Hfdst 12 Gramnegatieve kokken PDF

Loading...
Loading...
Loading...
Loading...
Loading...
Loading...
Loading...

Summary

This document provides an overview of Gram-negative cocci in medical microbiology. It covers topics such as the characteristics, identification tests, and isolation methods of these bacteria, including Neisseria and Moraxella. The document also touches on their role in various diseases and infections.

Full Transcript

Medische microbiologie: bacteriologie theorie BL 2 Gramnegatieve kokken  Op basis van deze oriënterende test: bespreking van Gramnegatieve micro-organismen in verschillende groepen  Enterobacterales (vroeger Enterobacteriaceae) (oxidase negatief)  Oxidase positieve fermenterende Gramnegati...

Medische microbiologie: bacteriologie theorie BL 2 Gramnegatieve kokken  Op basis van deze oriënterende test: bespreking van Gramnegatieve micro-organismen in verschillende groepen  Enterobacterales (vroeger Enterobacteriaceae) (oxidase negatief)  Oxidase positieve fermenterende Gramnegatieven  Strict aërobe niet-vergistende Gramnegatieven  Moeilijk kweekbare Gramnegatieven (Haemophilus sp.)  Micro-organismen met speciale isolatieomstandigheden  Gramnegatieve diplokokken  Strikt anaëroben 3 Inhoud 12. Gramnegatieve kokken 12.1 Neisseria sp. 12.2 Moraxella catarrhalis 4 Bespreking van het genus Neisseria sp. en Moraxella catarrhalis Familie van de Neisseriaceae Gramnegatieve diplokokken Positieve oxidase test 5 12.1. Neisseria Algemene beschrijving  onbeweeglijke Gramnegatieve diplokokken (0,6 – 0,9µm)  ovoïd, aan 1 zijde afgeplat, voorkomend in paren, met platte zijde naar elkaar toe gekeerd = “koffieboon”  intra-als extraleukocytair 6 Polymorfonuclaire leukocyt Extracellulaire Gramnegatieve diplokokken Intracellulaire Gramnegatieve diplokokken 7  11 species  Neisseria gonorrhoeae (gonokok) Strikt humane parasieten  Neisseria meningitidis (meningokok)  andere species: commensalen in neus-en keelholte  recent beschreven: Neisseria elongata (zie HACEK-groep)  sterk positieve cytochroomoxidasereactie  katalase positief (behalve Neisseria elongata) 8 Pathogeen vermogen Neisseria meningitidis  geïsoleerd uit nasofarynx gezonde mensen (niet invasieve serotypen)  transmissie via aërogene weg (via speekseldruppeltjes)  besmetting asymptomatisch / lichte faryngitis → centrale zenuwstelsel/bloedbaan en ontstaat resp. meningitis en sepsis  Meningokokken worden geïsoleerd uit liquor (lumbaal vocht), bloed 9  pathogeen vermogen te danken aan 2 factoren:  aanwezig kapsel om zich te beschermen tegen fagocytose  vormt een endotoxine (syndroom Waterhouse-Friederichsen): vaak fataal….  Andere kiemen die meningitis verwekken: Haemophilus influenzae, Streptococcus pneumoniae en Listeria monocytogenes!  Vaccinatie! 10 Epidemiologie  Infecties: sporadisch/epidemisch  in West-Europa: sporadische gevallen  Bepaalde werelddelen: epidemische golven  België: meningokok → bacteriële meningitis  indeling op basis kapselpolysachariden: 12 serogroepen: A,B,C,X,Y,Z,W135,29E … (bij ons vooral type C) → invasieve infecties: A,B,C en W135 → Afrika: serotype A, West-Europa: serotype B en C (vaccin) → antisera tegen kapselpolysacchariden: commercieel 11 Neisseria gonorrhoeae  Obligate parasiet mens  SOA: ontstekingsreacties urogenitale tractus, rectum en conjunctivae (neonati: postpartale conjunctivitis)  man: etterige urethritis (“druiper”), eventueel uitbreiding infectie naar prostaat en epididymis (bijbal)  vrouw: urethritis en cervicitis, eventueel uitbreiding naar endometrium, eileider, ovarium (soms verloopt infectie totaal asymptomatisch!) 12 Isolatie  zeer gevoelig voor uitdroging en afkoeling (Stuart transportmedium of direct op voorverwarmde voedingsbodems) → lumbaal vocht: zo snel mogelijk enten → gonokok nog gevoeliger voor afkoeling  strikt aëroob, enkel in 5-10% CO2.  optimale groeitemperatuur bij 36 - 37°C. 13  Chocolade agar (gonokok), maar meningokok groeit ook op bloedagar.  VB wordt selectief gemaakt door toevoeging van antibiotica (vancomycine) → Zowel niet-selectieve als selectieve VB enten!!  Thayer-Martin (TM) = chocolade agar + antibioticamengsel  Na 18-24u incubatie: ronde grijze kolonies, transparante, niet hemolytische kolonies. 14 Neisseria meningitidis op bloedagar 15  alle commensale Neisseria sp. en M.catarrhalis → TSA en op kamertemperatuur maar NIET op TM (behalve N.lactamica)  sommige commensale Neisseria sp. → sterk geel pigment 16 Identificatie  berust op bijkomende testen (o.a. suikerverzuring (oxidatief)) → CTA (Cystine Tryptic Agar) + suikerdisk + fenolroodindicator of chocolade agar + suikerdisk + fenolroodindicator (na incubatie) → gamma-glutamyl aminopeptidase 17 glucose maltose lactose sucrose glucose maltose lactose sucrose + + - - + - - - gamma-glutamyl aminopeptidase + gamma-glutamyl aminopeptidase - Neisseria meningitidis Neisseria gonorrhoeae 18 Gamma-glutamyl aminopeptidase hydrolyse van γ-glutamyl-β-naphthylamide a.d.h.v. Rosco-tablet → dense suspensie in fysiologisch water + γ-glutamyl-β-naphthyllamide tablet gamma-glutamyl- hydrolyse β- naftylamine beta- naphthylamide enzym γ-glutamyl aminopeptidase reagens: amino-peptidase Rode/oranje kleur 19 Antibiogram en therapie  steeds antibiogram (omwille resistentie penicilline)  MIC-bepalingen  AB voor behandeling meningitis: penicilline G, rifampicine en fluorochinolones  meer en meer resistentie → antibiogram is nuttig  groter probleem: resistentie gonokokken! 20 12.2. Moraxella catarrhalis  verschillende naamveranderingen sinds ontdekking…..  familie van Neisseriaceae  Gramnegatieve diplokok  commensaal bovenste luchtwegen bij 50% jonge kinderen, 25% bejaarden en 5% volwassenen  infecties: endogene oorsprong  treden op bij voorbeschikkende factoren (virale infectie of chronisch obstructief longlijden: COPD) 21 Pathogeen vermogen  luchtweginfecties: etter bij bovenste luchtwegen: otitis media, sinusitis  chronische bronchitis (samen met H.influenzae en S.pneumoniae geïsoleerd bij infectieuze exacerbaties)  af en toe pneumonie toename van ziektesymptomen 22 Cultuur en identificatie  vaak verward met Neisseria (omwille van morfologie en positieve oxidase)  groeit snel op niet-verrijkte voedingsbodems (op KT)  op bloedagar: grijze, niet-hemolytisch, schuift over bodem  onderscheid met Neisseria:  afwezigheid van pigment  afwezigheid van verzuring van suikers  positief voor nitraatreductase, DNase en tributyrine hydrolyse positief 23  hydrolyse van tributyrine a.d.h.v. Rosco-tablet → dense suspensie in fysiologisch water + tributyrine tablet hydrolyse → tributyrine boterzuur + glycerol → pH↓: fenolroodindicator rood → geel (binnen 4 uur) negatief positief 24 Isolatie van M. catarrhalis uit een sputum wordt pas pathogeen beschouwd als:  Purulent en talrijke aanwezigheid van leucocyten met intracellulaire gramnegatieve diplokokken (gramkleuring)  Zeer rijke groei van M. catarrhalis op de bloedagar. 25 Moraxella catarrhalis uit een sputum 26 27 Vragen?

Use Quizgecko on...
Browser
Browser