Overzicht toetsstof economie periode 1 PDF

Overzicht toetsstof economie periode 1 (hoofdstuk 3 + 4.2) 3.1 Overheidsbegroting Ontvangsten & uitgaven van de overheid Rekenen met procenten (bijv. BTW) Overheidssaldo (tekort of overschot) & Overheidsschuld EMU-normen Leerdoelen 3.1: 1. Je kunt de belangrijkste o...

Overzicht toetsstof economie periode 1 (hoofdstuk 3 + 4.2) 3.1 Overheidsbegroting Ontvangsten & uitgaven van de overheid Rekenen met procenten (bijv. BTW) Overheidssaldo (tekort of overschot) & Overheidsschuld EMU-normen Leerdoelen 3.1: 1. Je kunt de belangrijkste ontvangsten en uitgaven op de overheidsbegroting noemen. 2. Je kunt het verschil tussen directe belastingen (bijvoorbeeld inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting) en indirecte belastingen (bijvoorbeeld btw en accijns) uitleggen. 3. Je kunt de verschillen en overeenkomsten tussen volksverzekeringen en werknemersverzekeringen uitleggen. 4. Je kunt het overheidssaldo in een bepaalde periode en de overheidsschuld op een bepaald moment berekenen. 5. Je kunt de twee EMU-normen uitleggen en berekenen. 3.2 Inkomstenbelasting Theorie over het boxenstelsel (box 1, 2 & 3) Belastingtarieven (proportioneel & progressief) Rekenen met het boxenstelsel (alleen box 1 & 3) Rekenen met belastingdruk (gemiddeld & marginaal) Leerdoelen 3.2: 1. Je kunt de belangrijkste kenmerken van het Nederlandse boxenstelsel voor de inkomstenbelasting beschrijven. 2. Je kunt het onderscheid tussen een proportioneel en progressief belastingtarief uitleggen. 3. Je kunt de inkomstenbelasting in box 1 berekenen. 4. Je kunt de gemiddelde en marginale belastingdruk berekenen. 5. Je kunt de inkomstenbelasting in box 3 berekenen. 3.3 Sociale zekerheid Sociale voorzieningen & sociale verzekering Groene druk & grijze druk Omslagstelsel 3 vormen van pensioenvoorziening Leerdoelen 3.3: 1. Je kunt de verschillen en overeenkomsten tussen sociale voorzieningen en sociale verzekeringen uitleggen. 2. Je kunt de verschillen en overeenkomsten tussen volksverzekeringen en werknemersverzekeringen uitleggen. 3. Je kunt de groene druk en grijze druk berekenen. 4. Je kunt de drie mogelijke pensioenvoorzieningen noemen. 5. Je kunt de financiering van het staatspensioen / AOW uitleggen (omslagstelsel). 6. Je kunt de problemen (en mogelijke oplossingen) bij de financiering van het staatspensioen noemen. 4.2 Ongelijkheid Oorzaken en gevolgen van inkomensverschillen Primair & secundair inkomen Lorenzcurve, parade van Pen & vermogensverdeling Leerdoelen 4.2: 1. Je kunt oorzaken en gevolgen van inkomensverschillen noemen. 2. Je kunt een Lorenzcurve tekenen, aflezen en rekenen met de uitkomsten. 3. Je kent het onderscheid tussen primair inkomen en secundair inkomen en kunt uitleggen waarom de verdeling van het secundaire inkomen (in Nederland) minder scheef is dan de verdeling van het primaire inkomen. 4. Je kunt uitleggen wat nivelleren en denivelleren betekent. 5. Je kunt uitleggen dat er een positief verband bestaat tussen inkomen en vermogen (en tussen vermogen en inkomen). Begrippenlijst voor periode 1: 1. Accijns 2. Btw 3. Directe belasting 4. Indirecte belasting 5. Inkomstenbelasting 6. Vennootschapsbelasting 7. Volksverzekeringen 8. Werknemersverzekeringen 9. Overheidsbestedingen 10. Overheidssaldo 11. Overheidsschuld 12. Overheidsuitgaven 13. EMU-normen 14. Aftrekpost 15. Belastbaar Inkomen 16. Brutoloon 17. Nettoloon 18. Heffingskorting 19. Progressief belastingtarief 20. Proportioneel belastingtarief 21. Belastbaar vermogen 22. Heffingsvrij vermogen 23. Sociale voorziening 24. Sociale verzekering 25. AOW 26. Grijze druk 27. Groene druk 28. Omslagstelsel 29. Primair inkomen 30. Secundair inkomen 31. Denivelleren 32. Lorenzcurve 33. Nivelleren 34. Overdrachtsinkomen 35. Parade van Pen Tips om te leren: - Kijk goed wat cumulus allemaal voor opties heeft (test jezelf, begrippentrainer, filmpjes) - Zoek over lastige onderwerpen filmpjes op. - Maak extra opdrachten (vooral bij rekenonderwerpen is oefenen erg belangrijk). - Extra opdrachten staan in je boek of zelf opzoeken. - Maak een mindmap.