenheid zonder de oude industrie Liberale verzorgingsstaat (Amerika) Doelgroep: Direct behoeftigen (het armste) Minimale voorzieningen, strikte toegangswaarden Sociale voorzieningen zijn heel beperkt, private voorzieningen ruim Alle bevolkingsgroepen hebben hoge arbeidsdeelname. Working poor banen aan het stapelen om een aanvaardbare levensstandaard te krijgen Postindustriële toegankelijkheid is hoog Corporatistische verzorgingsstaat (West-Europa) Sociale verzekeringsstelsel heel dominant. Bestaande stand en klassenverschillen Voorzieningen collectief Ambtenaren speciale positie Grote rol van katholieke kerken Lage arbeidsparticipatie vrouwen Sociaal democratische verzorgingsstaat (Scandinavische landen) Hoog niveau sociale bescherming van alle bewoners Minder werkgerelateerd Verplichte collectieve en loongerelateerde uitkeringen Samengaan welfare en werk: hoge arbeidsparticipatie Niveau collectieve verzekeringen is hoog Postindustriële werkgelegenheid: met name bij overheidsinstellingen Instituties zijn zowel beperkend als vormend: tweeledig. Discussie: wat zijn de capaciteiten van actoren om de instituties te veranderen. Institutionele verandering Exogene schokken, er gebeurt iets wat zo ingrijpend is dat het leidt tot een paradigma verandering. Het gaat dan over samenwerking. Heel plotseling Performance crisis: veelvuldig beleidsfalen leidt tot verandering Institutional layering: nieuwe instituties ‘bovenop’ en ‘naast’ bestaande instituties geplaatst en gaan interfereren. Regulering van medisch specialisten Institutional work; doelbewust handelende actoren beïnvloeden instituties door deze te beschermen, te veranderen of door te vernietigen of zelfs nieuwe instituties te creëren. Gedownload door Serra Sinem Yiri ([email protected]) lOMoARcPSD|30896871 Er zijn 3 fasen van hervorming: 1. Toegankelijkheid ● ● Hierbij is overheid zich ermee gaan bemoeien om de zorg voor iedereen toegankelijk te maken (100 jaar geleden). Eerst was er sprake van armenzorg/ziekenfondsen/welgestelden. Probleem: kosten stijgen moral hazard (winkelen zonder kassa), prijsstijgingen (kostenziekte van Baumol) 2. Kostenbeheersing a. Wet tarieven gezondheidszorg en wet voorzieningen gezondheidszorg 3. Doelmatigheid Ziekenfondsen rond 1900 Opgericht door burgers, werknemers en artsen Geen staatstoezicht Beperkt pakket Verstrekking in natura Nominale premie Ziekenfondsen financieel zelfstandig Beperkt werkgebied Problemen ziektekostenverzekering jaren 70’ Onevenwichtige lastenverdeling Verplichte ZF: geen keuzevrijheid Particuliere ZKV: te veel keuzevrijheid Ondoorzichtig en administratieve rompslomp Onderscheid ZF/particulier als discriminatie ervaren Wijzigingen ziektekostenverzekering jaren 90’ Nominale premie werd ingesteld Financieel risico voor ziekenfondsen ze moesten op de kosten letten, omdat ze er anders zelf voor op moesten draaien verhogen nominale premie en dat is weer een reden voor verzekerden om bij een andere te gaan. Risicoverevening voor fondsen Afschaffen contracteerplicht Er kwamen maximum tarieven ipv vaste tarieven Vrije werkgebieden ziekenfondsen Toelaten nieuwe ziekenfondsen Opheffing vestigingsbesluit huisartsen Zorgverzekeringswet in 2006 verving de oude ziekenfondsverzekering en de particuliere verzekering. De Zvw was er voor de hele bevolking. Kleine stelselwijziging Opheffen bejaarden ZF en vrijwillig ZF WTZ: wet op toegang ziektekostenverzekeringen Wet MOOZ: medefinanciering oververtegenwoordigden oudere ziekenfondsverzekeringen Commissie dekker= stelde gereguleerde concurrentie tussen verzekeraars en zorgaanbieders voor als prikkel voor doelmatigheid in de zorg. Maart 1987. Dit is de basis voor de zorgverzekeringswet van nu. Tot 1941 Vrije ziekenfondsen Gedownload door Serra Sinem Yiri ([email protected]) lOMoARcPSD|30896871 1e fase: toegankelijkheid (tot 1970) 1941-1991 De klassieke ziekenfondsen Risicoloze uitvoerders ZFB/ZFW 2e fase: kostenbeheersing (met behoud van toegankelijkheid), (1970 tot 2000) o PROBLEEM: Verbrokkelde financieringsstructuur, problemen met verzekeringsstelsel, er ontbraken prikkels in de gezondheidszorg voor doelmatigheid 1991-2006 Stille revolutie in ziekenfondsland Zorgverzekeringswet Zorgverzekeringswet Toegankelijkheid o Standaardpakket o Acceptatieplicht voor zorgverzekeraars voor elke polis o Doorsnee premie per polis o Risicoverevening zorgverzekeraars o Zorgplicht voor verzekeraars Financiering o Premie: deel nominaal (18+) deel inkomensafhankelijk (50%) o Verplichte werkgeversbijdrage (inkomensafhankelijk) o Rijksbijdrage van kinderen onder de 18 o Zorgtoeslag o Bestuurlijke boeten voor niet verzekerde Doelmatigheidsprikkels o Vrije keuze van zorgverzekeraar/polis o Zorginkoop door verzekeraars 7.2-7.5-7.6 Doelmatigheidsprikkels patiënt Vrije keuze zorgpolis (o.b.v prijs en kwaliteit) Verplicht/vrijwillig eigen risico Verplichte eigen bijdrage Vergoeding niet-gecontracteerde zorg No claim korting= als je niks declareert dan krijg je €255 terug. Hinderpaalcriterium= de vergoeding voor niet-gecontracteerde zorg mag niet zo laag zijn dat het consumenten hindert om voor niet-gecontracteerde zorg te kiezen. Doelmatigheidsprikkels verzekeraars Stemmen met de voeten door verzekerden, die kunnen elk jaar wisselen van verzekeraar Mate van financieel risico o Financieel risico is nu 100%, verzekeraars onder de zorgverzekeringswet zijn risicodragend als ze aan het einde van het jaar geld tekort komen moeten ze de premie verhogen volgend jaar, als ze overhouden kunnen ze de premie verlagen Risicoverevening Doelmatigheidsprikkels zorgaanbieders Selectieve inkoop Gedownload door Serra Sinem Yiri ([email protected]) lOMoARcPSD|30896871 o Niet alle aanbieders contracteren o Aanbieders onderscheiden zich op doelmatigheid om te worden geselecteerd voor een contract en/of voorkeursaanbieder Financiële prikkels/bekostiging o Waar komen we vandaan? (huisartsenzorg) Tot 2006: twee tegengestelde systemen. Inschrijftarief (capitation) voor ziekenfondsverzekerden, vast bedrag per periode. Consulttarief voor particulier verzekerden Vanaf 2006: 1 gemengd bekostigingssysteem, inschrijftarief + consulttarief Vanaf 2010: keten DBC, niet alleen huisartsenzorg. Zorgaanbieders als groep betalen. Integrale bekostiging chronische zorg. o Waar komen we vandaan? (ziekenhuiszorg) 1983-1995: tegengestelde volumeprikkels. Strikte budgettering ziekenhuizen free-for-service vrijgevestigde specialisten 1995 lumpsums voor specialisten. Geen volumeprikkel voor ziekenhuizen en specialisten 2001: open-einde financiering. Als je het budget overschrijdt krijg je alsnog een vergoeding. Alleen de zorgkosten werden te hoog 2005: DBC-systematiek. Met A-segment (budgettering is leidend). B-segment (vrije segment). 2008: lumpsums zijn afgeschaft. Vrijgevestigde specialisten kregen rechtstreeks honorarium deel van de DBC. De specialisten in loondienst werden betaald door vergoedingen die het ziekenhuis ontving o Waar staan we nu? (huisartsenzorg) 3 segmentenmodel o Waar staan we nu? (Ziekenhuiszorg) 2012: B-segment naar 70% van ziekenhuisomzet en Budgettering A-segment afgeschaft en maximum tarieven. 2015: invoering integrale tarieven, alle kosten van behandelingen worden zelf verdeeld. Specialisten worden niet meer apart gefactureerd. 2018: BHa Knelpunten huidige bekostiging Houdt fragmentatie in stand, frustreert coördinatie Belemmert doelmatige substitutie Ontmoedigt preventie Bevordert overproductie Heeft nog beperkte relatie met kwaliteit Belemmeringen selectieve inkoop Hinderpaalcriterium Keuzevrijheid en wantrouwen Beperkte kwaliteitstransparantie