Kunst algemeen Bart en Arjen PDF
Document Details
Uploaded by AthleticAntigorite9841
Kiona Oderkerk
Tags
Summary
Deze document beschrijft lesmateriaal over kunst, specifiek over de Barok, Nederlands Classicisme, en de kunststromingen van de 19e eeuw. Het belicht werken van Rembrandt, Vermeer, en kunstenaars zoals Jean-Honoré Fragonard. Er wordt ook aandacht besteed aan de Rococo periode.
Full Transcript
KUNST ALGEMEEN FADE 2 PERIODE 6 KIONA ODERKERK Docent Beeldende kunst en Vormgeving DE LES VAN DINSDAG 17 SEPTEMBER 2024 Samenvatting: Kenmerken van de Barok en Nederlands Classicisme De les begon met de centrale vraag: Waaraan herken je de Barok? De Barok...
KUNST ALGEMEEN FADE 2 PERIODE 6 KIONA ODERKERK Docent Beeldende kunst en Vormgeving DE LES VAN DINSDAG 17 SEPTEMBER 2024 Samenvatting: Kenmerken van de Barok en Nederlands Classicisme De les begon met de centrale vraag: Waaraan herken je de Barok? De Barok kenmerkt zich door een bewegelijke compositie en een sterk licht-donker contrast, ook wel chiaroscuro (Clair-obscur) genoemd. Deze stijl wordt vaak toegepast in dramatische en levendige kunstwerken. In Nederland zag je ook het Nederlands Classicisme, zoals te zien in Het meisje met de parel van Johannes Vermeer. Een ander bekend werk uit deze periode is De Nachtwacht van Rembrandt van Rijn, waarin Barokinvloeden duidelijk zichtbaar zijn. Vormgeving en Voorstelling Vormgeving gaat over de beeldaspecten zoals: o Techniek en materiaal. o Ruimte en kleur. o Licht-donker contrast: dit maakt het schilderij levendig. o Dynamische compositie: diagonale lijnen en beweging. Voorstelling gaat over wat wordt afgebeeld, vaak met nadruk op beweging. o In De Nachtwacht zie je bijvoorbeeld een persoon die een stap zet, speren die in verschillende richtingen wijzen, en figuren in actie. Levendigheid in Kunstwerken In De Nachtwacht zorgt het licht-donker contrast en de dynamische compositie voor een levendige indruk. o Het werk is niet extreem gedetailleerd, maar dit benadrukt juist de levendigheid, zoals je ook ziet bij het meisje in het schilderij. o Een detailfoto van de techniek toont hoe deze losse schilderstijl levendigheid toevoegt. Vergelijking met Het groepsportret van de Jeruzalemvaarders van Jan van Scorel (1528): o Hier zie je levendigheid in details zoals: ▪ Verschillende handposities. ▪ Een omgevouwen blaadje. ▪ Blikken en gezichten die in uiteenlopende richtingen wijzen. Kritiek op De Nachtwacht De Nachtwacht kreeg kritiek vanwege de chaotische compositie: niet alle personages zijn duidelijk zichtbaar. Toch is het werk levendig door de dynamiek en het gebruik van licht-donker contrast. Invloed van Caravaggio op Rembrandt Hoewel Rembrandt waarschijnlijk nooit een werk van Caravaggio heeft gezien, was hij indirect door hem beïnvloed. Kunstenaars reisden naar Italië en namen Caravaggio’s stijl, zoals het gebruik van licht-donker contrast en dramatische composities, mee terug naar Nederland. Deze invloeden zijn zichtbaar in Rembrandts werken, waaronder De Nachtwacht. Begrip: Virtuoos Schilder Een virtuoos schilder is een kunstenaar die razend knap is in zijn techniek en hoog aanzien geniet. Rembrandt wordt vaak gezien als een virtuoos vanwege zijn briljante schilderstijl en vernieuwende composities. DE LES VAN DINSDAG 1 OKTOBER 2024 Samenvatting: Veranderingen in de 19e Eeuw en Hun Invloed op de Kunst De 19e eeuw was een periode van ingrijpende maatschappelijke, wetenschappelijke en artistieke veranderingen die een blijvende invloed hadden op de kunsten. Hier volgt een overzicht van de belangrijkste ontwikkelingen: 1. Maatschappelijke Veranderingen Tijdens de 19e eeuw vonden grote verschuivingen plaats in de samenleving, die zowel de kunst als het denken beïnvloedden: Socialisme: Een stroming die streefde naar meer gelijkheid en betere omstandigheden voor de arbeidersklasse. Kunstenaars begonnen deze sociale thema’s te verbeelden in hun werk. De Verlichting: Een filosofische beweging die stelde dat alles met het verstand en rationeel denken te begrijpen is. Dit leidde tot een meer analytische benadering van kunst en wetenschap. Rationalisme: Het geloof dat kennis en logica boven alles staan, wat de kunst beïnvloedde. De Franse Revolutie (1789): Deze politieke omwenteling bracht vrijheid, gelijkheid en broederschap op de voorgrond. Kunst reflecteerde de idealen van de Revolutie in werken over heroïek en nationale identiteit. Verovering van Egypte door Napoleon: Dit leidde tot een fascinatie voor andere culturen, met name het oosten, wat zich uitte in orientalisme en exotisme in de kunst. Kunstenaars verwerkten thema's zoals verre landen en onbekende werelden in hun schilderijen en architectuur. 2. Wetenschappelijke Vernieuwingen De vooruitgang in technologie en wetenschap had een directe invloed op de kunsten: Stoommachine en nieuwe transportmiddelen zoals het spoorwegnet en de metro maakten reizen gemakkelijker, waardoor kunstenaars nieuwe inspiratiebronnen konden ontdekken. Ook waren deze dingen terug te zien op de werken. De gloeilamp bracht nieuwe mogelijkheden voor verlichting, zowel praktisch als artistiek. Fotografie (ca. 1818): De fotografie maakte het mogelijk om bewegingen vast te leggen en werd een hulpmiddel voor kunstenaars. Het diende zowel als referentiemateriaal als voor documentatie van kunstwerken. Film (1894): Dit nieuwe medium introduceerde dynamiek en beweging in de kunstwereld. Verftubes: Dankzij de uitvinding van de verftube konden kunstenaars buitenschilderen (plein air), wat leidde tot impressionistische schilderijen met levendige kleuren en spontane composities. Opgravingen van Pompeï en Herculaneum: Deze archeologische ontdekkingen brachten de klassieke oudheid opnieuw onder de aandacht en beïnvloedden kunststijlen zoals neoclassicisme. Massaproductie: Hierdoor werden kunstmaterialen goedkoper en toegankelijker voor meer mensen. 3. Artistieke Vernieuwingen De 19e eeuw bracht ook vernieuwende stromingen en technieken binnen de kunsten: Romantiek: Gevoelens, emotie en de persoonlijke, doorleefde wereld van de kunstenaar kwamen centraal te staan. Dit uitte zich in schilderijen, muziek (zoals liederen), en literatuur. Realisme: Kunstenaars legden de nadruk op het realistisch weergeven van het dagelijkse leven, met aandacht voor sociale en economische thema’s. Neoclassicisme: Een heropleving van de klassieke kunst en architectuur, geïnspireerd door de opgravingen van Pompeï. Impressionisme: Ontstond dankzij het buitenschilderen. Kunstenaars legden vluchtige momenten en atmosferische effecten vast in lichte penseelstreken en kleurcontrasten. Postimpressionisme: Een verdere ontwikkeling van het impressionisme, met meer aandacht voor emotie en symboliek. Materialen en technieken: o IJzer en glas werden belangrijke bouwmaterialen, vooral in architectuur zoals stations en serres. o Uitbreiding van het symfonieorkest en de ontwikkeling van de muziek maakten grote, complexe composities mogelijk. Conclusie De 19e eeuw was een tijd van snelle vooruitgang en veranderingen op alle vlakken van de samenleving. Kunst weerspiegelde deze ontwikkelingen door nieuwe thema’s, technieken en materialen te introduceren. DE LES VAN DINSDAG 8 OKTOBER 2024 In de 19e eeuw ontwikkelden zich meer kunststijlen dan muziekstijlen. Kunststijlen bouwen vaak voort op of reageren tegen eerdere stromingen. Een voorbeeld hiervan is de Rococo, een stijl die zijn hoogtepunt bereikte in de 18e eeuw. Het woord rocaille betekent "onregelmatige parel" en verwijst naar de sierlijke, asymmetrische vormen die kenmerkend zijn voor deze stijl. De Rococo in de schilderkunst wordt gekenmerkt door haar frivole (speelse en luchtige) uitstraling, met thema’s zoals erotiek, overvloedige natuur en dromerige scènes. Hoewel Rococo weelderig en decoratief is, blijft het authentiek, in tegenstelling tot kunst die als "kitsch" wordt beschouwd, wat nagemaakte werken. De stijl was vooral populair in Italië en Zuid-Duitsland, waar het werd toegepast in schilderkunst, architectuur en interieurontwerp. Jean-Honoré Fragonard’s schilderij De Baadsters (1756) is een jeugdwerk dat hij maakte op 24-jarige leeftijd. Het schilderij straalt een gevoel van intimiteit en sereniteit uit, met thema’s zoals het vrouwelijke lichaam en de natuur. Jean-Honoré Fragonard is een van de meest bekende kunstenaars van de Rococo, De Schommel is een iconisch werk binnen deze stijl en laat kenmerken van de Rococo zien: lichte kleuren, frivole compositie, en een focus op romantiek en sensualiteit. In De Schommel wordt een vrouw afgebeeld die geniet van het schommelen, terwijl een man haar bewonderend vanuit de struiken bekijkt. In die tijd was het gebruikelijk dat vrouwen niet zelf schommelden; er was altijd iemand om hen te duwen, wat hier door een oudere man op de achtergrond wordt gedaan. Dit detail benadrukt het speelse en sociaal gelaagde karakter van het schilderij. De stijl van het werk behoort tot de late Barok, ook wel de Rococo genoemd, waarbij de kenmerken van de Barok (overdaad en decorativiteit) worden overdreven. In tegenstelling tot de Barok maakt de Rococo minder gebruik van dramatisch licht-donker contrast (clair- obscur) en richt het zich meer op zachte, vrolijke scènes. Fragonard: Meisje met de Hand Een typisch Rococo-schilderij dat Fragonard’s aandacht voor detail en zachte, intieme sfeer laat zien. François Boucher: Odalisque Blonde en Odalisque Brune Boucher, een tijdgenoot van Fragonard, was ook een vooraanstaand Rococo- kunstenaar. In zijn werken, zoals de Odalisques, benadrukt hij sensualiteit en decoratieve pracht. De Odalisques tonen vrouwen in ontspannen, dromerige poses, vaak in exotisch ogende interieurs. De Architectuur in de Rococo De architectuur in de Rococo kenmerkt zich door sierlijke vormen, overdadige decoratie en een luchtige, elegante stijl. Deze stroming, die voortkomt uit de Barok, wordt vaak gezien als een "over-de-top"-versie van deze eerdere stijl. Balthasar Neumann: Een van de bekendste Rococo-architecten. Zijn ontwerp voor de Vierzehnheiligenkirche in Duitsland laat de essentie van de Rococo zien, met een focus op symmetrie, lichtinval en sierlijke ornamenten die de ruimte een bijna etherische sfeer geven. Preekstoel van Michael Küchel: Deze indrukwekkende preekstoel is een ander voorbeeld van Rococo-architectuur en decoratie. Het stuk toont weelderige versieringen en een theatrale uitstraling die bedoeld is om te imponeren. De Rococo werd vooral door katholieken gewaardeerd vanwege de pracht en praal, passend bij de ceremonie en mystiek van de kerk. Deze late Barokstijl wordt door velen echter ook als "over de top" beschouwd vanwege de nadruk op decoratieve overdaad. Filosofische Idee: Rationalisme Tijdens de Rococo begon het rationalisme op te komen, een filosofische stroming die stelt dat de waarheid kan worden gevonden in het verstand en logica. Dit was een voorloper van de Verlichting en stond in contrast met de emotie en speelsheid van de Rococo in de kunsten. Neoclassicisme: Jacques-Louis David – De Dood van Marat (1793) Jacques-Louis David’s De Dood van Marat is een van de meest iconische schilderijen uit het Neoclassicisme. Het werk is niet alleen een meesterlijke compositie, maar ook een politiek geladen statement en een reflectie op de idealen en tragiek van de Franse Revolutie. Wie was Jean-Paul Marat? Jean-Paul Marat was een belangrijke figuur in de Franse Revolutie en een fervent voorstander van de Jacobijnen, een radicale politieke fractie die streefde naar een democratische republiek en gelijkheid. Marat leed aan een ernstige huidziekte, waardoor hij veel tijd doorbracht in geneeskrachtige olie- en kruid enbaden. Hij werkte vaak vanuit zijn bad, dat als een soort bureau diende. Op 13 juli 1793 werd Marat vermoord door Charlotte Corday, een aanhanger van de meer gematigde Girondijnen, een rivaliserende politieke factie. Corday geloofde dat Marat’s radicalisme verantwoordelijk was voor veel bloedvergieten tijdens de revolutie. Ze bezocht Marat onder het voorwendsel van het overhandigen van een lijst met namen van tegenstanders van de revolutie. Toen ze eenmaal binnen was, stak ze hem dood met een mes, driemaal in de borst. Corday werd snel gearresteerd en vier dagen later geëxecuteerd door middel van de guillotine. Jacques-Louis David, een fervent aanhanger van de Jacobijnen en een persoonlijke vriend van Marat, werd gevraagd om Marat’s dood te vereeuwigen. Het resultaat was niet zomaar een portret, maar een politiek geladen icoon dat Marat verheft tot de status van een martelaar voor de revolutie. 1. De Compositie o Marat ligt in zijn bad, met zijn hoofd naar achteren en ogen gesloten, alsof hij vredig gestorven is. o Zijn hand hangt slap omlaag, nog steeds een pen vasthoudend, wat symbool staat voor zijn werk als schrijver en zijn toewijding aan het volk. o Het mes waarmee hij werd vermoord ligt op de grond, een grimmige verwijzing naar de daad van verraad. 2. Symboliek o De pen en het papier: Verwijzen naar Marat’s intellectuele strijd voor rechtvaardigheid en vrijheid. o De eenvoud van de scène: Het bad en de houten kist waarin hij zit, benadrukken zijn nederigheid en connectie met het gewone volk. o Christelijke iconografie: Het schilderij roept associaties op met religieuze afbeeldingen van de dode Christus, vooral in de serene houding van Marat’s lichaam. Hierdoor wordt Marat gepresenteerd als een soort revolutionaire heilige. 3. De Inscriptie Op de kist naast het bad staat de inscriptie: "À Marat, David" ("Aan Marat, van David"). Dit versterkt het idee van een persoonlijke en politieke connectie tussen de schilder en zijn onderwerp. De Invloed van Neoclassicisme Het schilderij is een voorbeeld van de kenmerken van het Neoclassicisme: Heldere lijnen en eenvoudige compositie: Dit benadrukt het idee van rede en helderheid, in contrast met de uitbundigheid van de Rococo. Het is veel leeg, evenwichtig en een gladde, koele schildertechniek. Het is bijna te mooi gemaakt. Jean-Joseph Weerts – De Dood van Marat (1880) Het schilderij De Dood van Marat van Jean-Joseph Weerts, gemaakt in 1880, is een romantische interpretatie van de beroemde gebeurtenis. In tegenstelling tot het originele werk van Jacques- Louis David, dat tot het Neoclassicisme behoort, laat Weerts’ versie de kenmerken van de Romantiek zien. Bij de Romantiek, (Neo-Barok), draait alles om pure emotie en dramatische uitbeelding. De dood van Marat wordt hier overdreven weergegeven, met een nadruk op de intensiteit en het lijden van het moment. Het theatrale karakter van het schilderij en de nadruk op dramatische expressie maken het minder historisch accuraat en meer een romantisch eerbetoon aan de tragedie. Deze interpretatie wordt vaak als "pure nep" beschouwd in vergelijking met David’s werk, omdat het de nuchtere, rationele context van Marat’s dood vervangt door een sterk emotionele en overdreven weergave die typisch is voor de Romantiek. Het is eigenlijk de ‘overdreven dood’. Edvard Munch – Eigen Dood (1907) In Eigen Dood van Edvard Munch uit 1907 wordt de emotionele pijn van een verbroken relatie verbeeld. Munch verwerkte hierin zijn eigen ervaring van verlies nadat zijn vriendin de relatie had verbroken. Voor hem voelde deze gebeurtenis als een soort persoonlijke dood. Munch gebruikt symboliek die doet denken aan de martelaarschap van Marat, waarbij de emotionele intensiteit en het lijden centraal staan. He Xiangyu – De Dood van Marat (2011) Een modern kunstwerk geïnspireerd op De Dood van Marat is gemaakt door de Chinese kunstenaar He Xiangyu in 2011. He Xiangyu maakte een realistische weergave van het martelaarschap van Marat, gebaseerd op zijn eigen ervaringen. Hij werd aangehouden en gemarteld, wat hem inspireerde om deze gebeurtenis in zijn kunst te verwerken. Het werk was zó realistisch dat omstanders het alarmnummer 112 belden, denkend dat het een echt slachtoffer betrof. Dit werk wordt beschouwd als conceptuele kunst, omdat het niet alleen de martelaarschap van Marat opnieuw interpreteert, maar ook kritiek levert op de moderne maatschappij, specifiek op de onderdrukking door de overheid. Later werd het werk tentoongesteld in het station van Hamburg, wat een nieuwe context bood. Hier kreeg het kunstwerk de bijnaam "De Moderne Marat", als symbool van het mond dood zijn door de overheid. DE LES VAN DINSDAG 15 OKTOBER 2024 In het Neoclassicisme gaat het om een nieuwe kunststijl die teruggrijpt op de klassieke oudheid, met nadruk op eenvoud, harmonie en orde. Dit is anders dan stijlen zoals Romantiek, Rococo, en Barok. Glad geschilderd: In het Neoclassicisme wordt schilderkunst heel glad en precies afgewerkt, zonder zichtbare penseelstreken. Dit verschilt van de Romantiek, waar emotie en losse penseelstreken belangrijk zijn, en van de Rococo, dat speelser is. Compositie simpeler: De compositie in Neoclassicistische schilderijen is eenvoudiger en overzichtelijker dan in de Barok, die juist dramatisch en dynamisch is, of de Rococo, die vaak asymmetrisch en frivool is. Schoonheidsideaal: Kunst in deze stijl volgt het klassieke schoonheidsideaal, waarbij de figuren natuurgetrouw en realistisch zijn, maar vaak wel idealistisch en perfect afgebeeld. Christelijke schilderijen en vrouwelijke vormen: In het Neoclassicisme zie je soms ook christelijke thema’s, maar de vrouwelijke figuren worden altijd afgebeeld met ronde, elegante vormen, geïnspireerd door klassieke beeldhouwkunst. Kortom, het Neoclassicisme keert terug naar de eenvoud en de schoonheid van de klassieke oudheid, met een focus op perfecte vormen en rustige composities. Jacques-Louis David – De Eed van de Horatii (1784) Jacques-Louis David's schilderij De Eed van de Horatii is een belangrijk voorbeeld van Neoclassicisme en een historisch schilderij dat verwijst naar een verhaal uit de Romeinse geschiedenis. Het werk werd gepresenteerd in de Salon van 1785 en vertelt het verhaal van de rivaliteit tussen twee Romeinse families, de Horatii en de Curatii. Het verhaal: Het schilderij is geïnspireerd door een verhaal uit de Romeinse geschiedenis, zoals beschreven door de oude Romeinse schrijver Livius. De Horatii-broers worden uitgezonden om te vechten tegen de Curatii, een andere familie, en moeten hun leven opofferen voor de overwinning van Rome. Het schilderij toont het moment waarop de drie Horatii-broers hun eed afleggen om te vechten en te sterven voor hun land. Compositie: De compositie van het schilderij is gebaseerd op driedeling. De broers staan in het midden van de afbeelding, terwijl de vrouwen en kinderen aan de zijkanten zijn geplaatst. Jacques-Louis David – De Dood van Socrates (1787) De Dood van Socrates (1787) is een schilderij van Jacques- Louis David dat het moment vastlegt waarop de Griekse filosoof Socrates in 399 v.C. werd veroordeeld tot de dood. Hij werd beschuldigd van het ontkennen van de goden en het bederven van de jeugd. Socrates werd gedwongen een beker hemlock (vergif) te drinken, wat zijn dood veroorzaakte. Het schilderij toont Socrates kalm en vastberaden terwijl hij het vergif drinkt, omringd door verdrietige leerlingen. Hij wijst naar de hemel, wat zijn geloof in een hoger principe symboliseert. De andere figuren in de scène reageren emotioneel, maar Socrates blijft sereen. Het werk is een voorbeeld van Neoclassicisme, met duidelijke, ideale proporties en een focus op deugd en opoffering. Het Neoclassicisme tijdens de tijd van Napoleon werd de Empirestijl genoemd. Deze stijl benadrukte macht en glorie, geïnspireerd door de klassieke oudheid. Belangrijke schilders waren Jacques-Louis David en Jean-Auguste-Dominique Ingres. Jean-Auguste-Dominique Ingres schilderde in 1806 Napoleon als Keizer, een staatsieportret van Napoleon. Dit werk was geen opdracht, maar een eigen initiatief van Ingres voor de Salon. Het portret toont Napoleon in zijn keizerlijke kleding en benadrukt zijn macht en autoriteit, met de focus op idealiserende, klassieke proporties die kenmerkend zijn voor de Empirestijl. In 1811 schilderde Jean-Auguste-Dominique Ingres Jupiter, een werk dat de Romeinse god Jupiter afbeeldt. Ingres benadrukte ideale vormen en perfecte proporties, kenmerken die centraal stonden in zijn werk en de Empirestijl van die tijd. Jacques-Louis David schilderde Napoleon trekt de Alpen over in 1801. Dit schilderij toont Napoleon als een *heroïsche figuur, terwijl hij de Alpen doorkruist op weg naar Italië, wat zijn militaire macht en leiderschap benadrukt. Het werk is een propagandastuk dat Napoleon afbeeldt als een epische held, vergelijkbaar met historische figuren uit de klassieke oudheid. David gebruikte hier de Neoclassicistische stijl, met krachtige lijnen en dramatische compositie om de grootheid van Napoleon te benadrukken. Van dit werk zijn drie versies. * Het woord "heroïsch" verwijst naar het idee van heldendom en epische grootheid. In de kunst wordt het gebruikt om figuren of gebeurtenissen te beschrijven die zijn afgebeeld met een gevoel van kracht, dapperheid, opoffering en nobelheid, zoals een held of strijdvaardige leider. In 2005 maakte de Afro-Amerikaanse kunstenaar Kehinde Wiley een eigen interpretatie van het iconische schilderij Napoleon trekt de Alpen over van Jacques-Louis David. In Wiley's versie wordt Napoleon vervangen door een Afro-Amerikaanse man, die de krachtige en heroïsche pose van de oorspronkelijke Napoleon aanneemt. De werk van Kehinde Wiley geeft een moderne draai aan klassieke iconografie, waarbij hij niet alleen het idee van heroïsme en grootheid behoudt, maar ook de identiteit van de figuur opnieuw vormgeeft en een breder maatschappelijk gesprek op gang brengt. Paul Delaroche schilderde in 1850 Napoleon steekt de Brennerpas over in 1800, 30 jaar na Napoleons dood. Het schilderij toont Napoleon die de Alpen doorkruist tijdens zijn militaire campagne, maar in een meer realistische en menselijke manier dan eerdere heroïsche portretten. Delaroche benadrukt de moeilijkheden van de reis, wat de zware realiteit van Napoleons leiderschap toont, in plaats van de glorificatie die eerder werd afgebeeld. Links: Henri-François, Josephine, 1806 Dit portret toont Josephine de Beauharnais, de eerste vrouw van Napoleon Bonaparte. Ze trouwde in 1796 met Napoleon in een geheim huwelijk. Tijdens de kroning van Napoleon in 1804 was Josephine 41 jaar oud, terwijl Napoleon 35 was. Josephine was eerder getrouwd en had al twee kinderen. Rechts: François Gérard, Josephine Dit schilderij, gemaakt door François Gérard, toont ook Josephine, maar in een andere stijl. Links: Robert Lefèvre, Josephine, 1805 In dit portret toont Robert Lefèvre Josephine met een verfijnde en aristocratische uitstraling, wat haar status als keizerin benadrukt. Rechts: Henri-François Riesener, Josephine Dit portret van Henri-François Riesener toont Josephine op een majestueuze manier, met focus op haar elegantie en invloed aan het Franse hof. Links: Josephine Bonaparte door Pierre-Paul Prud'hon Dit portret toont Josephine Bonaparte geschilderd door Pierre-Paul Prud'hon, waarin ze elegant en verfijnd wordt afgebeeld. Rechts: Josephine Bonaparte door François Gérard In dit portret, geschilderd door François Gérard, wordt Josephine afgebeeld in een koninklijke houding. Beide schilderijen tonen Josephine in een mousseline robe en chemise, een lichte, doorzichtig geweven stof die oorspronkelijk uit India werd geïmporteerd, wat een exotische uitstraling versterkt. Madame Récamier door René Magritte, 1950 In dit werk maakt René Magritte een parodie op het beroemde neoclassicistische portret Madame Récamier van Jacques-Louis David. Magritte vervangt de elegante figuur van Madame Récamier door een doodskist, waarmee hij kritiek uit op de stijve, starre en decadente aard van het neoclassicisme. Antonio Canova: Paolina Borghese als Venus Victrix (1808) Dit marmeren beeld van Antonio Canova toont Paolina Borghese, de zus van Napoleon, afgebeeld als Venus Victrix, de winnende Venus. Het werk benadrukt haar status, schoonheid, en verfijning, en verbindt haar met de klassieke oudheid door haar te idealiseren als een godin. Het werk is typisch neoclassicistisch, met een focus op symmetrie, harmonie, en een ideale, bijna onbereikbare schoonheid, geïnspireerd door de kunst en mythologie van de klassieke oudheid. DE LES VAN DINSDAG 29 OKTOBER 2024 Neoclassicisme en portretkunst: Spanningen met opkomende fotografie Ingres: Madame Jacques-Louis Leblanc (1823) Dit portret van Madame Jacques-Louis Leblanc, geschilderd door Jean-Auguste-Dominique Ingres, maakt deel uit van een pendant, een set portretten van haar en haar echtgenoot. Het schilderij toont Madame Leblanc in een klassieke, elegante stijl, kenmerkend voor Ingres' precisie en aandacht voor detail. Van dit werk zijn maar liefst 26 voorbereidende studies bekend, wat laat zien hoe zorgvuldig Ingres zijn compositie en techniek voorbereidde. Het portret is een voorbeeld van neoclassicisme, met een focus op geïdealiseerde schoonheid en verfijning. Ingres was meester in het balanceren van realisme en idealisering, waardoor hij de figuren tegelijk natuurlijk en verheven liet lijken. Jean-Auguste-Dominique Ingres (1780–1867) Ingres was een belangrijke Franse schilder en een leerling van Jacques-Louis David, waarmee hij een sterke basis in het neoclassicisme kreeg. Hij won de prestigieuze Prix de Rome in 1801, wat hem in staat stelde in Italië te studeren en te werken, waar hij werd beïnvloed door de klassieke kunst en Renaissance-meesters. Portret van Madame Moitessier (1856) Madame Moitessier wordt hier weergegeven in een statige, elegante houding, met haar rechterhand sierlijk op haar middel. Het schilderij benadrukt haar status en verfijning. Ingres besteedde uitzonderlijke aandacht aan de texturen van haar zwarte jurk, sieraden en de achtergrond, wat typisch is voor zijn neoclassicistische stijl. Kenmerken van de stijl: Neoclassicisme, met een focus op klassieke eenvoud en evenwicht. Gladgeschilderd, zonder zichtbare penseelstreken. Grote nadruk op decoratieve elementen en verfijnde weergave van stoffen en accessoires. Portret van Madame Marie-Clotilde-Inès Moitessier (1856) door Jean-Auguste-Dominique Ingres Het portret van Madame Marie-Clotilde-Inès Moitessier, geschilderd door Jean-Auguste-Dominique Ingres in 1856, is een klassiek voorbeeld van neoclassicistische schilderkunst. Het werk toont de Franse aristocrate in een elegante pose, waarbij haar verfijnde status wordt benadrukt. De schilder heeft haar afgebeeld met een serene en statige uitstraling, die typerend is voor het ideale vrouwelijke portret van die tijd. Andere werken van Ingres zijn: 1. Baronne de Rothschild (1848) o Portret van een van de rijkste vrouwen van Europa. o Veel aandacht voor details in de kleding en sieraden. 2. Princesse de Broglie (1853) o Klassiek portret van een adellijke vrouw. o Heel precies geschilderd, met nadruk op stoffen en accessoires. 3. Portret van Louise de Broglie (1845) o Nog een elegant portret van een vrouw uit de hogere klasse. 4. Portret van zijn echtgenote (1859) o Een persoonlijk werk waarin Ingres zijn vrouw op een rustige manier laat zien. 5. Louis François Bertin (1832) o Een krachtig en realistisch portret van een schrijver en royalist. Werken van Nadar 1. Zelfportret (1820–1910) o Nadar was een fotograaf die vooral portretten maakte. 2. Actrice Sarah Bernhardt (1864) o Bekend portret van een beroemde actrice, gemaakt door Nadar. Belangrijk om te onthouden Ingres schilderde in de neoclassicistische stijl: o Strakke composities. o Perfect glad geschilderd. o Veel details in kleding en accessoires. Nadar was een fotograaf die heel realistische portretten maakte. Hij legde de persoonlijkheid van zijn modellen vast, iets wat in fotografie belangrijk was. In de eerste helft van de 19e eeuw werden de schilderkunst en het neoclassicisme steeds meer beïnvloed door de opkomst van de fotografie. Tegelijkertijd evolueerde de schilderkunst richting de salonkunst, die vaak een zoete, idealistische en erotische stijl aannam. De salons waren dé plekken waar kunstenaars hun werk konden tentoonstellen, omdat er nog geen musea of kunsthandel bestonden. De salons werden streng beheerd door een jury van 40 mannen die voor het leven benoemd waren. Zij bepaalden welke werken werden toegelaten. Afwijzing werd letterlijk een brandmerk: een "R" (voor rejeté, afgewezen) werd met houtskool op het werk gezet. Desondanks was erotiek in de salons populair. Naakten, vaak geïdealiseerd en op mythologische wijze afgebeeld, vonden gretig aftrek bij de elite. Een voorbeeld hiervan is Ingres’ De Bron (1820-1856), dat een perfecte mix is van neoclassicisme en salonkunst. Het werk toont een geïdealiseerde naakte vrouw, geïnspireerd door klassieke Venusbeelden, met een focus op harmonie en sensualiteit. In die tijd had de man veel macht in de kunstwereld, en er was grote vraag naar erotische werken die vrouwelijk naakt op een geidealiseerde en verleidelijk manier weergaven. Jean Auguste Dominique Ingres De bron (1820-1856): Een naakte, geïdealiseerde vrouw die water giet, typisch voor het neoclassicisme met aandacht voor perfecte vormen en gladde afwerking. Venus (ongedateerd): Een voorstelling van de godin Venus, waarin idealisering en harmonie centraal staan. De baadster (1807): Een intiem en verfijnd werk met focus op de vrouwelijke naakte figuur, met gladde schildertechniek en perfecte anatomie. Deze werken benadrukken Ingres’ focus op idealisering van het vrouwelijk lichaam, zijn gladde schilderstijl en de invloed van klassieke idealen binnen het neoclassicisme. Jean Auguste Dominique Ingres Grande Odalisque (1814, tentoongesteld in 1819 op de salon): Een sensueel en exotisch werk van een liggende odalisque, met overdreven proporties, wat typisch is voor zijn stijl. Het Turkse bad (1862): Geschilderd op 82-jarige leeftijd, gebruikte Ingres oude tekeningen en schetsen als basis. Dit werk toont een idealisering van vrouwelijke naakten in een oosterse setting. De baadster van Valpinçon (1808): Een intiem en sereen portret van een badende vrouw, dat later als inspiratie diende voor andere werken. Inspiratiebron: Ingres werd beïnvloed door Villa Farnesina in Rome en de schilderingen van Rafaël. Dit klassieke erfgoed speelde een belangrijke rol in zijn neoclassicistische stijl, die draait om idealisering, harmonie en gladde afwerking. Context: In de 19e eeuw hadden mannen een machtige positie en kochten vaak erotische werken, wat duidelijk zichtbaar is in Ingres’ aandacht voor vrouwelijke naakten. Oriëntalisme Oriëntalisme is geen specifieke kunststijl, maar een verlangen naar "de ander" en een fascinatie voor het exotische. Dit exotisme wordt vaak gekoppeld aan erotiek en het stereotype beeld van het Oosten, zoals bijvoorbeeld het harem-leven. Oriëntalisme komt vooral naar voren in kunstwerken uit het neoclassicisme en de romantiek, maar het toont vaak een vertekend en sprookjesachtig beeld, gebaseerd op Westerse fantasieën en niet op de werkelijkheid. Dit kan zelfs als bijna racistisch worden gezien. Kenmerken Het "Oosten" wordt vaak afgebeeld met tulbanden, sieraden, en oosterse attributen. Het vrouwelijk naakt is roomblank en vaak geïdealiseerd (bijvoorbeeld "melkwitte" huid). De focus ligt op erotiek en de "male gaze" (mannelijke blik) in fantasieën zoals harems. Drugs en andere oosterse elementen worden ook gebruikt om het exotische te benadrukken. Kunstwerken Jean Auguste Dominique Ingres "Odalisque en slaaf" (1842): o Een odalisque (haremvrouw) wordt afgebeeld met een slaaf. o De bediende is zwart en vaak gecastreerd, terwijl de vrouw melkachtig wit is. o Dit werk benadrukt zowel het erotische exotisme als de culturele ongelijkheid van die tijd. "Het Turkse bad" (1862): o Dit werk toont een haremsetting vol naakte vrouwen, allemaal glad en zonder botstructuur. o Hoewel Ingres' inspiratie deels uit klassieke kunst in Rome kwam, sluit het aan bij oriëntalistische fantasieën. Jean-Léon Gérôme Een van de grootste schilders binnen het oriëntalisme en het academisme. "Het Turkse bad" (1870, 1885): o Typisch voorbeeld van het haremleven zoals het in Westerse ogen werd verbeeld. "Cleopatra en Caesar" (1866, tentoongesteld in 1871): o Cleopatra wordt afgebeeld in een overdadig exotische setting, een fantasie van Oosterse pracht en praal. "De slavenmarkt": o Kritiekpunt op oriëntalisme: het toont een romantisering van slavernij, waarbij vrouwen worden neergezet als handelswaar. Conclusie Oriëntalisme was geliefd in de 19e eeuw, vooral in salons, maar het presenteerde vaak een gefantaseerd, seksueel en stereotiep beeld van het Oosten. Schilders als Ingres en Jean-Léon Gérôme verbeeldden deze thema's veelvuldig en werden er beroemd mee. Tegenwoordig worden deze werken ook kritisch bekeken vanwege hun onrealistische en soms problematische weergave van andere culturen. Nog meer Oriëntalisme in de Kunst Het oriëntalisme in de schilderkunst legt de nadruk op een geïdealiseerd, exotisch beeld van het Oosten, vaak gekleurd door Westerse fantasieën over harems, slavenmarkten en andere aspecten van de Oosterse cultuur. Deze schilderijen tonen vaak een sensueel, erotisch perspectief, gericht op een mannelijk publiek. Hier enkele belangrijke werken en kunstenaars: Henri Leconte: "De witte slavin" (1888) o Beeldt een exotische fantasie uit waarin slavernij wordt geromantiseerd. Théodore Chassériau (1819–1856) o Een leerling van Ingres, met een stijl die elementen van oriëntalisme combineert met de invloed van Delacroix, zoals dramatische kleuren en beweging. Horace Vernet: "De Slavenmarkt" (1836) o Toont de veronderstelde exotische praktijk van het kopen en verkopen van slaven, waarbij het beeld volledig door Westerse fantasieën wordt gestuurd. Gaston Bussière: "De dans van de sluiers" (1925) o Geïnspireerd door Oscar Wilde's verhaal over Salomé (1891) en de opera van Richard Strauss (1905). Het werk weerspiegelt de fascinatie voor de Oriënt en de verleiding van Salomé, een vaak terugkerend motief in de Westerse kunst en literatuur. De Salon en de Alternatieve Salons De Salon: De officiële kunsttentoonstelling, zoals die in het Louvre, was dé plek waar kunstenaars hun werk konden laten zien. Het was echter een strenge selectie: in 1863 werden 4000 van de 5000 werken afgewezen. Alternatieve Salons: De afgewezen kunstenaars creëerden hun eigen tentoonstellingen, bekend als "Salon des Refusés" (Salons van de Afgewezenen). Deze alternatieve salons werden uiteindelijk enorm populair en gaven ruimte aan vernieuwende stijlen zoals realisme en impressionisme. Ommekeer: Kunstenaars zoals Monet, wiens werk aanvankelijk werd afgewezen, werden later zó gewaardeerd dat hun schilderijen meer waard waren dan de hele collectie van de officiële Salon in het Louvre. Salonschilderkunst: De officiële Salon stond bekend om haar traditionele voorkeuren, waaronder erotiek. Dit was zichtbaar in werken met oriëntalistische thema's, maar ook in andere genres. Kunstwerken moesten vaak voldoen aan het esthetisch ideaal en de gevestigde normen van de academie. Deze ontwikkelingen markeerden een grote verschuiving in de kunstwereld, waarin de macht van de academie afnam en moderne kunststromingen zoals impressionisme en expressionisme de ruimte kregen om te floreren. De Salon: Historie en Functie Wat was de Salon? De Salon was een prestigieuze tentoonstelling van hedendaagse kunst die jaarlijks of tweejaarlijks werd gehouden in een zaal van het Louvre. Het was dé plek waar kunstenaars hun werk aan een groot publiek en de kunstwereld konden tonen. Oprichting en Academie De Salon werd opgericht onder Lodewijk XIV in de 17e eeuw en was gekoppeld aan de Académie Royale de Peinture et Sculpture. Vanaf 1817 werd dit de Académie des Beaux- Arts. Toegang en Selectie In eerste instantie waren alleen leden van de Academie toegelaten. Vanaf de Franse Revolutie (1789) mochten ook andere geselecteerde kunstenaars deelnemen. Het winnen van een medaille gaf vaak het voorrecht om permanent deel te nemen aan de Salon. Presentatie van Kunst De werken werden vaak dicht tegen elkaar aan opgehangen, zoals te zien in "Le Salon Carré au Musée du Louvre" door Giuseppe Castiglione. Dit benadrukt de overvolle en traditionele presentatie die kenmerkend was voor de Salon. Salonschilderkunst of academisme Is een stijl/ visie/ stroming in de beeldende kunst die voortvloeit uit het idee om kunst te maken voor het grote publiek. Omdat het volk zelf een mening over kwaliteit van kunst overliet aan de experts van de salon en de academie, viel de smaak van het volk samen met de academische selectie voor de salon. Kunst voor het volk. Knappe academische schilderkwaliteit. De juiste geïdealiseerde anatomische verhoudingen. Gericht op klassieke schoonheid, maar ook vaak zoet. Paul Jacques Aimé Baudry (1828-1886) “De Golf en de Parel” (1862): Een academisch werk met een verfijnde, gladde schilderstijl. De compositie combineert klassieke idealen met een zachte sensualiteit. William Adolphe Bouguereau (1825-1905) Carrière: o Winnaar van de Prix de Rome (1850). o Docent aan de Academie en jurylid van de Salon. o Bouguereau stond bekend als dé typische salonschilder van zijn tijd en keerde zich fel tegen de impressionisten. o Degas omschreef zijn gladde, gepolijste schilderstijl spottend als “Bouguereauter”. o Hij schilderde vaak “erotische onschuld,” met idyllische en verfijnde beelden van nimfen, engeltjes, en moeders. Kenmerkende Werken: o “De Baadster” o “Nimfen en Sater” (1873) o “De Geboorte van Venus” (1879) o “De Oreaden” (1902): Nimfen van bergen en grotten, vaak vergezellend aan Diana, geïnspireerd door mythologische thema’s. o “De Onschuld” (1883) o “Moederliefde” (1881) o “Liefdadigheid” (1878) Vergelijking met Andre Rieu: André Rieu wordt gezien als de moderne tegenhanger van de salonschilderkunst: kunst die gemaakt wordt om door een breed publiek als "mooi" ervaren te worden. Het idee van het "getal van de massa" speelt hierbij een rol—wat door velen als mooi wordt beschouwd, wordt automatisch als waardevol gezien. Maar dit roept de vraag op: is iets dat iedereen mooi vindt, per definitie écht goed of vernieuwend? Alexandre Cabanel (1823-1889) "De geboorte van Venus" (1863) Dit werk werd tentoongesteld op de Salon en direct gekocht door Napoleon III voor 40.000 Franc. Cabanel stond bekend om zijn academische stijl, werd jurylid van de Salon en docent aan de prestigieuze École des Beaux-Arts in Parijs. Gustave Courbet (1819-1877): "Bonjour Monsieur Courbet" (1854) Dit schilderij toont Courbet's ontmoeting met zijn mecenas Alfred Bruyas en diens bediende in Montpellier. Het is een voorbeeld van realisme, omdat het de alledaagse werkelijkheid vastlegt zonder verheven thema’s. Het werk draait om een simpel moment: "Ik zei bonjour." Salon van 1855: Het schilderij werd geweigerd door de officiële Salon omdat het niet voldeed aan de academische normen. Salon van het Realisme: Courbet organiseerde hierop zijn eigen tentoonstelling, het “Pavillon du Réalisme”, waarin hij zijn werk presenteerde. Hij zette deze salon op voor realistisch werk. Belangrijk! Courbet speelde een cruciale rol in de overgang van academische kunst naar vernieuwende stromingen zoals het realisme en beïnvloedde daarmee het ontstaan van alternatieve tentoonstellingen die ruimte gaven aan modernere stijlen. (Hij heeft de salon opgezet over het realisme). ROMANTIEK IN FRANKRIJK (EN SPANJE, BELGIË) De romantiek is een kunststroming die zich in de vroege 19e eeuw ontwikkelde als reactie op de rationele en strikte regels van het neoclassicisme. Het richtte zich op emotie, verbeelding en de expressie van het individu. Binnen de romantiek in Frankrijk zagen we een sterke focus op historiestukken en dramatische beelden, vaak in een beweeglijke neobarokstijl. De romantiek had niet alleen invloed in Frankrijk, maar ook in Spanje, België, Duitsland en Engeland, hoewel de benadering in elk land een eigen variant had. Eugène Delacroix (1798-1863) Eugène Delacroix is een van de bekendste kunstenaars van de Franse romantiek. Hij maakte ruim 800 werken en zijn schilderijen zijn bekend om hun dramatiek, felle kleuren en emotionele impact. Zijn stijl wordt gekarakteriseerd door de beweging, de intensiteit en het gebruik van kleur om de emotie van het moment over te brengen. "De Vrijheid leidt het Volk" (1830) Dit werk is misschien wel Delacroix' beroemdste en werd een icoon van de romantiek. Het schilderij toont Marianne, het symbool van de Franse Republiek, die de vrijheid vertegenwoordigt en het volk aanvoert in de opstand van 1830 tegen de reactionaire koning Karel X van Frankrijk. De opstand leidde tot de val van de Bourbon-dynastie. De schildering toont de dramatiek van de revolutie, waarbij mensen van alle klassen zich verenigen voor vrijheid en de republiek. De nieuwe Franse driekleur (blauw, wit, rood) wordt prominent weergegeven, als symbool voor de overwinning van de republikeinse idealen over het ancien régime, dat werd vertegenwoordigd door de oude monarchie van de Bourbons. De schilderij is zowel een historisch document als een krachtig symbool van de waarden van vrijheid en de republiek. De blote borsten staan ook voor de kwetsbaarheid. Marianne werd in dit schilderij gepresenteerd als de belichaming van de vrijheid, een belangrijke politieke en symbolische figuur, vooral in de context van het tweede Keizerrijk van Napoleon III, waar dergelijke symbolen verboden waren. Dit schilderij van Delacroix is niet alleen een dramatische weergave van een politieke gebeurtenis, maar ook een perfect voorbeeld van de manier waarop de romantische kunstenaars zich richtten op emotie, symboliek en de strijd voor vrijheid. Het benadrukt de romantische nadruk op beweging, dramatiek en het individualisme van de revolutie. Het werk is de neobarok / Franse romantiek. Deze zijn vrijwel gelijk, licht donker contrast (clair-obscur). Het gevoel staat centraal, directer met kleur en dikke lijnen. Théodore Géricault: Het Vlot van de Medusa (1819) Dit werk van Géricault is een van de meest beroemde en controversiële schilderijen uit de Franse romantiek. Met afmetingen van 5x7,5 meter is het schilderij indrukwekkend in zowel schaal als inhoud. Het toont het dramatische moment van de overleving van de bemanning van de Medusa, een schip dat op een zandbank in Afrika was gestrand in 1816. Na het schipbreuk waren er te weinig reddingsboten, en de overlevenden (149 mannen en 1 vrouw) werden op een vlot achtergelaten. Ze dobberden 15 dagen op zee, en gedurende deze tijd stierf een groot aantal van hen door honger, ziekte, en zelfs kannibalisme. Uiteindelijk werden slechts 12 mensen gered. Twee van de overlevenden schreven boeken over hun ervaringen, wat de publieke aandacht trok. Géricault schilderde het vlot op een indringende manier, met nadruk op de heftige emoties van de overlevenden. De dramatiek van de scène wordt versterkt door de realistische en gedetailleerde weergave van de lichamen, die een groot contrast vormen met het heldere, onverbiddelijke zonlicht en de woeste zee op de achtergrond. Het werk werd gepresenteerd op de Salon van 1819, waar het gemengde kritieken ontving. Het schilderij was een schandaal omdat het niet alleen de politieke situatie van Frankrijk in een slecht daglicht stelde, maar ook het menselijk lijden op een ongecensureerde manier toonde. De kijker werd geconfronteerd met de gruwelijkheid van de situatie, inclusief het kannibalisme dat plaatsvond op het vlot. In 1820 werd het schilderij in Londen tentoongesteld, waar het 50.000 betalende bezoekers trok. Dit succes bevestigde Géricault's talent en de kracht van zijn werk. Het schilderij heeft een grote invloed gehad op de romantische kunst en wordt gezien als een voorbeeld van de neobarok (Franse romantiek), met de dramatiek, de emotie en de focus op de menselijke ervaring die kenmerkend zijn voor de romantiek. Géricault's benadering van dit onderwerp was zeer gedetailleerd en persoonlijk: hij bezocht mortuaria, waar hij lijken meenam naar huis. Hier bestudeerde hij ze, sneed ze open en schilderde ze. Het stonk in zijn huis en hij kwam niet meer buiten. Francisco José de Goya y Lucientes (1746-1828) Goya, een invloedrijke Spaanse schilder en etser, was hofschilder voor koning Karel IV en lid van de Academie. Hij stond bekend om zijn scherpe, vaak kritische kijk op de maatschappij en politieke situaties, en zijn werken belichamen de dramatiek en intensiteit die de romantiek kenmerken. "De Executie van de 3 Mei 1808" (1814) Dit schilderij, geschilderd in 1814, toont de brute executie van Spaanse rebellen na de opstand tegen de Franse bezetting van Spanje in 1808. Het werk is een krachtige uitdrukking van de wreedheid van oorlog, met de figuren in het schilderij in dramatische poses die de heftigheid van het moment benadrukken. De afschuwelijke werkelijkheid van de executie wordt helder weergegeven: de Spanjaard, gekleed in witte kleding die zijn onschuld symboliseert, ze worden gedood door de Franse soldaten. Het schilderij heeft zowel een symbolische als een politieke betekenis. De witte kleding verwijst naar hun onschuld, terwijl het figuur die zich naar de soldaten richt, een beweging maakt met een religieus gevoel van lijden, vergelijkbaar met de christelijke iconografie van de kruisiging van Christus. Dit maakt het werk niet alleen dramatisch, maar ook theatraal in zijn expressie, wat kenmerkend is voor de romantische benadering van de geschiedenis. Neo-barok Het schilderij is een voorbeeld van de neobarok stijl, die twee belangrijke kenmerken bevat: 1. Momentopname: Goya legt een specifiek moment vast in de tijd, de executie van de rebellen, en benadrukt de dramatiek van de situatie. 2. Licht-donker contrast (clair-obscur): Dit komt duidelijk naar voren in het schilderij, waar het intense licht de helden en de slachtoffers benadrukt tegenover de donkere, dreigende achtergrond van de soldaten. Politieke en Maatschappelijke Kritiek "De Executie van de 3 Mei 1808" is niet alleen een schilderij van een historische gebeurtenis, maar ook een sterk politiek statement. Het werk bekritiseert de wreedheid van de Franse bezetting en de onmenselijkheid van de executies. Door de Franse soldaten in de schaduw te plaatsen en de slachtoffers in het licht te zetten, maakt Goya een duidelijk onderscheid tussen de onderdrukker en de onderdrukten. Dit schilderij was niet alleen gevaarlijk vanwege zijn expliciete weergave van de brute realiteit, maar ook vanwege de kritiek die het gaf op de Franse overheersing van Spanje, een politiek risicovolle zaak in de context van de tijd. (Napoleon veroverde Spanje, dus het was bezet gebied op dit moment). Goya's werk is emblematisch voor de romantiek: het toont de nadruk op emotie, dramatiek, en de impact van geschiedenis en actualiteit. Het schilderij is een krachtige reactie op de oorlog, en Goya slaagt erin om niet alleen de gebeurtenissen vast te leggen, maar ook de gevoelens van lijden en onrecht die ermee gepaard gingen. Opstand van 2 mei 1808 (1814) Twee maanden voor het schilderen van "De 3 mei 1808" schilderde Goya de "Opstand van 2 mei 1808" (geschilderd in 1814). Dit werk toont de aanval van de Franse troepen op de Spaanse bevolking, specifiek gericht op de Mamelukken, een elitecavaleriegroep onder Napoleon, die het Spaanse verzet met geweld onderdrukten. Napoleon en zijn generaal Murat wisten de opstandige bevolking in Madrid te overmeesteren. Het schilderij geeft de chaotische, gewelddadige confrontatie weer, waarin de opstandige burgers zich verzetten tegen de Franse overheersers. Het is een krachtig beeld van het geweld en de onderdrukking van de Franse bezetting in Spanje. Wat belangrijk is om te zien is dat dit werk minder clair-obscur gebruikt maar wel meer beweging. Context van het werk De opstand op 2 mei 1808 was de aanleiding voor de brutale vergeldingsactie van de Fransen, die op 3 mei 1808 leidde tot de executies die Goya in zijn beroemde werk "De 3 mei 1808" verbeeldde. De "Opstand van 2 mei 1808" is dus een belangrijk voorgeschiedenis en zet de context voor de dramatische gebeurtenissen die daarna volgden. Yan Pei Ming (1960 - heden) Yan Pei Ming is een Chinese kunstenaar die in Frankrijk woont en werkt, met name in Dijon. In 2008, 200 jaar na de schildering van "De 3 mei 1808" door Goya, maakte hij een werk dat geïnspireerd is door de dramatiek en expressiviteit van Goya’s beroemde schilderij. Vergelijking met Goya Yan Pei Ming's werk kan worden gezien als een hedendaagse interpretatie van de dramatiek die Goya zo goed weergaf in zijn schilderijen. Het gebruik van rood in Yan’s werk is niet bedoeld om de werkelijkheid weer te geven, maar om de expressiviteit van de scène te benadrukken. Het rood roept de associatie op met bloed en geweld, zonder letterlijk de werkelijkheid te weerspiegelen. Dit benadrukt de emotionele kracht van het schilderij en de intensiteit van het moment, iets wat we ook bij Goya zien. Focus op de essentie In het werk van Yan Pei Ming is de omgeving weggelaten, zodat de focus ligt op de kern en essentie van het drama. Dit stelt de toeschouwer in staat om zich te concentreren op de kracht van de handelingen en emoties in plaats van afgeleid te worden door een gedetailleerde achtergrond. Dit idee komt overeen met de dramatische en emotionele intensiteit van de romantiek en heeft tegelijkertijd een hedendaagse uitvoering. Van Romantiek naar Dramatiek De overgang van romantische uitdrukkingen naar bijna dramatiek in de kunst kan worden gezien als een brug van het verleden naar het heden, waarbij postmodernisme invloed uitoefent op de manier waarop we oude werken opnieuw interpreteren. In het werk van Yan Pei Ming zien we duidelijk een voorbeeld van stijl citaten (het citeren van een oudere stijl), maar dan in een nieuw jasje. De postmoderne benadering van de kunst haalt elementen uit het verleden, maar transformeert ze in een hedendaagse context die nieuwe betekenis toevoegt. De Romantiek in Duitsland Na de Romantiek van het zuiden, in Spanje en Frankrijk, verplaatsen we ons naar Duitsland. Hier neemt de Romantiek een geheel andere wending. De Duitse Romantiek richt zich niet op neobarokke dramatiek, maar op de natuur als centraal thema. Het landschap wordt verheven tot een bijna spiritueel domein, waar de nietigheid van de mens wordt geconfronteerd met de grootsheid van de door God geschapen natuur. De Duitse Romantiek benadrukt de diepe verbondenheid met de natuur, waarbij religie, symboliek en filosofische reflectie een belangrijke rol spelen. Het is een nieuwe stijl, gekenmerkt door grootsheid en een intense aandacht voor detail en emotie. Karl Friedrich Schinkel “Middeleeuwse stad aan een rivier” (1815) Dit schilderij toont een idyllisch tafereel met een regenboog, die symbool staat voor de verbinding tussen mens en God. Het werk straalt rust en harmonie uit, met een architectonische precisie die typisch is voor Schinkel. “Gotische kerk” (ca. 1830) Een gotisch bouwwerk. Zijn laatste werk. “De morgen” (1813) Dit opdrachtwerk toont mensen in renaissancekostuums die naar het ochtendgloren rennen. De volwassenen verwijzen naar het verleden, terwijl de kinderen symbool staan voor een hoopvolle toekomst. Dit thema benadrukt de overgang van traditie naar vooruitgang en nieuwe mogelijkheden. “Landschap” Schinkel legt in veel van zijn werken de nadruk op de nietigheid van de mens in de grootsheid van de natuur. In zijn schilderijen symboliseert een eik vaak het leven en de dood. De boom staat symbool voor kracht, ouderdom, maar ook voor het onvermijdelijke sterven. Dit sluit aan bij het Memento Mori- concept (gedenk te sterven), waarin de mens wordt herinnerd aan zijn vergankelijkheid. Karl Friedrich Lessing “Inkttekening” (1834) Lessing creëerde een verfijnde inkttekening waarin de melancholie en grootsheid van de natuur tot uiting komen. Zijn werk is een voorbeeld van de Duitse Romantiek. Caspar David Friedrich “Ochtend in het Riesengebirge” (1810) Dit schilderij is een meesterwerk van Friedrich, waarin hij een landschap toont dat niet realistisch is, maar zorgvuldig gecomponeerd. In plaats van de bekende Alpen koos hij voor het minder bekende Riesengebirge. Hier wandelde hij. Symboliek in de Duitse Romantiek De natuur als spiritueel domein De Duitse Romantiek ziet de natuur als een schepping van God en als een spiegel van de menselijke ziel. In deze schilderijen wordt de nietigheid van de mens benadrukt in contrast met de oneindigheid van de natuur. De eik als symbool van leven en dood De eik wordt vaak afgebeeld als symbool voor kracht, ouderdom en uiteindelijk sterfelijkheid. Deze boom staat symbool voor de menselijke levenscyclus en fungeert als een Curriculum Vitae van het menselijk leven. Caspar David Friedrich “Monnik aan de Zee” (1808) Dit schilderij is een van Friedrichs bekendste werken en wordt vaak beschouwd als een iconisch voorbeeld van de Duitse Romantiek. Het toont een eenzame monnik die uitkijkt over een eindeloze, lege zee, wat een gevoel van nietigheid en eenzaamheid oproept. Het benadrukt de grootsheid van de natuur in contrast met de kleine, nietige mens. Wat veel werken van de Duitse Romantiek zo krachtig maken, is het gebruik van atmosferisch perspectief. Dit perspectief wordt gekenmerkt door: Objecten op de achtergrond worden vager en onduidelijker. Kleuren in de verte lijken lichter en de intensiteit van de kleuren neemt af. Dit creëert een gevoel van enorme wijdsheid, alsof de zee oneindig doorloopt. “De IJszee” (1823) In dit schilderij legt Friedrich een andere kant van de natuur vast: de rauwe, onverschillige kracht ervan. Het ijs lijkt de schepen te hebben verslonden, wat een metafoor kan zijn voor de kwetsbaarheid van de mens en zijn creaties tegenover de natuur. Caspar David Friedrich (1774–1840) “De wandelaar boven de nevelen” (1818) Dit schilderij is een van Friedrichs meest iconische werken en toont een figuur van achteren (een zogenoemde ‘Rückenfigur’), die uitkijkt over een landschap van bergen en mist. De kleding en het wandelstokje van de figuur passen niet bij het ruige, natuurlijke landschap, wat suggereert dat het een geïdealiseerde voorstelling is. Het wordt vaak geïnterpreteerd als een symbolische reflectie op de relatie tussen mens en natuur. Sommigen denken dat het een zelfportret van Friedrich kan zijn. “De levensfase” (1832) Dit schilderij is diep symbolisch en toont vijf mensen en vijf boten, die elk een levensfase vertegenwoordigen. De oude man is Friedrich zelf. De man met de hoed is zijn neef Johann, die een gebaar maakt alsof hij afscheid neemt. Op de achtergrond staan zijn kinderen: zijn oudste dochter Emma, Agnes, Adelheid, en Gustav Adolf. Ze spelen met een vlaggetje, wat de onbezorgdheid van de kindertijd symboliseert. De boten op het water staan voor het loslaten van dierbaren, zoals kleinkinderen. “De eenzame boom” (1822) In dit schilderij staat een eenzame eikenboom centraal.. Het landschap is gesplitst in een morgen- en avondlandschap, waarbij deze voorstelling de morgen symboliseert. Daarnaast schilderde Friedrich andere variaties van eenzame bomen, zoals: De boom met raven (links) Eikenboom in de sneeuw (rechts) Caspar David Friedrich “Abtei im Eichwald” (1809–1810) Dit vroeg werk van Friedrich toont een vervallen abdij, gelegen in een kaal en winterachtig landschap. “De stoere eik” en de connectie met muziek De eik wordt ook verbonden met de Romantische muziek, zoals in Schuberts “Winterreise.” Dit muzikale meesterwerk verbeeldt de levensweg, keuzes en de onzekerheid van het bestaan. Schubert’s werk is sterk emotioneel, bijna meer een expressie van passie en innerlijke strijd dan een muzikale compositie. Het thema van de levensweg en het naderende einde resoneert sterk met Friedrichs symboliek, zoals in de eenzame boom en andere werken. Franz Schubert 1797-1828 4 opera’s, 2 symfonieën, 144 liederen + Winterreise 24 liederen 1827 Pierre Louis Dubourcq “Begrafenis in Baden-Baden” (1855) Dit schilderij zit vol symboliek over leven en dood: De begrafenisstoet verbeeldt de dood. De beek symboliseert het stromende leven, voortdurend in beweging. De boom staat voor sterfelijkheid. De korenvelden verwijzen naar eten en leven, en vormen een contrast met de dood. Eugen Bracht (1842-1921) “Das Gestade der Vergessenheit” (1889) Dit werk bevindt zich in de late romantiek, met invloeden die richting het symbolisme wijzen, maar het blijft nog stevig geworteld in het realisme. Belangrijke elementen: Inspiratie en voorstelling: Het landschap is niet gebaseerd op een echt bestaande plek maar komt voort uit Bracht’s fantasie. Symboliek en details: De schaduw in het werk staat symbool voor de dood, een thema dat door het gehele schilderij heen verweven is. Bij inzoomen ontdek je dat het landschap bezaaid ligt met schedels, subtiel verstopt in het beeld. Deze details versterken het idee van de totale vernietiging van de aarde. Invloeden van symbolisme: De nadruk op metaforen zoals de schedels en schaduwen zet de betekenis centraal boven het strikt afgebeelde landschap, wat vooruitwijst naar het symbolisme. Er zijn van dit werk 8 versies geschilderd. 3 zijn er nu nog over. Arnold Böcklin (1827-1901) “Toteninsel” (1880-1886) Arnold Böcklin, een Zwitserse schilder uit de laatromantiek met sterke invloeden van het symbolisme, creëerde tussen 1880 en 1886 vijf versies van zijn beroemde werk “Toteninsel” (Eiland der Doden). Dit werk was een favoriet van Adolf Hitler. Beschrijving van het werk: De setting: Het schilderij toont een eiland omgeven door water. Op een kleine boot zien we een priester (mogelijk Charon, de mythologische veerman), een lijkkist en een roeier, die over de Styx varen naar het rijk der doden. Het werk symboliseert de transitie van het leven naar de dood, maar zonder te focussen op lichamelijk verval. Symboliek: o De cipressen: Deze bomen waren in Zuid-Europa traditioneel verbonden met kerkhoven en rouw. Böcklin liet zich inspireren door het kerkhof van Florence, waar zijn dochtertje begraven was. o Het eiland: Het eiland wordt gezien als een plek van stilte, eeuwigheid, en het hiernamaals. Het eiland ligt vol met begraafopties en staat symbool voor de reis naar het onbekende hiernamaals na de dood. “Zelfportret met vioolspelende Dood” (1872) In “Zelfportret met vioolspelende Dood” schildert Arnold Böcklin zichzelf terwijl hij luistert naar de muziek van de Dood, die achter hem op een viool speelt. Dit werk is een krachtig voorbeeld van de romantische fascinatie met de dood en een reflectie op de vergankelijkheid van het leven. Dit zelfportret is niet alleen een introspectieve studie van Böcklin's eigen sterfelijkheid, maar ook een representatie van de romantische en symbolistische fascinatie met het mysterie van de dood. Het suggereert dat zelfs kunstenaars niet ontsnappen aan de eindigheid van het bestaan, terwijl kunst een manier kan zijn om met dat besef om te gaan. Engelse Romantiek: Fantasie en Neogotiek De Engelse romantiek onderscheidt zich door haar focus op de natuurwereld, fantasie, en een sterke nadruk op neogotiek. Deze stroming benadrukt zowel de grootsheid van de natuur als de nietige positie van de mens, vaak in een goddelijk of spiritueel landschap. Dit zagen we ook terug in de Duitse Romantiek, maar hier kijken we vooral naar natuurgeweld. Belangrijke kunstenaars in deze beweging zijn onder andere John Martin, Henri Fuseli, William Blake, en William Turner. John Martin (1789-1854) “The Great Day of His Wrath” (1851-1853) Beschrijving: Dit werk, onderdeel van een triptiek over het laatste oordeel, toont de apocalyptische toorn van God. De rode maan verlicht een wereld in chaos, waarin de aarde uiteenbreekt en hulpeloze mensen worden meegesleurd in de vernietiging. Thema’s en symboliek: o Gods wraak: De eindtijd, waarin de macht en woede van God de mens volledig overweldigen. o Nietige mens: De figuren zijn klein en machteloos in het overweldigende, door God geschapen landschap. o Romantische elementen: De dramatiek, de grootsheid van de natuur, en de spirituele ondertoon sluiten aan bij de kern van de Engelse romantiek. “Macbeth” (1820) Beschrijving: Dit werk beeldt een scène uit Shakespeare's Macbeth uit. Macbeth en Banquo, die zojuist de legers van Noorwegen en Ierland hebben verslagen, staan oog in oog met drie angstaanjagende heksen die uit de lucht neerdalen. Johann Heinrich Füssli (1741-1825) “De Nachtmerrie” (1781) Beschrijving: Dit zeer vroege romantische werk toont een vrouw in een diepe slaap, terwijl een demonachtige incubus op haar borst zit en een angstaanjagend paard met wijd opengesperde ogen door een gordijn kijkt. Het is een van de meest iconische schilderijen die Gothic horror en romantische thematiek combineren. Achtergrond: Füssli, een Zwitsers-Engelse kunstenaar, werd geïnspireerd door persoonlijke gevoelens en obsessies. Hij was verliefd op een vrouw die hem afwees, wat leidde tot intense innerlijke conflicten die in zijn werk tot uiting kwamen. Een van zijn gepassioneerde citaten over deze vrouw laat zijn intense emoties zien: " Afgelopen nacht had ik haar in mijn bed - husselde mijn nachtkleding door elkaar tot een hoop - wond mijn hete en vast gesloten handen om haar heen - liet haar lichaam en ziel versmelten met de mijne - liet mijn geest in haar stromen, mijn adem en mijn kracht. Iedereen die haar nu aanraakt maakt zich schuldig aan overspel en bloedschande! Ze is de mijne, ik de hare. En hebben zal ik haar….” Dit werk is een samensmelting van Gothic horror, neobarokke stijl, en diep romantische gevoelens. “De Stilte” (1800) Beschrijving: Dit minder bekende werk van Füssli straalt een gevoel van spanning en mysterie uit. Zoals veel van zijn schilderijen speelt het met duisternis, stilte en het bovennatuurlijke, waarbij innerlijke emoties centraal staan. William Blake (1757-1827) “The Ancient of Days” (1794) Beschrijving: Dit werk toont een dramatische figuur die God voorstelt, bekend als “The Ancient of Days” (een verwijzing naar het Bijbelboek Daniel). Met een passer in zijn hand reikt hij uit om de kosmos te meten, een metafoor voor de schepping en orde. Joseph Mallord William Turner (1775-1851) Turner begon op jonge leeftijd met schilderen. Hij had al op 15-jarige leeftijd een werk in de Zomersalon van de Royal Academy of Art (1790), een aquarel. Hij was op 14-jarige leeftijd aangenomen op de kunstacademie. Vroege Werken en Invloeden 1. Fishermen at Sea (1796) o Dit was een van Turners vroege werken, dat al te zien was op de salon toen Turner 21 jaar oud was. Hij was toen 21, maar had zijn carrière op 14-jarige leeftijd begonnen aan de kunstschool. Veel van zijn vroege werken gingen over de zee. Zijn stijl was aanvankelijk romantisch, maar Turners werk was veel meer dan alleen dat. 2. Ludolf Backhuysen en Invloed o Turner haalde inspiratie uit de werken van Ludolf Backhuysen (1630-1708), een Nederlandse schilder uit de 17e eeuw. In het werk Schepen voor de rotskunst in problemen (1667) van Backhuysen, worden drie Nederlandse schepen afgebeeld die proberen de storm te trotseren. Dit schilderij liet de kracht van de zee zien, wat Turner beïnvloedde in zijn eigen werk, zoals het thema van schepen in moeilijkheden. Belangrijke Werken van Turner 1. Scheepswrak (1805) o Scheepswrak (1805) is een ander belangrijk werk van Turner. 2. Crossing the Brook (1815) o Crossing the Brook (1815) De Salon en Medaille Turner won een medaille in de salon, wat ervoor zorgde dat werken niet meer afgewezen konden worden. Forum Romanum is een goed voorbeeld van een werk dat vanwege de medaille in de salon mocht blijven, hoewel de vriend van Turner het werk niet mooi vond. (Het werk had Turner gemaakt voor hem). De complementaire kleuren en de vlekkerige penseelstreken werden destijds als lelijk beschouwd, maar Turner kreeg het recht om het werk tentoon te stellen vanwege de gewonnen medaille. Voorin de boog van Titus en rechts de Basilica van Constantijn. Voor John Soane ( Zijn vriend), maar die kocht het niet. Symboliek in zijn Werken In zijn werk Apollo en de Sibille laat Turner de vergankelijkheid van het leven zien. Het verhaal gaat over de Sibille, die aan Apollo vraagt om een levensduur gelijk aan het aantal zandkorrels op aarde. Ze krijgt wat ze vraagt, maar vergeet eeuwige jeugd te vragen. Hierdoor vergaat ze, terwijl het landschap steeds vernieuwt en mooi blijft. De Brand van Londen (1835) De brand in The Houses of Parliament in 1835 was een ongeluk dat ontstaan was door iets dat in de kelder werd verbrand. Turner maakte drie versies van dit werk, maar de stijl werd als te vlekkerig beschouwd. Toch werd het werk niet afgewezen vanwege de medaille die Turner eerder had gewonnen. Dit werk is belangrijk omdat het een overgang vormt naar het impressionisme, maar nog steeds binnen de romantiek blijft. Het Slavenschip (1840) Het schilderij Het Slavenschip (1840) vertelt het waargebeurde verhaal van het Engelse slavenschip Zong. Het schip vervoerde 442 slaven en 17 bemanningsleden van Ghana naar Jamaica. Door ziekte stierven 62 slaven, en op 29 november 1781 werden 59 slaven overboord gegooid. Op 1 december werden 42 slaven overboord gegooid, en later nog eens 39. Daarnaast sprongen 10 slaven zelf overboord. Toen het schip aankwam, waren er nog 208 slaven over. Dit werk is een krachtige visuele weergave van de gruwelijke slavernijpraktijken, met het schip, de kettingen en de slaven als centrale elementen. “The Fighting Temeraire” (1838) Beschrijving: Nelsons oorlogsschip wordt weggesleept door een stoomboot naar zijn laatste rustplaats. Symboliek: Weemoed en teloorgang, met de metafoor van de laatste fase van het menselijk leven. De zonsondergang versterkt dit romantische idee. Techniek: Turner gebruikte minder precisie. Hij werkte met verfklodders, gebruikte zijn elleboog en spuugde soms op het schilderij. “Begrafenis op zee” (1845) Beschrijving: Geschilderd als eerbetoon aan David Wilkie, een vriend van Turner die op zee werd begraven. “Notham Castle Sunrise” (1845) Beschrijving: Een belangrijk werk waarin het dier helpt de compositie te herkennen; zonder dat zou het totaal abstract lijken. Turner zijn werk wordt steeds abstracter. Andere werken van Turner: “Sunrise with Sea Monsters” (1845): Een mystieke weergave van de zee als een mysterieuze, donkere plek. “De Grote Westerse Spoorweg” (1840): o Vooruitgang en technologie staan centraal in dit werk. “Sneeuwstorm” (1842) Onvoltooide werken: Turner heeft meerdere werken achtergelaten die mogelijk onaf zijn: “Seascape with a Distant Coast” (1840): Gevonden in zijn atelier na zijn dood. “Yacht Approaching the Coast” (1840-1845): Links in het werk lijken gebouwen Venetië te vertegenwoordigen. “Rough Sea” (1840-1845): Links mogelijk een groot schip of pier; rechts een zeil van een boot op afstand. “Rough Sea with Wreckage” (1840): Laat de schaduw van mensen zien en een schipbreuk die door golven wordt verzwolgen. “Stormy Sea with Blazing Wreck” (1835-1840): Weergave van een storm met een wrak, bekeken vanaf de kust. Claude Monet (1840-1926) “Impression, Soleil Levant” (1872) Beschrijving: Dit schilderij, gemaakt in november 1872, gaf zijn naam aan de stijl impressionisme. Betekenis: Het werk legde de nadruk op het momentane, het vangen van licht en sfeer in plaats van details. DE LES VAN DINSDAG 10 DECEMBER 2024 Fotografie: Innovatie van de 19e Eeuw Joseph Nicéphore Niépce (1765-1833) Bijdrage: Maker van de oudste bewaarde foto uit 1826, genomen vanuit een raam in Le Gras. Techniek: Heliogravure ▪ Gebruik van een tinnen plaat bedekt met Syrisch asfalt (bitumen). Bitumen verhardde bij belichting en werd donker; het onbelichte asfalt werd weggewassen. Het geheel werd lichtgevoelig gemaakt met zouten. De belichting duurde circa 8,5 uur. o Resultaat: ▪ Het eerste gefotografeerde beeld toont gebouwen, met beide zijden belicht vanwege de lange belichtingstijd. De heliogravure werd beschouwd als een vorm van etstechniek. Later werd de afbeelding als druk op papier gereproduceerd. Invloed: o Hoewel revolutionair, legde Niépce zijn uitvinding niet officieel vast. Dit werd pas later gedaan door Louis Daguerre. (Een student van hem) o Fotografie werd hierdoor een belangrijk medium dat zowel kunst als het dagelijkse bestaan beïnvloedde. (Belangrijk voor de toets om te weten wanneer, de invloed op te kunst en het dagelijkse bestaan.) Louis Jacques Mandé Daguerre (1787-1851) Achtergrond: Decorschilder en directeur van het Diorama in Parijs. Techniek: o Daguerreotypie: ▪ Gebruik van een koperen plaat bedekt met zilvernitraat. De plaat werd lichtgevoelig gemaakt met jodiumdampen en ontwikkeld met kwikdamp. Het fixeren gebeurde met zouten. Het resultaat was een positief beeld in spiegelbeeld. Iconisch Werk: o Boulevard du Temple (1838/1839): ▪ Eerste foto waarin een mens te zien is. Door de lange sluitertijd is de straat (destijds de drukste van Parijs) vrijwel leeg, met uitzondering van een man die zijn schoenen laat poetsen. Dit markeert de overgang naar mens- en portretfotografie. Publicatie: o De uitvinding werd op 7 januari 1839 gepresenteerd aan de Académie des Sciences in Parijs. De Razendsnelle Ontwikkeling van de Fotografie In de 19e eeuw bracht de fotografie een revolutie teweeg in de manier waarop de werkelijkheid werd vastgelegd. Wat begon als een technische innovatie, groeide uit tot een medium dat zowel het dagelijkse bestaan als de kunstwereld voorgoed veranderde. De eerste commerciële techniek, de daguerreotypie, werd in 1839 geïntroduceerd door Louis Daguerre. Deze methode maakte gebruik van koperen platen die met zilvernitraat en jodiumdampen lichtgevoelig werden gemaakt en vervolgens met kwikdampen ontwikkeld. De eerste foto’s waren een uniek en spiegelbeeldig positief, zonder mogelijkheid tot reproductie. Ondanks de complexiteit van de techniek verspreidde deze zich snel: in 1846 waren er in Parijs al meer dan 2000 camera’s verkocht, en rond 1849 werden er alleen daar meer dan 100.000 daguerreotypieën geproduceerd. In de Verenigde Staten werden tussen 1840 en 1860 meer dan 30 miljoen foto’s gemaakt, waarvan 95% portretten. Tegelijkertijd maakte de technologie grote sprongen vooruit. In 1841 werd de belichtingstijd al teruggebracht tot minder dan vijf minuten, en rond 1860 was dit minder dan een minuut. Dit maakte fotografie toegankelijker en veelzijdiger. De Bijdrage van Henri Fox Talbot Henri Fox Talbot was een pionier die de fotografie verder ontwikkelde en transformeerde. Hij introduceerde een techniek die bekend werd als de calotypie, of zonnebeelden. In plaats van metalen platen gebruikte hij papier dat lichtgevoelig was gemaakt met zilvernitraat en vervolgens gefixeerd met zouten. Zijn belangrijkste bijdrage was het papier-negatief, dat hij in 1841 uitvond. Dit proces maakte het mogelijk om meerdere afdrukken van één negatief te maken, iets wat bij daguerreotypieën niet kon. Het principe van negatief en positief – waarbij donkere en lichte tonen in het negatief worden omgekeerd in het positieve beeld – vormde de basis voor de moderne fotografie. (Een wit item op een zwarte achtergrond is negatief. En een zwart item op een witte achtergrond is positief) Een beroemd voorbeeld hiervan is Talbots foto van Nelson’s Column op Trafalgar Square in Londen uit 1844. Dit werk, een zoutdruk van een calotypie-negatief, heeft zowel een historische als een artistieke waarde. De posters in het beeld geven een tijdsaanduiding (de eerste week van april 1844), wat het werk tot een vroeg voorbeeld van documentaire fotografie maakt. Tegelijkertijd toont de zorgvuldige compositie, gebaseerd op de gulden snede, dat er ook artistieke keuzes zijn gemaakt. De onscherpte (atmosferisch perspectief), een effect dat we nu als vanzelfsprekend beschouwen, was destijds een nieuw visueel element. Een Nieuwe Vorm van Kunst en Documentatie Fotografie was niet alleen een wetenschappelijke ontdekking, maar ook een medium dat de kunst veranderde. Waar schilders eeuwenlang de werkelijkheid interpreteerden, bood de fotografie een ongekende precisie in het vastleggen van een moment. Dit had grote invloed op kunstenaars, die hun eigen rol opnieuw moesten definiëren. Tegelijkertijd bood fotografie de mogelijkheid om het dagelijks leven, historische gebeurtenissen en landschappen te documenteren op een schaal die voorheen ondenkbaar was. Met de uitvinding van het papier-negatief door Talbot werd fotografie reproduceerbaar, waardoor het niet langer een unieke prestatie was, maar een krachtig middel voor massaproductie. Hoewel de techniek nog maar 200 jaar oud is, heeft ze een blijvende impact gehad op hoe we de wereld zien, herinneren en begrijpen. Ontwikkeling van portretfotografie: Van schilderijen naar statieportretten De fotografie bracht grote veranderingen teweeg in de wereld van portretten. Foto’s waren relatief goedkoop in vergelijking met geschilderde portretten, en dit maakte ze toegankelijker voor een breder publiek. Toch speelden schilderijen en fotografie een tijdlang een parallelle rol, omdat fotografie enkele beperkingen had: Kleur: Schilderkunst bood de mogelijkheid om in kleur te werken, terwijl fotografie in die tijd alleen zwart-wit was. Grootte: Schilderijen konden levensgroot worden gemaakt, terwijl foto’s klein bleven, zoals bijvoorbeeld de populaire carte de visite van 11,4 x 6,3 cm. Deze waren de voorloper van de prentbriefkaart en werden veel verspreid. Verbeelding en idealisering: Schilderijen gaven kunstenaars de vrijheid om mensen anders of geïdealiseerd af te beelden. Fotografie kon dat toen nog niet en registreerde de werkelijkheid zoals die was. Fotografen zoals Gustave von Oehme maakten prachtige portretten, zoals dat van drie kinderen uit 1843. Hoewel het een momentopname lijkt, moesten de kinderen lang stilzitten vanwege de lange belichtingstijd. Dit is te zien aan de gespannen gezichten. Dit werk toont een driehoekscompositie die doet denken aan de stijl van Raphael uit de 16e eeuw. De reactie van schilders en de impact op kunst De opkomst van fotografie zorgde voor onrust onder schilders. Het nabootsen van de werkelijkheid, wat schilders eeuwenlang hadden gedaan, werd plotseling beter en sneller uitgevoerd door foto’s. Hierdoor werden kunstenaars gedwongen om nieuwe richtingen in te slaan, zoals het impressionisme, waarin niet langer de exacte werkelijkheid werd vastgelegd, maar de beleving en sfeer van een moment. Technologische doorbraken in fotografie De technologische ontwikkelingen in de fotografie volgden elkaar razendsnel op: 1851: Frederik Scott Archer ontwikkelde het glasnegatief, een cruciale stap in het verbeteren van scherpte en detail. 1865: Belichtingstijd werd gereduceerd tot slechts 1/50e van een seconde, waardoor fotografie dynamischer werd. 1880: Kodak introduceerde de Kodakbox, een rolfilmcamera met de slogan: "You press the button, we do the rest." Dit maakte fotografie nog toegankelijker en veranderde het proces van het maken van foto’s voorgoed. De opkomst van commerciële fotografie Fotostudio’s floreerden tijdens deze periode. In 1851 waren er al 71 fotostudio’s in New York waar men voor een "One dollar Portrait" een portret kon laten maken. Dit democratiseerde portretfotografie verder en maakte het een integraal onderdeel van het dagelijks leven. De Werkelijkheid en de Manipulatieve Schijnwereld: Enscenering en Fotobewerking in de Fotografie In de 19e eeuw werden de grenzen van fotografie steeds verder opgerekt. Het medium ging niet alleen om het vastleggen van de werkelijkheid, maar ook om het creëren en manipuleren van beelden. Dit maakte fotografie niet alleen een techniek, maar ook een volwaardige kunstvorm. Fox Talbot: “The Open Door” (1844) Fox Talbot wordt gezien als een van de pioniers van de geënsceneerde fotografie. Zijn foto “The Open Door” uit 1844 is mogelijk de eerste geënsceneerde foto ooit. Alles in de compositie is bewust gekozen: de bezem, de lichtrichting, en de schaduwen zijn symmetrisch geordend. Deze foto overstijgt daarmee het puur documenteren en wordt een artistiek werk. Camille Silvie: “Landschap” (1858) Silvie introduceerde manipulatie in de fotografie door twee negatieven over elkaar heen te leggen. In dit romantische werk werd het beeld aangepast, zodat het naadloos in harmonie was met de lucht. Deze techniek laat zien hoe fotografie al vroeg een manipulatieve kant kreeg, vergelijkbaar met schilderkunst in de romantiek. Henri Peach Robinson: “Fading Away” (1858) Henri Peach Robinson, een leerling van Oscar Rejlander, wordt gezien als een van de belangrijkste vertegenwoordigers van het picturalisme, een beweging die fotografie als kunstvorm beschouwde. In “Fading Away” gebruikte Robinson vijf losse glasnegatieven die hij samenvoegde tot één beeld. Het werk toont een stervende jonge vrouw, omringd door haar familie. Door de geënsceneerde compositie en de technische complexiteit bracht Robinson fotografie dicht bij schilderkunst. Hiermee bewees hij dat fotografie een volwaardige kunstvorm kon zijn. Peter Henry Emerson: “Gathering Waterlilies” (1886) Peter Henry Emerson stond in contrast met Robinson. Hij vond dat fotografie geen kunstvorm was en wees manipulatie en fotobewerking af. In “Gathering Waterlilies” zien we een zuivere, onbewerkte opname van een vrouw die waterlelies verzamelt. Het werk benadrukt het natuurlijke karakter van fotografie zonder ingrepen, wat Emerson beschouwde als de kern van het medium. Picturalisme en Schilderkunst In 1862 werd fotografie officieel erkend als een kunstvorm, tijdens een beroemd proces over copyright (later bekend als beeldrecht). Het proces werd gewonnen door de slimme advocaat Maitre Marie, die twee belangrijke argumenten aanvoerde: het idee dat fotografie de werkelijkheid weergeeft als basis en het concept van fotografie als schilderkunst. Edward Steichen en het Picturalisme Edward Steichen (VS) was een belangrijke vertegenwoordiger van het picturalisme, een stroming in de fotografie die schilderseffecten na probeerde te bootsen. Een van zijn bekendste werken is de foto Flatiron Building (1904), een zwart-wit foto die werd gemaakt met een gom platinadruk (Arabische gom met kaliumbichromaat). Deze techniek was bijzonder arbeidsintensief, met een oplage van slechts drie exemplaren, die allemaal met de hand werden ingekleurd. Steichen verkocht het werk voor een indrukwekkende 2.928.000 dollar. Het beeld toont de ontmoeting van het verleden (de koets) en de toekomst (het flatgebouw), een thema van de moderniteit. De blauwige tint in de foto was typisch voor de tijd. Kenmerken van het Picturalisme en de Invloed van het Impressionisme De stijl van het picturalisme vertoont verschillende overeenkomsten met het impressionisme, zowel in de fotografie als in de schilderkunst. Enkele van de belangrijkste kenmerken zijn: Momentopname: Zowel in fotografie als in schilderkunst wordt het moment vastgelegd, een vluchtige impressie van de werkelijkheid (zoals ook het geval is bij alle foto’s). Diepte door licht en donker: In zowel fotografie als schilderkunst wordt diepte gecreëerd door het gebruik van licht en schaduw, een techniek die in vrijwel alle foto’s en veel schilderijen terugkomt. Suggestie: In het picturalisme, net als in het impressionisme, wordt de nadruk gelegd op de suggestie van de werkelijkheid. De beelden zijn niet altijd helder of gedetailleerd, maar geven in plaats daarvan een vage, suggestieve indruk van de scène. Dit kan worden omschreven als "vlekkerig", waarbij het doel is om de sfeer of impressie van het moment vast te leggen, in plaats van het vastleggen van exacte details. Licht, kleur en beweging: Het vastleggen van licht, kleur en beweging in het moment van alledaagse werkelijkheid is een belangrijk kenmerk van zowel het impressionisme als het picturalisme. Deze stijl legde de nadruk op het vluchtige karakter van het moment en de vergankelijkheid van de werkelijkheid. Picturaal: De impressionisten schilderden in een picturale stijl, wat betekent dat ze schilderachtige technieken gebruikten (zoals verf op doek) om de indrukken van een moment te vangen. Deze stijl was zowel suggestief als vluchtig, zoals een onscherpe foto. James McNeill Whistler (1834-1903) James McNeill Whistler, een Amerikaanse kunstenaar die in Engeland leefde, was invloedrijk in het ontwikkelen van een stijl die de verbinding tussen schilderkunst en fotografie benadrukte. Zijn serie Nocturnes (geïnspireerd door de muziek van Chopin) is een goed voorbeeld van atmosferisch perspectief, wat betekent dat de ruimte in de schilderijen via licht en schaduw werd gecreëerd, en niet door duidelijke contouren. De techniek van het afsnijden van de compositie, waarbij delen van de scène worden weggelaten, is ook een stijlkenmerk van Whistler, en komt voort uit de fotografie. Deze benadering beïnvloedde de schilderkunst, en Whistler bewees dat de grenzen tussen schilderkunst en fotografie steeds vager werden. Claude Monet en de Invloed van Fotografie op Schilderkunst Claude Monet maakte rond 1900 een reeks van ongeveer 41 schilderijen van de Waterloo Bridge in Londen, wat een uitstekend voorbeeld is van de impressionistische stijl. Monet’s werk toont een picturale stijl die sterk lijkt op fotografie, waarbij de impressie van een moment belangrijker is dan de nauwkeurige weergave van de werkelijkheid. Monet's schilderijen focussen zich niet op precisie, maar leggen in plaats daarvan de atmosfeer van het moment vast – het moment van de dag, de weersomstandigheden en de vluchtigheid van het moment, zonder de nadruk te leggen op gedetailleerde of exacte weergaven. De stijl die Monet en andere impressionisten ontwikkelden, was een reactie tegen de academische schilderkunst van de salon. In plaats van te streven naar academische precisie, legden de impressionisten de nadruk op de alledaagse werkelijkheid, zoals deze werd ervaren, en richtten zij zich op het vastleggen van de vluchtige indrukken van licht en kleur die de werkelijkheid op dat moment te bieden had. Impressionisme en de Invloed van Fotografie Het Impressionisme is een kunststroming die zijn oorsprong vond in Frankrijk in de tweede helft van de 19e eeuw. De schilders die tot deze stroming behoorden, gaven de voorkeur aan het vastleggen van vluchtige, alledaagse momenten met focus op licht, kleur en sfeer in plaats van op gedetailleerde en exacte weergave van de werkelijkheid. De belangrijkste kunstenaars die deze stroming vormden waren onder andere: Claude Monet Pierre-Auguste Renoir Edgar Degas Camille Pissarro Alfred Sisley Édouard Manet Berthe Morisot Mary Cassatt Claude Monet (1840-1926) Monet wordt vaak gezien als de vader van het impressionisme. Zijn werk Impression, Soleil Levant (1872) werd oorspronkelijk geweigerd door de officiële Salon, maar werd later tentoongesteld op de eerste impressionistische tentoonstelling in 1874, georganiseerd door fotograaf Nadar. De naam "Impressionisme" werd afgeleid van deze schilderijtitel, nadat een criticus in Le Charivari het werk als "impressie" beschreef. Een andere criticus, Montifaud, noemde het werk een "kinderlijk werk van een scholier die voor het eerst met verf zit te kladden." Monet begon op 24-jarige leeftijd met plein-air schilderen (buiten schilderen) en werkte voornamelijk aan landschappen. Hij was op dat moment net afgestudeerd van de Académie Suisse. Tijdens de Frans-Duitse Oorlog van 1870 vluchtte Monet samen met Camille Pissarro naar Londen. Later vestigde hij zich in Argenteuil (bij Parijs) en uiteindelijk in Giverny, waar hij zijn beroemde tuin als onderwerp van zijn werk gebruikte. Het werk dat Monet maakte in 1869 in de badplaats La Grenouillère (de kikker) is een van zijn vroege impressionistische schilderijen. Pierre-Auguste Renoir (1841-1919) Renoir, een andere belangrijke impressionist, werkte samen met Monet in La Grenouillère in 1869. Hij exposeerde tot 1864 op de officiële Salon, maar na 1864 werd zijn werk tijdelijk geweigerd. Ondanks dit, verkoopt hij veel van zijn werk op de Amerikaanse markt. Renoir, net als Monet, ging verder met het schilderen van scènes uit het dagelijks leven, met bijzondere aandacht voor licht, kleur en beweging. De Invloed van Fotografie op het Picturalisme De invloed van de fotografie, en het picturalisme in het bijzonder, was diepgaand in de ontwikkeling van het impressionisme. Het picturalisme was een fotografische stroming die schilderachtige effecten probeerde te bereiken in fotografie. Dit werd mogelijk gemaakt door technieken zoals het gebruik van gom platinadruk, zoals toegepast door de fotograaf Alvin Langdon Coburn (1882- 1966), die in 1911 de beroemde foto Flatiron Building maakte. Deze techniek gebruikte twee belichtingen op één plaat, met Arabische gom. Coburn maakte ook gebruik van onscherpte in zijn foto’s, wat een techniek is die door Monet werd toegepast, zoals bijvoorbeeld te zien in zijn werk van de Japanse Brug. Coburn's foto's vertonen ook de invloed van de Japanse afsnijding (repuossoir), een techniek die afkomstig is uit de Japanse prentkunst, met name houtsneden van Ando Hiroshige (1797-1858). Hiroshige’s invloed was te zien in de composities van Coburn, zoals in zijn foto’s van de Waterloo Bridge (1903) en St. Paul’s (1903), waar de techniek van repuossoir werd gebruikt, waarbij er geen middenplan wordt weergegeven en de compositie gedeeltelijk wordt afgesneden. Repuossoir en Afsnijding Het concept van repuossoir verwijst naar de techniek van afsnijding in de compositie, die zowel in de fotografie als in de schilderkunst werd toegepast. In plaats van een volledig weergegeven scène, wordt er een deel van de compositie weggelaten, waardoor de focus wordt gelegd op de suggestie van de scène, wat resulteert in een gevoel van diepte en een dynamisch beeld. Deze techniek werd niet alleen in de fotografie toegepast door Coburn, maar ook in de schilderkunst van Monet, die de invloed van de Japanse prenten, met hun karakteristieke afsnijdingen, sterk waardeerde. Andere Invloeden en Belangrijke Figuren Naast Monet, Renoir en Coburn, zijn er nog enkele andere invloedrijke figuren in zowel de schilderkunst als de fotografie: Jean-Baptiste Corot (1796-1875), een Franse kunstenaar die het realisme vertegenwoordigde, zijn werk is te herkennen aan zijn landschappen en het gebruik van licht. Alfred Stieglitz (1864-1940), een invloedrijke fotograaf en galeriehouder, opende in 1905 de eerste galerie voor fotografie ooit, genaamd 291 (naar het straatnummer van 5th Avenue). Hij speelde een cruciale rol in het bevorderen van fotografie als kunstvorm, vooral in de Verenigde Staten. Turner en Monet (treinen) Joseph Mallord William Turner – Een trein steekt de rivier over (1844) Turner, een beroemde Engelse schilder uit de romantische stroming, schilderde in Een trein steekt de rivier over (1844) de nieuwe, moderne technologie van de trein. Hoewel Turner als romantisch schilder werd beschouwd, vertoonde zijn techniek al invloed van het latere impressionisme. Hij legde de dynamiek van de trein vast met vage vormen en een focus op licht en sfeer, technieken die later typerend zouden worden voor het impressionisme. In dit werk is er een duidelijke nadruk op de beweging van de trein en de veranderingen die de industriële revolutie met zich meebracht, hoewel de trein in die tijd vaak als lelijk en verstorend werd gezien voor het landschap. Claude Monet – Station Saint-Lazare (1877) Monet, een van de pioniers van het impressionisme, schilderde in 1877 een serie van 12 werken in het station Saint-Lazare in Parijs. Deze schilderijen tonen de moderne, industriële wereld van de trein en het station, wat een contrast vormt met het traditionele beeld van de natuur in eerdere kunststromingen. In zijn schilderijen legt Monet de sfeer van de stoomtreinen vast door licht, rook en beweging te vangen, zonder zich te concentreren op gedetailleerde weergave. Zijn werk in het station van Saint-Lazare is een perfect voorbeeld van de typische kenmerken van het impressionisme: Suggestieve vormen: De trein wordt niet gedetailleerd uitgebeeld, maar wordt weergegeven door vage vormen die de beweging en de energie van het moment overbrengen. Schetsmatig: Het schilderij is niet gedetailleerd, maar heeft een losse, snelle penseelstreek die het gevoel van een vluchtige momentopname oproept. Kleur en licht als belangrijkste beeldelementen: De kleuren in het werk van Monet zijn belangrijker dan de vormen zelf. Licht speelt een cruciale rol in het vastleggen van de sfeer van het station en de interactie van de trein met zijn omgeving. Alledaagse voorstelling: De moderne, industriële wereld van het station wordt gepresenteerd als onderwerp van de kunst, in plaats van de traditionele schilderijen van natuur of historische scènes. Momentopname: Het werk van Monet legt het moment vast waarin de trein en de omgeving zich samenvoegen, een kenmerk van de impressionistische benadering van kunst. Monet’s werk in Station Saint-Lazare wordt vaak gezien als een overgang van de romantische stijl van Turner naar het impressionisme, aangezien de techniek van Monet meer kleur en licht in zijn werk bracht, maar nog steeds de snelle beweging van de trein op een dynamische, niet-gedetailleerde manier vastlegde. De Moderne Trein als Thema De trein zelf werd vaak gezien als een symbool van de industriële vooruitgang, maar ook als een verstoring van het natuurlijke landschap. Terwijl de trein door Turner als een dramatisch en dynamisch element werd getoond, werd het door veel mensen als een lelijkheid of landschapsvervuiling beschouwd. Monet gebruikte langzaam steeds meer kleur in zijn trein werken. Walter Frederick Osborne (1859-1903) De Ierse schilder Walter Frederick Osborne was ook beïnvloed door het impressionisme. In zijn werk Hastings Railway Station schilderde hij de levendige sfeer van een treinstation, waarbij hij de lichtinval en de beweging vastlegde, net als Monet in zijn werk bij Saint-Lazare. Osborne’s schilderijen, zoals de meeste impressionistische werken, leggen de nadruk op de alledaagse werkelijkheid en momentopnames van het leven, terwijl ze tegelijkertijd de emotionele impact van licht en kleur gebruiken. Alfred Sisley (1839-1899) Alfred Sisley, een Britse schilder die het grootste deel van zijn carrière in Frankrijk doorbracht, wordt vaak beschouwd als een van de grootste impressionistische kunstenaars. Zijn schilderij “Molen aan het water” is een goed voorbeeld van zijn typische stijl: picturaal en levendig, met nadruk op licht en kleur. Het werk toont een harmonieuze, natuurlijke scène, waarbij Sisley de atmosfeer van het landschap vastlegt. De schilder past fotografische afsnijding toe, een techniek die ook wordt gezien in de fotografie, waarbij hij delen van het beeld weglaat om de compositie meer dynamisch te maken. Dit sluit aan bij de impressionistische benadering van het vastleggen van een vluchtig moment, waarbij details vaak niet belangrijk zijn, maar het algemene effect van licht en kleur centraal staat. Gustave Caillebotte (1848-1894) Gustave Caillebotte is een kunstenaar die vaak tussen realisme en impressionisme stond. Zijn werk toont de momentopname die kenmerkend is voor het impressionisme, maar zijn manier van schilderen bleef dichter bij het realisme, met meer nadruk op precisie en detail. Twee van zijn beroemde schilderijen zijn: “Pont d’Europe in Parijs” (1876): Dit werk toont een drukke Parijse straat met de nadruk op de brug en de industriële wereld, vastgelegd in een momentopname die het gevoel van snelheid en beweging van de stad weergeeft. “Rue de Paris in de regen” (1877): Dit schilderij is een voorbeeld van Caillebotte's realistische benadering, waarin hij de regenachtige sfeer van de straat in Parijs schildert. Het werk heeft een realistische stijl, maar bevat ook elementen die de momentopname van het impressionisme weerspiegelen, met het gebruik van licht en de vluchtigheid van het moment. Pierre-Auguste Renoir (1841-1919) Pierre-Auguste Renoir was een van de voornaamste impressionistische schilders en zijn werk “Bal du Moulin de la Galette” (1876) is een van zijn beroemdste schilderijen. Dit schilderij bevat verschillende kenmerken die duidelijk de invloed van fotografie laten zien: Afsnijding: Het gebruik van afsnijding in de compositie, een techniek die uit de fotografie kwam, maakt het schilderij dynamischer en geeft het een gevoel van beweging, alsof we slechts een deel van de scène te zien krijgen. Momentopname: Renoir legt een levendig moment vast van mensen die dansen op het bal in de Moulin de la Galette, en het gebruik van licht en kleur speelt een cruciale rol in het vastleggen van de sfeer van de scène. Divergerende compositie: De elementen in de compositie trekken zich als het ware uit elkaar, wat het gevoel van beweging versterkt en de natuurlijke chaos van de scène benadrukt. Licht en kleur: Renoir maakte meesterlijk gebruik van licht en kleur om de energie en de levendigheid van de scène vast te leggen, typisch voor de impressionistische stijl. Suggestieve penseelvoering: De losse, ongedetailleerde penseelstreken creëren een gevoel van suggestie, waarbij het niet gaat om de precieze details, maar om het effect van licht, schaduw en kleur. De invloed van de fotografie is duidelijk in Renoir's werk, waarbij de fotografische afsnijding en de dynamische compositie doen denken aan de manier waarop een foto een moment vastlegt. In de vroege dagen van de fotografie werd zwart-wit gebruikelijk, maar schilderkunst kon door het naschilderen van foto’s zelf ook gepromoot worden. Samenvatting: Fotografie en de Invloed op Kunst en Dagelijks Bestaan Fotografie werd in 1862 erkend als kunstvorm en beïnvloedde zowel schilderkunst als het dagelijks leven. Het atmospherische perspectief, dat diepte en sfeer creëert, werd