Psychologie Hoofdstuk 9: Gedrag en Macht
10 Questions
1 Views

Psychologie Hoofdstuk 9: Gedrag en Macht

Created by
@TopnotchStar

Questions and Answers

Welke factor heeft de grootste invloed op de gezondheid volgens de besproken sociale causaliteitsmechanismen?

  • Ongezonde leefstijl
  • Huisvesting
  • Armoede (correct)
  • Financiële toestand
  • Wat wordt bedoeld met het Matteüseffect in de context van sociale ongelijkheid?

  • Armen worden armer en rijken worden rijker. (correct)
  • De rijkste komen steeds meer in de schulden.
  • Opleidingskansen nemen toe voor iedereen.
  • De werkeloosheid stijgt voor alle sociale klassen.
  • Welke combinatie van factoren kan bijdragen aan sociale mobiliteit in de context van gezondheid?

  • Kennis en gezinsomstandigheden
  • Financiële toestand en arbeidsomstandigheden (correct)
  • Gedrag en levensstijl
  • Werkzaamheidsgraad en loonverdeling
  • Wat is een belangrijke determinant voor sociale ongelijkheid in de gezondheid?

    <p>Subjectieve gezondheid</p> Signup and view all the answers

    Welke vorm van ongelijkheid op de arbeidsmarkt wordt vaak onderzocht in sociologische studies?

    <p>Verticale en horizontale seksesegregatie</p> Signup and view all the answers

    Welke verklaring voor sociale ongelijkheid in onderwijs op microniveau heeft de grootste impact op de kansen van leerlingen?

    <p>Het onderwijsniveau van ouders</p> Signup and view all the answers

    Wat is het belangrijkste doel van de democratisering van onderwijs?

    <p>Het creëren van gelijke kansen voor alle leden van de samenleving</p> Signup and view all the answers

    Welke vorm van kapitaal wordt het meest geassocieerd met sociale ongelijkheid in onderwijs volgens Bourdieu?

    <p>Cultureel kapitaal</p> Signup and view all the answers

    Welke factor op macroniveau kan bijdragen aan sociale ongelijkheid in onderwijs?

    <p>De maatschappelijke elite</p> Signup and view all the answers

    Wat is een mogelijke uitkomst van het watervaleffect in het onderwijs?

    <p>Een toename van ongelijkheid in secundair onderwijs</p> Signup and view all the answers

    Study Notes

    Hoofdstuk 9: Gedrag en Macht

    • Macht = vermogen om ander gedrag te beïnvloeden en doelen te bereiken; is onbewust en situationeel gebonden.
    • Basis van macht komt voort uit de positie die iemand bekleedt.
    • Vormen van macht:
      • Politieke macht: mogelijkheid tot sanctioneren.
      • Economische macht: controle over schaarse middelen.
      • Sociale macht: mobiliseren van mensen door verbondenheid.
      • Culturele macht: beïnvloeden op basis van waarden.

    Gezag

    • Gezag = gelegitimeerde macht; gedragsbeïnvloeding wordt als gerechtvaardigd beschouwd.
    • 3 types gezag volgens Weber:
      • Traditioneel: gebaseerd op gewoonten en tradities.
      • Legaal-rationeel: steunt op wetgeving en procedures.
      • Charismatisch: gebaseerd op sterke persoonlijkheid.

    Hoofdstuk 10: Sociale Ongelijkheid

    • Sociale ongelijkheid = ongelijke waardering en behandeling; ongelijke verdeling van belangrijke middelen.
    • Mensen worden onderverdeeld op basis van sociale status in een hiërarchische structuur.
    • Basisprincipes van sociale ongelijkheid:
      • Een kenmerk in samenlevingen en generaties.
      • Oorzaken zijn vaak maatschappelijk versus individueel.

    Onderzoek naar Sociale Ongelijkheid

    • Factoren: cultuur en samenhang.
    • Conclusie uit onderzoek leidt tot begrip van sociale klassen.
    • 3 vormen van kapitaal volgens Bourdieu:
      • Economisch kapitaal: financiële middelen.
      • Sociaal kapitaal: netwerken en sociale relaties.
      • Cultureel kapitaal: opleidingsniveau en kennis.

    Toepassing van Sociale Ongelijkheid: Onderwijs

    • Onderwijs bevordert sociale mobiliteit; bepaalt kansen in leven.
    • Democratisering probeert sociale ongelijkheid te verminderen maar blijft een uitdaging.
    • PISA-onderzoek toont ongelijkheden in onderwijsniveau aan.
    • Verklaringen voor ongelijkheid op verschillende niveaus:
      • Microniveau: invloeden van gezin en thuistaal.
      • Mesoniveau: culturele en structurele kenmerken van onderwijs.
      • Macroniveau: invloed van maatschappelijk elite en onderwijsbeleid.

    Sociale Ongelijkheid in de Gezondheid

    • Ongelijkheid in levensverwachting en gezondheid is sterk verbonden aan sociale klasse.
    • Twee sociale causaliteitsmechanismen:
      • Ziek maken arm: financiële gevolgen van ziekte belemmeren sociale mobiliteit.
      • Arm maakt ziek: armoede verergert gezondheidsproblemen door omgevingsfactoren.
    • Twee types factoren die gezondheid beïnvloeden:
      • Gedrag en levensstijl: kennis en gezonde keuzes.
      • Structurele factoren: invloed van financiële status en arbeidsomstandigheden.

    Sociale Ongelijkheid op de Arbeidsmarkt

    • Ongelijkheid door geslacht; verschillen in werkgelegenheid en loon.
    • Loonkloof tussen mannen en vrouwen wordt beïnvloed door cultuur en arbeidsstructuren.
    • Welzijn op de arbeidsmarkt beïnvloedt op grote schaal de maatschappij.

    Samenleving en Subculturen

    • Subculturen bestaan naast de dominante cultuur met eigen waarden en normen.
    • Functies van subculturen kunnen variëren; zij kunnen zich afzetten tegen de hoofdcultuur.
    • Twee opties voor interactie tussen subculturen en de dominante cultuur:
      • Assimilatie: aanpassing aan de dominante cultuur.
      • Multiculturalisme: respect voor cultuurverschillen zonder samensmelting.

    Hoofdstuk 6: Groepen

    • Kenmerken van groepen zijn interactie, gemeenschappelijke waarden en een gevoel van samenhorigheid.
    • Referentiegroepen: groepen waar mensen zich op oriënteren in gedrag en houding.
      • Normatieve referentiegroepen: identificatie en verlangen naar lidmaatschap.
      • Comparatieve referentiegroepen: vergelijking zonder noodzaak tot lidmaatschap.

    Hoofdstuk 7: Socialisatie

    • Socialisatie = proces van cultuurtoedracht en identiteit ontwikkeling.
    • Twee bewegingen in het socialisatieproces:
      • Internaliserend: cultuurelementen worden eigen gemaakt.
      • Externaliserend: geïnternaliseerde cultuur wordt sociaal gedeeld.
    • George Mead beschrijft het ontwikkelen van een identiteit via vier fasen:
      • Preparatory stage: imitatie van gedrag.
      • Play stage: leren door rolmodellen en het ontwikkelen van zelfbewustzijn.
      • Game stage: begrijpen en participeren in de gemeenschapssamenhang.

    Studying That Suits You

    Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

    Quiz Team

    Description

    Dit quiz gaat over de concepten van gedrag en macht zoals besproken in hoofdstuk 9 van de psychologie. Je leert over verschillende vormen van macht, zoals politieke, economische, sociale en culturele macht. Test je kennis over hoe deze vormen van macht het gedrag van mensen kunnen beïnvloeden.

    More Quizzes Like This

    Use Quizgecko on...
    Browser
    Browser