Psychologie H14: Zelfconcept en Zelfwaardering
41 Questions
3 Views

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to Lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Wat houdt het zelfreferentie-effect in?

  • Informatie over anderen wordt beter onthouden.
  • Informatie die naar het zelf verwijst, wordt grondiger verwerkt. (correct)
  • Informatie die naar het zelf verwijst, wordt minder goed verwerkt.
  • Zelfreferentie heeft geen invloed op het geheugen.

Welke van de volgende niveaus hoort bij zelfregulatie?

  • Perceptie van anderen
  • Ideale zelf (correct)
  • Cognitieve dissonantie
  • Affectieve niveaus

Wat is een mogelijke oplossing voor het verminderen van zelfdiscrepanties volgens de zelfbewustzijntheorie?

  • Externe validatie zoeken.
  • De zelfdiscrepanties negeren.
  • Vaker introspectie beoefenen.
  • Gedrag aanpassen. (correct)

Wat is de basisvraag van het zelfconcept?

<p>Wie ben ik? (B)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn mogelijke gevolgen van hoog zelfbewustzijn volgens Baumeister?

<p>Verhoogd drugmisbruik. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat beschrijft de gelaatsfeedback hypothese?

<p>Veranderingen in gelaatsuitdrukkingen beïnvloeden emotionele ervaringen. (A)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende uitspraken over het onderzoek van Strack is waar?

<p>Lagere hartslag was gerelateerd aan positiever affect in een stresserende situatie. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat is een mogelijk effect van botox-injecties op emotionele ervaringen?

<p>Ze kunnen leiden tot een meer positieve emotionele ervaring door het verminderen van fronsen. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat waren de bevindingen van Kleinke et al. over gelaatsuitdrukkingen?

<p>Gelaatsuitdrukkingen zijn relevanter in de spiegelconditie. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is een gevolg van glimlachen volgens Zajonc?

<p>Het stimuleert de activering van gelaatsspieren en bevordert een aangenaam gevoel. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is de rol van zelfwaardering volgens de Terror Management Theory?

<p>Het fungeert als een buffer tegen existentiële angst. (B)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende methoden wordt niet genoemd als een manier om zelfwaardering te verhogen?

<p>Zelfontkenning (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is een kenmerk van impliciete metingen van zelfwaardering?

<p>Ze meten automatische vormen van verheerlijking. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat kan het effect van een laag zelfvertrouwen zijn?

<p>Het leidt tot verdere aantasting van zelfwaardering. (A)</p> Signup and view all the answers

Hoe reageert iemand doorgaans op sociale verwerping volgens Leary & Baumeister?

<p>Ze ontwikkelen een grotere behoefte aan goedkeuring. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat wordt niet beschouwd als een teken van zelfdienende cognities?

<p>Het negeren van negatieve feedback. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is kenmerkend voor het naamlettereffect?

<p>Het laat zien dat mensen onbewust voorkeur hebben voor dingen met hun eigen naam. (A)</p> Signup and view all the answers

Welke emotie kan zelfwaardering bufferend beïnvloeden?

<p>Angst voor sociale verwerping. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat wordt onder CORFING verstaan?

<p>Afstand nemen van de groep bij verlies (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is het effect van neerwaartse sociale vergelijkingen volgens Festinger?

<p>Ze kunnen een positief effect hebben bij mensen met lage zelfwaardering (B)</p> Signup and view all the answers

Wat kan een negatief effect zijn van het succes van een vriend?

<p>Jaloezie en daling van zelfwaardering (C)</p> Signup and view all the answers

Welke term beschrijft het positieve effect van het vergelijken met minder succesvolle mensen?

<p>Neerwaartse sociale vergelijkingen (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is een belangrijke reden dat mensen zich wenden tot zelfhulpgroepen?

<p>Ze vergelijken zichzelf met anderen die het nog slechter hebben (B)</p> Signup and view all the answers

In welke situatie is BIRGING eerder waarschijnlijk?

<p>In collectivistische culturen (D)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn positieve illusies in de context van zelfwaardering?

<p>Vertekende beelden van eigen succes en capaciteiten (D)</p> Signup and view all the answers

Wat is een gevolg van het uitspelen van CORFING?

<p>Afname van de band met teamgenoten (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is een gevolg van intensief gebruik van sociale netwerksites voor jongeren?

<p>Een negatievere zelfperceptie (C)</p> Signup and view all the answers

Welke verklaring geeft de studie voor de negatieve zelfperceptie van jongeren?

<p>Negatieve sociale vergelijking (B)</p> Signup and view all the answers

Wat beschrijft het 'poor-get-poorer' idee in de context van sociale media?

<p>Negatieve sociale vergelijking leidt tot een afname van zelfwaardering. (A)</p> Signup and view all the answers

Welke factor heeft een verzwakkend effect op de relatie tussen SNS-gebruik en zelfperceptie?

<p>Hogere levenstevredenheid (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is een kenmerk van het culturele verschil between 'low' en 'high' welvaart volgens de studie?

<p>Minder nood om superioriteit te tonen in 'low' welvaart (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is een mogelijke negatieve uitkomst van een hoge zelfwaardering?

<p>Verhoogde waarschijnlijkheid van boosheid na negatieve feedback. (C)</p> Signup and view all the answers

Welke strategieën behoren tot strategische zelfpresentatie?

<p>Complimenten geven en oogcontact maken. (A), Het verbergen van mislukkingen. (B)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende dingen kan het schijnwerper effect illustreren?

<p>Overtuiging dat anderen hun fouten meer opmerken dan ze werkelijk doen. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is de essentie van zelfverificatie?

<p>De wens om door anderen gezien te worden zoals men zichzelf ziet. (A)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende elementen draagt NIET bij aan strategische zelfpresentatie?

<p>Het delen van persoonlijke mislukkingservaringen. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat kan een gevolg zijn van positieve illusies op lange termijn?

<p>Schadelijke effecten op de psychische gezondheid. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is de rol van zelfpresentatie in sociale media?

<p>Het creëren van een ideaalbeeld van zichzelf. (A)</p> Signup and view all the answers

Waarom zijn positieve illusies adaptief als het gaat om productiviteit?

<p>Ze helpen om uitdagingen beter het hoofd te bieden. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is EEN gevolg van strategische zelfpresentatie?

<p>Mensen verkrijgen meer macht en invloed. (C)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende beweringen over zelfwaardering is juist?

<p>Te hoge zelfwaardering kan leiden tot negatieve oordelen van anderen. (B)</p> Signup and view all the answers

Flashcards

Zelfreferentie-effect

Informat ie die naar het zelf verwijst, wordt grondiger en dieper verwerkt, waardoor het beter wordt onthouden.

Zelfdiscrepantietheorie

Deze theorie legt een verband tussen afwijkingen tussen je zelfbeeld en je eigen normen.

Zelfbewustzijn

De mate waarin je met jezelf bezig bent. Dit kan een aversieve ervaring zijn, omdat je dan je beperkingen moet erkennen.

Zelfregulatie

Het vermogen jezelf te sturen en je gedrag aan te passen op basis van je eigen normen.

Signup and view all the flashcards

Oplossingen voor zelfbewustzijn

Gedrag aanpassen om zelfdiscrepanties te verminderen, of zelfbewustzijn ontvluchten door middel van bijvoorbeeld alcohol of drugs.

Signup and view all the flashcards

Gelaatsfeedback hypothese

De hypothese dat het veranderen van je gelaatsuitdrukking kan leiden tot een verandering in je emotie.

Signup and view all the flashcards

Strack et al. (Potlood experiment)

Een experiment dat de gelaatsfeedback hypothese test. Deelnemers houden een potlood tussen hun lippen of tanden, wat hun gelaatsuitdrukking beïnvloedt. Resultaten tonen aan dat de positie van het potlood emoties beïnvloedde.

Signup and view all the flashcards

Botox en geluk

Mensen die botox in hun voorhoofd hebben, lijken gelukkiger te zijn omdat ze minder fronsen en dus minder negatieve emoties ervaren.

Signup and view all the flashcards

Zelfperceptietheorie

Deze theorie stelt dat onze ervaringen, inclusief onze emoties, beïnvloed worden door hoe we onze eigen acties en gedrag waarnemen.

Signup and view all the flashcards

Glimlachen en fronsen

Glimlachen activeert spieren in het gezicht, wat meer bloed naar de hersenen stuurt en een aangenaam gevoel veroorzaakt. Fronsen heeft een tegenovergesteld effect, waardoor je je minder prettig voelt.

Signup and view all the flashcards

Zelfdienende cognities

De neiging om je eigen gedrag, prestaties of verantwoordelijkheid te beoordelen op een manier die je eigen zelfbeeld beschermt.

Signup and view all the flashcards

Zelfhandicappering

Het creëren van excuses of obstakels om falen te verklaren, waardoor de eigen zelfwaardering wordt beschermd.

Signup and view all the flashcards

Zich koesteren aan het succes van anderen

Het focussen op het succes van anderen om je eigen gevoel van eigenwaarde te versterken.

Signup and view all the flashcards

Neerwaartse sociale vergelijkingen

Het vergelijken van jezelf met mensen die het slechter hebben, om je eigen situatie positiever te beoordelen.

Signup and view all the flashcards

Nood aan zelfwaardering

Gevoelens van eigenwaarde die voortkomen uit het worden gewaardeerd en geaccepteerd door anderen.

Signup and view all the flashcards

Risicoperceptie bij gezondheid

De gedachte dat we anderen met hetzelfde risicogedrag als onszelf als vatbaarder voor gezondheidsproblemen zien.

Signup and view all the flashcards

Impliciet egotisme

Automatische tendens om alles wat met het zelf te maken heeft te verheerlijken.

Signup and view all the flashcards

Expliciete meting van zelfwaardering

Het meten van zelfwaardering via expliciete methoden zoals vragenlijsten.

Signup and view all the flashcards

BIRGING: Basking in Reflected Glory

Het succes van anderen wordt als je eigen succes gezien, waardoor je zelfvertrouwen stijgt.

Signup and view all the flashcards

CORFING: Cutting Off Reflected Failure

Een negatieve vorm van BIRGING waarbij je afstand neemt van een falende groep om je eigen status te beschermen.

Signup and view all the flashcards

BIRGING bij successen van anderen

Een vorm van neerwaartse sociale vergelijking waarbij je jezelf vergelijkt met iemand die succesvoller is op gebieden die voor jou niet belangrijk zijn. Dit kan je zelfvertrouwen verhogen.

Signup and view all the flashcards

Jaloezie bij successen van anderen

Een vorm van neerwaartse sociale vergelijking waarbij je zelfvertrouwen daalt door te vergelijken met anderen die succesvoller zijn op gebieden die voor jou wel belangrijk zijn.

Signup and view all the flashcards

Zelfwaardering

Het gevoel van eigenwaarde. De mate waarin je jezelf waardeert.

Signup and view all the flashcards

Positieve illusies

Het streven om een positieve kijk op jezelf te hebben, zelfs als die niet volledig accuraat is. Bijvoorbeeld: denken dat we beter zijn dan gemiddeld.

Signup and view all the flashcards

Zijn positieve illusies adaptief?

Het effect van positieve illusies op ons welzijn. Zijn ze goed of slecht voor ons?

Signup and view all the flashcards

Superioriteitsdrang & Competitie

Mensen met een sterke drang om hun superioriteit ten opzichte van anderen te demonstreren, ervaren sterkere competitiedrang. Dit is meer prominent in culturen met grote inkomensongelijkheid, waar mensen vaker hun status moeten bewijzen.

Signup and view all the flashcards

Zelfverheffing bias

De neiging om je eigen talenten en prestaties te overschatten en de prestaties van anderen te onderschatten. Dit is sterker in individualistische culturen dan in collectivistische culturen.

Signup and view all the flashcards

Sociale Media & Zelfbeeld

Sociale media creëren een kunstmatig beeld van de realiteit, waardoor gebruikers zich onzeker kunnen voelen en negatieve sociale vergelijkingen maken. Dit kan leiden tot een lagere zelfwaarde.

Signup and view all the flashcards

Gebruik Sociale Media & Zelfperceptie

Het intensiever gebruik van sociale media leidt tot meer negatieve sociale vergelijkingen, wat vervolgens resulteert in een negatiever zelfbeeld. Dit effect is minder sterk bij mensen met een hoge levenstevredenheid.

Signup and view all the flashcards

Sociale Media - Twee Kanten

Sociale media kunnen zowel positieve als negatieve effecten hebben op de zelfperceptie. Enerzijds kan het leiden tot een toename van sociaal kapitaal en de 'rijke-worden-rijker'-ervaring. Anderzijds kan het leiden tot negatieve sociale vergelijkingen en een 'arme-worden-armer'-gevoel.

Signup and view all the flashcards

Schijnwerper effect

De overtuiging dat we meer in de schijnwerpers staan dan werkelijk het geval is, waardoor we denken dat anderen meer aandacht aan ons besteden dan in werkelijkheid.

Signup and view all the flashcards

Strategische zelfpresentatie

Strategieën die men hanteert om de indrukken van anderen in een bepaalde richting te sturen om macht, invloed, sympathie of goedkeuring te verwerven.

Signup and view all the flashcards

Get along

Een vorm van strategische zelfpresentatie waarbij je probeert om sympathiek over te komen.

Signup and view all the flashcards

Get ahead

Een vorm van strategische zelfpresentatie waarbij je je vaardigheden en competenties wilt laten zien om succesvol te zijn.

Signup and view all the flashcards

Zelfverificatie

Het verlangen om door anderen gezien te worden zoals we onszelf zien. Dit is belangrijker dan het verlangen om door anderen bewonderd te worden.

Signup and view all the flashcards

Zelfpresentatie

Zelfpresentatie is het proces waarbij we onze identiteit presenteren aan anderen.

Signup and view all the flashcards

Negatieve effecten van positieve illusies

Positieve illusies kunnen op korte termijn voordelen hebben, maar op lange termijn kunnen ze schadelijk zijn.

Signup and view all the flashcards

Zelfwaardering en negatieve feedback

Mensen met een hoge zelfwaardering zijn gevoeliger voor negatieve feedback en egobedreigingen.

Signup and view all the flashcards

Te hoge zelfwaardering

Te hoge zelfwaardering kan leiden tot negatieve oordelen van anderen.

Signup and view all the flashcards

Study Notes

Inleiding in de Algemene en Sociale Psychologie, Les 3: Vervolg Sociale Zelf

  • De les behandelt het onderwerp van de sociale zelf, met nadruk op het sociale zelfconcept, zelfregulatie, zelfconcept en introspectie.
  • Een onderzoek naar het gebruik van ChatGPT door studenten en mogelijke gevolgen voor hun argumentatieve vaardigheden wordt beschreven. Dit onderzoek is geen experimenteel onderzoek, omdat er geen controle is op de interventiegroep die ChatGPT gebruikt en de controlegroep die het niet gebruikt.
  • Observationeel onderzoek wordt gebruikt, en er vindt geen volkomen toevallige toewijzing plaats aan de condities.
  • Een ander onderzoek, over de ouders van Oksana die haar zakgeld willen verminderen om haar overmatig alcoholgebruik te beteugelen, wordt besproken. Deze methode past onder operante conditionering en negatieve bekrachtiging.
  • Een model wordt gepresenteerd dat de verschillende aspecten van het sociale zelf weergeeft: zelfwaardering (affectief), zelfconcept (cognitief), en zelfpresentatie (gedrag).
  • Een overzicht van verschillende concepten gerelateerd aan het sociale zelf wordt gepresenteerd, waaronder zelfherkenning, relationele invulling van het zelf, zelfschema's, zelfregulatie (o.a. zelfdiscrepantietheorie, zelfbewustzijntheorie, ego-depletion), zelfconcept, introspectie, zelfperceptie, invloed van anderen en autobiografisch geheugen.

Zelfschema's als delen van zelfconcept

  • Zelfschema's worden beschreven als mentale structuren die zelfrelevante kennis structureren.
  • A-schematische informatie wordt niet opgemerkt, genegeerd of zelfs verworpen door het zelfconcept.
  • De implicatie voor iemand die zichzelf sociaal ondermaats ziet, is dat verandering in zelfbeeld moeilijk kan zijn, zelfs met succes.

Zelfreferentie-effect

  • Informatie die direct gerelateerd is aan het zelfconcept wordt grondiger en dieper verwerkt, waardoor het beter kan onthouden worden.

Zelfregulatie

  • Zelfsturende rol die aandacht vereist voor het zelf.
  • Intentionele pogingen om gedachten, gevoelens en gedrag te corrigeren aan de hand van interne standaarden.
  • Niveaus van zelfregulatie worden beschreven - ideaal zelf, principieel zelf en programma zelf.

Zelfdiscrepantietheorie

  • Een theorie die verbanden legt tussen discrepanties tussen zelfconcept en zelfgidsen (persoonlijke maatstaven).
  • Actuele zelf tegenover verlangde/moeten zelf zijn.
  • Mogelijke emoties als gevolg van discrepanties.

Zelfbewustzijntheorie

  • Zelfbewustzijn is aversief omdat het confronteert met beperkingen en discrepanties.
  • Oplossingen voor het omgaan met negatieve zelfbewustzijn, zoals gedrag aanpassen, zelfbewustzijn ontwijken.
  • Baumeister’s onderzoek naar drug- en alcoholmisbruik als een methode om negatief zelfbewustzijn te vermijden wordt belicht.

Gedrag veranderen

  • Het veranderen van gedrag is afhankelijk van de mate van discrepantie en de aandacht die aan discrepanties gehecht wordt.
  • Beschikbaarheid van copingmechanismen.
  • Het onderscheid tussen de oorzaken en gevolgen van zelfbewustzijn staat centraal.

Zelfregulatie vergt mentale energie

  • Zelfcontrole is beperkt.
  • Alle inspanningen op zelfcontrole putten uit eenzelfde reservoir van aandacht, zoals andere cognitieve processen.
  • Doorzettingsvermogen leidt tot vermoeidheid.
  • Ego-uitputting (ego depletion).

Muraven en Baumeister (1998)

  • Onderzoek naar het effect van emoties overdrijven/onderdrukken/geen aanpassing en handgreep indrukken op handgreep indrukken (tijd in seconden) voor en na het bekijken van een film over stervende dieren.

Invloed van anderen

  • Sociale vergelijkingstheorie stelt dat mensen hun eigen capaciteiten en meningen evalueren door vergelijking met anderen.
  • Onzekerheid en afwezigheid van objectieve criteria leiden tot sociale vergelijking
  • Mensen vergelijken zich vaak met mensen die op hen lijken.

Zelfperceptie van emoties

  • Emoties worden ervaren door factoren zoals fysiologische opwinding en cognitieve interpretatie van de opwinding.
  • Twee factoren emotie theorie.
  • Voorbeelden van gebeurtenissen.

Zelfperceptie van motivatie

  • Overrechtvaardigings effect
  • De tendens tot vermindering van intrinsieke motivatie door beloningen of andere extrinsieke factoren.
  • Onderzoek Lepper, Greene & Nisbett (1973) toont dat beloningen intrinsieke motivatie kunnen verminderen.
  • Kleuters die kleuren zonder beloond te worden kleurden significant langer dan kleuters die beloond werden.

Resultaten studie Lepper

  • Het percentage tijd dat men tekent met viltstiften.
  • De vergelijking van verwachtte beloning, onverwachte beloning en geen beloning op het verwachte resultaat heeft een significant resultaat.

Positieve illusies

  • positieve illusies worden beschreven als adaptief, omdat ze productiviteit en mentale gezondheid kunnen bevorderen.
  • Te hoge zelfwaardering kan leiden tot negatieve oordelen door anderen.

Zelfpercepties van zelfwaardering

  • Aandacht voor zelfherstellende cognities, zelfevaluatie
  • Verschil impliciet en expliciet meting van zelfwaardering.
  • Zelfrapportage (bv. Rosenberg schaal)
  • Naamletter-effect.
  • Zelfs in de omgeving zoeken naar bevestiging van jouw beeld.

Methoden om zelfwaardering te verhogen

  • Zelfdienende cognities (self-serving bias).
  • Zelfhandicappering
  • Het koesteren aan het succes van anderen
  • Neerwaartse vergelijkingen (slechtere dingen)

Zelfpresentatie

  • Strategische zelfpresentatie om macht, invloed, sympathie of goedkeuring te verwerven.
  • Schijnwerpereffect.
  • Vormen van strategische zelfpresentatie: zich meer geliefd/aantrekkelijk maken, zelfpromotie, status.
  • Strategische zelfpresentatie op sociale media
  • Zelfverificatie

Zelfverificatie

  • Het verlangen door anderen gezien te worden zoals men zichzelf ziet.
  • Behoefte aan zelfverificatie sterker dan die aan zelfverheerlijking.
  • Conflict tussen behoefte om geaccepteerd te worden en het uitdragen van een negatief zelfbeeld.
  • Swann onderzoek

Individuele verschillen

  • Niet iedereen heeft dezelfde nood aan zelfpresentatie.
  • Zelfsturing: neiging gedrag aan te passen aan de eisen in een sociale situatie.
  • Hoge mate van zelfsturing
  • Lage mate van zelfsturing.

Socio-economische verschillen

  • Studie naar socio-economische gelijkheid en de mate waarin mensen een self-enhancement bias vertonen.
  • Mate van SE ongelijkheid (op basis van gini-coefficiënt)
  • Groot of laag inkomen leidt tot een grotere of kleinere self-enhancement bias.

Neerwaartse sociale vergelijkingen

  • Sociaal vergelijken met anderen die het slechter hebben dan je zelf
  • Door dit soort vergelijkingen, kan je eigen zelfwaardering toenemen, en men voelen zich beter over zichzelf.

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Quiz Team

Related Documents

Les 3_SOCIALE ZELF-deel 2-6 PDF

Description

Dit quizje test je kennis over zelfconcept, zelfwaardering en de impact van zelfbewustzijn. Aan de hand van relevante theorieën en studies worden belangrijke vragen gesteld over de psychologische aspecten van zelfregulatie en emotionele ervaringen. Test hoe goed je deze concepten begrijpt en toepast in de psychologie.

More Like This

Sources of Self-Concept and Mastery SSP
10 questions
Understanding the Psychological Self
24 questions
Psychology of Self-Esteem and Biases
24 questions

Psychology of Self-Esteem and Biases

WarmheartedSerendipity4625 avatar
WarmheartedSerendipity4625
Use Quizgecko on...
Browser
Browser