Nederlands Semester 1 PDF
Document Details
Uploaded by Deleted User
Tags
Summary
This document appears to be a set of notes on Dutch literary movements including Romanticism, Realism, Naturalism, and Impressionism, along with other related topics, and their characteristics.
Full Transcript
**Nederlands: Kunststromingen** **[Romantiek]** [Historische context:] Ontstaan in 18de eeuw als reactie tegen de verstandelijke en didactische kunst van verlichting + het classicisme (preromantiek) [Romantische auteurs ] - - **Jean-Jacques Rousseau (Verlichtingsdenker)** Mens van natuur...
**Nederlands: Kunststromingen** **[Romantiek]** [Historische context:] Ontstaan in 18de eeuw als reactie tegen de verstandelijke en didactische kunst van verlichting + het classicisme (preromantiek) [Romantische auteurs ] - - **Jean-Jacques Rousseau (Verlichtingsdenker)** Mens van natuur goed ➞ door opvoeding en corruptie slecht ↳ Retour à la nature (terug/ verlangen naar natuur en verleden voor IR) **Piet Paaltjens, pseudoniem van François Haverschmidt** - Dien avond en die rooze - Guido Gezelle [Kenmerken:] 1. - - 2. - - - 3. - 4. 5. **[Zwarte romantiek]** = duistere vorm van de romantiek - - - **[Realisme]** [Historische context: ] Fascinatie voor wetenschap en objectiviteit - - [Kenmerken:] 1. - 2. 3. - - - 4. - - 5. - **[Naturalisme]** ↳ willen werkelijkheid tonen + verklaren waarom ze is zoals ze is - - - - [Kenmerken:] 1. 2. 3. 4. 5. **[Impressionisme]** - - - - **[Sonnet]** - - - - - - - **[De Tachtigers]** ➔ onafhankelijke literatuur los van de maatschappij l'art pour l'art, art for art's sake = kunst heeft geen doel maar kunst zijn. - Impressionisme - - - **[De Nieuwe Gids ]** - - - - **Nederlands: Dystopische Verhalen** **[Dystopie]** - - [Kenmerken] 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. **Nederlands: Taalverwantschap** [Taalverwantschap] - - Nederlands behoort tot de familie van de Germaanse talen. Opgesplitst: - - - [Valse woorden] Woorden die op een woord uit een andere taal lijken, maar niet dezelfde betekenis hebben. ➞ leiden meestal tot verwarring. Uit zich in versprekingen, vertaalfouten of verkeerde interpretaties =\> humoristisch effect. **I always get my sin** ≠ Ik krijg altijd mijn zin. sin = zonde niet zin +-----------------------------------+-----------------------------------+ | einladen = uitnodigen | bees: koe | | | | | Jungfrau = maagd | kaal: naakt | | | | | Mist = mest | kophou: rustig blijven | | | | | schlimm =er | lemoen: sinaasappel | | | | | bellen = blaffen **Duits** | seekoei: nijlpaard **Afrikaans** | | | | | actual = eigenlijk | fier: ver | | | | | to control = besturen | jaar: vier | | | | | eventually = uiteindelijk | selskip: gezelschap | | | | | gang = bende | slim: slank | | | | | slim = dun **Engels** | wei: weg **Fries** | +-----------------------------------+-----------------------------------+ [Hoogduitse klankverschuiving] Taalkundigen stellen dat rond 500 na Christus in het West-Germaanse gebied een klankverandering begon, de tweede of Hoogduitse klankverschuiving. Deze vond vooral plaats in het Alpengebied en Zuid-Duitsland, maar bereikte Niedersachsen, Friesland en Nederland niet, wat bijdroeg aan de scheiding tussen het Duits en Nederlands. - - - **Vergelijkingen tussen Nederlands, Engels en Duits -\>** Er zijn veel overeenkomsten tussen de drie talen, maar ze verschillen ook van elkaar. [Hoeveel lidwoorden?] +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ | **Nederlands** | **Duits** | **Engels** | | | | | | 2 | 3 | 1 | +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ [Hoeveel naamvallen?] +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ | **Nederlands** | **Duits** | **Engels** | | | | | | Geen | Nom, Acc, Dat en Gen | Geen | +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ [Hoeveel verschillende vormen hebben regelmatige werkwoorden in O.T.T.] +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ | **Nederlands** | **Duits** | **Engels** | | | | | | 2 enk - 1 mv | 3 enk - 2 mv | 2 enk - 1 mv | | | | | | - - | - - | - - | +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ [Woordvolgorde] [**S (Subject):** Hij **V (Verb):** leest **O (Object):** de krant] +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ | **Nederlands** | **Duits** | **Engels** | | | | | | SVO | SVO | SVO | | | | | | - | - | - | | | | | | SOV | SOV | Geen veranderingen | | | | | | - | - | - | +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ [Vorm van het adjectief ] +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ | **Nederlands** | **Duits** | **Engels** | | | | | | Adjectief wordt | Adjectief wordt | Adjectief heeft | | verbogen | verbogen | dezelfde vorm | | | | | | - | - | - | +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ [Hoofdtijden ] +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ | **Nederlands** | **Duits** | **Engels** | | | | | | Sterke ww | Sterke ww | Sterke ww | | | | | | - | - | - | | | | | | Zwakke ww | Zwakke ww | Zwakke ww | | | | | | - | - | - | +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ **Sterke werkwoorden** veranderen van klinker in de verleden tijd en hebben geen -te/-de: - **Zwakke werkwoorden** krijgen een -te/-de in de verleden tijd en veranderen niet van klinker: - **Evolutie Nederlands** Door weinig historisch taalmateriaal kan het 1^ste^ Oudnederlands niet precies worden gedateerd. Vanaf de middeleeuwen spreekt men van Middelnederlands, gesproken van ongeveer 1150 tot 1500. Na de Val van Antwerpen in 1585 verplaatste het centrum van het Nederlands naar Nederland. Vanaf de 16e eeuw noemt men het taalstadium (vroeg-)Nieuwnederlands. In de 20e eeuw ontstond het Algemeen Beschaafd Nederlands (ABN), later bekend als Algemeen Nederlands (AN). **[Bundel: De oorsprong van het Nederlands]** 1. 2. - - - - - 3. 4. 5. 6. 7. 8. - - 9. 10. 11. 12. 13. 1. 2. 3. **Probleemoplossende discussie** [Fase 1: Beeldvorming en oriëntatie] ➞ *Waar heb je het eigenlijk over?* Zorg ervoor dat iedere deelnemer een duidelijk en compleet beeld heeft van het gespreksonderwerp. ➞ gebruik van vragen: wie, wat, waar, wanneer en waarom. 1. 2. 3. A. B. C. [Fase 2: Oordeelsvorming en verdieping] ➞ *Hoe krijg je dit probleem de wereld uit?* Een hoe-vraag dient vaak als hoofdvraag in deze fase: bv. - - - - [Fase 3: Besluitvorming en knopen doorhakken] ➞ *Wat ga je doen? Wie doet wat, en wanneer?* 1. 2. 3. 4. 5. **Non-verbale communicatie** - - [Functies:] 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. **Woord- en zinsbetekenis** [Inhoudswoorden:] hebben een zelfstandige betekenis, los van de situatie waarin ze worden gebruikt, en verwijzen naar een buitentalige referent. - - - - [Neologismen:] Nieuwe woorden die ontstaan wanneer er nieuwe referenten in de werkelijkheid verschijnen, zoals bij uitvindingen of trends. [Archaïsmen:] Woorden die verdwijnen uit de taal omdat de referent in de werkelijkheid niet meer bestaat. [Functiewoorden:] zijn lidwoorden, voorzetsels en voegwoorden met betekenis afhankelijk van de context in een woordgroep. - - - [Deiktische woorden:] hebben een situatiegebonden betekenis. - - - - Bestaande woorden ondergaan soms een betekenisverandering: - - [Betekenisverschuiving:] Als de oorspronkelijke betekenis helemaal verdwijnt. [Betekenisuitbreiding:] De betekenis van een woord wordt ruimer. [Betekenisinperking:] De betekenis van een woord wordt specifieker. **[Mytonymie (stijlfiguur)]** Zegt niet rechtstreeks wat je bedoelt, maar gebruikt een woord dat daarmee te maken heeft. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. [**Idioom** ] Een idioom is een taaleenheid met een vaste vorm. De betekenis van een idioom is niet te herleiden uit de losse woorden. Het is een vorm van beeldspraak.Idiomen moeten figuurlijk en niet letterlijk geïnterpreteerd worden. Idiomen zijn vaak vaste uitdrukkingen die niet vervormd kunnen worden. - - - - - **[Zinssemantiek]** - - - - **Tekst basisboek: betekenis en referent** 1. - - - ### 2. - - - - - 3. ⇒ bij referent hoort een beeldvorming - - - - - - - ⇒ lexicale woorden - - - - - - 4. ⇒ combinatiemogelijkheden van een lemma of trefwoord - ⇒ Idiomen zijn onveranderlijk!! - ⇒ spreekwoorden is ook een vorm van een idioom - - **Meningen** **[Feitenketting ]** Zetten feiten en/of gegevens op een rij. - **[Framing]** Is een overtuigingstechniek waarbij je kiest voor woorden en beelden die bij je ontvanger een heleboel associaties oproepen. Je kleurt als het ware je berichtgeving zodanig in dat je je ontvanger weet te beïnvloeden. Framing wordt dan ook vaak gebruikt in reclamecampagnes. - - **[Column]** 1. 2. 3. 4. 5. **Taalredactie** **[Semantisch principe]** In een aantal gevallen hangt de spelling af van de betekenis. Een *pijl* is iets anders dan een *peil*. - - - - - - 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. **[Voorzetsels]** Aan, bij, door, voor, met, in, op, onder, tussen, naast, boven, zonder, over, ui, naar tot, van over - - - - - [Academische taal] - - - - - - - - - - [Latijnse woorden:] - - - - - - - - - - - - - - - **[ICT-terminologie:]** digitale detox - ghosten - nomofobie - shopaholic - digitale kloof - e-zine - digitaal natives **Woord van de week (30)** Aanmeren Vastleggen van een schip ---------------------------- --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Het altruïsme Anderen helpen zonder eigen belang ( tegenpool egoïsme) De aureool Een ring van licht om het lichaam van goddelijke/heilige personen Begeesteren Inspireren, tot hartstocht brengen, bezielen Bekrompen Te simpel van opvatting, zonder begrip voor anderen Billijk Redelijk, eerlijk Communiqué Officiële mededeling aan het publiek Conjuctuurklimaat De algemene economische situatie van een land of regio, waarbij vooral wordt gekeken naar de op en neergaande bewegingen in de economie, zoals groei en krimp Debacle Een afgang, ondergang, mislukking Geagiteerd Opgewonden, nerveus De hoedanigheid In de rol of functie van iemand spreken of die rol/functie uitvoeren. De ketterij Afwijkende mening of afwijking van een dominante theorie, mening of praktijk Kwasterig Aanstellerig, elitair Lethargisch Erg moe en zonder energie, vaak zonder duidelijke reden Luguber Angstaanjagend, griezelig De melancholie Een gemoedstoestand die wordt gekenmerkt door een aanhoudend gevoel van droefheid of somberheid, meestal zonder reden De misantroop/misantropie Een levenshouding die wordt gekenmerkt door een pessimistische visie op de samenleving en het wantrouwen van mensen (synoniem mensenhaat) Onwrikbaar Waar niets tegenin te brengen is, zonder twijfel Opperen Iets aankaarten/naar voren brengen/suggereren Opruiing Het aanzetten tot het plegen van misdrijven en wanbedrijven Reduceren Verminderen De retoriek Het gebruik van overtuigende taal en beelden om mensen in een bepaalde richting te laten denken Saneren Gezond maken Significant Van groot belang De spelonk Een holte in een heuvel of berg De stripfanaat Een fanatiek liefhebber van strips Summier Kort en bondig Teisteren Ernstig beschadigen of grote overlast veroorzaken, vaak voor een langere periode Het venijn Verborgen en scherpe woede In het verdomhoekje zitten Veel kritiek krijgen, nooit iets goeds kunnen doen