Kennis Leerdoelen Gezondheidswetenschappen PDF
Document Details
Uploaded by FinestLead3885
Erasmus Universiteit Rotterdam
arvena koswal
Tags
Summary
These are learning objectives for a healthcare course at Erasmus University Rotterdam. The document explores various aspects of health law, the role of the government in healthcare, and different financial models. It covers topics like legal resources and the complex relationship between national and international law in the context of healthcare.
Full Transcript
lOMoARcPSD|19943506 Kennis leerdoelen Kennis blok 1 gezondheidswetenschappen (Erasmus Universiteit Rotterdam) Scannen om te openen op Studeersnel Studeersnel wordt niet gesponsord of ondersteund door een hogeschool of u...
lOMoARcPSD|19943506 Kennis leerdoelen Kennis blok 1 gezondheidswetenschappen (Erasmus Universiteit Rotterdam) Scannen om te openen op Studeersnel Studeersnel wordt niet gesponsord of ondersteund door een hogeschool of universiteit Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 TG 1 Gezondheidsrecht Je bent in staat Gezondheidsrecht te situeren binnen het geheel van juridische disciplines. Rechtsgebieden: Gezondheidsrecht past in het bredere spectrum van het sociaal zekerheidsrecht, omdat het zich bezighoudt met juridische aspecten van de gezondheidszorg en de rechten en plichten van betrokkenen in de zorgsector. Publiekrecht en privaatrecht: Gezondheidsrecht kan zowel aspecten van publiekrecht als privaatrecht omvatten, afhankelijk van de specifieke kwestie. Het publiekrechtelijke aspect heeft betrekking op de relatie tussen de overheid en de gezondheidszorg, zoals regelgeving en toezicht. Het privaatrechtelijke aspect omvat zaken als medische aansprakelijkheid en contracten tussen zorgverleners en patiënten. Rechtsbronnen: Rechtsbronnen zijn belangrijk in het gezondheidsrecht, en wetten, jurisprudentie, gewoonten en verdragen kunnen allemaal van toepassing zijn. Veel gezondheidsgerelateerde wetten en regels zijn vastgelegd in nationale wetgeving, maar ook internationale verdragen, zoals het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), en nationale jurisprudentie kunnen een rol spelen in het gezondheidsrecht. Materieel en formeel recht: Het gezondheidsrecht kan zowel materiële als formele aspecten hebben. Het materiële recht gaat over de inhoud van rechten en plichten met betrekking tot gezondheidszorg, terwijl het formele recht betrekking heeft op de procedures en processen voor geschillen en handhaving binnen de gezondheidszorg. Je kunt de in Nederland geldende rechtsbronnen beschrijven. - De wet: Dit is een primaire rechtsbron en omvat wetten die door de nationale wetgever zijn aangenomen. In Nederland wordt de wet vastgesteld door de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal en ondertekend door de koning. Wetten zijn algemeen verbindende voorschriften die voor iedereen gelden. - Rechtspraak (Jurisprudentie): Het omvat de beslissingen en uitspraken van rechters in specifieke juridische zaken. In sommige gevallen kan de rechter nieuwe regels formuleren of bestaande regels interpreteren, wat jurisprudentie wordt genoemd. Als deze jurisprudentie breed wordt toegepast, kan deze als rechtersrecht fungeren. - Gewoonte: Gewoonten in de maatschappij kunnen ook dienen als rechtsbron. In sommige gevallen kan een langdurige en algemeen aanvaarde gewoonte als juridisch relevant worden beschouwd. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 - Verdragen en besluiten van volkenrechtelijke organisaties: Internationale verdragen en besluiten van internationale organisaties, zoals de Verenigde Naties (VN) en de Raad van Europa (RvE), vormen ook een deel van de rechtsbronnen in Nederland. Deze verdragen kunnen van invloed zijn op nationale wetgeving en hebben invloed op verschillende rechtsgebieden. Je kunt uitleggen wat een rechtsbron is en welke rechtsbronnen er zijn. Rechtsbronnen zijn de bronnen waaruit het recht put om regels en principes te halen die juridische normen vaststellen. Deze bronnen dienen als de basis voor het rechtssysteem en geven juridische autoriteiten de nodige regels om juridische kwesties te begrijpen en op te lossen. In feite zijn rechtsbronnen de fundamenten van het rechtssysteem. Het begrijpen en correct toepassen van deze bronnen is van groot belang voor juridische professionals en voor het goed functioneren van het rechtssysteem als geheel. C2 Inleiding in het gezondheidsrecht Je kunt uitleggen hoe de constitutionele verhoudingen in Nederland zijn; **Grondrechten (Hoofdstuk 1):** Grondrechten zijn fundamentele rechtsnormen die de persoonlijke vrijheid van burgers moeten waarborgen en de inmenging van de overheid in hun leven moeten beperken. Enkele voorbeelden van grondrechten zijn non-discriminatie, privacy en lichamelijke integriteit. **Regering (Hoofdstuk 2):** Dit hoofdstuk gaat over het koningschap, de overdracht van de troon, en de rol van de koning en zijn functies in relatie tot het parlement. **Staten-Generaal (Hoofdstuk 3):** Hierin wordt de rol van de Staten-Generaal (het parlement) als vertegenwoordiging van het volk en het benoemen van het regentschap besproken. **Raad van State en andere organen (Hoofdstuk 4):** Dit hoofdstuk behandelt de taken van de Raad van State en de Algemene Rekenkamer in relatie tot wetgeving en financiën. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 **Wetgeving en bestuur (Hoofdstuk 5):** Hierin wordt de rol van de wetgeving en het bestuur binnen de Nederlandse staat beschreven. **De rechtspraak (Hoofdstuk 6):** De rechterlijke macht krijgt de bevoegdheid om geschillen te beslechten en moet zich niet bemoeien met de grondwettigheid van wetten en verdragen. Nieuwe wetten mogen echter niet in strijd zijn met de grondwet. **Provincies en gemeenten (Hoofdstuk 7):** Dit hoofdstuk gaat in op de bestuurlijke taken van provincies en gemeenten, evenals de provinciale staten. **Herziening van de grondwet (Hoofdstuk 8):** Het proces van het herzien van de grondwet wordt besproken. Nederland heeft een constitutie (grondwet). Constitutionele verhoudingen zorgen ervoor dat klassieke grondrechten worden nageleefd. Grondrechten beschermen burgers tegen de overheid. In Nederland bestaat geen volledige scheiding der machten, omdat de regering zowel uitvoerende als wetgevende bevoegdheden heeft. Dit geldt ook voor de Raad van State. Er wordt verder benadrukt dat grondrechten niet absoluut zijn en soms kunnen worden beperkt, bijvoorbeeld in het belang van de openbare orde. - Je kunt het belang van de trias politica weergeven; Door de trias politica is er machtenscheiding, waardoor machtsmisbruik voorkomen kan worden. De verschillende machten controleren elkaar ook, zodat niemand alle macht heeft. Uitvoerende macht (regering en staten-generaal) Wetgevende macht -> de regering (koning en ministers) Rechtsprekende macht -> rechtbank Kortom, de Trias Politica is van vitaal belang voor het handhaven van een rechtvaardige en evenwichtige samenleving waarin de rechten en vrijheden van burgers worden beschermd. Het zorgt voor een systeem van controle, evenwicht en verantwoordingsplicht binnen de overheid, wat essentieel is voor de democratische waarden en de rechtsstaat. Je kunt voor en nadelen benoemen van decentralisatie; Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Door decentralisatie kunnen gemeentes gerichter maatwerk leveren aan hun bewoners. Elke gemeente is tenslotte anders, en er wordt overal iets anders verwacht door burgers. Ook is het efficiënter omdat er sprake is van lokale kennis. Het nadeel is dat de schaal niet doelmatig is. Ook ligt het aan de samenwerking hoe het beleid verloopt. Je kunt uitleggen wat de verhouding is tussen nationale en internationale wet en regelgeving. De nationale wetgeving is in Nederland gemaakt en geldt ook alleen binnen Nederland. Internationale wetgeving gaat over de overeenkomst tussen staten, meestal komt dit tot stand door verdragen. Er zijn twee soorten verhoudingen tussen de wetgevingen. Ten eerste het monisme, dit houdt in dat internationale rechten ook automatisch nationaal zijn. Daarnaast is er het dualisme, hierbij is er een strikte scheiding tussen de wetgevingen. Ze worden dan pas va kracht al de wetgeving wordt omgezet. Samengevat stellen de aantekeningen dat internationale verdragen deel uitmaken van de nationale rechtsorde en dat ze voorrang hebben boven nationale wetten in geval van conflicten. Dit benadrukt het belang van de harmonisatie van nationaal recht met internationale verplichtingen en de rol van nationale rechters bij het waarborgen van de naleving van deze verplichtingen in nationale zaken. De verhouding tussen nationaal en internationaal recht is complex maar cruciaal voor het waarborgen van de rechten en verplichtingen van staten en individuen in een steeds meer geglobaliseerde wereld. TG 2 Solidariteit, collectieve financiering en schaarste in de zorg het onderscheid tussen collectieve en private financiering van gezondheidszorg uitleggen en relateren aan het begrip solidariteit; Collectieve financiering in de gezondheidszorg houdt in dat iedereen verplicht is om mee te betalen, maar de zorg is ook voor iedereen toegankelijk. Eigen risico valt onder private financiering in de gezondheidszorg. Omdat iedereen premie meebetaalt, helpt iedereen mee aan zorg voor iedereen in Nederland. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 de omvang en ontwikkeling van de gezondheidszorg in termen van collectief gefinancierde uitgaven aan de hand van cijfers beschrijven en relateren aan de omvang en ontwikkeling van andere overheidsuitgaven; Een groot aandeel van de overheidsuitgaven gaat naar de gezondheidszorg, 27%. Dit is zo veel dat er minder geld over is voor andere sectoren zoals het onderwijs of infrastructuur (koekoeksjong) de oorzaken en economische gevolgen van stijgende collectief gefinancierde uitgaven aan gezondheidszorg uitleggen; Oorzaken = ouderenzorg zal flink toenemen = demografie, technologie, welvaartsstijging, vergrijzing en bevolkingsgroei Vraagzijde: - Aandeel ouderen in bevolking neemt toe - Verandering epidemiologie = meer chronische ziekten - Voortschrijdende medicalisering - Consumenten stellen steeds hogere eisen - Meer welvaart meer vraag naar zorg - Prijsongevoelige vraag door grotendeels collectieve financiering Verplichte sociale ziektekostenverzekering en lage eigen betalingen Aanbodzijde: - Voortgang medische wetenschap en techniek - Informatievoorsprong zorgaanbieder = risico op aanbodgeïnduceerde vraag = extra vraag uitlokken - Machtspositie zorgaanbieders bij tariefonderhandelingen - Productiviteitsontwikkeling in de zorg lager dan in andere sectoren Kostenziekte in de gezondheidszorg (Baumol’s cost disease) = mensen gewerkt uur niet makkelijk te vervangen door computers. mogelijke beleidsopties noemen om de collectief gefinancierde uitgaven aan gezondheidszorg te beheersen; Direct: kleiner basispakket of meer private financiering Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Indirect: gereguleerde concurrentie, innovatieve bekostigingsmethoden, hoofdlijnenakkoorden. in verschillende situaties van schaarste een eenvoudig keuzeprobleem economisch rationeel oplossen. Kosten en baten vergelijken Opportuniteitskoten: gemiste opbrengsten van het beste niet gekozen alternatief Sunk costs: kosten die al gemaakt zijn doen er niet meer toe Bekijk de bedragen absoluut en niet relatief TG 3 Marktfalen & overheidsingrijpen de werking van het prijsmechanisme op een perfect competitieve markt analyseren; Er is sprake van een competitieve markt als; aanbieders hetzelfde product verkopen, als aanbieders prijs nemers zijn, vrije toe- en uittreding is en aanbieders en vragers moeten beide alle informatie hebben die nodig is. Bij zo’n markt zal bij een vraagoverschot de prijs stijgen, waardoor de productie omhooggaat en dus ook het aanbod stijgt, daardoor zal de prijs weer dalen. het economisch elasticiteit begrip uitleggen en 3 typen elasticiteiten berekenen en interpreteren; De prijselasticiteit geeft aan hoe de vraag verandert na een prijsverandering, in procentuele getallen. Er zijn 3 vormen van elasticiteit; 1. **Prijselasticiteit van de vraag (PED):** PED meet hoe de vraag naar een goed reageert op veranderingen in de prijs van dat goed. De formule voor PED is: Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 - Als PED > 1, is de vraag elastisch. Dit betekent dat een procentuele verandering in de prijs leidt tot een grotere procentuele verandering in de gevraagde hoeveelheid. Consumenten zijn gevoelig voor prijsveranderingen. - Als PED < 1, is de vraag inelastisch. Dit betekent dat een procentuele verandering in de prijs leidt tot een kleinere procentuele verandering in de gevraagde hoeveelheid. Consumenten zijn niet erg gevoelig voor prijsveranderingen. - Als PED = 1, is de vraag eenheidselastisch. De procentuele verandering in de prijs komt overeen met de procentuele verandering in de gevraagde hoeveelheid. 2. **Inkomenselasticiteit van de vraag (YED):** YED meet hoe de vraag naar een goed reageert op veranderingen in het inkomen. De formule voor YED is: - Als YED > 1, is het goed een luxegoed. Dit betekent dat naarmate het inkomen stijgt, de vraag naar dit goed meer dan evenredig stijgt. - Als YED < 1, is het goed een noodzakelijk goed. Dit betekent dat naarmate het inkomen stijgt, de vraag naar dit goed minder dan evenredig stijgt. - Als YED negatief is, is het goed inferieur. Dit betekent dat naarmate het inkomen stijgt, de vraag naar dit goed afneemt. 3. **Kruislingse prijselasticiteit van de vraag (XED):** XED meet hoe de vraag naar een goed reageert op veranderingen in de prijs van een ander goed. - Als XED positief is, zijn de goederen complementair. Dit betekent dat als de prijs van goed B stijgt, de vraag naar goed A afneemt (en vice versa). - Als XED negatief is, zijn de goederen substituten. Dit betekent dat als de prijs van goed B stijgt, de vraag naar goed A stijgt (en vice versa). Elasticiteiten helpen beleidsmakers en bedrijven begrijpen hoe consumenten en markten reageren op prijsveranderingen, inkomensveranderingen en de prijzen van verwante Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 goederen. Ze spelen een cruciale rol bij prijsstelling, belastingbeleid en besluitvorming op het gebied van vraag en aanbod. analyseren hoe bij de vraag naar gezondheid en zorg niet wordt voldaan aan de voorwaarden voor perfecte marktwerking en beschrijven welke gevolgen dit kan hebben voor de toegankelijkheid, kwaliteit en doelmatigheid van zorg. In de gezondheidszorg heb je niet te maken met een perfecte marktwerking, omdat dit tot marktfalen kan leiden en dat is gevaarlijk voor de publieke belangen. Ten eerste is er economisch kortzichtig en risicovol gedrag. Dit houdt in dat men zich soms niet realiseer dat kosten op t0 leiden tot grotere baten op t1. Er is sprake van bijziendheid en een lagere betalingsbereidheid, omdat de baten op t0 niet zichtbaar zijn. Ten tweede zijn er positieve externe effecten, dit zijn effecten die niet alleen positief zijn voor individuen, maar ook voor heel de samenleving eromheen. Door bv vaccinaties gratis te maken zullen meer mensen zich laten vaccineren. Zonder overheidsbemoeienis vindt onderconsumptie plaats. Ten derde is er een informatienadeel. Vragers en aanbieders zijn niet gelijk geïnformeerd. Slecht geïnformeerde partij = principaal Goed geïnformeerde partij = agent instrumenten die de overheid heeft om bij de vraag naar gezondheid en zorg corrigerend op te treden vanuit economisch perspectief De overheid kan ervoor kiezen om belasting of accijns te heven op ‘slechte’ producten. Ook kan de overheid mensen financieel belonen als ze zich gezond gedragen. Daarnaast kunnen speelse stimulansen (nudging) zorgen voor een gezondere levensstijl. K TG4 bestuurswetenschap en juridische verklaringen Je kunt uitleggen waarom gezondheid een publieke verantwoordelijkheid is geworden; Mensen binnen de stad waren min of meer afhankelijk van elkaar (interdependentie). Door de interdependentie ontstond er een publiek belang. Er ontstond meer kennis over gezondheid er Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 waren dus mogelijkheden om gezond te bevorderen (causaal verhaal). En er kwamen meer mogelijkheden zoals het ontstaan van een landbestuur, belasting en wetgeving. Je kunt uitleggen hoe gezondheidsproblemen op de agenda van de overheid komen; Er is overheidsbemoeienis nodig omdat de gezondheidszorg een publiek belang is. De overheid kan marktfalen voorkomen. Bovendien is gezondheid een grondrecht in Nederland, waardoor de overheid zich hiermee moet bezighouden. Je kunt het begrip 'wederzijdse afhankelijkheid' (interdependentie) uitleggen en aangeven hoe dit bijdraagt aan het ontstaan van publieke problemen; Wederzijdse afhankelijkheid, of interdependentie, verwijst naar de situatie waarin landen, staten, organisaties of individuen van elkaar afhankelijk zijn in een bepaald domein, zoals internationale betrekkingen of het oplossen van mondiale vraagstukken. Het houdt in dat acties of beslissingen die in het ene land of op het ene gebied worden genomen, gevolgen hebben voor andere landen of gebieden, en vice versa. Interdependentie en segregatie Steeds meer gescheiden leefwerelden tussen arm en rijk - Problemen van armoede houden zich slecht aan de buurtgrenzen: infectieziekten en misdaad - Binnen de stad was iedereen afhankelijk van elkaar - Je bent in staat wetteksten en verdragen te interpreteren en samenvatten; Je kunt uitleggen uit welke elementen een verdrag is opgebouwd; Een verdrag bestaat doorgaans uit verschillende elementen en bepalingen. Aan de hand van je aantekeningen kan ik de belangrijkste elementen van een verdrag uitleggen: 1. **Preambule:** De preambule is het inleidende gedeelte van een verdrag. Het bevat vaak de overwegingen en doelstellingen van de verdragspartijen. Hier wordt uitgelegd waarom de partijen het verdrag aangaan en welke principes ze willen nastreven. 2. **Titel of Hoofdstukken:** Het verdrag kan worden opgedeeld in verschillende titels of hoofdstukken om de verschillende onderwerpen of aspecten te organiseren. Elke titel kan betrekking hebben op een specifiek aspect van het verdrag, zoals handel, mensenrechten, milieu, enzovoort. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 3. **Artikelen:** De artikelen van een verdrag vormen de kern van de overeenkomst. Elk artikel bevat specifieke bepalingen, verplichtingen of rechten met betrekking tot een bepaald onderwerp. Artikelen kunnen variëren in lengte en complexiteit, afhankelijk van het onderwerp dat ze regelen. 4. **Definities:** Verdragen bevatten vaak definities om ervoor te zorgen dat bepaalde termen en begrippen in het verdrag eenduidig worden geïnterpreteerd. Dit voorkomt misverstanden tussen de verdragspartijen. 5. **Verdragspartijen:** De lijst van partijen bij het verdrag geeft aan welke landen (of andere rechtspersonen) het verdrag hebben ondertekend en geratificeerd. Het verdrag wordt juridisch bindend voor de deelnemende partijen. 6. **Ondertekening en Ratificatie:** In het verdrag staat vaak informatie over de procedure voor ondertekening en ratificatie. Landen ondertekenen een verdrag om aan te geven dat ze zich aan de bepalingen zullen houden. Ratificatie is de officiële goedkeuring van het verdrag op nationaal niveau. 7. **Inwerkingtreding:** Het verdrag bevat informatie over wanneer het in werking treedt en de voorwaarden waaraan moet worden voldaan voordat het van kracht wordt. Dit kan variëren afhankelijk van de bepalingen in het verdrag. 8. **Reserveringen:** Sommige landen kunnen bepaalde voorbehouden maken bij het ondertekenen of ratificeren van een verdrag. Dit betekent dat ze bepaalde bepalingen van het verdrag niet volledig accepteren of toepassen. 9. **Toezicht en Handhaving:** Verdragen bevatten vaak bepalingen met betrekking tot toezicht en handhaving. Dit kan inhouden dat er een comité wordt opgericht om de naleving te controleren, of dat er procedures worden vastgesteld om geschillen tussen verdragspartijen op te lossen. 10. **Beëindiging of Terugtrekking:** Het verdrag kan bepalingen bevatten met betrekking tot beëindiging of terugtrekking. Dit beschrijft onder welke voorwaarden een verdragspartij het verdrag kan beëindigen of zich eruit kan terugtrekken. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Verdragen kunnen sterk variëren in hun omvang, complexiteit en onderwerpen. Deze elementen zijn echter typische kenmerken van de meeste internationale verdragen. Je kunt uitleggen hoe een Explanatory report zich verhoudt tot de verdragstekst; Explanatory report is een verklarende, verkorte weergave van de tekst. Kortom, het Explanatory Report is bedoeld om te dienen als een aanvullend hulpmiddel om de verdragstekst te begrijpen en te interpreteren. Het biedt context, uitleg en historische informatie die nuttig is bij de toepassing en interpretatie van het verdrag door verdragspartijen en juridische autoriteiten. Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een juridische en sociologische/beleidswetenschappelijke tekst. Juridische teksten richten zich op wetten, regels en juridische interpretaties. Ze hebben als doel om juridische kwesties te beschrijven, wetten uit te leggen en juridische argumenten te onderbouwen. Ze gebruiken vaak formele en technische taal. Sociologische/beleidswetenschappelijke teksten daarentegen richten zich op het begrijpen van menselijk gedrag, maatschappelijke fenomenen en beleidskwesties. Ze gebruiken minder juridische terminologie en benadrukken in plaats daarvan onderzoek, analyse en beleidsaanbevelingen. Verschillende bronnen anders opgebouwd. C6 gezondheid als publiek probleem Uitleggen waarom gezondheid een publieke verantwoordelijkheid is geworden. Mensen binnen de stad waren min of meer afhankelijk van elkaar (interdependentie). Door de interdependentie ontstond er een publiek belang. Er ontstond meer kennis over gezondheid er waren dus mogelijkheden om gezond te bevorderen (causaal verhaal). En er kwamen meer mogelijkheden zoals het ontstaan van een landbestuur, belasting en wetgeving. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Uitleggen hoe gezondheidsproblemen op de agenda van de overheid komen. Er is overheidsbemoeienis nodig omdat de gezondheidszorg een publiek belang is. De overheid kan marktfalen voorkomen. Bovendien is gezondheid een grondrecht in Nederland, waardoor de overheid zich hiermee moet bezighouden. Benoemen wat de rol is van maatschappelijke en wetenschappelijke actoren in de agendavorming van gezondheidsproblemen **Maatschappelijke Actoren:** 1. **Belangenbehartiging:** Maatschappelijke actoren, zoals patiëntenverenigingen, gezondheidsorganisaties en non-gouvernementele organisaties, spelen vaak een cruciale rol in het signaleren van gezondheidsproblemen. Ze vertegenwoordigen de belangen van specifieke bevolkingsgroepen of ziektegebieden en zetten zich in voor bewustwording en actie. 2. **Mobilisatie:** Deze actoren hebben de mogelijkheid om mensen en gemeenschappen te mobiliseren en bewust te maken van bepaalde gezondheidskwesties. 3. **Data- en Onderzoeksgeneratie:** Sommige maatschappelijke actoren, zoals patiëntenverenigingen, verzamelen zelf gegevens en doen onderzoek om de aard en omvang van bepaalde gezondheidsproblemen te begrijpen. Ze kunnen dit onderzoek gebruiken om bewijs te leveren voor de ernst van het probleem. **Wetenschappelijke Actoren:** 1. **Onderzoek en Expertise:** Wetenschappelijke gemeenschappen Hun expertise en bevindingen zijn vaak richtinggevend voor het identificeren van opkomende problemen. 2. **Publicatie en Communicatie:** Wetenschappelijke actoren publiceren hun bevindingen in vakbladen en wetenschappelijke tijdschriften, 3. **Advies en Beleidsaanbevelingen:** Wetenschappelijke actoren bieden vaak beleidsadviezen en aanbevelingen Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Samengevat hebben zowel maatschappelijke als wetenschappelijke actoren een cruciale rol in de agendavorming van gezondheidsproblemen. Ze identificeren, benadrukken en pleiten voor de aanpak van specifieke problemen, mobiliseren gemeenschappen, genereren bewijsmateriaal en verstrekken expertise en beleidsadviezen die de agendavorming beïnvloeden en uiteindelijk bijdragen aan de volksgezondheid. De verschillende vormen benoemen waarin de rol van de overheid zich kan ontwikkelen. Staat -> regulering door wetgeving Markt -> competitie Polder -> er ontstaat beleid door overleg in de polder Gemeenschap -> socialisering TG 5 Marktfalen en overheidsingrijpen De motieven voor overheidsingrijpen in een zorgmarkt vanuit een economisch perspectief analyseren. analyseren hoe aan de aanbodzijde van zorgmarkten niet wordt voldaan aan de voorwaarden voor perfecte marktwerking en beschrijven welke gevolgen dit kan hebben voor de toegankelijkheid, kwaliteit en doelmatigheid van zorg. - Er is in de zorg geen sprake van volledige transparantie -> aanbod geïnduceerd - Er zijn geen homogene producten -> kwaliteit altijd anders - Interpersonele relaties (gezondheid afhankelijk van elkaar) -> meer burgers ongezond -> uiteindelijk heel de maatschappij ongezond uitleggen waarom er een vraag naar zorgverzekeringen is. Grote vraag door afkeer van risico’s bij mensen -> waarde verzekeren omhoog -> hogere betalingsbereidheid. Ook hoe groter risicoafkeer, grotere betalingsbereidheid. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 analyseren hoe op de zorgverzekeringsmarkt niet wordt - voldaan aan de voorwaarden voor perfecte marktwerking en beschrijven welke gevolgen dit kan hebben. - Door adverse selection (ongezonde mensen blijven over) gaan verzekeraars failliet - Prijsgevoeligheid van consumenten neemt af -> meer vraag -> te hoge kosten - Moreel gevaar door gebrek aan kennis over levensstijlen (ex-ante) of over medicatie (ex-post) -> hoge kosten -> marktfalen instrumenten die de overheid heeft om in de zorg dominante marktposities, adverse selection en moral hazard tegen te gaan vanuit economisch perspectief uit te leggen. - Dominante marktpositie -> eed van Hippocrates (handelen in belang burger), verbod op winstuitkering, wettelijke maximumprijzen, numerus fixus geneeskunde. - Adverse selection -> risicoverevening, verplichte verzekering - Moral hazard -> eigen betaling de oorzaken van overheidsfalen uitleggen. De overheid heeft zelf ook niet genoeg kennis op alle gebieden -> principaal-agentprobleem De motieven voor overheidssturing in een zorgmarkt vanuit een bestuurskundig perspectief analyseren. Kunnen uitleggen wat met ‘science for’ en ‘science of’ policy wordt bedoeld en dit kunnen toepassen op een casus. "Science for policy" verwijst naar wetenschappelijk onderzoek dat specifiek wordt uitgevoerd om beleidsbeslissingen te ondersteunen. In dit geval wordt wetenschap gebruikt als een hulpmiddel om beleidsopties te ontwikkelen en te informeren. Het doel is om praktische oplossingen te bieden voor beleidskwesties. "Science of policy" daarentegen verwijst naar wetenschappelijk onderzoek dat beleid als onderwerp heeft. Dit type onderzoek bestudeert bestaand beleid, evalueert de impact ervan en analyseert hoe beleid in de praktijk Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 werkt. Het doel is om te begrijpen hoe beleid wordt geïmplementeerd en welke effecten het heeft op de samenleving. Dus, "science for policy" is gericht op het helpen van beleidsmakers bij het nemen van beslissingen, terwijl "science of policy" gericht is op het begrijpen van beleid zelf. Het zijn twee verschillende benaderingen binnen de relatie tussen wetenschap en beleid. Kunnen uitleggen wat met een ‘creator’ en een ‘guardian’ perspectief op veranderingen in de gezondheidszorg wordt bedoeld. - **Creator-perspectief:** Dit perspectief richt zich op het creëren van nieuwe beleidsinitiatieven en innovaties. Het benadrukt het belang van het experimenteren met nieuwe benaderingen en ideeën om de gezondheidszorg te verbeteren. Het creator-perspectief houdt in dat beleidsmakers en organisaties actief nieuwe manieren verkennen om problemen in de gezondheidszorg aan te pakken. Ze zijn bereid risico's te nemen en te experimenteren om positieve veranderingen teweeg te brengen. - **Guardian-perspectief:** Dit perspectief is voorzichtiger en legt de nadruk op het bewaken en behouden van bestaand beleid en praktijken. Het guardian-perspectief is terughoudend ten opzichte van radicale veranderingen en benadrukt het belang van stabiliteit en behoud van wat al werkt in de gezondheidszorg. Het richt zich op het minimaliseren van risico's en zorgt ervoor dat er geen schade wordt toegebracht aan bestaande systemen. Kunnen uitleggen hoe politieke overwegingen van invloed zijn op het gezondheidszorgbeleid. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 1. **Verkiezingsbeloften:** Politieke partijen formuleren vaak hun standpunten over gezondheidszorg tijdens verkiezingscampagnes. De beloften en prioriteiten die tijdens deze campagnes worden gedaan, hebben invloed op het beleid dat wordt nagestreefd nadat de partij in functie is. Beleidsmakers willen vaak hun verkiezingsbeloften nakomen om kiezers tevreden te stellen en herverkiezing veilig te stellen. 2. **Publieke opinie:** Politieke beslissingen worden vaak beïnvloed door de publieke opinie en percepties van gezondheidszorgkwesties. Beleidsmakers moeten rekening houden met de zorgen en verwachtingen van de kiezers om steun te behouden en om te voldoen aan de behoeften van de samenleving. 3. **Belangen van belangengroepen:** Belangengroepen, zoals de farmaceutische industrie, zorgverzekeraars, artsenverenigingen en patiëntenorganisaties, oefenen vaak politieke druk uit om beleid in hun voordeel te beïnvloeden. Politieke beslissingen kunnen worden beïnvloed door de financiële bijdragen aan politieke campagnes en lobbyactiviteiten van deze belangengroepen. 4. **Ideologische overtuigingen:** Politieke partijen en individuele beleidsmakers hebben vaak ideologische overtuigingen die van invloed zijn op hun benadering van gezondheidszorg. Bijvoorbeeld, de overtuiging in de rol van de overheid versus de vrije markt in de gezondheidszorg kan de beleidsvorming sterk beïnvloeden. 5. **Budgettaire beperkingen:** Politieke besluitvorming over gezondheidszorg wordt vaak beïnvloed door budgettaire overwegingen. Beleidsmakers moeten rekening houden met de beschikbaarheid van financiële middelen en hoe deze het best kunnen worden toegewezen om aan de behoeften van de samenleving te voldoen. 6. **Electoraal gewin:** Beleidsmakers streven soms naar beleid dat hen politiek gewin oplevert. Populaire gezondheidszorginitiatieven kunnen de goedkeuring en steun van kiezers vergroten, wat van invloed kan zijn op de beslissingen van beleidsmakers. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 C7 Wetgeving in de gezondheidszorg Je kunt de belangrijkste wetten op de terreinen van het zorgverlening recht, het zorgverzekeringsrecht en het zorgfinancieringsrecht vinden. Je kunt met de systematiek van het Burgerlijk Wetboek (BW) en de Zorgverzekeringswet (Zvw) werken. Je kunt de inhoud van het BW de Zvw op hoofdlijnen weergeven. 1. **Zorgverzekeringswet (Zvw):** De Zvw is verplicht voor alle inwoners en regelt de basiszorgverzekering. Iedereen is wettelijk verplicht zich te verzekeren bij een zorgverzekeraar om toegang te krijgen tot basisgezondheidszorg. 2. **Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo):** De Wmo regelt ondersteuning die niet medisch is, zoals thuiszorg en aanpassingen in huis voor mensen met beperkingen. Er kan een vaste eigen bijdrage worden geheven voor deze diensten. 3. **Wet langdurige zorg (Wlz):** De Wlz voorziet in intensieve zorg voor mensen met blijvende en complexe zorgbehoeften. De eigen bijdrage voor de Wlz wordt berekend op basis van het inkomen. 4. **Jeugdwet:** De Jeugdwet zorgt voor hulp aan kinderen onder de 18 jaar en biedt ook ondersteuning aan ouders. Aanvragen voor jeugdzorg moeten bij de gemeente worden ingediend. Onderdelen burgerlijk recht = persoonlijkheidsrecht, familierecht, erfrecht, recht inzake rechtspersonen, zakelijke rechten, verbintenissenrecht, bijzondere overeenkomsten, bijzondere samenwerkingscontracten als maatschap en vof Boek 1 = persoonlijkheids- en familierechten Relevant voor patiëntenrechten i.v.m. vertegenwoordiging van de patiënt: minderjarigheid, curatele (vermogen en immaterieel belang), mentorschap (alleen immaterieel belang), onderbewindstelling (vermogensbelang) Boek 2 = Rechtspersonenrecht Rechtspersoonlijkheid = je kan handelen voor het recht – regelgeving inzake etniciteiten met rechtspersoonlijkheid = stichtingen, verenigingen / coöperatie – NV, BV, overheidslichamen met rechtspersoonlijkheid: staat provincie, gemeente, waterschappen Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Belang van rechtspersoonlijkheid = kunnen gemeenschappelijke belangen delen Rechtspersonen hebben statuten = soort wet voor de RP waarin staat wat de doelstelling van de RP is en de grondtrekken van de organisatie van die RP Boek 3 = Vermogensrecht algemeen Definities van zaak, redelijkheid en billijkheid, wil, vertrouwen, omgangsvormen in het burgerlijk rechtsverkeer (goede trouw, geen misbruik van bevoegdheid) Rechtshandelingen: wie is handelingsbekwaam – vormvrij tenzij anders in de wet geregeld Boek 6 = Algemeen deel van verbintenissenrecht Bevat begrippen die in elke burgerlijke relatie aan de orde kunnen zijn Boek 7 = bijzondere overeenkomsten - WGBO = art. 7: 446-465 - Algemeen verzekeringsrecht = art. 7: 925-986 - Huurrecht woonruimte en bedrijf Tg 6 privaatrecht Je leert de belangrijkste grondtrekken van het civiele recht kennen. 1. **Verschillende Grondslagen van Aansprakelijkheid:** Het civiele recht kent verschillende grondslagen voor aansprakelijkheid, zoals schuldaansprakelijkheid en risicoaansprakelijkheid. Schuldaansprakelijkheid vereist dat er sprake is van onzorgvuldig handelen (schuld of fout) dat leidt tot schade. Risicoaansprakelijkheid is gebaseerd op het resultaat (schade) en is niet afhankelijk van onzorgvuldig handelen. 2. **Causaal Verband:** Een essentieel concept in het civiele recht is het causaal verband tussen de onzorgvuldige handeling (fout) en de schade. Dit betekent dat er een duidelijke relatie moet zijn tussen de onzorgvuldige handeling en de opgetreden schade. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 3. **Schadeplichtigheid:** Als aan de voorwaarden voor aansprakelijkheid is voldaan, moet de aansprakelijke partij de schade vergoeden. Schade kan van verschillende vormen zijn, waaronder vermogensschade, immateriële schade (smartengeld), toekomstige schade en andere vormen van schade zoals redelijke kosten ter voorkoming van schade. 4. **Bewijslast:** In het civiele recht geldt het principe dat degene die een vordering instelt (eiser) de bewijslast draagt. Dit betekent dat de eisende partij moet aantonen dat aan alle vereisten voor aansprakelijkheid is voldaan. 5. **Zorgvuldigheidsnormen:** Binnen het civiele recht worden zorgvuldigheidsnormen gehanteerd om te beoordelen of een partij onzorgvuldig heeft gehandeld. Deze normen kunnen variëren afhankelijk van het type zaak, maar ze worden gebruikt om vast te stellen of een partij zich op een bepaalde manier had moeten gedragen. 6. **Vereisten Civielrechtelijke Schadevergoeding:** Voor civielrechtelijke schadevergoeding moeten aan bepaalde vereisten worden voldaan, waaronder de aanwezigheid van een wettelijke basis voor aansprakelijkheid, de aanwezigheid van schade in de zin van het civiel recht en het aantonen van een causaal verband tussen de onzorgvuldigheid en de schade. 7. **Rechtspraak en Rechtsvorming:** Het civiele recht wordt sterk beïnvloed door jurisprudentie, waarin rechters eerdere zaken interpreteren en beslissingen nemen op basis van de feitelijke omstandigheden en de geldende wetten. Dit draagt bij aan de vorming en interpretatie van zorgvuldigheidsnormen en aansprakelijkheid. 8. **Afweging van Belangen:** Bij het behandelen van civiele zaken moet de rechter vaak een afweging maken tussen de belangen van de betrokken partijen en andere relevante factoren. Deze afwegingen kunnen complex zijn en variëren afhankelijk van de specifieke zaak. Belang van rechtspersoonlijkheid = kunnen gemeenschappelijke belangen delen Rechtspersonen hebben statuten = soort wet voor de RP waarin staat wat de doelstelling van de RP is en de grondtrekken van de organisatie van die RP Je verkrijgt inzicht in het systeem achter overeenkomsten Je verwerft kennis omtrent enkele kernbegrippen uit het overeenkomstenrecht Typen overeenkomsten in de gezondheidszorg - Gnk. Behandelingsovereenkomst regime Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 - Arbeidsovereenkomst (dienstverband) - Toelatingsovereenkomst vrij gevestige arts – ZH - Verbintenissenrecht - Zorgovereenkomst met zorgaanbieder - Zorgverzekeringsovereenkomst zorgverzekeraar en zorgverzekerde – beheert door Zvw en de algemene verzekeringsrecht Door het lezen van een eenvoudige rechterlijke uitspraak zie je hoe de rechter p;rivaatrechtelijke kwesties benadert en beoordeelt. C8 zorgbeleid en beleidsprocessen Beschrijven wat met het begrip ‘beleid’ wordt bedoeld en dit analyseren aan de hand van de beleidscyclus. Beleid is het streven naar het bereiken van bepaalde doeleinden met bepaalde middelen en bepaalde tijdskeuzes. Beleid kan worden uitgevoerd door de beleidscyclus; er komt een probleem op de agenda dat door meerdere stappen wordt opgelost. Vervolgens zijn er bepaalde neveneffecten bij de evaluatie, die zorgen voor een nieuw probleem op de agenda. De beleidsmodellen (Fasenmodel, Rondenmodel, Kriskrasmodel) kunnen uitleggen. Fasenmodel = de onderscheiden deelprocessen worden voorgesteld als elkaar logisch opvolgende fasen. Alle fasen volgen elkaar netjes op. - Een beleid kan ook de fase van beleidsbeëindiging bereiken. Bijvoorbeeld door grote gebreken of een breed maatschappelijk verzet. Soms staat de beleidsbeëindiging geprogrammeerd omdat een beleidsmaatregel als tijdelijk is bedoeld. Het kan ook komen omdat een beleid niet of zelfs averechts werkt. - Het beleidsproces heeft een ordelijk en lineair verloop - 1 of een beperkt aantal spelers regisseert het verloop van het beleidsproces. - Het model is verwant aan de doelrationele benadering van beleid Punten van kritiek - De onderscheiden fasen gaan in de beleidspraktijk veelal vloeiend in elkaar over - De veronderstelde volgtijdelijkheid is illusoir. - Het model werkt eerder misleidend dan verhelderend. Rondenmodel = tijdens de beleidsvorming zijn meerdere ronden nodig voordat de betrokken spelers overeenstemming bereiken. - Aan elke ronde neemt een aantal spelers deel waarbij de deelname per ronde kan verschillen. - Elke ronde gaat gepaard met nieuw overleg en nieuwe onderhandelingen. - Het uiteindelijke beleid ziet er als gevolg van veranderde omstandigheden, nieuwe inzichten of compromissen anders uit dan de verantwoordelijke beleidsmakers voor ogen hadden. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 - Het rondenmodel is goed toe te passen op andere deelprocessen van het beleidsproces. Kriskrasmodel = allerlei door elkaar lopende en met elkaar interfererende beleidsprocessen - Met elk proces verschijnen er nieuwe spelers op het toneel met hun eigen regels, belangen en beleidsopvattingen. - Er is geen sprake van lineariteit - De aandacht wordt naar de wederzijdse beïnvloeding van beleidsprocessen en de wijze waarop de betrokken spelers hiermee omgaan getrokken. Vijf theoretische benaderingen van beleid (zoals beschreven in Maarse 2018) benoemen en uitleggen. Theoretische benadering van beleid - Doelrationele benadering = doeleinden en middelen - Constructivistische benadering = beleid is niet neutraal maar wordt gevoed door mensbeelden, het tijdsgewricht en politieke overtuiging – wat is het proces? - Normatieve benadering = beleid hangt samen met normatieve keuzes en afwegingen – je kijkt specifiek naar de waarden - Politieke benadering = beleid is de uitkomst van overleg, onderhandelen, compromisvorming en machtsprocessen tussen belanghebbenden. - Institutionele benadering = beleid wordt gevormd door geïnstitutionaliseerde denk en handelingspatronen = padafhankelijkheid 5 verschillende manieren om te kijken naar de situatie. Je ziet dingen op een andere manier. Rationeel en incrementeel beleid kunnen uitleggen en illustreren aan de hand van voorbeelden uit de zorg Rationeel: duidelijk plan van A -> B om probleem op te lossen 2. **Illustratie in de zorg:** - *Zorgstelselhervormingen:* In sommige landen kan de overheid rationeel beleid toepassen bij het ontwerpen van nieuwe zorgstelsels. Ze kunnen gedetailleerde analyses uitvoeren om verschillende modellen te evalueren (zoals een nationaal gezondheidszorgsysteem versus een door verzekeringen gedreven systeem) om te bepalen welke aanpak het meest kosteneffectief is om de toegang tot zorg te verbeteren. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 incrementeel: dynamische omgeving tijdens het oplos proces 2. **Illustratie in de zorg:** - *Ziekenhuisbudgetten:* Stel dat een overheid te maken heeft met toenemende zorgkosten en een tekort aan financiële middelen. In plaats van een drastische hervorming van het zorgsysteem na te streven, kan de overheid besluiten om een incrementeel beleid te volgen. Dit kan onder meer het jaarlijks aanpassen van ziekenhuisbudgetten omvatten op basis van inflatie, demografische veranderingen en zorgbehoeften. Hierdoor worden veranderingen geleidelijk doorgevoerd zonder de stabiliteit van het zorgsysteem in gevaar te brengen. C9 analyseren hoe aan de aanbodzijde van zorgmarkten niet wordt voldaan aan de voorwaarden voor perfecte marktwerking en beschrijven welke gevolgen dit kan hebben voor de toegankelijkheid, kwaliteit en doelmatigheid van zorg; - Er is in de zorg geen sprake van volledige transparantie -> aanbod geïnduceerd - Er zijn geen homogene producten -> kwaliteit altijd anders - Interpersonele relaties (gezondheid afhankelijk van elkaar) -> meer burgers ongezond -> uiteindelijk heel de maatschappij ongezond uitleggen waarom er een vraag naar zorgverzekeringen is; Grote vraag door afkeer van risico’s bij mensen -> waarde verzekeren omhoog -> hogere betalingsbereidheid. Ook hoe groter risicoafkeer, grotere betalingsbereidheid. analyseren hoe op de zorgverzekeringsmarkt niet wordt voldaan aan de voorwaarden voor perfecte marktwerking en beschrijven welke gevolgen dit kan hebben; - Door adverse selection (ongezonde mensen blijven over) gaan verzekeraars failliet - Prijsgevoeligheid van consumenten neemt af -> meer vraag -> te hoge kosten - Moreel gevaar door gebrek aan kennis over levensstijlen (ex-ante) of over medicatie (ex-post) -> hoge kosten -> marktfalen Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 instrumenten die de overheid heeft om in de zorg dominante marktposities, adverse selection en moral hazard tegen te gaan vanuit economisch perspectief uitleggen; - Dominante marktpositie -> eed van Hippocrates (handelen in belang burger), verbod op winstuitkering, wettelijke maximumprijzen, numerus fixus geneeskunde. - Adverse selection -> risicoverevening, verplichte verzekering - Moral hazard -> eigen betaling de oorzaken van overheidsfalen uitleggen De overheid heeft zelf ook niet genoeg kennis op alle gebieden -> principaal-agentprobleem Tg 7 Studenten kunnen de centrale actoren in de Nederlandse gezondheidszorg op nationaal niveau benoemen. 1. **Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS):** Het ministerie van VWS is verantwoordelijk voor het ontwikkelen en uitvoeren van het gezondheidsbeleid in Nederland. Het ministerie beheert de nationale zorgbegroting en speelt een sleutelrol bij het opstellen van wetgeving en beleid met betrekking tot de gezondheidszorg. 2. **Zorgautoriteit (NZa):** De Nederlandse Zorgautoriteit houdt toezicht op de zorgmarkt en reguleert de tarieven en prestaties van zorgaanbieders. Ze zijn verantwoordelijk voor het waarborgen van de betaalbaarheid, toegankelijkheid en kwaliteit van de zorg. 3. **Zorgverzekeraars:** Zorgverzekeraars zoals Achmea, VGZ, Menzis en CZ spelen een centrale rol in het Nederlandse zorgstelsel. Ze bieden zorgverzekeringen aan individuen en zijn verantwoordelijk voor de inkoop van zorgdiensten bij zorgaanbieders. Ze onderhandelen over tarieven en proberen zorgkosten te beheersen. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 4. **Zorgaanbieders:** Dit omvat ziekenhuizen, huisartsen, apotheken, verpleeghuizen en andere zorginstellingen. Ze bieden medische diensten en zorg aan patiënten. Zorgaanbieders moeten voldoen aan wet- en regelgeving en afspraken met zorgverzekeraars. 5. **Patiëntenorganisaties:** Organisaties zoals de Patiëntenfederatie Nederland vertegenwoordigen de belangen van patiënten en dragen bij aan het vormgeven van het gezondheidsbeleid. Ze hebben invloed op beslissingen met betrekking tot de toegankelijkheid en kwaliteit van zorg. 6. **Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG):** Dit is de wetenschappelijke vereniging van huisartsen. Ze stellen richtlijnen en standaarden op voor de huisartsenzorg en dragen bij aan de kwaliteitsverbetering van deze basiszorg. 7. **Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ):** De IGJ houdt toezicht op de kwaliteit en veiligheid van de gezondheidszorg. Ze zorgen ervoor dat zorginstellingen voldoen aan de wettelijke eisen en normen. 8. **Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving (RVS):** Dit is een onafhankelijk adviesorgaan dat de regering en het parlement adviseert over gezondheidsvraagstukken en sociaal-maatschappelijke vraagstukken. Studenten kunnen van deze centrale actoren uitleggen wat de belangrijkste taken en verantwoordelijkheden zijn. Studenten kunnen uitleggen hoe deze centrale actoren met elkaar verbonden zijn. De centrale actoren in de Nederlandse gezondheidszorg zijn op verschillende manieren met elkaar verbonden en werken samen om het zorgsysteem te beheren en te verbeteren. Hier zijn enkele belangrijke manieren waarop deze actoren met elkaar verbonden zijn: 1. **Wet- en regelgeving:** De Nederlandse overheid, vertegenwoordigd door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), is verantwoordelijk voor het opstellen en handhaven van wetten en regelgeving met betrekking tot de gezondheidszorg. Dit omvat de Zorgverzekeringswet, de Wet langdurige zorg (Wlz), de Wet maatschappelijke ondersteuning Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 (Wmo), en anderen. Deze wetten reguleren de rechten en verplichtingen van zorgverzekeraars, zorgaanbieders en patiënten. 2. **Zorginkoop:** Zorgverzekeraars hebben contracten met zorgaanbieders zoals ziekenhuizen en huisartsen. Deze contracten bevatten afspraken over tarieven, kwaliteitsnormen en andere voorwaarden voor de zorgverlening. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) speelt een rol bij het toezicht op deze overeenkomsten en tariefregulering. 3. **Toezicht en handhaving:** De NZa en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) houden toezicht op zorgaanbieders en zorgverzekeraars. Ze zorgen ervoor dat deze partijen voldoen aan de wettelijke eisen en kwaliteitsnormen. Bij non-conformiteit kunnen sancties worden opgelegd. 4. **Financiering:** Zorgverzekeraars ontvangen premies van verzekerden en beheren de zorgbegroting. Deze financiële stromen worden gereguleerd en gecontroleerd door de NZa. De overheid draagt ook bij aan de financiering van de gezondheidszorg, met name in het geval van de Wlz. 5. **Kwaliteitsbevordering:** De Nederlandse overheid, samen met partijen zoals het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) en andere beroepsverenigingen, werken aan de ontwikkeling van kwaliteitsstandaarden en richtlijnen voor zorgverlening. Dit heeft invloed op de praktijk van zorgverleners en is gericht op het verbeteren van de kwaliteit van de zorg. 6. **Patiëntenbelangen:** Patiëntenorganisaties en de Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving (RVS) vertegenwoordigen de belangen van patiënten en leveren vaak advies aan het Ministerie van VWS en andere beleidsmakers. Ze spelen een rol in het vormgeven van het beleid en de regelgeving om ervoor te zorgen dat de zorg toegankelijk en patiëntgericht blijft. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Tg 8 de rolverdeling tussen burgers, zorgverleners, zorginkopers (zorgverzekeraars), wetgever en toezichthouder in de curatieve zorg uitleggen; Burgers zij verplicht zich te verzekeren bij zorginkopers. Deze verzekeraars kopen zorg in bij zorgverleners. Ook letten de zorgverzekeraars op de zorgkosten. Die rol is cruciaal omdat burgers en zorgverleners dit niet kunnen door de prijsongevoeligheid of machtsmisbruik. Zorgverleners verlenen vervolgens weer zorg aan de burgers. De wet speelt een rol in de curatieve zorg bij zaken als: acceptatieplicht, vereveningsmodel en zorgverzekeringen. Toezichthouders: ACM, DNB, IGJ het onderscheid en de samenhang tussen zorgverleningsmarkt, zorginkoopmarkt en zorgverzekeringsmarkt uitleggen; Alle 3 de markten hebben prikkels tot doelmatigheid nodig. Maar er is een onderscheid: zorgverlening doen artsen, zorginkoop doen verzekeraars en zorg verzekeren doen consumenten. drie typen concurrentie modaliteiten uitleggen; - Concurrentie op de markt: consumenten kiezen zelf welke producten ze kopen - Concurrentie om de markt: tussen aanbieders om een bepaald product/dienst aan te mogen bieden (concessie of aanbesteding) - Concurrentie door vergelijking: simuleren van concurrentie, cijfers openbaar maken (benchmarking of maatstafconcurrentie) de voor de curatieve zorgsector relevante prikkels voor doelmatigheid en kwaliteitsverbetering analyseren; Belangrijkste prikkel = zorgcontractering, ze moeten hun kwaliteit laten zien om een beter contract neer te kunnen zetten. de functie van verschillende toezichthouders in de curatieve zorg uitleggen; - ACM; autoriteit consument en markt, houdt eerlijke concurrentie in de gaten Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 - DNB: de Nederlandse bank, zorg voor genoeg geld voor de verzekering zodat zij hun plichten goed kunnen uitvoeren - IGJ: inspectie gezondheidszorg en jeugd, kijkt naar kwaliteit gezondheidszorg - NZa; Nederlandse zorgautoriteit: regels van Zvw nageleefd - ZiN: zorginstituut NL, pakketadvies over welke behandelingen in het basispakket de rolverdeling tussen burgers, zorgverleners, zorginkopers (zorgkantoren, zorgverzekeraars en gemeenten), wetgever en toezichthouder in de sector langdurige zorg uitleggen; De sector langdurige zorg in Nederland omvat de zorg voor mensen die blijvend intensieve zorg en ondersteuning nodig hebben. Hier is de rolverdeling tussen de belangrijkste actoren in deze sector: 1. **Burgers:** - *Rol:* Burgers zijn degenen die zorg nodig hebben. Hun rol is om hun zorgbehoefte duidelijk te maken, keuzes te maken uit beschikbare zorgaanbieders (in sommige gevallen) en deel te nemen aan hun zorgplanning en besluitvorming. Ze hebben ook rechten en verantwoordelijkheden met betrekking tot hun zorg. 2. **Zorgverleners:** - *Rol:* Zorgverleners, zoals verpleegkundigen, artsen, verzorgers en therapeuten, bieden directe zorg aan de patiënten. Ze moeten voldoen aan professionele normen en kwaliteitseisen bij het verlenen van zorg. 3. **Zorginkopers:** - *a. Zorgkantoren:* - *Rol:* Zorgkantoren zijn verantwoordelijk voor de inkoop van langdurige zorg voor mensen die onder de Wet langdurige zorg (Wlz) vallen. Ze sluiten contracten met zorgaanbieders en beheren het zorgbudget voor cliënten. - *b. Zorgverzekeraars:* - *Rol:* Zorgverzekeraars spelen een rol bij de financiering en inkoop van zorg voor mensen met complexe zorgbehoeften. Ze beheren de zorgpolissen en hebben soms aanvullende verzekeringen voor langdurige zorg. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 - *c. Gemeenten:* - *Rol:* Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Jeugdwet. Ze financieren en organiseren zorg en ondersteuning voor mensen met minder complexe behoeften. 4. **Wetgever (Rijksoverheid):** - *Rol:* De wetgever, meestal de Rijksoverheid, stelt de wetten vast die de financiering, organisatie en toegang tot langdurige zorg regelen. Ze bepalen de criteria voor wie in aanmerking komt voor welke vorm van zorg (Wlz, Wmo, Jeugdwet) en beheren het wettelijk kader. 5. **Toezichthouders:** - *Rol:* Toezichthouders, zoals de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ), houden toezicht op de kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van langdurige zorg. Ze controleren zorgaanbieders en zorgverzekeraars om ervoor te zorgen dat ze zich aan de regels houden. het stelsel van langdurige zorg typeren in internationaal perspectief; Vergeleken met andere landen, is NL meer gericht op formele zorg ipv mantelzorg, waardoor de uitgaven hoger zijn. Ook is er in NL een ruime verzekeringsdekking. In internationaal perspectief is het Nederlandse stelsel van langdurige zorg over het algemeen bekend om zijn toegankelijkheid, kwaliteit en nadruk op geïntegreerde zorg. De combinatie van publieke financiering, gemengde zorgaanbieders en een nadruk op individuele keuzevrijheid maakt het tot een interessant model voor landen die hun langdurige zorgstelsels willen hervormen. de prikkels voor doelmatigheid en kwaliteitsverbetering in het stelsel van langdurige zorg uitleggen en analyseren; Doordat CIZ indicatiestellingen maakt, is er doelmatigheid en zijn de kosten beheerst de houdbaarheid van het stelsel van langdurige zorg analyseren; Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 In perspectief met de vergrijzing is het stelsel niet houdbaar, door weinig prikkels voor scherpe indicatiestellingen en dus overbodige zorg. Ook omdat verpleeghuizen goedkoper zijn, omdat de AWBZ alle vergoedt. de historische ontwikkeling van het stelsel van de langdurige zorg beschrijven en interpreteren; In 2015 kwam er een hervorming van de langdurige zorg, de AWBZ-zorg werd opgesplitst in de WLZ, WMO en Zvw en jeugdwet. de doelstelling en inhoud van de hervorming van de langdurige zorg uitleggen en interpreteren. De doelstelling zijn: - Betere zorgkwaliteit door meer zorg op maat en zelfparticipatie - Grotere betrokkenheid tussen de mensen - En een grotere finaciele houdbaarheid, dus toegankelijkheid voor iedereen C11 Modellen van agendavorming uitleggen en illustreren aan de hand van een voorbeeld uit de gezondheidszorg. Modellen van agendavorming = Om de werkelijkheid te beschrijven, verklaren, voorspellen – het zijn hulpmiddelen die een deelverklaring geven Model 1 = het kloofmode - De ernst van een probleem staat centraal - Afstand tussen wens en werkelijkheid - Het probleem doet zelf het werk - Reactie overeenkomstig de ernst van het probleem Model 2 = Barrièremodel - Probleem doet zich voor bewustwording van het probleem omzetting naar eisen plaatsing op de publieke agenda plaatsing op beleidsagenda plaatsing op besluitvormingsagenda plaatsing op uitvoeringsagenda Verklaart waarom voor ernstige problemen soms geen of te laat beleid komt. Er zijn verschillende barrières die een issue moeten overwinnen om op de agenda te komen. Model 3 = Het relatieve aandachtsmodel - Verandering van het beleidsperspectief in de tijd staat centraal: aandacht voor problemen is een dynamisch proces - Slingerbeweging: veel aandacht en veronachtzaming wisselen af Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Model 4 = Het verbroken evenwichtsmodel - Uitgangspunt Baumgartner en Jones = er zijn zoveel onderwerpen dat deze niet door een beleidsactor in de gaten kunnen worden gehouden - Een probleem kan op verschillende beleidsagenda’s terecht komen en het is een uitdaging hiervoor een geschikte plek te vinden - Wat deze plek is (ministerie, op welk overheidsniveau) vraagt om beleidsmakelaars (policy entrepreneur): een probleemeigenaar – lobbyist - Waar een probleem past, kan door de tijd verschillen Model 5 = Het stromenmodel - 3 stromen: problemen, beschikbare oplossingen (beleidsstroom), politieke gebeurtenissen - Nadruk op onverwachte gebeurtenissen en toeval - Policy entrepreneurs zien wanneer 3 stromen samenkomen en creëren policy window = window of opportunity De toegevoegde waarde én de kritiek op theoretische modellen uitleggen. Beleidsinstrumenten benoemen, uitleggen en toepassen op de Nederlandse gezondheidszorg. Beleidsinstrumenten Ontwerpcriterium 1 = rationaliteit – beleid moet kloppen - Waardenrationaliteit = sluit het onderwerp aan bij de waarden die centraal staan in breder beleid? - Causale rationaliteit = wat zijn de (on)verwachte gevolgen van het beleid? - Doelrationaliteit = zijn middelen, kosten, doelen in balans? Ontwerpcriterium 2 = legitimiteit – beleid moet aanvaardbaar zijn - Politieke legitimiteit = is er draagvlak in de politieke arena en eigen achterban? - Maatschappelijke legitimiteit = is er draagvlak in de samenleving en bij andere betrokkenen? Beleidsinstrumenten = datgene dat een beleidsmaker gebruikt of kan gebruiken om een bepaald doel te bereiken via beïnvloeding van het gedrag - Grijpen direct in op gedrag van mensen en organisaties - Hebben voorziene en onvoorziene effecten Juridisch = de zweep - Specifieke normen over (on)gewenst gedrag opleggen en afdwingen - Dwingend karakter (geboden en verboden) - Controle en toezicht zijn van belang Economisch = de wortel - Financiële consequenties verbinden aan gedragingen Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 - Gewenst gedrag belonen en ongewenst gedrag financieel straffen Communicatief = de preek - Info verstrekken over (voor en nadelen) van gewenst en ongewenst gedrag - Soms sturend, soms neutraal (voorlichting) - Aansluiten op percepties en referentiekaders van mensen Fysiek = het betonblok - Via materiële ingrepen bepaald gedrag belemmeren of stimuleren Uitleggen wat het belang is van beleidsevaluatie en verschillende vormen van beleidsevaluatie kunnen benoemen. Evalueren = het beoordelen van bepaalde verschijnselen aan de hand van maatstaven. Beleidsevaluatie = beoordeling van de inhoud, totstandkoming, besturingsstructuur of effecten van beleid. Normatieve en empirisch activiteit. Wetenschappelijke beleidsevaluatie = als evaluatie met wetenschappelijke methoden wordt gedaan. Beleidsevaluatie kan zowel ex ante als ex post worden uitgevoerd. Ex ante = ter voorbereiding van de besluitvorming Ex post = evaluatie is achteraf Top-down evaluatie = vanuit het perspectief van de beleidsmakers Bottom-up evaluatie = vanuit het perspectief van de gebruikers of uitvoerders in het veld Leerfunctie = past in het rationele model van beleidsvorming. De leerpotentie van een evaluatie hangt samen met de vraag of de evaluatie summatief (= blijft beperkt tot de meting en beoordeling van een onderwerp) of formatief (graaft dieper en schenkt aandacht aan het geheel van factoren dat op de gevonden resultaten van invloed is) is. Verantwoordingsfunctie = afleggen van verantwoording door publieke gezagdragers is een hoeksteen van een democratische samenleving. Politieke functie = evaluaties vormen soms onderdeel van de politieke strijd. Evaluatie kan een nuttig instrument zijn om met de politieke eer te strijken, om tegenstanders onder druk te zetten, een heikel onderwerp te agenderen of van de politieke agenda af te helpen. Beleid moet zoveel mogelijke evidence-informed zijn. Beleidsmakers moeten met kennis worden gevoed en zo nodig een spiegel voorgehouden krijgen. De politieke rationaliteit spoort lang niet altijd met de wetenschappelijke rationaliteit. Oorzaken: - Evaluaties geven geen antwoord op vragen waarmee beleidsmakers worstelen - Evaluaties bevatten alleen algemeen geformuleerde aanbevelingen - Evaluaties komen voor de besluitvorming te laat beschikbaar Maar de oorzaak van deze spanning is ook te vinden bij de beleidsmakers zelf, want evaluaties zijn 1 van hun vele bronnen. Gevolg = kennisparadox = de kennis is beschikbaar, maar blijft onbenut. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Uitleggen wat met beleidsaccumulatie wordt bedoeld Beleidsaccumulatie = met die beleidscyclus zit er een eind aan – maar in de praktijk gebeurd dat eigenlijk nooit – er komen steeds weer nieuwe problemen en nieuw beleid = bestuurlijke drukte.. Tg 9 De begrippen ‘street level bureaucrat' en ‘discretionaire ruimte' kunnen uitleggen en toepassen op de Nederlandse gezondheidszorg Street level bureaucraties zijn de bedrijven van publieke instellingen waarbij het direct contact met ander burgers belangrijk is. Het beleid van deze bedrijven is afhankelijk van het overheidsbeleid. Street level bureaucrats zijn de mensen die werkzaam zijn bij deze bedrijven. Voorbeelden zijn politie en leraren. De bureacrats hebben een belangrijke functie omdat ze de overheid representeren. Door hen krijgen burgers een oordeel over de overheid en over het beleid. Deze mening kan ook negatief zijn. Denk bijvoorbeeld maar aan een situatie waarin een politieagent discrimineert. Burgers raken vertrouwen kwijt in de politie en de overheid. Zo kunnen bureaucrats het gedrag van burgers tegenover de overheid beïnvloeden. De discretionaire ruimte is de ruimte die bureaucrats hebben. Er is een eigen interpretatie aan het officiële beleid. Ze hebben de vrijheid en de ruimte op te bepalen hoe ze met cliënten omgaan in bepaalde situaties, maar moeten zich hierbij wel aan bepaalde regels houden. Door de ruimte wordt en ingespeeld op het individu, maar kan er wel ongelijkheid ontstaan. *Toepassing in de Nederlandse gezondheidszorg:* In de Nederlandse gezondheidszorg hebben zorgverleners een zekere mate van discretionaire ruimte. Hoewel er richtlijnen en protocollen zijn om de zorg te sturen, moeten artsen en verpleegkundigen vaak individuele beslissingen nemen over behandelingen en zorg. Bijvoorbeeld, een arts kan discretionaire ruimte hebben bij het kiezen van de meest geschikte behandelingsoptie voor een patiënt, rekening houdend met de medische geschiedenis en voorkeuren van de patiënt. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 In een wetenschappelijke publicatie de hoofd-en bijzaken onderscheiden. Een wetenschappelijk artikel lezen en daar de kernboodschap en redeneringen van de auteur uit destilleren Tg 10 de ontwikkeling van de organisatie en financiering van de curatieve zorg aan de hand van belangrijke historische gebeurtenissen beschrijven; De ontwikkeling van de organisatie en financiering van de curatieve zorg in Nederland is beïnvloed door belangrijke historische gebeurtenissen. Hier volgt een beschrijving van enkele van deze gebeurtenissen: De organisatie en financiering van curatieve zorg in Nederland hebben door de jaren heen grote veranderingen doorgemaakt. Enkele belangrijke momenten in deze geschiedenis zijn: 1. **Ziekenfondswet (1912):** Verplichte ziektekostenverzekering voor arbeiders met lagere inkomens begon als een sociale zorgverzekering. 2. **Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ, 1968):** Deze wet bracht de financiering van langdurige zorg onder één regeling. 3. **Invoering van het DBC-systeem (2005):** Het DBC-systeem voor ziekenhuisfinanciering legde de nadruk op kosteneffectiviteit. 4. **Decentralisatie van de langdurige zorg (2015):** De verantwoordelijkheid voor zorg verplaatste van centraal naar gemeenten, met meer focus op thuiszorg. 5. **Marktwerking en zorgverzekeringen (sinds 2006):** Concurrentie tussen zorgverzekeraars en aanbieders werd geïntroduceerd. 6. **COVID-19-pandemie (2020 - heden):** De pandemie benadrukte de flexibiliteit en capaciteit van de zorgsector en bracht extra financiering met zich mee. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Deze gebeurtenissen weerspiegelen veranderingen in de gezondheidszorg, van sociale zorgverzekeringen tot marktwerking, efficiëntie en decentralisatie als reactie op maatschappelijke behoeften en politieke beslissingen. overheidsfalen in de zorg en de gevolgen hiervan voor de kwaliteit, toegankelijkheid en doelmatigheid van zorg gedurende de historische ontwikkeling van het Nederlandse zorgstelsel beschrijven; 1. **Vóór de Ziekenfondswet (1941):** - **Kwaliteit:** Zorgkwaliteit varieerde sterk, afhankelijk van beschikbare middelen. - **Toegankelijkheid:** Beperkte toegang voor mensen zonder geld. - **Doelmatigheid:** Gebrek aan regulering leidde tot inefficiënties. 2. **Invoering van de Ziekenfondswet (1941):** - **Kwaliteit:** Basisverzekering vergrootte toegang en uniforme kwaliteitsnormen. - **Toegankelijkheid:** Verbeterde toegang, hoewel enige ongelijkheid bleef. - **Doelmatigheid:** Betaalsysteem kon overbehandeling aanmoedigen. 3. **Invoering van de Zorgverzekeringswet (2006):** - **Kwaliteit:** Zorgverzekeraars kregen rol in kwaliteitsevaluatie. - **Toegankelijkheid:** Balans tussen solidariteit en marktwerking. - **Doelmatigheid:** Marktwerking voor efficiëntie, maar met administratieve lasten. 4. **Overheidsfalen en gevolgen:** - **Adverse Selection:** Risicoselectie en hogere premies. - **Moreel Gevaar:** Overmatig zorggebruik. - **Toegankelijkheid:** Stijgende premies kunnen toegang belemmeren. - **Kwaliteit:** Verbeterd maar variatie blijft. - **Doelmatigheid:** Concurrentiekosten en administratieve lasten. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 de dynamische ontwikkeling van overheidsbeleid ten aanzien van de gezondheidszorg uitleggen; Het Nederlandse gezondheidszorgbeleid heeft verschillende fasen doorgemaakt: 1. **Vooroorlogse periode en Ziekenfondswet (tot 1940):** Vóór 1941 was gezondheidszorg vooral afhankelijk van liefdadigheid, wat ongelijke toegang tot zorg creëerde. De Ziekenfondswet van 1941 maakte zorgverzekering verplicht voor werknemers. 2. **Welfare State (jaren 50-60):** Na WO II begon Nederland een welvaartsstaat op te bouwen, inclusief uitbreiding van sociale zekerheid en gezondheidszorg. 3. **Invoering van het Ziekenfonds (1966):** Het Ziekenfonds werd uitgebreid in 1966, maar toegang bleef ongelijk. 4. **Huidig zorgstelsel (vanaf 2006):** De Zorgverzekeringswet van 2006 introduceerde marktwerking en verplichte zorgverzekering voor iedereen. 5. **Voortdurende beleidswijzigingen:** Er zijn voortdurend aanpassingen gemaakt om het zorgstelsel effectiever te maken, zoals prijsbeheersing en kwaliteitsnormen. 6. **Centrale actoren en samenwerking:** Het beleid wordt gevormd door het Ministerie van Volksgezondheid, zorgverzekeraars, zorgaanbieders en patiëntenverenigingen via onderhandelingen. 7. **Maatschappelijke veranderingen:** Vergrijzing en technologische vooruitgang hebben geleid tot aanpassingen in het beleid. 8. **Wetenschappelijk onderzoek en evaluatie:** Beleid wordt ondersteund door onderzoek en evaluatie. In essentie is het beleid gericht op toegankelijke, kwalitatieve en efficiënte zorg. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 de concepten 'padafhankelijkheid' en 'institutionele logica' op een verandering in een zorgsysteem toepassen. Het concept 'padafhankelijkheid' en 'institutionele logica' kunnen worden toegepast op een verandering in een zorgsysteem om de impact van historische ontwikkelingen en bestaande structuren op hervormingsinspanningen te begrijpen. **Padafhankelijkheid:** Padafhankelijkheid verwijst naar het idee dat historische beslissingen en gebeurtenissen de koers en richting van toekomstige ontwikkelingen beïnvloeden. In het geval van een zorgsysteem kan dit betekenen dat vroegere beleidsbeslissingen en de manier waarop het systeem historisch is opgebouwd, van invloed zijn op de mogelijkheid om hervormingen door te voeren. Bijvoorbeeld, als een land een sterk door de overheid gefinancierd en beheerd gezondheidszorgsysteem heeft, kan het moeilijk zijn om over te stappen naar een meer marktgericht systeem, omdat er historische paden zijn uitgestippeld met een sterke overheidsbetrokkenheid. Het bestaande personeel, de infrastructuur en de verwachtingen van de bevolking zijn gebaseerd op dit historische model. Daarom kan het moeilijk zijn om te veranderen vanwege de gevestigde belangen en weerstand tegen verandering. **Institutionele logica:** Institutionele logica verwijst naar de dominante normen, waarden, overtuigingen en praktijken binnen een gegeven systeem. In het geval van een zorgsysteem wordt de institutionele logica bepaald door factoren zoals culturele overtuigingen, professionele normen en regelgevende kaders. Bij het proberen te hervormen van een zorgsysteem kan de institutionele logica een grote rol spelen. Als bijvoorbeeld de institutionele logica sterk gebaseerd is op paternalistische zorg (waarbij artsen en zorgverleners beslissingen nemen zonder veel betrokkenheid van de patiënt), kan het moeilijk zijn om patiëntgerichte zorghervormingen door te voeren, zelfs als dit wenselijk is vanuit het oogpunt van kwaliteit en doelmatigheid. De bestaande institutionele logica kan weerstand creëren tegen verandering. Kortom, zowel padafhankelijkheid als institutionele logica kunnen de moeilijkheid van het doorvoeren van veranderingen in een zorgsysteem verklaren. Het begrijpen van deze concepten Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 kan helpen bij het ontwikkelen van strategieën om met deze obstakels om te gaan en succesvolle hervormingen te realiseren. C14 Uitleggen wat wordt bedoeld met wicked problems en dit illustreren aan de hand van een voorbeeld uit de gezondheidszorg. "Wicked problems" (vertaald naar het Nederlands als "stomme of hardnekkige problemen") zijn complexe, slecht gedefinieerde en vaak maatschappelijke vraagstukken die moeilijk op te lossen zijn vanwege de aard van de problemen zelf en de vele bijbehorende uitdagingen. Deze term werd geïntroduceerd door Horst Rittel en Melvin Webber in de jaren 1970 en wordt vaak gebruikt in de context van beleid en management. Een voorbeeld van een "wicked problem" in de gezondheidszorg is de problematiek van de vergrijzing van de bevolking. Dit probleem omvat complexe kwesties, zoals: Het vergrijzingsvraagstuk is een "wicked problem" omdat het een complexe, langdurige uitdaging is met geen eenduidige oplossing. Het vereist voortdurende aandacht en aanpassing van beleid en zorgpraktijken om de gevolgen van vergrijzing op een manier aan te pakken die de toegankelijkheid, kwaliteit en doelmatigheid van zorg handhaaft of verbetert. Dit is slechts één voorbeeld van de vele "wicked problems" waarmee de gezondheidszorg te maken heeft. Uitleggen wat wordt bedoeld met netwerk governance, en wat de rol van de overheid is in netwerk governance. Netwerkbestuur (netwerk governance) is een bestuursbenadering waarbij de overheid samenwerkt met verschillende niet-overheidsactoren, zoals particuliere organisaties, maatschappelijke groeperingen en individuele burgers, om beleid te ontwikkelen, beslissingen te nemen en openbare diensten te leveren. Deze benadering erkent dat veel moderne problemen te complex zijn om door de overheid alleen te worden opgelost en dat het betrekken van diverse belanghebbenden en partners bij het besluitvormingsproces kan leiden tot effectievere en meer inclusieve oplossingen. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 De rol van de overheid in netwerkbestuur kan variëren, maar omvat vaak de volgende aspecten: 1. **Facilitator:** De overheid fungeert als facilitator van het netwerk, waarbij ze de verschillende belanghebbenden samenbrengt, informatie deelt en de samenwerking coördineert. 2. **Normsteller:** De overheid kan normen en regels vaststellen om ervoor te zorgen dat het netwerk functioneert binnen wettelijke kaders en maatschappelijke normen. 3. **Financiering:** De overheid kan financiële middelen verstrekken om projecten en initiatieven te ondersteunen die binnen het netwerk worden ontwikkeld. 4. **Toezichthouder:** De overheid houdt vaak toezicht op de activiteiten van het netwerk om ervoor te zorgen dat deze in overeenstemming zijn met wet- en regelgeving. 5. **Beleidsontwikkeling:** De overheid kan de input van het netwerk gebruiken om beleid te ontwikkelen en te herzien. Dit kan resulteren in beleid dat meer is afgestemd op de behoeften en prioriteiten van de samenleving. Netwerkbestuur is vooral geschikt voor complexe kwesties waarbij meerdere belanghebbenden betrokken zijn en waarbij traditionele hiërarchische benaderingen tekortschieten. Het is een manier om innovatie, inclusiviteit en effectieve beleidsvorming te bevorderen, terwijl de rol van de overheid verschuift van louter beslisser naar facilitator en samenwerkingspartner. Uitleggen wat onderlinge afhankelijkheden zijn binnen netwerk governance en hoe hiermee wordt omgegaan. Onderlinge afhankelijkheden in netwerkbestuur verwijzen naar de manier waarop verschillende mensen en groepen met elkaar samenwerken en elkaar beïnvloeden bij het nemen van beleidsbeslissingen. Hier is hoe we ermee omgaan: 1. **Samenwerken en communiceren:** Mensen in het netwerk moeten goed met elkaar praten en informatie delen. Bijvoorbeeld, de overheid en organisaties moeten samenwerken en praten om gemeenschappelijke doelen te bereiken. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 2. **Delen van middelen:** Soms hebben mensen in het netwerk elkaars hulp en middelen nodig. Dit betekent dat ze duidelijke afspraken moeten maken over wie wat bijdraagt, zoals geld of andere middelen. 3. **Gedeelde belangen en doelen:** Mensen in het netwerk hebben vaak gemeenschappelijke belangen en doelen. Het is belangrijk om overeenstemming te bereiken over wat die doelen zijn en hoe ze kunnen worden bereikt. 4. **Verandering in de tijd:** Netwerken veranderen na verloop van tijd, en mensen moeten bereid zijn zich aan te passen aan nieuwe omstandigheden. Dit betekent dat ze hun plannen moeten herzien en bijwerken. 5. **Informatiedeling:** Het is cruciaal om relevante informatie te delen, zodat iedereen goede beslissingen kan nemen. Dit kan betekenen dat er regels en standaarden worden vastgesteld voor het delen van gegevens. 6. **Conflicten oplossen:** Omdat mensen verschillende meningen hebben, kunnen er conflicten ontstaan. Het is belangrijk om deze conflicten op een vreedzame manier op te lossen, zoals door te onderhandelen of met hulp van een bemiddelaar. Het omgaan met onderlinge afhankelijkheden vereist begrip, samenwerking en open communicatie tussen alle mensen in het netwerk. Hierdoor kunnen ze effectief samenwerken en beslissingen nemen die zowel hun eigen belangen als die van de samenleving dienen. Tg 11 Je kunt het verschil demonstreren tussen de verschillende in Nederland geldende rechtsgebieden; In Nederland zijn verschillende rechtsgebieden van toepassing, en elk heeft zijn eigen toepassingsgebied en kenmerken. Hier volgt een demonstratie van het verschil tussen enkele belangrijke rechtsgebieden: 1. **Strafrecht**: Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 - Doel: Het strafrecht richt zich op het handhaven van de openbare orde en bestraft individuen voor strafbare feiten. - Voorbeeld: Een persoon wordt vervolgd voor diefstal en kan een gevangenisstraf krijgen als hij schuldig wordt bevonden. 2. **Civiel recht**: - Doel: Het civiel recht regelt geschillen tussen particulieren of organisaties, waarbij de focus ligt op schadevergoeding en herstel van geschillen. - Voorbeeld: Een persoon klaagt een aannemer aan wegens contractbreuk vanwege onvoltooide werkzaamheden. 3. **Bestuursrecht**: - Doel: Het bestuursrecht reguleert de relatie tussen de overheid en individuele burgers of organisaties, en behandelt bestuurlijke besluiten en geschillen. - Voorbeeld: Een burger kan bezwaar maken tegen een beslissing van de gemeente om een bouwvergunning te weigeren. 4. **Gezondheidsrecht**: - Doel: Het gezondheidsrecht richt zich op juridische kwesties met betrekking tot gezondheidszorg, patiëntenrechten en medische aansprakelijkheid. - Voorbeeld: Een arts kan worden geschorst vanwege medisch wangedrag, of een patiënt kan een medische foutzaak aanspannen tegen een ziekenhuis. Ten eerste is er een verschil tussen materieel (inhoudelijk) en formeel (spelregels) recht. Privaatrecht gaat over de regels tussen de burgers onderling, in de zorg bijvoorbeeld de inspanningsverbintenis. Publiekrecht gaat over de inrichting van de staat, van de overheid tegenover het publiek. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Elk rechtsgebied heeft zijn eigen doelstellingen en procedures, en het verschil ligt vaak in de aard van de geschillen en de partijen die erbij betrokken zijn. Het strafrecht richt zich op strafbare feiten en overheidsoptreden, het civiel recht op geschillen tussen particulieren of organisaties, het bestuursrecht op de relatie tussen de overheid en burgers, en het gezondheidsrecht op juridische aspecten van de gezondheidszorg. Je kunt uitleggen waar bestuursrecht over gaat; Het bestuursrecht is een tak van het recht die zich bezighoudt met de juridische regels en procedures die van toepassing zijn op bestuursorganen en hun besluitvorming. Het bestuursrecht regelt de verhouding tussen de overheid (bestuursorganen) en individuele burgers, bedrijven, en andere rechtspersonen. Hier zijn enkele belangrijke aspecten waar het bestuursrecht zich mee bezighoudt: 1. **Bestuursorganen**: Het bestuursrecht bepaalt de bevoegdheden en verantwoordelijkheden van bestuursorganen, zoals gemeenten, provincies, ministeries, en andere overheidsinstanties. Het definieert welke instanties bevoegd zijn om besluiten te nemen in specifieke situaties. 2. **Besluitvorming**: Het bestuursrecht regelt de procedures voor besluitvorming door bestuursorganen. Dit omvat onder andere hoe besluiten worden genomen, welke informatie beschikbaar moet zijn voor belanghebbenden, en welke stappen moeten worden gevolgd bij het nemen van beslissingen. 3. **Rechtsbescherming**: Het bestuursrecht voorziet in rechtsbescherming voor individuen en organisaties die het niet eens zijn met besluiten van bestuursorganen. Dit omvat procedures voor bezwaar en beroep bij bestuursorganen en rechterlijke instanties. 4. **Toezicht en handhaving**: Het bestuursrecht regelt de bevoegdheden van bestuursorganen om toezicht te houden op naleving van wet- en regelgeving. Dit omvat ook de mogelijkheid om handhavingsmaatregelen te nemen wanneer regels worden overtreden. 5. **Grondrechten**: Het bestuursrecht waarborgt de grondrechten van individuen in hun interactie met de overheid. Dit omvat zaken zoals privacybescherming, non-discriminatie, en eerlijke procedures. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 7. **Beschikkingen**: Het bestuursrecht bepaalt wat beschikkingen zijn (individuele beslissingen met rechtsgevolgen) en welke eisen gelden voor het nemen van dergelijke besluiten. Je hebt inzicht in de algemene beginselen inzake overheidshandelen; De algemene beginselen van behoorlijk bestuur zijn belangrijke regels die de overheid moeten volgen. Hier is een beknopte uitleg: 1. **Legaliteit**: De overheid moet binnen de wet handelen. 2. **Zorgvuldigheid**: Beslissingen moeten goed doordacht en onderzocht zijn. 3. **Motivering**: De overheid moet uitleggen waarom ze bepaalde besluiten neemt. 4. **Evenredigheid**: Genomen maatregelen moeten passen bij het doel en mogen niet overdreven zijn. 5. **Gelijkheid**: Mensen moeten gelijk behandeld worden zonder onnodige verschillen. 6. **Rechtszekerheid**: Mensen moeten weten waar ze aan toe zijn in hun relatie met de overheid. 7. **Vertrouwen**: Mensen mogen vertrouwen op toezeggingen van de overheid. 8. **Fair Play**: De overheid moet eerlijk en onpartijdig handelen. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Je kunt de belangrijkste wetten op de terreinen van het zorgverleningsrecht, het zorgverzekeringsrecht en het zorgfinancieringsrecht vinden; Je kunt met de systematiek van de Wet langdurige zorg (Wlz) en de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) werken; Je. kunt de inhoud van de Wlz, en Wmo 2015 op hoofdlijnen weergeven. - De wet langdurige zorg; de Wlz regelt zware, intensive zorg voor kwetsbare ouderen, mensen met een handicap en mensen met een chronische of psychische aandoening. Dit kan zowel in de zorginstelling, als bij diegene thuis. - Wet maatschappelijke ondersteuning; gemeenten moeten ervoor zorgen dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. De gemeente geeft ondersteuning thuis via deze wet. C15 De herkomst en ontwikkeling van we de verzorgingsstaat kunnen uitleggen en verklaren, alsmede de verschillen tussen typen van verzorgingsstaten (typologie van Esping-Andersen); Een verzorgingsstaat is een systeem dat sociale zekerheid en welzijn biedt aan burgers in reactie op sociaaleconomische veranderingen en behoeften. Het doel is om sociale Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 gelijkheid te bevorderen en risico's zoals werkloosheid, ziekte en ouderdom te beheersen. Esping-Andersen heeft drie hoofdtypen van verzorgingsstaten geïdentificeerd: 1. **Liberaal**: Beperkte sociale voorzieningen gebaseerd op behoeftetesten, met een kleine rol voor de staat. Marktoriëntatie. Voorbeeld: de Verenigde Staten. 2. **Corporatistisch/Conservatief**: Sterke betrokkenheid van sociale partners (vakbonden, werkgevers) en bescherming voor mensen die werken. Gebaseerd op beroepsspecifieke rechten. Voorbeeld: Duitsland en Nederland. 3. **Socialistisch/Universalistisch**: Universele sociale voorzieningen gebaseerd op burgerschap, met gelijke toegang voor iedereen, ongeacht hun arbeidsmarktsituatie. Voorbeeld: Zweden en Noorwegen. Uitleggen wat met institutionele theorie en daarbij behorende centrale concepten zoals padafhankelijkheid wordt bedoeld, en dit toepassen op een casus; De institutionele theorie is een benadering binnen de politicologie en sociologie die zich richt op de rol van instellingen (regels, wetten, organisaties) in het vormgeven van sociaal en politiek gedrag. Padafhankelijkheid is een centraal concept binnen deze theorie en verwijst naar het idee dat historische beslissingen en gevestigde instellingen de toekomstige ontwikkelingen beïnvloeden. Nieuwe beleidskeuzes worden beperkt door bestaande structuren en normen. Een casusvoorbeeld van padafhankelijkheid in de gezondheidszorg kan zijn dat de Nederlandse gezondheidszorghistorie sterk is beïnvloed door de oprichting van ziekenfondsen en particuliere verzekeraars in de vroege 20e eeuw. Deze structuren Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 hebben de basis gelegd voor het huidige zorgstelsel en hebben invloed op de manier waarop gezondheidszorg in Nederland wordt gefinancierd en georganiseerd. Met behulp van theoretische concepten uit de institutionele theorie de (bestuurlijke) hervormingen van de Nederlandse gezondheidszorg interpreteren en verklaren Met behulp van institutionele theorie kun je bestuurlijke hervormingen in de Nederlandse gezondheidszorg interpreteren en verklaren. Bijvoorbeeld, als de Nederlandse overheid besluit om de financiering van de gezondheidszorg te herzien en meer nadruk te leggen op marktwerking en concurrentie, dan kan dit worden gezien als een poging om te breken met bestaande institutionele paden. Echter, bestaande belangen en gevestigde structuren, zoals de positie van zorgverzekeraars en ziekenhuizen, kunnen de implementatie van deze hervormingen bemoeilijken. Het kan moeilijk zijn om volledig af te wijken van de bestaande institutionele paden van solidariteit en regulering. Institutionele theorie helpt dus om de complexiteit van bestuurlijke hervormingen in de gezondheidszorg te begrijpen en de invloed van historische structuren en normen op het huidige beleid te analyseren. Het kan ook helpen bij het voorspellen van mogelijke uitkomsten van hervormingen op basis van hun compatibiliteit met bestaande instituties C16 drie fasen in de ontwikkeling van zorgstelsels uitleggen; de ontwikkeling van de organisatie en financiering van de curatieve zorg van het begin van de 20e eeuw tot nu aan de hand van belangrijke historische gebeurtenissen beschrijven; 1900-heden KC1 Historische ontwikkeling van het NLse zorgstelsel = curatieve zorg van 1900-heden 3 fasen van hervorming 1. Toegankelijkheid = wanneer de overheid zich is gaan bemoeien met het zorgstelsel om de gezondheidszorg toegankelijk te maken 2. Kostenbeheersing Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 3. Doelmatigheid Fase 1 Toegankelijkheid = Overheid is zich gaan bemoeien met financiering en organisatie van de zorg om zorg toegankelijke te maken Financiering rond 1900 - Armenzorg - Ziekenfondsen – opgericht door werkgevers / verzekeraars / artsen - Welgestelden – hadden genoeg geld Ziekenfondsen rond 1900 - Opgericht door burgers, werknemers en artsen - Geen staatszicht - Landelijk circa 10% ZF-verzekerden - Beperkt pakket - Verstrekking in natura - Nominale premie - Ziekenfondsen financieel zelfstandig - Beperkt werkgebied Conflicten begin 20e eeuw Conflicten ziekenfondsen vs. artsen begin 20e eeuw - Vrije artsenkeuze / contracteerplicht - Welstandsgrens = tot een bepaald inkomen kon je bij een ziekenfonds terecht. In het belang van artsen, want vanuit ziekenfondsen lagere winst, welgestelden gaven een hogere winst Ontwikkeling ZF-verzekering 1918-1940 - Diverse mislukte pogingen tot wettelijke regeling (geen prikkel om het wettelijk vast te leggen - Grotere eenvormigheid op lokaal niveau ten aanzien van premies, verstrekkingen en honoria’s als gevolg van zelfregulering - Toename % verzekerden - Uitbreiding verstrekkingenpakket - Sterke opkomst NMG-fondsen = opgericht door arsten zelf Ziekenfondsenbesluit (1941) - Toezicht overheid op ziekenfondsen - Acceptatieplicht en verzekeringsplicht (werknemers die onder de ziektewet vallen en loon onder de loongrens hebben) - Contracteerplicht voor ziekenfondsen - Uniform verstrekkingenpakket - Premie afhankelijk van loon - Verevening o.b.v. werkelijke kosten - Ziekenfondsen: van zelfstandige instellingen uitvoeringsorganen Tot 1941 = vrije ziekenfondsen 1941-1991 = klassieke ziekenfondsen = risicoloze uitvoerde van ZFB/ZFW 1964 = ziekenfondsenwet Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 1966 = AWBZ Tot circa 1970 = 1e fase toegankelijkheid Probleem fase 1 = kostenstijging door onder andere: - Verbeterde toegang tot zorg - Winkelen zonder kassa (moral hazard) Prijs van zorg gaat voor consument naar zorg naar 0 - Prijsstijgingen (ziekte van Baumol) KC2 Deel 2 Fase 2 Kostenbeheersing’ 1980: Wet Tarieven Gezondheidszorg 1982: De Wet Voorzieningen Gezondheidszorg Landschap in 1970 - Verplichte ziekenfonds - Particuliere ziektekostenverzekering - Vrijwillige ziekenfondsverzekering = bestemd voor niet verplichte verzekerden met inkomen onder een bepaalde grens - Bejaardenverzekering (1957) = bestemd voor bejaarden met inkomen onder bepaalde grens Problemen ziektekostenverzekeringen jaren ‘70 - Onevenwichtige lastenverdeling - Verplicht ZF = geen enkele keuzevrijheid - Particuliere ZKV = teveel keuzevrijheid - Ondoorzichtig en veel administratieve rompslomp - Onderscheid ZF / particulier en premiedifferentiatie in particuliere ZKV - Faillissement vrijwillig ZF Kleine stelselwijziging (1 april 1986) - Opheffen vrijwillig ZF en bejaarden ZF - WTZ = wet op de toegang tot ziektekostenverzekering - Wet MOOZ = Medefinanciering oververtegenwoordiging ouderen ziekenfondsverzekerden Waarom veranderingen? (medio jaren ’80) 1. Zeer gedetailleerde overheidsregulering is onwerkbaar gebleken 2. Verbrokkelde financieringsstructuur in de zorgsector 3. Onvoldoende prikkels tot doelmatigheid bij alle betrokkenen Circa 1970-circa 2000 = fase 2 Kostenbeheersing KC3 Deel 3 Fase 3 Doelmatigheid Commissie Dekker 1987: gereguleerde concurrentie tussen verzekeraars en zorgaanbieders Vanaf circa 2000 3e fase Doelmatigheid 1991-2006 = de stille revolutie in ziekenfondsland Wijzigingen ZF-sector begin jaren ‘80 - Nominale premie (looninkomenafhankelijke premie verlaagd) - Financieel risico voor ziekenfondsen - Afschaffen contracteerplicht individuele beroepsoefenaren Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 - Maximum tarieven - Vrije werkgebieden ziekenfondsen - Toelaten nieuwe ziekenfondsen - Opheffen vestigingsbesluit huisartsen Trage invoering hervormingen Historische zin in de regeringsverklaring 2003: de centrale aanbodsturing is vastgelopen en wordt zo snel al verantwoord is vervangen door gereguleerde marktwerking Zorgverzekeringswet (2006) = verving de oude ziekenfondsverzekering en de particuliere verzekering - Wettelijke verzekeringsplicht voor iedereen die legaal in NL woont of werkt - Overeenkomst burger-zorgverzekeraar - Private commerciële zorgverzekeraars Zvw: toegankelijkheid - Standaardpakket - Acceptatieplicht voor zorgverzekeraars voor elke polis - Doorsneepremie per polis - Risicoverevening zorgverzekeraars - Zorgplicht voor zorgverzekeraars Zvw: financiering - Premie = deels nominaal en deel inkomensafhankelijk - Verplichte werkgeversbijdrage (inkomensafhankelijk) - Rijksbijdrage voor kinderen keuren begroting Parlementaire vergadering -> kiezen rechters en democratisch forum EHRM -> waarborgt mensenrechten Europese comité sociale rechten -> toezicht nakomen verplichtingen ESH Je kunt uitleggen wat de taak is van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens; Als er een schending van mensenrechten plaatsvindt, heeft het EHRM het laatste besluit waarin de rechten van de mens nageleefd en gewaarborgd worden. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Je kunt een uitspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens samenvatten; Je kunt discussiëren hoe de Nederlandse gezondheidszorg wordt beïnvloed door uitspraken van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens zorgen voor internationale regels. Deze gelden internationaal, maar dus ook nationaal (in NL), zo wordt de zorg in NL ook beïnvloedt Tg 15 De overgang van ‘street level’ naar ‘screen en system level bureaucracy’ kunnen uitleggen en toepassen op een casus in de Nederlandse verzorgingsstaat. ‘Screen en system level bureaucracy’ kunnen duiden aan de hand van beleidstermen, zoals nieuwe sturingsvormen en bestaande padafhankelijkheden. Een wetenschappelijk artikel lezen en daar de kernboodschap en redeneringen van de auteur uit destilleren. De overgang van 'street level' naar 'screen en system level bureaucracy' in de Nederlandse gezondheidszorg verwijst naar de evolutie in de manier waarop beleid wordt uitgevoerd: - **Street Level Bureaucracy**: Dit betreft directe interacties tussen zorgprofessionals (zoals artsen en verpleegkundigen) en patiënten, waarbij professionals autonomie hebben in besluitvorming. - **Screen Level Bureaucracy**: Hier wordt toezicht, evaluatie en coördinatie op systeemniveau uitgevoerd. Bijvoorbeeld, regelgevende instanties zoals de Nederlandse Zorgautoriteit spelen een rol in beleidstoezicht. - **System Level Bureaucracy**: Dit niveau richt zich op beleidsontwikkelin