Voedingsleer Samenvatting PDF

Summary

This document provides a summary for a lesson on food and nutrition. The summary discusses the food pyramid and basic dietary guidelines. It touches upon water, beverages, and other dietary considerations. The text includes several tips and advises on healthy eating habits, highlighting the importance of vegetables and fruits.

Full Transcript

Gezondheidsopvoeding I.1: voedingsleer Inhoud Voedingsdriehoek.................................................................................................................................... 3 Water, koffie en thee.....................................................................................

Gezondheidsopvoeding I.1: voedingsleer Inhoud Voedingsdriehoek.................................................................................................................................... 3 Water, koffie en thee............................................................................................................................... 4 10 tips van gezondheid............................................................................................................................ 5 Groenten en fruit..................................................................................................................................... 6 Koolhydraatbronnen................................................................................................................................ 7 Granen en graanproducten..................................................................................................................... 8 Ontbijten.................................................................................................................................................. 9 Voedselveiligheid................................................................................................................................... 10 Voedingsmiddelen en voedingsstoffen................................................................................................. 14 Voedingsdriehoek Wie maakt deze? - Gezond leven = organisatie die werkt en rekening houdt met de richtlijnen van Wereldgezondheidsorganisatie en de eetgewoontes van de Vlamingen. 3 wetenschappelijke uitgangspunten van de voedingsdriehoek: 1) Eet in verhouding meer plantaardig dan dierlijke voeding. 2) Vermijd ultra bewerkte voeding zoveel mogelijk en vermijdt lege calorieën. 3) Verspil geen voeding en matig je consumptie. Lege calorieën = voedingsmiddelen die veel energie leveren maar weinig mineralen, vitaminen en verzadigingswaarden. Onderverdeling: Blauwe zone: = water - Water is cruciaal voor vochtbalans van je lichaam -> krijgt voorrang op alles. Donkergroene zone: = voedingsmiddelen van plantaardige oorsprong die een gunstig effect hebben op je gezondheid. - Groenten, fruit, volle granen, aardappelen, peulvruchten, oliën, … - Kies zoveel mogelijk de weinig of niet bewerkte versie. Lichtgroene zone: = Voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong die een gunstig effect hebben op de gezondheid. - Vis, eieren, melk, yoghurt, gevogelte en kaas. - Kies hier ook zoveel mogelijk de weinig of niet bewerkte variant. Oranje zone: = voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong die mogelijk een ongunstig effect hebben op je gezondheid. - Rood vlees, boter, kokos- en palmolie (-> vetstoffen rijk aan verzadigde vetzuren- ➔ Bevatten wel nog nuttige voedingsstoffen vb.: ijzer in rood vlees Rode zone: = restgroep - Staat los van de driehoek - Ultra bewerkte producten waaraan suikers, vet en/of zout is toegevoegd. - Kunnen van dierlijke en plantaardige oorsprong zijn Vb.: snacks, bereide vleeswaren, frisdrank, alcohol, snoep, gebak, fastfood, … ➔ Bevatten weinig of geen nuttige voedingsstoffen -> zijn dus overbodig in onze voeding. Grijze zone: = producten afgeleid van de basisvoedingsmiddelen in het model. ➔ Wordt niet visueel weergegeven. - Voedingsmiddelen die bepaalde bewerkingen zijn ondergaan -> fruitsap, wit brood, … - Voedingsmiddelen waaraan suiker, vetstof of zout is toegevoegd -> chocolademelk, gezouten noten, … ➔ Door deze bewerkingen krijgen ze niet meer de voorkeur maar ze behouden nog wel zekere voedingswaarde. Water, koffie en thee Belang van water: - = oplossend transportmiddel van voedingsstoffen - = reactiemedium -> vrijwel alle stof-wisselingsreacties gebeuren in een waterig milieu - Water regelt de lichaamstemperatuur via verdamping van zweet Voorkeur: - Kraan, bron of mineraalwater - Gearomatiseerde waters -> zonder toevoeging van suiker en/of zoetstof - Thee of koffie -> zonder toevoeging van suiker en/of zoetstof Geen voorkeur: - Thee en koffie met toevoeging van suiker Zo weinig mogelijk: - Kant-en-klare gesuikerde dranken op basis van thee en koffie met toevoeging van suiker en/of room. (Vb.: ijskoffie en ijsthee) Je hebt +- 1,5 liter water nodig als volwassenen om vochtgehalte op pijl te houden 10 tips van gezondheid 1) Drink vooral kraanwater ➔ Water is de beste drank om dorst te lessen. Kies voor kraanwater in plaats van flessenwater -> dit is gezonder en beter voor het milieu 2) Eet meer groenten en fruit, bij voorkeur van het seizoen ➔ Leveren veel gezondheidsvoordelen. Seizoensgebonden groenten en fruit zijn lekkerder en hun milieu-impact is beperkter. 3) Kies vaker peulvruchten, volle granen en noten ➔ Gezonde plantaardige eiwitbronnen met veel gunstige voedingsstoffen. 4) Eet minder vlees en verkies gevogelte, vis en eieren boven rood en bewerkt vlees ➔ Rood vlees = minder milieuvriendelijk 5) Eet en drink zo weinig mogelijk lege calorieën (frisdrank, snoep,…) ➔ Ze vullen wel maar zijn niet voedzaam 6) Vermijd voedselverlies ➔ Plan je maaltijden en doe slim boodschappen 7) Eet niet meer dan je lichaam nodig heeft ➔ Geef aandacht aan portiegroottes 8) Varieer en zoek alternatieven ➔ Elke dag hetzelfde eten wordt saai en eentonig, het is ook niet gezond 9) Eet op vaste tijdstippen en samen met anderen ➔ Dit helpt om regelmaat te houden 10) Pas je omgeving aan ➔ Leg fruit en gezonde snacks meer in het zicht dan ongezonde voeding Vlees is OK als je de structuur van het vlees herkent -> vleesvezels in steak. Bij salami zie je dat bv niet Ultra bewerkte producten -> vol met bewaringsmiddelen, zout, … Groenten en fruit Staan apart op de voedingsdriehoek -> we moeten meer groenten eten dan fruit ➔ Fruit heeft meer suikers Vers fruit = voorkeur Fruitsap of andere sappen/smoothies niet ➔ Verzadigingswaarde gaat weg dus staat dit in de grijze zone Bewaren van groenten en fruit: - Best in vochtige of vocht geconditioneerde ruimte. - Best pas vlak voor gebruik wassen -> veel groenten & fruit worden beschadigd tijdens het wassen en hierdoor bederven ze sneller. - Koelkast = korte termijn - Invriezen/ confituur van maken = lange termijn ➔ Confituur: suikergehalte van minstens 60% Aandachtspunten bij banaan snijden: - Bruine puntje wegdoen (onderkant banaan) - Niet rijpe banaan -> wordt sneller bruin (citroensap vermijdt dit) Aandachtspunten bij kiwi versnijden: - ‘pinnetje’ eruit halen (wit deeltje) Conference peer = eetpeer Fruit heeft pectine = complex koolhydraat ➔ Als dit samen met suiker en zuur gekookt wordt krijg je gelering (= binding) Kritiek van confituur = te veel suiker - Oplossing = confituur met verlaagd suikergehalte ➔ Dan zijn we bewaartechniek kwijt en moet er ander bewaarmiddel toegevoegd worden OF ➔ Pectine met verlaagd suikergehalte toevoegen (zitten bewaarmiddelen in) Honing, confituur en choco hun energiegehalte: 1. Choco -> veel toegevoegde suikers en vetten 2. Honing -> heeft veel suikers 3. Confituur Voordelen van honing: - Wordt niet slecht - Gezonde voedingsmiddelen (vitamine en minerale aanbod is hoog) - Heeft verzadigend effect op onze keer Kwaliteit = voldoen aan eisen en verwachtingen Productkwaliteit = streven naar en kritisch zijn over het resultaat Proceskwaliteit = hoge kwaliteit bieden tijdens het uitvoeren van een opdracht Integrale kwaliteit = voortdurend aandacht voor verbetering hebben Procesbeheersing = elimineren van proces onvolkomenheden waardoor het proces veilig, betrouwbaar en voorspelbaar verloopt Verschil tussen jam, gelei en marmelade: Jam: - Vruchten worden gepureerd of fijngehakt Gelei: - Alleen het sap van vruchten wordt gebruikt Marmelade: - Wordt gemaakt met schillen van citrusvruchten -> heeft hierdoor bitterzoete smaak Tips om fruit te ten: - Maak fruitsalade - Kies fruit dat je lekker vindt - Kies fruit waar je snel aan kan beginnen eten (bv.: waar geen schil af moet) - Maak een smoothie Koolhydraatbronnen 50 à 55% van een maaltijd = koolhydraten ➔ Je haalt je energie bij voorkeur uit koolhydraten Groenten hebben niet veel koolhydraten Ons lichaam zet kh om naar suikers die we nodig hebben. Aardappelen = gezond ➔ We maken dit echter minder gezond door boter en andere vetstoffen toe te voegen (aardappelen nemen dit als sponzen erg op) Kh bron = minst dure deel van je maaltijd Verschillende kh bronnen: - Brood - Pasta - Aardappel - Peulvruchten - Noedels (=anders dan pasta want meer ei) - Rijst - Quinoa (negatief: komt van ver, door hype in westen hebben mensen er daar weinig van) - Maïsproducten (vb.: wraps) Granen en graanproducten Belangrijkste graansoorten: - Tarwe - Rijst - Maïs - Gerst - Haver - Rogge - Boekweit Samenstelling van granen: Ontbijten Belang van ontbijten: - Helpt je metabolisme op gang te komen - Zorgt voor nodige brandstof voor de hersenen en het lichaam om goed te kunnen functioneren gedurende de dag. Tips voor een goed ontbijt: 1) Neem een graanproduct bij je ontbijt, bij voorkeur volkoren Vb.: volkorenbrood, havermout, muesli (ongesuikerd) 2) Gebruik vooral plantaardig beleg Vb.: fruit, groente, notenpasta (100% pindakaas), peulvruchtenspread (humus) 3) Kies voor gezonde alternatieven Vb.: eieren, platte kaas, vis, kip- of kalkoenfilet, … Minder vlees eten = beter voor het milieu -> beperk het tot max. 1X per dag Melkproducten zijn gezonde aanvulling bij je ontbijt (bv. Bij ontbijtgranen) Vb.: - Melk, karnemelk, calcium verrijkte soyadrank. - Ongesuikerde yoghurt of platte kaas - Glaasje melk Voedselveiligheid Vreemde stoffen komen in onze voeding terecht door: - Weinig aandacht te besteden aan hygiëne tijdens het koken, wassen en verhitten van onze voeding. - Het scheiden van de voeding -> kruisbesmetting ➔ Door vlees en groenten op 1 snijplank te leggen - Voedsel dat in de koelkast bewaard moet worden buiten de koelkast te bewaren. - Slechte handhygiëne HACCP = Hazard Analysis and Critical Control Points ➔ Alle stappen van het productieproces worden nauwkeurig in kaart gebracht. ➔ Deze wet geldt voor alle bedrijven die met de productie of verwerking van voedsel bezig zijn -> Ook restaurants, keukens van instellingen, cateringberdrijven & cafetaria’s Micro-organismen = organismen die te klein zijn om met het blote oog te zien. -> ziektekiemen, bacteriën, virussen, … Jaarlijks worden er voedingsmiddelen ter waarde van miljoenen euro’s weggegooid omdat ze bedorven of over de houdbaarheidsdatum zijn. ➔ Dit komt doordat we meer kopen dan dat we opeten. Door een te volle koelkast: - Kunnen de producten niet op gewenste temperatuur gehouden worden - Producten met een beperkte houdbaarheid bederven Pathogene bacteriën = bacteriën die ons ziek maken Verschil tussen voedselvergiftiging en voedselinfectie: - Voedselvergiftiging = ziek worden door eten van besmet voedsel ➔ Gevolgen: hevige buikpijn, diarree en koorts die enkele dagen kan duren. ➔ Deze treden op na 6 tot 8 uur na de consumptie. - Voedselinfectie = als er door het geconsumeerde voedsel zoveel bacteriën binnenkomen dat de normale darmflora wordt verstoord. ➔ Ernstiger dan bij voedselvergiftiging en kan dodelijk zijn ➔ Na enkele uren -> braaksel en misselijkheid Grootste oorzaak van voedselinfecties = niet hygiënisch omgaan met voedsel 3 algemene hygiënische principes: - Voorkom besmetting van voedsel met micro-organismen - Voorkom dat de in het voedsel aanwezige micro-organismen zich kunnen vermeerderen - Behandel indien gewenst het voedsel zodanig dat micro-organismen worden gedood Bij iedereen kunnen ziekmakende kiemen voorkomen: - Soms ben je ongemerkt drager van gevaarlijke kiemen, ookal lijk je volkomen gezond - Ziekteverwekkende kiemen kunnen voorkomen op de handen en in de neus, keel, darm, … - Huidaandoeningen, vooral etterige wondjes en ontstekingen herbergen enorme hoeveelheden ziektekiemen Door een goede persoonlijke hygiëne wordt een onzichtbare vijand bestreden. Handhygiëne: Handen zijn het belangrijkste transportmiddel van micro-organismen Draag zoveel mogelijk wegwerphandschoenen in de keuken ➔ Bij voorkeur nitril (vermijd latex) Wanneer handen wassen? - Bij het betreden van de werkplaatsen - Na iedere werkonderbreking - Na elk toiletbezoek - Bij het veranderen van werktaak - Voor en na het aanraken van rauwe producten - Na reinigen van materieel - Na niezen, roken, eten & hoesten - Voor en na verzorging van een verwonding - Na contact met geld - Na het dragen van wegwerphandschoenen Voor goede handhygiëne zijn volgende dingen vereist: - Wastafel/ lavabo - Kraan -> liefst te bedienen met je pols, elleboog of knie - Vloeibare zeep in een verdeelsysteem met dosering - Handdroog middel -> liefst papier - Afvalbak - Voedende crème Handen wassen: Nagelverzorging: - Kort en proper houden - Geen nagellak - Kunst-, hars-, of gelnagels zijn niet toegelaten - Bij niet op de nagels of huid van je vingertoppen - Borstel de nagels wanneer ze vuil zijn met een zuivere kunststofborstel Haarhygiëne: - Steeds net en verzorgd - Bind lange haren samen - Droog een hoofddeksel dat het volledige haar bedekt - Snor en/of baard kort en verzorgd Eethygiëne: - In productieruimte of keukenlokalen mag je niet eten - Beperk contact met bereide gerechten - Raak zo weinig mogelijk eetwaren met blote hand aan - Proef niet met je vinger Mondhygiëne: ➔ Mond- en neusholte bevatten hoog aantal kiemen of micro-organismen - Nies of hoest niet in de hand of handdoek - Nies, hoest of blaas niet boven levensmiddelen - Eet geen kauwgom - Poets dagelijks je tanden Kledijhygiëne: - Draag steeds gepaste werkkledij -> dagelijks schone - Liefst kledij met korte mouwen - Geen persoonlijke kledij boven de werkkledij - Draag werkschoeisel - Werkkledij mag niet met privékledij in 1 kleerkastje opgeborgen worden - Houd kleedkamers proper Temperaturen in de keuken: - Kamertemperatuur -> micro-organismen vermenigvuldigen snel - Koude temperatuur -> vertragen of stoppen de groei van micro-organismen - Hitte (>70°) -> vernietigd de aanwezige micro-organismen 4 gouden keukenregels: 1. Houd alles schoon - Was altijd je handen -> voor tijdens en na het koken! - Was keukenmateriaal na elk gebruik - Reinig toestellen geregeld ➔ Koelkast 1X/ maandag ➔ Afzuigkap 1X/ 2 maanden -> Om overdracht van micro-organismen te voorkomen van mens, dier & keukengerei naar het voedsel 2. Scheid rauw en bereid - Vermijd contact tussen vlees, vis en groenten -> gebruik andere snijplank en keukengerei - Houd proper en vuil gescheiden -> Om overdracht van micro-organismen van “vuile” naar “propere” voedingsmiddelen tegen te gaan. 3. Verhit voldoende - Tot 70° ➔ Bak vlees, kip, gevogelte en eieren tot in de kern ➔ Breng soep en sauzen aan de kook ➔ Verhit restjes vlees, vis, groenten,… door en door -> Om schadelijke micro-organismen te doden. 4. Bewaar optimaal - Onderbreek de koude keren niet - Gebruik verschillende compartimenten van de koelkast - Kies voor sluitbare verpakkingen - Kijk naar de vervaldatum en verwijder producten wanneer deze voorbij is - Vries een ontdooid product nooit in -> Om de vermenigvuldiging van micro-organismen te stoppen of te vertragen & besmetting tussen de voedingsmiddelen te vermijden. Verpakkingen spelen grote rol in voedselveiligheid: = fysieke barrière tegen micro-organismen en contaminatie met andere voorwerpen - Bevorderen de bewaring en behoud van de nutritionele en sensoriële kwaliteit FAVV = Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen = Belgische parastatale overheidsinstelling die de veiligheid van de voedselketen en kwaliteit van het voedsel bewaakt. Voedingsmiddelen en voedingsstoffen Voedingsmiddelen = alle soorten voedsel die door de mens kan genuttigd worden. Voedingsstoffen = specifiek chemische bestanddelen van voedingsmiddelen. Voedingsmiddel (vb. choco) bestaat uit voedingsstoffen (vb. suiker, eiwitten) 2 soorten voedingsstoffen: - Organische stoffen - Anorganische stoffen Plaats en belang van voedingsmiddelen -> wordt bepaald op basis van welke en hoeveel voedingsstoffen ze aanbrengen. Voedingsstoffen zijn allemaal essentieel voor een goede gezondheid -> ze hebben elk een eigen functie. 2 categorieën van voedingsstoffen: - Energie leveren: EW, KH, vetten en alcohol - Geen energie leveren -> zijn bouw- of hulpstoffen: vitamines en mineralen (&water) Koolhydraten leveren de meeste energie ➔ Hierna eiwitten Verschil bewerkt en onbewerkte voedingsstoffen: Bewerkt: - Wordt behandeld door chemische processen -> in bijna ieder bewerkt product zitten kunstmatige stoffen. Onbewerkt: - Komen alleen door machines heen.

Use Quizgecko on...
Browser
Browser