Hfdst 13 Gramnegatieve anaerobe bacteriën PDF
Document Details
Uploaded by BraveForgetMeNot
Karel de Grote Hogeschool
Tags
Summary
This document details medical microbiology, specifically on gram-negative anaerobic bacteria. It provides a discussion of their properties, testing methods, and potential pathogens.
Full Transcript
Medische microbiologie: bacteriologie theorie BL 2 Gramnegatieve anaërobe bacteriën Op basis van deze oriënterende test: bespreking van Gramnegatieve micro-organismen in verschillende groepen Enterobacterales (vroeger Enterobacteriaceae) (oxidase negatief) Oxidase positieve fermenterend...
Medische microbiologie: bacteriologie theorie BL 2 Gramnegatieve anaërobe bacteriën Op basis van deze oriënterende test: bespreking van Gramnegatieve micro-organismen in verschillende groepen Enterobacterales (vroeger Enterobacteriaceae) (oxidase negatief) Oxidase positieve fermenterende Gramnegatieven Strict aërobe niet-vergistende Gramnegatieven Moeilijk kweekbare Gramnegatieven (Haemophilus sp.) Micro-organismen met speciale isolatieomstandigheden Gramnegatieve diplokokken Strikt anaëroben 3 Inhoud 13. Gramnegatieve anaërobe bacteriën 13.1 Pathogeen vermogen 13.2 Algemene beschrijving 13.3 Cultuur en identificatie 13.4 Antibiogram en gevoeligheid 4 SOD=superoxidedismutase enzym 5 Incubatie in anaërobe jarpot gedurende 48 uur of anaërobe incubator anoxomat anaërobe incubator 6 Obligate / strikt anaëroben traag - snel gedood bij blootstelling aan O2 hoe lager redox-potentiaal bodem (aanwezige O2 wordt gereduceerd), hoe beter de groei → bodem + reducerende stoffen (elektronendonors) vb: thioglycollaat, cysteïne in mens: op slijmvliezen mondholte, gastro-intestinale en urogenitale tractus → anaëroben ook commensale flora, zelfs dominant 7 Gramnegatieve anaërobe bacteriën: opgedeeld in verschillende groepen met elk meerdere species: Bacteroides fragilis genus Parabacteroides genus Odoribacter genus Porphyromonas genus Fusobacterium genus Prevotella genus 8 Pathogeen vermogen endogene infecties normale huid en slijmvlies belemmeren penetratie van anaëroben kan accidenteel toch gebeuren → doordringen in organen: hoge redoxpotentiaal => geen proliferatie anaëroben! Infectie kan ontstaan in speciale omstandigheden (o.a. bij vascularisatiestoornissen) → meestal lokale ontstekingsprocessen van intestinale slijmvlies 9 menginfecties samen met enterokokken + Enterobacteriaceae “synergistische infectie”: facultatief anaëroben → voor lage redoxpotentiaal, waarin strikt anaëroben zich vermenigvuldigen → abcesvorming voorbeelden: appendiculair abces, faecale peritonitis, wondinfecties, longabces, tand-, kaak-, en hersenabcessen gevreesde complicatie: bacteriëmie + metastatische abcessen abcessen met anaërobe flora = stinkende pus 10 Klinische tekens van anaërobe infecties: infectie in nabijheid slijmvliezen aanwezigheid necrotisch weefsel (afsterven door gebrek aan O2) aanwezigheid gas verslechtering infectie tijdens behandeling met aminoglycosiden wondinfectie na dierenbeet 11 13.2 Algemene beschrijving 13.3 Cultuur en identificatie kritische selectie van monsters voor isolatie en identificatie van anaëroben komen nooit in aanmerking: opgehoest sputum, faeces, midstream urine, keeluitstrijkjes. Let op bij transport = belangrijk voorkomen overgroei door aëroben en facultatief anaëroben anaëroben afschermen tegen O2 12 Basisbodem: verrijkte BA (schaedler agar) of Wilkins Chalgren agar toevoegen aminoglycosiden om facultatief anaëroben te onderdrukken ofwel vloeibare bodem + reducerende stoffen (thioglycolaat, cysteïne) voor snelle isolatie Bacteroides fragilis: Bacteroides fragilis Bile Eskulin agar (BBE) + hoge concentratie aminoglycosiden 13 Bacteroides fragilis Bile Eskulin agar (BBE) 14 Identificatie kan op basis van eenvoudige tests: → vertrek vanuit reincultuur → overbrengen op 2 verrijkte BA + identificatieschijfjes gal-schijfje en briljantgroen schijfje diagnostisch antibiogram: kanamycine, penicilline, colistine, erytromycine, rifampicine en vancomycine → aflezen inhibitiezones na 24 of 48 u anaërobe incubatie 37°C 15 gal-briljantgroendisk Diagnostische antibiotica ring 16 17 Massaspectrometrie (MALDITOF-MS) grote aanwinst voor identificatie van Gramnegatieve anaëroben na 48u incubatie van voedingsbodems → correcte en snelle identificatie blootstelling aan O2 → geen interferentie → uitstekend resultaat. 18 Vragen? 19