Summary

This document contains study objectives for a test in health science (Erasmus University Rotterdam). It covers legal aspects, such as rights, responsibilities, laws, and regulations, with detailed descriptions of the subjects included in the paper.

Full Transcript

lOMoARcPSD|19943506 Leerdoelen tentamen 1 Kennis blok 1 gezondheidswetenschappen (Erasmus Universiteit Rotterdam) Scannen om te openen op Studeersnel Studeersnel wordt niet gesponsord of ondersteund door een hogeschool of uni...

lOMoARcPSD|19943506 Leerdoelen tentamen 1 Kennis blok 1 gezondheidswetenschappen (Erasmus Universiteit Rotterdam) Scannen om te openen op Studeersnel Studeersnel wordt niet gesponsord of ondersteund door een hogeschool of universiteit Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Leerdoelen beantwoorden tentamen 1 Art. 16 lid 1 Zvw Art. 2.1.2 lid 2 sub b Wmo Recht  Je kunt de in Nederland geldende rechtsbronnen beschrijven. - Gewoonte - Rechtsbeginselen - Doctrine - Protocollen - We琀琀en - Jurispruden琀椀e - Verdragen  Je kunt uitleggen wat een rechtsbron is en welke rechtsbronnen er zijn. Een rechtsbron is waar het recht vandaag komt. Hierboven staan ze opgenoemd.  Je kunt uitleggen hoe de cons琀椀tu琀椀onele verhoudingen in Nederland zijn. Dat betekent dat de posi琀椀e van de Koning in de Grondwet staat, ook wel cons琀椀tu琀椀e genoemd  Je kunt het belang van de trias poli琀椀ca weergeven;  Door het scheiden van de machten voorkom je dat de machten hun macht gaan misbruiken en alle macht naar zich toe kunnen trekken, waardoor het vrijheden van de burgers in het gedrang komen. Wetgevende macht: regering en Staten-Generaal. Uitvoerende macht: regering. Rechtelijke macht: rechters.  Je kunt voor- en nadelen benoemen van decentralisa琀椀e; Voordeel is meer maatwerk voor de burger, een nadeel is dat de organisa琀椀e privacygevoelige informa琀椀e van de burgers zelf in bezit krijgt.  Je kunt uitleggen wat de verhouding is tussen na琀椀onale en interna琀椀onale wet- en regelgeving. Het na琀椀onaal recht moet overeenkomen met het interna琀椀onale.  Je kunt uitleggen uit welke elementen een verdrag is opgebouwd;  Eerst goed vastleggen wat in het verdrag moet komen, vervolgens ondertekend. Nog niet bindend voor de staat, moet nu worden goedgekeurd in Nederland door parlement (s琀椀lzwijgend of goedgekeurd) en Staten-Generaal moet er advies over uitbrengen. Als hele procedure doorlopen is = ra琀椀昀椀ca琀椀e en publiceren in Tractatenblad.  Je kan het verschil uitleggen tussen en dualis琀椀sche en monis琀椀sch systeem: monis琀椀sch systeem is als een bepaling uit een verdrag meteen geldt is van na琀椀onale rechtsorde. Dualis琀椀sch systeem is als het verdrag eerst omgezet moet worden naar na琀椀onale wetgeving.  Je kunt de belangrijkste we琀琀en op de terreinen van het zorgverleningsrecht, het zorgverzekeringsrecht en het zorg昀椀nancieringsrecht vinden;  Je kunt de inhoud van Wlz, Zvw en Wmo 2015 op hoofdlijnen weergeven.  Wlz regelt de zorg voor mensen die blijvende, intensieve zorg nodig hebben, iedereen die in verzorgingstehuis zit. Zvw is de verplichte zorgverzekering, gee昀琀 toegang tot de basiszorg. Wmo 2012 is bedoeld als aanvulling op wat je zelf nog kan, zoals dagbesteding en woningaanpassingen.  Beschrijf de vijf stelsel we琀琀en.  Wpg (bevorderende maatregelen voor gezondheid), Zvw, Wmo 2015, Wlz en jeugdzorg.  Beschrijf welke we琀琀en belangrijk zijn voor de kwaliteit van zorg. BIG (琀椀telbescherming en bevoegdheden), Wgbo (we琀琀en en plichten pa琀椀ënt). Wkkgz (klachten en kwaliteit in de zorg).  De totstandkoming van we琀琀en kan worden opgesplitst in de departementale voorbereiding, de parlementaire behandeling en de bekrach琀椀ging en bekendmaking. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Beschrijf wat er in deze 'fasen’ gebeurt. Departementale voorbereiding = betre昀昀ende minister krijgt opdracht om wetsvoorstel te maken, met toevoeging memorie van toelich琀椀ng. Memorie van toelich琀椀ng wordt toegevoegd, achtergrond van wetsvoorstel en waarom hij er moet komen. Wordt ook gebruikt als commentaar door juristen, hoe ze de wet moeten interpreteren. Naar de ministerraad. Raad van State, gee昀琀 openbaar advies. Naar minister gestuurd, maakt rapport met opmerkingen van Raad van State. Parlementaire behandeling = Dan wordt dit geheel naar de 2e kamer opgestuurd. Begin van de parlementaire behandeling. Tweede kamer hee昀琀 recht van amendement, kan zelfstandig dingen aanpassen. Stemmen in de kamer, als het wordt aangenomen -> 1e kamer. Weer Kamercommissie opgezet die onderzoek uitvoert. 1e kamer kan alleen in geheel afwijzen of akkoord mee zijn. Pas als het wordt vastgesteld wordt het beschikbaar gemaakt. Bekrach琀椀ging = zodra door 1e en 2e kamer aangenomen moet door koning handtekening gezet worden, bekrach琀椀ging, wet nu tot stand gekomen. Minister van jus琀椀琀椀e en veiligheid moet ondertekenen en maakt bekend d.m.v. plaatsing in staatsblad.  Leg het verschil uit tussen een wet in materiele zin en een wet in formele zin. We琀琀en in materiele zin is een algemeen verbindend voorschri昀琀, alleen kijken naar inhoud wet. Formele zin is elk besluit van regering en Staten-Generaal samen, dus alleen kijken naar herkomst.  Beschrijf wat de begrippen a琀琀ribu琀椀e, delega琀椀e en subdelega琀椀e inhouden.  Bij a琀琀ribu琀椀e ontstaat er een nieuw wetgevend orgaan. Bij delega琀椀e gee昀琀 een orgaan dat via a琀琀ribu琀椀e bevoegd is geworden, de bevoegdheid door aan een ander orgaan. Bij subdelega琀椀e gee昀琀 de delegataris de bevoegdheid weer over aan een ander orgaan.  Je leert de belangrijkste grondtrekken van het civiele recht kennen. Rechtshandeling is besluit met beoogd gevolg, testament. Feitelijke handeling is het gevolg niet van plan. Onrechtma琀椀ge daad = aanrijding -> schadevergoeding. Bij onrechtma琀椀ge daad is er geen overeenkomst. Rechtma琀椀ge daad -> geen tegenspreking recht, wel schadevergoeding. Wanpresta琀椀e is niet doen wat afgesproken was, dus wel een overeenkomst maar sprake van tekortkoming, schuldenaar komt overeenkomst niet na.  Een rechtsfeit is gevolg niet de bedoeling, een rechtshandeling is het gevolg wel de bedoeling. Een onrechtmatige daad is een rechtsfeit, terwijl een rechtmatige daad een rechtshandeling is.  Je verkrijgt inzicht in het systeem achter overeenkomsten. Wilsgebreken: het terug kunnen draaien van een overeenkomst. Kan bij dwaling, bedrog, misbruik van omstandigheden en bedreiging. Bij vertrouwensbeginsel is het uitgaan van fatsoen en verklaring van de ander.  Je verwer昀琀 kennis over enkele kernbegrippen uit het overeenkomstenrecht. Handelingsonbekwaam: mentale stoornis, minderjarig, curatele. Verkeersopva琀 ngen zijn methode om handeling en situa琀椀es op waarde te beoordelen, wat vindt de rechter? (Tijdens corona bijv. andere regels). Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506  Door het lezen van een eenvoudige rechterlijke uitspraak zie je hoe de rechter privaatrechtelijke kwes琀椀es benadert en beoordeelt.  Je kunt het verschil demonstreren tussen de verschillende in Nederland geldende rechtsgebieden.  Publiekrecht: strafrecht, bestuursrecht (overheid en burger) en staatsrecht.  Privaat/burgerlijk/civiel recht: burgers onderling, bedrijven onderling of burger en bedrijf onderling. Overheid treedt niet op als ‘overheid’ bij verhuur  valt hier dan ook onder.  Welke wet is van toepassing: benoemen van het boek.  Strafrecht = wetboek van strafrecht. Bestuursrecht = burgerlijk wetboek.  Je kunt uitleggen waar bestuursrecht over gaat;  Bestuursrecht is het recht dat de overheid zich actief bemoeit met de samenleving, en daar de juridische middelen voor heeft. En het moet de burgers een bescherming tegen de overheid geven.  Je kunt uitleggen welke varianten van het procesrecht Nederland kent;  Procesrecht is het geheel van regels rondom een rechtsspraak, en de wijze waarop een proces verloopt. Strafprocesrecht, burgerlijk procesrecht en bestuursprocesrecht zijn er in Nederland.  Je kunt weergeven wat de invloed is van het procesrecht op de Nederlandse gezondheidszorg; procesrecht heeft beschermende functie, iedereen kan zich op zijn rechten beroepen, ook patiënten bijvoorbeeld.  Leg uit wat de beginselen van behoorlijke rechtspraak zijn. Er is een openbare zitting en uitspraak, beide partijen worden gehoord, onpartijdige rechter en de uitspraak is gemotiveerd.  Leg uit wat de cassatiegronden zijn. De gronden waarop naar de Hoge Raad gegaan kan worden.  Beschrijf wat het Openbaar Ministerie (OM) doet. Het openbaar ministerie is de enige die verdachten kan dagvaarden voor de strafrechter.  Beschrijf welke factoren die in de kennisclip genoemd worden van invloed zijn op de uitspraak van de rechter. Er worden eerst formele vragen gesteld, gaan over standaard zaken (is de rechter bevoegd etc.) en vervolgens materiele vragen, die echt gaan over de feiten. De antwoorden die hier wel of juist niet opgegeven kunnen worden zijn van invloed op de uitspraak.  Je kunt de namen van de verschillende geschil beslechtende instanties die actief zijn op deelgebieden binnen het gezondheidsrecht reproduceren. SKGZ (stichting voor klachten en geschillen bij zorgverzekering) en Geschilleninstantie zorgcontractering (voor geschillen bij de zorgverzekering).  Welke vormen van ADR zijn er? Mediation (onpartijdige derde komt ertussen), arbitrage (deskundige doet uitspraak) of bindend advies (rechter die niet bevoegd is doet uitspraak).  Je kunt uitleggen wat mensenrechten zijn en welke soorten je hebt; rechten die voor iedereen gelden, kunnen niet van je afgenomen worden. Je hebt vrijheid (politiek en civiel), gelijkheid (bescherming Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 van eco, sociaal en cultureel) en broederschap (collectief en groepen zoals milieu en ontwikkeling).  Je kunt de organisatie, structuur en taken van de Raad van Europa reproduceren; doel is het beschermen van de mensenrechten, democratie en rechtsstaat. Onafhankelijk deel is European court of human rights. Twee verdagen, EVRM (bescherming rechten van de mens) en EHRM (naleving van verbintenissen). Voert samen met Europees parlement de wetgevende taak van de Europese Unie uit.  Je kunt uitleggen wat de taak is van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens; het ziet erop toe dat de EU-wetgeving in alle landen van de EU op dezelfde wijze wordt geïnterpreteerd en toegepast. Het regelt verder juridische geschillen tussen nationale regeringen en EU-instellingen.  Leg uit hoe status zich tot vrijheden en rechten verhoudt gedurende de geschiedenis? Eerst was vrijheid gebonden aan status, vanaf 1700 ontstaan individuele rechten en vrijheid, los van elkaar gezien.  Benoem welke gebeurtenis in de geschiedenis van groot belang was voor de totstandkoming van de UDHR (Universal Declaration of Human Rights). De tweede wereldoorlog, om deze verschrikkelijke dingen hieruit te voorkomen.  In het filmpje worden drie ''foundational stones'' voor mensenrechten genoemd. Benoem deze ''foundational stones'' en leg uit wat ze betekenen. Universeel (voor iedereen), onvreemdbaar (kan niet worden afgenomen) en ondeelbaar (zijn verbonden).  Noem een aantal voorbeelden van rechten bij iedere dimensie. Vrijheid: vrijheid van meningsuiting, en stemrecht. Gelijkheid: recht tot onderwijs, recht tot deelname in cultureel leven en broederschap: recht tot schoon milieu.  Leg uit wat er bedoeld wordt met positieve rechten. Zijn rechten waar de overheid zich voor moet inspannen.  Noem een aantal voorbeelden van sociale, economische en culturele rechten. Sociale= recht op onderwijs, economisch = deelname arbeid en cultureel is recht op deelname in cultureel leven.  Beschrijf welke moeilijkheid (''one of the biggest difficulties'') er in de kennisclip wordt genoemd ten aanzien van deze rechten. Er is geen duidelijke agent bij deze vorm, ook veel tijd en geld nodig om ze te handhaven en waarborgen, hierdoor kunnen burgers in veel landen zich niet beroepen op deze rechten.  Benoem voorbeelden van collectieve rechten. Collectieve rechten zijn recht op vrede en veiligheid en recht op milieubescherming.  Leg uit wat een soft law is. Bij een soft law moet er nog precieze invulling gegeven worden aan het recht, en moet nog gekeken worden naar wie bijvoorbeeld de agent is.  Leg uit wat het verhaal van Ken Saro Wiwa illustreert ten aanzien van de verschillende rechten in de drie dimensies. Hij laat zien hoe de Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 verschillende rechten tot elkaar verhouden, door zijn eigen verhaal te vertellen.  Je kunt reproduceren wat de taken en bevoegdheden van de Verenigde Naties is op het terrein van de (gezondheid)zorg; ze hebben organisaties die belangrijk zijn voor de gezondheid, zoals UNICEF en de WHO. Taken zijn het bevorderen van internationale samenwerking en vrede.  Je kunt de relevantie van internationale mensenrechten voor de Nederlandse gezondheidszorg benoemen.  Leg uit wat de VEU is. Benoem ook waar de afkorting VEU voor staat. VEU zijn de algemene bepalingen, zoals de grondwet EU en gemeenschappelijke belangen. Staat voor Verdrag Europese Unie.  Leg uit wat de VwEU is. Benoem ook waar de afkorting VwEU voor staat. Verdrag werking Europese Unie, gaat over de interne markt, vrij verkeer van personen.  Beschrijf wat de doelstellingen van de EU zijn. Bevorderen vrede, veiligheid en vrijheid, bestrijden discriminatie.  Benoem welke belangrijke instellingen van de EU nader worden toegelicht in de kennisclip.  Raad van Europa, hof van justitie, Europese parlement, Europese Raad, Europese commissie.  Beschrijf wat de Raad van de Europese Unie/de Raad doet.  Bestaat uit ‘vakministers’. Oefent samen met het Europees Parlement de wetgevende taak uit = wetsvoorstellen bespreken, wijzigen. Verder is het de belangrijkste politieke orgaan van de Unie.  Beschrijf wat de Europese Raad doet.  Bestaat uit regeringsleiders en staatshoofden van de lidstaten. Zorgt voor ontwikkeling van de Unie en stelt de algemene politieke beleidslijnen vast.  Beschrijf wat de Europese Commissie doet.  De leden worden aangewezen door de regeringen van de lidstaten. Is hoogste uitvoerende instelling van de Unie. Taak is om algemeen belang van de Unie te bevorderen, dus ze zien toe op de uniforme toepassing van de Unieverdragen en maatregelen.  Beschrijf wat het Hof van Justitie doet.  Is binnen de Europese Unie het hoogst rechtsprekende orgaan. Houden rechtelijk toezicht op de naleving van het Europees Unierecht door alle lidstaten.  Beschrijf als laatste wat het Europees Parlement doet.  Controleren van commissie, en samen met Raad van Europa wetgevende macht.  Beschrijf de rol van de Europese Commissie, de Raad van de Europese Unie, de Europese Raad en van het Europees Parlement bij het maken van Europese wetten. 1. De Europese Commissie: met experts wetsvoorstel maken. 2. De Raad van de Europese Unie en parlement: kijken of voorstel wel goed is voor hun eigen land. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 3. De Europese Raad: als het heel belangrijk is komen zij samen. 4. Het Europees Parlement: samen met de raad kijken naar wetsvoorstel.  Beschrijf wat de bestuursorganen van de VN zijn. Belangrijkste orgaan zijn de veiligheidsraad, internationaal gerechtshof, algemene vergadering en secretaires-generaal.  Benoem welke landen in de VN Veiligheidsraad zitten. China, Engeland, Frankrijk, Rusland en de Verenigde Staten, vetorecht.  Leg uit wat de General Assembly van de VN is. Komt een keer per jaar bij elkaar uitwisselen van ideeën.  Leg uit waarom vooruitgang zo veel tijd kost. Iedereen moet gehoord worden.  Leg uit welke invloed de General Assembly van de VN heeft en wat ze bereiken. Hierdoor ook kleinere landen stem laten horen, bijv. helpen van vluchtelingen.  Benoem waar het recht op gezondheid in de Nederlandse grondwet staat. Artikel 22 van de grondwet.  Leg in je eigen woorden uit wat er onder artikel 12 IVESCR wordt verstaan. Recht van iedereen op een zo goed mogelijke lichamelijke en geestelijke gezondheid.  Leg uit wat 'underlying determinants of health' zijn en noem een paar voorbeelden. Factoren die nodig zijn om een goede gezondheid te kunnen waarborgen zoals toegang tot schoon drinkwater en sanitaire voorzieningen.  Leg uit wat de AAAQ standaard is. Benoem ook waar de afkorting AAAQ voor staat. Verdeling van de underlying determinants of health. Available, accessible, acceptable (moet passen bij de staat) and good quality. Awb is de belangrijkste we琀琀elijke regeling van het bestuursrecht. Bestuursrecht zijn regels over het optreden van een bestuursorgaan tegenover de burger. Soorten Awb: - AVV. - Aanwijzingsbesluit, besluit van algemene strekking maar niet avv, zoals over een werksfeer. - Beleidsregels, regel voor het gebruik van een bevoegdheid door een bestuursorgaan. - Beschikking, voor een individueel geval. AMvB: als regering bevoegdheid krijgt om binnen het kader van een wet, zelfstandig nadere regels kan maken. Het bevat AVV en hee昀琀 al琀椀jd de vorm van een koninklijk besluit. Dus gemaakt door regering, maar kan ook gemaakt worden door een minister, provinciale staten, gemeenteraad of bestuur van waterschap. Klassieke grondrechten: rechten van individu tegenover overheid. Sociale grondrechten: rechten waar overheid zich voor moet inze琀琀en. Haviltex-criterium houdt in dat ook de verwach琀椀ngen van beide par琀椀jen vastgelegd moeten worden bij een schri昀琀elijke overeenkomst, in plaats van alleen uitleg. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Objec琀椀ef recht: geheel van alle rechtsregels. Subjec琀椀ef recht: een individueel recht uit het objec琀椀ef recht. Eisen onrechtma琀椀ge daad: inbreuk op recht en het doen of nalaten wat in strijd is met een we琀琀elijke plicht of doen en nalaten in strijd met iets wat volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer instemt. Inbreuk op recht: gaat hier over subjec琀椀ef recht. Doen of nalaten in strijd met we琀琀elijke plicht: meestal een stra昀戀aarfeit. Nalaten in strijd met iets wat volgens ongeschreven recht in maatschappelijk verkeer instemt: wat behoort tot maatschappelijk verkeer moet steeds opnieuw door rechter worden bekeken. Lindenbaum-cohen: ontstaan derde eis onrechtma琀椀ge daad. Zoals het inhuren van een knecht van een ander bedrijf om zo informa琀椀e te verkrijgen. Ook wel zorgvuldigheidsregels genoemd. A-orgaan: alle organen die volgens de wet zijn ingesteld, zoals gemeente en provincie. B-orgaan: openbaar gezag in beginsel bij we琀琀elijk voorschri昀琀 geregeld. Zoals doen van Apk door privaat orgaan, maar regels van overheid. Bestuursprocesrecht: als je niet eens bent met beslissing van bestuursorgaan, over bijv. sociale zekerheid of ruimtelijke ordening. Bezwaarschri昀琀procedure. Burgerlijk procesrecht: gaat over burgers en bedrijven onderling. Dagvaardingsprocedure. Strafprocesrecht: Openbaar Ministerie dagvaart gedachten voor de strafrechter. Kijken of en welke straf er gaat worden toegeschreven. Een prejudiciële vraag is een rechtsvraag van een rechter aan een hoger gerecht, over de uitleg van een rechtsregel. Als overeenkomst nog kan worden nagekomen = schuldeiser kan nakoming van verbintenis vorderen. Als dit niks oplevert, moet je de schuldenaar in gebreke stellen; een schri昀琀elijke aanmaning waarbij de schuldenaar een termijn krijgt voor de nakoming. Soms is een ingebrekestelling niet meer mogelijk: als er een fatale termijn is, als de betaling van de schadevergoeding vanwege onrechtma琀椀g daad of wanpresta琀椀e niet is betaald en als uit mededeling van de schuldenaar duidelijk wordt dat nakoming niet meer mogelijk is. Als de debiteur niet aan ingebrekestelling hee昀琀 voldaan, komt hij in verzuim. Schuldeiser kan dan aanvullende schadevergoeding of vervangende schadevergoeding vragen, als de taak niet meer kan worden uitgevoerd. Als de nakoming blijvend onmogelijk is, krijgt de schuldeiser een schadevergoeding. Beleid en bestuur  Je kunt uitleggen waarom gezondheid een publieke verantwoordelijkheid is geworden; gezondheidsprobleem wordt een publiek probleem als er sprake is Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 van a昀栀ankelijkheid. Zoals bij infec琀椀eziekten, de gezondheid van de een is a昀栀ankelijk van de gezondheid van de ander.  Economisch: mark琀昀alen. Juridisch: gezondheid is een grondrecht. Gezondheid van bevolking is publiek belang. Publiek belang: moet van het collec琀椀ef een probleem zijn, causaal verband zijn om op te kunnen lossen en er moeten middelen zijn voor het oplossen. Ontstond meer kennis, mensen bezighouden met causaal verband van gezondheid, installeren riolering bijvoorbeeld. Ontstaan stadsbestuur  mensen konden bezig gaan houden met dingen zoals ziekten.  Je kunt uitleggen hoe gezondheidsproblemen op de agenda van de overheid komen; Agendavorming is een selec琀椀e, kan voor je uitschuiven. Ook kan je kijken naar de agendamacht van het publiek, de rol van de media.  Je kunt het begrip 'wederzijdse a昀栀ankelijkheid' (interdependen琀椀e) uitleggen en aangeven hoe dit bijdraagt aan het ontstaan van publieke problemen; interdependen琀椀e is het a昀栀ankelijk zijn van anderen. Dit draagt bij aan problemen omdat bijv. de armen is slechte omstandigheden wonen en ziek worden, hierdoor worden de rijken ook ziek die in de buurt wonen.  Benoemen wat de rol is van maatschappelijke en wetenschappelijke actoren in de agendavorming van gezondheidsproblemen. Maatschappelijke actoren is het publiek. Kunnen via de media hun stem laten horen. Wetenschappelijke actoren kunnen problemen voor zich uitschuiven of eerst afwachten op meer onderzoek erover.  De verschillende vormen benoemen waarin de rol van de overheid zich kan ontwikkelen.  Polder (overheid opstellen regels, privaat uitvoeren), gemeenschap (wet over 琀椀tel), markt (compe琀椀琀椀e mogelijkheid zorgen) en staat (regulering, ministerie bepaalt alles).  Kunnen uitleggen wat met ‘science for’ en ‘science of’ policy wordt bedoeld en dit kunnen toepassen op een casus. Onderzoek voor beleid is het krijgen van kennis om vervolgens beleid mee te kunnen opstellen. Onderzoek van beleid is kijken naar de ontwikkelingen van het beleid.  Kunnen uitleggen wat wordt bedoeld met een incrementeel en ra琀椀oneel perspec琀椀ef op beleid en dit kunnen toepassen op een casus. Ra琀椀oneel is dat je elke keer weer opnieuw het kunnen bewerken en veranderen. Bij incrementeel is het juist in kleine stapjes vooruitgaan.  Kunnen uitleggen wat met een ‘creator’ en een ‘guardian’ perspec琀椀ef op veranderingen in de gezondheidszorg wordt bedoeld. Bij creator perspec琀椀ef worden er voorwaarden gecreëerd 琀椀jdens het experiment, de overheid is onderdeel van het experiment. (Incrementeel). Bij de guardian is de marktwerking voldaan en houdt de overheid afstand van het beleid. (Ra琀椀oneel).  Kunnen uitleggen hoe poli琀椀eke overwegingen van invloed zijn op het gezondheidszorgbeleid. Liberalen is kleine overheid met zelfredzaamheid van burgers en daartegen over de katholieken en protestanten, gaan uit van een eigen gemeenschap die voor zichzelf zorgt. Hierdoor kleine rol van overheid, en par琀椀culier groot is, in Nederland grote rol van poli琀椀eke cultuur.  Beschrijven wat met het begrip ‘beleid’ wordt bedoeld en dit analyseren aan de hand van de beleidscyclus. Beleid is het willen behalen van een bepaald doel met bepaalde middelen. Beleidscyclus: agendavorming (waarover), Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 beleidsvoorbereiding (verkennen), beleidsbepaling, beleidsuitvoering (in prak琀椀jk brengen), beleidsevalua琀椀e.  De beleidsmodellen (Fasen model, Rondenmodel, Kriskrasmodel) kunnen uitleggen. Fasen model is dat elk beleid wordt opgesteld volgens de beleidscyclus. Bij het rondenmodel hee昀琀 elke fase weer een eigen cyclus en bij kriskrasmodel is het alles door elkaar.  Vijf theore琀椀sche benaderingen van beleid (zoals beschreven in Maarse 2018) benoemen en uitleggen. Doelra琀椀oneel (probleem – middel - doel), construc琀椀vis琀椀sche benadering (beïnvloed door referen琀椀ekader beleidsmaker), norma琀椀eve benadering (kijkend naar de normen en waarden), poli琀椀eke benadering (beleid is uitkomst van overleg en onderhandelen en ins琀椀tu琀椀onele benadering (bestaande structuren spelen een grote rol, pad a昀栀ankelijkheid).  Ra琀椀oneel en incrementeel beleid kunnen uitleggen en illustreren aan de hand van voorbeelden uit de zorg. Ra琀椀oneel gaat uit van een doel en beleid, alle benodigde info is aanwezig en is overzichtelijk, oplossen obesitas, je weet dat promo琀椀e van gezond eten helpt. Incrementeel is uitzoeken en uitproberen en onoverzichtelijk, gebruik van mondkapjes 琀椀jdens corona, je weet niet of het werkt.  Studenten kunnen de centrale actoren in de Nederlandse gezondheidszorg op na琀椀onaal niveau benoemen en uitleggen. Gezondheidsraad, advies aan parlement en VWS, doen van wetenschappelijk onderzoek. RVS, advies regering en parlement over volksgezondheid, doen ook onderzoek. NZa houdt toezicht op zorgaanbieders en -verzekeraars, maakt regels. Ministerie VWS, we琀琀en parlement goedkeuren, krijgt advies van NZA. Parlement wijzigt we琀琀en en zorgt voor bescherming van pa琀椀ënten rechten.  Modellen van agendavorming uitleggen en illustreren aan de hand van een voorbeeld uit de gezondheidszorg.  Kloofmodel (afstand wens en werkelijkheid invloed op hoe snel probleem op agenda komt), barrière model (bewust wording probleem, omze琀琀en naar eisen, dan beginnen beleidscyclus, veel stappen doorgaan), rela琀椀eve aandacht model (aandacht is soms veel soms minder), verbroken evenwichtsmodel (zoveel onderwerpen, kan niet door 1 iemand in de gaten worden gehouden) en stromenmodel (lopen 3 stromingen: probleem, beschikbare oplossingen en poli琀椀eke gebeurtenissen, als ze samen vallen ontstaat een opportunity).  De toegevoegde waarde én de kri琀椀ek op theore琀椀sche modellen uitleggen. Deze modellen dienen om de werkelijkheid te beschrijven, verklaren en voorspellen. Nadeel is dat als je naar het ene model kijkt, zie je de dingen van het andere model niet.  Beleidsinstrumenten benoemen, uitleggen en toepassen op de Nederlandse gezondheidszorg. Iets wat een beleidsmaker kan gebruiken om het doel te behalen. Juridisch = normen over gewenst gedrag opleggen, wetgeving. Economisch = 昀椀nanciële consequen琀椀es, subsidie. Fysiek = materiele ingreep om bepaald gedrag te belemmeren, verkeersdrempel. Nudging = bijsturen van gewoontegedrag, helpen van maken juiste keuze.  Uitleggen wat het belang is van beleidsevalua琀椀e en verschillende vormen van beleidsevalua琀椀e kunnen benoemen. Leerfunc琀椀e, verantwoordingsfunc琀椀e en poli琀椀eke func琀椀e. Monitoren = beleidsrelevante ontwikkelingen en mogelijke Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 gevolgen in kaart brengen, zonder oordeel. Top-down evalua琀椀e = vanuit perspec琀椀ef beleidsmaker. Bo琀琀om-up= vanuit gebruikers uit het veld.  Uitleggen wat met beleidsaccumula琀椀e wordt bedoeld. Beleidsaccumula琀椀e is een proces waarin overheidsbeleid en de handhaving daarvan steeds verder worden aangescherpt ten gevolge van ontwijkend gedrag van de doelgroep. Dit verschijnsel kan er uiteindelijk toe leiden dat het beleidsproces verstopt raakt.  De begrippen ‘street level bureacrat’ en ‘discre琀椀onaire ruimte' kunnen uitleggen en toepassen op de Nederlandse gezondheidszorg. Street level bureaucrats zijn individuele personen die diensten verlenen die zijn vastgelegd in de wet, publieke dienstverleners zoals een poli琀椀eagent of een docent. Discre琀椀onaire ruimte is de vrijheid om in sommige gevallen naar eigen inzicht een besluit te nemen binnen de wet. Te maken met spanning op hun werk, begrip zelf al paradox. Wmo – adviseurs veel mee te maken, moeten protocol volgen maar willen ook ruimte hebben om persoonlijke vragen aan de burgers te stellen. Verlenen van zorg is geen discre琀椀onaire ruimte, want daarbij alleen hun beroep doen en niet hoeven kijken of het binnen de ruimte past. Wie bepaalt de agenda? Externe initiatief model: komt vanuit samenleving. Mobilisatiemodel: initiatief bij beleidsmakers. Interne toegang: ook initiatief bij beleidsmakers, maar de betrokkenen kiezen er niet voor/hebben er geen belang bij. Mediacratie: media worden steeds meer agendabepalend. Partijen met evaluerende taak: Raad van State: adviseert regering over wetgeving en bestuur. Algemene rekenkamer en nationale ombudsman. Typen beleidsproblemen: Consensus over ernst en Hoog Laag noodzaak aanpakken/ Mate van zekerheid over de kennis van oorzaak en oplossing Hoog Getemde Tembare kennisproblemen problemen (Ma琀椀g gestructureerd) (gestructureerd) bijvoorbeeld abortus. Laag Tembare Ontembare problemen norma琀椀eve (Ongestructureerd) de wicked problemen problems, zoals betaalbaarheid (ma琀椀g in de zorg. gestructureerd) Network governance: verschillende par琀椀jen gaan samen overleggen en oplossingen bedenken voor probleem, eist onderling vertrouwen. Drie verschillende soorten: Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Inhoudelijke complexiteit (hoe doen we de samenwerking), strategische complexiteit (ona昀栀ankelijke netwerken, kunnen eigen strategie bepalen) en ins琀椀琀椀onele complexiteit (elkaar beter leren kennen om tot beleid te kunnen komen). Drie soorten verzorgingsstaten: - Liberale verzorgingsstaat. In hoeverre kan je goed leven zonder te werken. Vooral private voorzieningen, groot onderscheid tussen goede banen en junk jobs. Decommodi昀椀ca琀椀e is laag, zonder deelname in de markt geen hoge kans op overleven. Stra琀椀昀椀ca琀椀e is hoog, leidt tot maatschappelijke tweedeling. - Corpora琀椀s琀椀sche verzorgingsstaat. Hoe groepen mensen worden verdeeld door de staat, klassenverschillen blijven bestaan. Veel collec琀椀eve voorzieningen. Decommodi昀椀ca琀椀e is gemiddeld, stra琀椀昀椀ca琀椀e is hoog. - Sociaaldemocra琀椀sche verzorgingsstaat. Werkgelegenheid in de dienstensector, vooral in Scandinavische landen. Veel belas琀椀ngen en daardoor veel collec琀椀eve voorzieningen. Hoge arbeidspar琀椀cipa琀椀e door iedereen, anders niet te betalen. Decommodi昀椀ca琀椀e is hoog, stra琀椀昀椀ca琀椀e is laag. Economie  Het onderscheid tussen collec琀椀eve en private 昀椀nanciering van gezondheidszorg uitleggen en relateren aan het begrip solidariteit; collec琀椀eve 昀椀nanciering is geld dat aan iedere burger verplicht moet betalen via premies, geoormerkte belas琀椀ngen. Private 昀椀nanciering zijn voor dingen die je zelf kiest. Solidariteit is bij de collec琀椀eve 昀椀nanciering, iedereen moet betalen. Door solidariteit ontstaat er een gezamenlijke pot om de kosten uit te kunnen betalen.  De omvang en ontwikkeling van de gezondheidszorg in termen van collec琀椀ef ge昀椀nancierde uitgaven aan de hand van cijfers beschrijven en relateren aan de omvang en ontwikkeling van andere overheidsuitgaven;  De oorzaken en economische gevolgen van s琀椀jgende collec琀椀ef ge昀椀nancierde uitgaven aan gezondheidszorg uitleggen; de vergrijzing in Nederland, zorg voor veel ouderen moet betaald worden door minder werkenden. Hierdoor is de druk op de werkende hoog, en moeten zij een hoge premie betalen. Meer welvaart leidt tot meer vraag naar zorg. Baumol’s cost disease zorgt voor s琀椀jging in de lonen van het zorgpersoneel zonder zichtbare produc琀椀viteitsontwikkeling.  Mogelijke beleidsop琀椀es noemen om de collec琀椀ef ge昀椀nancierde uitgaven aan gezondheidszorg te beheersen; de lonen niet meer laten s琀椀jgen in de zorg, mensen een groter deel van hun zorg zelf laten betalen en zorgen voor technologische ontwikkelingen.  In verschillende situa琀椀es van schaarste een eenvoudig keuzeprobleem economisch ra琀椀oneel oplossen. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506  De werking van het prijsmechanisme op een perfect compe琀椀琀椀eve markt analyseren; op een perfecte markt kunnen aanbieder en consument niet zelf de prijs vaststellen. Als de aanbieder hoger gaat zi琀琀en, failliet en als hij lager gaat zi琀琀en maakt hij geen winst.  Het economisch elas琀椀citeitsbegrip uitleggen en 3 typen elas琀椀citeiten uitrekenen en interpreteren; als iets elas琀椀sch is, dan verandert de vraag sterk bij een prijsverandering. Als het inelas琀椀sch is, verandert de vraag weinig bij prijsverandering. Prijselas琀椀citeit, inkomenselas琀椀citeit en kruislingse elas琀椀citeit.  Analyseren hoe bij de vraag naar gezondheid en zorg niet wordt voldaan aan de voorwaarden voor perfecte marktwerking en beschrijven welke gevolgen dit kan hebben voor de toegankelijkheid, kwaliteit en doelma琀椀gheid van zorg. Geen transparan琀椀e voor de pa琀椀ënt, hij hee昀琀 een informa琀椀enadeel, artsen kunnen hierdoor minder doelma琀椀g handelen dan gewenst zou zijn. Geen homogeen product, pa琀椀ënt weet niet waar de kwaliteit goed is. Geen vrije toetreding, diploma nodig om jezelf arts te mogen noemen. En geen prijsnemer, door dominante posi琀椀es kunnen de prijzen zelf door de organisa琀椀es worden opgesteld.  Instrumenten die de overheid hee昀琀 om bij de vraag naar gezondheid en zorg corrigerend op te treden vanuit economisch perspec琀椀ef uitleggen. Eigen risico, hierdoor minder moral hazard. Zorgen voor gereguleerde concurren琀椀e. Hierdoor kan de zorg toegankelijk en doelma琀椀g blijven, lage prijs vanwege concurren琀椀e en doelma琀椀g vanwege de contracteerfunc琀椀es van de verzekeraar. Idee is dat de aanbieders onderling gaan concurreren om goede contracten met de verzekeraars kunnen af te sluiten.  Analyseren hoe aan de aanbodzijde van zorgmarkten niet wordt voldaan aan de voorwaarden voor perfecte marktwerking en beschrijven welke gevolgen dit kan hebben voor de toegankelijkheid, kwaliteit en doelma琀椀gheid van zorg; Geen transparan琀椀e, arts weet meer dan pa琀椀ënt. (Arts kan ine昀케ciënt handelen) Geen homogeen product, ene ziekenhuis is beter dan de andere. (Kan onvoldoende kwaliteit geleverd worden) Geen vrij toe- en ui琀琀reding, diploma voor nodig. (Geen vrije toetreding voor nieuwe artsen) En niet veel aanbieders, door de dominante marktposi琀椀es. (Kunnen onguns琀椀ge overeenkomsten ontstaan).  Uitleggen waarom er een vraag naar zorgverzekeringen is; omdat mensen a昀欀eer hebben van risico’s. Ook omdat de inkomenszekerheid hierdoor toeneemt, weet dat je niet opeens een grote uitgaven hoe昀琀 te gaan doen.  Instrumenten die de overheid hee昀琀 om in de zorg dominante marktposi琀椀es, adverse selec琀椀on en moral hazard tegen te gaan vanuit economisch perspec琀椀ef uitleggen; Oplossen moral hazard = eigen betalingen. Adverse selec琀椀on = verplich琀椀ng tot verzekeren. Dominante marktposi琀椀es oplossen = zorgen voor meer gelijke belangen.  De oorzaken van overheidsfalen uitleggen. Kan zorgen voor mismatch tussen vraag en aanbod. Overheid is ook principaal als ze overeenkomsten sluiten  informa琀椀e nadeel. Overheid hee昀琀 vaak neiging om te zoeken naar snelle oplossingen voor korte termijn. Ook kans tot lobbyen, het geheel van rechtma琀椀ge ac琀椀es dat wordt ondernomen om de (poli琀椀eke en ambtelijke) besluitvorming te beïnvloeden. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506  Drie typen concurren琀椀emodaliteiten uitleggen; concurren琀椀e op de markt, dat is eigenlijk de normale vorm. Concurren琀椀e om de markt, er wordt vooraf besloten wie mag toetreden tot de markt. Concurren琀椀e door vergelijking, gebruikt om eigen func琀椀e te verbeteren door kijken naar beste aanbieder.  De voor de cura琀椀eve zorgsector relevante prikkels voor doelma琀椀gheid en kwaliteitsverbetering analyseren; zorgaanbieders en zorgverzekeraars bepalen hoe de Zvw in werking gaat, na opstelling van regels door de overheid. Hierdoor ontstaat veel doelma琀椀gheid en kwaliteit door de concurren琀椀e en marktwerking die hierdoor ontstaat. (Aanbieders willen contract, verzekeraars willen klanten, klanten willen zo goed mogelijke kwaliteit maar niet te duur).  De func琀椀e van verschillende toezichthouders in de cura琀椀eve zorg uitleggen; ACM houdt toezicht mededingswet, verbod kartel, misbruik van economische machtsposi琀椀e en concentra琀椀etoezicht (bij fusie niet teveel macht ontstaan). NZa houdt toezicht op de zorgaanbieders en -verzekeraars. Ze voeren overleg om te zorgen dat mensen de zorg krijgen waar ze recht op hebben.  De rolverdeling tussen burgers, zorgverleners, zorginkopers (zorgkantoren, zorgverzekeraars en gemeenten), wetgever en toezichthouder in de sector langdurige zorg uitleggen; Ouderenzorg nu via Zvw, betere afstemming van cure en care. Zorgverzekering voordeel aan goede thuiszorg, weg uit het dure ziekenhuis, zorgt voor doelma琀椀ge inkoop want zijn 100% risicodragend. Centrale indica琀椀estelling. Overheid blij昀琀 op geld le琀琀en bij Wlz, zij zijn dus verantwoordelijk voor kwaliteit en doelma琀椀gheid. Wijkverpleging is naar Zvw, zorginkoop gedaan door risicodragende verzekeraars. Sociale zorg zit in WMO. Mensen eerst kijken in eigen omgeving, of algemene voorzieningen anders kan maatwerkvoorziening komen. Gemeenten krijgen budget, hierdoor verleidelijk om door te ze琀琀en naar Wlz. Zijn 100% risicodragend, preven琀椀e minder aantrekkelijk door mogelijkheid overze琀琀en naar Wlz.  Het stelsel van langdurige zorg typeren in interna琀椀onaal perspec琀椀ef; in Nederland rela琀椀ef veel formele zorg en weinig informele zorg, hierdoor hoge uitgaven aan formele zorg. In Scandinavische landen: uitgebreide publieke voorzieningen, in Zuid- Europese landen: nadruk op informele zorg. In Nederland langdurige zorg uitgebreider en kostbaarder dan meeste andere Europese Landen.  De prikkels voor doelma琀椀gheid en kwaliteitsverbetering in het stelsel van langdurige zorg uitleggen en analyseren; Weinig prikkels doelma琀椀ge zorginkoop bij zorgkantoren van Wlz, krijgen vast budget en geen concurren琀椀e. Overheid is risicodragend bij Wlz, hierdoor knelpunt over de wat juiste prikkels voor kwaliteit en doelma琀椀gheid zijn.  De houdbaarheid van het stelsel van langdurige zorg analyseren; nog niet duidelijk of hervorming ook echt zorgt voor betere 昀椀nanciële houdbaarheid. Toenemende spanning op de werkenden en op de zorg. Meer ouderen dan werkenden, hoge kosten. En meer mantelzorgers nodig. Zorgt voor hogere spanning op arbeidsmarkt.  De historische ontwikkeling van het stelsel van de langdurige zorg beschrijven en interpreteren; Nederland in 1968 veruit als eerste land met een verplichte volksverzekering (AWBZ) voor langdurige zorg, veel later gevolgd door: Duitsland 1995, Japan 2000, Z-Korea 2008.  De doelstelling en inhoud van de hervorming van de langdurige zorg uitleggen en interpreteren. Doelen waren het vergroten van de 昀椀nanciële houdbaarheid, meer voor elkaar zorgen (meer betrokkenheid van andere burgers) en een betere kwaliteit. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 AWBZ opgesplitst naar 4 kernen: Zvw, Wlz, WMO en jeugdzorg. Gebeurde omdat er doelma琀椀gere prikkels zouden ontstaan, i.p.v. bij de zorgkantoren van de AWBZ. Ook prikkels creëren om sociale netwerk in te stellen, en omdat de cure en care beter kan worden afgestemd.  De voor de cura琀椀eve zorgsector relevante prikkels voor doelma琀椀gheid en kwaliteitsverbetering analyseren; De verzekeringen merken concurren琀椀e van andere verzekeraars en de dreiging van de verzekerden om over te stappen naar een anderen, zorgt voor doelma琀椀gheidsprikkels. De gereguleerde concurren琀椀e zijn de prikkels daarvoor. Ook zijn ze 100% risicodragend. Door ontstaan Zvw, hebben burgers vrije keuze voor verzekeraar, vergoeding van niet-gecontracteerde zorg. Zorgt voor meer doelma琀椀gheid. Aanbieders willen graag gecontracteerd worden, doen meer hun best.  De dynamische ontwikkeling van overheidsbeleid ten aanzien van de gezondheidszorg uitleggen;  De concepten 'padafhankelijkheid' en 'institutionele logica' op een verandering in een zorgsysteem toepassen.  Drie fasen in de ontwikkeling van zorgstelsels uitleggen; fase 1 is toegankelijkheid, fase 2 is kostenbeheersing en fase 3 is doelmatigheid. De ontwikkeling van de organisatie en 昀椀nanciering van de curatieve zorg van het begin van de 20e eeuw tot nu aan de hand van belangrijke historische gebeurtenissen beschrijven. (1) Rond 1900 bemoeide overheid nauwelijks. Ziekenfonds voor de armen, welgestelden betaalden zelf. Vrije artsenkeuze wilde de fondsen wel, artsen niet want geen zekerheid tot werk. Welstandsgrens. 1941 ziekenfondsenbesluit, ontstond acceptatieplicht en verzekeringsplicht bij ziekenfondsen. Na 2e wereldoorlog nam overheid veel taken opzich: verstatelijking. Discussie over mate van bemoeienis, begin van regulering. Jaren ’50 ontstond liberalisering, veld mocht zelf beslissingen nemen  verdubbeling kosten, behoefte aan planning. 1966 ziekenfondswet. 1968: AWBZ, verplichte verzekering voor iedereen voor langdurige zorg = totale toegankelijkheid van fase 1. (2) Ontstaan moral hazard en ziekte van Baumol, dus kostenbeheersing, maar die toegankelijkheid behouden = ontstaan in 1980 wet tarieven gezondheidszorg en 1882 wet voorzieningen gezondheidszorg. Particulieren doen aan risicoselectie en premiedi昀昀erentiatie waardoor vooral slechte risico’s bij ziekenfonds, ging failliet. (3) 1987 rapport Commissie Dekker, zorgen voor concurrentie om doelmatiger te maken. Veranderingen: geen contracteerplicht, ook nominale premie, en de fondsen kregen 昀椀nancieel risico. Invoering zorgverzekeringswet in 2006, einde van de twee losse soorten. Terugkomst neoliberalisme; vrij kunnen onderhandelen op de markt en minder overheidsbemoeienis. Toegankelijkheid: acceptatieplicht en risicoverevening. Financiering: betalen inkomenspremie en nominale premie. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Doelmatigheid: kunnen kiezen uit verzekeraar en vrijwillig eigen risico. Verzekeraars mogen zelf aanbieders kiezen en 昀椀nanciële prikkels aan de verzekerden geven.  Overheidsfalen in de zorg en de gevolgen hiervan voor de kwaliteit, toegankelijkheid en doelmatigheid van zorg gedurende de historische ontwikkeling van het Nederlandse zorgstelsel beschrijven. Oliecrisis leidde tot einde volksverzekering uit ziekenfondsenbesluit. Ontstond verzet tegen bureaucratisering en cultureel verzet tegen elite van gezondheidszorg. Terug naar decentraal beheersingsmodel, private verzekeringen en zorgaanbieders. Overheid steeds bezig met zorgen voor solidaire zorg. Kosten werden weer heel hoog, afspraken over stijging zorgkosten. Nu nadruk op regionalisering.  Beargumenteren hoe de hoogte van de vergoeding van niet- gecontracteerde zorg van invloed kan zijn op de kwaliteit, toegankelijkheid en doelmatigheid van zorg. Hoge vergoeding zorg ervoor dat verzekeraars doelmatigheid rol niet kunnen vervullen. Contract niet aantrekkelijk voor aanbieders, hierdoor niet kunnen controleren op prijs en kwaliteit door verzekeraars. Bij lage vergoeding wordt selectiever ingekocht door verzekeraars, want de klant kiest dan alleen voor gecontracteerde zorg. Hierdoor hogere kwaliteit en doelmatigheid. Wel minder keuzevrijheid voor patiënt.  Beargumenteren hoe de hoogte van de vergoeding van niet- gecontracteerde zorg van invloed kan zijn op de (on)gelijkheid in de gezondheidszorg. Als de vergoeding laag is, zullen de rijken nog wel naar niet gecontracteerde zorg gaan, maar de armen niet. Zorgt voor ongelijkheid.  De verschillende waardenregimes die aan het debat rondom het hinderpaalcriterium ten grondslag liggen benoemen en uitleggen waarom het hier zowel om een technisch als een ideologisch debat gaat. Gelijkheid, doelmatigheid, kwaliteit en toegankelijkheid. Technisch omdat het gaat over de kwaliteit en doelmatigheid van de zorg, ook ideologisch want we willen als burgers genoeg vrije keuzemogelijkheden hebben.  De verschillen tussen het Bismarck-systeem en Beveridge-systeem uitleggen; Bismarck systeem hebben wij in Nederland. Sociaal ziektekostenverzekering, uitgevoerd door private instellingen. Zorg is een recht, en iedereen moet premies betalen. Bij Beveridge is publiek stelsel ge昀椀nancierd uit belastingen. Zorg is een voorziening, zorgt voor lange wachttijden, private instellingen ontstaan.  Het onderscheid tussen het Scandinavische, continentale en mediterrane model met betrekking tot langdurige zorg uitleggen; gaat over de vraag wie de langdurige zorg voor ouderen op zich moet nemen, Scandinavisch is heel weinig mantelzorgers, dan continentaal zit tussenin en bij mediterrane neemt vooral de familie de hulp opzich.  Verschillen in organisatie, 昀椀nanciering en gebruik van langdurige zorg tussen landen uitleggen; In Nederland formele zorg voor Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 iedereen en een ruime publieke 昀椀nanciering met beperkte cash bene昀椀ts (krijgen van pgb).  De prestaties van de Nederlandse gezondheidszorg vergelijken met andere landen en re昀氀ecteren op de gevonden verschillen. Nederland doet het goed op het onderdeel gezondheidszorg, wel hele grote uitgaven t.o.v. andere landen o.a. door het kleine aandeel van mantelzorgers. Zvw: iedereen boven de 18 betaalt nominale premie. Nominale premie = rekenpremie + opslagpremie. Inkomensafhankelijke bijdrage komt samen met Rijksbijdrage voor kinderen in het Zorgverzekeringsfonds. Zorgverzekeraars krijgen betaalt via nominale premie en risicoverevening uit het Zorgverzekeringsfonds. Wlz: kwetsbare mensen, intensieve thuiszorg, verzorgingstehuis. Focus ligt op medische ondersteuning. Melden bij CIZ voor zware zorg, maken indicatie voor zorgkantoor. Gaat via loonbelasting en inkomensafhankelijke premie. Wmo: ondersteuning voor mensen met beperking. Eerst kijken naar omgeving en algemene voorzieningen, anders individuele maatwerkvoorziening krijgen. Gemeente krijgt potje met geld hiervoor, hierdoor willen ze zo min mogelijk geld hieraan uitgeven, voor bijvoorbeeld preventie, en zo veel mogelijk via de Zvw doen. Formules: Prijselas琀椀citeit: P/Q * 1/helling, of als je vraagfunc琀椀e van Q hebt is het zonder gedeeld door 1 bij de helling. Als de verandering gegeven is (ΔQ/Q)/(ΔP/P) Elas琀椀sche vraag: kleiner dan -1. Inelas琀椀sche vraag is tussen 0 en -1. Kruislingse elas琀椀citeit: Δ QZ/ QZ gedeeld door Δ PY/ PY. Complementair is < 0. Anders substituten. Inkomenselasticiteit: Δ Q/Q gedeeld door Δ Y/Y. Noodzakelijk goed 0 -1, luxe goed is > 1 en inferieur goed is < 0. Tax: bij berekenen van belas琀椀ng, eerst func琀椀e omze琀琀en naar p = De omzet is maximaal bij een prijselas琀椀citeit van -1. Verandering van de vraag: ontstaan van nieuwe lijn, doorat de vraag zelf is veranderd. De griepepidemie is voorbij, minder huisartsbezoeken. Door de vergrijzing zijn er meer ouderen opzoek naar een huisarts. Verandering van de gevraagde hoeveelheid: verschuiving langs de vraagcurve, door verandering in de prijs. Door een hogere eigen bijdrage, minder vraag naar huisartsen. Verandering van het aanbod: verschuiving van de aanbodcurve, door verandering van het aanbod vanwege bijvoorbeeld technologische ontwikkelingen. Verandering van de aangeboden hoeveelheid: verschuiving langs de aanbodcurve, omdat de prijs die de consumenten willen betalen veranderd. Vraaginduc琀椀e = Het verschil tussen de hoeveelheid door zorgverleners verstrekte zorg en de hoeveelheid door een even goed geïnformeerde pa琀椀ënt gewenste zorg. Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 Zowel posi琀椀eve als nega琀椀eve vraaginduc琀椀e (meer inkomen of lagere werkdruk). In strijd met beroepsethiek, tegengegaan door numerus 昀椀xus, eed van Hippocrates en andere manier van belonen. Eigen risico is ook private verzekering. Interpersonele rela琀椀es in de zorg: onderconsump琀椀e ontstaat bij posi琀椀eve externe e昀昀ecten als de private kosten hoger worden dan de private baten, dan kan interpersonele rela琀椀e ontstaan. Hee昀琀 te maken met externaliteiten, e昀昀ecten waar onvoldoende rekening mee wordt gehouden. Drie soorten: egoïs琀椀sche mo琀椀va琀椀e (doet het omdat je er zelf voordeel aan hebt), paternalis琀椀sche altruïsme (ander moet iets doen omdat jij vindt dat dat een goed idee is) en algemeen altruïsme (wil alleen doen als de ander er ook achter staat). Dominan琀椀e verzekeraar: te lage prijzen in contract en slecht aanbod zorg. Dominan琀椀e van aanbieders: te hoge prijzen en onvoldoende aandacht aan kwaliteit. Belangrijke uitdagingen: uitgavenbeheersing, kwaliteitstransparan琀椀e (geen verslechtering kwaliteit), risicovereving goed doen en de prikkels voor doelma琀椀gheid (niet alleen de produc琀椀e belonen). Uitdagingen EU: afname vertrouwen vaccin, levenscyclus geneesmiddelen, digitale transforma琀椀e van gezondheidsbevordering. Bekos琀椀ging: Ziekenhuiszorg: kijken naar vroeger. 1980-1995: tegengestelde volumeprikkels. Ziekenhuizen kregen vast budget voor de loondiensten, ‘fee for service’ voor vrijgeves琀椀gde specialisten. Hierdoor ziekenhuis volume beperken maar de vrijgeves琀椀gde wilden juist zoveel mogelijk volume, dus tegengestelde volumeprikkels. 1995: lumpsums voor specialisten, een vast, vooraf gegeven bedrag. Geen volumeprikkel meer voor specialisten en ziekenhuizen, ontstonden wachtrijen en zwakke doelma琀椀gheidsprikkels. 2001: open-einde 昀椀nanciering ofwel boter bij de vis. Ziekenhuizen die budget overschreden kregen extra vergoeding, leidde tot hoge kosten en was dus niet houdbaar. 2005: invoering DBC-systema琀椀ek, niet meer per dienst, maar voor volledige behandeling wordt er 1 ‘product’ gerekend. Bij gebroken been, hoort dus de foto maar ook de afspraak voor het gips plaatsen allemaal bij 1 product. A-segment: budge琀琀ering leidend, 90% ziekenhuis inkomsten. B-segment: vrije prijzen, verzekeraar en ziekenhuis vrij onderhandelen. 10% van de inkomsten. 2008: afscha昀케ng lumpsums, de vrijgeves琀椀gde specialisten kregen vast loon uur volgens DBC, en in loondienst werden betaald uit de vergoedingen van het ziekenhuis en voor het geld uit de B-segment. In huisartsenzorg: kijken naar vroeger. Tot 2006: inschrij昀琀arief voor ziekenfondsverzekerden, vast bedrag per persoon dat ze van tevoren ontvingen  kosten beheersen en doelma琀椀gheidsprikkels zijn beperkt. Voor par琀椀culiere verzekerden kregen ze fee for service, dus per consult. Weer twee tegengestelde prikkels. 2006: Zvw, gemengd systeem, inschrij昀琀arief plus consul琀琀arief voor alle verzekerden. 2010: keten-DBC. Aanbieders als groep te betalen, integrale bekos琀椀ging voor chronisch zorg, vast bedrag aan begin. Hoe doelma琀椀ger je werkt, hoe meer je overhoudt van het bedrag. Waar staan we nu met de bekos琀椀ging: Ziekenhuiszorg: 2012: B-segment naar 70%. DOT is het vereenvoudigen van het DBC-systeem door 4.400 producten te hebben ipv 30.000, moet ook zorgen voor minder fraude. A-segment werd afgescha昀琀, en kwamen maximumtarieven voor in de plaats. BHa: afspraken over de maximale kosten in de zorg. 2015: invoering integrale tarieven, ontvangen alle zorgaanbieders samen voor alle zorgac琀椀viteiten één tarief per cliënt, ipv de vrije specialisten losse facturen. Ziekenhuizen factureren nu alle zorg. Vervolgens gingen de ziekenhuizen en MSB’s in overleg over de inkomstenverdeling. MSB is de Gedownload door arvena koswal ([email protected]) lOMoARcPSD|19943506 organisa琀椀e van specialisten om wel als eigen bedrijf te blijven worden gezien. De verzekering hoe昀琀 nu alleen nog contact te hebben met ziekenhuis, en die regelt verder de rest met de vrije artsen. 2018: max groei van 0,9% naar 0% in 2022. Sinds 2012 spreken zorgverzekeraars omzetplafonds (ziekenhuis declareren de kosten onder het plafond) en aanneemsommen (ziekenhuis vast bedrag ontvangen) af met ziekenhuizen, vormen van budge琀琀ering. Huisartsen: Driesegmentenmodel. Hier ook weer BHa opgesteld, hier juist bedoeling dat de zorg groeit, groei van 3% in 2022. Ook moet er meer 琀椀jd voor de pa琀椀ënt komen, zorg 琀椀jdens ANW-uren moet beter en zorg voor kwetsbare groepen beter. Knelpunten huidige bekos琀椀ging: doelma琀椀ge subs琀椀tu琀椀e is niet voordelig, het overnemen van zorg van ziekenhuis naar huisarts is niet lonend, aangezien het geld de zorg niet volgt. Het s琀椀muleert preven琀椀e niet, er wordt betaald voor het behandelen en niet voor de preven琀椀e. Overproduc琀椀e wordt bevorderd, betaalt per product. Oefentoetsen: Legimiteit van beleid: het beleid moet draagvlak hebben. Ra琀椀onaliteit van beleid: het beleid moet kloppen; de waarden, middelen, doelen en e昀昀ecten van het beleid moeten bij elkaar passen. Gezondheidsrecht is een zogenaamde alfa-wetenschap. De benaming voor een wetenschap die zich met de producten van de menselijke geest bezighoudt. Belangrijkste drie actoren zijn: de burger, zorgaanbieder en zorginkoper. Op sociaal grondrecht kan een burger in Nederland niet rechtsstreek een beroep doen, overheid hee昀琀 alleen een inspanningsverplich琀椀ng. Verhoging verplichte zorgpremies leidt tot zorgen over collec琀椀eve lasten. Dit komt omdat de interna琀椀onale concurren琀椀eposi琀椀e van NL hierdoor verslechterd, hierdoor minder belas琀椀nginkomsten en meer sociale uitgaven aan werkloosheidsuitkeringen. De func琀椀es van recht: regelend, geschil beslechtend, uitdrukking van morele en culturele waarden. Interven琀椀es kunnen ook werken als ze niet wetenschappelijk correct zijn. Was zo bij de Miasmatheorie: ziekte komt door kwalijke dampen. Dat was onjuist maar ontstond goede riolering, wat zorgde voor een verbetering van de gezondheid. Waardenra琀椀onaliteit: sluit het onderwerp aan bij de waarden die centraal staan in breder beleid? Bijvoorbeeld waardenra琀椀onaliteit: les geven in kleine groepen op de campus, want je wilt niet doorgeven dat het goed/normaal is om weer in grote groepen bij elkaar te komen. Causale ra琀椀onaliteit: wat zijn de verwachte gevolgen van het beleid? Doelra琀椀onaliteit: zijn de benodigde kosten en middelen aanwezig? Gedownload door arvena koswal ([email protected])

Use Quizgecko on...
Browser
Browser