Overzicht van de Kunst na 1945 tot Heden Cursus Kunstgeschiedenis Zesde Jaar PDF

Document Details

Uploaded by Deleted User

Provinciale Kunsthumaniora Hasselt

2024

Anita Nagels, Wim Jooken, Marieke Missotten, Anne Smits, Ine Vermeulen

Tags

kunstgeschiedenis schilderkunst kunststromingen kunstenaars

Summary

Dit document is een overzicht van de kunst na 1945 tot heden. Er is een inhoudsopgave opgenomen van de delen en hoofdstukken over kunststromingen als abstract expressionisme, naoorlogse figuratieve schilderkunst en art informel. Het is een samenvatting van een les over kunstgeschiedenis.

Full Transcript

OVERZICHT VAN DE KUNST NA 1945 TOT HEDEN CURSUS KUNSTGESCHIEDENIS ZESDE JAAR Opgesteld door Anita Nagels Wim Jooken – Marieke Missotten – Anne Smits – Ine Vermeulen Naam:...

OVERZICHT VAN DE KUNST NA 1945 TOT HEDEN CURSUS KUNSTGESCHIEDENIS ZESDE JAAR Opgesteld door Anita Nagels Wim Jooken – Marieke Missotten – Anne Smits – Ine Vermeulen Naam: Klas: Schooljaar 2024-2025 Gouverneur Verwilghensingel 3, 3500 Hasselt [email protected] www.kunsthumaniorahasselt.be 1 INHOUDSTAFEL DEEL 1: JAREN ‘40 EN ‘50 ALGEMENE INLEIDING 4 HOOFDSTUK 1: ABSTRACT EXPRESSIONISME IN VS 5-15 Action painting Jackson Pollock Colourfield painting Marc Rothko HOOFDSTUK 2:NAOORLOGSE FIGURATIEVE SCHILDERKUNST IN EUROPA EN AMERIKA 16-23 Francis Bacon Amerikaans regionalisme en réalisme Edward Hopper HOOFDSTUK 3: ART INFORMEL 24-33 Informele schilderkunst Jean Fautrier Jean Dubuffet Lucio Fontana Informele beeldhouwkunst Henry Moore Alberto Giacometti HOOFDSTUK 4: COBRA 34-40 Cobra Karel Appel DEEL 2: JAREN ’60 EN ’70 ALGEMENE INLEIDING 41 HOOFDSTUK 1: POP ART 42-49 Richard Hamilton Andy Warhol Roy Lichtenstein Claes Oldenburg Georges Segal HOOFDSTUK 2: HYPERREALISME 50-57 Chuck Close Richard Estes Duane Hanson Ron Mueck Gerhard Richter HOOFDSTUK 3: NIEUW REALISME 58-67 Pierre Arman Yves Klein B.J.Christo César 3 DEEL I: JAREN 40 EN 50 KUNST VERLEGT HAAR GRENZEN Algemene inleiding Tijdens de oorlogsjaren (1940-1945) is op het Europese continent de artistieke bedrijvigheid lam gelegd. Het Nazi-regime had alle niet- klassieke werken als “Entartete Kunst” (ontaarde kunst) in beslag doen nemen. Toch wordt er in stilte en zonder onderling contact verder gewerkt. Na 1945 is Europa verarmd. De gruwelijke oorlog laat sporen van angst en geweld achter, die terug te vinden zijn in de kunstwerken. Bij het hernemen van de schildersactiviteiten na de oorlog wordt vastgesteld dat de vooroorlogse tradities worden voortgezet. Kubisme, expressionisme, surrealisme vormen de algemene tendens. Als gevolg van het Nazi-regime en de oorlog wijken vele expressionistische, surrealistische en abstracte kunstenaars uit naar Amerika. De Verenigde Staten was van de oorlog gespaard gebleven en speelde na 1945 een leidende en machtige rol, zowel op politiek als economisch vlak. Het Amerikaans kapitalisme was een zeer gunstige situatie voor de kunstproductie en de ontwikkeling van een internationale kunstmarkt. New York wordt nu het nieuwe culturele wereldcentrum. Door rechtstreeks contact met vooraanstaande kunstenaars uit Europa ontwikkelden Amerikaanse schilders weldra een “eigen stijl”, het abstract expressionisme 4 HOOFDSTUK 1: ABSTRACT EXPRESSIONISME: INTERNATIONALE DOORBRAAK VAN DE AMERIKAANSE SCHILDERKUNST NEW YORK SCHOOL 1. Ontstaan De Verenigde Staten kende omstreeks de jaren 50 een ware explosie van artistieke activiteit. New York School is de naam van een groep avant- garde kunstenaars, waartoe ook Europese immigranten behoorden, die in los verband werkten in New York. De term abstract expressionisme gaat terug op Kandinsky, die de benaming reeds in 1919 voor zijn werk hanteerde. Het is een samengaan van twee stromingen: abstracte kunst en expressionisme. Na 1945 werd deze term weer toegepast om het werk van een aantal jonge New Yorkse schilders aan te duiden. Abstract expressionisme werd bepaald door twee richtingen: enerzijds de exuberante en onstuimige action painting en anderzijds de kalme colourfield painting. 5 2. Kenmerken De nieuwe kunst in Amerika verenigde het expressionisme van Van Gogh, de abstractie van Kandinsky, de kleurvelden van Matisse en het onbewuste van Miro. Op het eerste gezicht is er dus een sterke verwantschap met de Europese kunst. Toch zijn er ook belangrijke verschillen. De enorme afmetingen van hun doeken is het eerste wat opvalt. Daarnaast is de houding van de jonge Amerikaanse kunstenaars vooral gericht op het proces van het schilderen en niet op het resultaat. 3. ACTION PAINTING 3.1. Ontstaan De term action painting werd door de Amerikaanse criticus Rosenberg bedacht voor deze abstracte schildersstijl waarvan de actie van het schilderen centraal stond. Action painting is niet zozeer een stroming, dan wel een mentaliteit, een manier van werken : verf smijten en druipen op een enorm doek op de grond. De oorsprong van deze actie vinden we terug in de zandtekeningen van de Indianen aan de Amerikaanse Westkust, de enorme fresco’s van de Mexicaanse muralisten en in het automatisme van de surrealisten. 6 3.2. Kenmerken De houding van de kunstenaar t.o.v. het traditionele schilderij ondergaat een volledige verandering : geen schildersezel, geen geprepareerd en opgespannen doek, geen penselen meer. De schilder werkt direct: op de grond, op een enorm, ongeprepareerd linnen doek, met allerhande materialen (blikjes, stokken, …). De handeling van het schilderen staat centraal. De interactie van de schilder met zijn materiaal bepaalt de compositie van het schilderij. De creatieve daad is belangrijker dan het structureren van het resultaat. Verf wordt in spatten, slierten, druppels en striemen op het doek gesmeten. Het doek, uitgespreid op de grond, heeft geen boven- of onderkant meer. De schilder benadert het doek langs alle kanten. Dit noemt men all-over painting. De surrealisten experimenteerden met het automatisme. Zonder controle van het verstand ontstaan wonderlijke associaties, vreemde droomvormen en symbolen. Hierdoor kan men de werking van het onderbewuste uitbeelden (zie kunst van Dali en Magritte). De action painters baseren zich op het automatisme van de surrealisten. De kunstenaar ondergaat tijdens het schilderen een lichamelijke ontlading van gevoelens. Het doek wordt zo de spontane neerslag van dit proces. Het resultaat is geen afbeelding, geen figuratie. Het is de uitdrukking van de handelingen van de kunstenaar. Er werd vooraf geen schema opgesteld. De picturale middelen vormen de hoofdzaak. 7 3.3. Kunstenaar Jackson Pollock (Verenigde Staten, 1912-1956) De onbetwistbare leider van dit jonge abstract expressionisme is Jackson Pollock. Hij werd vooral beroemd door zijn drippings, een techniek waarbij verf drupt op een doek. Aanvankelijk schilderde Pollock in een realistische stijl. In de jaren 40 kwam hij in contact met uitgeweken surrealisten. Hij is eveneens geïnteresseerd in de Indiaanse rituelen, waarbij tekeningen in het zand gemaakt werden. De Indiaanse zandtekeningen en Mexicaanse muralisten inspireerden Pollock in het werken op de grond en op groot formaat. Deze belangrijke inspiratiebronnen voedden zijn verlangen naar het primitivisme. Mexicaanse muralisten als Diego Rivera maakten grote muurschilderingen verbonden aan de revolutie van 1910 in Mexico. Zij brachten de revolutie in beeld voor het proletariaat dat amper kon lezen of schrijven. Rond 1947 ontstaan zijn eerste “drippings”, druppelschilderijen. De schilder raakte zijn doek niet meer aan, maar liep erom heen. Hij liet verf afdruipen, zodat continue lijnen en abstracte patronen ontstonden. De werkwijze van Pollock gaat voorbij de traditie en opent nieuwe mogelijkheden. De schildersezel verdwijnt en de schilder legt een ongeprepareerd doek op de grond. Zo kan hij van alle kanten het doek benaderen. Het doek heeft een groot formaat en wordt volledig volgeschilderd, dit noemt men all-overpainting. 8 Het penseel wordt ingeruild voor kwasten, stokken, messen, geperforeerde blikjes. Het gereedschap nodigt uit anders te gaan werken. Andere materialen (sleutel, sigaret, …) zijn opgenomen in grote hoeveelheden verf, zodat ze bijna onzichtbaar zijn. Pollock druipt, smeert, smijt verf op het doek. De verf zelf is onderwerp van expressie. De verf toont de energie en het gemoed van de schilder. De schilderijen, die we vandaag kunnen bezichtigen in musea, zijn slechts stille getuigen van een lichamelijk ritueel. Ze tonen de expressieve scheppingsdaad, de “action”. De enorme oerkracht, die de schilder tijdens het werken beleefde, stond voorop. Met zijn wild temperament, dikwijls in trance gebracht door drank en drugs, viel hij zijn doek van alle kanten aan. Jackson Pollock 9 4. COLOURFIELD PAINTING 4.1. Ontstaan Colourfield painting is de tweede richting binnen het abstract expressionisme. Na het midden van de jaren ’50 komt deze stroming op de voorgrond. Vergelijkbaar met de action painting is het verlangen naar oergevoelens en naar een universele picturale taal. Colourfield painting betekent letterlijk schilderkunst van kleurvelden. De term duidt ook op een groep schilders binnen de New York School die het effect van grote kleurvlakken wilden nagaan. 4.2. Kenmerken Beide stromingen van het abstract expressionisme verlangden naar het uitdrukken van gevoelens met behulp van picturale middelen. Toch verzette de colourfield painting zich tegen het schijnbaar chaotische van de action painting. De actie stond niet langer centraal. Deze stroming was rustiger, meer overwogen : een bezinning in kleurvelden. Niet de handeling, maar grote kleurvelden geven de oerkracht vorm. Enorme, monochrome velden treden buiten de grenzen van het doek. Ze geven de indruk deel uit te maken van een groter geheel. De kleurvlakken zijn veelal horizontaal of verticaal geordend. De vlakken suggereren geen ruimte. De kleuren van de vlakken kunnen gekozen zijn omwille van hun contrast of juist als verwante kleuren, die op een speciale manier op elkaar inwerken. Ze bestaan vooral uit primaire en secundaire kleuren, die de toeschouwer onderdompelen in een kleurenmassa. 10 4.3. Kunstenaar Marc Rothko (Rusland, 1903 – Verenigde Staten, 1970) Rothko is één van de belangrijkste vertegenwoordigers van de colourfield painting. Hij werkt zijn colourfields uit met een horizontale structuur en met aan elkaar verwante kleuren. Die kleuren worden veelal opgesomd als titel van het schilderij. Net zoals Pollock begon Rothko’s opleiding in de traditie van de figuratieve Amerikaanse kunst van de eerste helft van de 20ste eeuw. Rond 1945 evolueerde hij naar het surrealisme. Hij wilde net als andere abstract expressionisten het grote menselijke drama schilderen. Vanaf 1947 ontwikkelde hij een eigen beeldtaal, die bestond uit heldere kleurvlakken. De omtreklijnen van zijn kleurvelden zijn vaag en gaan in elkaar over. De verf loopt langzaam uit tot aan de randen, waar de verf dunner wordt. Zijn schilderijen lijken op boven elkaar zwevende kleurwolken. Aanvankelijk zijn de kleurvelden helder van kleur, in stralend oranje en rood. Het kleurenpalet verduistert geleidelijk aan in sombere bruine, grijze en zwarte tinten. Dit is een illustratie van zijn steeds ernstigere depressies die zullen leiden tot zelfmoord. Abstractie betekent voor Rothko geenszins de afwezigheid van inhoud. Hij gelooft dat hij doorheen zijn schilderijen fundamentele emoties van de mens kan weergeven in een tijdloze kunst. Zijn meditatieve doeken in oplichtende kleuren zonder enige voorstelling of diepte onthullen zijn verlangen een “religieus” schilder te zijn. 11 12 Persoonlijke notities. ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 13 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 14 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 15 HOOFDSTUK 2: NAOORLOGSE FIGURATIEVE SCHILDERKUNST IN EUROPA EN AMERIKA 1. Inleiding Het naoorlogs realisme is een figuratieve kunst, die een surrealistische en expressionistische stijl hanteert. Onverwerkte gevoelens en opgekropte emoties ten gevolge van de oorlog worden ongeremd op doek getoond. De Tweede Wereldoorlog liet immers sporen van geweld en angst achter, ook op het doek van de schilder. 2. Francis Bacon (1909-1992) Francis Bacon behoort niet tot een bepaalde groep of beweging. Hij is een geïsoleerde figuur binnen de geschiedenis van de kunst. Bacon begon zijn kunstenaarscarrière pas laat. Hij heeft nooit aan de kunstacademie gestudeerd, las nauwelijks en schuwde elke diepzinnige interpretatie. Hij werkte puur instinctmatig. Ontevreden over zijn werk vernietigde hij een groot deel van zijn oeuvre bijna onmiddellijk na het ontstaan. In het werk van deze Engelse schilder is het isolement van de mens het centrale thema. De sfeer van angst, beklemming en eenzaamheid roept Bacon op door wegrottende vleesmassa’s, krijsende gedrochten in kooien, abattoirs met verminkte kadavers en geamputeerde rompen, op de wc of kotsend boven een wasbak. En dat alles onder het licht van een kaal gloeilampje, hetzelfde als dat in zijn vervuilde tweekamerwoning in Londen. 16 Vooruitlopend op de pop art maakte Bacon gebruik van alledaags beeldmateriaal : röntgenfoto’s, locomotions van de Engelse fotograaf Muybridge, publiciteitsmateriaal en medische afbeeldingen van mondziekten. Naast figuren die hij vrijwel letterlijk overnam van foto’s treffen we ook verwijzingen aan naar de schilderkunst. Zijn beroemdste werk, de Schreeuwende pausen-serie, voert direct terug naar Velasquez’ portret van Paus Innocentius X. Hieronder volgen enkele motieven die doorheen het oeuvre van Bacon steeds weer herhaald worden. Bacon is geobsedeerd door het schilderen van een open mond, die tegelijkertijd op een schreeuw en een grijns lijkt. De schilder heeft een voorkeur voor drieluiken, bevolkt door slechts enkele geïsoleerde gestalten. Naast kruisigingen schilderde hij in een latere fase voornamelijk figuurstudies, mannelijke naakten, (zelf)portretten. Kooiconstructies : beklemtonen van eenzaamheid. De textuur op de schilderijen verschilt sterk onderling. De verf is vaak voor een deel weggeveegd om beweging of desintegratie van de figuren te suggereren. Bacon maakte gebruik van een unieke schildertechniek. Boetseren met verf: waarbij hij eerst de verf op een doek smeet en ze daarna uitsmeerde met een paletmes, prop papier of kwast. Hij deed dit tot hij er een voorstelling in zag en voegde pas dan de contourlijnen toe. Frottagetechniek: met een krantenprop over de natte verf wrijven zodat de afdrukken van de krant in de verf stonden. Grattagetechniek: verschillende verflagen over elkaar aanbrengen waarna hij met een mes stukken uit de verf wegsneed. 17 Zijn morbide werk veroorzaakte aanvankelijk veel protest. Pas in de jaren zestig ontstond er veel bewondering voor de catastrofale schoonheid van Bacon’s werk. Het werk verwijst sterk naar de gruwelen van de oorlog en van het bestaan van de moderne mens. 3. AMERIKAANS REGIONALISME EN REALISME In Amerika ontstaat tijdens de eerste helft van de 20ste eeuw een nieuwe schilderstijl die zich voornamelijk richt op het vastleggen van het dagelijks leven. Deze Amerikaanse schilders kiezen dan voor een realistische stijl in tegenstelling tot de Abstract expressionisten. We kunnen deze nieuwe stijl ongeveer opsplitsen in twee (sub)stromingen. De eerste is het Amerikaans regionalisme dat zich voornamelijk focust op het platteland. Hieronder valt bijvoorbeeld de schilder Grant Wood. De tweede is het Amerikaans realisme dat zich meer gaat focussen op het stadsleven. Een voorbeeld hiervan is Edward Hopper. De opsplitsing in deze twee (sub)stromingen moet weliswaar met een korrel zout genomen worden. Er is veel overlap tussen deze twee en de termen worden in de literatuur gemakkelijk door elkaar gebruikt. 3.1. Edward Hopper (1882-1967) Edward Hopper wordt vandaag gezien als de belangrijkste vertegenwoordiger van het Amerikaans realisme. Hij werkte doorheen zijn leven voornamelijk in en rond New York, waar hij het dagelijkse stadsleven in beeld bracht. Typisch voor zijn werk is dat er een bepaalde aliënatie in zijn werk zit, zijn schilderijen voelen altijd vreemd aan. Dit komt voornamelijk omdat eenzaamheid en isolatie centrale thema’s zijn in zijn werk. Dit kwam ook voort vanuit zijn eigen teruggetrokken leven. 18 Het bekendste werk waar die vervreemding en isolatie het beste zichtbaar is, is zonder twijfel Nighthawks uit 1942. Dit zie je voornamelijk aan de spookachtige verlaten stad en het ontbreken van contact tussen de cafégangers. Edward Hopper, Nighthawks, 1942 19 20 Persoonlijke notities. ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 21 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 22 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 23 HOOFDSTUK 3: ART INFORMEL 1. Inleiding Tijdens de oorlog waren moderne kunststromingen, zoals expressionisme, abstracte kunst, kubisme en surrealisme verboden door nazisme en fascisme. Deze stromingen werden geassocieerd met vrijheid van expressie en denken. Europese kunstenaars die naar de Verenigde Staten gevlucht waren, keerden deels na de oorlog terug. Net zoals bij het Amerikaans abstract expressionisme wordt ook in Europa de nadruk gelegd op de expressie met picturale elementen. De handeling van het schilderen speelt een belangrijke rol, ook al is de handeling minder explosief als bij Pollock. Europa reageert op het succes van de Amerikaanse kunst: minder explosief in expressie en maar met meer aandacht voor het materiaal en het onderwerp. De groeiende belangstelling van de Cobra en informele schilders voor de uitingen van kinderen, waanzinnigen en niet-westerse culturen bevrijdden veel kunstenaars. Een nieuwe spontaneïteit bood zich aan : onmiddellijk schilderen op doek, zonder voorstudies, zonder correcties achteraf. Informele kunst is een spontane irrationele kunst, waarbij de expressie met picturale middelen centraal staat. De handeling van het schilderen speelt een belangrijke rol, maar in tegenstelling tot de VS worden de Europese kunstenaars niet door hun gevoelens overmand. 24 Zoals bij de action painting is de verfvlek (tachisme) erg belangrijk. Vegen en spatten komen veel voor en evolueren vaak tot grotere kleurvelden. In sommige gevallen spreekt men ook van materieschilderkunst. Materieschilderkunst verwijst naar de gebruikte materialen, naar de textuur van de verf. De materie speelt dan een belangrijke rol als ondergrond voor het schilderij. De grenzen tussen een schilderij en een beeldhouwwerk vervagen. 2. INFORMELE SCHILDERKUNST 2.1. Jean Fautrier (1898-1964, Frankrijk) Deze oudste vertegenwoordiger van de informele kunst in Parijs was er niet op uit het publiek te behagen. Zijn bekendste werk, Otages, is ontleend aan de traumatische ervaringen als jood tijdens de wereldoorlog. Otages zijn een dertigtal portretten van gijzelaars die vlakbij zijn onderduikadres geëxecuteerd werden. Deze werken zijn opgebouwd uit gekreukt papier en het zogenaamde haute pâte, een dik impasto van oker, grauw wit en blauw-groene pasteltinten. 2.2. Jean Dubuffet (1901-1985, Le Havre-Parijs) Evenals Fautrier voerde Dubuffet strijd tegen het gevestigde schoonheidsidee en officiële erkenning. Hij wilde gewone kunst maken voor gewone mensen. Hij had grote interesse voor de tekeningen en schilderijen van geesteszieken. Hun expressieve krabbels en automatisme inspireerde 25 hem in zijn manier van werken. Vooral het werk van schizofrenen met hun dwangmatige en a-logische verbeelding van het onbewuste boeide hem. Deze materiekunstenaar werkte met natuurlijk materiaal als zand, teer, as, gips, lijm, aarde, boombladeren en zelfs kippenmest. Vrij van elk anatomisch en perspectivisch besef plakte en smeerde hij zijn figuren op het doek of kraste ze in het dikke impasto zodat het haast pleisterwerk leek. In de jaren '60 maakt Dubuffet tekeningen die leken op “doodles”, de onbewuste krabbels die men maakt tijdens bijvoorbeeld een telefoongesprek. De 3D objecten die eruit voortkwamen(meestal in piepschuim of papier-maché noemde hij Hourloupes. 2.3. Lucio Fontana(1899 Argentinië, 1968 Italië) De kunst van Fontana vormt als het ware een aparte stroming binnen de informele kunst: het spazialismo. In zijn ruimtelijke concepten of “concetti spaziali” uit de jaren vijftig verschijnen gekleurde steentjes op een uniforme achtergrond waarin openingen zijn aangebracht. Zo wordt er een tastbaar element aan de compositie toegevoegd. In de jaren zestig zal Fontana tagli of sneden in zijn doeken aanbrengen bij wijze van emotionele handeling. 26 3. Informele beeldhouwkunst De informele beeldhouwkunst kenmerkt zich door het expressieve karakter van het beeld dat ontstaat dankzij het materiaal en de wijze waarop het bewerkt is. De ongeremde handeling is, in tegenstelling tot de schilderkunst, uitgesloten. Dit is te wijten aan de aard van het materiaal, de hoge kosten en de intensieve arbeid. 3.1 Henry Moore (Verenigd Koninkrijk,1898-1986) Het werk van Moore wordt gekenmerkt door organische en natuurlijke vormen. Hij voelde zich sterk verbonden met de natuur, haalde hier veel inspiratie uit en hechtte groot belang aan eerlijke materialen. Zo verzamelde hij in zijn atelier allerlei voorwerpen als botten, stenen, schelpen en drijfhout, waarvan de vormen in zijn werk terugkeren. Zijn vroege werken waren gemaakt volgens de taille directe techniek waarbij onvolkomenheden van het materiaal en door het gereedschap achtergelaten sporen deel uit maken van het beeld. Grote voorbeelden in deze periode waren Archaïsche , Griekse en Mexicaanse beelden zoals de Chac Mool van de Tolteken-Maye dat hij in het Louvre in Parijs had gezien. Deze achterover liggende figuur wordt een van zijn belangrijkste thema’s in de kunst. In de jaren ’30 stapt Moore over van de taille directe naar het gieten in brons en modelleerde hij alleen nog zijn modellen in klei of gips. Tijdens de 2de WO krijgt Moore opdracht om als oorlogskunstenaar te werken. Hij maakte krachtige tekeningen in schuilkelders, Shelter Drawings, van inwoners uit Londen die in de ondergrondse schuilden tijdens de Duitse luchtaanvallen. Deze tekeningen zijn vaak voorstudies voor beeldhouwwerk. 27 Na de oorlog ging Moore zich toeleggen op het thema “familie”. Dit mede door het verlies van zijn moeder en de geboorte van zijn dochter in 1946. Vanaf de jaren ’50 gaat Moore abstracter werken. De figuren worden slanker en mede door het gebruik van holtes en gaten ook luchtiger van vorm. De holle ruimtes waren voor Moore evenwaardig aan de vaste massa. Hij noemde het “beeldhouwen met licht”. Soms worden de kronkels in zijn latere abstracte werk wel eens vergeleken met het landschap van zijn geboortestreek Yorkshire. Henry Moore, Liggende figuur nr.4, 1954-55 28 3.2. Alberto Giacometti (1901-1966, Zwitserland-Parijs) Giacometti is beroemd als de beeldhouwer van de lange, dunne beelden. Zijn fragiele figuren belichamen een gevoel van eenzaamheid en breekbaarheid. Al vroeg gaf Giacometti er de voorkeur aan te werken vanuit zijn geheugen en niet naar model. Tot zijn eigen verbazing worden zijn beelden zo miniem dat ze bijna in stof veranderden. Hij gaat zich bezig houden met lijden, wanhoop, angst en eenzaamheid. Vooral het isolement van de mens houdt hem bezig. “We zien elkaar slechts van op een afstand en dus klein”. Na de oorlog te hebben doorgebracht in Zwitserland bracht hij zijn productie mee naar Parijs. Het waren minieme mensenfiguurtjes in luciferdoosjes. Rond 1950 worden de beelden geleidelijk aan langer en verliezen aan volume. Wat overblijft, is het minste waaruit de mens kan bestaan. De ruimte is niet in de figuren, maar om hen heen. Deze figuren maken Giacometti tot de beeldhouwer van de leegte. Giacometti bouwde eerst de figuren op in klei rond een ijzerdraad. Vervolgens werden ze gegoten in brons. 29 30 Persoonlijke notities. ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 31 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 32 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 33 HOOFDSTUK 4: COBRA 1. Ontstaan Naoorlogse expressionistische tendensen zowel in de VS als in Europa ontstaan enerzijds door de drang om onverwerkte gevoelens uit te drukken, anderzijds door de wens om af te rekenen met oude normen en regels van de kunst. De Cobra-beweging, ontstaan na de Tweede Wereldoorlog(1948 tot 1951), reageerde tegen de koude abstracte kunst en het burgerlijk realisme. Men wilde geen enkele rem meer. Men wilde zich spontaan uiten als een primitieveling, als een kind! De Cobra-beweging reageerde tegen de gevestigde kunst van Parijs. Cobra oversteeg nationale grenzen. Op die manier ontstond er een internationaal samenwerkingsverbond tussen een aantal kunstenaars uit Denemarken, België en Nederland. De naam Cobra werd samengesteld uit de beginletters van de hoofdsteden van deze landen : Copenhagen ( A.Jorn ), Brussel (P.Alechinsky), en Amsterdam (K.Appel). De Cobra werd het symbool van hun groep en ook de naam van het tijdschrift. 2. Kenmerken Cobra reageerde tegen de Westerse maatschappij en tegen de oude normen van de kunst. Haar leden streven naar totale vrijheid wat betreft de vormentaal. Ze zijn zo gekant tegen het verleden, en zo 34 gesteld op die uitingen van creativiteit die in de gevestigde kunst geen schijn van kans hebben. De Cobra schilders waren op zoek naar nieuwe vormen van uitdrukking. Ze ontleenden hun figuratieve kunst aan volkskunst, primitieve kunst, kindertekeningen en tekeningen van geesteszieken. Ze streefden naar een zorgeloze, informele kunst. Eerlijkheid van expressie speelde een belangrijke rol in het scheppingsproces. Cobra schilders experimenteerden met heldere kleuren. Cobra leden werkten samen met elkaar of met dichters in één project of op één doek. Individuele gevoelens waren aanvankelijk ondergeschikt. Maar geleidelijk aan groeide hun drang naar individuele expressie en gaan ze uiteindelijk ieder hun eigen weg. 3. Karel appel (1921-2006) Niemand van de Cobra leden heeft zo consequent de afkeer van de intellectuele hokjesgeest gestalte gegeven als Karel Appel. Hij wordt gezien als de meest zuivere vertegenwoordiger van de beweging. In 1946 had Appel zijn eerste solo-tentoonstelling in Groningen. Hij liet zich in deze periode vooral beïnvloeden door Picasso, Matisse en Dubuffet. Een jaar later begon hij te beeldhouwen. Appel verzamelde afval en sloopte zelfs de houten luiken van zijn ramen om er kunst mee te maken. (Drift op de zolder) Appel haalde zijn figuratie en inspiratie vaak bij kindertekeningen. Een voorbeeld hiervan zien we terug in het stadhuis van Amsterdam, de Vragende kinderen (1949). Dit werkstuk, geschilderd tegen een muur van de kantine van het gebouw, veroorzaakte zo een hevig protest dat de 35 muurschildering jarenlang werd afgedekt. De ambtenaren vonden het werk barbaars, wreed en gewelddadig. Teleurgesteld vestigt Appel zich in 1950 in Parijs. Na het uiteenvallen van Cobra in 1951 begint Appel met steeds dikkere verf(impasto) te schilderen. Zijn werk wordt wilder en minder beheerst. De grote internationale doorbraak van Appel begint rond 1953. Hij reist daarna ook regelmatig naar New-York en gaat steeds meer in de richting van de abstracte kunst. Hierdoor ontwikkelde hij een heftige vorm van action painting met figuratieve elementen (Feest in Lapland, 1958). De kleuren zijn ontleend aan de felle kleuren uit de reclame en de Amerikaanse hard edge (zie verder in de cursus). Amorous Dance, 1955 36 37 Persoonlijke notities. ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 38 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 39 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 40 DEEL 2: JAREN ’60 EN ‘70 Algemene inleiding Pluralisme na 1960 : er is geen duidelijke indeling en structuur meer en de scheiding tussen Amerika en Europa vervaagt. We kunnen nu spreken over een “internationale kunst”. Kunst is een consumptieproduct en beleggingsobject geworden: het bezitten van moderne kunst wordt stilaan een statussymbool, en de handelswaarde van kunst neemt toe. Popularisering en desacralisering van de kunst: niet alleen kapitaalkrachtige beleggers maar ook jongeren krijgen interesse voor kunst. Kunstenaars gebruiken niet meer alleen kostbare materialen en zelfs banale, dagelijkse gebruiksvoorwerpen worden tot kunst verheven. Het aantal musea neemt toe, daarbij worden ze ook gebruiksvriendelijker en beter afgestemd op het publiek. De grens tussen schilderkunst en beeldhouwkunst is verdwenen: dit zal leiden tot een open kunst waarin alle kunsttakken samenwerken: beweging, klank, licht, lijn, kleur, volume en ruimte. Kunst is chronisch experimenteel: er is een voortdurende drang naar het “nieuwe”met daarbij een tendens tot specialisatie. Sinds de jaren '70 is er een grote toename van diverse kunstuitingen waar te nemen. 41 HOOFDSTUK 1: POP ART 1. Ontstaan ‘Popular art’ is een van de meest opvallende stromingen uit de jaren ’60. Algemeen wordt aangenomen dat deze richting typisch is voor Amerika, nochtans werd er voor het eerst over pop art gesproken in verband met het werk van de Engelse kunstenaar Richard Hamilton (1922-2011). In 1954 werd door een groep jonge kunstenaars, ‘The Independent Group’, in Londen een tentoonstelling gehouden met als titel: ‘This is tomorrow’. Hamilton vulde er een hele zaal met als thema populaire cultuur: strips, tijdschriften, foto’s van Marilyn Monroe enz. Hij gebruikte ook voor het eerst het woord ‘ pop’ op een van zijn werken namelijk een collage met als titel ‘Just what is it that makes today’s homes so different, so appealing?’ Hamilton was aanvankelijk werkzaam in de reclame-industrie en volgens hem moest de pop art volgende kenmerken hebben: populair, vluchtig,oppervlakkig, goedkoop, jong, sexy en luxueus. In tegenstelling tot de Amerikaanse pop art wilde hij wel aan de toeschouwer enige diepere informatie meegeven over het voorgestelde. Naast de Engelse en Amerikaanse pop-art bestaat er een Europese variant beter gekend onder de naam nieuw realisme (zie hfdst. 3). 2. Kenmerken De belangrijkste inspiratiebron was ‘ the American way of life’. In Amerika kwam immers de kapitalistische consumptiemaatschappij voor het eerst tot ontwikkeling. 42 De pop art kunstenaars hadden een afkeer voor abstractie en wilden een kunst die voor iedereen toegankelijk was. De pop art zocht haar onderwerpen in de alledaagse werkelijkheid zoals men ze zag in tijdschriften, film, strips, reclame en televisie. In de kunstwerken zie je dingen uit het gewone alledaags leven: eetwaren kleding en huishoudelijke apparaten. De kunstenaars maken gebruik van onpersoonlijke mechanische druktechnieken, industriële verfsoorten en harde felle kleuren. Elke emotionele relatie tussen de kunstenaar en zijn object moet worden voorkomen. Pop art stelt de maatschappij op een ironische manier voor en maakt haar soms belachelijk: de kunst zelf wordt een consumptiegoed. De kunstkritiek had aanvankelijk voor deze stroming geen lovende woorden, het publiek echter was onmiddellijk enthousiast. 3. Pop art in de Verenigde staten 3.1. Andy Warhol (Amerika, 1930-1987) In zijn eerste kunstwerken gebruikte hij fragmenten uit stripverhalen en vergrootte ze uit. Later ging hij consumptiegoederen zelf als onderwerp gebruiken. Zeer bekend zijn de ‘Campbell-soepblikken’ die hij eerst afzonderlijk en later in grote hoeveelheden zal schilderen. Warhol inspireerde zich ook op filmsterren, politici en historische gebeurtenissen. In zijn ‘ American disasters’ toont hij schokkende beelden uit de maatschappij: auto-ongelukken, rassenrellen, de elektrische stoel. Hij geeft ze wel verdoezeld weer onder een laagje doorschijnend oranje, rode of paarse verf. 43 Veel van zijn beroemde werken kwamen tot stand in zijn atelier en woonplaats The Factory in New York. Hier leefden en werkten verschillende muzikanten, acteurs en kunstenaars onder zijn leiding. 3.2. Roy Lichtenstein (New York 1923-New York 1997 ) Deze kunstenaar put vooral uit comic-strips waaruit hij details sterk gekleurd en fel uitvergroot weergeeft. Meestal gaat het over sentimentele of gewelddadige onderwerpen. Kenmerkend voor zijn stijl zijn zwarte omtreklijnen, monochrome kleurvlakken en rasterdruk met Ben-Day dots. Deze druktechniek is genoemd naar de drukker Benjamin Henry Day en dateert van 1879. Lichtenstein zal ze sterk uitvergroot en veelvuldig toepassen. Ook bij onderwerpen die niets met het stripverhaal te maken hebben zal hij deze techniek gebruiken. 3.3. Claes Oldenburg ( Stockholm °1929 ) Hij is geboeid door het maken van driedimensionele voorwerpen of objecten. Deze worden van de werkelijkheid vervreemd door ze op een ongebruikelijke schaal en in een ongebruikelijk materiaal weer te geven. Hij maakt gipsen voedingswaren en zachte sculpturen ( giant softs ), opgevuld met kapok in een onwezenlijke vorm. Schrijfmachines en wc’s krijgen zo een totaal nieuwe dimensie. Oldenburg verwezenlijkte ook een aantal openluchtprojecten: alledaags voorwerpen sterk uitvergroot en bedoeld om in een uitgestrekte ruimte te staan. Een mooi voorbeeld hiervan is het truweel in het Kröller Müller Museum in Nederland. Dit is een van de vele openluchtprojecten die hij tussen 1976 en 2009 samen met zijn echtgenote Coosje van Bruggen maakte. 44 3.4. Georges Segal (New York 1924-New Jersey 2000) Hij plaatst gipsen figuren in een omgeving die uit werkelijke objecten bestaat. Hiervoor maakt hij geen afgietsels van het model maar omwindt het met in gips gedrengd verband. De verschillende delen worden later met ijzerdraad aan elkaar bevestigd. Het gips wordt met opzet ruw gelaten en niet gekleurd. Segal’s figuren lijken wel mummies in actie. Dergelijke kunstwerken waarbij de hele ruimte een kunstwerk wordt noemt men environment of omgevingssculptuur (zie verder). Andy Warhol 45 46 Persoonlijke notities. ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 47 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 48 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 49 HOOFDSTUK 2 : HYPERREALISME 1. Ontstaan Einde jaren zestig, begin jaren zeventig wordt de houding van vele kunstenaars ten opzichte van het object nog koeler en afstandelijker dan bij de pop art. Hun aandacht gaat niet uit naar de inhoud of de betekenis van wat ze zien maar naar de uiterlijke verschijningsvorm. Omdat in de moderne tijd onze waarneming sterk wordt bepaald door foto, film en televisie, nemen de hyperrealisten de fotografische weergave van de werkelijkheid als uitgangspunt. Vandaar dat voor deze stroming ook de term fotografisch realisme wordt gebruikt. 2. Kenmerken Zoals voor de pop art is ook hier de moderne samenleving inspiratiebron en worden de technieken uit de massamedia gebruikt. De hyperrealisten willen de illusie wekken dat de werkelijkheid foutloos wordt weergegeven. Zo komt het dat hun werken grote gelijkenis vertonen met een kleurenfoto. Niet alleen nemen de kunstenaars de foto als uitgangspunt voor hun werk, vaak dient deze ook als hulpmiddel. Zo worden dia’s geprojecteerd op een doek en exact overgenomen. Toch is er ook een wezenlijk verschil tussen de foto en het hyperrealistisch kunstwerk: het schilderij geeft het standpunt van het menselijk oog dat veel breder en rijker is dan het zien met een fotolens. 50 De kunstwerken van het hyperrealisme zien er strak en onpersoonlijk uit. Hierdoor biedt deze kunstrichting geen enkele mogelijkheid aan de toeschouwer tot persoonlijke interpretatie. 3. Kunstenaars 3.1. Chuck Close ( Verenigde Staten, °1940 ) Hij maakt portretten op groot formaat, technisch zeer verfijnd en sterk gebaseerd op de fotografie: ‘hard focus realisme’. Close maakt meters hoge uitvergrotingen van pasfoto's waarin hij de beperkingen van het medium fotografie duidelijk laat zien. Foutjes als beperkte scherptediepte(vb.scherpe ogen, vage oren) of optische vervorming die wij op een normaal fotoformaat niet opmerken, gaat hij juist heel sterk benadrukken. Hiermee toont hij aan dat de camera meer ziet dan het menselijk oog. Scherptediepte en vervormingen worden immers door onze hersenen onmiddelijk gecorrigeerd. Chuck Close 51 3.2. Richard Estes ( Verenigde Staten, °1936 ) Hij heeft een voorkeur voor glimmende auto’s en spiegelende ruiten. In zijn werk is architectuur het voornaamste onderwerp en ook hij werkt aan de hand van foto’s en dia’s. 3.3. Duane Hanson ( Verenigde Staten, 1925-1996) Deze kunsteaar past het hyperrealisme toe op driedimensioneel vlak: hij maakt figuren uit kunststof, geeft ze echte kleren en plaatst ze in een werkelijke omgeving. Zijn personages zijn vaak bedoeld als kritiek op de consumptiedrang van de zinloze ‘American way of life’. 3.4. Ron Mueck (Melbourne, Australië, 1958) Deze uit Duitse ouders geboren Australisch beeldhouwer werkt tegenwoordig vanuit Engeland. Hij maakt sinds 1996 hyperrealistische beelden in moderne materialen, combinaties van siliconen en fiberglas. Bekende bijvoorbeelden zijn de portretten van baby's, een hoogzwangere vrouw, een moeder met kind, mensen in verschillende stadia van ouderdom en zelfportretten. Hij maakt zijn beelden in diverse afmetingen, van minuscuul tot buitengewoon groot. Huid, haar en aders worden zeer realistisch nagebootst. Zijn Duitse ouders waren speelgoedmakers van beroep en emigreerden naar Australië. Door het speelgoed heeft hij wellicht zijn inspiratie verkregen. 52 3.5. Gerhard Richter (Dresden, 1932): Europees hyperrealisme Europese hyperrealisten waren meestal minder extreem. Vaak is hun werk minder groot en streven ze veel minder naar objectiviteit. Het fotografische beeld speelt niet zo'n belangrijke grote rol, de fotocamera wordt niet altijd als hulpmiddel gebruikt. De Europese hyperrealisten hebben ook wel eens kritiek op de overdreven consumptiemaatschappij die vaak onderwerp is van hun kunstwerken. Ze zijn meer betrokken bij hun werk waardoor het ‘menselijker’ aandoet. Een voorbeeld hiervan is de Duitse kunstenaar Gerhard Richter. Richter is een veelzijdig kunstenaar die verschillende stijlen naast elkaar heeft uitgeprobeerd. Begin jaren 60 schilderde Richter voor het eerst foto's na. Dit konden krantenknipsels zijn en familiekiekjes die in zwart- wit werden uitvergroot. Later schilderde hij ook eigen foto's na zoals landschappen en zeegezichten in kleur. Een bijzonderheid daarbij is dat hij meestal de contouren van zijn motieven vervaagt zodat de schilderijen nog meer aan foto's doen denken dan werken van andere fotorealistisch werkende schilders. Met zijn wazige, grijze, sfumato- achtige geschilderde foto’s benadrukt Richter een van de meest typische eigenschappen van de foto: de tijdelijkheid en de vluchtigheid van het moment dat in de foto is vastgelegd. Aan de andere kant wil hij de foto boven het tijdelijke uittillen door deze tot een schilderij te verwerken. Een van de vervreemdende technieken toegepast op de fotorealistische werken bestaat erin dat hij ook krassen in de verf trekt en de verf weer afschraapt, hetgeen later in zijn expressief abstracte werk opnieuw te zien is. Soms gaat de abstrahering zover dat het oorspronkelijke voorbeeld nauwelijks nog te herkennen is. Richter verklaarde dat hij de waardering voor het 'als een automaat' naschilderen van foto's aan het voorbeeld van de popart-kunstenaar Andy Warhol te danken heeft. 53 54 Persoonlijke notities. ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 55 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 56 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 57 HOOFDSTUK 3: NIEUW REALISME 1. Ontstaan In de jaren ’60 benaderden de kunstenaars in Amerika en in Engeland hun objecten vaak op een erg commerciële manier. Deze visie werd op het Europese continent als te simpel ervaren. Zij hadden ook interesse voor de gewone objecten van de alledaagse samenleving maar gingen hier anders mee om. Terwijl in Amerika en Engeland de identiteit van het voorwerp behouden blijft, verandert bij de kunstenaars van het Europese continent de identiteit van het voorwerp wel degelijk. Vandaar dat deze kunstenaars nieuwe realisten worden genoemd. Een groep kunstenaars, met gemeenschappelijke interesse, werkten van 1960 tot 1963 onder de naam nieuw realisme. 2. Kenmerken Het nieuw realisme was een reactie tegen de abstracte kunst, het abstract expressionisme van na de tweede wereldoorlog. Deze kunst was te zeer een vlucht uit de werkelijkheid en het vertrekpunt van de nieuwe realisten was nu net die werkelijkheid, die ze in een nieuwe vorm willen presenteren. De kunstenaars halen een voorwerp uit zijn gebruikelijke omgeving en plaatsen het in een nieuwe context. Ze stonden open voor hun omgevingen hadden belangstelling voor publiciteit, massamedia, wetenschap, techniek en werkten vooral driedimensioneel. 58 Ze streefden naar engagement bij de toeschouwer, deze moest zich betrokken voelen bij het kunstwerk. Een belangrijke inspiratiebron voor het nieuw realisme waren dadaïsme en surrealisme. Ook in deze stromingen was de werkelijkheid vertrekpunt voor de kunst. 3. Kunstenaars 3.1. Arman ( Nice, 1928 – New York, 2005 ) Net als de door hem bewonderde Vincent Van Gogh, die alleen met zijn voornaam “Vincent” signeerde, tekende Armand Pierre Fernandez (zoals hij oorspronkelijk heette) zijn werk met zijn eerste voornaam “Armand”. In 1957 besloot hij die naam te veranderen in “Arman”. Begin jaren '60 werd hij heel bekend met zijn accumulation en poubelle. Bij de accumulation toont hij de voorwerpen in veelvoud en dicht bij elkaar in een polyester of plexiglas behuizing gevat. Heel zijn leven zou hij bezig blijven met het accumuleren van producten uit de overvolle consumptiewereld: brillen, klokken, kammen, gasmaskers, verftubes en kunstgebitten. Als kostbare museumstukken liggen ze opgehoopt in vitrinekasten of bevroren in giethars. Naast accumulaties maakt hij ook kunst door te verbranden (combustions), in plakken te snijden (coupes) of stuk te smijten (coleres). De poubelle was een verzameling uitgestrooid afval. Zo vulde hij in 1960 de Galerie Iris Clert in Parijs met vuilnis en noemde het Le Plein. Hiermee verwees hij naar wat zijn vriend Yves Klein (zie volgende pagina) twee jaar eerder deed in dezelfde ruimte: Le Vide. Het was een uitgewerkte mise-en-scène: de ruiten van de galerij waren blauw geschilderd en een 59 gewelf van blauw weefsel was geïnstalleerd voor de ingang. De galerie zelf was helemaal leeg, terwijl de muren door Klein zelf waren witgeschilderd. Daarvoor sloot hij zich 48 uur op in de galerie, alleen. Volgens Klein zelf versterkte zijn actieve aanwezigheid de artistieke atmosfeer. Op de opening kregen de gasten een blauw drankje, waardoor hun urine blauw kleurde. Hun lichaam werd als het ware helemaal bevrucht, verzadigd met blauw. Kleins bedoeling was de gevoeligheid enerzijds buiten weer te geven in aanraakbare zichtbare materie en anderzijds binnen de immaterialisatie van blauw. De kleur was niet in de ruimte, ze is de ruimte binnengedrongen, die ermee overladen is. 3.2. Yves Klein ( Nice,1928 – Parijs, 1962 ) Vanaf de jaren vijftig al werd hij beroemd met zijn vele monochrome doeken in koninklijk ultramarijn. Deze felblauwe kleur werd zijn handelsmerk: IKB of International Klein Blue. Hij vond de kleur uit toen hij experimenteerde met ultramarijnblauw pigment en een speciaal fixatief (Rhodopas). Deze brak, in tegenstelling tot andere fixatieven, de glans van de kleur niet af. Klein was van mening dat de kleur op zichzelf energie is en een enorm effect kan hebben op de toeschouwer. Zijn kleur blauw was de kleur van de hemel en de zee. Naast blauw gebruikte hij ook veel goud en roze. Soms voegde Klein in blauwe verf gedoopte sponsen aan zijn schilderijen toe(sponge paintings). Typisch voor het nieuw realisme waren de kleine copiëen van antieke beelden of afgietsels van zijn vrienden die hij dan bespoot met blauwe verf. Het meest spectaculaire werk waren de antropometrieën. Hiervoor smeerde hij naakte vrouwelijke modellen in met IKB om ze vervolgens af 60 te drukken op grote bladen of doeken. Met dit soort werk heeft hij de stap gezet naar conceptuele kunst, body art en performances ( zie verder ). Bij de kosmogenieën gebruikte hij de natuurlijke elementen als regen, wind of bliksem en bewerkt hij bijvoorbeeld het doek met een gasbrander. 3.3. Boris Javacheff Christo ( Bulgarije, 1935-2020) Christo was vooral werkzaam in de Verenigde Staten. Hij werd bekend met zijn empaquetages of verpakkingen, waarbij objecten, gebouwen en zelfs landschappen tijdelijk werden ingepakt en aan het publiek getoond. Christo realiseerde ook store fronts: lege, levensgrote uitstalramen die tot op 3/4 hoogte met wit laken werden bedekt. Door zijn ingrepen in de natuur wordt deze kunstenaar ook wel eens gezien als vertegenwoordiger van de land art (zie hoofdstuk 11: land art). Zijn drang om voorwerpen te verpakken heeft geleid tot het bedekken van hele landschappen met wit laken: Wrapped Coast, Australië, 1969 of Running Fence, Californië, 1976. Door het verpakken wil Christo leegte suggereren. Hij wil nieuwsgierigheid en belangstelling oproepen en op die manier de toeschouwer meer bewust maken van zijn omgeving. Voor Christo is de verpakking een tijdelijke transformatie-act. Hij wil de aandacht vestigen op de vervreemding van alledaagse dingen en de toenemende anonimiteit waartoe de consumptiemaatschappij leidt. 61 In hoeverre Christo’s bedoelingen met dit soort kunst echt gemeend zijn of in hoeverre het publicitaire aspect hier de bovenhand heeft blijft een open vraag. Cristo’s voorstudies ( tekeningen, berekeningen…) hebben eerder een financieel-economisch dan een artistiek doel: met de opbrengst hiervan, aangevuld met sponsoring, financiert hij zijn miljoenenprojecten ( de Running Fence koste 2 miljoen dollar en bestond slechts twee weken). 3.4. César (Baldaccini) (Marseille, 1921-1998) Deze kunstenaar werd vooral beroemd met zijn compressions : ingedrukte carrosserieën van het autokerkhof. In 1960 veroorzaakte hij in Parijs schandaal met zijn eerste compressions. Hij wilde zich met een dergelijke act keren tegen het conformisme van de abstracte kunst en wilde zijn werk integreren in de technologische realiteit van de eigen tijd. Kunstwerken waarbij de maker vertrekt van oud roest (junk) en afvalmaterialen worden gerekend tot de junk art. Deze kunstrichting vindt haar oorsprong in de dada-beweging (na WO1), waarin eveneens met alledaagse voorwerpen een nieuw kunstwerk werd samengesteld. In 1965 ontdekt César hoe hij bij het verwerken van polyester de materie tot een expansion kon manipuleren. Zijn Pouce (duim) in rode polyurethaan reisde de wereld rond als zijn ultiem handelsmerk. 62 63 Persoonlijke notities. ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 64 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 65 ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________ 66 67

Use Quizgecko on...
Browser
Browser