Ademhalingssysteem en functies

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Koppel de onderdelen van het ademhalingssysteem aan hun functie:

Neus = Bevochtigen van de ingeademde lucht Diaphragma = Essentieel voor ademhaling Longen = Uitwisseling van zuurstof en kooldioxide Luchtpijp = Transporteren van lucht naar de bronchiën

Koppel de onderdelen van de luchtwegen aan hun volgorde tijdens het inademen:

Naar de mond = Eerste stap bij inademen Farynx = Verbinden neus en luchtpijp Larynx = Waar de stem ontstaat Bronchiën = Vertakken in kleinere buizen

Koppel de kenmerken aan de luchtwegen onderdelen:

Alveoli = Kleine luchtzakjes voor gasuitwisseling Bronchiolen = Kleinere takken van de bronchiën Capillairen = Warmen de ingeademde lucht op Mucosa = Produceren slijm in de neusholte

Koppel de ademhalingsprocessen aan hun beschrijving:

Inademen = Lucht de longen binnenlaten Uitademen = Lucht uit de longen duwen Ademhaling = Het proces van zuurstofopname Gasuitwisseling = Overdracht van zuurstof en kooldioxide Signup and view all the answers

Koppel de ademhalingssystemen aan hun kenmerken:

Nasalengte = Linen met slijmvliezen Pharynx = De verbinding tussen mond en keel Larynx = Bevat stembanden Trachea = Hoofd luchtweg naar de longen Signup and view all the answers

Koppel de volgende onderdelen van het ademhalingssysteem aan hun functies:

Neus = Vangt grote deeltjes en pathogenen Keel = Verbindt mond en luchtpijp Epiglottis = Voorkomt dat voedsel de luchtpijp binnendringt Trachea = Voert lucht naar de longen Signup and view all the answers

Koppel de volgende acties aan de juiste beschrijvingen:

Ademen = Lucht passeren door de luchtpijp naar de longen Slikken = Epiglottis bedekt de luchtpijp Stikken = Voedsel komt in de luchtpijp Hoesten = Vrijmaken van de luchtweg Signup and view all the answers

Koppel de delen van het ademhalingssysteem aan hun plaats in het diagram:

Neus = Bovenste deel van het diagram Mond = Onder neus in het diagram Keel (Pharynx) = Onder de mond in het diagram Trachea = Onder de keel in het diagram Signup and view all the answers

Koppel de verschillende toestanden aan hun gevolgen:

Epiglottis open = Lucht kan de longen bereiken Epiglottis gesloten = Voedsel kan niet in de luchtpijp komen Epiglottis gedeeltelijk gesloten = Risico op stikken Epiglottis niet goed gesloten = Vale voedingsmiddelen in de luchtpijp Signup and view all the answers

Koppel de verschillende delen van de keel aan hun functies:

Tong = Helpt bij het slikken Keel (Pharynx) = Kanaal voor lucht en voedsel Epiglottis = Reguleert toegang tot de luchtpijp Stembanden = Produceren geluid tijdens het ademen Signup and view all the answers

Koppel de volgende structuren aan hun kenmerken:

Trachea = Verbindt met de lagere kant van de larynx Bronchi = Bevat ook kraakbeenringen Alveoli = Omgeven door haarvaten Cilia = Vervoeren slijm naar de keel Signup and view all the answers

Koppel de bloedsoorten aan hun zuurstofgehalte:

Bloed met een hoog zuurstofgehalte = Wordt weergegeven in rood Bloed met een laag zuurstofgehalte = Wordt weergegeven in blauw Capillairen = Zeer dunne wanden Alveoli = Luchtzakken Signup and view all the answers

Koppel de volgende kenmerken aan hun overeenkomstige onderdelen:

Horseshoe-vormige ringen = Houden de trachea open Mucosa = Bekleedt de wanden van luchtwegen Netwerk van kleine bloedvaten = Capillairen Zuurstof en kooldioxide = Kunnen door dunne wanden passeren Signup and view all the answers

Koppel de termen aan hun beschrijvingen:

Alveoli = Clusters aan het einde van bronchiale vertakkingen Slijm = Wordt continu naar de keel vervoerd Bronchiale vertakkingen = Hebben geen kraakbeenringen Luchtwegen = Omvatten trachea en bronchi Signup and view all the answers

Koppel de oppervlakten aan hun grootte:

Totale oppervlakte van alveoli = 70 tot 100 m² Grootte van één en een halve klaslokaal = Vergelijkbaar met oppervlakte alveoli Dikte van capillairen en alveoli = Zeer dun Wanden van bronchiale vertakkingen = Bevatten spieren Signup and view all the answers