Basisbegrippen van Recht (PDF)
Document Details
Tags
Summary
Dit document behandelt de basisprincipes van het recht, met een focus op de definitie, structuur en toepassingen. Het bespreekt onderwerpen zoals de ordening van de maatschappij, de relativiteit van recht in verschillende culturen, en de verschillende soorten recht en basisbegrippen (objectief recht, subjectief recht, privaatrecht, publiekrecht, etc.).
Full Transcript
Deel 1: Wat is Recht? {#deel-1-wat-is-recht.Stijl2} ===================== Algemene rechtsleer + rechtsvinding = rechtstheorie (p40) Hoofdstuk 1: Een definitie {#hoofdstuk-1-een-definitie.Stijl3} -------------------------- - Een universele aanvaarde definitie van het recht bestaat niet; door...
Deel 1: Wat is Recht? {#deel-1-wat-is-recht.Stijl2} ===================== Algemene rechtsleer + rechtsvinding = rechtstheorie (p40) Hoofdstuk 1: Een definitie {#hoofdstuk-1-een-definitie.Stijl3} -------------------------- - Een universele aanvaarde definitie van het recht bestaat niet; door afwijkende meningen enzo.. - Recht is een (1) **geheel van gedragsregels** dat gericht is op de (2) **ordening van de maatschappij**. Deze gedragsregels zijn ingebed in een (3) **institutioneel en begripsmatig kader** en worden (4) **door de maatschappij** opgelegd via wetgevende organen 1. Geheel van gedragsregels - Rechtsregels moeten gedrag sturen - Bevel of verbod (wegcode) van verschillende en intensiteit - Dwingende regels: men kan niet op een geldige wijze ervan afwijken. Dit is het geval voor publiekrecht en voor de meeste delen van het personen-en familierecht. Dwingende regels moeten worden nagekomen op straffe van sanctie. Onder dwingende regels ressorteren we o.a. wetten, decreten, verdragen,... officiële wetgeving. Bv; de woninghuurwet. - aanvullende regels: men kan zelf een afwijkende regeling bedingen die voorrang heeft op de wijze waarop de wet dezelfde rechtsverhouding reguleert. - Niet elke wet v/d codex geldt voor iedereen; bv: wet voor gehuwden 2. Ordening van de maatschappij - Ordening afhankelijk van 3 parameters A. Rechtszekerheid - Voorspelbaarheid: 'Iedereen wordt geacht de wet te kennen'. De burger moet voldoende mogelijkheden hebben om vooraf precies te weten welk gedrag van hem verwacht wordt - Vastheid: Onder vastheid verstaan we het feit dat wetten voldoende lang (ongewijzigd) moeten bestaan om een zekere vergroeiing met de maatschappij te kunnen ondergaan. Als een wet zodanig snel veranderend zodat de vorige versie nauwelijks tot niet toepasbaar was, dan is de wetgeving niet kwalitatief. - Algemeenheid: regelgeving moet abstract en algemeen zijn. Het moet (kunnen) gelden voor een breed spectrum van de maatschappij. Het viseren of bevoordelen van één bepaalde groep is niet kwalitatief en moreel niet verdedigbaar. - onderlinge consistentie= wijzigen van een wet, maar een andere wet die daar aan vast hangt wordt niet gewijzigd B. rechtvaardigheid - Evolutief, met een harde kern van waarden die altijd gerespecteerd moeten worden; bv: wat rechtvaardig is in 2024, was waarschijnlijk niet rechtvaardig in 1994 C. Doeltreffendheid - Middelen die aangepast zijn aan de doelstellingen van de maatschappij 3. institutioneel en begripsmatig kader - voor de formulering, toepassing en afdwinging van de gedragsregels 4. door de maatschappij opgelegd - wij kiezen met de verkiezingen de wetgevende organen - wij beïnvloeden dus ook de wet Hoofdstuk 2: Relativiteit van deze benadering {#hoofdstuk-2-relativiteit-van-deze-benadering.Stijl3} --------------------------------------------- - In het traditioneel Afrikaans recht speelt verzoening en overtreding een grote rol. In het verre Oosten zijn sociale gedragsregelen essentieel. - In Japan werd het instellen van een gerechtelijke procedure ervaren als een sociale mislukking. - De jurist geeft niet enkel juridische adviezen of bijstand, maar probeert na te gaan wat zijn opdrachtgever werkelijk nodig heeft. Communicatie en omgaan met emoties is enorm belangrijk. - Bemiddeling is een alternatieve geschillenoplossing. Deel 2: basisbegrippen {#deel-2-basisbegrippen.Stijl2} ====================== - **Objectief recht**: Het geheel van wetten die in België gelden - Hypothetische structuur - **Subjectieve rechten**: Door het recht bekrachtigde aanspraken van rechtssubjecten - **Privaatrecht**: Regelt rechtsverhoudingen tussen personen - **[Art 1.1 ]{.smallcaps}** - bv. contracten, familierecht, personenrecht, erfrecht, goederebrecht, verbintenissenrecht - **Publiekrecht**: Regelt de verhouding tussen overheid en burgers, en tussen verschillende overheden - bv. strafrecht, fiscaal recht - overheid staat sterker als de burger - **Materieel recht**: Inhoud van het recht - **Formeel recht/procesrecht**: Het recht dat de handhaving van materieel recht regelt Bronnen van Belgisch Privaatrecht {#bronnen-van-belgisch-privaatrecht.Stijl3} --------------------------------- - **Het oud Burgerlijk Wetboek** - 21 maart 1804 - Afkomstig van Napoleon - Romeinse cijfers - Bevatte 3 boeken: 1. Personen 2. Goederen 3. Eigendom - (nieuw) burgerlijk wetboek - Geëvolueerd in de rechtsspraak en rechtsleer - Wetswijzigingen - Koen Geens = minister van justitie; 9 boeken ingevoerd - Nieuwe wetten (herschreven codificatie) die nog niet volledig zijn - Bijzondere wetten - Niet gecodificeerd - Nationaliteit hoort er niet bij - Jeugdbeschermingsrecht = gemeenschapsniveau - Begraafplaatsen = gewesten - **Algemene rechtsbeginselen**: - Door het Hof van Cassatie vastgelegd wat een algemeen RB is - Bv; het verbod op dwanguitvoering bij personen - **Rechtsfeiten**: Gebeurtenissen die rechtsgevolgen hebben - Geboorte - Met een fiets door het rood rijden -\> niemand doet dit doelbewust - Iets in brand steken - Moord (strafrechtelijke gevolgen zijn niet gewild) - **Rechtshandelingen**: Bewuste wilsverklaringen met beoogde rechtsgevolgen - het kopen van een laptop - Ik erken een kind - Koop/verkoopovereenkomst sluiten (de gevolgen zijn gewild: eigendomsrecht Hoofdstuk 1: rechtssubjecten {#hoofdstuk-1-rechtssubjecten.Stijl2} ============================ = Personen of entiteiten voor wie rechtsnormen rechten en plichten meebrengen - 2 soorten 4. Natuurlijke personen 5. Rechtspersonen Een persoon in de zin van het recht is dus iedere drager van rechten en plichten Juridische persoonlijkheid {#juridische-persoonlijkheid.Stijl3} -------------------------- = Geheel van rechten en plichten van een persoon 1. Staat van de persoon A. Staat in de maatschappij B. Staat in de familie (toestand op vlak van afstamming; trouwen, adopteren) C. Staat als enkeling (leeftijd, geestelijke gezondheid) - Verkrijgen van elementen van de staat van een persoon is afhankelijk van: - Rechtsfeiten (geboorte, overlijden) - Materiële rechtshandelingen (huwelijk, erkennen van een kind) - Rechterlijke uitspraken (vonnis echtscheiding, ontzetting ouderlijk gezag) - Een wet in formele zin; bv: naturalisatiewet - Burgerlijke staat van een persoon ≠ burgerlijke stand van een persoon (art 6 \$ 1 oud BW) 2\. Bezit van staat - Schijntoestand - Belangrijk begrip in het afstammingsrecht - Bewijsmiddel (art 324 oud BW): afstamming vaststellen, dit bewijsmiddel primeert op alle andere bewijsmiddelen. Vb. DNA-onderzoek - Grond van niet-onafhankelijkheid (art 318 \$ 1 en 330 \$1 oud BW): de vordering tot betwisting van het vaderschap \# onverenigbaar met het recht op eerbiediging van het privéleven. Vb. Moeder bevalt van kind, een andere man heeft het kind erkend. Biologische vader wil vader worden. Als erkende man zich gedraagt als goede huisvader, kan dit de betwisting sterk bemoeilijken - Enkelvoudig: het bezit van een bepaalde staat sluit het bezit van een andere staat uit - Tweezijdig: iemand kan tegelijkertijd tegenover twee personen het bezit van de staat van kind-afstammeling hebben 3\. 3 soorten bekwaamheid - **Feitelijke bekwaamheid**: Mogelijkheid om een daad te stellen - **Rechtsbekwaamheid/genotsbekwaamheid**: Bevoegdheid om rechten en plichten te hebben - **Handelingsbekwaamheid**: Bevoegdheid om zelfstandig rechten en plichten uit te oefenen #### *Natuurlijke personen* {#natuurlijke-personen.Stijl4} - elke levend en levensvatbare geboren mens, zonder uitzondering - Embryo's, dieren, planten en het lijk zijn GEEN rechtssubjecten -- maar zij genieten WEL rechtsbescherming -- GEEN plichten (art 348-353) - Levend: geboren uit een vrouw - Levensvatbaar: is een medische beoordeling van de artsen - Begin: - De juridische persoonlijkheid van de mens begint bij de geboorte als levend en levensvatbaar wezen; hoe kort ook wordt titularis van rechten en plichten - De juridische persoonlijkheid begint niet bij de verwekking, maar bij levend en levensvatbare geboorte - Een verwekt kind geniet wel van rechten - Erfrecht (art 4.4 BW) - Schenking (4.137 BW) - Erkenning ( art 328 \$ 3 oud BW) - Schadevergoeding - Verwekking MOET gebeuren tussen de 300-180^ste^ dag voor de geboorte (art 326 oud BW) vermoeden kan weerlegd word (juris tantum) - Een doodgeboren kind of een vrucht die onmogelijk kan overleven heeft daarentegen geen juridische persoonlijkheid (art 58 \$ 3 oud BW) - Einde: - De dood - De dokter moet het overlijden vaststellen - De nalatenschap valt open op het ogenblik van de dood - Is een feitenkwestie - Na de dood kunnen bepaalde aspecten van de juridische persoonlijkheid behouden blijven of gewijzigd worden - Erkenning van overleden kind (art. 328 B.W.): enkel maar mogelijk als deze zelf afstammelingen heeft nagelaten (je wordt ouder van het kind, dus kan je ook erven van het kind); - Auteursrecht: 70 jaar na overlijden van de auteur #### Rechtspersonen {#rechtspersonen.Stijl4} = zijn entiteiten (zoals bedrijven, verenigingen) die, net als natuurlijke personen, titularis kunnen zijn van rechten en plichten - Afscheiding van vermogens - Heeft een eigen vermogen - Bij een rechtspersoon verwerft het samenwerkingsverband zelf juridische persoonlijkheid (rechtspersoonlijkheid) - Samenwerkingsverband als rechtspersoon: het vermogen is afgescheiden van het persoonlijk vermogen van de deelnemers. In ruil voor inbreng van inzet of middelen ten behoeve van het vermogen van de rechtspersoon ontvangen de deelgenoten lidmaatschapsrechten of aandelen. Schuldeisers kunnen zich dus niet verhalen op de goederen die behoren tot het vermogen van de rechtspersoon, wel op de aandelen van de schuldenaar - Feitelijk samenwerkingsverband: een feitelijk samenwerkingsverband heeft GEEN rechtspersoonlijkheid (vb. maatschap, feitelijke vereniging). Schuldeisers kunnen zich verhalen op het voor samenwerking bedoelde vermogen - Soorten rechtspersonen: A. Publiekrechtelijke rechtspersonen: Opgericht door de overheid met het oog op publieke dienstverlening. Vb. de staat, gemeenten, openbare instellingen, VRT, B Post B. Privaatrechtelijke rechtspersonen: Zijn rechtspersonen die op privaat initiatief tot stand worden gebracht. Met een ander doel dan de uitoefening van het staatsgezag. Zij zijn gericht op het maken van winst om die vervolgens aan de deelnemers uit te keren. De verschillende vormen zijn al dan niet met beperkte aansprakelijkheid, al dan niet met rechtspersoonlijkheid. Vb. vennootschappen enerzijds en verenigingen en stichtingen anderzijds; - Verenigingen en stichtingen: Verenigingen zijn privaatrechtelijke rechtspersonen die een belangeloos doel nastreven 2. Vereniging zonder winstoogmerk (VZW): - Beschikt over een eigen vermogen; - Het ultieme doel is belangeloos; - Mag wel winst maken Vb.: vzw rode neuzen 3. Private stichting: - Afgescheiden vermogen ingezet ter verwezenlijking van een bepaald belangeloos doel; - verschil met VZW: geen leden, enkel bestuurders; Vb. geld parkeren in private stichting voor gehandicapt kind 4. stichting van openbaar nut (SON) - Afgescheiden vermogen, gericht op de verwezenlijking van een werk van filantropische (Braye liga), levensbeschouwelijke, religieuze, wettenschappelijke, artistieke, pedagogische of culturele aard; Vb. Koning Boudewijnstichting, stichting kom op tegen kanker - Vennootschappen: Privaatrechtelijke rechtspersonen gericht op het maken van winst om die vervolgens aan de deelnemers uit te keren 1. Vennootschappen met onbeperkte aansprakelijkheid - De schuldeisers van een vennootschap met onbeperkte aansprakelijkheid kunnen hun schuldvordering verhalen zowel op het vermogen van de rechtspersoon als op het persoonlijke vermogen van de individuele leden - Vennootschap onder firma: - vennoten onbeperkt en hoofdelijk aansprakelijk. - Hoewel de VOF als rechtspersoon over een eigen, afgescheiden vermogen beschikt, kunnen de schuldeisers van de VOF toch de vennoten in hun persoonlijke vermogen aanspreken voor de schulden van de vennootschap. - Tegenover de onbeperkte aansprakelijkheid staat evenwel dat de VOF aan heel wat mindere stringente reglementering is onderworpen inzake de interne organisatie en de boekhouding. - Vb. Meerdere personen hebben gezamenlijk een schuld aangegaan. Dan kan een schuldeiser het volledige bedrag bij elk van hun opeisen. - Maatschap - De maatschap beschikt niet over rechtspersoonlijkheid. - De vennoten zijn onbeperkt aansprakelijk 2. Vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid - Bij deze vennootschappen is het verhaal van de schuldeisers van de vennootschap beperkt tot het vermogen van de rechtspersoon zelf. - Zo blijft het persoonlijk vermogen van de aandeelhouders buiten schot. - Tegenover de beperkte aansprakelijkheid staat een geheel van vennootschapsrechtelijke en boekhoudkundige verplichtingen - BV (vroeger BVBA) - Historisch was deze vennootschapsvorm bedoeld voor kleinere samenwerkingsbanden - Inmiddels kan deze ook worden gebruikt voor de grotere structuren. - Naamloze vennootschap - Deze vennootschapsvorm bedoeld voor grotere bedrijven met veel aandeelhouders. - De identiteit van de aandeelhouders is onbelangrijk. - Kapitaalsverstrekking en vrije overdraagbaarheid van de aandelen primeert. - Vb. Kluwer - Coöperatieve vennootschap - Veranderlijk aantal vennoten met veranderlijke inbreng. - Niet iedereen heeft evenveel aandelen. - Vb. Acco Boekhandel - Ontstaan en einde van de rechtspersoonlijkheid - Het wettelijkheids- of legaliteitsbeginsel De rechtspersoonlijkheid kan enkel worden toegekend in de gevallen die in de wet zijn voorzien. - Ontstaan van de rechtspersoon(lijkheid): de rechtspersoon ontstaat wanneer de op algemene wijze omschreven wettelijke grond- en vormvereisten zijn nageleefd. - Verkrijging van de rechtspersoon(lijkheid): Op de dag van de neerlegging van een uittreksel uit de oprichtingsakte ter griffie van de ondernemingsrechtbank van het rechtsgebied binnen dewelke de vennootschap of de vereniging haar zetel heeft. Bij grotere vennootschappen meestal bij notariële akte. Uitzondering: stichting van openbaar nut (SON): datum van Koninklijk Besluit - Einde van de rechtspersoon(lijkheid) Bij de vrijwillige of gerechtelijke ontbinding van de vennootschap, waarna de vereffening van het vermogen volgt. - Tegenwerpelijkheid van het bestaan van de rechtspersoon aan derden - Pas na publicatie van een uittreksel uit de oprichtingsakte in het Belgisch Staatsblad. - Hoewel de rechtspersoon ontstaat zodra het uittreksel uit de oprichtingsakte neergelegd werd ter griffie, is het bestaan van de rechtspersoon slechts tegenwerpelijk aan derden vanaf de bekendmaking van het uittreksel uit de oprichtingsakte in het Belgisch Staatsblad Hoofdstuk 2: bekwaamheid van rechtssubjecten {#hoofdstuk-2-bekwaamheid-van-rechtssubjecten.Stijl3} -------------------------------------------- #### soorten bekwaamheid {#soorten-bekwaamheid.Stijl4} - Feitelijke bekwaamheid - Rechtsbekwaamheid/genotsbekwaamheid: passieve term = de bevoegdheid om titularis te zijn van rechten en plichten, van welke rechten geniet ik - Handelingsbekwaamheid: actieve term - = de bevoegdheid om de rechten en plichten waarvan men titularis *is zelf en zelfstandig* uit te oefenen #### Rechtsbekwaamheid van natuurlijke personen {#rechtsbekwaamheid-van-natuurlijke-personen.Stijl4} **Algemene regel**: - Volledige rechtsbekwaamheid voor alle Belgen - **[Art. 4 oud BW:]{.smallcaps}** "Ieder Belg heeft het genot van de burgerlijke rechten." - **[Art. 1.3, tweede lid BW:]{.smallcaps}** "Tenzij de wet anders beschikt, heeft iedere natuurlijke persoon rechtsbekwaamheid." - **[Art 10-11]{.smallcaps}** GRONDWET - **[Art 14 EVRM:]{.smallcaps}** Europees verdrag voor de rechten van de mens #### Uitzonderingen op rechtsbekwaamheid {#uitzonderingen-op-rechtsbekwaamheid.Stijl4} - Algemene beperkingen 1. **Vreemdelingen**: - Genieten in België alle burgerlijke rechten, behalve uitzonderingen bij wet **[(Art. 5 oud BW)]{.smallcaps}** - **[(art. 5, eerste lid oud BW);]{.smallcaps}** Een vreemdeling heeft in België het genot van alle aan de Belgen verleende burgerlijke rechten, *behoudens de uitzonderingen door de wet gesteld* - Voorbeeld van een beperking inzake burgerlijke rechten: **[Art. 10, tweede lid Grondwet:]{.smallcaps}** De Belgen zijn gelijk voor de wet; *zij alleen zijn tot de burgerlijke en militaire bedieningen benoembaar*, behoudens de uitzonderingen die door een wet kunnen worden gesteld**\ **Voorbeeld van een beperking inzake politieke rechten: - Gemeentekieswet (voor gemeenteraadsverkiezingen) - **[Art. 1bis]{.smallcaps}**: stemrecht voor EU-onderdanen, mits schriftelijke aanvraag - **[Art. 1ter:]{.smallcaps}** stemrecht voor niet-EU-onderdanen mits schriftelijke aanvraag, na minimum vijf jaar ononderbroken wettig hoofdverblijf vereist 2. **Zwaar strafrechtelijk veroordeelden**: - Ontzetting uit bepaalde politieke en burgerlijke rechten als bijkomende straf - Vb; Frank Verstraeten (Zillion) mocht niet meer stemmen na **straf** - **Specifieke beperkingen:** 1. Opgelegd door de wet - Bijvoorbeeld huwelijksbeletselen **[(Art. 161-163 oud BW) je mag niet met je zus trouwen]{.smallcaps}** - [De voogd mag geen goederen kopen van zijn pupil (art 411 oud BW)]{.smallcaps} 2. Opgelegd door de rechter - ontzetting uit het ouderlijk gezag - vervallen tot het recht tot sturen (autorijden) - uitsluiting erfenis; inzake je deze persoon zelf vermoord hebt (art 4.6 BW): onwaardigheid - verbod bepaalde beroepsuitoefening - Vb; Frank Verstraeten (Zillion) mocht geen discotheek meer uitbaten - Sanctie: Bij overtreding van de regels van genots(on)bekwaamheid is de absolute nietigheid #### Handelingsbekwaamheid van natuurlijke personen {#handelingsbekwaamheid-van-natuurlijke-personen.Stijl4} - Algemene regel: - Iedereen is handelingsbekwaam **[(Art. 1.3, tweede lid BW)]{.smallcaps}** [ ] - Uitzonderingen op handelingsbekwaamheid 1. Algemene handelingsonbekwaamheid: = Personen kunnen in geen geval zelfstandig handelen in het rechtsverkeer (volledig handelingsonbekwaam) A. Niet-ontvoogde minderjarigen - Nog 18 jaar - Niet ontvoogd - Hoe kan minderjarige overeenkomst afsluiten? Wordt vertegenwoordigd door zijn ouders die deze rechtshandeling gaat stellen in zijn plaats. Zij zullen optreden in naam en voor rekening van de minderjarige B. Beschermde meerderjarigen - meerderjarigen ten aanzien van wie de vrederechter een rechterlijke beschermingsmaatregel heeft genomen, en waarbij de beschermde persoon vertegenwoordigd wordt voor alle handelingen. - Buitengerechtelijke bescherming: een regime van lastgeving, beperkt tot de goederen. Los van de Vrederechter een lasthebber aanduiden, wanneer je niet in staat zou zijn om handelingen te stellen. - Vb. zorgvolmacht Vrederechtelijke bescherming: - Vb. bewind - De vrederechter kan onbekwaamheid op maat uitspreken voor het stellen van rechtshandelingen. - De vrederechter moet zich autonoom opstellen. - m.b.t. de persoon: art. 492/1 § 1 B.W. - m.b.t. de goederen: art. 491/1 §2 B.W. Alle rechtshandelingen werden opgesomd 2; gedeeltelijk handelingsonbekwaam = gedeeltelijk handelingsonbekwaam, gedeeltelijk niet/wel door de wet of rechter A. ontvoogde minderjarigen - minderjarigen die de leeftijd van 15 jaar hebben bereikt, kunnen door de familierechtbank worden ontvoogd. - Daarnaast heeft het huwelijk van een minderjarige van rechtswege zijn ontvoogding tot gevolg. (art. 476 B.W.). Zij zullen bijstand krijgen van een curator. B. Beschermde meerderjarigen - Niet voor alle rechtshandelingen onbekwaam Doel van deze uitzonderingen op het principe v/d handelingsbekwaamheid = de bescherming van personen met onvoldoende ontwikkelde wil en bescherming van handelingsonbekwamen 1. **Positief aspect**: de onbekwame kan optreden via vertegenwoordiging of bijstand - Vertegenwoordiging: - een door de wet of door een rechter aangeduide persoon treedt op in naam en voor rekening van de beschermde persoon. - Vertegenwoordiger treedt actief op namens de vertegenwoordigde persoon en stelt handelingen in naam en voor rekening van de vertegenwoordigde persoon. - Beschermde kan niet zelfstandig, noch zelf optreden in het rechtsverkeer. - Beschermde heeft geen autonomie - Bijstand: - diegene die bijstand verleent treedt samen met de beschermde persoon op ( maar kan niet handelen zonder diens toestemming). Beschermde heeft meer autonomie. - Beschermde kan zelf, maar niet zelfstandig optreden = 2 handtekeningen vereist). Voor minderjarigen is vertegenwoordiging de regel en bijstand de uitzondering. Vb. ontvoogde minderjarigen. Voor meerderjarigen wordt vertegenwoordiging enkel bevolen indien bijstand niet volstaat. (kan nooit voor verkwisters). alcoholverslavende zijn geen verkwisters; gokverslaafden wel 2. **Negatief aspect**: Vernietiging van rechtshandelingen, relatieve nietigeheid #### Ogenblik waarop de handelingsonbekwaamheid ontstaat {#ogenblik-waarop-de-handelingsonbekwaamheid-ontstaat.Stijl4} 1. **Voor minderjarigen** - bij de geboorte 2. **Voor meerderjarigen** - principieel vanaf de neerlegging v/h verzoekschrift - voor machtiging behoevende handelingen vanaf de bekendmaking van (een uittreksel van) de beschikking v/d vrederechter in het BS(aankopen ORG, lening aangaan) **[(art. 492/3 oud BW)]{.smallcaps}** - Alle andere rechtshandelingen: vanaf de indiening van het verzoekschrift op het Vredegerecht - [boek p 63]{.smallcaps} #### Sanctieregeling bij onbekwaamheid {#sanctieregeling-bij-onbekwaamheid.Stijl4} ##### Absolute nietigheid {#absolute-nietigheid.Stijl6} - schending van rechtsbekwaamheid - regels van Openbare Orde - Zijn regels die door de wetgever of rechter zo essentieel geacht worden voor de ordering van de maatschappij dat men er geen afwijkingen op duld. De regels moeten altijd gerespecteerd worden -\> er kan niet van afgeweken worden. Elke afwijking is absoluut nietig. Vb. afstammingsrecht - onderhoudsplicht - niet in codex - beschermen van het algemeen belang - art 5.58 1^e^ lid BW - overtreding van de regels leidt tot absolute nietigheid - kan door elke belanghebbende, ook de rechter - aangetaste rechtshandelingen zijn niet vatbaar voor bevestiging - Vb. Iemand voert toch een nietige overeenkomst uit. Deze kan achteraf niet meer de nietigheid inroepen. Vb: Ouders doen lastig om studies te betalen van zoon. Zij beslissen om studies niet meer te betalen, omdat er weinig eerbied en respect is van de student. Art. 203 B.W.: ouderlijke onderhoudsplicht. Deze plicht raakt de openbare orde. Ouders moeten studies betalen. ##### Relatieve nietigheid {#relatieve-nietigheid.Stijl6} - Schending van de rechtsbekwaamheid - Regels van louter dwingend recht: - Louter dwingend recht primeert op de eigen regeling van partijen. Partijen kunnen van de wettelijke regeling afwijken. De rechter zal de eigen regeling nietig verklaren en de wettelijke regels zullen worden toegepast. Het staat de belanghebbende partij vrij om de nietigheid op te werpen. - Vb: X huurt een woning van Y. In de 9-jarige huurovereenkomst is bepaald dat de huurder de huurovereenkomst kan opzeggen met inachtneming van een opzeggingstermijn van 6 maanden. X vindt op een dag een mooiere huurwoning. Hij wil de woning van Y zo spoedig mogelijk verlaten. X kan de nietigheid inroepen. - Enkel degene die belang heeft bij een bepaling van dwingend recht kan de nietigheid opwerpen - De rechter kan bijgevolg niet ambtshalve de nietigheid opwerpen indien partijen een geschil omtrent dwingend recht voorleggen - De belanghebbende kan aan de mogelijkheid tot inroepen van de nietigheid verzaken - Toegepast op de regels m.b.t. de bescherming van handelingsonbekwamen, betekent relatieve nietigheid dat slechts de handelingsonbekwame (in de praktijk de vertegenwoordiger of de bijstandverlener) de nietigheid van een rechtshandeling gesteld zonder vertegenwoordiging of bijstand, zal kunnen inroepen. Vb: X is dement en staat onder bewind. Hij wordt vertegenwoordigd door Y. Zonder medeweten van Y koopt X een sportwagen ter waarde van 50.000 EUR van Z. Hij ondertekent de koopovereenkomst. X is echter helemaal niet vermogend, integendeel hij heeft schulden. X vergeet de koopsom te betalen en wordt aangemaand door Z. Y vindt de aanmaningsbrief. Y kan de nietigverklaring van de koopovereenkomst vorderen Nietigheid rechtens = loutere overtreding van de beschermingsregels (weinig appreciatiebevoegdheid van de rechter) Houdt in dat de rechter niet kan weigeren de nietigheid uit te spreken indien deze gevorderd wordt. - De loutere overtreding van de beschermingsregels inzake handelings onbekwamen volstaat om de nietigheid uit te spreken. - Vb. minderjarige koopt iets aan -\> rechter stelt vast dat dit niet kan. Er diende machtiging te worden gevraagd door de ouders -\> nietig - De benadeling moet bewezen worden. De rechter zal pas de nietigheid vaststellen als het bewezen is. Nietigheid wegens benadeling = de benadeling moet bewezen worden Miskenning van de beschermingsregels volstaat niet om de nietigheid uit te spreken. - De benadeling moet bewezen worden dat de rechtshandeling in het nadeel van de handelingsonbekwame werd gesteld. - Bewijs van benadeling: intrinsieke en extrinsieke benadeling a. Intrinsieke benadeling: de rechtshandeling is op zich nadelig. - Vb. Minderjarige koopt een fles water van 50€ -\> rechtshandeling is nadelig. b. Extrinsieke benadeling: de rechtshandeling op zich is niet nadelig, maar wel in het licht van de vermogenstoestand van de betrokkene. - Vb. Huurovereenkomst werd op 17-jarige leeftijd ondertekend. De huurprijs bedroeg 850€. Na enkele maanden meent de student dat de huurovereenkomst te duur is. Kan minderjarige er vanonder uit? - ja, ondertussen is student meerderjarig geworden. Hij was minderjarig op moment van de ondertekening. Rechtshandeling was niet geldig op moment van ondertekening -\> lijdt tot relatieve nietigheid. - Uitzonderingen: i. Bij minderjarigen wordt bewijs van benadeling vereist. Hun rechtshandelingen worden slechts nietig verklaard indien de benadeling bewezen is. Bewijs van benadeling is vereist voor alle categorieën van minderjarigen (ouderlijk gezag, voogdij alsook ontvoogde minderjarigen, behalve voor kinderen zonder het oordeel des onderscheids (\< 7jaar). Uitzondering op deze regel zijn de rechtshandelingen waarvoor de vertegenwoordiger van de minderjarige niet kan optreden zonder rechterlijke machtiging. M.a.w. indien een minderjarige een rechtshandeling stelt die zijn vertegenwoordiger niet kan stellen zonder voorafgaande machtiging daartoe van de Vrederechter, geldt de nietigheid rechtens. Vb. Aangaan van een dading -\> machtiging niet aanwezig -\> nietigheid rechtens. ii. Bij meerderjarigen is benadeling (enkel) vereist voor niet-machtigingbehoevende vermogensrechtelijke rechtshandelingen. Buitensporige gelduitgaven kunnen ook verminderd worden. Rechtshandelingen m.b.t. de persoon en machtigingbehoevende vermogensrechtelijke rechtshandelingen zijn rechtens nietig. (Art. 493 B.W.). ##### Bekwaamheid raakt de openbare orde {#bekwaamheid-raakt-de-openbare-orde.Stijl6} - Alle regels inzake de staat en de bekwaamheid van de persoon raken de openbare orde. overtreding van de regels m.b.t. de genotsbekwaamheid leidt tot absolute nietigheid; -\> overtreding van bijstand- en vertegenwoordigingsregeling bij handelings onbekwamen leidt tot relatieve nietigheid -\> een onbekwaamheid kan slechts voortvloeien uit de wet. Enkel de wetgever kan onbekwaamheden creëren. - Legaliteitsbeginsel? Eenieder kan contracten aangaan, indien hij daartoe door de wet niet onbekwaam werd verklaard. (Art. 1123 B.W.) #### genotsbekwaamheid van Rechtspersonen {#genotsbekwaamheid-van-rechtspersonen.Stijl4} - **Algemeen principe**: Rechtspersonen hebben ook volledige genots/rechtsbekwaamheid als natuurlijke personen - Het Burgerlijk Wetboek kent de figuur van rechtspersoon niet en bevat ook geen bepalingen i.v.m. hun bekwaamheid - beperkingen 1. Voortvloeiend uit de aard - geen familierechten (NV kan geen kind erkennen) - geen politieke rechten; niet gaan stemmen - heeft [wel] persoonlijkheidsrecht (naam krijgen bv) 2. Voortvloeiend uit de wet - Betreffende het bezit van onroerende goederen. - Vb. voor de VZW en de stichting is het verboden andere goederen in eigendom te hebben dan degene nodig voor het bereiken van het statutaire doel 3. Het doel dat een rechtspersoon nastreeft - Specialiteitsbeginsel: een rechtspersoon kan slechts titularis worden van rechten en verplichtingen binnen de hem door zijn doel toegewezen activiteit sfeer. - Wettelijke specialiteit: een type rechtspersoon kan enkel gebruikt worden voor een bepaald doel. Vb. een VZW heeft een ander doel dan het maken van winst. Elk type rechtspersoon kan enkel gebruikt worden voor het doel bepaald door de wetgever. -\> raakt de openbare orde. Verzet zich niet tegen dat een vereniging winstgevende activiteiten zou uitoefenen, maar wel dat de vereniging deze winsten aan haar leden zou uitkeren. Wat vennootschappen betreft verzet de wettelijke specialiteit zich er in het bijzonder tegen dat deze schenkingen zou doen. Een vennootschap heeft immers de verdeling van winsten onder haar aandeelhouders als voornaamste doel. - Statutaire specialiteit: verwijst naar de activiteiten die een rechtspersoon tot voorwerp heeft, zoals deze door de oprichters in de statuten werden omlijnd. Vb. een immobiliënvennootschap: het verhuren en verkopen van onroerende goederen. Dus geen handel in tapijten. - Het gevolg van het specialiteitsbeginsel: - De rechtspersoon kan buiten zijn wettelijke en statutair doel om GEEN rechten verkrijgen of verbintenissen aangaan. Een buiten deze perken gestelde rechtshandeling is ongeldig. - Het specialiteitsbeginsel houdt gevaren in voor derden: - Oplossing: publiciteitsvoorschriften: statuten worden gepubliceerd in Belgisch Staatsblad - Uitzonderingen voor de meest geavanceerde rechtspersonen: NV, BV en de VZW: Deze rechtspersonen zijn t.o.v. derden wel verbonden door handelingen gesteld door bestuurders binnen hun wettelijke bevoegdheid maar buiten het statutaire voorwerp van de vennootschap, tenzij de derde op de hoogte was of moest zijn van de overschrijding van de statutaire specialiteit. Vb. zelfstandige thuisverplegers hebben een BV. Zij hebben appartement gekocht voor de dochter op naam van de BV. Dit is een schending van de statutaire specialiteit (ORG heeft niets te maken met de activiteiten van de thuisverplegers). #### Handelingsbekwaamheid van rechtspersonen {#handelingsbekwaamheid-van-rechtspersonen.Stijl4} - Rechtspersonen handelen via hun **[organen]** (algemene vergadering, bestuurders) of via **[bijzondere lasthebbers]** (contractuele vertegenwoordigers met een beperkte opdracht, voor bepaalde handelingen - **Bijzondere lasthebbers** zijn beperkt in hun bevoegdheden en worden juridisch niet vereenzelvigd met de rechtspersoon Hoofdstuk 3: rechtshandelingen {#hoofdstuk-3-rechtshandelingen.Stijl3} ------------------------------ #### Onderscheid {#onderscheid.Stijl4} 1. Materiële handelingen: handelingen die niet worden gesteld om rechtsgevolgen teweeg te brengen. Materiële handelingen kan men indelen in: - Niet-geoorloofde handelingen (= onrechtmatige daden) die met of zonder opzet zijn gepleegd en waarvoor de wet een schadevergoeding oplegt - Vroeger: onrechtmatige daden - Nu: buitencontractuele aansprakelijkheid - Geoorloofde handelingen: vrijwillige geoorloofde daden die gesteld worden door een rechtssubject, niet met het oog op het verzaken van rechtsgevolgen, maar die wel rechtsgevolgen doen ontstaan. - Vroeger: quasi-contracten - Nu: oneigenlijke contracten - 3 soorten: a. Zaakwaarneming: dak buurman loopt schade op. U neemt de zaken van de buurman waar. b. Onverschuldigde betaling Vb. verkeerd rekeningnummer gebruiken bij betaling. c. Onrechtvaardige verrijking Vb. verkeerd rekeningnummer gebruiken bij betaling 2. Rechtshandelingen: Menselijke wilsverklaringen waarvan het recht rechtsgevolgen verbindt en die afgelegd worden om deze rechtsgevolgen mee te brengen. 3. Proceshandelingen: Handelingen die betrekking hebben op het optreden in rechte als eiser of verweerder #### Geldigheidsvoorwaarden voor een overeenkomst/contract {#geldigheidsvoorwaarden-voor-een-overeenkomstcontract.Stijl4} [(art. 5.27 BW):]{.smallcaps} - vrije en bewuste toestemming van elke partij - bekwaamheid van elke partij om contracten aan te gaan - bepaalbaar en geoorloofd voorwerp - geoorloofde oorzaak de reden waarom je de overeenkomst sluit #### *geldigheidsvereisten* {#geldigheidsvereisten.Stijl4} 1. Handelingsbekwaamheid - ≠ begrip "toereken(ingsvat)baarheid": verwijst naar het noodzakelijke bewustzijn om een fout aan de schadeverwekker te kunnen verwijten 2. *De rechtshandeling moet beantwoorden aan de werkelijke wil van degene die haar stelt (toestemming)* - *Wilsleer vs. Vertrouwensleer* - Wilsleer = de innerlijke wil van een persoon doorslaggevend is voor de rechtsgeldigheid van een handeling, en als die wil ontbreekt of onjuist is gevormd (bijvoorbeeld door dwang of bedrog), dan kan de handeling ongeldig zijn - Correcties op de wilsleer: - Door de wet: de wilsgebreken. De wil is gebrekkig gevormd. (dwaling, bedrog en geweld). - Door de rechtspraak: vereiste van verschoonbaarheid van de dwaling; - verschrijving ( vb; op je akte staat Kerkstraat 26 terwijl je op kerkplaats 25 woont ≠ werkelijke wil - De vertrouwensleer/schijnleer = een wilsverklaring, ongeldig volgens de klassieke wilstheorie, is toch geldig indien bij de wederpartij het vertrouwen werd gewekt dat het om een werkelijk gewilde wilsverklaring ging; de wederpartij mag voortgaan op de schijnbaar aanwezige wil wanneer redelijkerwijze mag worden aangenomen dat deze ook de werkelijke wil was - uitzondering op de klassieke wilsleer - Verstoring van het bewustzijn of wilsvermogen - Wilsdeficiëntie = verstoring v/h bewustzijn (wilsonvermogen), is een feitelijke toestand te onderscheiden v/d handelings(on)bekwaamheid - Wilsgebreken = de wil is gebrekkig gevormd - dwaling = een verkeerde voorstelling van een doorslaggevend element voor een partij, die deze partij ertoe brengt een rechtshandeling te stellen die ze niet zou gesteld hebben bij kennis van de juiste toedracht van zaken slechts grond tot nietigverklaring indien ze - bedrog = een partij werd misleid door een opzettelijk aangewende kunstgreep van de wederpartij vb moeder weet dat het niet de vader is van dat kind; liegen over soort grond die je verkoopt [(art. 5.35 BW)]{.smallcaps} - geweld = onrechtmatige dwang (fysiek of moreel) die doet vrezen voor een aanzienlijke aantasting van de fysieke of morele integriteit of het vermogen van een partij of haar naasten[(art. 5.36 BW)]{.smallcaps} - misbruik van omstandigheden = kennelijk(heel duidelijk) onevenwicht tussen de prestaties als gevolg van misbruik door de ene partij van de omstandigheden verbonden aan de zwakke positie van de andere ([art. 5.37 BW)]{.smallcaps} - Inhoud v/d rechtshandeling (voorwerp) - Enkel rechtshandelingen met een aanvaardbare inhoud kunnen bekrachtigd worden door het recht = moet geoorloofd zijn - Controle op de inhoud is verschillend naargelang het open of gesloten karakter van de rechtshandeling - Individuele rechtvaardiging voor het rechtssubject (de oorzaak) - Zin en nut voor degene die de rechtshandeling stelt. Zodat rechtshandelingen gesteld door verrassing, op lichtzinnige wijze of zonder motief niet bindend zijn voor betrokkene - Wetsontduiking = handig gebruik maken van een andere wettekst waarvan de uitwerking uitsluitend gewenst wordt omdat men, dankzij die uitwerking, buiten de letter van het ontdoken voorschrift valt - Vb. trouwen met iemand om een verblijfsvergunning te bekomen - Vb. beroepsbekwaamheid als schijnzelfstandige om te ontkomen aan socialezekerheidsverplichtingen #### Conformiteit met geldende dwingende rechtsregelingen {#conformiteit-met-geldende-dwingende-rechtsregelingen.Stijl4} - Onderscheid tussen dwingend en aanvullend recht: - Aanvullend of suppletief: mag je afwijken - Dwingend of imperatief: afwijking maakt rechtshandeling nietig - De rechtshandeling is enkel ongeldig bij strijdigheid met een bepaling van dwingend recht #### Organisatie v/d controle op de geldigheid {#organisatie-vd-controle-op-de-geldigheid.Stijl4} - in de regel *a posteriori*: na het stellen van de rechtshandeling, bij betwisting - uitzonderlijk *a priori*: telkens wanneer machtiging of homologatie vereist is #### nietigheid van rechtshandelingen {#nietigheid-van-rechtshandelingen.Stijl4} ##### De nietige rechtshandeling bestaat tot zolang ze niet wordt vernietigd {#de-nietige-rechtshandeling-bestaat-tot-zolang-ze-niet-wordt-vernietigd.Stijl8} - Er is niet in aan alle opzichten aan de geldigheidsvereisten voldaan ##### Gevolgen van de nietigverklaring {#gevolgen-van-de-nietigverklaring.Stijl8} - Een nietige rechtshandeling wordt geacht nooit te hebben bestaan met terugwerkende kracht (EX TUNC) - Dit geldt zowel voor het verleden als voor de toekomst.(EX NUNC) - **Voor partijen**: In beginsel moeten de partijen wederzijds **restitueren** (restitutieplicht) = teruggeven, tenzij het gaat om handelingsonbekwamen. Zij moeten enkel restitueren voor zover ze voordeel hebben gehaald - Vb. koop/verkoop wordt nietig verklaard. De laptop gaat terug vanwaar hij kwam en u ontvangt het geld terug - vb. piano gekocht door 17 jarige -\> veel te duur (art 5.124 BW) - **Voor derden**: Geldigheid van rechtshandelingen die voortbouwen op de vernietigde rechtshandeling komen in het gedrang (art 493 \$ 2 oud BW) - Bv. A verkoopt aan B en B verkoopt aan C Koop wordt nietig verklaard tussen A en B. Wil zeggen dat B nooit eigenaar is geweest. C is nooit rechtsgeldig eigenaar kunnen worden. B kon geen eigendomsrechten overdragen ##### Onderscheid tussen absolute en relatieve nietigheid {#onderscheid-tussen-absolute-en-relatieve-nietigheid.Stijl8} - Absolute nietigheid: - Bij strijdigheid met de openbare orde of goede zeden - Genotsbekwaamheid - ongeldig voorwerp of bij gebrek aan beweegreden - Relatieve nietigheid: - Bij strijdigheid met bepalingen met louter dwingend recht - Handelingsonbekwaamheid - wilsgebreken (dwaling, bedrog, geweld, misbruik van omstandigheden) #### Tegenwerpelijkheid (tegenstelbaarheid) van rechtshandelingen {#tegenwerpelijkheid-tegenstelbaarheid-van-rechtshandelingen.Stijl4} ##### Rechtshandelingen binden alleen de partijen die betrokken zijn bij het contract {#rechtshandelingen-binden-alleen-de-partijen-die-betrokken-zijn-bij-het-contract.Stijl8} - Het beginsel van de relativiteit van de rechtshandelingen Het beginsel van de relativiteit der rechtshandelingen wordt in het Burgerlijk Wetboek verwoord in art. 1165 B.W. - Behoudens wettelijke uitzonderingen brengt een rechtshandeling geen rechten of plichten mee voor anderen dan de partijen. Enkel de partijen zijn er door gebonden, derden niet. - Vb.: een levensverzekering -\> men betaald een premie aan de verzekeraar -\> de som wordt uitbetaald aan een derde op moment dat ik kom te sterven. - Derden zijn in principe niet gebonden aan deze contracten of rechtshandelingen. - **Artikel 5.103 BW**: \"Het contract doet enkel tussen partijen verbintenissen ontstaan.\" Derden kunnen alleen nakoming vorderen als de wet dit bepaalt. - Uitzonderingen: - Rechtstreekse vordering: Schuldeiser (SE) kan soms rechtstreeks de schuldenaar van zijn schuldenaar aanspreken, bijvoorbeeld bij een onderaannemer die betaling eist van een hoofdaannemer. - Derdenbeding: Partijen in een contract kunnen een derde (die geen partij is) een voordeel toekennen, bijvoorbeeld bij een levensverzekering waarbij een derde begunstigde is. - Sterkmaking is géén uitzondering: het is een belofte dat een derde een verbintenis zal nakomen, zonder dat deze derde zelf partij wordt bij het contract. - Relativering op 3 niveaus 1. Het bestaan van een rechtshandeling als feit voor derden - Een rechtshandeling kan niet worden ontkend door derden, ook al zijn zij er niet bij betrokken - "Het contract doet enkel tussen partijen verbintenissen ontstaan. Derden kunnen slechts de nakoming van een contractuele verbintenis vorderen indien de wet dat bepaalt en in het geval bedoeld in artikel 5.107" - sterkmaking; erfenis gedeeld door 2 (appartement); geen interesse-\> appartement kopen; er is iemand die zich sterk maakt voor zijn zus zodat zij wilt verkopen; zus kan nog altijd doen wat ze wilt **[(art. 5.103 BW) ]{.smallcaps}** - rechtstreekse vordering: rechtstreekse aannemer heeft een rechtstreekse vordering op de bouwer; - **Boswachtersarrest (Cass. 27 mei 1909)**: Een boswachter sloot een contract met een verzekeringsmaatschappij, waarin hij zich (enkel) verzekerde voor overlijden tijdens zijn taak. De boswachter was slachtoffer van een ongeval, maar door tussenkomst van een dokter stierf hij niet. Zijn behandeling bracht aanzienlijke medische kosten mee. De dokter dagvaardt de verzekeringsmaatschappij (die weigert de medische kosten te vergoeden, aangezien haar medecontractant niet overleden was) en beroept zich op de theorie van de vermogensvermeerdering zonder oorzaak. Het Hof van Cassatie geeft de dokter ongelijk: het verzekeringscontract dringt zich als feit op aan de dokter (die een derde is) en is de oorzaak van de verrijking van de verzekeringsmaatschappij. 2. Derden moeten andermans rechtshandelingen [(subjectieve rechten)] respecteren, wanneer zij van het bestaan ervan op de hoogte (behoren te) zijn - Derden moeten de subjectieve rechten respecteren die voortvloeien uit andermans rechtshandelingen, vooral wanneer ze hiervan op de hoogte zijn of hadden moeten zijn. - Iedereen is verplicht te handelen naar de goeder trouw: [ART 9 BOEK 1 (half)]{.smallcaps} - Objectieve goede trouw: Verwijst naar een algemene gedragsnorm van redelijkheid en billijkheid in het verkeer= gedragsnorm - Subjectieve goede trouw: Iemand die een rechtshandeling respecteert, wordt geacht te handelen te goeder trouw zolang hij niet wist of had moeten weten dat hij in strijd met andermans rechten handelde = kennisnorm - [Artikel 1.9 BW]{.smallcaps}: De wet gaat uit van een vermoeden van goede trouw, tenzij bewezen kan worden dat de betrokkene wist of had moeten weten dat hij te kwader trouw handelde Vb. brouwerijovereenkomst Café waarbij er 2 pilsbieren van het vat te verkrijgen zijn. Meestal is er slechts 1 pilsbier van het vat te verkrijgen. Café verkoopt alleen bier van de brouwer die eigenaar is van het café (alleenverkoopovereenkomst). Een andere brouwer moet het bestaan van deze rechtshandeling respecteren. 3. Rechtshandelingen maken feitelijke gegevens uit die de toepassing van andere rechtsregels voor derden kunnen beïnvloeden - Rechtshandelingen hebben een bredere impact dan enkel tussen de betrokken partijen. - Zij kunnen voor derden feitelijke gegevens vormen die de toepassing van andere rechtsregels beïnvloeden. - Dit geldt zowel voor patrimoniale rechtshandelingen (aankoop van een 2de stuk bouwgrond en aangaan van een lening daarvoor) als voor extrapatrimoniale rechtshandelingen (zoals persoonlijkheidsrechten). - bijkomende voorwaarden - registratie in een centraal register - Vb. verwerpen/aanvaarden van een nalatenschap -\> moet opgenomen worden in het CRE. - CRH (centraal register van huwelijksovereenkomst; mensen doen dit voor huwelijksovereenkomsten; delen van de inkomsten - CER centraal erfregister; - CRT centraal register voor testamenten; erfovereenkomst !!; - CRL centraal register voor lastgeving overeenkomsten - CRV centraal register voor verklaringenµ - Wordt bijgehouden door fednot - publicatie in (de bijlagen bij) het Belgisch Staatsblad - mededeling v/d akte bij ter post aangetekende brief - Vb. erkenning van een overspelig kind. Zonder kennisgeving per aangetekende brief is de erkenning niet tegensprekelijk aan derden. - betekening v/h vonnis - overschrijving v/d akte op het bevoegde kantoor Rechtszekerheid v/d AAPD-\> is vereist voor de tegenwerpelijkheid v/d vestiging, overdracht of vaststelling van onroerende zakelijke rechten aan derden te goeder trouw die een concurrent recht op het onroerend goed hebben [(art. 3.30, § 2, eerste lid BW)]{.smallcaps} Vertegenwoordiging bij rechtshandelingen ##### begrip {#begrip.Stijl8} - Definitie: Vertegenwoordiging betekent dat een persoon (de vertegenwoordiger) bevoegd is om namens een ander (de vertegenwoordigde) een rechtshandeling te verrichten met een derde. **[(art. 1.8, § 1, eerste lid BW) ]{.smallcaps}** - **[Vb. geesteszieke of een minderjarige moet worden vertegenwoordigd.]{.smallcaps}** - **Onmiddellijke vertegenwoordiging**: De vertegenwoordiger handelt in naam en voor rekening van de vertegenwoordigde. De rechtsgevolgen werken direct tussen de vertegenwoordigde en de derde. - **Middellijke vertegenwoordiging**: De vertegenwoordiger handelt in eigen naam, maar voor rekening van de vertegenwoordigde. De rechtsgevolgen werken eerst tussen de vertegenwoordiger en de derde, waarna de vertegenwoordigde indirect profiteert. **[(art. 1.8, § 1, tweede en derde lid BW)]{.smallcaps}** - Maatschappelijk nut: Afzwakking van het principe van de wilsautonomie (zelf u wil kunnen uiten) is noodzakelijk. Om juridische (handelsonbekwamen) of praktische redenen - Vb. men wenst een appartement te kopen en kan niet aanwezig zijn om de akte te laten ondertekenen \> men geeft de opdracht aan een lasthebber om akte te ondertekenen - Onmogelijk bij strikt persoonlijke rechtshandelingen: - Huwelijkssluiting: de aangifte van een huwelijk kan gebeuren door 1 van beide echtgenoten. Het Ja-woord geven moet je persoonlijk aanwezig zijn. Huwelijk bestaat op moment dat het 2de ja-woord wordt gegeven. - opmaak van een testament: men kan de bevoegdheid voor het opmaken van een testament niet delegeren aan een vertegenwoordiger. - erkenning van een kind: kan niet gebeuren via vertegenwoordiging ##### Grondslagen van vertegenwoordigingsbevoegdheid {#grondslagen-van-vertegenwoordigingsbevoegdheid.Stijl8} - Om als vertegenwoordiger te kunnen optreden moet men hiertoe bevoegd zijn. De vereiste vertegenwoordigingsbevoegdheid is de volmacht - De volmacht moet gebaseerd zijn op: - Een overeenkomst: conventionele vertegenwoordiging - De wet: wettelijke vertegenwoordiging - De statuten van vertegenwoordiging - rechtspersonen: organieke - Een rechterlijke uitspraak: door de rechter georganiseerde vertegenwoordiging - Behoudens wettelijke of contractuele afwijking zullen de regels van de lastgeving, zoals geregeld in het BW van toepassing zijn (art. 1984-2010 BW). - **Conventionele vertegenwoordiging**: - Een overeenkomst bepaalt de grenzen waarbinnen de vertegenwoordiger mag optreden - Lastgeving = de lasthebber verbindt zich ertoe rechtshandelingen te stellen in naam en voor rekening van de lastgever - Lasthebbers: de vastgoedmakelaars, de beheerders van aandelenportefeuilles - Vb. rechtspersonen stellen bijzondere lasthebbers aan om een onroerend goed aan te kopen. - **Gerechtelijke beslissing;Door de rechter georganiseerde vertegenwoordiging**: - op vordering van (een) bepaalde perso(o)n(en) - ontvangstmachtiging na niet-naleving bijdrageverplichting **[(art. 221, tweede lid oud BW)]{.smallcaps}** - Vb. echtgenoot moet bijdragen. Als bijdrage niet betaald wordt in de lasten van het huwelijk -\> sommendelegatie. - ontvangstmachtiging ten behoeve v/d huishouding **[(art. 220, § 3 oud BW)]{.smallcaps}** - Vb. echtgenoot vermoedelijk afwezig. Er kan ontvangstmachtiging worden gevraagd van de aanwezige echtgenoot om het loon te laten toekomen bij de aanwezige echtgenoot - Vb. 1 van beide echtgenoten is niet meer in staat om zijn wil te uiten; - bij EOT in uitzonderlijke omstandigheden; **[(art. 1289, § 2, tweede lid Ger.W.)]{.smallcaps}** - Vb. vrijstelling van persoonlijke verschijning bij EOT. Thans is dit een schriftelijke procedure. - **De wet/ Wettelijke vertegenwoordiging**: - De wet bepaalt (het kader dat) de omvang van de vertegenwoordigingsbevoegdheid (regelt) - Toepassing bij diverse beschermingsstatuten voor handelingsonbekwamen - Bv. minderjarigen, meerderjarigen onder bewind, **\ ** - **Statuten van rechtspersonen/ Organieke vertegenwoordiging**: - Rechtspersonen worden vertegenwoordigd door hun organen - wier wettelijk geregelde bevoegdheid (bij privaatrechtelijke rechtspersonen) beperkt kan worden door de statuten - contractuele vertegenwoordiging blijft daarnaast mogelijk ##### Toekenning van rechtsgevolgen bij vertegenwoordiging {#toekenning-van-rechtsgevolgen-bij-vertegenwoordiging.Stijl8} principe - Enkel indien de vertegenwoordiger vertegenwoordigingsbevoegd is EN handelt binnen de perken van zijn opdracht. - Wat indien de vertegenwoordiger niet (behoorlijk) gemandateerd was OF handelde buiten de perken van zijn opdracht? In principe geen toerekening van rechtsgevolgen aan de vertegenwoordigde. - Vb. een vertegenwoordiger krijgt de opdracht om een huis aan te kopen. Hij volgt de instructies van zijn opdrachtgever strikt op en tekent de koopovereenkomst. Overeenkomstig de regelen van de vertegenwoordiging wordt de vertegenwoordigde eigenaar van het huis. Wil de verkoper een vordering instellen om het koopcontract te doen naleven of nietig te verklaren, dan zal hij zich tegen de vertegenwoordigde en niet tegen de vertegenwoordiger moeten keren. - Vb. de opdrachtgever vraagt een makelaar om een geschikte huurder te vinden voor zijn leegstaande woning, en geeft hem een volmacht voor het afsluiten van een huurovereenkomst. De makelaar overschreed zijn bevoegdheid. De verkoop bindt de opdrachtgever dus niet. In casu betekent dit dat hij nog steeds de eigenaar blijft van de woning. De makelaar kan echter wel persoonlijk aansprakelijk gesteld worden. - De vertegenwoordigden evenals derden kunnen de vertegenwoordiger aansprakelijk stellen voor de schade de veroorzaakt door de bevoegdheidsoverschrijding uitzonderingen 1. De schijnvertegenwoordiging - **Schijnvertegenwoordiging**: Als een vertegenwoordiger buiten zijn bevoegdheid handelt, kan de vertegenwoordigde toch gebonden zijn wanneer hij de schijn heeft gewekt dat de vertegenwoordiger bevoegd was. - De schijn moet toerekenbaar zijn aan de vertegenwoordigde, bijvoorbeeld door gedragingen of verklaringen die bij de derde het vertrouwen hebben gewekt dat de vertegenwoordiger bevoegd was - Bij onregelmatige onmiddellijke vertegenwoordiging: vertegenwoordigde is tegenover derden niet verbonden tenzij hij zelf de rechtshandeling bekrachtigt **[(art. 1.8, § 4 BW) ]{.smallcaps}** - **[Artikel 1.8 § 5 BW]{.smallcaps}**: De vertegenwoordigde kan gebonden worden door een onbevoegde vertegenwoordiger als de schijn van bevoegdheid redelijkerwijs door de derde als werkelijkheid mocht worden aangenomen. - Vb. vertegenwoordigde (verhuurder) schakelt verhuurkantoor 1 (vertegenwoordiger) in om een appartement te verhuren Indien hij van verhuurkantoor verandert en verhuurkantoor 2 heeft gemandateerd en de huurder (derde) betaalt aan verhuurkantoor 1, dat de huurgelden niet doorstort aan de verhuurder, zou deze verhuurder -- in strikte toepassing van de leer van de vertegenwoordiging -- een tweede maal betaling van de huur kunnen eisen 2. Niet-tegenwerpelijkheid van interne beperkingen v/d wettelijke vertegenwoordigingsbevoegdheid van organen in nv, bv en vzw - Interne beperkingen aan de vertegenwoordigingsbevoegdheid van organen zijn vaak niet tegenwerpelijk aan derden te goeder trouw. - Als een orgaan van een vennootschap buiten zijn interne bevoegdheidsgrenzen treedt, blijft de vennootschap gebonden tegenover derden, tenzij deze derden te kwader trouw zijn. - Het orgaan zelf kan aansprakelijk zijn tegenover de vennootschap voor overschrijding van zijn bevoegdheden.Bovenkant formulier - "Wie voor rekening van een ander rechtshandelingen moet verrichten, mag niet optreden als tegenpartij van die ander, noch in geval van een belangenconflict. - Een dergelijke rechtshandeling is nietig, tenzij de vertegenwoordigde hiermee uitdrukkelijk of stilzwijgend heeft ingestemd."**[(art. 1.8, § 6 BW)]{.smallcaps}**Onderkant formulier #### Vorm van rechtshandelingen {#vorm-van-rechtshandelingen.Stijl4} Consensualisme versus formalisme A. Consensualisme - wilsovereenstemming tussen partijen. - De loutere wil volstaat, op welke wijze hij ook tot uiting wordt gebracht. - In principe zijn er geen vormvereisten die moeten nageleefd worden voor de geldigheid van de rechtshandelingen. - Vb. koop/verkoop -\> als er een akkoord is, is er koop/verkoop - Vb. art. 1583 BW: aankoop van een ORG. Er werd een bod gedaan via fax. Er is dus schriftelijk de wil geuit om het ORG aan te kopen tegen een bepaalde prijs. De volgende dag werd er door een andere partij een nieuw bod uitgebracht van 5.000 EUR meer -\> men kon nog niet bewijzen dat men officieel eigenaar is want er stond eigenlijk nog niets op papier. Voor het bewijs van de rechtshandeling is er wel een geschrift nodig (akte). -\> Mocht de 2de koper een compromis hebben ondertekend, kon de 1ste koper het huis niet kopen. B. Formalisme - Geldigheid van vormelijke rechtshandelingen is afhankelijk van het naleven van door de wetgever bepaalde vormvereisten - Vorm niet aanwezig = niet geldig= nietig verklaring - Bv; huwelijkscontract-\> notaris nodig - Bv. Uit de echt scheiden: er moet een echtscheidingsvonnis zijn #### Soorten wilsuiting {#soorten-wilsuiting.Stijl4} 1. Uitdrukkelijke wilsuiting - Blijkt uit handelingen die specifiek worden uitgevoerd met de bedoeling de wil tot uiting te brengen (bijv. mondeling of schriftelijk akkoord) - Heel duidelijk ja zeggen; ja zeggen voor te trouwen - Handtekening zetten onder een contract, formeel bevestigen - Kind erkennen voor de ambtenaar van de burgerlijke stand - Koop/verkoopovereenkomst 2\. Stilzwijgende wilsuiting - Wilsuiting die kan worden afgeleid uit handelingen die oorspronkelijk niet zijn gesteld om een wil te uiten, maar waaruit men impliciet een bedoeling kan afleiden - Bv; ik wil dat mijn bomen gesnoeid worden voor 25€; antwoord niet op de mail; snoeit wel de bomen; gaat wel akkoord met de prijs 3\. Louter stilzwijgen - [Uitzonderlijk:] Stilzwijgen kan onder bijzondere omstandigheden als toestemming worden opgevat - Bv; huurovereenkomst voor 3 jaar; bepaling duur loopt af en huurder blijft in gebouw na 3 jaar; verhuurder zegt niks; wetgeving bepaald voor weer hetzelfde contract op te stellen; zonder dat ze allebei ook iets ondertekenen **[(bijv. art. 1738 oud BW inzake huur)]{.smallcaps}** #### Soorten vormen {#soorten-vormen.Stijl4} 1. Akte= [ondertekend] geschrift, een middel (instrumentum, de vorm = akte) opgesteld met het doel een rechtshandeling (negotium) te bewijzen -\> staat ook in het wetboek d. **Authentieke akte**: = een geschrift dat in de wettelijke vorm is [verleden] voor een [openbare of ministerieel ambtenaar] die de [bevoegdheid] en hoedanigheid heeft om te instrumenteren (de akte mogen op papier zetten) **[(art. 8.1, 5° BW) ]{.smallcaps}** - wie allemaal? Rechters, notarissen, magistraten, burgemeesters, personeel van het consulaat - [Notariële akte is altijd authentiek MAAR authentieke akte is NIET altijd notarieel] - controle op de geldigheid v/d rechtshandeling - bijzondere wettelijke bewijswaarde **[(art. 8.17 BW)]{.smallcaps}** - [bewijswaarde waarde is niet sterker ]{.smallcaps} - Tussen partijen wordt de gehele rechtshandeling en haar inhoud bewezen\* - T.a.v. derden worden de feiten die de openbare of ministeriële ambtenaar persoonlijk heeft verricht of vastgesteld, bewezen geacht, zolang de echtheid v/d akte niet wordt betwist via een procedure valsheid in geschrifte; de andere feiten slechts tot bewijs v/h tegendeel - Wat die met ogen en horen heeft vastgesteld is geldig feiten zijn onbetwistbaar - brengt (soms aanzienlijke) kosten mee (notaris) - biedt het grote voordeel v/d [uitvoerbare kracht]; inhoud van de akte kan je dan gedwongen ten uitvoeren; bv vader wilt niet betalen, akte voorleggen aan deurwaarder; geen rechtbank nodig e. **Onderhandse akte**: = een geschrift dat rechtsgevolgen beoogt, dat door [de partij(en) ondertekend wordt] met de bedoeling om met de inhoud ervan overeen te stemmen (en dat geen authentieke akte is) **[(art. 8.1, 4° BW)]{.smallcaps}** - vereist de handtekening v/d partij(en), maar is voor het overige in de regel vormvrij - toch gelden bijzondere vormvereisten voor het gebruik als bewijsmiddel **[(art. 8.20 en 8.21 BW)]{.smallcaps}** - wederkerige verbintenis - handtekening van alle partijen (of hun vertegenwoordigers) - opgemaakt in zoveel "originelen" (exemplaren) als er partijen met onderscheiden belang zijn + vermelding op elk exemplaar hoeveel exemplaren werden opgemaakt - (gebruikelijk) vóór handtekening: "gelezen en goedgekeurd" - voor het bewijs v/e eenzijdige verbintenis om een geldsom te betalen of een zekere hoeveelheid vervangbare zaken te leveren - handtekening van alle partijen - de zelf geschreven vermelding v/d som of de hoeveelheid, voluit in letters uitgedrukt - Wettelijke bewijswaarde - Tussen partijen: idem als bij authentieke akte **[(art. 8.18 BW)]{.smallcaps}**, als de handtekening erkend wordt indien een partij haar handtekening ontkent: gerechtelijk onderzoek naar de echtheid **[(art. 8.19 BW)]{.smallcaps}** vb. broer met 4 paletten i.p.v. 2 paletten; handtekening was niet de zijne; schriftonderzoek - *juris tantum*; derde kan het tegenbewijs leveren op wettelijke wijze - Lichtere bewijslast voor derden die het tegenbewijs willen leveren i.v.m. de datum v/d onderhandse overeenkomst: zij verkrijgt slechts vaste datum t.o.v. derden: - vanaf de dag van registratie (op het kantoor Rechtszekerheid v/d AAPD) - vanaf de dag van overname v/d hoofdinhoud in een authentieke akte - vanaf de dag waarop minstens een van de partijen de akte of de datum ervan niet meer kan wijzigen, o.m. ten gevolge v/h overlijden van een van hen **[(art. 8.22 BW)]{.smallcaps}** #### Andere vormen {#andere-vormen.Stijl4} - Verklaring ter griffie voor hoger beroep in strafzaken (art. 203 BW) - Registratie in een centraal register Vb. aanvaarden, verwerpen, attesten van erfopvolging worden geregistreerd in het CER (erfrechtregister). Huwelijkscontracten worden geregistreerd in het CRH (huwelijksovereenkomstenregister. Eigenhandige testamenten worden opgenomen in het CRT (centraal register der testamenten). - Publicatie in het Belgisch Staatsblad: Vb. vergunning tot definitieve naamsverandering. ##### Functies van vormvereisten (formalisme) {#functies-van-vormvereisten-formalisme.Stijl6} 1. Geldigheidsvereiste - Vaak wordt een authentieke akte vereist - Vb. een echtscheiding (vonnis nodig) - Vb. een schenking (notariële akte vereist) - Vb. adoptie (vonnis nodig) - Vb. verwerping (notariële akte nodig) - Brieven zijn geen akten, want geen ondertekening van beide partijen Niet naleving van de vormvereiste leidt tot nietigheid van de rechtshandeling. 2\. Bewijsfunctie - De vorm dient als bewijs van de rechtshandeling. Voor rechtshandelingen met een waarde boven €3.500 is een akte vereist - De aanwending v/d wettelijke bewijsmiddelen is niet volledig vrij: materiële handelingen en rechtsfeiten (door alle wettelijke middelen te bewijzen) vs. rechtshandelingen (voorkeur voor het ondertekend geschrift) A. Wettelijke bewijsmiddelen **[(art. 8.15 e.v. BW)]{.smallcaps}** 1. ondertekend geschrift sterkste bewijsmiddel 2. bewijs door getuigen: is een verklaring afgelegd door een derde onder de voorwaarden van art. 915 e.v. 961 Ger.W 3. feitelijke vermoedens: is een bewijsmiddel waarbij de rechter het bestaan van één of meer onbekende feiten afleidt uit het voorhanden zijn van één of meer bekende feiten - Vb. Als mensen samenwonen kan men vermoeden dat er geslachtsgemeenschap is geweest tussen die twee. 4. bekentenis (erkenning van een feit dat tegen u rechtsgevolgen heeft) 5. eed; wordt zeer wantrouwig als bewijs gezien; staat heel laag als bewijsvorm - Vb. bewijs van overspel: dit is een grond tot echtscheiding -\> kan bewezen worden via alle wettelijke bewijsmiddelen. Via GDW-exploot om overspel vast te stellen. Feitelijk vermoeden: men heeft die man zien binnen gaan in een huis op een bepaald uur, maar weten niet zeker dat er geslachtsgemeenschap is geweest. **[art. 8.5 BW EN art. 8.6 BW]{.smallcaps}** - Rechtshandelingen (voorkeur voor het geschrift) - Een akte is vereist voor een rechtshandeling m.b.t. een som of waarde ≥ 3.500 euro (art. 8.9, § 1 BW) - Het getuigenbewijs ( heel wantrouwig): - is nooit toegelaten tegen of boven de inhoud v/d akte (zelfs als het gaat om een som of waarde \< 3.500 euro - Het getuigenbewijs is enkel toegelaten in de gevallen waarin de wet het bewijs met alle bewijsmiddelen toelaat - De bewijswaarde van getuigenissen wordt overgelaten aan het oordeel v/d rechter **[(art. 8.28 BW)]{.smallcaps}** 3\. Tegenwerpelijkheidsvereiste - De vorm is nodig om de rechtshandeling afdwingbaar te maken tegenover derden bv. inschrijving bij AAPD5 ENKEL AUTHENTIEKE AKTE DUS NOTARIS: nodig voor de tegenwerpelijkheid NIET voor de geldigheid voor onroerend goed 4\. Bescherming van de consument Bv. verplichte informatie omtrent herroepingsrecht bij overeenkomsten op afstand **[(art. VI.45, § 1, 8° j° art. VI.46, § 2]{.smallcaps}** Wetboek van Economisch Recht) - Verkoop online: Herroepingsrecht van 14 dagen om van de verkoop af te zien. - Bv. verplichte vermelding vóór de handtekening in de kredietovereenkomst bij consumentenkrediet (**[art. 14, § 1 wet 12 juni 1991)]{.smallcaps}** - Verkoop op afstand; verkoop niet in het gebouw van de verkoper - CONSUMENTENKREDIET. GELD LENEN KOST OOK GELD; Rechtshandeling is niet geldig als er niet vermeld staat Gelezen en goedgekeurd voor.... Euro op krediet." ##### Soorten rechtshandelingen {#soorten-rechtshandelingen.Stijl6} Men kan de rechtshandelingen op verschillende wijzen indelen: \- Het aantal betrokken personen \- De invloed op de subjectieve rechten \- De vormvereisten waaraan ze onderworpen zijn \- Hun open of gesloten karakterµ \- Hun invloed op het vermogen 1. het aantal betrokken personen - *Eenzijdige rechtshandelingen*: komen tot stand door de wilsverklaring van één persoon; testament opmaken, schuld kwijtschelden***; vaderlijke erkenning GEEN eenzijdige rechtshandeling; moeder ook toestemmen; SCHENKING OOK NIET moet aanvaard worden; er zijn ook eenzijdige ccontracten*** - *Meerzijdige rechtshandelingen*: vereisen de wilsovereenstemming van twee of meer personen (bv. contracten) **MAAR** **contracten kunnen eenzijdig of wederkerig zijn, naargelang de verbintenissen die eruit voortvloeien in hoofde van één of meer partijen ontstaan** - eenzijdige contracten: lening (die niet op afbetaling is),kosteloze bewaargeving - wederkerige contracten: koop, ruil, huur, aanneming Vb. je geeft je jas af aan de vestiaire, en moet daarvoor niets betalen, je bent tot niets verbonden (eenzijdig contract) -\> Indien je wel moet betalen is er een wederkerig contract. 2\. de invloed op de subjectieve rechten - **constitutieve rechtshandelingen** vestigen nieuwe subjectieve rechten die voor de rechtshandeling er nog niet waren; creëren van rechten die voor de handeling er nog niet was - Constitutieve rechtshandelingen scheppen een nieuw subjectief recht; ontstaat als gevolg van de koop bv. het sluiten van een contract, het aangaan van een huwelijk, het vestigen van een afstammingsband via erkenning van een kind - **uitdovende extinctieve rechtshandelingen** waarbij het subjectief recht uit dooft - Uitdovende rechtshandelingen doen een bestaand subjectief recht teniet gaan bv. de verzaking aan een recht, de kwijtschelding - **overdragende translatieve** rechtshandelingen draagt subjectieve rechten overdragen van het ene rechtssubject naar het andere - Overdragende rechtshandelingen brengen de overdracht mee van een bestaand subjectief recht aan een nieuwe titularis bv. verkoop, schenking, overdracht van schuldvordering - **declaratieve bevestigende** rechtshandelingen bevestigen iets wat altijd geacht bestaan te hebben - Declaratieve rechtshandelingen strekken tot het bevestigen, het behoud of het bewijs van een subjectief recht bv. het akte nemen v/e mondelinge overeenkomst, de registratie v/e huurcontract, een erkenning, de verdeling. Nalatenschap wordt verdeeld 3\. de vormvereisten waaraan ze onderworpen zijn (of het voorwerp) - Consensuele rechtshandelingen: waar verschillende mensen of partijen mee instemmen - Vormelijke rechtshandelingen: de naleving van vormvereisten is noodzakelijk voor de geldigheid bv. wettelijke samenwoonst is een vormelijke rechtshandeling - Zakelijke rechtshandelingen: overhandiging van een voorwerp is noodzakelijk voor de totstandkoming: in pand geving; handgift-\> schenking; geen schenksrechten; sterft binnen 3 jaar wel nog nalatenschap 4\. open of gesloten karakter - Gesloten rechtshandelingen = de burgerrechtelijke instellingen bv. het huwelijk, adoptie, wettelijke samenwoning; kan je toetreden - *Open rechtshandelingen* = veel contractsvrijheid (maar de oorzaak mag niet in strijd zijn met de openbare orde). Vb. overeenkomst - *Toetredingscontracten* = een tussenvorm: vooraf en eenzijdig opgesteld door een partij onderhandeling onmogelijk bv. treinticket je kan niet onderhandelen voor prijs met nmbs en delijn 5\. hun invloed op het vermogen van minst ingrijpend naar meest ingrijpend ; economisch beheer tss beheer en beschikking a. daden van bewaring - beogen de instandhouding v/e vermogensbestanddeel bv.: reparatie v/e dak, stuiting v/e verjaring; , afsluiten v/e brandverzekering Stuiting= stopt de verjaringstermijn en begint terug van nul te lopen Schorsing= termijn gedurende bepaalde tijd niet loopt. Na de schorsing loopt dit verder b. daden van gebruik of genot - impliceren de aanwending v/e goed volgens de normale bestemming of het genot van vruchten bv.: een huis bewonen, huurgelden of interesten ontvangen Vb. ouderlijk vruchtgenot op de goederen van de minderjarige kinderen: minderjarige hebben een kapitaal geschonken gekregen. Intrestopbrengst is niet voor de minderjarige maar voor de ouders. Minderjarige verhuurt appartement. De huurgelden die daaruit voortvloeien komen toe aan de ouders. Inkomsten uit vakantiejobs -\> wordt onttrokken uit het ouderlijk vruchtgenot. c. daden van beheer - beogen de normale toekomstige vruchtdraging v/h vermogen te verzekeren bv.: verhuring \ 9 j., afsluiten van een dading, een hypotheek toestaan, een schenking doen of aanvaarden e. daden van economisch beheer - daden van beschikking, gesteld om de normale vruchtdraging v/e vermogensbestanddeel te bevorderen bv.: verkoop van delen v/d voorraad v/e kleinhandelszaak Hoofdstuk 4: Aansprakelijkheid {#hoofdstuk-4-aansprakelijkheid.Stijl3} ------------------------------ #### Principe {#principe.Stijl4} - wie schade lijdt, deze zelf moet dragen. De schadelast kan echter verplaatst worden in twee gevallen: **1) Foutieve gedraging van een ander**: De schade is veroorzaakt door een fout van een ander. **2) Objectieve aansprakelijkheid**: Zelfs zonder fout kan iemand aansprakelijk worden gehouden, bijvoorbeeld bij risico-activiteiten - Hercodificatie in boek 6 BW - De wet van 7 februari 2024 introduceert boek 6 van het Burgerlijk Wetboek, dat op 1 januari 2025 in werking treedt. - Doelstellingen: - Codificatie van het jurisprudentiële recht voor voorspelbaarheid en rechtszekerheid. - Opvulling van leemtes - modernisering - Een duidelijke, leesbare structuur met aandacht voor de feiten die tot aansprakelijkheid leiden, oorzakelijk verband en schade. - EEN OUDE WET KAN IN 2027 NOG ALTIJD GEBRUIKT WORDEN ALS DE MISDAAD VOOR JANUARI 2025 GEBEURT SCHULD = fout + toerekeningsvatbaar #### Spreiding van de schadelast is legio = komt vaak voor {#spreiding-van-de-schadelast-is-legio-komt-vaak-voor.Stijl4} - Er bestaan mechanismen om de schadelast te verdelen: - **Verzekeringen**: Bijvoorbeeld de Wet op de Autoverzekering (WAM) - Schadelast wordt gespreid - Verplichting om motorvoertuig te verzekeren; slachtoffer krijgt schade vergoed - **Schadefondsen**: Zoals het Belgisch Gemeenschappelijk Waarborgfonds - schadefonds waar geld naar toegaat, schadehebber of dader was niet verzekerd, men kan dan beroep doen op het motorwaarborgfonds. ##### Soorten aansprakelijkheid {#soorten-aansprakelijkheid.Stijl8} Onderscheid strafrechtelijke en burgerrechtelijke aansprakelijkheid - **Strafrechtelijke aansprakelijkheid**: - Bij overtreding van een norm, ongeacht het opzettelijke karakter of de schade aan anderen - Zelfs als je niks doet kan je gestraft worden; iemand springt in de Leie-\> schuldighulpverzuim; iemand helpen als jezelf niet in gevaar brengt - **Burgerrechtelijke aansprakelijkheid**: - De plicht tot herstel van schade aan een andere burger Onderscheid contractuele en buitencontractuele aansprakelijkheid - **Contractuele aansprakelijkheid**: - Wanneer een contractspartij een contractuele verplichting niet nakomt Vb. schilder heeft deel van de vloer geraakt Vb. aannemer rijdt achteruit tegen de gevel Vb. behangpapier dat scheef hangt - Je kan schadevergoeding eisen - **Buitencontractuele aansprakelijkheid**: - Voor schade buiten een contractuele verplichting om. - Vaststelling: een schadeverwekkende gedraging kan een contractuele wanprestatie én tegelijk ook de overtreding van een gedragsnorm uitmaken - **Samenloop van aansprakelijkheid** - **De samenloop van contractuele en buitencontractuele aansprakelijkheid tussen contractspartijen is in principe verboden** (Cassatie 1973). Boek 6 BW schaft dit samenloopverbod af en biedt de benadeelde een keuzerecht, behalve wanneer de contractuele fout een strafrechtelijk misdrijf **[(zie bv. art. 418 Sw.)]{.smallcaps}** uitmaakt, behoudt (de medecontractant die) het slachtoffer (van het misdrijf is) zijn keuzerecht - *Boek 6 BW: afschaffing v/h samenloopverbod* **[(art. 6.3, § 1, eerste lid BW)]{.smallcaps}** - Grondslag van het samenloopverbod - De vermoede wil van contractspartijen om hun contractuele rechtsverhouding en de in dit raam begane contractuele wanprestatie uitsluitend door de regels van de contractuele aansprakelijkheid te laten beheersen. (Cass. 27 november 2006). - Er is slechts één uitzondering op het samenloopverbod (Cass. 28 juni 1982): - Wanneer de contractuele fout een strafrechtelijk misdrijf uitmaakt (art. 418 SW), behoudt het slachtoffer zijn keuzerecht. Slachtoffer kan kiezen tussen contractuele of extracontractuele aansprakelijkheid. - Er is contractuele wanprestatie: lichamelijke schade: onopzettelijke slagen en verwondingen - Voor een derde kan men zich beroepen op de extractontractuele aansprakelijkheid (art. 1382 BW) want geen contractuele relatie met de schadelijder. - Indien (on)opzettelijke slagen en verwondingen, dan toch buitencontractuele aansprakelijkheid mogelijk! Onderscheid enkelvoudige en samengestelde aansprakelijkheid= traditionele visie - **Enkelvoudige aansprakelijkheid (eigen daad)** - Aansprakelijkheid voor eigen daad. - Art. 1382 BW: elke daad van de mens, waardoor aan een ander schade wordt veroorzaakt, verplicht degene door wiens schuld de schade is ontstaan, deze te vergoeden. - Art. 1383 BW: ieder is aansprakelijk niet alleen voor de schade welke hij door zijn daad, maar ook voor die welke hij door zijn nalatigheid of door zijn onvoorzichtigheid heeft veroorzaakt. - Art. 1386bis BW: schade veroorzaakt door krankzinnigen (= vorm van fout aansprakelijkheid maar geen schuld, schuldloze aansprakelijkheid). - **Samengestelde aansprakelijkheid (andermans daad)** - Iemand kan ook aansprakelijk zijn voor schade veroorzaakt door anderen, zoals minderjarigen, werknemers of dieren. Boek 6 BW voorziet regels voor aansprakelijkheid van ouders, toezichthouders, werkgevers en rechtspersonen **[(art. 6.12-6.17 BW)]{.smallcaps}** Onderscheid schuldaansprakelijkheid en objectieve aansprakelijkheid = moderne visie - **Schuldaansprakelijkheid** - Schuldaansprakelijkheid vereist dat de veroorzaker van de schade toerekeningsvatbaar is en een fout heeft begaan. Dit omvat de schending van wettelijke regels of zorgvuldigheidsnormen, waarbij men zich moet gedragen als een \"goede huisvader\". Boek 6 BW biedt een concrete invulling van de zorgvuldigheidsnorm (art. 6.6 BW). - **Objectieve aansprakelijkheid** - Bij objectieve aansprakelijkheid (foutloze aansprakelijkheid) moet iemand schade vergoeden zonder dat er sprake is van fout. Dit geldt bij specifieke risico's of activiteiten. Gronden voor uitsluiting van aansprakelijkheid - Boek 6 BW voorziet verschillende gronden voor uitsluiting van aansprakelijkheid: - **Overmacht**: Wanneer het onmogelijk is een gedragsregel na te leven (art. 6.7 BW). - **Noodtoestand**: Bij het vrijwaren van een hoger belang (art. 6.8 BW). - **Wettig bevel of zelfverdediging**: Wanneer de schade voortkomt uit een bevel of verdediging tegen een dreiging (art. 6.8 BW). ##### Schuldaansprakelijkheid {#schuldaansprakelijkheid.Stijl8} Voorwaarden voor schadevergoeding\ Om aanspraak te maken op schadevergoeding, moeten drie essentiële elementen bewezen worden: 1. **Schade**: Het slachtoffer moet aantonen dat er daadwerkelijke schade is geleden. Deze schade kan materieel (zoals verlies van goederen of medische kosten) of immaterieel (bijv. emotionele schade) zijn. 2. **Schuld**: De tegenpartij moet een fout hebben gemaakt en toerekeningsvatbaar zijn, wat inhoudt dat de veroorzaker in staat moet zijn om zijn of haar daden te begrijpen en er verantwoordelijkheid voor te dragen. 3. **Causaal verband**: Er moet een oorzakelijk verband zijn tussen de fout van de veroorzaker en de geleden schade. Dit betekent dat zonder de fout de schade niet zou zijn ontstaan. Componenten van schuld **Schuld** omvat zowel een **objectieve** als een **subjectieve component**: - **Objectieve component (foutief gedrag)**:\ De schuldige handeling moet maatschappelijk onaanvaardbaar zijn. De beoordeling gebeurt op basis van: - **Overtreding van wettelijke of reglementaire bepalingen**: Elke inbreuk op bijvoorbeeld strafwetten of voorschriften (zoals verkeersregels of schoolreglementen) kan als fout worden gezien. - **Zorgvuldigheidsnorm**: Het gedrag wordt getoetst aan het \"goede huisvader\"-principe, waarbij verwacht wordt dat een gemiddeld voorzichtig persoon anders zou hebben gehandeld om schade te voorkomen. - **Voorspelbaarheid van de schade**: De schade moet redelijkerwijs voorzienbaar zijn. Dit betekent dat men kon verwachten dat het handelen of nalaten tot schade zou leiden. - **Subjectieve component (toerekeningsvatbaarheid)**:\ De dader moet schuldbekwaam zijn, wat inhoudt dat hij of zij in staat is om het schadelijke karakter van de handeling te beseffen. Hierbij speelt de mentale toestand van de dader een rol, evenals leeftijd en eventuele geestelijke beperkingen. Toerekeningsvatbaarheid is een vereiste voor aansprakelijkheid, behalve in sommige gevallen van objectieve aansprakelijkheid. Toerekeningsvatbaarheid bij speciale categorieën Toerekeningsvatbaarheid geldt niet voor alle groepen gelijk. Er zijn enkele uitzonderingen voor specifieke categorieën personen, waarbij extra juridische regels gelden: 1. **Onmondige kinderen (onder de 7 jaar)**: - **Niet toerekeningsvatbaar**: Kinderen onder de 7 jaar worden meestal niet verantwoordelijk gehouden voor hun daden. Dit komt omdat zij nog niet voldoende bewustzijn of kennis hebben van de gevolgen van hun handelingen. - **Wettelijke regeling (Boek 6 BW)**: Kinderen jonger dan 12 jaar zijn in principe nooit aansprakelijk voor veroorzaakte schade (ART. 6.9 BW). Vanaf 12 jaar kunnen rechters in specifieke situaties bepalen dat minderjarigen aansprakelijk zijn, maar ze kunnen ook beslissen om de schadevergoeding te beperken of uit te sluiten afhankelijk van de omstandigheden (ART. 6.10 BW). 2. **Geestesgestoorden**: - **Niet toerekeningsvatbaar**: Mensen met ernstige psychische stoornissen worden doorgaans niet verantwoordelijk gehouden voor hun daden. Volgens ART. 1382 OUD BW is een vordering op basis van schuld dan niet mogelijk. - **Billijkheidsregeling (ART. 1386BIS oud BW en ART. 6.11 BW)**: In sommige gevallen kan de rechter toch beslissen over een vergoeding, afhankelijk van de billijkheid en eventuele verzekeringen. Dit leidt tot een vorm van objectieve aansprakelijkheid waarbij schuld is vastgesteld, maar zonder toerekeningsvatbaarheid. 3. **Rechtspersonen**: - **Orgaantheorie**: Rechtspersonen zoals bedrijven of verenigingen kunnen aansprakelijk worden gesteld via hun bestuursorganen. Fouten binnen de bevoegdheidssfeer van een bestuurslid vallen onder de aansprakelijkheid van de rechtspersoon. - **Nieuwe regeling vanaf januari 2025**: Rechtspersonen worden gelijkgesteld aan natuurlijke personen in hun aansprakelijkheid (ART. 6.4 BW) en zijn foutloos aansprakelijk voor schade veroorzaakt door bestuursorganen en leden tijdens hun functie (ART. 6.15 BW). **\ ** Vermoedens van fout en aansprakelijkheid Sommige gevallen van aansprakelijkheid berusten op een vermoeden van fout. Deze zijn moeilijk te weerleggen, tenzij voldoende tegenbewijs kan worden geleverd: 1. **Ouders (ART. 1384 lid 2 oud BW)**: - **Ouderlijke aansprakelijkheid**: Ouders zijn aansprakelijk voor schade veroorzaakt door hun minderjarige kinderen. Dit geldt voor alle ouders die een juridische afstammingsband hebben, ongeacht de gezinssituatie. - **Dubbel tegenbewijs vereist**: Ouders kunnen zich van aansprakelijkheid vrijwaren door te bewijzen dat zij voldoende toezicht hebben gehouden en de opvoeding adequaat was. Dit dubbele bewijs vereist dat ouders kunnen aantonen dat zij de fout van hun kind niet hadden kunnen voorkomen. 2. **Leraren en ambachtslieden (ART. 1384 lid 4 oud BW)**: - **Aansprakelijkheid bij onderwijs en opleiding**: Leraren en ambachtslieden zijn aansprakelijk voor schade veroorzaakt door leerlingen en leerjongens onder hun toezicht. - **Bevrijdend tegenbewijs**: Leraren kunnen aantonen dat de fout niet te voorkomen was, bijvoorbeeld door het onvoorzienbare karakter van het gedrag. 3. **Werkgevers**: - **Risico-aansprakelijkheid**: Werkgevers zijn aansprakelijk voor fouten begaan door hun werknemers tijdens hun werk. Deze vorm van aansprakelijkheid, waarbij de werkgever verantwoordelijk is zonder schuld, is een onweerlegbaar vermoeden en biedt weinig ruimte voor tegenbewijs (ART. 6.14 BW). Objectieve (foutloze) aansprakelijkheid Objectieve aansprakelijkheid houdt in dat er aansprakelijkheid ontstaat zonder dat een fout is vereist. Drie vormen zijn van toepassing: 1. **Schuldloze aansprakelijkheid**: - Hierbij is er sprake van foutief gedrag, maar de toerekenbaarheid ontbreekt, zoals bij iemand met een geestesstoornis die schade veroorzaakt (ART. 1386BIS oud BW en ART. 6.11 BW). 2. **Aansprakelijkheid voor eigen (niet-on)rechtmatige daden**: - Het gaat hier om gedragingen die geen fout zijn, zoals toegestane inbreuken op eigendomsrechten bij onteigening voor het algemeen belang of rechtmatige handelingen van de overheid (bijv. schadevergoeding bij onrechtmatige hechtenis). 3. **Risico-aansprakelijkheid**: - Bij gevaarlijke activiteiten, zoals het gebruik van ontploffingsmiddelen of mijnbouw, wordt een risico-aansprakelijkheid toegepast. De activiteit brengt een verhoogd risico met zich mee waarvoor aansprakelijkheid geldt, zelfs zonder fout. Specifieke gevallen van objectieve aansprakelijkheid Er zijn specifieke situaties waarin objectieve aansprakelijkheid standaard van toepassing is. Enkele voorbeelden zijn: 1. **Dieren (ART. 1385 oud BW en ART. 6.17 BW)**: - **Aansprakelijkheid van eigenaar of bewaker**: De eigenaar of bewaker is aansprakelijk voor schade veroorzaakt door het dier. De bewijslast ligt bij de verweerder om aan te tonen dat hij niet de eigenaar of bewaker is. 2. **Instortende gebouwen (ART. 1386 oud BW)**: - **Gebreken aan gebouwen**: Wanneer een gebouw instort vanwege een gebrek aan onderhoud, is de eigenaar aansprakelijk. Dit betreft een vorm van risico-aansprakelijkheid, waarin de eigenaar verantwoordelijk wordt gehouden zonder fout. 3. **Gebrekkige zaken (ART. 1384 eerste lid oud BW en ART. 6.16 BW)**: - **Aansprakelijkheid van de bewaarder**: Zaken met gebreken kunnen aansprakelijkheid creëren voor schade bij de bewaarder. Dit kan bijvoorbeeld gaan om defecte producten die schade veroorzaken aan gebruikers. 4. **Aangestelde personen (ART. 1384 derde lid oud BW)**: - **Werkgeversaansprakelijkheid**: Werkgevers zijn aansprakelijk voor schade veroorzaakt door hun werknemers in het kader van hun werk. Dit type aansprakelijkheid geldt onafhankelijk van een fout, omdat de werkgever verantwoordelijk wordt gehouden voor het gedrag van werknemers in dienstverband. ##### Oorzakelijk verband/Causaal verband {#oorzakelijk-verbandcausaal-verband.Stijl8} - Er moet een oorzakelijk verband bestaan tussen de fout en de schade om aansprakelijkheid te kunnen vaststellen. - **Voorwaarde voor schadevergoeding**: De schade moet veroorzaakt zijn door de fout van de aansprakelijke partij Equivalentieleer vs. Theorie van de adequate oorzaak - **Equivalentieleer** - Valere en aicoes= gelijk waarderen - Er is causaal verband (tussen fout en schade) indien een bepaalde schade (zoals zij zich *in concreto* voordoet) - Er is geen causaal verband als de schade er ook is zonder de fout - conditio sine qua non = de fout een noodzakelijke voorwaarde= positief = causaal verband - slachtoffervriendelijk principe-\> enkel geen wie zijn fout niet heeft bijgedragen is NIET aansprakelijk - Eenieder die een fout begaat die een noodzakelijke voorwaarde is voor de schade, is aansprakelijk voor deze schade - Alle causaal relevante feiten volstaan voor aansprakelijkheid, zonder verdere selectie Bv; auto-ongeval ; slachtoffer heeft bloed nodig; HIV positief bloed -\> slachtoffer heeft nu aids als je de equivalentieleer is dat de persoon die het verkeersongeval heeft veroorzaakt is in fout WANT zonder zijn fout van het veroorzaken van het ongeval zou de schade (aids) nooit gebeurt zijn - **Adequate oorzaak** - **Boek 6 BW: Basisregels oorzakelijk verband** - **[Art. 6.18, §1 BW]{.smallcaps}**: Een feit leidt tot aansprakelijkheid als het een [noodzakelijke voorwaarde] is voor het ontstaan van de schade. Dit geldt ook als er andere factoren aanwezig zijn die eveneens voldoende zouden zijn geweest om de schade te veroorzaken = ***bevestiging v/d equivalentieleer*** - **Reële feitelijke causaliteit**: Zelfs als andere oorzaken zelfstandig de schade hadden kunnen veroorzaken, blijft de fout die de schade mogelijk heeft gemaakt relevant voor aansprakelijkheid. - **Te ver verwijderd verband**: Er is geen aansprakelijkheid als het oorzakelijk verband tussen de fout en de schade te ver verwijderd is, wat betekent dat het verband onvoorzienbaar was of dat de fout slechts in zeer geringe mate bijdroeg aan de schade.**\ ** - **Beoordelingscriteria**: - **Onvoorzienbaarheid van de schade**: Hoe onvoorzienbaarder de schade, hoe minder kans op een oorzakelijk verband. - **Bijdrage aan de schade**: Als de fout slechts een onbeduidende rol speelde in het ontstaan van de schade, kan het oorzakelijk verband worden ontkend. Pluraliteit van oorzaken #### Meerdere Daders of Foutmakers {#meerdere-daders-of-foutmakers.Stijl4} - **Gezamenlijke Fout**: Wanneer meerdere personen samen een fout begaan, zijn zij hoofdelijk aansprakelijk. Elk individu kan aangesproken worden voor de totale schade. - **Verschillende Fouten**: Bij verschillende fouten die tot dezelfde schade leiden, zijn de daders *in solidum* aansprakelijk. Dit betekent dat de benadeelde het volledige bedrag van elke dader kan eisen, maar slechts één keer schadeloosstelling ontvangt. - **Hulp of Aanmoediging**: Wie hulp biedt of aanmoedigt bij een fout, kan eveneens aansprakelijk gesteld worden voor de volledige schade. #### Fout van Slachtoffer en Dader {#fout-van-slachtoffer-en-dader.Stijl4} - **Gedeelde Aansprakelijkheid**: Als zowel dader als slachtoffer fouten hebben gemaakt die bijdragen aan de schade, wordt de aansprakelijkheid verdeeld naar verhouding. - **Leeftijd van het Slachtoffer**: Slachtoffers van 12 jaar of ouder kunnen minder schadevergoeding krijgen afhankelijk van hun fout; kinderen onder de 12 behouden volledig recht op compensatie. - **Opzet**: Slachtoffers die met opzet schade veroorzaken, hebben geen recht op schadevergoeding. #### Regresvorderingen (verhaal van kosten) {#regresvorderingen-verhaal-van-kosten.Stijl4} - **Regresrecht**: Medeaansprakelijken kunnen elkaar aanspreken om de schadevergoeding te verdelen. - **Geen Regres bij Opzet**: Er is geen regresrecht tegen een medeaansprakelijke die opzettelijk heeft gehandeld. #### Schade en Schadevergoeding {#schade-en-schadevergoeding.Stijl4} - **Definitie en Voorwaarden**: Schade omvat elk verlies of nadeel; het moet rechtmatig, zeker en aantoonbaar zijn. - **Soorten Schade**: - *Patrimoniaal*: Materiële schade zoals inkomensverlies en herstelkosten. - *Extrapatrimoniaal*: Immatriële schade zoals pijn en leed. - **Schade bij Terugslag**: Derde partijen die indirect getroffen worden, zoals familieleden, kunnen soms ook schadevergoeding ontvangen. - **Preventie van Schade**: De rechter kan preventieve maatregelen opleggen om toekomstige schade te vermijden. #### Gevolgen van Buitencontractuele Aansprakelijkheid {#gevolgen-van-buitencontractuele-aansprakelijkheid.Stijl4} - **Integrale Schadeloosstelling**: Doel is het slachtoffer in de oorspronkelijke staat te herstellen, via natura of financiële compensatie. - **Economische en Niet-economische Vergoedingen**: Economische schade vergoedt meetbare verliezen; niet-economische schade vergoedt immateriële leed. #### Samenloop van Oorzaken {#samenloop-van-oorzaken.Stijl4} - **Pluraliteit van Daders**: Bij meerdere oorzaken of daders die leiden tot aansprakelijkheid zijn er verschillende mogelijkheden: - *Hoofdelijkheid*: Indien daders bewust samenwerken, is elk volledig aansprakelijk. - *In Solidum*: Bij verschillende fouten zonder samenwerking kan de schade ook volledig van elke dader geëist worden. - **Gedeelde Aansprakelijkheid bij Fout van het Slachtoffer**: Indien het slachtoffer bijdraagt aan de schade, wordt de aansprakelijkheid gedeeld op basis van hun fout. - **Fout gecombineerd met Toevallige Factor**: Wanneer een fout gecombineerd is met bijvoorbeeld weersomstandigheden, blijft de dader volledig aansprakelijk tenzij sprake is van overmacht. #### Gevolgen van Buitencontractuele Aansprakelijkheid {#gevolgen-van-buitencontractuele-aansprakelijkheid-1.Stijl4} - **Verplichting tot Herstel**: Na aansprakelijkheid ontstaat een plicht tot herstel, bij voorkeur in natura (originele staat) of via financiële vergoeding als herstel onmogelijk is. Hoofdstuk 5: Rechtsmisbruik {#hoofdstuk-5-rechtsmisbruik.Stijl3} --------------------------- De beperking van de uitoefening van subjectieve rechten #### Wettelijke beperking {#wettelijke-beperking.Stijl4} - De wetgever kan steeds grenzen stellen die men bij de uitoefening van een subjectief recht in acht moet nemen. Vb. Art. 544 BW Eigendomsrecht: geen gebruik maken van dat recht, dat strijdig is met de wetten of met de verordeningen (in dat artikel zit de beperking), voorschriften die de eigendom beperken Vb. Huurovereenkomst van beperkte duur, opzegging (dwingend recht). #### Zorgvuldigheidsnorm {#zorgvuldigheidsnorm.Stijl4} - men is steeds gebonden door de zorgvuldigheidsnorm Vb. Toekomstige medecontractant niet misleiden - De leer van de culpa in contrahendo: schadeverwekkende, foutieve handelingen beteugelen in de precontractuele fase (= de fase die het sluiten van het contract voorafgaat, de onderhandelingsfase). De schuld bij het sluiten van het contract. Vb. men wenst beplanting in de tuin en laat offertes opmaken. Het is niet goed als men meerdere offertes worden gevraagd als men toch al weet met welke aannemer men in zee wil gaan -\> rechtsmisbruik Vb. iemand laat een schoorsteen metsen. De schoorsteen wordt niet gebruikt. Het diende enkel om het zonlicht van de buur te ontnemen -\> men doet dit om de buurman te pesten -\> rechtsmisbruik Vb. plaatsen van reclameborden die nadelig zijn voor een andere persoon die ook reclameborden plaatst -\> rechtsmisbruik Vb. buurman staat met garage voor 2cm op u grond. Men heeft het recht om de garage te laten afbreken -\> disproportionele houding -\> rechtsmisbruik. #### Rechtsmisbruik {#rechtsmisbruik.Stijl4} - Het niet uitdrukkelijk vermeld in het BW, wel ontwikkeld door de rechtspraak en de rechtsleer. De ontwikkeling van de leer van het rechtsmisbruik - Begrip = er is sprake van rechtsmisbruik wanneer de titularis zijn recht uitoefent op een wijze die kennelijk (manifest) de grenzen te buiten gaat van de normale uitoefening van dat recht door een redelijk persoon. (Hof van Cassatie 10 september 1971). - Rechtsmisbruik kan bestaan in de aanwending van rechtsregels of rechtsinstellingen in strijd met het doel waarvoor deze zijn ingesteld. (Hof van Cassatie 15 februari 2019 = principes arrest - Beperkte toetsingsbevoegdheid: de rechter toetst marginaal de zorgvuldigheid van het gedrag van de titularis van het subjectief recht. (= kennelijk en manifest; enkel de extreme gevallen worden gesanctioneerd) van de zorgvuldigheid. Men moet zich steeds zorgvuldig gedragen en rekening houden met de belangen van anderen =\> CUMULATIEF - Gevolgen van het rechtsmisbruik: - Geen geldige rechtsgevolgen: in zoverre het recht misbruikt werd, heeft de uitoefening ervan geen rechtsgevolgen - Degene die rechtsmisbruik heeft gepleegd, kan tot schadevergoeding worden veroordeeld