Leerkaartjes Anatomie PDF

Summary

Deze samenvatting geeft een overzicht van basisconcepten in de anatomie en fysiologie. De tekst bespreekt cellen, weefsels, organen en de fasen van celdeling. De anatomie van bindweefsel en kraakbeen worden verder beschreven, naast een korte introductie tot bloed.

Full Transcript

leerkaartjes anatomie geschreven door lisadesmit www.stuvia.com Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk besche...

leerkaartjes anatomie geschreven door lisadesmit www.stuvia.com Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Anatomie en fysiologie: Organisme→ orgaansysteem→orgaan→weefsel→cel. Orgaan= kan uit meerdere weefsels bestaan, welke wordt gevormd door een grote hoeveelheid cellen. De cel: 1. Cytoplasma. 2. Endoplasmatisch reticulum. 3. Ribosoom op het endoplasmatisch reticulum. 4. Lysosoom. 5. Golgi-apparaat. 6. Mitochondriën. 7. Celkern met chromosomen. De fasen van de celdeling: 1. Cel heeft chromosomen gedupliceerd in voorbereiding op mitose. 2. Profase. 3. Metafase. 4. Metafase. 5. Anafase. 6. Anafase. 7. Telofase. 8. Telofase. Epitheel: Eenlagig epitheel (dekweefsel). Bedekt lichaamsoppervlak en de binnenkant van sommige organen. Cellen liggen dicht bij elkaar en er is dus weinig tussencelstof. Epitheel kan bestaan uit een cellaag of meerdere lagen op elkaar. Denk aan huid, binnenbekleding (slijmvlies) mond, darmkanaal, blaas en geslachtsweg. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Bindweefsel: 1. Cel met celkern. 2. Collageen vezel. 3. Reticuline vezel. 4. Elastine vezel. 5. Vetcel. 6. Tussencelstof. - Losmatig bindweefsel. - Collageen (‘straf’) bindweefsel. - Elastisch bindweefsel. Kraakbeenweefsel: 1. Cel. 2. Tussencelstof met collagene vezels. Kraakbeensoorten: - Hyalien kraakbeen. - Elastisch kraakbeen. - Fibreus kraakbeen. Bloed: 1. Rode bloedcellen (erytrocyten). 2. Verschillende typen witten bloedcellen (leukocyten). 3. Bloedplaatsjes (trombocyten). 4. Tussencelstof (bloedplasma). - Maken van bloedcellen= hematopoëse. - Bloedcellen: gemaakt in beenmerg. - Elke soort heeft een eigen stamcel. Opbouw van de verschillende types spierweefsels: 1. Celkern. 2. Dwarsgestreepte vezels. 3. Tussencelstof. 4. Glad spierweefsel (orgaanspier). 5. Hartspierweefsel. 6. Dwarsgestreept spierweefsel (skeletspier). Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Zenuwcel (neuronen): 1. De kern. 2. Celllichaam. 3. Dendriet. 4. Myelineschede. 5. Axon. - Zenuwcel bestaat uit cellichaam, waarin de kern ligt en uitlopers: dendrieten en axonen. Schematische weergave van het centrale en perifere zenuwstelsel. 1. Grote hersenen. 2. Kleine hersenen. 3. Hersenstam. 4. Ruggenmerg. 5. Perifere zenuwstelsel. Centrale zenuwstelsel: ruggenmerg+ hersenen. De hersenen van een hond, van opzij, van boven en van onderaf gezien. Bestaan uit: - Hersenstam. - Grote hersenen (cerebrum). - Kleine hersenen (cerebellum). Doorsnede van het ruggenmerg met zijn sensibele en motorische verbindingen. 1. Huidreceptor. 2. Sensibele zenuw. 3. Synaps. 4. Motorische zenuw. 5. Spier. 6. Ruggenmerg. 7. Dorsale hoorn. 8. Ventrale hoorn. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen De traanklieren bij een hond (deel 2). 1. Traanklier (glandula lacrimalis). 2. Derde ooglid (membraam nicitans). 3. Kraakbeentje in het derde ooglid. De traanklieren bij de hond (deel 1). 1. Traanpunten (puncta lacrimalis). 2. Traanbuisjes. 3. Grote traanbuis. 4. Uitmonding in de neus. Het oog: 1. Hoornvlies (cornea). 2. Voorste oogkamer. 3. Iris. 4. Pupil. 5. Lens. 6. Glasachtig lichaam (corpus vitreum). 7. Netvlies (retina). 8. Vaatvlies (choroid). 9. Harde oogrok (sclera). 10. Oogzenuw. 11. Blinde vlek. 12. Bloedvaten. 13. Oogleden. 14. Bindvlies. 15. Achterste oogkamer. Tussen sclera+ retina= Uvea. Het oor. 1. Oorschelp. 2. Gehoorgang. 3. Trommelvlies. 4. Gehoorbeentjes. 5. Halfcirkelvormige kanalen. 6. Slakkenhuis. 7. Buis van Eustachius. 8. Schedelbot. 9. Middenoor. 10. Ovale venster. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Bouw smaakpapil. 1. Mondholte. 2. Smaakpapil. 3. Smaakporie. Doorsnede dijbeen. 1. Gewichtsvlak. 2. Epifyse met groeischijven. 3. Beenvlies (periost). 4. Compact bot. 5. Mergholte. 6. Diafyse. Schematische weergave van een gewricht. 1. Gewrichtskom. 2. Gewrichtskop. 3. Gewrichtsspleet. 4. Kraakbeen. 5. Gewrichtskapsel. 6. Ligament buiten het gewrichtskapsel. Soorten gewrichten: - Scharniergewricht. - Rolgewricht. - Zadelgewricht. - Ellipsoïd gewricht. - Vlak gewricht. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Hondenschedel van opzij gezien. 1. Bovenkaak (os maxillare). 2. Neusbeen (os nasalis). 3. Jukbeen (os zygmaticus). 4. Voorhoofdsbeen (os frontalis). 5. Wandbeen (os parietale). 6. Achterhoofdsbeen (os occipitale). 7. Slaapbeen ( os temporale). 8. Onderkaak (os mandibulare). 9. Achterhoofdsknobbel. Skelet van de hond. 1. Schedel. 2. Atlas (eerste halswervel, ja knikken). 3. Axis (tweede halswervel, nee schudden). 4. Nekband (ligamentum nuchae) 5. Cervicale wervels (halswervels 7x). 6. Thoracale wervels (borstwervels 13x). 7. Lumbale wervels (lendenwervels 7x). 8. Sacrum (heiligbeenwervels 3x) 9. Staartwervels (vertebrae caudales 10- 23x). Skelet van de kat. 1. Schedel. 2. Wervelkolom. 3. Schoudergordel. 4. Voorpoot. 5. Bekkengordel. 6. Achterpoot. 7. Borstkas. - Kat heeft geen nekband. Zijaanzicht van een gedeelte van de wervelkolom. 1. Tussenwervelschijf. 2. Wervellichaam. 3. Dooruitsteeksel. 4. Dwarsuitsteeksel. 5. Ruggenmerg. - Alle wervels hebben de zelfde basisbouw. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Bouwschema van een wervel. 1. Voorste gewrichtsvlak. 2. Wervelboog. 3. Wervelkanaal. 4. Doornuitsteeksel. 5. Achterste gewrichtsvlak. 6. Dwarsuitsteeksel. 7. Wervellichaam. De borstkas van een hond (thorax). 1. Borstbeen (sternum). 2. Derde sternale rib (eerste 9 paar). 3. Asternale rib (de laatste ribben). 4. Zwevende rib. 5. Massief bot. 6. Kraakbeen. 7. Middenrif. - Kat/ hond heeft totaal 13x2=26 ribben+ borstbeen. Het schouderblad van de hond (scapula). 1. Kam. 2. Schouderkom. - Sleutelbeen (clavicula), bij de hond slecht een stripje bindweefsel in een spier bij het schouderblad. Bij de kat is die beter ontwikkeld. - Schoudergordel: voorpoot aan romp verbinden+ kracht voorpoot op wervelkolom over te brengen. Botten in de voor-en achterpoot van een kat. 1. Humerus (opperarmbeen). 2. Radius (spaakbeen). 3. Ulna (ellepijp). 4. Carpus (pols). 5. Metacarpalia (middenvoetsbeentjes). 6. Digiti (tenen). 7. Femur. 8. Knieschijf. 9. Tibia. 10. Fibula. 11. Tarsus. 12. Metatarsalia. 13. Digiti. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Botten in de voor-en achterpoot van een hond. 14. Humerus (opperarmbeen). 15. Radius (spaakbeen). 16. Ulna (ellepijp). 17. Carpus (pols). 18. Metacarpalia (middenvoetsbeentjes). 19. Digiti (tenen). 20. Femur. 21. Knieschijf. 22. Tibia. 23. Fibula. 24. Tarsus. 25. Metatarsalia. 26. Digiti. Het ellebooggewricht van de hond. Radius (spaakbeen)+ ulna (ellepijp)= humerus→ ellebooggewricht. Humerus → gewrichtskop. Radius en ulna→ gewrichtskom. De beenderen in de voorpoot van de hond. 1. Ossa carpi= pols, zevental afzonderlijke botjes). 2. Ossa metacarpalia (middenvoetsbeentjes). 3. Digiti (tenen)= iedere teen bestaat uit drie kootjes (falangen), behalve de eerste, die heeft er maar 2 (duim, meest mediale teen). Het heupgewricht van een hond (acetabulum). 1. Bekken. 2. Heupkop. 3. Dijbeen. 4. Gewrichtsspleet. Heupgewricht extra versteviging: ligament (ligamentum teres). Verbindt de heupkom met de kop van de dijbeen. Verhindert dat de kop uit de kom schiet. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Het kniegewricht van de hond. 1. Knieschijf (patella). 2. Tibia (scheenbeen). 3. Fibula (kuitbeen). 4. Femur. 5. Kruisbanden. 6. Sesambeentjes. De beenderen van de ondervoet van de achterpoot. 1. Ossa tarsi→ calcaneus (hielbeen). Hieraan is de achillespees bevestigd. 2. Ossa metatarsalia (middenvoetsbeentjes). 3. Digiti (tenen)= iedere teen bestaat uit drie kootjes (falangen), behalve de eerste, die heeft er maar 2 (duim, meest mediale teen). Pees met bursa/ pees in peesschede. 1. Pees. 2. Bursa. 3. Peesschede. 4. Bot. - Peesweefsel geneest erg langzaam. - Pezen kunnen sesambeentjes bevatten (sesambeentjes: stukje kraakbeen in een pees). De spieren die verantwoordelijk zijn voor de ‘ophanging’ van de voorpoot aan de romp. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Spieren en pezen van voorpoten: Strekkers (extensoren) en de buigers ( flexoren). Buigers liggen aan voorkant van de humerus+ verbonden met radius en ulna ( bv flexor m. biceps). Strekkers liggen aan de achterkant van de humerus+ bevestigd aan de elleboog (bv m. triceps). Spieren en pezen in de voorpoot van de hond. De biceps zit aan de voor-binnenzijde van de voorpoot op de zelfde hoogte als de triceps. Spieren in de achterpoot van de hond. Strekkers (extensoren) en de buigers ( flexoren). Strekkers lopen aan de voorkant van het femur naar de voorkant van de tibia. Buigers liggen aan de achterkant (hamstrings) → m. biceps+ m. semimembranosus+ m. semitendinosus. Spieren in de achterpoot van de hond. Strekkers (extensoren) en de buigers ( flexoren). Strekkers lopen aan de voorkant van het femur naar de voorkant van de tibia. Buigers liggen aan de achterkant (hamstrings) → m. biceps+ m. semimembranosus+ m. semitendinosus. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Doorsnede van de huid. 1. Hoornlaag (stratum corneum). Onder hoornlaag = stratum granulosom→ verhoorning van hoorncellen. 2. Stratum spinosum→ cellen zijn groot en hebben uitsteeksels en ze zijn hoekig. 3. Stratum basale (basaallaag) 4. Epidermis (opperhuid). 5. Dermis (lederhuid) onderliggende bindweefsellaag. 6. Papil. Onderhuid (subcutis), is los verbonden met de dermis. Bestaat uit losmatig bindweefsel met wisselende hoeveelheid vet. Plaats van staartklier bij de hond. Staartklier: speciale talgklierophopingen aan de bovenkant van de staart. De plaats van anaalzakjes en circumanaalklieren bij een hond. 1. Uitgang anaalzakje→ nauwe opening die uitmondt in de anus op de overgang huid/slijmvlies. Voelt als knikker aan weerszijden anus. 2. Circumanaalklieren (perianaalklier)→ rond de anus. Bevat veel talgklieren. 3. Anaalzakjes→ Speelt rol bij soortherkenning en territoriummarkering. Een haar. 1. Haarschacht. 2. Huidspiertje. 3. Talgklier. 4. Apocriene zweetklier (meer eiwit bevattend zweet). 5. Bloedvat. 6. Haarzakje. Zweetklier (eccriene)→ type dat waterig product afscheid. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen De teen van een hond. 1. Nagel. 2. Leven. 3. Derde teenkootje. 4. Tweede teenkootje. 5. Zoolkussen. Stippellijn geeft aan waar de nagel geknipt kan worden. Papillen in nagelplooi zorgen voor hoornvorming. Uitklapmechanisme van de nagel bij een kat. Weergegeven zijn de ingetrokken toestand (a) en de uitgezette toestand (b). kniprand is ook aangegeven. 1. Nagel. 2. Pezen. Zoolkussen van een hond. Deze kunnen snel slijten (lange wandelingen en harde grondsoorten). Bestaan uit subcutane bindweefselverdikkingen met veel collagene vezels met daartussen veel vetcellen. Epidermis over de kussens is haarloos, dik en sterker verhoornd. Neusspiegel van een hond. Neusspiegel ( het planum nasale), is goed doorbloed en voorzien van pijnzenuwen. Hoornlaag van de opperhuid is dik en er zit vrij veel vet in de onderhuid. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen De ligging van de bijnieren. 1. Bijnieren. 2. Nieren. 3. Aorta. 4. V. cava caudalis. 5. Ureter. 6. Blaas. Verschillende typen bloedcellen. 1. Erytrocyt. 2. Monocyt. 3. Neutrofiele granulocyt (neutrofielen). Meest voorkomend in bloed. 4. Lymfocyt. 5. Trombocyt. 6. Bloedplasma. De ligging van het hart in het lichaam van de hond. De linker afbeelding is een zijaanzicht gezien van de linkerkant van het dier. De rechter afbeelding geeft plaat aan van het hart vanaf de rugzijde gezien. Hart ligging→ mediastinum (het scheidende vlies tussen de twee longen, niet symmetrisch). Pericard Schematische weergave van de opbouw van een hartzakje. Van binnen naar buiten; endocard, myocard, epicard Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen De onderdelen van het hart. 1a. Aortaklep. 1b. Pulmonaalklep. 2a. Mitralisklep. 2b. Tricuspidalisklep. 3. Linkerboezem (linkeratrium). 4. Linkerkamer (linkerventrikel). 5. Rechterboezem (rechteratrium). 6. Rechterkamer (rechterventrikel). Boezems (atria): verzamelen bloed, worden samengetrokken en persen bloed in de bijbehorend kamer. De bloedstroming door het hart. 1. Bovenste holle ader (vena cava cranialis). 2. Onderste holle ader (vena cava caudalis). 3. Rechterboezem. 4. Rechterkamer. 5. Longslagader (arteria pulmonalis). 6. Rechter longslagader. 7. Aorta. 8. Linker longslagader. 9. Longader venae pulmonalis 10. Linkerboezem. 11. Linkerkamer. 12. Scheiding tussen linker en rechter kamer (septum). 13. Spierlaag (myocard). Afgifte en opname van stoffen door bloed in de haarvaten. 1. Bloeddruk. 2. Aanzuigkracht van de eiwitten. 3. Vochtstroom door weefsel. Kleppen in de aders. Samentrekking aders: vasoconstrictie. Ontspannen aders: vasodilatatie. Voorbeeld oppervlakkige aders: - Binnenkant van de hak (vena saphena). - Buiten kan van de onderarm (vena cephalica). - Halsaders (vena jugularis). Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen De bloedomloop. 1. Linkerharthelft. 2. Aorta. De bloedsomloop van hart naar longen en weer terug wordt de kleine circulatie genoemd. De bloedomloop van de linkerharthelft naar de weefsels aan zowel de voorzijde als de achterzijde van het lichaam en van daar weer terug naar de rechterharthelft, wordt de grote bloedsomloop genoemd. Een schematische weergave van de grote aders in het lichaam van de hond. 1. Lever. 2. Hart. 3. Voorste holle ader (vena cava cranialis). 4. Achterste holle ader (vena cava caudalis). 5. Vertakkingen van de aders in wervel. 6. V. saphena. 7. V. cephalica. 8. Jugularis. De bloedvoorziening van het hart. 1. Venae cordis (aantal venen met bloed terug in de rechterboezem). 2. Arteria coronaria (kransslagader)→ twee takken vlak na het hart. (arteria coronaria dextra en sinistra). ECG (elektrocardiogram). Contractiefase van het hart= systole. Rustfase = diastole. Bloeddruk te laag= hypotensie. Bloeddruk te hoog= hypertensie. Normale bloeddruk= normotensie. Bloedruk factoren: frequentie hartslag, volume hartslag (slagvolume), bloedvolume, vaatweerstand en bloedviscositeit. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Lymfeknoop. 1. Intredende lymfevaten met kleppen. 2. Lymfeknoop (lymfeklieren). 3. Uittredende lymfevaten met kleppen. Drainagegebied→ iedere lymfeknoop krijgt zijn lymfe toegevoerd uit een bepaald gebied. Lymfeknopen. 1. Inn. Mandibulares. 2. Inn. Parotidei. 3. Schildklier. 4. Vena jugularis. 5. Inn. axillares. 6. Inn. Inguinales. 7. Inn. Prescapulares. Lumfeknopen: meervoud = Inn. Enkelvoud= In. Een doorsnede van de schedel van een hond. 1. Neusvleugel. 2. Sinus frontalis (bijholtes) 3. Luchtpijp (trachea). 4. Neusholte (cavum nasi). 5. Keelholte (farynx). 6. Tong. 7. Slokdarm. 8. Strottenhoofd (larynx). 9. Conchae (neusschelpen). Neusspiegel→ planum nasale. Neus→ nasos, rhinos. Een schematisch overzicht van de onderdelen van een long. 1. Luchtpijp (trachea). 2. Hoofdbronchus. 3. Bronchus. 4. Longblaasjes (alveoli). 5. Aderlijke bloedvaten (vena). 6. Slagaderlijke bloedvaten (arterie). 7. Haarvaten (capillair netwerk). Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen De longen van een hond. 1. De luchtpijp (trachea). 2. Hoofdbronchiën. 3. Bronchiën. 4. Bifurcatie. Doorsnede van het lichaam in een hond. 1. Longvliezen. 2. Longen. 3. Hart. 4. Borstwervel. 5. Bloedvaten en slokdarm. Het uitwisselingsproces tussen longblaasjes en bloedvat. De ligging van hart, longen en middenrif in de borstkas van een hond. 1. Longen. 2. Middenrif (diafragma). 3. Hart. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Schematische tekening van het spijsverteringkanaal van de hond. 1. Mond (cavum oris). 2. Keel (farynx). 3. Slokdarm (oesofagus). 4. Maag (gaster). 5. Darmen (interstinum). 6. Lever (hepar). 7. Alvleesklier (pancreas). Speekselklieren bij de hond. 1. Glandula zygomatica. 2. Glandula buccalis. 3. Glandula sublingualis. 4. Glandula parotis. 5. Glandula mandibularis. De bouw van een tand. a. Kroon. B. Hals. C. Wortel. 1. Glazuur. 2. Dentine. 3. Cement. 4. Pulpaholte. 5. Tandvlees. 6. Alveolair bot. 7. Sulcus. 8. Wortelkanaal. 9. Parodontaal ligament. Schematisch overzicht van ademhalen en slikken. Rechts ziet u de situatie bij het ademhalen en links de situatie bij het slikken. Slikken is deel een reflex (geen bewuste controle). Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Kruising ademhalings- en spijverteringsapparaat in de keelholte. 1. Slokdarm. 2. Luchtpijp. 3. Ingeademde lucht. 4. Voedselbrok. 5. Strotklepje. 6. Zacht gehemelte. De buikorganen van de hond. 1. Dikke darm. 2. Dunne darm. 3. Anus. 4. Rectum. 5. Maag. 6. Lever. 7. Nier. A: de buitenkant van de maag. B: de binnenkant van de maag. 1. Cardia. 2. Fundus. 3. Corpus. 4. Pylorus. 5. duodenum Dwarsdoorsnede van de dunne darm. 1. Darmholte. 2. Slijmvlies=mucosa. 3. Spierlaag= muscularis. 4. Bloedvat, 5. Lymfevat. 6. Serosa. Overgang dunne darm (het laatste deel: het ileum) naar de dikke darm (het eerste deel: het caecum). Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Ventraal aanzicht buikholte. 1. Lever. 2. Maag. 3. Milt. 4. Duodenum. 5. Jejunum. 6. Blaas. 7. Diafragma. Het darmstelsel ventraal aanzicht d.w.z. van onderen. (dier in rugligging). 1. Maag. 2. Duodenum. 3. Duodenum. 4. Duodenum. 5. Jejunum. 6. Ileum. 7. Caecum. 8. Colon. 9. Colon. 10. Colon. 11. Rectum. Dunne darmwand. 1. Serosa. 2. Muscularis. 3. Darmvlok. 4. Microvilli. 5. Mucosa. Pancreas (alvleesklier) 1. Slokdarm. 2. Maag. 3. Duodenum. 4. Pancreas. 5. Afvoergang gal. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen De ligging van het urinevormend apparaat in het achterlichaam van de hond. 1. Nier (ren, nefros) 2. Ureter (twee urineleiders). 3. Blaas (cystis). 4. Urethra (plasbuis). Doorsnede van een nier. 1. Niermerg. 2. Nierbekken. 3. Nierschors. 4. Nierkapsel. Ligging van nefronen in de nier. 1. Kapsel. 2. Kapsel van Bowman. 3. Dalend gedeelte nefron. 4. Stijgend gedeelte nefron. Nefron= functionele eenheid van de nier. Kluwen van bloedvaatjes= glomerulus. Cellaag die de kluwen omgeeft= kapsel van Bowman. Een nefron, de functionele eenheid van de nier. 1. Afvoerend haarvat (afvoerende arteriole). 2. Aanvoerend haarvat (aanvoerende arteriole). 3. Vaatkluwen (glomerulus). 4. Kapsel van Bowman. 5. Lus van Henle. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Schematisch overzicht van het geslachtsapparaat van de reu. 1. Voorhuid. 2. Penis. 3. Plasbuis (urethra). 4. Penisbotje. 5. Zwellichaam. 6. Prostaat. 7. Zaadleider (ductus deferens). 8. Bijbal (epididymis). 9. Bal (testikel). 10. Balzak (scrotum). 11. Buikholte. 12. Bekkenholte. 13. Rectum. 14. Blaas. 15. Schaambeen. 16. (rechter) nier. 17. Urineleider. 18. Bloedvaten en spiertje. Schematisch overzicht van het geslachtsapparaat van de kater. 1. Voorhuid. 2. Penis. 3. Plasbuis (urethra). 4. – 5. Zwellichaam. 6. Prostaat. 7. Zaadleider (ductus deferens). 8. Bijbal (epididymis). 9. Bal (testikel). 10. Balzak (scrotum). 11. Buikholte. 12. Bekkenholte. 13. Rectum. 14. Blaas. 15. Schaambeen. 16. (rechter) nier. 17. Urineleider. 18. Bloedvaten en spiertje. Opbouw van de testikel en bijbal. 1. Tunica albuginea. 2. Zaadbuisjes. 3. Afvoerbuis van de testikel. 4. Bijbal (epididymis). 5. Ductus epididymis 6. Ductus deferens (zaadleider). 7. Plexus pampiniformis. 8. Testikel. Schematisch overzicht van het vrouwelijke geslachtsorgaan bij de teef (het geslachtsorgaan van de poes vertoont hiermee nier veel verschillen). 1. Vulva. 2. Clitoris. 3. Vagina. 4. Cervix 5. Baarmoederlichaam. 6. Baarmoederhoorn. 7. Eileider (tubae uterinae). 8. Eierstok (ovaria: enkelvoud ovarium). 9. Blaas. 10. Urethra. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen Verschillende stadia van het ovarium. 1. Steeds groter wordende follikel en corpus. 2. Eicel. 3. Ovulatie. 4. Corpus luteum. 5. Corpus albicans. Eileider (tuba urerina), ovarium en uterus. 1. Ovarium. 2. Infundibulum tubae (eileiders via een trechtervormige verwijding). 3. Eileider. 4. Bursa ovarica. 5. Uterus (baarmoeder). Baarmoedermond→ cervix, deze gaat over in de vagina. Schematische tekening van een breuk. Schematische weergave van luxatie en subluxatie. Luxatie→ gaat altijd gepaard met rupturen van banden en/of kapsel. Correct terugzetten van gewrichtsvlakken= reponeren. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen De vier kwadranten van het gebit van de hond. 1ste= rechtsboven (voor u links). 2de= linksboven. 3de= linksonder. 4de= rechtsonder. Kwadrant= een kwart van het geheel. Normaal gebit bij hond/kat= scharend (net als bladen van een schaar zijdelings passeren). Volwassen blijvende gebit van de hond. Voorkiezen→ premolaren (worden vooraf gegaan door melktanden). Kiezen→molaren. I= incisivi. C= canini. PM= premolaren. M= molaren. Mandibular= onderkaak. Maxilla= bovenkaak. 1. Distaal: het verst van het centrum van het lichaam gelegen; aan het uiteinde. 2. Proximaal: het dichts bij het centrum van het lichaam (romp) gelegen. 3. Nasaal: in of bij de neusstreek gelegen of daarop betrekking hebben. 4. Oraal: op de mond betrekking hebbend of aan de mondzijde gelegen. 5. Dorsaal: naar de rug toe, aan de rugzijde gelegen. 6. Ventraal: naar de buik toe, aan de buikzijde gelegen. 7. Craniaal: aan/richting de kant van de schedel. 8. Caudaal: aan/ richting de kant van de staart. Tandgroei. a. Het sluiten van de apex. Hond 6 maanden oud. b. Hond 16 maanden oud. c. Hond 2 jaar oud. d. Hond 12 jaar oud. Gedownload door: erwinkappen | [email protected] € 912 per jaar Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar. extra verdienen? Powered by TCPDF (www.tcpdf.org)

Use Quizgecko on...
Browser
Browser