Samenvatting Systematisch Ondersteunen Van Gezinnen PDF
Document Details
Uploaded by EntrancedAlexandrite392
Erasmus Brussel Hogeschool
Tags
Summary
Deze samenvatting behandelt systemisch opvoedingsondersteuning van gezinnen. Het beschrijft opvoeding als een circulair proces tussen ouders en kinderen, en benadrukt de complexe factoren die hierbij betrokken zijn. De tekst onderzoekt ook het verschil tussen opvoedingsondersteuning en therapie, en de rol van de pedagogische coach.
Full Transcript
SYSTEMATISCH ONDERSTEUNEN VAN GEZINNEN HET SPEELVELD VAN DE SYSTEMISCHE ONDERSTEUNER Wat komt erop als je dit hoort? - Systeem - Aan de slap → technieken - Individu en gezin - Omgang gezin → moeilijkheden - Organisaties → samenleving - Multiproblematiek -...
SYSTEMATISCH ONDERSTEUNEN VAN GEZINNEN HET SPEELVELD VAN DE SYSTEMISCHE ONDERSTEUNER Wat komt erop als je dit hoort? - Systeem - Aan de slap → technieken - Individu en gezin - Omgang gezin → moeilijkheden - Organisaties → samenleving - Multiproblematiek - Netwerk - Gezin? - Levensdomeinen → … - Positie als professional OPVOEDING: EEN RELATIONEEL GEBEUREN - Opvoeding = circulaire interactie tussen kind en opvoeder. - In de interactie met de opvoeder presenteert het kind zich als ontwikkelende persoon. - Een kind drukt in zijn gedrag zijn/haar noden uit → Pedagogische Vraag van het kind. - Het antwoord dat de opvoeder daarop formuleert → Pedagogisch aanbod → Als vraag en aanbod harmoniëren dan verhogen we de kans dat het opvoeden optimaal verloopt (pedagogische krachtvelden). OPVOEDINGSONDERSTEUNING Bestaat uit al die activiteiten die tot doel hebben om ouders en andere opvoeders steun te bieden bij het opvoeden: - Opvoeden wordt daarbij gezien als een complexe opdracht, beïnvloed door een wisselwerking van factoren. Concreet gaat het om kenmerken van het (1) kind (zoals bijvoorbeeld ontwikkelingsnoden, temperament), kenmerken van de (2) ouder (bijvoorbeeld persoonlijkheid, opvoedingsgeschiedenis, opvattingen over opvoeden, opvoedingsvaardigheden) en de (3) context waarbinnen de opvoeding plaatsvindt (partnerrelatie, buurt, maatschappij). Vanuit deze definitie is het duidelijk dat opvoedingsondersteuning niet alleen focust op de interactie tussen ouders en kinderen maar ook ruimer oog heeft voor de leefomgeving van kinderen. SYSTEMISCH ONDERSTEUEN VS. THERAPIE? - Hoe maak jij dit onderscheid voor jezelf? - Hoe denk jij dat ouders met vragen kijken naar dit onderscheid? Hoe zouden zij het verschil opmerken? - Waar blijft de stadspedagogisch coach vanaf? - Vanaf wanneer wordt ondersteunen therapie? - Wie zet in op dialoog en gesprekken die gezinnen transformeren en doen verbinden? WAT DOET DE PEDAGOGISCHE COACH 1) Afhankelijk van de vraag… (ernst; thema; context…) 2) Afhankelijk van de context (binnen- of buitenkring) SYSTEEM IN CRISIS Als er een discrepantie is tussen pedagogische vraag en pedagogisch aanbod van de ouder. Meestal aangemeld door: gedrag van het kind (label voor kind), of handelen van opvoeders. → Handelen van opvoeders: te observeren → Vraag van kind: indirect te achterhalen → waar reageert het goed op? welke opvoedingsaanpak lijdt tot adequaat gedrag? Nood aan ander manier van OPVOEDEN: Specifiek Opvoeden (KOK) Opvoeden vindt plaats in de context van het gezins-samenleven ➔ Opvoedingsdomeinen: VIER TYPES VAN GEZINSSITUATIES - Gezinnen met een gewone opvoedingssituatie: het opvoedingsproces verloopt harmonieus. Vragen waarmee ouders worden geconfronteerd kunnen op een bevredigende manier worden opgelost door de ouders. - Gezinnen met een opvoedingsspanning: de ouders ervaren ongerustheid en onzekerheid over het eigen handelen. De opvoeding is onder druk komen te staan. - Gezinnen met een opvoedingscrisis: het handelen van de opvoeder is niet toereikend en ouders nemen in toenemende mate hun toevlucht tot noodoplossingen. Zij zijn ontevreden over de situatie en hebben ambivalente gevoelens over het kind. - Gezinnen met opvoedingsnood: er worden ernstige opvoedingsproblemen ervaren. De balans tussen risico- en protectieve factoren is ernstig verstoord. Er is nood aan intensieve hulp om uit de impasse te geraken (gezin raakt niet op eigen houtje uit de nood). HET SPEELVELD VAN DE PEDAGOGISCHE COACH Als pedagogisch coach bevindt jouw werkterrein zich hoofdzakelijk in de buitenkring, waar je inzet op het versterken van gemeenschap, informele contact, hulpverlenerscontacten (coaching van professionals) en het opvangen van opvoedingsvragen en eerste zorgen (coaching van opvoeders en hun kinderen). Enkel met een goede buitenkring kan de binnenkring verder aan de slag gaan met gezinsvragen waar de spontane opvoeding onder druk staat en ontspoort. SYSTEMISCH ONDERSTEUNEN… HET BELANG VAN EEN ECOLOGISCH PERSPECTIEF Buitenkringen kunnen ook haaks gaan staan op het werk dat in de binnenkring plaatsvindt (of omgekeerd) en zijn belangrijk om te begrijpen waarom gezinnen in hun opvoedingsuitdaging vast komen te zitten. Het is belangrijk dat de buitenkring een bron van steun blijft. (1) Je kan een directe ondersteunende rol invullen naar gezinnen toe; (2) je werkt in de buitenkring van de gezinnen zodat er samengewerkt wordt aan een pedagogisch krachtveld, waar het opvoedingsaanbod en de vraag terug in balans staan. Vb. Kinderbegeleiders ondersteunen om niet mee vast te komen zitten in de draaikolk die een conflictvolle scheiding teweegbrengt en zodanig contact te houden met beide ouders. BRONGENBRENNER: SOCIAAL ECOLOGISCH MODEL Bronfenbrenner (1979): - Ontwikkeling kind wordt mede bepaald door de omgeving - De samenleving als geheel of een cultuur beïnvloedt mede het kind - Verhouding mens en natuurlijke context staat centraal ▪ Micro ▪ Meso ▪ Exo ▪ Macro Reactie op individuele benadering van de psychopathologie (biopsychosociale model – in het kind/in de ouder) – context in kaart brengen !! De verschillende systemen = wederzijdse invloed - Individuele kenmerken… ▪ Micro: relaties kind en directe omgeving (relaties; kinderdagverblijf, vrienden; familie, school) ▪ Meso: relaties tssn micro onderling: impact van een echtscheiding op het gedrag op de school op de relatie van ouders; ▪ Exo: Maatschappelijke systemen en instituten =/= kind; wel invloed! Werkplaats ouders: de buurt. ▪ Macro: Wetten, normen en waarden → groeipakket; wetgeving rond ouderschap, maar ook… wat is goed ouderschap? Vasthouden: Kind schept omgeving; omgeving schept het kind !!! Kinderen zoeken omgevingen op die aansluiten bij hun individuele kenmerken. In reactie hierop worden ze ondersteund door hun ouders/context om dit gedarg te versterken → ze komen steeds meer terecht in contexten die het individueel profiel gaan versterken. Het model van Bronfenbrenner vraagt dat we kijken naar de context en rekening houden met de verschillende lagen (micro – meso – exo – macro – chrono) - Kijk met het model in jouw achterhoofd naar de casus, beschrijf wat je opmerkt of linkt aan de diverse lagen en formuleer hypotheses die helpen te begrijpen… - Hoe kan je het opvoedingsverhaal beter begrijpen? KINDEREN, JONGEREN EN HUN PROBLEMEN… Gezinnen en individuen met problemen situeren het probleem vaak in één individu. - Onze Bram heeft last van driftbuien. Hij is net een vulkaan. Hoe kan Bram meer leren zijn emoties onder controle te houden? ▪ Stijn doet het niet goed op school. Hij toont geen interesse in zijn toekomst. Zij is echt een angstig kind… - Mijn zoon moet eens met iemand praten, hij kan zijn emoties niet kwijt. ▪ Onze dochter is suicidaal en zit met een eetstoornis. We weten niet hoe we ze kunnen helpen… BASISKADER: HET ONTWIKKELINGSHUIS Fundament: Hechting - Zijn de ouders emotioneel beschikbaar? Wordt er aandacht besteedt aan het samen reguleren van de emoties. Worden de kinderen aangemoedigd om zichzelf te leren reguleren? Constructie: Structuur en regels - Worden er afspraken gemaakt die helpen samen te leven? Zijn er duidelijke grenzen binnenshuis? Voorspelbaarheid en structuur? Vaste rituelen? Ramen en deuren: Buitenwereld binnenlaten - Op welke manier mag de buitenwereld binnenkomen? Kan het gezin omgaan de wereld buiten? Of wordt de buitenwereld geweerd? Geeft contact plezier of spanning? Inrichting: eigen plek - Is er plek voor eigen identiteit? (eigen kamers), openstaan voor verandering? Mag het individu verschillen van het gezin? Kan er gelijktijdig voldoende ruimte blijven voor gedeelde identiteit? Verhuizen, verbouwen, renoveren: afscheid en loslaten in verbinding - Hoe wordt losgelaten? Wat gebeurt er wanneer leden vertrekken? Krijgt afscheid een plek? Staat loslaten gelijk aan verlies? Of kan er losgelaten worden met vertrouwen in de verbinding? GEZINSONDERSTEUNINGSMETHODIEKEN BASISHOUDING Basishouding = relatie Methodieken = basishouding = relatie!! - RELATIE is ALLES ▪ RELATIE is meest werkzame factor. - Professional is geen expert. ▪ Professional is deskundig over opvoeding ▪ Ouders zijn deskundig over het kind - Methodieken = relationele interventie ▪ Construeren van verhalen en betekenis (inzichten) en bouwen relatie! - Maak verwachtingen helder en maak je werkwijze duidelijk!! GEZINSMETHODIEKEN TAARTVORMEN - Eenvoudige methode om veelheid van wat een persoon brengt overzichtelijk te maken - Daarnaast wordt het duidelijk hoeveel gewicht elk ‘deel’ krijgt ▪ Zorgt vaak voor nieuwe inzichten aan de personen die je bevraagt. GENOGRAMMEN - In kaart brengen van → complexiteit kunnen weergeven. ingewikkelde gezins-en familiesystemen - Herkenbaar aan stamboom met relationele dynamieken - Alle betrokkenen in een systeem weergeven → zicht op subsystemen, hiërarchie en aard van communicatie tussen de leden van het systeem - Sommige pleiten voor een standaard opmaak van genogram om elke situatie te exploreren - Schematisch overzicht van (bloed)verwantschappen, samenstelling van een gezin en de ruimere familie over meerdere generaties - Nauwkeurig gecodeerd overzicht van feiten en namen, … stafkaart van gezins-en familierelaties. - Zicht op bijzondere aard van relaties, behoren tot een klasse, streek, enzovoort - Onmisbaar instrument - Het is meer dan tekenen van symbolen, gepaard met fundamenteel respect en meerzijdige partijdigheid - Complexiteit van menselijke relaties. (momentopnames! Relaties = dynamisch) FUNCTIE Instrument in het proces van de hulpverlening: om te gebruiken bij verkenning van probleem van cliënt en de situering van dat probleem in de ruimere context. Brengt belangrijkste levensterreinen in kaart binnen ruimere context. Middel om kwaliteit van relaties in te schatten. Het helpt gezonde, constructieve relaties op te sporen. Vaak is het werken met genogrammen op zich al voldoende om hulpbronnen te openen: cliënten vragen zich af waar zij de informatie kunnen halen om hun genogram te reconstrueren. Communicatiemiddel tussen cliënten en hulpverlener: het tekenen van genogrammen is een vorm van communicatie, genogram structureert de communicatie, geeft het richtlijnen en aanwijzingen voor de vorm van het gesprek. Mensen ervaren het opstellen van een genogram als een belangstelling en welgemeende interesse voor cliënten en voor hun leven. Vermijd draaikolk fenomeen (enkel het probleem bespreken): nieuwe domeinen en thema’s worden geëxploreerd. Instrument voor verslaggeving: het is volledig, overzichtelijk, toegankelijk, nauwkeurig, gecontroleerd, efficiënt en respectvol. Genogram is een eerste vorm van verslaggeving Communicatie-instrument tussen welzijnswerkers: het is een eenvormige taal in verslaggeving, een herkenbare structuur, een houvast in de opbouw van teamgesprekken. Het is efficiënt en nauwkeurig. Het genogram is een beeldverhaal: het is visueel, kort, … het verhaal spreekt voor zich. Het geeft de kans om eigenheid van therapeut te verwerken. Doordat het visueel is: eenvoudige, eenvormige taal die herkenbaar is. Instrument van de meerzijdige partijdigheid: alle betrokken partijen kunnen worden opgespoord, zowel de negatieve krachten als de hulpbronnen. Inzicht krijgen in de relationele werkelijkheid van cliënten. Het genogram als doel op zich: in bepaalde situaties willen mensen zicht krijgen op hun situatie vb. erkennen van het bestaansrecht van een individu, genogram wordt dan een tastbaar gegeven!! THE QUEER MODEL KWALITEITENSPEL - Verschillende opties - Als bron om kwaliteiten te leren kennen - Alleen met kaartjes: elk 5 kwaliteiten overhouden - Met kaartjes als hulpbron: post-its ASSOCIATIESPELEN Vb. Dixit kaarten Methodiek: - “Zoek een kaart(en) uit die jouw ‘opvoeding’ symboliseren.” - ”Je vertelt mij dat moeilijke gedachten je vaak bezighouden. Is er een kaart die je helpt om deze gedachten in beeld te brengen?” OPVOEDINGSSPEL - In spelvorm wordt opvoeding bespreekbaar gemaakt en worden inzichten over het opvoeden verkend. - Gericht op ouders en zorgfiguren die aan de sla gaan met kinderen en jongeren (iedereen die voor een opvoedingstaak staat!) DUPLOMETHODIEK: EEN TAAL ERBIJ - Ontwikkeld Marleen Diekmann - Aanknopingspunt voor gesprekken met ouders over zichzelf, hun kinderen, hun ouderschap - Gebaseerd contextueel denken: Boszormenyi-Nagy ▪ Loyaliteit: existentiële feit dat ieder kind uit zijn ouders is ontstaan en voor ouders dat er kinderen uit hen geboren zijn. Door geboorte is een kind zich verplicht/loyaal voelt ten aanzien van ouders en dat ouders zich verplicht/loyaal voelen naar hun kind. ▪ Taak binnen gezinnen Opbouw wederzijdse betrouwbare relaties → Belangen van elkaar in het oog houden → evenwicht van geven en nemen → daarmee vertrouwen van ander verdienen. - Gebaseerd op transactionele analyse van Berne: drie psychologische zijnswijzen van Ouder, Volwassene en Kind. ▪ Gebaseerd op transactionele analyse van Berne: drie psychologische zijnswijzen van Ouder, Volwassene en Kind: Kindpositie: leert het kind door persoonlijke ervaring. Denken kenmerkt zich door gedachten en gevoelens van het kleine kind. Ouderpositie: leert het kind indirect door identificatie en imitatie va het gedrag van de ouders. Denken kenmerkt zich door de overname van de ouders. Volwassen worden is kiezen en bemiddelen tussen kind-en ouder positie. Denken kenmerkt zich door hier en nu en is doordacht, in balans. = opvoedingservaring TAAL ERBIJ: MATERIAAL EN TOEPASSING - Taal erbij: richt zich op het visualiseren van interne en externe werkelijkheid van de cliënt met behulp van die Ouder, Volwassene en Kind. - Via poppetjes: probleem van de ouders en kinderen verbeeld en innerlijke dialoog tussen de Volwassene en het Kind zichtbaar gemaakt en op gang gebracht. - Meest gebruikt materiaal: ▪ Poppetjes ▪ Toverstafje ▪ Krijgertje: trauma, geweld, schade ▪ Schat: symboliseren van het waardevolle ▪ Touw: grenzen en scheidingen voorstellen ▪ Blokjes: machtsverhoudingen in kaart - Voor ieder cliënt een volwassen en kindpoppetje neerzetten. Voordelen: - Helpt kennis over eigen innerlijk beleefde werkelijkheid van een cliënt en van de relaties van de cliënt te kennen - Beeld blijft langer dan woorden - Kan helpen bij woordenstroom onderbreken en reflectie op gang brengen - Helpt problemen externaliseren (probleem = het probleem =/= de persoon) - Intrapsychische en relationele aspecten worden gecombineerd - Aanboren van krachtbronnen - Bevordert gelijkwaardigheid tussen hulpverlener en ouders - Verbale informatie kan worden gecorrigeerd door de opstelling die ouders van hun gezin van herkomst of eigen gezin maken (meerstemmigheid, empathie en inzichten!) - Je voelt je gesteund omdat iemand anders met je meekijkt Nadelen: - Openheid voor de werkvorm - Associatie speelgoed - Niet altijd praktisch haalbaar in de aanwezigheid van te jonge kinderen ECOGRAMMEN - Ecogram is een visuele voorstelling van iemand sociaal netwerk: ▪ Relationele knopen worden duidelijk in kaart gebracht: ondersteuning & stress visualiseren ▪ In een ecogram worden hulpbronnen die de cliënt in zijn omgeving heeft duidelijk en waar het eventueel kan worden versterkt - Sociaal netwerk: groepering van mensen met wie een persoon min of meer duurzame banden onderhoudt voor de vervulling van noodzakelijke levensbehoeften (1 jaar wordt soms als voorwaarde genomen, maar vooral de beleving van een relatie is belangrijk!!) ▪ Sociaal netwerk: werkt stressreducerend, werkt tegen depressie, vergroot kansen en helpt bij verwerken van ernstige of traumatische gebeurtenissen SOCIAAL NETWERK 3 sferen: - Familie: ▪ via (bloed)verwantschap verbonden ▪ Is het meest oorspronkelijke ondersteuningssysteem ▪ Niet echt sprake van keuze - Verwanten en vriendschappelijke relaties: ▪ Ruimer netwerk van verwanten en vrienden ▪ Ook indirecte connecties ▪ Kan berusten op biologische relaties maar ook een cultureel verschijnsel ▪ Bewust kan kiezen en contact is plezierig of nuttig - Maatschappelijke diensten en functionele contacten: ▪ Enkel verworven relaties ▪ Zakelijk: vooraf afspraken wat je kan verwachten AANDACHTSPUNTEN - Een persoon heeft weinig invloed op uitbreiding of inkrimping van familiale relaties - In een mensenleven verschuift de afhankelijkheidsbalans. Met het opgroeien verliest het familiesysteem zijn aandeel. Met het ouder worden, wint dit systeem terug aan belang. - Familiebanden zijn niet altijd steunend, soms ook zeer beklemmend (!!) → beleving in kaart brengen. FUNCTIONELE KENMERKEN VAN EEN SOCIAAL NETWERK Elk sociaal netwerk heeft 4 verschillende functies (PAGE): Praktische steun (materiële functie): geld lenen, oppas, klusjes, … Advies (informatiefunctie): beschikken over een zekere basiskennis… wie informeert jou, wie geeft je raad Gezelschap (aansluitingsfunctie): mensen willen erbij horen zich verbonden voelen… gezelligheid, gemeenschappelijke interesses Emotionele steun (affectieve functie): bij wie erkenning waardering, begrip en vertrouwen zoeken? STRUCTURELE KENMERKEN VAN EEN SOCIAAL NETWERK - Structurele kenmerken zijn bepalend voor de ondersteuning dat het netwerk kan bieden - Omvang: aantal mensen? - Differentiatie en gevarieerdheid: hoe verscheiden is iemands netwerk? - Densiteit en dichtheid: interne contacten binnen het netwerk - Bereikbaarheid: geografische afstand tussen personen van hun netwerk - Stabiliteit: houden stand, duurzaam of veranderen snel? WERKEN MET ECOGRAM 3 stadia: 1) Inventarisatie welk systeem staat centraal (focaal), pijlen trekken wie energie geeft/ontvangt, welke systemen zijn veraf/dichtbij 2) Interpretatie: functioneel analyseren → PAGE structureel analyseren → Omvang, differentiatie, dichtheid, bereikbaarheid en stabiliteit? 3) Versterking: welke ondersteuningsbehoeften komen in beeld? Hoe ziet iemands ideale netwerk eruit? Wat wil de persoon aan zijn netwerk veranderen? Hoe kan de persoon zijn netwerk versterken? Versterking is niet per definitie uitbreiden of vergroten, maar kwaliteitsverbetering TIJDSLIJN - Visueel maken van gebeurtenissen - Structuur - Samenvattend SGG SCHEMA - Situatie → Gedrag → Gevolg Helpt om gedragsketens in kaart te brengen en het inzicht daarover te vegroten: - Wat het probleem is - Welke factoren het uitlokken - Wat aandeel van ouders is - Welke mogelijkheden er tot verandering is Iets aan Situatie veranderen? Of iets aan Gevolg veranderen? BELONGING - Beloningsprogramma werken op ander gedrag van het kind ▪ Wenselijk gedrag aan te leren ▪ Maar oefening voor alle betrokkenen! ▪ Zorgvuldig en consequent uitvoeren - Kinderen moeten willen meewerken: samen schema opstellen OPVOEDING UIT BALANS – STORM OP KOMST BRONFENBRENNER: SOCIAAL ECOLOGISCH MODEL Bronfenbrenner (1979): - Ontwikkeling kind wordt mede bepaald door de omgeving - De samenleving als geheel of een cultuur beïnvloedt mede het kind - Verhouding mens en natuurlijke context staat centraal ▪ Micro ▪ Meso ▪ Exo ▪ Macro Reactie op individuele benadering van de psychopathologie (biopsychosociale model – in het kind/in de ouder) – context in kaart brengen !! De verschillende systemen = wederzijdse invloed - Individuele kenmerken… A. Micro: relaties kind en directe omgeving (relaties; kinderdagverblijf, vrienden; familie, school) B. Meso: relaties tssn micro onderling: impact van een echtscheiding op het gedrag op de school op de relatie van ouders; C. Exo: Maatschappelijke systemen en instituten =/= kind; wel invloed! Werkplaats ouders: de buurt. D. Macro: Wetten, normen en waarden → groeipakket; wetgeving rond ouderschap, maar ook… wat is goed ouderschap? Vasthouden: Kind schept omgeving; omgeving schept het kind !!! Kinderen zoeken omgevingen op die aansluiten bij hun individuele kenmerken. In reactie hierop worden ze ondersteund door hun ouders/context om dit gedarg te versterken → ze komen steeds meer terecht in contexten die het individueel profiel gaan versterken. - Het model van Bronfenbrenner vraagt dat we kijken naar de context en rekening houden met de verschillende lagen (micro – meso – exo – macro – chrono) WAAROM IS HECHTING NU ZO BELANGRIJK? PEUTERPUBERTEIT TEMPERAMENT Moeilijk gedrag bij peuters en kleuters - Hoe te verstaan? - Wat is dan toch met dat geschreeuw en gestamp? - Wat kunnen ouders doen? - Wat we ook doen het helpt precies niet HET KIND ALS MYSTERIEUS EILAND Ouders hebben soms een wereldkaart nodig om hen in de juiste richting te helpen om het eiland te vinden… WAT DRAAGT BIJ AAN ‘MOEILIJK GEDRAG’ - Leeftijd - Ontwikkeling - Temperament - Situatie - Opvoedingsgedrag - Stress bij kind-ouderlijke stress - Reflectief functioneren - … ONTWIKKELINGSFASE - Tussen 1,5 en 4 jaar gaat het kind door de ‘peuterpubertijd’= ‘terrible twos’ - Het kind ontdekt eigen ikje, krijgt eigen ideeën en behoefte om (nieuwe) dingen uit te proberen, los van de ouder. Grenzen opzoeken en aftasten - Kinderen hebben veel energie en willen veel ontdekken ▪ De energie geeft een boost aan de ontdekkingstocht! - Gedragingen als: ▪ Neen ▪ Alleen doen ▪ Stampen, huilen, schreeuwen bij frustratie ▪ Uitdagen ▪ Woedeaanvallen ▪ (Onthoud!!: Kinderen leren zelfregulatie in interactie met de omgeving) - Veel ouders ervaren dit als moeilijk: ▪ Een piek in conflict tussen moeder en kind (Klimes-Dougan & Kopp, 1999) ▪ Om de 9 minuten disciplineren de ouders hun kinderen (Power & Chapieski, 1986) - Waarom wordt mijn kindje dan zo driftig? ▪ Gevoelens van kind nog niet goed uitleggen (vb. taal is niet altijd mee) en dat werkt frustrerend → driftbui ▪ Als iets niet mag of iets niet wil lukken Belangrijk NORMALISEREN = “je bent niet de enige” die met dit gedrag van het kind worstelt TEMPERAMENT (KINDERKENMERKEN) - Niet elk kind reageert even hevig - Elk kind heeft zijn eigen ‘temperament’ ▪ = typische manier van reageren om bepaalde situaties (Carey, 1997) - Deze individuele verschillen zijn vanaf geboorte te observeren ▪ Huilen ▪ Slaap-waakritme TWEE BEGRIPPEN 1) Reactiviteit Hoe gevoelig is het kind voor interne en externe prikkels? -- > relatief stabiele trek (aanwezig van bij geboorte) 2) Effortful control → kunnen we leren!! Werkt in op de reactiviteit. ▪ Noodzakelijk voor emotieregulatie, zelfregulatie EFFORTFUL CONTROL - Om een bepaald doel te bereiken, ook al is dit niet wat het kind zijn eerste reactie is - STUDIE - Marshmallow test (Walter Mischel,1972) - Is een heel belangrijke voor de ontwikkeling van het kind CO-REGULATIE Het is dus duidelijk dat het in opvoeding niet om éénrichtingsverkeer gaat, maar om een wederzijds proces Belang van co-regulatie’, jonge kinderen hebben nog te leren om zichzelf te reguleren. Kinderen hebben nood aan andere die helpen om rust te brengen in de storm. Dit noemen we co-regulatie. In wederzijdse afstemming, leren kinderen stap voor stap een weg te vinden in hun eigen emoties. Vergt soms veel van ouders, zeker in de peuterpuberteit en bij kinderen met een “moeilijk” temperament… PARENTAL CHILD FIT & CO -PARENTING TEAM Opvoeden wordt als moeilijk ervaren wanneer de “fit” tussen het gedrag van het kind (door een groot stuk bepaald door het temperament) en de reactiestijl van de zorgfiguur (ouder, leerkracht) niet is zoals verwacht (Smart en Sanson, 2006) “Goodness of Fit” (Thomas & Chess, 1977) → de mate waarin de noden van het kind aansluiten op het aanbod van de ouders. Ook belangrijk: fit met eigen temperament! Belang van het Co-Parenting Team → tot waartoe zijn de ouders SAMEN in staat? MOEILIJK GEDRAG IS ONVERMIJDELIJK - HERSTEL is belangrijk! Sociale interacties worden aanzien als positief en herstelbaar, en de reacties van volwassenen als voorspelbaar en betrouwbaar. ▪ Een kind met een intens temperament is vaak moeilijker opvoedbaar MAAR positieve relatie-ervaringen zijn belangrijk om negatieve effecten van moeilijk temperament te bufferen WANNEER SPREKEN WE VAN EEN PROBLEEM Kinderen komen onvermijdelijk in situaties terecht die niet stroken met hun temperament, waardoor de stress en spanning die hiermee gepaard gaat hun zelfregulatie onder druk zet Cruciale veranderingen of gebeurtenissen: gedragingen worden moeilijkheden Bv. kind dat zich moeilijk aanpast aan nieuwe situaties en er komt een nieuwe baby in het gezin Ouders minder emotioneel beschikbaar zijn, waardoor bepaalde temperamentskenmerken als moeilijker worden ervaren Vicieuze cirkel – geen plezier meer Gedrag (bijvoorbeeld woedeaanvallen) dat op het ene moment binnen de ontwikkeling van de ’peuterpubertijd’ rond de leeftijd van 2 jaar nog normaal is, is dat niet meer op 6 jaar ADVIEZEN Volgende adviezen kan je meegeven: 1. Steunen op intuïtie 2. Begrenzing – pedagogische “neen” Negatief gedrag duidelijk begrenzen Waak er als ouder over dat je het gedrag van je kind afkeurt maar niet zijn persoon Wees duidelijk en geef kordaat aan waarom het gedrag niet kan en geef een alternatief. Soms zal het nodig zijn het gedrag even te negeren Soms zonder je je kind best even af, bv. als hij/zij iets opzettelijk kapot gemaakt heeft of bij slaan/pijn doen → Zeg waarom – Veilige plek – Niet te lang – wanneer rustig, erover praten 3. Positief ondersteunen ⎯ Gewenst gedrag expliciet positief benaderen “goed zo”, “knap dat je dat al kan”, “flink dat je zo kunt wachten” Complimenten krijgen en geven is leuk! ⎯ Reageer zoveel mogelijk op goed gedrag: je kan je kind niet te veel belonen, wel te veel straffen ⎯ Wat zijn positieve kanten van “moeilijk” gedrag 4. Straffen en belonen werkt alleen in een warm en veilig nest 5. Soms is de beste remedie: Voldoende leuke momenten inbouwen voor meer plezier Knuffelen, interesse tonen Belang van humor en speelsheid! “Als …, dan…” positief benaderen! 6. Deel je ervaringen met andere ouders en met je partner, je zal zeker herkenbare ervaringen tegenkomen! ➔ Normaliseren en ondersteunen ADVIEZEN VOLDOENDE? Nee: Stilstaan bij hun beleving! Hoe voelt het voor hen om ouder van een moeilijke peuter te zijn? Nadenken over voldoende ontspanning zodat er wat meer ademruimte komt naast de opvoeding en dagelijkse beslommeringen → stressregulatievenster van zowel ouder als kind! Adviezen, maar geen handleiding Een gebruiksaanwijzing is inderdaad handig wanneer je baby stampt of schreeuwt, maar deze handleiding zal weinig tot niets zeggen over jou als ouder of de relatie tussen ouder en kind. In het beste geval zegt de handleiding dat jij rustig moet zijn. Maar hoe word je als ouder rustig? Je gaat je misschien nog eerder schuldig voelen dat het jouwschuld is omdat je kind niet rustig is/niet luistert… het gaat over “dit kind in interactie met deze mama/papa”. Vragen stellen als: – Wat helpt jullie? – Wat niet? – Hoe voelt het als het niet lukt wat je probeert? – Hoe voelt het als het wel tot een oplossing komt? WEG MET HET “PROBLEEMKIND” De betekenis van spanning in het gezin KINDEREN, JONGEREN EN HUN PROBLEMEN … Gezinnen en individuen met problemen situeren het probleem vaak in één individu. - Onze jongste is ongelukkig ▪ Stijn doet het niet goed op school. Hij toont geen interesse in zijn toekomst. Zij is echt een angstig kind… - Mijn zoon moet eens met iemand praten, hij kan zijn emoties niet kwijt. ▪ Onze dochter is suicidaal en zit met een eetstoornis. We weten niet hoe we ze kunnen helpen… → Problemen en hun beschrijvingen nemen de identiteit over… → Het gezin raakt vast in een probleemverhaal. MAURIZIO ANDOLFI EEN KINDPROBLEEM IS EEN GEZINSPROBLEEM Een kind is geen eiland, maar is verbonden door waterstromen, buureilanden, onderzeese banen… Het gezin: dynamisch systeem in ontwikkeling Een kind: het kind is een product van het gebeuren in het gezin. Een kind beweegt zich altijd in de driehoek vader-moeder-kind. Valkuil: kind alleen te benaderen en context vergeten (zoals ouders vaardigheden aanleren of deel laten nemen aan kennisproces). Risico: hulpverleners gaan vanuit de hulpkreet opvoeding overnemen en ontwrichten de aanwezige krachten in het gezin. Andolfi waarschuwt dat hulpverleners geen nieuwe ouder mogen worden!! DE RAAD VAN ARIADNE – KINDEREN ALS GIDS VOOR DE RELATIONELE WERELD VAN GEZIN - Het kind als deskundige over her probleem. - Het gezin als fundamentele bron bij het probleem van het kind In kaart brengen van de relationele context waarbinnen het probleem zich presenteert. - Bemiddelen tussen generaties De opvoeding die ouders binnenbrengen, vertrekt vanuit hun eigen opvoeding. Het is belangrijk om de derde generatie (ouders van de ouders) in het vizier te houden. Kinderen maken vaak duidelijk waar de opvoeding in de vorige generatie ook vastliep. Het vastgesteld probleem houdt ook een groeikans in voor het gezin BLIKSEMAFLEIDERS, SYMPTOOMDRAGERS EN ZONDEBOKKEN … Gezinnen onder hoogspanning dreigen vast te roesten in interactiepatronen niet helpend zijn. Men probeert vaak meer van hetzelfde, in de hoop dat er een andere uitkomst ontstaat. Het gezin zit vast. Zondebokken, bliksemafleiders, symptoomdragers zijn kinderen die zich opofferen om de spanning van de patronen af te leiden. Vb. Dochter doet een woedeuitbarstig elke keer als papa en mama in discussie verdraaid raken. Mama en papa vinden elkaar terug in het berispen van dochter.. Individualiseren en problematiseren zijn pogingen uit conflict, maar zijn ook schadelijke dynamieken. Bliksemafleiders offeren zichzelf op. Ze verliezen hun jeugd en hun speelsheid. HOE WORDEN KINDEREN SYMPTOOMDRAGERS/ AANMELDERS VAN HET PROBLEEM? Ausloos beschrijft het proces waarin een gezinslid als patiënt wordt aangewezen als volgt. Hij stelt dat ieder toevallig en banaal gedrag kan worden uitgeselecteerd en versterkt zodat het als symptoom een belangrijke rol gaat spelen in het relationele veld van het familiesysteem. Het al dan niet verontrustende gedrag groeit uit tot een symptoom wanneer het een functie heeft te vervullen binnen het gezin en zijn context. (Ausloos, 1999) Bateson – Gedrag krijgt pas betekenis in een context van relaties – Kinderen ontdekken bewust/onbewust dat het gesteld gedrag helpt om conflict te ontmantelen. Andolfi – Begrijpen van suicide, automutilatie, eetstoornissen als extreme vormen van zelfopoffering die verbinding in het gezin brengen → effect is dat ouders/siblings gemobiliseerd worden in samenkomen. Opletten wanneer problemen beginnen samen te vallen met één persoon … HET PROBLEEM IS HET PROBLEEM Een shift in DENKEN en SPREKEN HOE BRENGEN WE DE RELATIONELE DANSEN VAN HET GEZIN IN BEELD? Welke patronen / interacties komen terug? Wat is de betekenis van het symptoom/het probleem binnen dit gezinssysteem? Wat zegt het probleem over de gezinsfase? Voor welke uitdaging staat het gezin? Welke circulaire interacties kan je opmerken? Wie bezorgt zich over het probleem? Wie wordt er op het sleeptouw genomen door het problem? Wie wordt er ogenschijnlijk buitengesloten? HERVERBINDEN IN OPVOEDING OPVOEDING: EEN RELATIONEEL GEBEUREN - Opvoeding = circulaire interactie tussen kind en opvoeder. - In de interactie met de opvoeder presenteert het kind zich als ontwikkelende persoon. - Een kind drukt in zijn gedrag zijn/haar noden uit → Pedagogische Vraag van het kind. - Het antwoord dat de opvoeder daarop formuleert → Pedagogisch aanbod → Als vraag en aanbod harmoniëren dan verhogen we de kans dat het opvoeden optimaal verloopt (pedagogische krachtvelden). HET PROBLEEM situeren in de interactie/de relatie, nl. de manier waarop gezinsleden in interactie treden De pedagogische vraag (kind) ≠ Het pedagogisch antwoord (ouder) CIRCULAIRE HYPOTHESEN - Het systeemdenken verwerpt een lineair denken: oorzaak → gevolg - Interactie is complex en voortdurend in beweging. Circulair denken helpt om die complexiteit in beeld te brengen. - Gedrag kent geen begin- of eindpunt, maar is onderdeel van een interactie. Wanneer gezinnen problemen ervaren, stellen we dat ze vastzitten in interactiepatronen waar ze niet spontaan uit kunnen breken. - We brengen de relationele dans in kaart… OPVOEDING = TRANSGENERATIONEEL GEZINS -SCRIPTS BYNG HALL Gezins-scripts zijn onbewuste regels, verwachtingen en gedragingen die binnen een familie worden doorgegeven als bewuste of onbewuste blauwdrukken. - Oorsprong: Ontwikkeld door John Byng-Hall, een Britse gezinstherapeut. - Doel: Verklaart hoe families functioneren op basis van vaste patronen die van de generatie op generatie meereizen. DE VORMING VAN EEN NIEUWE GEZINS -SCRIPTS Replicatieve scripts: scripts die zich herhalen van de ene generatie op de andere. Gewenst of ongewenst Correctieve scripts: soms zijn vroegkinderlijke ervaringen zo pijnlijk geweest dat ouders trachten deze patronen te vermijden als ze zelf kinderen krijgen en kiezen voor een correctief script. Deze scripts kunnen aangepast zijn, maar riskeren ook door te slaan… Nieuw geïmproviseerd script: stijlen van opvoeden die al improviserend tot stand komen of via observatie van andere gezinnen. SCRIPTS OMVORMEN IS HARD WERKEN! NOOD AAN HULP EN ONDERSTEUNING … Interventies in de binnenkring van het gezin: direct aan de slag met de ouders → Het Opvoedingsinterview (zie canvas) Interventies in de buitenkring van het gezin: In kaart brengen van hulpbronnen en steunfiguren WERKEN MET DE BUITENKRING – VERSTERKEN VAN HET NETWERK Je brengt met de ouder(s) het omringend systeem in kaart en verkend op welke manieren deze kunnen bijdrage aan de opvoeding. Hulpbronnen gaan identificeren en ondersteunen in het aanspreken en dichter betrekken van de hulp Hulpbronnen kunnen helpen in visie en inhoud (pedagogische ondersteuning) of kunnen helpen in het staan blijven (emotionele en praktische ondersteuning) HER – VERBINDEN VIA SPEL SPEL ALS RELATIE Spel is een manier om de wereld te verkennen en in interactie te gaan met anderen. Spelen is niet alleen belangrijk voor het kind, maar ook voor ouders/opvoeders. Spel wordt een gedeeld gebeuren dat helpt om de wereld te verkennen, veiligheid op te bouwen, emoties te reguleren (…) en relaties aan te gaan… Ouders die last hebben van onzekerheid en angst, hebben vaak moeite met het spontaan spelen. Hun helpen contact te maken in spel, helpt om goede ervaringen op te bouwen en vertrouwen in zichzelf te vinden. In de meest eenvoudige vorm is spel een samenspel van afstemming en luisteren. TRAUMA EN KINDEREN Kinderen met traumatische ervaringen, verliezen vaak een waarderende kijk naar zichzelf in het hier en nu en wie ze hopen te zijn in de toekomst. → het gevoel van er niet langer toe te doen (isolatie) BELANG VAN SPEL ALS INTERVENTIE Spel als een interventie & attitude om kinderen te benaderen: Spel en speelsheid als een dialoog, een wijze van in relatie te gaan (Rucinska & Reijmers, 2014) ”Welke spelletjes deden jullie als kind?” -https://francisalys.com` ”Elke keer wanneer Toby grijpt naar zijn ridderszwaard, is het een teken dat we genoeg ‘gewerkt’ en ‘gepraat’ hebben. De onuitgesproken afspraak is dat we een zwaardgevecht houden.” Spel als wijze van in relatie te gaan (Vermeire, 2022) → doet nieuwe vormen van interacties ontstaan; opent nieuwe verhalen en manieren van zijn, weg van de dominantie van het probleemverhaal. In spel krijgen gezinnen de kans om nieuwe manieren van omgang met elkaar te verkennen, binnen de veiligheid van het spelend kader. DE FUNCTIONELE STRUCTUUR Basisafspraken en voorspelbaarheid - Gezinnen hebben niet alleen in te zetten op emotionele nabijheid en het meevoelen en meedragen - Gezinnen hebben ook de opdracht om grenzen en structuren in te bouwen. → Het huis krijgt niet enkel vorm door een goede fundering (hechting), maar staat ook stevig neer door muren en verdiepen. - Afspraken, regels, voorspelbaarheid, structuren, rituelen… zijn erg belangrijk. Duidelijkheid geeft rust. Voorspelbaarheid is een overboedem in de rivier die wel eens kan kolken. - In de overgang kleuter → lagere school, gaan we naast begrenzen, ook steeds meer inzetten op autonomie en zelfstandigheid. FUNCTIONELE STRUCTUUR EN ORGANISATIE - Continue zoektocht naar een passende structuur die het (gezins)leven kan dragen - De groeiende autonome mogelijkheden van kinderen dagen de gezinsleden uit een functionele structuur en organisatie uit te werken: regels & patronen, verdeling van taken & verantwoordelijkheden … - Spanningsveld tussen autonomie en zelfregulatie in contact met de omgeving KINDONTWIKKELING IN HET HUIS Kinderen ontwikkelen van een afhankelijk stuk naar een steeds toenemende onafhankelijkheid: Aanmoedigen van de Zelf-Regulatie “ik zie dat je het even moeilijk hebt, maar ik ga je toch vragen om nu zelf even tot rust te komen.” Opletten – zelf-regulatie vervangt geen co-regulatie. Beiden blijven belangrijke vormen van reguleren en verbinden, ook voor volwassenen Eigen ik komt op de voorgrond Belang van sociale interacties wint (de buitenwereld komt kijken…) VERBINDING EN AUTONOMIE: KLEINE EN GROTE IK We hebben elk een kleine ik en een Grote IK. Kleine ik staat voor kwetsbaarheid, gevoelswereld. Kleine ik verlangd er naar om gezien en getroost te worden. Kleine ik gaat op zoek naar verbinding en samenzijn. Grote IK staat voor autonomie en zelfstandigheid. Grote IK pakt het leven vast en neemt de rationele beslissingen. Grote IK probeert de wereld alleen aan te pakken en zelfstandige successen op te bouwen GROTE EN KLEINE IK: OPVOEDING Kinderen hebben ouders nodig om vorm te geven aan kleine ik en Grote IK (denk aan co-regulatie) – Wisselen tussen steunen en troosten & aanmoedigen om verder te proberen… Dat vraagt van ouders intern kunnen reguleren (balans tussen kleine ik en Grote IK). Dat is niet altijd vanzelfsprekend (angst/onzekerheid/ …). Ouders hebben soms eerst werk te doen om kleine en Grote IK in balans te brengen. In het opgroeien, omwille van de thuiscontext of stressvolle gebeurtenissen, komen kleine ikjes - ontregeld, vol emotie, stuurloos, grote afhankelijkheid - of Grote IKjes - onthecht van emotie, overmatig cognitief, rigide drang naar behoud van zelfstandigheid – wel eens meer op de voorgrond ten koste van de andere ik. STRESS BIJ DE OUDERS - Veel stress in het ouderschap -> minder ruimte voor mentalisatie (begrijpen en sturen van eigen gedrag en eigen emoties; vermogen om de ander goed te begrijpen) - Belang van als ouder zorg dragen voor zichzelf – Co-Parenting Team ▪ Ook ouders hebben soms nood aan een kapitein die het roer overneemt! ▪ Ouders helpen elkaar terugkomen in hun window of tolerance (co-regulatie) ▪ Als Co-Parenting team verdelen ouders de stukken die hun beter afgaan, samen maken ze een volledig verhaal (vb. papa kan emotioneel erg veel stilstaan en vertragen, mama moedigt aan om te exploreren!) - Kan partner of vriend zijn - Soms nood aan begeleider/therapeut ▪ Ouders laten nadenken wat hun rust brengt Versterken van het ▪ Zodat hun reflectievermogen opnieuw wordt aangesproken eco-systeem (de ▪ Ook voor een begeleider kan dit vermoeiend buitenkring) Interventie: It takes a village Het eco-systeem in beeld brengen en hulpbronnen identificeren ONTWIKKELINGSHUIS – DE BUITENWERELD Richting de lagere school toe, gaan kinderen steeds meer in contact treden met de buitenwereld. Meer dan vroeger komt de buitenwereld ook kijken binnenin het gezinshuis (aan de eettafel, via rapporten, vriendjes, …) Het gezin heeft een weg te vinden in de omgang met de buitenwereld. Heeft het ontwikkelingshuis grote ramen? Of zijn de gordijnen altijd toe? Wordt er naar buiten gekeken? Of blijft het gezinsleven erg onzichtbaar. Hoe wordt er omgegaan met verschil? ONTWIKKELINGSSTOORNIS ADHD – THEORETISCH KADER ADHD: DIAGNOSE Aandachtstekort - Niet lang aan 1 ding kunnen werken Impulsiviteit - Veel vergeten - Veel spullen verliezen - Niet nadenken - Snel afgeleid zijn - Direct antwoorden - Moeilijk doen wat er gevraagd wordt - Tussenkomen - Dromerig - Veel praten - Moeilijk beurt afwachten Hyperactiviteit - Storen - Te hevig te druk volgens leeftijd Voorwaarden: - Moeilijk stilzitten - Prullen met iets in de handen 1) Voor 7 jaar aanwezig - Handen en voeten bewegen 2) Zowel thuis als andere contexten - Behoefte bewegen 3) Andere verklaringen uitgesloten DRIE TYPES? Type 1: ADD - het overwegend onoplettende type: aandachtsproblemen, zonder hyperactiviteit en impulsiviteit - Vaker bij meisjes - Wordt niet snel herkend - Gedrag: dromerig, meer dan gemiddeld moeite om taak te beginnen en aandacht erbij houden, gemakkelijk vergeten en moeite organiseren, vaak moeite leren Type 2: het overwegend hyperactieve en impulsieve type zonder aandachtsproblemen - Nog weinig bekend - Vooral bij kinderen beneden de 7 jaar en is voorloper van type 3 Type 3: het gecombineerde type= ADHD - Aandachtsproblemen, impulsiviteit en hyperactiviteit - Vaker bij jongens HOE VAAK KOMT ADHD VOOR? (PREVALENTIE) - Bij kinderen: 4 tot 6,5% - Vaker bij jongens dan bij meisjes (3 à 4 keer) - In alle culturen - Vaak in co-morbiditeit: ▪ Gedragsstoornis ▪ Enuresis ▪ Angst-en stemmingsstoornis ▪ leerstoornissen ADHD EN LEEFTIJD DSM-criteria (diagnosestelling): - Vaak gedragsvragenlijsten om symptomen vast te stellen De stoornis, in 2/3 van de gevallen, persisteert tot in de volwassenheid - Kans op verergering neemt toe als de symptomen ernstig zijn - Meerdere familieleden ADHD hebben - Gezinsproblemen bestaan - Bijkomende stoornissen (comorbiditeit) Bij ouder worden veranderd het beeld: hyperactiviteit en impulsiviteit nemen af. Aandachtsproblemen sterker aanwezig: ongeorganiseerd, chaotisch, studie en werkproblemen, vergeetachtig en problemen met tijdsplanning - Ontwikkelen van strategieën - Afname van schoolse context Innerlijke onrust OORZAAK ADHD Verschillende beïnvloedende factoren: - BIOLOGISCH - SOCIALE OMGEVING BIOLOGISCH - Neurotransmitters: dopamine en noradrenaline dragen bij tot reguleren van gedrag en die zijn minder aanwezig - Hersenen: zijn vaker kleiner (3 tot 4%) vooral die hersengebieden voor zelfcontrole (frontale kwab) en zelfsturing - Erfelijk: 4 tot 10 keer meer voor bij broers, zussen, familie - Andere: tabak en alcohol bij zwangerschap, zuurstofgebrek geboorte, prematuriteit - Problemen met executieve functies: prefrontale cortex is verstoord: ▪ Heeft de functies van controleren en aansturen └ Het vermogen eigen gedrag, handelingen en gedachten te stoppen (responsinhibitie) └ Het vermogen flexibel van de ene naar de andere situatie te gaan └ De vaardigheid om informatie in het geheugen te houden om een taak te voltooien (werkgeheugen) Deze functies zijn nodig bij het verwerken van nieuwe en complexe informatie Zo kan je afleidende factoren uitschakelen, Plannen Reguleren we emoties en alertheid - SOCIALE OMGEVING: Geen verschil invloed ontstaan Wel verschil invloed op de mate waarin het al dan niet tot problemen leidt: ▪ Pedagogische vaardigheden ▪ Informeren ▪ Sociaal netwerk ▪ School met aandacht en begrip ▪ Goede contacten leeftijdsgenoten ▪ Veel beweging en gezond eten Dus - Kinderen kunnen moeilijk zichzelf sturen - Filter voor prikkels uit te sluiten ontbreekt - ADHD merk je vooral in saaie, niet leuke situaties omdat je dan aandacht moet geven (bij TV of computer wordt je aandacht getrokken) BREED KIJKEN Juist omdat AD(H)D louter een gedragsdiagnose is, is het belangrijk dat verschillende domeinen van functioneren mee in rekening worden gebracht. Welk gedrag is context? Welk gedrag is diagnose? Daarnaast schuilt bij de AD(H)D-diagnose het gevaar dat de problemen ofwel volledig aan kindfactoren ofwel volledig aan opvoeding worden toegewezen. We weten echter dat kinderen hun omgeving sterk nodig hebben voor de ontwikkeling van zelfregulatie, dat verschillende factoren in samenhang de kindontwikkeling beïnvloeden. Problemen onder de noemer ‘AD(H)D’ geplaatst, kunnen vaak begrepen worden als een “mismatch” tussen moeilijk gedrag bij het kind (door moeilijk temperament of AD(H)D) en de omgeving (ouders/leerkrachten) die vaak niet meer weet hoe om te gaan met dit gedrag. Naar behandeling toe moet dus steeds gezocht worden naar – naast de individuele aanpak van het kind – een betere ‘fit’ tussen kind en omgeving/systeem. Afhankelijk van de cultuur waarin kinderen opgroeien, zullen oorzaken van bepaalde gedragingen anders geïnterpreteerd worden → Ander systeem om naar symptomen te kijken → andere prevalentiecijfers → Andere manier om te kijken naar hulp Worden problemen grotendeels bekennen vanuit 1) biologisch; 2) psychosociaal of 3) cultureel perspectief? ADHD komt overal ter wereld voor, maar (1) ADHD wordt niet overal even vaak opgemerkt en op dezelfde manier als storend ervaren (bv. China), en (2) niet overal wordt er op dezelfde manier hulp gezocht Toch moet men opletten voor begripsverwarring! - Biologische factoren zijn oorzaak - Sociale factoren beïnvloeden het verloop OPVALLEND - In de Verenigde Staten wordt tenminste 9 procent van de schoolgaande kinderen gediagnosticeerd met ADHD - In Frankrijk is bij minder dan 5 procent van de kinderen ADHD vastgesteld. - Verklaar? - Franse kinderpsychiaters kijken naar onderliggende oorzaken van het gedrag. Ze zien het als een psychosociaal probleem (afstemming) dat het beste met psychotherapie en counseling aangepakt kan worden. Dat is een andere manier van kijken dan het zien als een biologische stoornis dat met medicatie opgelost kan worden. GEVOLGEN VAN ADHD - Problemen op school → kans leerachterstand - Moeilijk vriendjes houden - Zwaar impact op relaties in het gezin - Zelfbeeld - Grotere kans ▪ Misdaad ▪ Middelenmisbruik 1/3 ernstige problemen als volwassene 1/3 lichte vorm als volwassene 1/3 herstel in puberteit ADHD OOK GOEDE KANTEN - Creativiteit - Afwisseling - Out-of the box denken ADHD IS GEEN GEDRAGSSTOORNIS = Verschillend van gedragsstoornissen: - Oppositioneel opstandige gedragsstoornis (ODD): Langdurig (minstens 6 maanden) vertonen van negativistisch, vijandig en openlijk ongehoorzaam gedrag - Antisociale gedragsstoornis (ASP): Een zich herhalend en aanhoudend gedragspatroon (met een duur van tenminste 12 maanden) waarbij de grondrechten van anderen worden geschaad of belangrijke bij de leeftijd horende sociale normen of regels worden overtreden ADHD is ontwikkelingsstoornis BELANG VAN CONTEXT Minder observeerbaar in: Symptomen worden versterkt in: - In sterk gestructureerde setting - In ongestructureerde setting - In nieuwe situaties - Bij repetitieve activiteit - Wanneer bezig met interessante - In saaie situaties activiteit - Wanneer er veel afleiding is - Wanneer er één-op-één aandacht is - Bij weinig supervisie - In gecontroleerde en gesuperviseerde - Wanneer aangehouden aandacht of context mentale inspanning vereist is - Bij frequente beloningen VERMOEDEN ADHD Praat erover met mensen die je vertrouwt Laat je informeren Zoek professionele hulp - Leerkracht (zorg) - CLB - Kind en gezin - Opvoedingswinkel - Opvoedtelefoon - Huisarts - CAW - Zit stil DIAGNOSE Wie Wat - Psychiater (kinderpsychiater) - Luisteren verhaal - Revalidatiecentrum - Alternatieven die symptomen verklaren - CGG uitsluiten - School contact BELEVING DIAGNOSE - Belangrijk stil te staan bij beleving diagnose - Betekenis van diagnose - Bedenk mogelijke voordelen van de diagnose - Bedenk mogelijke nadelen van de diagnose PROFESSIONELE HULP - Informatie - Medicatie - Ondersteuning bij opvoeding - Leren plannen en organiseren PSYCHO EDUCATION (INFORMATIE) Leren omgaan met ADHD = begrijpen wat ADHD is - Zo misverstanden en foute verwachtingen wegnemen - Zowel kinderen als ouders, broers & zussen, leerkrachten helpen te begrijpen waarom ze soms anders reageren MEDICATIE Rilatine of Concerta: werkzaam middel Methylfenidaat - Verbetert informatieoverdracht - Stimuleert dopamine - Werkt 4 uur - Bij 70% van kinderen een verbetering - Neveneffecten: lengtegroei (verminderd) en verminderde eetlust - Terughoudendheid en onrust bij ouders Dexamfetamine - Bevordert dopamine en noradrenaline - Soms hier betere reactie op Strattera: werkzaam middel Atomexetine - Werkt in op noradrenaline - 24u werkzaam - Effect op eetlust Medicatie is niet voldoende, nooit alleen Kan wel rust creëren of negatieve spiraal doorbreken Kan een hele zoektocht zijn Nadat andere hulpverleningsvormen zijn geprobeerd of als aanvulling op begeleiding. Je kan niet zwemmen als je aan het verdrinken bent, een reddingsboei is dan best handig! BEGELEIDING Individueel op maat Fysieke structuur van de hersenen en de hersenfuncties versterken - Allround benadering (Greenspan, 2010) ▪ Motoriek verbeteren: lichaam onder controle ▪ Handelingen en gedachten plannen en structureren: meerdere handelingen uitschrijven op volgorde, visueel structureren ▪ Reactie van een kind afstemmen op prikkels: welke prikkels (overactief, prikkelhonger) ▪ Reflectief denken: tot zelfreflectie leren komen ▪ Zelfvertrouwen opbouwen: zelfgevoel ondersteunen (je kan het en je hebt het in de hand) ▪ Gezinsdynamiek verbeteren ▪ Gezonde omgeving: lawaai, drukte vermijden AANDACHTSPUNTEN VOOR OUDERS 1. Zorg voor vaste regelmaat (bereid voor op moeilijke situaties) 2. Help mee organiseren en plannen: tekeningen, symbolen 3. Controleer en herinner regelmatig (helpt om complimenten te geven) 4. Zorg voor duidelijke en vaste regels: regels niet te vaak veranderen, ouders zelfde lijn, realistische regels (consequent) 5. Zeg positieve dingen en doe leuke dingen samen 6. Geef duidelijke en korte opdracht. Kies het goede moment, op tijd aankondigen 7. Als er ruzie dreigt, vermijd discussie. Laat even afkoelen. Zorg voor vaste en voorspelbare straffen. 8. Probeer saaie taken leuker te maken. 9. Overleg regelmatig met leerkrachten en school 10. Zorg goed voor jezelf: doe af en toe iets leuk voor jezelf OUDERBEGELEIDING - Alert voor duidelijke regels, consequent straffen en voldoende belonen - Voldoende sensitief en responsief zijn - Leren omgaan met emoties en stress - Gebruik steunbronnen: oudercursussen STOP-DENK-DOE PROGRAMMA’S: MEEST BEKEND Goede taakhouding aanleren: - Eerst luisteren - Dan nadenken hoe je het kan doen - Welk materiaal je nodig hebt SCHEIDING EN NIEUW SAMENGESTELDE GEZINNEN SCHEIDING SCHEIDING IS EEN PROCES - Een scheiding is geen momentopname, maar beslaat een periode. ▪ “Scheiding is een proces dat gekenmerkt wordt door verschillende stressvolle gebeurtenissen die reeds beginnen vóór, aanwezig zijn tijdens en voortduren na de scheidingsgebeurtenis” - Een scheiding is een blijvend proces waar ouders en kinderen in hun dagelijkse leven mee verder moeten. - Het is een proces dat niet stopt bij de beslissing en de uitvoering. Het scheidingsproces begint niet bij het uit elkaar gaan van ouders. En het eindigt daar ook niet. - Als ouders uit elkaar gaan, volgt daarop het zoeken en uitbouwen van een nieuw vervolg. - Scheiding kan pas als je eerst samen bent geweest - Samen dromen, samen beelden, samen WIJ identiteit opgebouwd - Gedeelde verhalen moeten weer individueel ontrafeld worden, dat is pijnlijk en vaak verwarrend… VASTE FASEN OF TOCH NIET? Een scheiding verloopt niet volgens vaste fasen. Alle betrokkenen beleven het op hun manier afhankelijk van hun persoonlijkheid en temperament, of ze het zagen aankomen of niet, welk perspectief ze hebben na de scheiding, hoe ze zich gesteund voelen, hoe de familie ermee omgaat, … Model van Carter & McGoldrick(2004) – Ecologisch gezinsontwikkelingsmodel → Gezinnen zijn dynamisch in transitie: kinderen worden ouder, geboortes, sterftes, verlies van werk, promoties, enzovoort… Elke transitie is een uitdaging voor een gezin. De flexibiliteit wordt uitgedaagd. Aanpassen daagt bestaande patronen uit en vraagt veel kunnen om opnieuw in zijn plooi te vallen. Het scheiden van het gezinsysteem is een heuze opdracht! Vooraf de scheiding: - Periode van stress of conflict - Vaak relationeel keerpunt voordat de relatie wordt beëindigd ▪ Derde partij ▪ Uit elkaar drijven (emotioneel en seksueel) ▪ Apart gaan wonen ▪ Individueel ontwikkelingsproces los van de ander ▪ … Na de scheiding: - Periode van verwerking - Intense gevoelens ▪ Vraagt psychisch veel ▪ 2 tot 3 jaar ▪ Individuele verschillen Waaier aan gevoelens: Verdriet, angst, opluchting, hoop, wanhoop, mislukking, schuld, teleurstelling, kwaadheid, … EERSTE OF TWEEDE BESLISSER Deze verschillende posities brengen vaak een verschillende beleving, verschillende emoties en een verschillende impact op het welbevinden met zich mee Hoe zie je het verschil tussen eerste of tweede beslisser? - Qua beleving - Qua emoties - Qua welbevinden Welke zijn de verschillende belevingen? - Hoe koppel je dat aan ▪ Temperament ▪ Steun ▪ Perspectief ▪ Inzicht OP WELKE DOMEINEN VAN EEN GEZIN KENT GESCHEIDING EEN IMPACT? IMPACT GEZIN Ouders die scheiden, zijn partners die elkaar loslaten maar steeds verbonden blijven door hun kinderen. You may want to kill your former husband or wife, but you don’t want to kill your children’s mother or father. Ouderschap in het vizier houden IMPACT OP HET KIND 1/5 kinderen in België leeft met gescheiden ouders (Morttelmans & Pasteels, 2011) Impact is voor de meeste kinderen tijdelijk: 75% - 80% tonen zich terug veerkrachtig en aangepast aan de nieuwe gezinsvormen na een periode van twee a drie jaar (van rouw → herstel). 20 – 25% vertoont lange termijn problemen: Impact op de schoolloopbaan (vaak jaartje opniew en/of lager opleidingsniveau) Impact op mentaal welbevinden Bij 1/5 kinderen (in de groep van gescheiden ouders) verloopt de scheiding met zeer ernstige conflicten tussen de ex-partners ➔ Grote psychosociale gevolgen Negatieve impact verbonden aan de aanwezigheid van conflict, vechtscheiding, gebrek aan afstemming tussen ouders, … Minder kans op aanwezigheid van beschermende factoren (vb. warm opvoedingsklimaat, goede relatie tussen ouders) Kinderen – waaier aan emoties: angst, onrust, controleverlies, schuldgevoelens, rouwbeleving, meer stress, eenzaamheid, kwaadheid Waaier aan gedrag: Externaliserend gedrag: agressie, destructie Internaliserend gedrag: angst, depressie, … SIGNAALFUNCTIE – Watzlawick: “Alles is communicatie.” – Wat hebben kinderen te vertellen over de noodzaak aan gezinsherorganisatie? VERLIESERVARING KINDEREN Verlieservaring = rouwproces Ze ervaren een verlies van hun vertrouwde gezin als veilige basis, een verlies van dagelijkse gewoontes en gebruiken en onzekerheid over de toekomst. Bovendien komt daar vaak/meestal het verlies bij van de dagelijkse aanwezigheid van beide ouders. Daarbij staan de kinderen voor de opdracht om het verlies te erkennen, waarbij het ontkennen vaak een eerste reactie is. In een rouwproces komen vragen naar boven rond oorzaak of zelfs schuld. Wanneer kinderen op hun eigen blijven in dit proces, riskeren ze de schuld bij zichzelf te leggen. Nood aan rekening houden noden en beleving van kinderen Voor elk kind kan een scheiding andere gevolgen hebben, zelfs voor twee kinderen van eenzelfde gezin. Zij kunnen de scheiding heel anders meemaken; door hun verschillende leeftijd, maar ook door hun temperament, afhankelijk van de mensen bij wie ze terecht kunnen, hun persoonlijkheid, … (multifinaliteit!) LOYALITEITSCONFLICT & PARENTIFICATIE Existentiele loyaliteit: gevoel van te moeten kiezen tussen ouders. “Kan ik beide ouders graag zien?” Gespleten loyaliteit: Kind worden boodschappers en bemiddelaars in ouderlijk conflict. Parentificatie: sparen van de ouders (wegcijferen) en zorgen voor de eigen ouders of brussen (emotionele steun) Het zorgen voor wordt mogelijk een bron van de eigen identiteit met mogelijke grote impact op latere relaties ! onthoud: veel bepalende scharniermomenten in een leven… LOYALITEIT Impact op identiteit - Kind draagt in zijn identiteit stukjes van mama en papa mee… - Kamp kiezen riskeert identiteit te verwerpen of verbergen Impact op spreken → Kinderen leren om niet te spreken (sparen van de ouder) → Paradoxale communicatie: Zeggen dat je naar vader moogt gaan, maar je verdriet of frustratie vertelt een ander verhaal. Wanneer kinderen groter worden en in hun zoektocht naar identiteit en loskomen van hun ouders (differentiëren), verandert vaak hun kijk op verleden loyaliteiten (vb. Band met vader/moeder gemist… “ik ben te loyaal geweest naar één van mijn ouders ten koste van de andere…” WAT KAN HELPEN VOOR KINDEREN? DE VEERKRACHT VAN KINDEREN KAN VERSTERKT WORDEN OP VERSCHILLENDE MANIEREN: Als het kind voelt dat er ruimte is om van beide ouders te blijven houden en met beide ouders een kwaliteitsvolle relatie kan uitbouwen; De verblijfsregeling laat toe dat het kind met beide ouders groeikansen krijgt en komt tegelijkertijd tegemoet aan zijn behoeftes (die veranderen naargelang leeftijd en persoonlijkheid van een kind); Tijdig en expliciet kinderen inlichten over de scheidingsbeslissing en de implicaties die dit zal hebben voor zijn persoonlijk leven met aandacht voor een eerlijk coherent verhaal over het waarom van het uit elkaar gaan van de ouders. Taal aanpassen aan de leeftijd!! Aandacht voor een opvoedingsklimaat met voldoende warmte en steun, controle en structuur VEERKRACHT VERSTERKEN: DUS In gesprek gaan met kinderen en jongeren en uitleg geven (inlichten!) Omgaan met emoties en beleving Bespreken van praktische regelingen (stem geven =/= keuzes) Mogen houden van beide ouders Autoritatieve opvoedingsstijl Hoge mate Warmte & Steun Hoge mate controle en structuur OUDERSCHAP HERDEFINIËREN Als ouders uit elkaar gaan, zal ook de invulling van hun ouderschap er misschien anders gaan uitzien. Dat kan kwetsbaar aanvoelen of onzeker maken. Ouders die apart wonen moeten in een totaal nieuwe context vormgeven aan hun ouderschap. Ze staan alleen in voor de opvoeding van hun kind(eren). Er komt onzekerheid over de manier van opvoeden: Doe ik het goed? Als alleenstaande ouder kan er beroep gedaan worden op rollen die de ouder in het verleden misschien minder sterk opnam: verzorgende rol, begrenzende rol, uitdagen van kinderen in het exploreren en durven, … Ouders riskeren kritiek van hun omgeving omwille van hun scheiding, waardoor ze zich onzeker kunnen gaan voelen (ideëen rond goed en slecht ouderschap!) Kinderen kunnen zich moeilijker gaan gedragen, duidelijk verdriet tonen, … Dat vraagt extra inspanningen van ouders en kan gevoelens van onzekerheid met zich meebrengen. Soms lijkt het voor ouders dat hun kind de andere ouder ‘liever’ ziet. Dat kan heel moeilijk zijn voor een ouder. Ze voelen zich dan angstig dat de band met hun kind slechter zal worden. Ouders kunnen een kind heel erg missen. Ze zijn zeer blij als hun kind komt, maar het doet veel pijn als het weer weggaat. Altijd opnieuw afscheid nemen went soms, maar soms ook niet en op sommige momenten gaat het, maar op andere momenten is het pijnlijk... IN DE MAALSTROOM VAN CONFLICTEN Uit diverse studies blijkt dat kinderen het niet zozeer moeilijk hebben met de scheiding op zich, de mate en de blijkt een risicofactor te zijn. Conflictueus ouderschap is normaal in de eerste fase (1-2jaar na scheiding) –> Het hertekenen van relaties is complex (woede/verlies/teleurstelling). Slechts een kleine groep, 10% - 20%, raakt verzeild in conflict patronen Ouders menen te strijden voor het goed van hun kinderen, maar verliezen in de strijd het oog voor het welzijn. Ze zijn gevangen en blind in de strijdende interactie. De Maalstroom van conflict - Hele systemen (gezinnen en hun achterban) raken verzeild in de strijd, inclusief hulpverleners. Het is ontzettend moeilijk om niet meegesleurd te worden in het kiezen van kampen (slechte vader/ slechte moeder/ slachtoffer – dader). Systemische kijk ➔ Aandacht voor de patronen in de interactie ≠ waar een wil is, is een weg. De maalstroom is genadeloos. MEERZIJDIGE PARTIJDIGHEID – BLIJVEN STAAN ALS HULPVERLENER BUITEN DE STORM Benoemen van de strijd, van de interactiepatronen waar mensen in verzeild raken → externaliseren van het conflict. Verbinden met de intentie tot zorg die schuilt achter de strijd, “vb. Je doet wel heel hard je best om een aanwezige vader te zijn wanneer je niet wilt afwijken van de regeling. Wat knap ! Maar, kan je in jouw zorg ook luisteren naar wat jou kind jou probeert te vertellen over wat die moeilijk vindt?” Aandachtig blijven voor de relationele loyaliteit van het kind (zeker wanneer kinderen kamp lijken te kiezen!) → ruimte maken voor het kind om zich los van de druk uit te spreken. Kind als Gids in het gescheiden systeem (Andolfi) – Houd loyaliteit in het vizier! Kinderen helpen om te spreken, ouders aanmoedigen om echt te luisteren. Erkenning geven, maar het volledige systeem in het vizier houden. Doorverwijzing… NIEUWE SAMENGESTELDE GEZINNEN Combinate van verschillende gezinsklimaten en regels → Ritsen van gezinnen duurt gemiddeld zeven jaar. Impact nieuwe relatie = ouder verandert (in gedrag/beschikbaarheid/opvoedstijl) → Verlieservaring voor kind (verlies van een thuis) 40% van de nieuwe relaties na scheiding worden opnieuw beëindigd. → Opeenvolging van verlieservaring(en) OUDERSCHAP REORGANISEREN NA SCHEIDING Het gaat daarbij om vragen als: wie kan waarover beslissen, op welke momenten verblijft een kind bij welke ouder, welke school kiezen, hoe verlopen de momenten waarop het kind wordt gehaald of gebracht, hoe de hobby’s van de kinderen organiseren, … Daarbij is het voor veel ouders een hele opdracht om hun conflicten als partners los te zien van het ouderschap Het vraagt bovendien om verschillende perspectieven samen te leggen: wat heeft de ouder voor zichzelf nodig en wat zijn de noden van het kind? Aandacht voor verlies: ”kerngezin” kan nooit hersteld worden na scheiding. Ouders worden onvermijdelijk éénoudergezinnen (zelfs bij nieuw-samengestelde gezinnen).” Transities kosten tijd en energie. Er moeten nieuwe patronen en rollen ontwikkeld worden. Vader heeft zich altijd thuisgevoeld in zijn rol als pretmaker, met humor kwam hij ver in het gezin. Moeder stond eerder in voor de strenge hand. Na de scheiding voelt vader dat hij meer moet begrenzen, moeder merkt dan weer op dat ze last heeft van het feit dat ze enkel nog maar streng lijkt te zijn voor haar kinderen. Lieve Cottyn: Belang van taal → Onderscheid maken tussen ouders en opvoeders (plus ouders =/= ouder). !! Kinderen kiezen niet voor de partners van hun ouders. Een hechte band is niet vanzelfsprekend (kerngezin is weg). Ouders erkennen in hun verlies van het ”gezinnetje” Gezin vormen ≠ samenleven onder één dak ADOLESCENTEN IN VERZET & EMOTIONELE PROBLEMEN ADOLESCENTIE Biologische verandering - De puberteit → lichamelijke verandering: hormonale veranderingen - Ontdekken en experimenteren met de eigen seksualiteit en genderidentiteit. - Veel lichamelijke verandering en cognitieve ontwikkeling - Het brein is erg hard aan het werk met ontwikkelen en nieuwe ervaringen`→ veel energie nodig! (vreetbuien) Psychologische verandering - Sommige processen die voordien vlot gingen, worden tijdelijk onder druk gezet - De ontwikkeling van het zelf als individu krijgt een boost - Confrontatie met verschil - Raken terug vast in een egocentrisch denken (ook zwart/wit denken) - Grote emoties → de hechtingsblauwdruk wordt weer opengetrokken en kan gecorrigeerd worden of kwetsing oplopen - Magisch denken in eigen kunnen – Risico’s worden fout ingeschat/ zichzelf en de eigen veiligheid onderschatten ▪ “Ik kan mij goed genoeg veilig houden als ik afspreek met een vreemde van het interenet.” Sociale verandering - Hyperfocus op zichzelf → hyper focus op zichzelf (iedereen kijkt naar mij…) ▪ Ouders: ”onze zoon is enkel met zichzelf bezig.” - Peer group wordt belangrijker Eigen ruimtes … ontwikkelen van de privéwereld GROOT WORDEN IN HET KERNGEZIN: VIJF KERNTHEMA’S Gezinsontwikkelingsperspectief - Vooraleer je in contact komt met de brede buitenwereld, ben je (jong) kind in een gezin. Doorheen de jaren verschuiven binding en samenhoren naar het binnenbrengen van de buitenwereld en het verschil. Anders uitgedrukt, vanuit veilige verbindingen ontwikkelt het kind zich tot een autonome en zelfstandige volwassene. Deze ontwikkelingstocht is relationeel en enkel te verstaan vanuit de context van het gezin (of de context van primaire opvoeders). Regulatie van afstand en nabijheid: - Hechting en binding (veiligheid) Het opbouwen van een functionele structuur en organisatie (regels en voorspelbaarheid) Het vormen van interne en externe grensmechanismen: - Affiliatie (toelaten van de buitenwereld) Het zoeken naar een eigen identiteit en betekenisvolle narratieven: inclusie (plek voor je eigen stem) Het omgaan met loslaten in verbinding en afscheid nemen GEZINSTHEMA’S TIJDENS DE ADOLESCENTIE - De privéwereld wordt belangrijk. (ik weet niet meer waar mijn kind mee bezig is…Help?!) - Hevige emoties en groot verzet (tiener rebellie) zijn nuttige emoties in de vorming van het zelf (de waarde van boosheid), maar schudden het gezin stevig door elkaar. Roepen tieren smijten… - Ouders worden opnieuw geconfronteerd met eigen hechtingsthema’s en raken vaak vast opnieuwn vast in de echo’s van het verleden (op welke manier zijn zij zelf deze periode door gekomen? Was er aandacht voor differentiatie?) - Gezinnen met kinderen van verschillende leeftijden raken in de war omdat opvoeden bij elk kind iets anders vraagt. - Ouders staan voor een erg moeilijke evenwichtsoefening in los te laten & in te grijpen wanneer tieners hun eigen kunnen overschatten of risico’s onderschatten. STRESS BIJ DE OUDERS Veel stress in het ouderschap -> minder ruimte voor mentalisatie (begrijpen en sturen van eigen gedrag en eigen emoties; vermogen om de ander goed te begrijpen) Belang van als ouder zorg dragen voor zichzelf – Co-Parenting Team - Ook ouders hebben soms nood aan een kapitein die het roer overneemt! - Ouders helpen elkaar terugkomen in hun window of tolerance (co-regulatie) - Als Co-Parenting team verdelen ouders de stukken die hun beter af gaan, samen maken ze een volledig verhaal (vb. papa kan emotioneel erg veel stilstaan en vertragen, mama moedigt aan om te exploreren!) Kan partner of vriend zijn Soms nood aan begeleider/therapeut Versterken van het - Ouders laten nadenken wat hun rust brengt eco-systeem (de - Zodat hun reflectievermogen opnieuw wordt aangesproken buitenkring) - Ook voor een begeleider kan dit vermoeiend HECHTING LIGT TERUG OPEN EN WORDT HERSCHREVEN … Relaties met de buitenwereld winnen aan belang. ONTWIKKELINGSKANSEN BIJ DE ADOLESCENTIE Eigen vleugels uitslaan (kleurrijke vogels die het nest verlaten) Peter Rober (2012) spreken over bezorgdheden in plaats van problemen en verstorend gedrag) → De shift ontlast de tiener van het probleemverhaal en herpositioneert ouders om na te denken over wat zij kunnen doen in antwoord op. Kansen om constructief om te leren gaan met Conflict. Verbinden in verschil VERBINDING EN AUTONOMIE: KLEINE EN GROTE IK We hebben elk een kleine ik en een Grote IK. Kleine ik staat voor kwetsbaarheid, gevoelswereld. Kleine ik verlangd er naar om gezien en getroost te worden. Kleine ik gaat op zoek naar verbinding en samenzijn. Grote IK staat voor autonomie en zelfstandigheid. Grote IK pakt het leven vast en neemt de rationele beslissingen. Grote IK probeert de wereld alleen aan te pakken en zelfstandige successen op te bouwen OPVOEDING Kinderen hebben ouders nodig om vorm te geven aan kleine ik en Grote IK (denk aan co-regulatie) – Wisselen tussen steunen en troosten & aanmoedigen om verder te proberen… Dat vraagt van ouders intern kunnen reguleren (balans tussen kleine ik en Grote IK). Dat is niet altijd vanzelfsprekend (angst/onzekerheid/ …). Ouders hebben soms eerst werk te doen om kleine en Grote IK in balans te brengen. In het opgroeien, omwille van de thuiscontext of stressvolle gebeurtenissen, komen kleine ikjes - ontregeld, vol emotie, stuurloos, grote afhankelijkheid - of Grote IKjes - onthecht van emotie, overmatig cognitief, rigide drang naar behoud van zelfstandigheid – wel eens meer op de voorgrond ten koste van de andere ik. Geweldloos verzet van Homer: De ideeën van Geweldloos Verzet is een concept dat wordt geassocieerd met de psychiater Haim Omer, die het toepaste in opvoeding, therapie en conflicthantering. In geweldloos verzet wordt de relatie en aanwezigheid centraal gezet in plaats van controle en gezag uit te oefenen. De kernprincipes van Homer’s geweldloos verzet zijn: 1) Zelfcontrole: Ouders of verantwoordelijken leren hun eigen impulsen te beheersen om escalatie te voorkomen. 2) Aanwezigheid tonen: Het accent ligt op vastberaden, kalm en consistent optreden zonder agressie. 3) Verbinding en steun: Het versterken van sociale netwerken om niet geïsoleerd te handelen, zoals hulp zoeken bij vrienden, familie of professionals. 4) Verzet zonder confrontatie: Acties zoals sit-ins, duidelijke grenzen stellen, en niet toegeven aan destructief gedrag, zonder fysiek of verbaal geweld. “Je mag duwen, roepen en tieren. Ik blijf wel staan.” De aanpak is erop gericht de situatie te veranderen door volharding en moreel gezag, zonder gebruik van geweld of macht. VAN MACHT NAAR KRACHT Macht en controle zijn ideeën die afkomstig zijn uit een hierarchisch denken op gezag ”Omdat ik het zeg!”. Gezag op deze manier streeft naar het onderwerpen en het uitoefenen van controle. Vanuit een klassiek denken over macht en controle staan er winnaars en verliezers op het spel. Ouder en kind gaan strijden voor het gelijk. Kwetsbaarheid dreigt dan als een toegeven van verlies aan te voelen. Macht en gezag verstikken de kans tot herstel en verzoening. Tieners gaan grenzen aftasten en in leren opkomen voor hun eigen waarden en maken verschil. Ouders die rigide vasthouden aan gezag en controle, riskeren vast te komen in vicieuze cirkels waar meer controle leidt tot meer verzet, wat leidt tot meer controle. Een circulaire interactie die de relatie tussen ouder en kind beslecht. Kracht legt de focus op aanwezig blijven. Dat wilt niet zeggen dat het kind controle neemt. Als ouder trek je wel degelijk grenzen op. Maar in de grens reik je ook een andere boodschap aan: “Ik grijp hier in omdat het gedrag dat je stelt niet door de beugel kan. Maar ik blijf je graag zien en ik blijf bereikbaar voor jou als zorgfiguur. Zelfs wanneer jij zegt dat jij mij niet nodig hebt.” Geweldloos verzet zet in op het bevorderen van de relatie. Kinderen en jongeren leren dat de relatie stevig genoeg is om conflict te incasseren. Er ontstaat ruimte voor het verschil en er groeit vertrouwen in het herstel. KWETSBAARHEID IN RELATIES Breuken en herstel NIEMAND IS PERFECT! GELUKKIG MAAR! Het belang van herstel - Opvangen van de emoties en samen draaglijk maken - Stress hanteerbaar maken - Erover reflecteren - Containment en Mentalisatie - GOOD ENOUGH! (mildheid) - Versterken van relaties SHARED VULNERABILITY Gedeelde Kwetsbaarheid ontstaat vanuit een engagement om relatie aan te blijven gaan. Waar individuen en groepen zich veilig genoeg voelen om uitdagingen, krachten en grenzen te delen en samen te leren in een sfeer van wederkerigheid, acceptatie en respect. Wanneer gedeelde kwetsbaarheid botst op onzekerheid en het ‘niet-weten’, hebben we contact te maken vanuit bescheidenheid, reflectie, in-vraag- stellen en leren. Menselijke waardigheid en erkenning krijgt plek in een relationele ruimte waar plek is voor (de grenzen) van het kunnen en onze persoonlijke verantwoordelijkheid. AANDACHTSPUNTEN BIJ WERKEN AAN KWETSBAARHEID - Respect voor de weerstand - Verkennen van de drempel - Noden en angsten ernstig nemen en goed containen (= co-reguleren of inpakken) - Kleine stappen waarderen, - Zorgen dat je er bent op een voorspelbare en betrouwbare manier (een rots in de storm…) SAMENWERKEN = TWEERICHTINGSVERKEER Verschillende brillen op weerstand DE DRUK OM SAMEN TE VALLEN … Vanuit de maatschappij leren we moeilijk omgaan met verschil - “Het is zwart of wit.” ▪ “Als je niet voor mij bent, dan ben jij tegen mij.” - Erg actueel: de maatschappelijke thema’s en politieke debatten zetten meer en meer aan tot polariseren. Het verdragen van verschil en het vermogen tot verbinden staan onder druk. Omgaan met verschil is een uitdaging waar we voor het eerst mee geconfronteerd worden binnen de context van het eigen kerngezin. - Denk eens aan jouw eigen gezin? Was er plek om te verschillen (differentiëren) of voelde je vooral een druk om samen te vallen. - Het is een uitdaging die in veel gezinnen heel moeilijk aangegaan wordt. Hedendaags zetten ouders in op gelijksgestemdheid en harmonie. Het verdragen van verschil vraagt om een stukje spanning aan te gaan