Cluster 6.1.1 Rondtrekkende dadergroepen PDF

Cluster 6.1.1 Rondtrekkende dadergroepen Het verschil tussen een criminele organisatie en vereniging van misdadigers (dit zijn een aantal essentiële verschillen , je kan ook beide karakteristieken opsommen bvb ) Criminele organisatie Artikel 324 bis SWB - Gestructureerde vereniging van meer d...

Cluster 6.1.1 Rondtrekkende dadergroepen Het verschil tussen een criminele organisatie en vereniging van misdadigers (dit zijn een aantal essentiële verschillen , je kan ook beide karakteristieken opsommen bvb ) Criminele organisatie Artikel 324 bis SWB - Gestructureerde vereniging van meer dan 2 personen (de organisatie moet uit meer dan 2 personen bestaan, maar het kan zijn dat er maar 2 personen vervolgt worden) - Die duurt in de tijd - Oogmerk het in orderling overleg plegen van misdaden en wanbedrijven - Feiten strafbaar met een gevangenisstraf van drie jaar of zwaardere straf - Doel directe of indirecte vermogensvoordelen - Een zekere hierarchie moet aanwezig zijn Opm: uitzonderingen voor vakbonden…, Vereniging van misdadigers Artikel 322 SWB Elke vereniging met het oogmerk om een aanslag te plegen op personen of eigendommen, is een misdaad of een wanbedrijf, bestaande door het enkel feit van het inrichten van de bende. - Vereniging van personen (2 of meer) - Georganiseerd (niet toevallig, afspraken) - Met het oog op het plegen van diefstal(len) (aanslagen tegen personen of eigendommen) Bijvoorbeeld: - Plaats / tijdstip (bv. bij nacht in een woonwijk, industrieterrein, …) - Inbrekersmateriaal binnen handbereik - ANG gekend - Ontrekken aan controle (versnellen / verbergen) - Goederen waarvan herkomst niet verklaarbaar is ---------- Bij een controle in een inbraakgevoelige wijk van een voertuig met twee Albanese onderdanen – niet afkomstig of wonend in de buurt , geef een aantal elementen (meestal minstens 5), waaraan je ze kunnen afleiden dat ze in aanmerking komen om een proces-verbaal vereniging misdadigers op te starten of de omzendbrief toe te passen. (dit gaat dan over inbrekersmateriaal, diverse GSM’s enz….) - Verdacht / trekt aandacht gezien tijd en ruimte  één persoon (zenuwachtig, agressief, niet meewerkend) - Inbrekersmateriaal binnen handbereik (fouillering) - Zaklamp, handschoenen, bivakmuts, donkere kledij… - Geen plausibele uitleg (of verschillende versies) over aanwezigheid. - Aantal (werkende) GSM-toestellen> aantal personen(wie in het bezit) 1 Cl. 6.1.1 Rondtrekkende dadergroepen  - Simkaarten op zak - Walkie-talkie/ Black-Berry… - Gekend ANG / buurt OZ / … - Parkeertickets, Western-Union, kasticketjes… - Eerdere feiten in de omgeving - Diefstalgevoelige buurt ---------- Je hebt toch onvoldoende elementen voorhanden op een pv op te stellen, wat zijn nog de mogelijkheden à RIR + PTNM (permanent te nemen maatregel in ANG op voertuig en personen m.o.o. grondige controle (zie bijlage torpedo verdachte handelingen – staat mooi uitgelegd) / aandacht verkeersinbreuken (deze laatste vraag verwacht ik niet dat je tekstueel weergeeft wat de inhoud is van de PTNM – het volstaat dat je zou zeggen : opstellen RIR met maximale info / PTNM m.o.o. opvolging / en maximale aandacht voor verkeersinbreuken - Bij verdachte handelingen of verdachte situaties is het van groot belang dat de vaststellingen in de ANG worden gevat, en dit met het oog op een eventuele verdere exploitatie in het kader van een later onderzoek. Het begrip 'verdachte handelingen' is een feitelijke en concrete beoordeling. Personen die zich op ongebruikelijke plaatsen (bv. villawijk) op ongebruikelijke uren (bv. 's nachts) bevinden, zonder aannemelijke uitleg, zijn hiervan het prototype. Men kan een onderscheid maken tussen: - Als voor de handelingen van personen en voertuigen een volledig legale en verklaarbare reden kan worden opgegeven voor hun aanwezigheid in tijd en ruimte, worden door de politiediensten geen verdere maatregelen genomen. - Als er geen duidelijke verklaringen worden gegeven voor de aanwezigheid in tijd en ruimte maar er zijn in de databanken geen aanwijzingen van gepleegde misdrijven, geen te nemen maatregelen alsook geen materiële aanwijzingen die wijzen op het plegen of voorbereiden van misdrijven, wordt door de politiediensten een RIR opgesteld met verduidelijking van de omstandigheden alsook de identiteiten, gebruikte voertuigen en aanwezige GSM-toestellen. Aan een RIR kan bovendien een maatregel worden gekoppeld (pt 2.2.2. van boek I van fiche C02 van de MF03). 2 Cl. 6.1.1 Rondtrekkende dadergroepen