Cultuurwetenschappen Past Paper 2021 PDF
Document Details
Uploaded by EasierLove2729
2021
Tags
Summary
This document is a past paper from 2021 and contains information on different facets of culture studies, mass media and communication for secondary school education. The paper covers topics such as the role of mass media and the functions of different art forms across history.
Full Transcript
Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Cultuurwetenschappen aan de hand van vakfiche 2021 Bronnen - Wikipedia - Samenvatting Carolien de Breukelaaer - Het boek ‘alles over de filosofie’ Inh...
Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Cultuurwetenschappen aan de hand van vakfiche 2021 Bronnen - Wikipedia - Samenvatting Carolien de Breukelaaer - Het boek ‘alles over de filosofie’ Inhoud De geschreven massamedia: krant en tijdschrift........................................................ 3 Audiovisuele massamedia: televisie , radio internet................................................... 3 Functies en macht van massamedia......................................................................... 3 Regulering van massamedia...................................................................................... 4 waarden normen ethiek en moraal............................................................................. 7 Mens en wereldbeeld................................................................................................. 8 Politiek veld.............................................................................................................. 13 Juridisch veld............................................................................................................ 16 Sociaal economisch veld.......................................................................................... 19 Cultureel veld............................................................................................................ 21 Functies van kunst.................................................................................................... 23 Kunst en de historische context................................................................................ 23 Kunst en de culturele context................................................................................... 27 Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Cultuurwetenschappen Communicatie in de samenleving 25% De geschreven massamedia: krant en tijdschrift Kranten Krant komt van het Franse woord courant wat actueel lopend betekend. Kranten waren duur omdat ze met de hand geperst moesten worden en mensen moesten zegelbelastingen betalen (tot 1848). Vanaf 1850 begon de eerste industriële revolutie en de rotatiedrukpers werd uitgevonden. Hierdoor werden kranten door meer mensen gelezen zoals de burgerij ( die dit eerst niet konden, omdat ze geen geld hadden en er werd vernomen dat ze toch niet slim genoeg waren voor aan politiek mee te doen). Vanaf 1914 werd de leerplicht ingevoerd en konden mensen meer leren lezen, zo werd krant propagandamiddel want ze maakte ‘mis’bruik van druk zetten op de politiek. Verschillen tussen krant en tijdschrift Tijdschriften verschijnen wekelijks en zijn van dunner papier, ze bevatten veel soorten informatie en zijn eerder diverterend (ontspannend). Kranten zijn dagelijks, van dunner papier en informatief. Audiovisuele massamedia: televisie , radio internet De televisie Zenders die niet door de overheid worden gemaakt, voor en door het publiek. Het doel is eerder ontspannen De radio Niet-commerciele zenders: radio 1/radio 2/ klara/ studio brussel/ mnm Commerciele zenders: joe fm/ nostalgie/ qmusic Functies en macht van massamedia. Informatieve Informatie verzamelen, leren over anderen, kennis en inzicht functie verwerven. Educatieve Waarden en normen overdragen van een cultuur. functie Persuasieve De overtuigende functie ( functie opniniefunctie/commentaarfunctie/agendafunctie/propagandafunctie ) Diverterende Ontspannen functie Commerciël Overdragen van producten die aanwezig zijn op de markt etc. e functie Invloed en macht van massamedia Injectienaaldtheorie De media zijn almachtig: spuit de boodschap in en de lezer neemt het over Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Selectieve De invloed van de media is beperkt: we selecteren enkel perceptietheorie wat er past in ons referentiekader Agendasettingtheorie Alle media werken samen en bepalen wat wij belangrijk vinden Lobby’s Onderdeel van agendasetting theorie Cultivatietheorie Televisie geeft vertekend beeld van wat de werkelijkheid is Stereotiepe Vaak hetzelfde negatieve of positieve zelfbeeld denkbeelden Manipulatie Mediamateriaal naar je hand zetten Indoctrinatie Systematisch negatief eenzijdig onderwijzen Media als 4de macht Naast 3 andere machten in de sociologie (trias politica) Propagandatechnieken Verbloemen Dingen mooier maken dan ze zijn Zwartwitvoorstelling Enkel 2 uitersten geven Herhaling Hij moet indringen omdat hij herhaald wordt Groepsgevoel Iedereen samen als groep ergens voor willen vechten Inspelen op angsten Bang maken voor oorlog Algemeenheden Het lijkt groter dan het is door het te veralgemenen Inspelen op waarden Bv liefde voor vaderland in de 2de wereldoorlog Stereotypen Ze maken gebruik van dingen waaraan men zich verwacht te houden. Regulering van massamedia Massamedia door de overheid Persvrijheid Is vastgelegd in de grondwet in de meeste democratische landen. Censuur Informatie achterhouden, beperkt de persvrijheid. Bonnengeheim De recht van journalisten om hun bronnen geheim te houden Vlaamse minister van Benjamin Dalle (cdnv) ( brussel, jeugd , media) media SARC mediabeleid Strategische adviesraad voor cultuur, jeugd, sport, media. : Vlaamse regulator media Onafhankelijke toezichthouder die ervoor zorgt dat alle regels nageleefd worden. Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Massamedia door de economie Persconcentratie Wanneer verschillende mediamerken onder een eigenaar werken. Monopolyvorming Ze geven de consument maar een oplossing. De zelfregulering van de media De rol van de raad van Zij gaan na of journalisen en media zich aan de code van de journalistiek de raad van journalistiek houden De code van de raad Vrijemeningsuiting/mensenrechten hebben voorrang. Ze van de journalistiek moeten zo getrouw mogelijk berichten/ respect tonen aan privéleven etc. De taak van de JEP Ethische praktijken en inzake reclame: onderzoeken of ze niet in overschrijding gaan met de reclame ethiek Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer denken over mens en samenleving 25% waarden normen ethiek en moraal waarden en normen Waarden Idealen en motieven die in een samenleving/groep als menselijk en horen nagestreefd te worden Normen Richtlijnen voor het handelen van deze waarden. Algemene aanvaarde gedragsregels. Verbanden tussen waarden en normen in deze tijd: waarden zijn subjectief (mening) ieder mens heeft bepaalde waarden. Deze worden bepaald door de omgeving waarin we groeien. Persoonlijke waarden zijn veranderlijk. Normenstelsels Formele Concrete gedragsregels: ze staan opgeschreven in regelementen, wetten. Informele Je hanteert deze uit gewoonte, je kan het zien als de ‘onvertelde regels’ bv: je gaat niet op de schoot zitten van je leraar Ethiek en moraal godsdienst Ethiek Ethiek is de leer van goed en kwaad. Het is de leer van wat er ethisch of moreel is. Moraal De heersende opvattingen, gewoontes en gebruiken over het juist handelen. Moraal x godsdienst Moraal krijgt men vaak mee van hun godsdienst: goed en slecht is gebaseerd op wat hun ‘heilige boek’ verteld dat goed en slecht is Atheïst Bouwt waarden en normen uit op zelfstandige basis zonder tussenkomst van een godsdienst. Verklaringen voor ethisch gedrag (wetenschappelijk-religieus)+ ethisch dilemma Wetenschappelijke Mensen leunen eerder naar slecht gedrag, naar de konings verklaring gedrag. Mensen streven naar het geluk hier en niet in het hiernamaals Religieuze Gelovigen hebben een motivatie en een vaste basis om op verklaring terug te vallen. Ze hebben hierdoor ‘meer ethiek’ omdat ze een richtlijn hebben naar te handelen Ethisch dilemma Betrekking op moraliteit, deze beslissingen kunnen uiten in onmenselijke uitkomsten. Een ethisch dilemma wordt gekenmerkt door een afwezigheid van de ‘juiste’ keuze ( mogen minderjarige euthanasie plegen?) Overdrachten van waarden Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Opvoeding Communiceren, overnemen van gedrag van onze ouders. Onderwijs Klasregels, schoolregels. Media Televisieprogramma’s laten zien hoe mensen op iets reageren. Recht Door wat men ziet dat er in de regels beschreven staat. Universele Je hebt recht op vrijheid leven en veiligheid waar je ook maar verklaring bent. rechten mens Godsdienst Deze waarden en normen staan beschreven in het ‘heilige’ boek van de godsdienst. Secularisatie Ontkerkelijking waarin men zich afzet tegen het bestaan van God. Ze zetten de wetenschap boven godsdienst. Uitdrukking van waarden en normen Mythologie Drukken historische gebeurtenissen uit in wat goed en slecht is tradities/symbolen ‘ zo geven mensen elkaar een hand als wederzijds respect bij het begroeten’ In kunst Vaak worden er beelden getoond. Mens en wereldbeeld De filosofie: soorten Filosofie is de wetenschap voor een structuur, samenhang en een verklaring te krijgen van dingen, echter niet alles is verklaarbaar. Aan de filosofie zal nooit een einde komen omdat men zich altijd kan vragen blijven stellen en zich kan afvragen waarom waarom is. Er zijn altijd ongestelde en onbeantwoorde vragen. Filosofie zijn vragen waar geen concrete antwoorden op zijn. Metafysica Gaat op zoek naar het wezen van de werkelijkheid en wat daar achter zit Ontologie Is een onderdeel van metafysica: het is zijnsleer. Het onderzoekt het wezen. Natuurfilosofie Wijsbegeerte dat stoffelijke delen van de wereld tot studie neemt: voorloper van de moderne wetenschappen. Wijsgerige Vraagt zich af wat de mens precies tot mens maakt. antropologie Ethiek Normen-waarden, de leer van wat ethisch of moreel is. Epistemologie Kentheorie/criteriologie: onderzoekt de kennis van het ‘weten’ Taalfilosofie Relatie tussen kennis van de mens en de taal. De filosofische Geen vraag naar willekeurige en oppervlakkige gegevens. Wel vraag fundamenten (bouwstenen) van de basis. ‘als je de waarheid niet kent, kun je dan liegen’ vond ik een van de beste zinnen! Je kan altijd eens zoeken op vraagzin: filosofische vragen Waarom ontstond filosofie, hoe was filosofie voor en na Socrates. De westerse filosofie begon vorm te krijgen vanaf de 7de eeuw (600). Mensen beginnen een brug te bouwen tussen geloof en filosofie. Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Socrates werd gezien als een van de stichters van de westerse psychologie, hij was de leraar van plastos en enophon. Hij hield zich bezig met hoe de mens verantwoord kon leven. Socrates weigerde dingen te doen als dit niet volgens zijn ethiek stemde. Dit leidde echter tot zijn dood: hij werd er van beschuldigd nieuwe goden te hebben ‘ingevoerd’ en zo de jeugd te hebben ‘bedorven’. Hij had een kritische houding naar de Atheense goden. Men wou dat hij vrijwillig in ballingschap (verlaten van plaats) zou gaan, maar dit deed hij niet en zo werd hij veroordeeld tot de gifbeker. Hij koos ervoor het gif in te nemen in het bijzijn van zijn vrienden en medeleerlingen. Zij geloofde dat Socrates onsterfelijk was.’ Dare to think’ Levensvragen en denkers Socrates Wordt gezien als de stichter van de Westerse 469-399 vC filosofie, hield zich bezig met de vraag van hoe de mens verantwoord kon leven. Hij weigerde dingen te doen als hij vond dat het tegen zijn principes inging. Plato Plato was de student van Socrates, hij werd 427-347 vC gezien als het overblijfsel van Socrates. Hij was de leraar van aristoltes. Hij schreef altijd in 3 fases: 1 verder op de leer van Socrates, 2) hij behandelt zaken of ze onsterfelijk zijn 3) dirft, doorzettingsvermogen en reden. Aristoteles Werd van collaboratie en goddeloosheid 384-322 vC beschuldigd en er ontstond een anti- Macedonische beweging. Hij toont een grote interesse in de empirische werkelijkheid. Hij ziet logica niet als een onderdeel van de filosofie maar eerder als een methode. Confucius Iedereen was volgens hem gelijk, ongeacht 551-479 waar men geboren wordt. Dit was in een standenmaatschappij niet erg acceptabel. ‘ een reis van duizend mijl begint bij een enkele stap’ Erasmus Nederlandse priester, zijn vader was ook een 1466-1536 priester en zijn moeder een huishoudster (in feite mochten zij dus geen kinderen hebben of verliefd zijn en wordt dit onwettig kind genoemd) hij leunde op 2 basis ideeën: de vrijheid en de vrede. Martin Luther Hij starte het protestantisme. Hij werd als paus 1483-1546 door ketter aangezien omdat hij gebruik maakte van aflaten (dit waren documenten voor christenen om te kopen zodat zij dachten dat zij hun schulden werden vergeven) Hij is het tegengestelde van erasumus ‘ de wil van de mens is als een beest dat bereden wordt door god of door satan’. Thomas More Hij was een socialist. En was bevriend met 1478-1535 luther. Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer René Descartes ‘ cogito ergo sum’ betekend ik denk dus ik ben. 1596-1650 Zijn basis lag aan het rationalismen ( denken van de mens ratio) John Locke De filosoof van de verlichting: de reden was de 1632-1704 klein om alleen voor ‘kennis’ te dienen. Er was ervaringskennis nodig. In zijn tijd werd er veel waarde gehecht aan ‘aangeboren kennis’ Immanuel Kant Hij was een ideaist. Hij wilt dat de mensen vrij 1724-1804 zijn. Hij zegt dat de dingen die men doet, uit de mens zelf komen en niet door god gestuurd zijn. Jean-Jaques Hij schreef het boek het maatschappelijk 1712-1778 Rousseau vedrag. Dit zou de rechten van de mens hebben uitgebreid. Hij richtte zich op de kunststroming romantiek. Hij geloofd dat mensen in natuurlijke staat geen idee hebben van wat goed of slecht is. Karl Marx Hij was de revolutionaire denker. Marx was 1818-1883 een socialist en basisgrondlegger van het communisme. ( het dictatuur van het proletariaat. Dit wilt zeggen dat de werkende klasse aan de macht komt en dus er een dictatuur of in extremere vorm communisme ontstaat) Jean-Paul Sartre Hij richtte zich vooral op het ‘zijn’ van de mens. 1905-1980 Hij geloofde dat de mens veroordeeld is tot vrijheid ( net als marx dus). En dat de vrije keus helemaal geen plezierige zaak is (wij als democraten vinden dit natuurlijk zeer vreemd) Etienne Belgische filosoof (!!) richt zich op grote vragen 1934-2019 Vermeersch zoals euthanasie etc. hij zegt dat er zonder de mens geen waarde te hechten is aan iets.hij is gericht op het leven hier en niet het leven na de dood. Alain de Botton Schrijft vaak over de liefde en is een van de 1969-… hedendaagse filosofen. ‘ als het om de liefde gaat heeft men te weinig geduld’ ‘perfectie is de vijand van liefde’ Francis Fukuyama Hij richt zich er op dat de westerse democratie 1952-… als ultieme regeringsvorm gezien wordt. Mens en wereldbeeld Mens/wereldbeeld Algemeen beeld dat men heeft over de wereld Mythologisch Geheel van denkbeelden van een bepaalde cultuur waarin belangrijke morale verhalen aan bod komen, met de bedoeling educatief te zijn en de samenleving te rechtvaardigen. Monisme Het idee dat er slechts van ‘een’ iets is Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Dualisme Machtsevenwicht tussen groepen en het tegenovergestelde van monisme Theocentrisme (theos staat voor god) dus dat de god centraal (centrisme) staat. Antropocentrisme De mens is staat centraal Humanisme Gaat uit van de waarde van de mens. Ze geloven niet in goden en kiezen zelf wat de beste keuze is voor men. Individualisme De gedachten gang van de individu ( een persoon) gaat voorop. Empirisme Kennis komt voort uit de ervaring. ze willen dus zeggen dat de mens al doende leert Rationalisme Het idee is de enige reden of de voornaamste bron van kennis Materialisme Men gaat de wereld zien als een machine voor onze eigen verdienste Bigbangtheorie Oerknal van hoe de wereld zou moeten onstaan zijn Geocentrisme De aarde is het centrum van het leven Heliocentrisme Dat de sterren de limiet zijn ‘ the sky is the limit’² Kolonialisme Landen uit andere werelden overheersen. Kapitalisme Economisch systeem als doel om geld te winnen: de productiemiddelen zijn privaat eigendom van particuliere ondernemers Verlichting De reden was belangrijk en men ging alles onderzoeken. Romantiek -- Marxisme -- Evolutietheorie Darwin was hier de starter van Botsingbeschaving Ook wel gekend als de bipolaire wereldorde (heb je wss moeten leren bij geschiedenis of moet je nog zien: 2 grootmachten met verschillende ideologieën (kapitalisme- communisme) Postmodernisme Twijfel aan de ‘waarheid’ men wilt alles in vraag stellen omdat men bang is niet meer origineel te zijn Magisch wereldb. 1) Men heeft een verbintenis met alles rondom zich heen 2) alles heeft een verklaring en een reden 3) iedereen mag abstract denken andersglobalisten Verzetten zich tegen de principes van de wereld vandaag. Godsbeelden Monotheïsme Er bestaat slechts 1 God Polytheïsme Veelgodendom. Atheïsme Goden bestaan niet Deïsme Goden zijn transcendent ze willen hier mee zeggen dat ze boven en buiten de schepping staan Creationisme Scheppingsleer: god heeft iedereen gemaakt Intelligent design Verklaringen dat iemand ‘bovennatuurlijk’ het universum heeft ontworpen Fundamentalisme Terug grijpen op de fundering van vroeger. Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Opium van t volk Een uitspraak van karl marx voor de mensen te onderdrukken goed te leven en ze werden beloond in het hiernamaals. Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Organisatie en wisselwerking 40% Politiek veld Politieke organisatievormen Monarchie De koning is de absolute vorst en geeft zijn macht door aan bloedverwanten. Republiek Het staatshoofd wordt verkozen en is hier dus een president. (een postzegelpresident, zoals in duitsland: is een president die eigenlijk geen macht heeft) Totalitaire Een eenpartijstelsel, waarbij een grote heerser is en een regime/dictatuur bepaalde ideologie de voorvoet krijgt. democratie Volksheerschappij waar dus jawel, het volk het voor het zeggen heeft. De democratische rechtsstaat De rechten van de mens worden gerespecteerd, recht is de norm en plaatst zich boven de wet. De afspraken hiervan worden neergeschreven in een grondwet andere wetten mogen hier nooit tegenstrijdig mee zijn. De voorwaarden om aan een democratische rechtstaat te voldoen zijn: 1) De regels beantwoorden aan wat voor de grote meerderheid rechtvaardig lijkt. 2) De regels worden door de meerderheid van de volksvertegenwoordigers vastgelegd. 3) Er mag geen willekeur zijn in de toepassing van de regels 4) Er mag geen discriminatie bestaan. 5) Het toepassen van de regels moeten controleerbaar en afdwingbaar zijn. Belangrijkste voordelen voor een ‘directe democratie DD’: Mensen stemmen voor wat zij willen, de meerderheid krijgt wat ze willen, het vergroot de betrokkenheid tussen meerdere partijen wat logisch is als iedereen instemming krijgt en gehoord wordt, we doen er allemaal toe. Scheiding der machten Er is een wetgevende macht (senaat) en een uitvoerende macht (politie) én een rechterlijke macht ( de wetshoven en rechtbanken). Grondwet en eventuele wijziging Als er zich grote wijzigingen voordoen in een land (bijvoorbeeld nou ja: een virus dat zich makkelijk verspreidt) kan de grondwet herzien worden en herschreven worden. Dit wordt gedaan door de senaat. Nu gebeurt dit echter in 4 stappen: de eerste is het wetsontwerp: de regering die een wetgevend initiatief neemt. Als 2 de hebben we de wetsvoorstellen: dit gebeurt door volksvertegenwoordigers en senatoren, zij kunnen Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer zo een voorstel indienen. Als derde komen we dan bij de stemming: de meerderheid stemt dan of dit ‘ok’ is en dan als vierde wordt het door de koning gehand tekent (heeft toch een zwaar leven he, die man) De verkiezingen Campagne De verzameling van marketing acties gericht op het promoten van de politieke partij. Openingsbrief Een open brief die gericht is naar een persoon maar door het publiek kan gelezen worden Opkomstplicht Elke burger boven de 18 jaar is verplicht te komen stemmen op een kiesbureau. Lijststem De verschillende kolommen van de partijen. (nva dnv) ik kies voor de lijst (bolletje kleuren boven aan de lijst, hierdoor krijgen deze meer macht) Kopstem Identiek hetzelfde als lijst. Volmacht Als je ziek bent, in het buitenland bent: zeggen dat iemand anders voor je komt stemmen (moet je in orde brengen op het gemeentehuis) Lijsttrekker De gene die bovenaan op de lijst staat (in de kolom van de partij) degene die op 1 staat. Lijstduwer De persoon die helemaal onderaan staat ( de op een na meest gewildste plaats omdat sommige mensen ‘random’ stemmen) Verkiezingen Zetelverdeling De zetelverdeling gebeurd op basis van het ingeschreven kiezers, hoeveel zetels zijn er te verdelen? (bv gemeente van 20.000 kiezers heeft 30 zetels) !altijd een onpaar aantal Informateur Die informeert welke mogelijkheden er zijn om tot een volwaardige regering te komen (je moet een meerderheid hebben om in een parlement te kunnen stemmen, daarvoor heb je 2-3-4 partijen nodig, dit maakt het dus moeilijk om een regering te maken door tegengestelde waarden en normen, er zal dus een compromis moeten volgen, welke mogelijkheden van coalitie zijn er? Formateur Deze vormt de regering (formare voor vormen): jij doet dit jij doet dat, verdeelt onder de verschillende partijen. ((bv groen wilt perce minister van energie zijn, formateur ziet wat er tz doen valt). Coalitie Een coalitie betekent letterlijk samengaan ( ze moeten dir vormen voor genoeg zetels te hebben en dus hun willetje door te dringen) Meerderheid Gewoon de meerderheid zeker? Regeerakkoord Een regeerakkoord is een boek dat men baakt (programma) waarbij 2 besluiten op basis van hun eigen programma worden uitgevoerd. (bv iemand zegt ik wil dit, andere zegt ik wil dat) beetje onderhandelingen die worden neergeschreven (voor 5 jaar ongeveer) Ministers De formateur doet dit. aanduiden Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Rol koning Hij zet een handtekening, mag niks beslissen, maar gaat de verschillende partijvoorzitters ‘uithoren’ geeft misschien een beetje raad. Wijst de formateur en de informateur aan. Conventionele politieke ( conventioneel is afspraken en participatie is participatie deelnemen) Onconventionele politieke participatie Federale staat Een bondstaat of een federale staat heeft deelstaten (vlaams/brussels/waalse) delen die ook hun eigen rechtsordening hebben. Belgie begon als een culturele unitaire staat. De meerderheid sprak nederlands.Maar, het Frans werd wel de hoofdtaal van het bestuur. Er kwamen opstanden en zo volgde er een grondswetherziening in 1993 en zo werd belgie federaal. Politieke ideologieën Sociaaldemocratie Socialisten (gelijkvaardigheid, solidariteit) Liberalisme Vrijheid Communisme 1 heerser Fascisme Extreme nationalisten Christendemocratie Baseert op de bijbel en wilt inspraak van iedereen Nationalisme Willen 1 land 1 taal 1 cultuur ecologisme Gebaseerd op milieuvriendelijkheid Politieke partijen Vlaanderen PVDA Communisme Peter Martens 1 leider Groen! Ecologisme Meyrem Almaci Milieu Sp.A SociaalDemocratie Conner Rousseau Rechtvaardigheid Cd&V ChristenDemocratie Joachim Coens Liefde staat centraal Open VLD Liberalisme Egbert Lachaert Vrijheid centraal NVA Nationalisme- Bart de Wever Vlaanderen Liberalisme onafhankelijk Vlaams Belang Nationalisme Tom Van Grieken Vlaanderen asap onafhankelijk Het parlement en de regering Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Oppositie Alle partijen die tegen de uitvoerende macht zijn gekant (zij mogen niet mee doen) Coalitie Verbind meerdere groepen die een samenwerking aangaan (co-alliantie) Parlement taak Wordt ook wel Staten-Generaal genoemd: controleert het beleid van de regering. Ze hebben een wetgevende functie, deze wordt pas goedgekeurd als de eerste en tweede kamer het voorstel hebben aangenomen. Regering taak Uitvoerende macht van een bepaald grondgebied. Ze hebben de bevoegdheid wetgeving tot uitvoering te brengen binnen het gebied waar ze ‘regeren’ Raad van state Ze geven advies aan het parlement én spreken recht. Grondwettelijk Ze zijn de enige die in België mogen nagaan of een decreet of hof ordonnantie in overeenstemming is met de grondwet. Rekenhof Ze onderwerpen de verrichtingen (betalingen) van de federale regering, de gemeenschapsregering en de gewestregering. Ze zien of het geld correct en accuraat besteed wordt. Juridisch veld Driehoek structuur Hof van Cassatie Het hoogste rechtscollege: oordeelt over de wettigheid van rechterlijke beslissingen. Is baas over alle rechtbanken. Controleert of er eventueel fouten gebeurd zijn, maar beslist niks. Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Hof Van Beroep (( Als een van de partijen het oneens is met de burgerlijke- correctionele- rechtbank van eerste aanleg kan men in beroep jeugdkamer/kamer van gaan. beschuldigingenstelling. Arbeidshoven -- Hoven van assisen Behandelt de zwaarste misdrijven, moord en doodslag. Rechtbank van eerste Jeugdrechtbank/correctionele aanleg rechtbank/jeugdrechtbank/familie rechtbank Arbeidsrechtbanken Gespecialiseerd in arbeidsrecht en sociaal zekerheidsrecht. Rechtbanken van Kennis van geschillen tussen ondernemingen koophandel Vredegerecht Lichtere zaken zoals ruzie en geschillen Politierechtbank Behandelt overtredingen en verkeersmisdrijven. Verschil tussen burgerlijk en strafrechtelijk proces In een burgerlijk proces (civielrecht) worden beide partijen gevraagd naar de rechtbank te komen, in sommige gevallen laten zij hun vertegenwoordigen door hun advocaat. Dit burgerlijk proces is meestal ‘onderling’ tussen burgers.(als het een zaak van familierecht is moeten wel alle personen aanwezig zijn). In een strafrechtelijk proces zijn voor zaken zoals: overtredingen (bv te veel nachtlawaai), wanbedrijven (verkeersmisdrijf) het gevolg hiervan is geldboete tot 5 jaar cel. De derde soort en de ergste zijn de misdaden ( komt in principe voor het hof van assisen en wordt bestraft met een gevangenisstraf van minimaal 5 jaar). Dit strafrecht is tussen de staat en de burger, waar het wel effectief gaat om ‘strafbare’ feiten. Verloop van een strafrechtelijk proces Allereerst wordt er onderzoek gevoerd naar het misdrijf: dit wordt gevoerd door een onderzoeksrechter (deze wordt aangesteld door een procureur). Het is natuurlijk logisch dat deze rechter absoluut onafhankelijk moet zijn van de partij. Hierna gaat het onderzoek terug naar de procureur. Als 4de stap zal de kamer van inbeschuldigingstelling beslissen of de zaak voor het hof van assisen zal komen of niet. ( ze proberen dit in uiterste gevallen te vermeiden omdat dit veel tijd en aandacht kost, en zoals je weet lopen ze in Belgie vrij hard achter met de assisenzaken, en de andere zaken. Kijk maar naar steve bakelants dat nog altijd vrij rondliep.) Juridische begrippen Beroepsprocedure Procedure die men dient als men beroep wilt aantekenen ( men tekent beroep aan als men niet akkoord is met de uitspraken van de rechter in kwestie) Recidivist Een persoon die meermaals dezelfde strafbare feiten heeft gepleegd Deurwaarder Een ambtenaar die dagvaardingen uitbrengt en zorgt voor ontruiming-inbeslagneming-executoriale verkoping. Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Een deurwaarder kan ook optreden als proces- rolgemachtigde en rechtsbijstand verlenen. Hij zorgt dat iedereen het ‘geld krijgt’ waar men recht op heeft. Hij zorgt dat de vonnissen correct worden uitgevoerd. Rechter Een magistraat van de rechterlijke macht. Simpeler gezegd iemand die oordeel uitspreekt over een bepaalde geschil Advocaat Geeft rechtsbijstand en juridisch advies en geeft bijstand tijdens de rechtszaken. Wordt ook wel raadsman of raadsvrouw genoemd. Griffier Doet de administratieve en soms ook adviserende rol voor het openbaar bestuur. Openbaar ministerie Vertegenwoordigd de samenleving in de rechtbank: opsporen en vervolgen van misdrijven. Magistraten van het openbaar ministerie leiden het strafonderzoek, sporen daders op en vorderen in de rechtbank straf tegen de verdachten. Procureur Is de aanklager van de zaak: een jurist die in een proces een van de partijen vertegenwoordigt. Vrederechter De simpelst toegankelijke rechter en het feitelijke gezicht van het rechtspraak bij de burger. Proces-verbaal Een verslag waar iemand geconstateerde (waarneembare) feiten en omstandigheden vastlegt: hierin staan de persoonsgegevens van de betrokken partijen en de getuigen. Alle stappen die de politie heeft genomen worden hier dan in vastgelegd. Als het geen misdrijf is wordt er een proces verbaal opgesteld. opdeciemen Toelagen van meestal 10% op een bepaald bedrag. Spanningsveld tussen nationale en supranationale wetgeving We hebben hier 3 wetgevingen in, de eu, van de europese unie, de wto (word trade organisatie) en de vn (verenigde naties). Natuurlijk verloopt dit niet zonder enige spanningen. Deze supranationale wetgeving zijn dus deze afspraken tussen deze groepen. Internationaal strafhof denhaag Dit is een strafhof voor personen die worden verdacht van oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid, misdaden tegen vrede en genocide ( volkenmoord bv holocaust joden). De voordelen hiervan zijn dat het mensenrecht wordt verdedigd, ze garanderen een straf (in welke mate deze fatsoenlijk is is relatief). De nadelen zijn echter dat staten niet gedwongen kunnen worden het strafhof te herkennen en er dus mee samen te werken. Hierdoor kan het strafhof niet altijd haar bevoegdheden uitoefenen en dus haar macht uitoefenen. Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Het strafhof is echter ook geen dele van de verenigde naties, maar ze zijn een onafhankelijk parlement. Echter kunnen we het strafhof niet volledig loskoppelen van de vn: de vn kan zorgen dat de aanklacht wordt opgeschort telkens voor een periode van 12 maanden. Spanningsvelden tussen internationale milieuverdragen en de nationale milieuwetgeving. No harm-regel: een staat heeft soevereiniteitsrecht ( recht om te besturen hoe hij of zij wilt) en kan dus dingen uitvoeren zonder gemoei van andere staten. Ze kunnen doen wat ze willen ook al heeft dit nadelen voor het milieu, het recht om milieuschaden te veroorzaken is echter niet onbegrensd: zo is er een kernverplichting: geen enkele staat heeft het recht schade toe te brengen aan het milieu als dit schade oplevert voor andere staten. Sociaal economisch veld Verzorgingsstaat Primaire verantwoordelijkheid (gezondheidszorg, onderwijs, werkgelegenheid, socialezekerheid) draagt verantwoordelijkheid voor zijn burgers. Veel zaken zijn geheel gereguleerd door de overheid. Actieve-welvaartstaat Dit is een staat die het op zich neemt om effectief zijn burgers te beschermen, ze proberen mensen minder afhankelijk te maken van de sociale uitkering (omdat dit gewoonweg de staatskas plundert) en zet mensen er toe aan langer te gaan werken. Evolutie van vs naar In de verzorgingsstaat kon men eigenlijk profiteren, nu aw moet men bijdragen en deze collectieve voorzieningen verdienen. Daarom zijn er beperkingen opgesteld aan onder andere kinderbijslag, werkloosuitkering. Men moet eerst als het ware hard werken voor men mag profiteren. Solidariteit Solidariteit Dit betekent dat de leden van een samenleving een gemeenschappelijk belang onderschrijven ten gunste van de andere groepsleden. Sociale zekerheid De rsz is een publiek stelsel dat is bedoelt om tijdelijk mensen uit de nood te helpen en hun inkomen te verzekeren. Dit gebeurt echter enkel als men voor een x- periode niet in staat wordt geacht te kunnen werken. (bv pensioen, dood van een naasten, arbeidsongeschiktgeid, ziekte,…) Basis voor een Solidariteit ligt aan de basis van sociale zekerheid: de groep sociale zekerheid staat een bedrag af om te personen in kwestie te kunnen onderhouden. Solidariteit tussen jongeren en ouderen, werkende en werklozen, gezonde mensen en zieken, gezinnen met kinderen en gezinnen zonder kinderen. Hervedelingsprincipe Een minimuminkomen voor iedere persoon is gegarandeerd: werkende mensen moeten belastingen Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer betalen in verhouding tot hun loon. Deze financiering gebeurd groot en deels door de gemeenschap. Verschillende vormen van solidariteit Micro De statelijke solidariteit; heet ook wel formele solidariteit. Deze is wettelijk vastgesteld, en dus verplicht. De voordelen hiervan zijn dat zorgverleners bv altijd hulp zullen verrichten, en er dur altijd een vertrouwen is. De nadelen zijn omdat dit een formele wet is, is dat je vast zit aan bepaalde afgesproken uren. Deze mensen worden ook eens ziek en zijn niet 24/7 bereikbaar. Meso Dit zit echter tussen micro en macro in. Het is vrijwillig. De voordelen hiervan zijn dat de hulp van een persoon niet enkel op de schouders van 1 persoon terechtkomen. Macro Dit heet ook wel informele solidariteit/familiaire solidariteit. Het is 100% vrijwillig. Het gaat om steun bieden naar elkaar en is niet door de overheid bemoeid. De voordelen hiervan zijn dat het de staat heel wat hulp bespaart, de nadelen hiervan zijn dat er echter geen zekerheid is. Ocmw Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn verzekert een aantal maatschappelijke dienstverleningen én zorgt zo voor het welzijn van iedere burger. Elke gemeente of stad heeft een ocmw. Hun doel is te zorgen voor het minimumloon van elke individu. Voor dit proces echter van start gaat doet het ocmw onderzoek naar het inkomen/ de primaire behoeftes van deze persoon. Leefloon Als men een ‘te laag’ inkomen heeft, volgens de indexen, kan men een basisinkomen krijgen. Dit heet het leefloon/levensminimum. Natuurlijk verwacht men hier ook iets voor terug: het ocmw zal u begeleiden naar een job die bij u past. De voorwaarden hiervoor zijn: Belgische verblijfplaats, belgische nationaliteit, meerderjarig, bereid om te werken, andere rechten zoals sociale uitkering al gebruikt. Werknemers-werkgevers organisatie De Belgische vakbonden staan in voor de vertegenwoordiging van hun werknemers, de verdediging van de belangen van deze werknemers, en de uitbetaling en werkloosheidsuitkering en inschakelingsuitkering. ACV Algemeen christelijke vakbond ABVV Algemeen Belgische vakbond ACLVB Algemene centrale der liberalen vakverbond van België VBO Vakbond van Belgische ondernemingen VOKA Vlaams netwerk van ondernemingen De economische globalisering Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer De economische De bedrijven proberen zo gunstig mogelijk gebruik te globalisering maken van de productie factoren, door bv goedkopere producten te gebruiken. De productieketen wordt verspreid over een tal van gebieden. Ze vertrekken steeds naar het goedkoopste gebied. De rol en macht van Deze zijn grote bedrijven en of grote handelsfirmas die multinationals op grote schaal opereren. Men spreekt hiervan wanneer een handelsmerk in verschillende landen gevestigd is. Multinationals hebben vaak invloed op regeringen omdat deze afhankelijk zijn van hun voor de belastingen en de werkgelegenheid. Het spanningsveld Economie heeft ruimte, producten en transport nodig. tussen economie en Terwijl ecologie graag het milieu zou verbeteren en dus ecologie zo min mogelijk ‘transport’ wilt. Het spanningsveld Economie draait op groei en winsten, terwijl de tussen economie en gezondheidszorg gaat over mensen die op dat moment gezondheidszorg niet kunnen werken. Cultureel veld Criteria van wetenschappelijke kennis 1) Informatie is op een systematische manier te verkrijgen 2) De informatie is meetbaar 3) De informatie is controleerbaar 4) De informatie is objectief Bronnen van wetenschappelijke kennis 1) Inductie: generaliseren, men trekt een conclusie en neemt uit dat dit altijd zal gebeuren. 2) Deductie: men trekt een conclusie uit meerdere aannames waardoor de conclusie ook per definitie waar is. (bv socrates is een mens, alle mensen zijn sterfelijk, deductie; socrates is sterfelijk. 3) Empirisme: de zintuigen zijn de bron van waarheid en kennis. Ons onderzoek vloeit voor op eigen ervaringen. 4) Rationalisme: ons denk en redeneervermogen ( de ratio) is onze bron van kennis. Common-sense kennis Tegenovergestelde van wetenschappelijke kennis. De informatie is op een niet-systematische manier te verkrijgen, de informatie is oncontroleerbaar, de informatie is subjectief, de informatie is niet meetbaar. Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Impact van wetenschap en techniek op de samenleving Er ontstaat een automatisering, wetenschap moet gefinancierd worden. Economie financiert wat haar vooruit kan helpen. Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Kunst en de samenleving 10% Functies van kunst Amuserende functie Educatieve functie Ideeën en waarden uitdrukken Machtsverhoudingen uit drukken Kritiek geven decoreren Kunst en de historische context Kunststromingen Prehistorisch Expressieve kracht Klassiek Veel liefde Romaans In functie van religie – anoniem Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Gotiek Hoge gebouwen Renaissance Harmonie Barok Indruk achterlaten Classicisme Politieke macht Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Romantiek Vanuit het gevoel Realisme Getrouw mogelijk Impressionisme Geen lijnen, licht lucht en atmosfeer Art nouveau Nieuwe manier van luxe te uiten Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Expressionisme Felle kleuren Kubisme Blokjes Surrealisme Onrealisrisch Pop art Fotoachtige indruk Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer Conceptuele Idee of consept kunst is belangrijker dan uitwerkign Graffiti Onderdeel van subcultuur - postmodernisme Verschillende stijlen mixen Kunst en de culturele context Hoe beïnvloeden de westerse en niet-westerse kunst elkaar? Invloed van Arabische kunst op de westerse cultuur: de Moorse bouwkunst in Spanje. De Arabieren bezetten een groot deel van zuid Spanje, de Moorse kunst (Arabische) kenmerkt zich door prachtige versieringen in de moskeeën. Een paar van de Moorse invloeden zijn dan ook: minaretten, gedetailleerde versieringen, figuren en onderwerpen die worden afgebeeld. Invloed van de oosterse cultuur op de westerse cultuur: he t japonisme Japonisme is een kunststroming uit de jaren 1872-1941: het slaat op japanse motieven in de westerse cultuur. Het is onstaan toen japan onder stuk van de vsa zijn Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer grenzen openstelde na 2 eeuwen van splended isolation, zo geraakte de westerse wereld in de ban van de Japanse kunst. Voorbeeld hiervan is vincent van gogh. Invloed van de Afrikaanse cultuur op de westerse cultuur. jazz Jazz (muziekstijl) hebben wij overgenomen van de afrikanen, in het begin werd deze muziekstijl niet geaccepteerd door de rijke blanke man, maar werd later toch aangenomen voor een goede vorm van entertainment. Invloed van de oceanische cultuur op de westerse cultuur: Guaguin Guaguin is een Tahitiaans werk, in een erg plastische schilderwijze. Samenvatting cultuurwetenschappen 3aso ine ottaer