Biochemie: deck 1
42 Questions
3 Views

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Welke eigenschap heeft NAD+?

  • Het kan alleen in anaerobe omstandigheden functioneren.
  • Het is een covalent gebonden substraat.
  • Het is een co-enzym in redoxreacties. (correct)
  • Het is een vitamine.
  • Wat is een gevolg van een tekort aan niacine?

  • Het verhoogt de energieproductie.
  • Het leidt tot verhoogde aanmaak van tryptofaan.
  • Het veroorzaakt pellagra. (correct)
  • Het heeft geen invloed op de stofwisseling.
  • Wat vormt de biochemisch actieve vorm van niacine?

  • Tryptofaan
  • Nicotinamide (correct)
  • NADP+
  • Nicotinezuur
  • Welke reactie wordt gekatalyseerd door malaat dehydrogenase?

    <p>Oxidatie van malaat tot oxaloacetaat. (D)</p> Signup and view all the answers

    Wat is de rol van NADH in aërobe ademhaling?

    <p>Het geeft elektronen af aan de intramembranaire ruimte. (C)</p> Signup and view all the answers

    Wat is het hoofddoel van fotosynthese?

    <p>Productie van suikers en zuurstof (A)</p> Signup and view all the answers

    Waarom geven vetzuren meer energie dan suikers?

    <p>Ze hebben minder bindingen met O2 (A)</p> Signup and view all the answers

    Welke van de volgende moleculen kan energie opslaan als hoge-energie elektronen?

    <p>FADH2 (B), NADH (C)</p> Signup and view all the answers

    Wat wordt verstaan onder 'geactiveerde carrier moleculen'?

    <p>Moleculen die energie opslaan (A)</p> Signup and view all the answers

    Bij welke reactie is zuurstof een vereiste?

    <p>Celademhaling (A)</p> Signup and view all the answers

    Wat gebeurt er met vetzuren tijdens de ß-oxidatie?

    <p>Ze worden ingekort per 2C. (D)</p> Signup and view all the answers

    Wat is de rol van het CoA-molecuul tijdens de vetzuuractivatie?

    <p>Het activeert vetzuren voor oxidatie. (B)</p> Signup and view all the answers

    Welke component van ATP is verantwoordelijk voor de energieafgifte tijdens hydrolyse?

    <p>De fosfaatgroepen. (B)</p> Signup and view all the answers

    Wat is een gevolg van de hydrolyse van ATP tot ADP?

    <p>Er komt energie vrij. (A)</p> Signup and view all the answers

    Wat is de ureumcyclus?

    <p>Een proces dat schadelijk ammoniak omzet in ureum. (A)</p> Signup and view all the answers

    Wat gebeurt er met de rest van de aminozuren na afbraak?

    <p>Ze worden in de Krebscyclus opgenomen. (C)</p> Signup and view all the answers

    Wat veroorzaakt de hoge energie-inhoud van de fosfaatgroepen in ATP?

    <p>De afstotende ladingen tussen de fosfaten. (A)</p> Signup and view all the answers

    Wat is het gevolg van de delokalisatie van elektronen in vrij fosfaat?

    <p>Het verhoogt de resonantie en stabiliteit. (D)</p> Signup and view all the answers

    Wat is een zeldzaam gevolg van een riboflavinetekort?

    <p>Dermatitis (D)</p> Signup and view all the answers

    Welke van de volgende functies heeft FAD?

    <p>Co-enzym in redoxreacties (B)</p> Signup and view all the answers

    Wat veroorzaakt een tekort aan thiamine (vitamine B1)?

    <p>Gebruik van gepelde rijst (B)</p> Signup and view all the answers

    Wat is een bekend effect van een thiaminetekort?

    <p>Cardiologische problemen (A)</p> Signup and view all the answers

    Welke verbinding wordt gevormd uit pyruvaat onder aerobe omstandigheden?

    <p>Acetyl-coënzym-A (C)</p> Signup and view all the answers

    Wat gebeurt er met pyruvaat tijdens alcoholische fermentatie?

    <p>Er wordt CO2 afgesplitst (B)</p> Signup and view all the answers

    Wat is de structuur van lipoïnezuur?

    <p>Covalent gebonden aan lysine (D)</p> Signup and view all the answers

    Wat is een functie van lipoïnezuur?

    <p>Het is een groeifactor voor bacteriën (A)</p> Signup and view all the answers

    Wat is de functie van Km in enzymatische reacties?

    <p>Het is de concentratie substraat waarbij de reactiesnelheid de helft is van Vmax. (C)</p> Signup and view all the answers

    Wat is de belangrijkste uitkomst van de Lineweaver-Burk methode?

    <p>Het levert een rechte vergelijking die helpt bij het bepalen van Km en Vmax. (C)</p> Signup and view all the answers

    Hoe beïnvloedt de temperatuur enzymatische reacties?

    <p>De meeste enzymen functioneren optimaal bij een specifieke temperatuur. (B)</p> Signup and view all the answers

    Wat is een gevolg van veranderende pH op enzymatische reacties?

    <p>Het beïnvloedt de ionisatietoestand van het substraat en enzym. (D)</p> Signup and view all the answers

    Waar is Vmax een maat voor?

    <p>De snelheid van de reactie bij een zeer hoge substraatconcentratie. (D)</p> Signup and view all the answers

    Wat is het effect van competitieve (omkeerbare) inhibitie op enzymen?

    <p>Vermindert de activiteit van het enzym door competitie (B)</p> Signup and view all the answers

    Wat gebeurt er bij de activatie van een enzym?

    <p>De enzymactiviteit neemt toe door bepaalde moleculen. (D)</p> Signup and view all the answers

    Welke van de volgende stoffen veroorzaakt onomkeerbare inhibitie van het enzym dat acetylcholine afbreekt?

    <p>Zenuwgassen (B)</p> Signup and view all the answers

    Wat is een belangrijke factor bij het bepalen van het pH-optimum voor enzymen?

    <p>De stabiliteit van het enzym binnen een bepaald stabiliteitsgebied. (B)</p> Signup and view all the answers

    Wat is een kenmerk van allosterische enzymen?

    <p>Ze reguleren metabolisme via eindproduct-inhibitie (A)</p> Signup and view all the answers

    Wat is een gevolg van inhibitoren op enzymatische reacties?

    <p>Ze verstoren de binding van het substraat aan het enzym. (C)</p> Signup and view all the answers

    Wat is een voorbeeld van een effect van onomkeerbare inhibitie van acetylcholine?

    <p>Bronchoconstrictie (A)</p> Signup and view all the answers

    Wat beschrijft de kinetica van allosterische enzymen het best?

    <p>Sigmoïde verloop bij stijgende [S] (C)</p> Signup and view all the answers

    Welk type enzyminhibitie wordt veroorzaakt door stoffen zoals disulfiram?

    <p>Is reversibel en niet competitief (D)</p> Signup and view all the answers

    Welke van de volgende uitspraken over glycogeen fosforylase is correct?

    <p>Het is een allosterisch enzym dat betrokken is bij het metabolisme (D)</p> Signup and view all the answers

    Wat gebeurt er met acetylcholine bij onomkeerbare inhibitie van het afbrekende enzym?

    <p>Het niveau van acetylcholine stijgt in de synaptische spleet (B)</p> Signup and view all the answers

    Study Notes

    Biochemie - Inleiding

    • Metabolisme omvat fotosynthese en celademhaling.
    • Fotosynthese zet zonlicht om in energie en vormt suikers.
    • Celademhaling zet suikers om in energie en vormt koolstofdioxide.
    • Oxidatie is het verliezen van elektronen, reductie is het opnemen van elektronen.
    • Hydrogeneringsreacties nemen elektronen op en verhogen het aantal C-H bindingen.
    • Dehydrogeneringsreacties verliezen elektronen en verlagen het aantal C-H bindingen.

    Biochemie - Reacties

    • Oxidatieprocessen hebben een hogere energiewinst.
    • Hoe meer bindingen met zuurstof, hoe minder energie vrijkomt.
    • Vetzuren leveren meer energie dan suikers.
    • Suikers hebben meer bindingen met zuurstof.
    • Verandering in Gibbs vrije energie (AG) geeft informatie over de richting van een reactie; negatieve AG betekent spontaan en vrijmaken van energie.

    Biochemie - Energieopslag

    • Geactiveerde carriers slaan energie op in energierijke verbindingen.
    • Voorbeelden van carriers zijn ATP, NADH, en FADH2.
    • Fosfaten zijn energierijke groepen.
    • Elektronen- en waterstof-dragers staan elektronen en waterstofatomen af.

    Biochemie - Energie

    • Energie wordt opgevangen in een stapsgewijze oxidatie van suikers in cellen.
    • Dit omvat kleine activeringsenergie stappen.
    • Directe verbranding van suikers zou veel activeringsenergie nodig maken.
    • Vrijmaken van energie als warmte is minder efficiënt.
    • Glucose verbranden naar CO2 + H2O.
    • Geactiveerde carriers zorgen voor herbruikbare kleine energiepakketten.

    Biochemie - Enzymen: Inleiding

    • Enzymen zijn eiwitten die reacties versnellen door activeringsenergie te verlagen.
    • Substraat (S) bindt aan het enzym (E) om een enzymsubstraatcomplex (ES) te vormen.
    • Enzymen worden niet opgebruikt tijdens de reactie.
    • Actieve plaats is belangrijk voor binding van substraat.
    • Vanderwaals krachten, H-bruggen en ionische interacties zijn belangrijk voor binding.

    Biochemie - Enzymen: Actieve Plaats

    • Het lock-and-key model beschrijft de actieve plaats als een specifieke vorm die perfect past bij het substraat.
    • Het induced fit model geeft aan dat de actieve plaats verandert bij binding met het substraat.

    Biochemie - Enzymen: Kinetica

    • Kinetica bestudeert de reactiesnelheid van enzym reacties.
    • Snelheid hangt af van enzym en substraatconcentratie, temperatuur en pH.
    • Michaelisconstante (Km) is een maat voor de affiniteit van een enzym voor zijn substraat.
    • Maximale snelheid (Vmax) is de reactiesnelheid wanneer het enzym volledig verzadigd is met substraat.

    Biochemie - Enzymen: pH

    • Enzymactiviteit is sterk afhankelijke van de pH.
    • Er is een optimaal pH-bereik voor elke enzym.
    • Dit pH-optimum is waar het enzym het meest actief is.

    Biochemie - Enzymen: Temperatuur

    • Enzymen hebben een optimale temperatuur.
    • De reactiesnelheid neemt toe met toenemende temperatuur.
    • Denaturatie van enzymen treedt op bij hoge temperaturen.

    Biochemie - Regulatie

    • Organische activatoren zijn co-enzymen
    • Anorganische activatoren zijn vaak metaalionen (bv Zn, Mg, Fe, Cu, Mn, Co, Ni, Mo, V, Se).
    • Co-enzymen (hulpstoffen) werken samen met enzymen.
    • Co-enzymen kunnen specifieke reacties katalyseert.
    • Enzymen reguleren de reactiesnelheid door activatie (versnel reactie) of inhibitie (vertragen reactie).
    • Activering: Positieve effectoren ofmodifiers
    • Inhibitie: Negatieve effectoren of modifiers
    • Omkeerbare inhibitie: enzym kan herstellen na inhibitie.
      • Competitieve inhibitie: inhibitor concurreren voor het actieve plaats van het enzym.
      • Niet competitieve inhibitie: inhibitor bindt buiten het actieve plaats van het enzym.
    • Onomkeerbare inhibitie: Inhibitor bindt permanent aan het enzym waardoor activiteit wordt verwoest.

    Biochemie - Co-enzymen: Riboflavine, FAD

    • Riboflavine is een co-enzym.
    • FAD is een belangrijke co-enzym voor eiwitten.
    • FAD speelt een rol in redoxreacties.
    • FAD is onderdeel van flavoproteïnen.

    Biochemie - Co-enzymen: Thiamine, TPP

    • Thiamine is een co-enzym.
    • TPP is een belangrijke co-enzym voor eiwitten.
    • TPP speelt een rol bij decarboxylering van alfa-ketozuren.
    • TPP is essentieel voor stofwisseling
    • Thiamine is essentieel voor het lichaam

    Biochemie - Co-enzymen: Covalente Modificaties

    • Covalente modificaties veranderen de actieve plaats, de stabiliteit en interacties; regulatie van enzymen.
    • Voorbeeld: Fosforylatie.

    Biochemie - Co-enzymen: Regulatie op een hoger niveau

    • Enzymen die altijd aanwezig zijn; constitutieve enzymen.
    • Induceerbare enzymen: aanwezigheid afhankelijk van de situatie.

    Studying That Suits You

    Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

    Quiz Team

    Related Documents

    Biochemie Deck 1 PDF

    Description

    Test je kennis over de eigenschappen van NAD+, de gevolgen van niacinetekort en de biochemische reacties waarin deze moleculen betrokken zijn. Dit quiz behandelt belangrijke concepten over aërobe ademhaling, fotosynthese en de energieopslag van verschillende moleculen.

    More Like This

    NAD+ Production Pathways and Ageing
    24 questions
    Co-enzyme Forms of Niacin and NAD+ Reduction
    16 questions
    Biochemistry: ATP and Metabolic Reactions
    45 questions
    Use Quizgecko on...
    Browser
    Browser