Samenvatting Cicero's Strijd tegen Marcus Antonius PDF

Document Details

Uploaded by Deleted User

Tags

Cicero Romeinse geschiedenis politiek geschiedenis

Summary

Deze samenvatting beschrijft de historische gebeurtenissen rond de dood van Julius Caesar en de daaropvolgende strijd tussen Cicero en Marcus Antonius. Het document belicht de politieke context en de rol van samenzweerders, evenals het compromis dat werd aangeboden door Antonius.

Full Transcript

**Cicero's strijd tegen Marcus Antonius** **1 Inleiding** - Philippicae : redevoeringen van redenaar en politicus Marcus Tullius Cicero, politieke aanvallen op Marcus Antonius, gepubliceerd na dood Caesar **2 Historische achtergrond** **2.1 De dood van een dictator** - 15 maart 44 v...

**Cicero's strijd tegen Marcus Antonius** **1 Inleiding** - Philippicae : redevoeringen van redenaar en politicus Marcus Tullius Cicero, politieke aanvallen op Marcus Antonius, gepubliceerd na dood Caesar **2 Historische achtergrond** **2.1 De dood van een dictator** - 15 maart 44 v.C (Iden van maart), Theater van Pompeius, Gaius Iulius Caesar, dictator perpetuus (permanent dictator), wordt vermoord door Marcus Brutus, Decimus Brutus en Gaius Cassius Longinus (23 messteken, valt neer voor standbeeld Pompeius : grote vijand) - Antonius: buiten beziggehouden door andere samenzweerder, vluchtte daarna weg - Cicero: niet op de hoogte van plannen, maar vond het een goede daad - Chaos in Rome: gerucht dat senatoren gek waren geworden en iedereen vermoordden. - (Marcus) Brutus probeerde toespraak te houden, maar niemand luisterde - Caesar was populair bij het gewone volk -\> veteranen uit legioenen waren nog veel beloofd, maar nu onzeker, als zij in opstand zouden komen -\> ramp voor Romeinse rijk - Marcus Aemilius Lepidus: magister equitum, had 1 legioen op het Tibereiland -\> partij die Lepidus bemachtigde had voorsprong **2.2 Het plan van de samenzweerders** - Samenzweerders staken met bebloede dolken pomerium (heilige stadsgrens) over en gingen naar het Capitool, wouden dolken offeren aan de goden, iemand had de pileus (vrijheidshoed) op een stok gezet en meegedragen -\> boodschap: republiek is bevrijd van Caesar - Plebs ontving hen niet als grote redders v/d republiek - Samenzweerders hadden geen verder plan na moordaanslag, maar met hulp van Cicero werd Brutus leider van hun nieuwe politieke beweging **2.3 De reactie van Antonius** - Werd niet onmiddellijk achtervolgd, begon hij positie als opvolger van Caesar te verstevigen, hij werd geholpen door anderen uit het Caesar-kamp - Hij kreeg steun van Lepidus (+legioen) en ze gingen een bondgenootschap aan, Antonius stelde Lepidus aan als pontifex maximus (hoogste priester) - Calpurnia hielp Antonius ook financieel (700 miljoen sestertiën) **2.4 Het grote compromis** - Samenzweerders gingen naar huis van Antonius waar Lepidus ook aanwezig was voor overleg, Antonius zegt daar dat hij een officiële senaatszitting zal organiseren (17 maart) - Republikeinen zonden afgezanten naar neutrale senatoren om zoveel mogelijk steun te krijgen -\> meerderheid was voorstander - Lepidus verliet met legioen het Tibereiland en kwam het pomerium (heilige stadsgrens) binnen, soldaten gingen op verschillende belangrijke politiek plaatsen staan - Senaatszitting: Tempel van Tellus, soldaten stonden vlak buiten de tempel, Brutus en andere samenzweerders niet aanwezig uit angst voor hun leven, Cicero wel aanwezig - Senatoren hadden 2 problemen: 1. Wat gebeurde er met de moordenaars : Cicero (+republikeinen) zeiden beloning, Antonius vond van niet, want hij was consul in functie 2. Was Caesar een tiran of niet?: tiran -\> alle wetten van hem werden illegaal -\> veel belangrijke wetten, veel republikeinen hadden hun functie ook van hem gekregen - Antonius had een compromis: wetten blijven erkend en moordenaars kregen amnestie (de moord werd vergeten) -\> Cicero meteen grote voorstander -\> goedgekeurd - Cicero schreef aan vriend Atticus over de compromis: zie tekst pagina 5 - Bekroning van de compromis: grote namen van beide kampen zouden samen dineren, volgens geschiedschrijver Cassius Dio vroeg Antonius Cassius of hij een dolk bijhad, waarop hij antwoorde "ja, een grote, voor het geval jij een tiran wordt **2.5 Caesars testament** - Werd geopend bij Antonius' thuis met enkele Caesarianen 1. 3 maandlonen aan elke mannelijke Romeinse burger 2. Landgoed aan de linkerzijde v/d Tiber geschonken aan de bevolking van Rome dat omgevormd werd tot een publiek park 3. 75 procent werd geërfd door kleinzoon van zijn zus: Gaius Octavius Thurinus (-\> Octavianus/Augustus) 4. 25 procent naar andere achterneven 5. Antonius stond op lijst van secundaire erfgenamen, maar ook bv. Decimus Brutus 6. Caesar adopteerde Octavius als zoon en schonk zijn naam - Antonius voelt zich opzij gezet door Caesar - Octavius wist nog van niks, was zich nog in Illyrium aan het voorbereiden voor Caesars campagne tegen de Parthen **2.6 Friends, Romans, countrymen** - Ondanks tegenslag v/h testament, sloeg Antonius erin zijn invloed in Rome te vergroten op Caesars begrafenis - Ondertitel : begin van de speech van Antonius in tragedie Julius Caesar van Shakespeare (zie bijlage einde document) - Begrafenis was een spektakel : acteurs, muziek, parades, dierenoffers, maar bij Caesar nog meer - Lichaam werd naar het Forum gedragen door veteranen - Soldaat stak een speer met bebloede kleren van Caesar in de lucht vooraan - (op het Forum) lichaam op gouden lijkbaar op een sprekerspodium -\> reeks speeches (geen familie -\> Antonius voornaamste spreker) - Redevoering Antonius: retorisch meesterwerk, vernoemde Caesars verwezenlijkingen op en wees naar het lichaam, viel op zijn knieën richting de tempel van Jupiter en verklaarde wenend dat hij zijn leven zou opgeven voor Caesars - Verschillende senatoren begonnen te protesteren, maar Antonius ging verder - Misericordia caesariana: medelijden van Caesar voor vijanden i/d burgeroorlog (zie tekst p7) - Grote wassen pop werd naar voor gebracht met alle verwondingen van Caesar - -\> woedende menigte bestormde het sprekerspodium - droegen Caesars lichaam naar de Tempel van Jupiter en wouden hem cremeren, maar werden tegengehouden door soldaten van Lepidus - dus gingen ze terug naar het Forum, bestormde de basilicae (gerechts/handelsgebouwen) en begonnen een brandstapel te maken met banken uit de gebouwen voor het lichaam van Caesar en staken het in brand - hysterische scène hierna beschreven door Suetonius in De vita Caesarum (zie p8) **2.7 Inpakken en wegwezen** Begrafenis van Caesar als keerpunt: - begrafenis veroorzaakte chaos in Rome: burgers veroorzaakten rellen, de brandstapel op het Forum richtte grote schade aan gebouwen aan - woedende menigten probeerden de samenzweerders uit hun huizen te sleuren, maar deze hadden zich goed verborgen - als alternatief wilden de menigten de huizen en landgoederen van de samenzweerders in brand steken, maar gewapende wachters verhinderden dit Antonius' nieuwe wet: - Wet goedgekeurd door de senaat om soldaten binnen het pomerium (heilige stadgrens) wapens te laten dragen - 'heilige' regel was nu weg, voor republikeinen kwam dit over als een poging tot staatsgreep Boodschap aan samenzweerders: - Antonius liet Decimus Brutus, Marcus Brutus en Cassius weten dat hij hun veiligheid niet meer kon garanderen - Vermeldde subtiel dat de veteranen hen wou doden, die nu met wapens door de stad mochten lopen Reactie van de samenzweerders: - Decimus Brutus vertrok naar Gallia Cisalpina om zijn positie als proconsul voor te bereiden - Marcus Brutus en Cassius aarzelden even maar verlieten uiteindelijk ook Rome, naar het Italiaanse platteland - Cicero : niet tevreden met beslissing van partijgenoten, stuurde een brief naar Atticus (zie p.9) **2.8 Een 'nieuwe' Caesar?** Ontvangst van het nieuws in Illyricum: - Pas na 10 dagen hoorde Octavius, een 18-jarige jongeman, over de dood van zijn achterneef Julius Caesar. - Op dat moment wist hij niets over de rellen na de begrafenis of Caesars testament. - Sommigen in zijn omgeving adviseerden hem om het bevel over de legioenen in Illyricum te nemen en wraak te nemen op de moordenaars, maar Octavius was voorzichtig. - Hij vreesde dat een invasie van Italië met een leger hem door de senaat als *hostis* (vijand van de staat) zou bestempelen. Terugkeer naar Italië als privaat burger: - Octavius besloot zonder leger naar Italië te reizen om de politieke situatie te peilen. - Onderweg ontving hij talloze brieven waarin hij leerde dat Caesar hem had benoemd tot erfgenaam en officieel had geadopteerd. - Het nieuws overweldigde Octavius, die tot dan toe niet op de hoogte was van zijn nieuwe rol. Advies van zijn naasten: - Zijn moeder drong erop aan dat hij snel naar Rome reisde, maar via zijwegen om moordaanslagen te vermijden. - Zijn stiefvader stelde een pragmatische aanpak voor: het geld accepteren, maar de adoptie weigeren, zodat hij in luxe kon leven zonder politieke problemen. - Octavius koos echter voor ambitie: hij accepteerde zowel de erfenis als de adoptie. Nieuwe identiteit: - Door de adoptie nam Octavius de naam Gaius Iulius Caesar over. Om verwarring te vermijden, noemen historici hem vanaf dit punt Octavianus. - Bij zijn aankomst in Italië gebruikte hij direct de naam Caesar en kreeg hij een warm onthaal van de bevolking in Zuid-Italië. Bericht van zijn komst: - De enthousiaste ontvangst van Octavianus in Zuid-Italië wekte al snel grote aandacht in Rome. - Berichten over Caesars erfgenaam die onderweg was naar de hoofdstad verspreidden zich snel, wat de politieke spanningen verder deed oplopen. **2.9 Ondertussen in Rome...** Antonius en Lepidus versterken hun bondgenootschap: - Na het verdrijven van bijna alle samenzweerders uit Rome beseften Antonius en Lepidus dat een sterk bondgenootschap cruciaal was voor het behoud van het Caesariaanse kamp. - Ze verstevigden hun alliantie door de verloving van Antonius' dochter met Lepidus' zoon, een gebruikelijke politieke strategie in Rome, vergelijkbaar met het huwelijk van Caesar\'s dochter Julia met Pompeius Magnus. Aanstelling van Lepidus als pontifex maximus (hoogste priester): - Antonius benoemde Lepidus tot pontifex maximus door handig een wet te omzeilen die bepaalde dat Caesar's zoon automatisch de functie zou erven. - Omdat Octavianus nog niet in Rome was gearriveerd en zijn erfenis niet officieel had opgeëist, was Caesar bij de benoeming technisch gezien nog kinderloos. Octavianus arriveert in Rome: - In mei 44 v.C. kwam Octavianus in Rome aan, wat meteen spanningen opleverde tussen hem en Antonius. - Antonius deed zijn best om Caesars erfenis bij Octavianus weg te houden: - Hij stelde de vergadering van de *comitia centuriata* (die de erfenis moest goedkeuren) maandenlang uit. - Hij blokkeerde Octavianus' kandidatuur als volkstribuun door te wijzen op diens jonge leeftijd, hoewel dergelijke regels niet strikt werden nageleefd. - Antonius hoopte Octavianus hiermee weg te pesten, maar onderschatte hem. Octavianus' tegenactie en populariteit: - Octavianus gebruikte Antonius' obstakels als kans om zijn imago te versterken. - Hij zwoer bij de goden om Caesars testament uit te voeren, met of zonder Antonius. - Hij verzamelde financiële steun bij Caesar's supporters en fondsen van de afgelaste Parthen-campagne. - Met dit geld: - Betaalde hij de 300 sestertiën aan elke burger, zoals Caesar in zijn testament had beloofd. - Organiseerde hij *munera* (gladiatorenspelen) ter ere van Caesar. - Deze acties maakten Octavianus enorm populair bij het volk, waardoor hij een serieuze politieke speler werd. - Cicero, een belangrijke figuur van het republikeinse kamp, bleef in Rome om via de senaat te strijden tegen nieuwe conflicten. - Hij zag Octavianus' komst als een kans om het Caesariaanse kamp te verdelen en benaderde de jonge erfgenaam. - Voor Octavianus was Cicero's steun en die van de senaat een belangrijke troef tegen Antonius. - De twee ontwikkelden een nauwe band; Octavianus noemde Cicero zelfs "vader" als teken van respect. **2.10 Antonius heeft een plan!** Proconsulaat en controle over legioenen: - De macht in Rome draaide uiteindelijk om wie de controle had over de legioenen, wat gekoppeld was aan het proconsulaat. - In de provincies met veel legioenen, meestal aan de buitengrenzen, lag de militaire macht. Caesar had deze provincies bij zijn dood gunstig verdeeld onder zijn aanhangers, zoals Gallia Cisalpina aan Decimus Brutus (met twee legioenen). Antonius' politieke manoeuvre: - Op 1 juni 44 v.C. wilde Antonius de senaat bijeenroepen, maar republikeinse senatoren bleven weg, bang voor zijn bewapende wachtposten. - Hij liet zijn voorstel via een volkstribuun goedkeuren in de *comitia tributa* en introduceerde ingrijpende wijzigingen: - Antonius zou in plaats van Decimus Brutus proconsul van Gallia Cisalpina worden. - Decimus zou verplaatst worden naar Macedonia, maar zonder de legioenen die daar gestationeerd waren. Deze troepen zouden met Antonius meegaan naar Gallia Cisalpina. - Later dat jaar zou Antonius zelfs Decimus volledig uit zijn functie zetten en vervangen door zijn broer, Gaius Antonius. Decimus' verzet: - Decimus weigerde deze beslissingen te accepteren, met het argument dat Caesar hem had aangesteld en dat de senaat had bepaald dat Caesars besluiten wettelijk bindend waren. - Hij zag Antonius' acties als een schending van het grote compromis na Caesars dood. - Na een kleine militaire overwinning stuurde Decimus zelfs een verzoek naar Cicero om een triomftocht, waarmee hij zijn rechtmatige status als proconsul wilde onderstrepen. **2.11 Verdeeldheid alom** Verdeling onder de republikeinen: - Bij de republikeinen heerste ontevredenheid vanwege het gebrek aan actie na Caesars moord, waardoor veel politieke kansen verloren gingen. - Cassius was teleurgesteld in Decimus' afwachtende houding in Gallia Cisalpina. - Er was ook verdeeldheid over een senaatsvoorstel, beïnvloed door Antonius, om Marcus Brutus en Cassius verantwoordelijk te maken voor de graantoevoer vanuit Sicilië en Asia Minor, waardoor ze tijdelijk uit Rome en Italië zouden verdwijnen. - Cicero vond dat de samenzweerders dit voorstel moesten aannemen, maar Cassius zag het als een belediging. Hij besloot naar Syrië te gaan, de provincie die hij wettelijk zou besturen, en zich daar verder te organiseren. - Brutus volgde Cassius' voorbeeld en besloot zich vanuit Asia Minor en Griekenland voor te bereiden op de volgende stappen. - Cicero was teleurgesteld over de richting van het republikeinse kamp en uitte zijn frustratie in een brief aan Atticus, waarin hij het politieke gedrag van zijn bondgenoten vergeleek met een schip dat aan het afbrokkelen was, zonder plan of richting. Verdeling onder de Caesarianen: - Ook bij de Caesarianen was er geen eenheid. De verdeeldheid in dit kamp zou uiteindelijk leiden tot concrete acties, zoals later zou blijken. **2.12 Opnieuw burgeroorlog!** Cicero's terugkeer en retorische aanval op Antonius: - Op 31 augustus 44 v.C. keerde Cicero terug naar Rome, maar hij verscheen niet op de senaatszitting van 1 september, die door Antonius was bijeengeroepen. - Op 2 september begon Cicero zijn publieke aanval op Antonius, eerst gematigd, maar later steeds agressiever in zijn Philippicae, waarin hij Antonius' politieke fouten en ondeugden aan de kaak stelde. - Cicero zou Antonius meer dan 14 keer aanvallen in redevoeringen in minder dan een jaar. Octavianus verzamelt een leger: - Terwijl Antonius in het zuiden was, begon Octavianus in Campania een legioen te rekruteren, met succes door zijn naam en royale omkoopsommen. Hij verzamelde ongeveer 3000 soldaten. - Octavianus bezette vervolgens het Forum met zijn leger, in de hoop op steun van de senaat en Cicero, maar kreeg de afkeuring van beiden. - Zijn soldaten begonnen hem in de steek te laten, aangezien ze tegen de samenzweerders wilden vechten, niet tegen Antonius. Antonius reageert en Octavianus vlucht: - Antonius keerde razend terug naar Rome met zijn legioenen en Octavianus vluchtte naar Gallia Cisalpina, waarbij hij Rome aan Antonius overliet. - Antonius probeerde Octavianus tot *hostis* (staatsvijand) te laten uitroepen, maar dit werd tegengehouden door loyale volkstribunen. - Antonius reorganiseerde de provinciegouverneurs en liet nog enkele wetten stemmen, maar zijn situatie verslechterde toen twee van zijn legioenen naar Octavianus overliepen. - Antonius vertrok met zijn overgebleven legioenen naar Gallia Cisalpina om de provincie van Decimus Brutus op te eisen. Burgeroorlog met vier partijen: - De nieuwe burgeroorlog in Italië begon, met vier partijen: Antonius, Octavianus, Decimus Brutus, en de senaat, gesteund door Cicero's retoriek. - Elke partij claimde het recht te spreken in Romeinse politieke termen zoals *mos maiorum*, *libertas*, en *auctoritas*, maar uiteindelijk zouden de wapens beslissen wie er gelijk had. **2.13 Eén tegen allen en allen tegen één** Octavianus en Antonius strijden om Decimus Brutus: - Zowel Octavianus als Antonius wilden de legioenen van Decimus Brutus voor zich winnen. Decimus koos echter voor Octavianus. - Antonius probeerde direct de confrontatie met Decimus aan te gaan, maar trok snel verder, waarna Decimus zich terugtrok in de stad Mutina, met voldoende proviand voor een lange belegering. Cicero's steun aan Octavianus: - Cicero zorgde ervoor dat de senaat Octavianus steunde door hem aan te stellen als propraetor, waardoor hij legaal een leger kon leiden. - Er werd een wet aangenomen die het illegaal zou maken om provinciegouverneurs te veranderen. - Op 1 januari 43 v.C. kwamen de consuls Aulus Hirtius en Gaius Vibius Pansa aan de macht, met nieuwe legioenen die zich bij Octavianus voegden. Antonius in de val: - Antonius probeerde een deal te maken met Cicero en de senaat, maar die weigerden. Hij verliet Mutina tijdelijk en viel de legioenen van consul Pansa aan. Na een hevige veldslag versloeg hij de consuls leger, maar Pansa werd gedood. - Octavianus en Hirtius probeerden de belegering van Mutina te breken. Decimus opende de stadspoorten, wat Antonius dwong zich terug te trekken. - De twee consuls, Hirtius en Pansa, kwamen om het leven, een zeldzaamheid sinds de Punische oorlogen. Overwinning en tegenslag voor de republikeinen: - Cicero zorgde ervoor dat Antonius officieel als *hostis* werd uitgeroepen, en zijn acties werden illegaal verklaard. - Hoewel de republikeinen en Octavianus militair gewonnen hadden, ontsnapte Antonius naar Gallia Transalpina en begon alliantiën te sluiten met andere Caesarianen zoals Lepidus en Plancus. Antonius's hergroepering: - Lepidus, Plancus en andere Caesariaanse generaals gaven hun steun aan Antonius, onder druk van hun legioenen. Antonius verzamelde snel 23 legioenen, ongeveer 156.000 soldaten. Decimus Brutus en zijn ondergang: - Decimus Brutus was de laatste republikeinse leider die zich tegen Antonius verzette, maar toen hij hoorde van de overloop van Plancus, vluchtte hij naar Macedonië. - Hij werd echter gevangengenomen en geëxecuteerd door een Gallische chef die loyaal was aan Antonius. - Als vergelding liet Marcus Brutus Antonius\' broer Gaius executeren. ![](media/image2.png) **2.14 The return of... Caesar?** Triomfen en politieke spanningen in Italië: - Decimus Brutus kreeg een triomf voor zijn rol in de Slag bij Mutina, terwijl Octavianus slechts een ovatio ontving, wat leidde tot protest van het republikeinse kamp. - Decimus werd aangesteld als overkoepelend bevelhebber van de legioenen, wat leidde tot protest van de Caesariaanse soldaten. - Cicero stelde voor om Octavianus samen met hem consul te maken voor 43 v.C., maar dit werd door de senaat genegeerd. Onvrede onder de soldaten: - De soldaten waren ontevreden over de afnemende beloningen en de mislukking van plannen voor veteranenkolonies, wat hen deed kiezen voor Octavianus als hun leider. - Octavianus breidde zijn politieke netwerk uit met belangrijke figuren zoals Agrippa en Maecenas en begon zich tegen de senaat te keren, eiste het consulschap en een triomftocht. De senaat bood hem het praetorschap aan, maar Octavianus weigerde. Octavianus' strategie en opmars: - Octavianus had ondertussen geheime onderhandelingen gevoerd met Antonius en andere Caesarianen. Met steun van 8 legioenen uit Gallia Transalpina trok hij Italië binnen. Dit aantal groeide snel naar 17 legioenen. - De senaat, die hoopte op steun van de oostelijke legioenen, had niet voorzien dat Octavianus zijn legioenen zo snel zou uitbreiden. Cicero probeerde met twee legioenen uit Afrika de situatie te redden, maar dit was tevergeefs. Octavianus wordt consul en maakt een politieke draai: - In augustus 43 v.C. trok Octavianus Rome binnen, waarbij hij de steun van zijn legioenen kreeg en het consulschap eiste. Hij werd samen met een van zijn neven verkozen. - Cicero vluchtte uit de stad en verklaarde dat de republiek dood was nu een leger de politiek controleerde. - Octavianus begon een propaganda-offensief. Hij liet zijn adoptie officieel erkennen en liet de samenzweerders en moordenaars van Caesar ter dood veroordelen, waarmee de amnestie uit het compromis van Caesar werd opgeheven. De nieuwe Caesar: - Octavianus was nu officieel de zoon van Caesar, een generaal, en consul. Hij was niet langer te onderschatten en begon zijn macht te consolideren. **2.15 Een nieuw triumviraat** Het ontstaan van het tweede triumviraat: - Octavianus, Antonius, en Lepidus sloten een bondgenootschap om hun macht te consolideren. Als consul liet Octavianus de wetten die Antonius en Lepidus als hostes verklaarden, nietig verklaren. De senaat verklaarde vrede, wat de weg vrijmaakte voor een officieel samenwerkingsverband. - In oktober ontmoetten de drie mannen elkaar in Bononia (Bologna) om een formele overeenkomst uit te werken, waarmee het tweede triumviraat werd opgericht. In tegenstelling tot het eerste triumviraat tussen Caesar, Pompeius en Crassus, was dit een officiële en legale constructie. De drie mannen werden de *tresviri rei publicae constituendae* (drie mannen voor het herstellen van de republiek). Het officiële doel en de verdeling van provincies: - Het triumviraat had als officieel doel de republiek te herstellen en de moordenaars van Caesar, Brutus en Cassius, te bestrijden. Dankzij hun samenwerking werd Caesar postuum tot god verheven, en zijn standbeelden en tempels werden beschermd met het recht van *asylum*. - De drie triumviri verdeelden de provincies in het westen van het rijk. Lepidus kreeg Spanje en Gallia Narbonensis, Antonius Gallia Comata en Gallia Cisalpina, en Octavianus Sicilië, Sardinië en Africa. Octavianus werd echter nog steeds als de jongere partner binnen het triumviraat gezien. Problemen voor het nieuwe regime: - Brutus en Cassius controleerden nog steeds het oosten van het rijk, wat cruciale inkomsten voor de nieuwe regering betekende. Bovendien waren er 80.000 veteranen die voordelen zoals geld en land waren beloofd, wat de staat onder druk zette. - Het triumviraat verkeerde in ernstige geldnood, wat hen dwong om onpopulaire maatregelen te nemen zoals extra belastingen, inbeslagname van onroerend goed, het confisqueren van hele dorpen in Italië, en de inbeslagname van het fortuin van rijke Romeinse matronae. - Uiteindelijk leidde hun wanhoop tot het gebruik van proscriptielijsten, waarmee vijanden van het regime officieel konden worden gelegaliseerd en hun bezittingen in beslag genomen. **2.16 Lijsten des doods** Proscriptielijsten als politieke en financiële maatregel: - De proscriptielijsten waren een verschrikkelijke maatregel waarbij degenen die op de lijst stonden vogelvrij werden verklaard en hun bezittingen geconfisqueerd. Het was niet nieuw, aangezien Sulla en Marius dit al eerder hadden toegepast. - De triumviri voerden deze lijsten in om twee redenen: - Politieke tegenstanders verwijderen onder het mom van wraak voor Caesars clementia, die volgens hen zijn dood had veroorzaakt. - Financiële voordelen behalen door het confisqueren van de bezittingen van de rijke burgers op de lijsten, zelfs als ze geen directe politieke bedreiging vormden. De harde voorwaarden en gevolgen: - De proscriptielijsten waren bijzonder wreed. Mensen die hulp boden aan degenen op de lijst werden ook vogelvrij verklaard. Er werd openlijk verraad en geweld aangemoedigd: degene die het hoofd van een persoon op de lijst overhandigde, kreeg 100.000 sestertiën, slaven kregen 40.000 sestertiën en hun vrijheid. - De eerste lijst bevatte de namen van 300 senatoren en meer dan 2000 equites. Quintus Pedius, de consul samen met Octavianus, stierf van uitputting en wanhoop in zijn pogingen de bloedlust van de triumviri te stoppen. Cicero\'s tragische einde: - Cicero, een van de belangrijkste slachtoffers, werd gevangen toen hij uit Italië probeerde te ontsnappen. Hij werd gedood door soldaten, die zijn hoofd en rechterhand afhakten en aan Antonius bezorgden. Volgens de overlevering verstoorde Fulvia, de vrouw van Antonius, zijn overblijfselen verder door een gouden haarspeld in zijn tong te steken. Uiteindelijk werden Cicero\'s hoofd en hand aan de *Rostra* nagelen, het publieke spreekgestoelte, waar hij Antonius eerder met zijn *Philippicae* had aangevallen. **3 Literaire en culturele aspecten van de Philippicae** **3.1. Inleiding en Chronologisch Overzicht van de Philippicae** - De Philippicae zijn een reeks van 14 redevoeringen van Cicero, uitgesproken tussen september 44 v.C. en april 43 v.C. - Naamgeving: Geïnspireerd door de redevoeringen van Demosthenes tegen Filippus II van Macedonië. Cicero zag zichzelf als een soort Demosthenes in zijn strijd tegen Antonius. - Chronologisch overzicht: 1. 1ste redevoering (2 september 44 v.C.): Aanval op Antonius\' beslissingen, die leidde tot Antonius' woede. 2. 2de redevoering (september-november 44 v.C.): Een pamflet waarin Cicero zich verdedigt en Antonius' karakter aanvalt, zonder deze redevoering in de senaat uit te spreken. 3. 3de en 4de redevoering (december 44 v.C.): Cicero zoekt steun voor acties tegen Antonius in de senaat en bij het volk. 4. 5de en 6de redevoering (januari 43 v.C.): Voortzetting van de aanvallen op Antonius, met steun voor Octavianus en Decimus. 5. 7de t/m 11de redevoering (januari-februari 43 v.C.): Cicero gaat door met het bespreken van Antonius' tegenvoorstellen en de situatie in het oosten van het rijk. 6. 12de t/m 14de redevoering (maart-april 43 v.C.): De strijd om Mutina wordt behandeld, waarbij Cicero de steun voor Decimus benadrukt en de steun van Lepidus en Plancus aan Antonius erkent. **3.2. Oratio Invectiva** - Definitie: Een \"oratio invectiva\" is een redevoering die een tegenstander aanvalt door persoonlijke aanvallen, waarbij morele tekortkomingen, slechte eigenschappen of fysieke gebreken worden benadrukt. - Kenmerken: - Vaak begint met een aanval op de afkomst of jeugd van de tegenstander. - Slegte eigenschappen zoals hebzucht, lafheid, of verslaving worden benadrukt. - Fysieke kenmerken kunnen ook worden aangevallen, wat resulteert in een *ad hominem* argument (persoonlijke aanval). - Gebruik in Rome: Retorische invectieven waren een gangbare manier om politieke tegenstanders in de republiek te ondermijnen, waarbij persoonlijke aanvallen belangrijker werden dan inhoudelijke kritiek. **3.3 Een karikatuur als aanval** - Cicero speelt in op Romeinse taboes om een karikatuur van Antonius te schetsen → doel : Antonius is onwaardig om de republiek te besturen **3.3.1 Shame on you** Cultuur oude Rome gebaseerd op eer en schaamte → bepaalde iemands positie in de maatschappij → afwijken van deze kwaliteiten? → pervers persoon - **Pudicitia** : zuiverheid op seksueel vlak : kuisheid en seksuele integriteit vrouw : maagdelijkheid tot aan het huwelijk man : maagdelijkheid niet belangrijk, eerder zelfbeheersing / respect / sociale eer - **Stuprum** : schandelijke seksuele actie, tast iemands pudicitia aan, niet illegaal maar wel immoreel Wanneer iemand zich overgaf aan stuprum veranderde pudicitia in **impudicitia** en werd men een **impudicus** (vrouw moest ook trouw blijven binnen het huwelijk, bij mannen was dit minder belangrijk) - **Virtus** : als je als vir gezien wou worden, moed en militaire eer - **Continentia** : zelfcontrole, niet alleen seksueel **3.3.2 Impudicitia: een slippery slope** - **Priapische model :** Als een Romeinse vrije man als vir gezien wou worden moest hij dominant zijn op seksueel vlak, de actieve rol spelen, en absoluut niet de passieve rol. → Cicero valt Antonius aan omdat hij passieve rol heeft en niet omdat hij een relatie met een man heeft Wanneer een man niet voldeed aan deze morele code : pudicitia → impudicitia Impudicitia werd geassocieerd met slaven of vrijgelatenen, zij werden niet beschermd door de morele code van pudicitia. Impudicitia ook geassocieerd met gebrek aan continentia. - **Luxuria** : vrouwelijk gedrag bij mannen : veel eten en drinken, te veel zorg dragen voor uiterlijk en overmatig gokken - **Delicatus** : een man die zich overgaf aan luxuria **3.3.3 Antonius impudicus : vreselijke jeugdzonden** → Cicero wilt aantonen dat Antonius niet geschikt is voor politiek omdat hij impudicus is. (argumentatio Philippica 2 71 paragrafen impudicus) - beschuldigd dat hij zich verkocht zoals een meretrix → werden beschouwd als infames - **Infamia** : men verloor door status een aantal basisrechten → persoonlijke lijfstraffen, niet verkozen als magistraten ( **lex iulia municipalis**) - uit zijn carrière geplukt door **C. Scribonius Curio** : **inuendo** (impliciete opmerking) → seksuele rol in relatie in de verf zetten - → stuprum - iemands jeugdzonden in de verf zetten geliefd topos in de **oratio invectiva** (persoonlijke aanvalsspeech : het was heel mogelijk en moeilijk te weerleggen **3.3.4 Antonius impudicus : ouder maar niet wijzer** - Cicero beschuldigde Antonius ook van overspel en incest - Antonius getrouwd met nicht **Antonia**, had haar laten zitten voor **Fulvia** (beschikte over financiële middelen), echtgenote van vermoorde Clodius - Vernoemt ook relatie met mimespeelster **Cytheris** (behoorde tot de infames), omgang met haar was not done - keert snel terug naar Fulvia (omwille van financiële redenen), vraagt haar vergiffenis → Antonius delicatus **3.3.5 Antonius impudicus : party time** - getroffen impudicitia → incontinentia → luxuria - Cicero gebruikt **convivium** (feestmaal in de privésfeer) om luxuria in de verf te zetten → ideaal om te gebruiken in redevoering want niks kon gecontroleerd worden - → Antonius kon zich niet inhouden bij eten en drinken → dronkenschap stond in de weg om taken als magister equitum uit te voeren - → Antonius verwoest met zijn dronkenschap de pudicitia van onschuldige leden van de Romeinse burgerij, opnieuw infames waarmee hij zich omringt, zelfs in het openbaar **3.3.6 Conclusie** - De redevoering lijkt mss op woede van een beledigde Cicero, maar in elke redevoering speelt hij handig in op taboes in de Romeinse cultuur, zijn doel : Marcus Antonius wegzetten - Hij verwijst regelmatig naar gedrag van Antonius : impudicitia, incontinentia, infames - Als we het verslag moeten geloven is Antonius geen fatsoenlijke Romeinse burger en kan geen leidende functie hebben binnen de politiek → gerichte aanval op Antonius, niet alleen persoonlijk maar ook politiek

Use Quizgecko on...
Browser
Browser