10 Questions
Wat is het resultaat van de base-gekatalyseerde hydrolyse of verzeping van een vet?
Glycerol en het zout van het vetzuur
Wat is het eindproduct van de enzymatische hydrolyse van triglyceriden door lipasen?
Glycerol en vrijstelling van 3 vetzuren
Wat is het resultaat van hydrogenatie van plantaardige oliën?
Omzetting van dubbele bindingen naar enkelvoudige bindingen
Wat veroorzaakt ranzigheid bij vetten?
Gedeeltelijke hydrolyse en oxidatie
Wat is het gevolg van de reactie die optreedt tijdens ranzigheid?
Vetzuren, glycerol en vluchtige zuren
Welk enzym zorgt voor de hydrolyse van maltose tot 2 D-glucose?
α-glucosidase
Welk enzym hydrolyseert lactose tot D-glucose en D-galactose?
lactase
Wat is het hoofdbestanddeel van zetmeel dat bestaat uit een niet-vertakt glucose polymeer?
amylose
Welk enzym wordt gesecreteerd door de speekselklier en de pancreas voor de hydrolyse van zetmeel en glycogeen?
amylase
Wat veroorzaakt zijtakken in het anders lineair polymeer van amylopectine?
α−(1,6)-glycosidische bindingen
Study Notes
- Biochemie: Deel 1:
- Base-gekatalyseerde hydrolyse: reactie van vet met sterke base leidt tot glycerol en vetzuursalt
- Enzymatische hydrolyse: adipocyten bevatten lipasen die triglyceriden hydrolyseren tot glycerol en vetzuren
- Hydrogenatie: plantaardige oliën omgezet in vetten door toevoeging van waterstof en katalysator
- Ranzigheid: partiële hydrolyse en oxidatie van onverzadigde vetzuren leiden tot onaangename geur en smaak
- Vetten moeten koud en afgedekt bewaard worden om ranzig te voorkomen
- Biochemie: Deel 2:
- Koolhydraatmetabolisme:
- Afbraak van polymere koolhydraten
- Leerdoelen:
- Koolhydraatmetabolisme:
- Afbraak van koolhydraten uit het dieet: - De belangrijkste voedingsstoffen (koolhydraten, vetten, en eiwitten) worden progressief afgebroken - Drie belangrijke groepen enzymen (glycosidasen, esterasen, en amidasen) worden ingeschakeld
- Belangrijke koolhydraten voor levering van glucose: - Disacchariden (maltose, lactose, en sucrose) en polysacchariden (zetmeel en glycogeen)
- Afbraak van polymere koolhydraten:
- Hydrolyse van belangrijke voedingsstoffen (koolhydraten, vetten, en eiwitten) gebeurt in het gastro-intestinaal systeem
- Disacchariden (maltose, lactose, en sucrose) en polysacchariden (zetmeel en glycogeen) worden afgebroken door respectievelijk glycosidasen, esterasen, en amidasen
- Disacchariden worden verdeeld door afzonderlijke enzymen (maltase, lactase, en sucrase)
- Polysachariden (zetmeel en glycogeen) worden hoofdzakelijk door 2 sets extracellulaire enzymen (amylase) afgebroken
- Het metabolisme van koolhydraten:
- Zetmeel bestaat uit amylose (lineair glucose polymeer) en amylopectine (vertakt glucose polymeer)
- Glucose residuen zijn verbonden door α−(1,4)-glycosidische bindingen, maar amylopectine bevat naast α−(1,4)- ook α−(1,6)-glycosidische bindingen
- Glycogeen is chemisch gelijkaardig aan amylopectine maar is meer vertakt en heeft een hoger molecuulgewicht.
- Hydrolyse van zetmeel en glycogeen gebeurt hoofdzakelijk door 2 sets extracellulaire enzymen:
- Amylase wordt gesecreteerd door speekselklier en pancreas
- Afbraak van koolhydraten uit het dieet is nodig om energie en glucose voor het lichaam te leveren.
Leer over de biochemische processen die ten grondslag liggen aan de moleculaire bouwstenen van de cel, inclusief reacties zoals base-gekatalyseerde hydrolyse, enzymatische hydrolyse en hydrogenatie.
Make Your Own Quizzes and Flashcards
Convert your notes into interactive study material.
Get started for free