Podcast
Questions and Answers
Welke eiwit speelt een rol in de interactie met enhancers tijdens genexpressie-regulatie?
Welke eiwit speelt een rol in de interactie met enhancers tijdens genexpressie-regulatie?
- Dicer
- Mediator (correct)
- TFIID
- Een integraal membraaneiwit
Wat is de juiste functie van miRNA in cellulaire processen?
Wat is de juiste functie van miRNA in cellulaire processen?
- Synthetiseert eiwitten direct
- Reguleert alleen RNA-stabiliteit (correct)
- Bevorderd enkel de transcriptie van mRNA
- Is betrokken bij translatiesnelheid en eiwitsynthese
Wat kan een oorzaak zijn van het defecte eiwitexpressiepatroon in cellen?
Wat kan een oorzaak zijn van het defecte eiwitexpressiepatroon in cellen?
- Een non-functioneel glycosylaat-enzym in het ER (correct)
- Een defect in de lysosomale enzymen
- Een mutatie in het miRNA-gen
- Een teveel aan ribosomen
Welke methode beschrijft de opname van fosfaat tegen de chemische gradiënt?
Welke methode beschrijft de opname van fosfaat tegen de chemische gradiënt?
Wat is een onjuiste uitspraak over membraaneiwiitten?
Wat is een onjuiste uitspraak over membraaneiwiitten?
Welke inwerking van cholesterol heeft invloed op de membranen?
Welke inwerking van cholesterol heeft invloed op de membranen?
Welk proces speelt een cruciale rol in de afbraak van eiwitten in de cel?
Welk proces speelt een cruciale rol in de afbraak van eiwitten in de cel?
Welke factor kan geen invloed hebben op de vloeibaarheid van een membraan?
Welke factor kan geen invloed hebben op de vloeibaarheid van een membraan?
Welk type overhang is niet essentieel voor homologe recombinatie?
Welk type overhang is niet essentieel voor homologe recombinatie?
Wat is de functie van een 2'OH groep in een RNA-nucleotide?
Wat is de functie van een 2'OH groep in een RNA-nucleotide?
Welke bewering over gediënteerde cellen is juist?
Welke bewering over gediënteerde cellen is juist?
Wat is het eerste wat nodig is om eiwitten te degraderen door het proteasome?
Wat is het eerste wat nodig is om eiwitten te degraderen door het proteasome?
Wat gebeurt er tijdens het splicen van RNA?
Wat gebeurt er tijdens het splicen van RNA?
Welk enzym is verantwoordelijk voor de synthese van rRNA?
Welk enzym is verantwoordelijk voor de synthese van rRNA?
Wat is de rol van telomeren in DNA-replicatie?
Wat is de rol van telomeren in DNA-replicatie?
Wat is een kenmerk van continu DNA-synthese?
Wat is een kenmerk van continu DNA-synthese?
Welke cellen vertrouwen volledig op de glycolyse voor de productie van ATP?
Welke cellen vertrouwen volledig op de glycolyse voor de productie van ATP?
Wat is de rol van NAD+ in de glycolyse?
Wat is de rol van NAD+ in de glycolyse?
Wat gebeurt er met zuurstof in de ademhalingsketen?
Wat gebeurt er met zuurstof in de ademhalingsketen?
Wat doet een antagonist met een receptor?
Wat doet een antagonist met een receptor?
Wat bepaalt de duur van het signaal van een G-eiwit?
Wat bepaalt de duur van het signaal van een G-eiwit?
Wat is een juiste definitie van tumor suppressors?
Wat is een juiste definitie van tumor suppressors?
Hoe worden enzymen gereguleerd tijdens een metabole reactie?
Hoe worden enzymen gereguleerd tijdens een metabole reactie?
Wat zijn de gevolgen van telomeer verkorting?
Wat zijn de gevolgen van telomeer verkorting?
Study Notes
Eiwitten in gedifferentieerde cellen
- Sommige eiwitten in gedifferentieerde cellen komen ook voor in alle andere celtypes.
Post-translationele genexpressie regulatie
- Dicer is een eiwit dat betrokken is bij post-translationele genexpressie regulatie.
MicroRNA (miRNA)
- miRNA's zijn betrokken bij RNA-stabiliteit.
Figuur van normale eiwitexpressie vs. defect
- Een non-functioneel glycosylatie-enzym in het ER kan leiden tot een verstoord patroon van eiwitexpressie.
Het fosfaat systeem
- Het fosfaat systeem katalyseert de import van fosfaat tegen de chemische gradiënt in.
- Dit proces is afhankelijk van het pH gradiënt en is een voorbeeld van co-transport.
Membraaneiwitten
- Een integraal membraaneiwit precipiteert (valt uit oplossing) in een waterige oplossing zonder detergentia.
- Sommige hydrofobe aminozuren in membraaneiwitten staan niet in contact met de lipide dubbellaag.
- Sterke detergentia kunnen membraaneiwitten en niet-membraaneiwitten ontvouwen.
- In transmembrane eiwitten die een porie door een membraan vormen, toont de binnenkant van de porie hydrofobe zijketens.
Vloeibaarheid van het membraan
- De cholesterolverconcentratie kan de vloeibaarheid van het membraan beïnvloeden.
Homologe recombinatie
- Een cel heeft de volgende componenten nodig om homologe recombinatie uit te voeren voor DNA-schade herstel:
- DNA streng 3’ overhangs
- DNA streng 5’ overhangs
- Een lang stuk met een gelijke DNA sequentie
- Nucleases
RNA nucleotid
- Een RNA nucleoïde heeft een 3'OH groep en een 5' OH groep.
rRNA
- rRNA wordt gemaakt door RNA polymerase I, niet II.
Koppeling van exonen
- De laatste stap in het koppelen van twee flankerende exonen gebeurt via een aanval van de 3'OH groep van de 5'splice-site op de 3' splice-site.
Proteasoom
- Beschadigde of incorrect gevouwen eiwitten worden gedegradeerd door het proteasoom nadat ubiquitinatie heeft plaatsgevonden op de eiwitten.
Gedifferentieerde cellen
- Cellen van verschillende weefsels expresseren een niet-overlappende set van transcriptiefactoren.
Glycolyse en ATP-productie
- Anaeroob groeiende gistcellen zijn afhankelijk van de glycolyse voor de productie van ATP.
Ademhalingsketen
- In de laatste stap van de ademhalingsketen wordt O2 gereduceerd tot H2O.
NAD+
- NAD+ wordt gereduceerd tot NADH tijdens de glycolyse, oxidatie van pyruvaat en de citroenzuurcyclus.
Agonist en antagonist
- Een agonist is een ligand die een receptor activeert.
Duur van het signaal van een G-eiwit
- De duur van het signaal van een G-eiwit wordt bepaald door de GTPase activiteit van het Galpha-eiwit.
Tumor suppressors
- Tumor suppressors coderen voor eiwitten die de celproliferatie kunnen remmen.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.
Description
Test je kennis over eiwitten in gedifferentieerde cellen en hun rol in genexpressie regulatie. Dit quiz behandelt belangrijke concepten zoals microRNA, fosfaat transport en membraaneiwitten. Leer meer over de mechanisms die bijdragen aan de eiwitexpressie in cellen.
