Syllabus Law 2023-2024 PDF
Document Details
Uploaded by PolishedLilac
Tags
Summary
This document is a syllabus for a course on Law in the context of Finance and Marketing for 4th-year undergraduate students in Business Studies.
Full Transcript
Syllabus Law 2023-2024 Cursushandleiding Theorie- en vragenmateriaal ten behoeve van OE154: Finance & Law Opleiding Business Studies, jaar 4 afstudeerrichting Marketing. Inhoudsopgave [**1** Cursus Law 3](#cursus-law) [1.1 Inleiding 3](#inleiding) [1.2 Opbouw cursus 3](#opbouw-cursus) [1.3 C...
Syllabus Law 2023-2024 Cursushandleiding Theorie- en vragenmateriaal ten behoeve van OE154: Finance & Law Opleiding Business Studies, jaar 4 afstudeerrichting Marketing. Inhoudsopgave [**1** Cursus Law 3](#cursus-law) [1.1 Inleiding 3](#inleiding) [1.2 Opbouw cursus 3](#opbouw-cursus) [1.3 Cursusmateriaal 3](#cursusmateriaal) [1.4 Beoordeling 3](#beoordeling) [1.5 Studietips 4](#studietips) [**2** Weekschema 5](#weekschema) [**3** Studiemateriaal week 6 6](#studiemateriaal-week-6) [3.1 Oneerlijke handelspraktijken 6](#oneerlijke-handelspraktijken) [3.2 Reclame 8](#reclame) [**4** Studiemateriaal week 7 12](#studiemateriaal-week-7) [4.1 Ongeoorloofde mededinging 12](#ongeoorloofde-mededinging) [4.2 Privacy (AVG) 13](#privacy-avg) [**5** Weekopgaven 18](#weekopgaven) [5.1 Week 1: auteursrecht 18](#week-1-auteursrecht) [5.2 Week 2: vervolg auteursrecht 19](#week-2-vervolg-auteursrecht) [5.3 Week 3: merkenrecht 21](#week-3-merkenrecht) [5.4 Week 4: vervolg merkenrecht en handelsnaam 22](#week-4-vervolg-merkenrecht-en-handelsnaam) [**5.5** Week 5: modellenrecht en slaafse nabootsing 25](#week-5-modellenrecht-en-slaafse-nabootsing) [5.6 Week 6: oneerlijke handelspraktijken en reclame 29](#week-6-oneerlijke-handelspraktijken-en-reclame) Cursus Law ========== Inleiding --------- In deze onderwijseenheid wordt aandacht besteed aan het rechtsgebied Intellectuele Eigendom (Merkenrecht, Handels- en domeinnaam, Auteursrecht, Tekeningen- en modellenrecht) en reclame. Merkenmanagement is belangrijk voor B2C- en B2B-markten. Een groot deel van het merkbeheer (creëren, onderhouden, aanpassen aan de veranderende markt, optreden tegen concurrenten/inbreukmakers) is gebaseerd op juridische kennis of althans een bewustzijn van de juridische risico's die kunnen ontstaan zodra men communiceert met de klant. Ook internationaal is het van groot belang om te weten wat moet, kan en vooral wat niet kan, op straffe van grote bedragen aan schadevergoeding. Op het gebied van het Intellectuele Eigendom zijn verder de handels- en domeinnaam, het auteursrecht en het tekeningen- en modelrecht belangrijke aandachtspunten. Verder krijgt men te maken met veel wetten en regels rond Oneerlijke Handelspraktijken (OHP; voor B2C, uitvloeisel van een Europese richtlijn), Misleidende en Vergelijkende Reclame (B2B), niet-wettelijke regels zoals de Reclamecode. Opbouw cursus ------------- Gedurende 7 weken worden aan de hand van voorbereide casus en bestudeerde onderwerpen uit het leerboek de verschillende IE-onderwerpen besproken. Cursusmateriaal --------------- In deze cursus behoort tot de verplichte literatuur het volgende: - Driessen, M., & Van Leeuwen, T. (2022). *Intellectueel eigendomsrecht begrepen*. Boom; en - Het studiemateriaal opgenomen in hoofdstuk 3 en 4 van deze syllabus. Beoordeling ----------- De beoordeling is middels een schriftelijke toets met zitting. In deze zitting worden het onderdeel Law en het onderdeel Finance gezamenlijk getoetst. Beide zijn beide goed voor 50% van het eindcijfer. Bij het onderdeel Law gaat het om open vragen. Onderlinge compensatie is mogelijk en bij een onvoldoende eindresultaat dienen beide onderdelen opnieuw afgelegd te worden. Studietips ---------- Elke les aanwezigheid en het voorbereiden op de lesstof en de casus uit het dictaat is essentieel voor het scoren van een positief tentamenresultaat. Kijk elke dag even op de volgende websites, dan gaat dit vak pas echt leven**:** - [[https://www.onel.nl/category/merkwaardigheden/]](https://www.onel.nl/category/merkwaardigheden/) - [[http://www.ie-forum.nl/index.php]](http://www.ie-forum.nl/index.php) - [[http://www.solv.nl/weblog/40]](http://www.solv.nl/weblog/40) Weekschema ========== +-----------------+-----------------+-----------------+-----------------+ | **Week/\ | **Input vanuit | **Werkvormen op | **Onderwerp en | | bijeenkomst** | studenten en | school** | aanpak** | | | voorbereiding** | | | +=================+=================+=================+=================+ | **1** | hoofdstuk 4, | IC | - algemene | | | §4.1 & §4.2 | | kennismakin | | | | BW | g | | | | | met het | | | | | rechtsgebie | | | | | d | | | | | van de | | | | | intellectue | | | | | le | | | | | eigendom | | | | | | | | | | - Auteursrech | | | | | t (1) | +-----------------+-----------------+-----------------+-----------------+ | **2** | hoofdstuk 4 | IC | Auteursrecht | | | (geheel) | | (2) | | | | FC | | | | opdrachten week | | | | | 2 | | | +-----------------+-----------------+-----------------+-----------------+ | **3** | hoofdstuk 2, § | IC | Merkenrecht (1) | | | 2.1 t/m § 2.6 | | | | | | FC | | +-----------------+-----------------+-----------------+-----------------+ | **4** | hoofdstuk 2, § | IC | - Merkenrecht | | | 2.7 t/m §2.9 | | (2) | | | | FC | | | | Hoofdstuk 1 | | - handelsnaam | +-----------------+-----------------+-----------------+-----------------+ | **5** | hoofdstuk 3 | | - modellenrec | | | (geheel) | | ht | | | | | | | | hoofdstuk 5 | | - slaafse | | | (geheel) | | nabootsing | +-----------------+-----------------+-----------------+-----------------+ | **6** | syllabus week 6 | IC | - oneerlijke | | | | | handelsprak | | | | FC | tijken | | | | | | | | | | - reclame | +-----------------+-----------------+-----------------+-----------------+ | **7** | syllabus week 7 | IC | - ongeoorloof | | | | | de | | | | FC | mededinging | | | | | | | | | | - Privacy | | | | | (AVG) | | | | | | | | | | - vragenuur | +-----------------+-----------------+-----------------+-----------------+ Studiemateriaal week 6 ====================== Oneerlijke handelspraktijken ---------------------------- ### Inleiding Oneerlijke handelspraktijken zijn bijzondere vormen van onregelmatig handelen. In de wet zijn deze regelingen opgenomen in de artikelen 6:193a-193j van het Burgerlijk Wetboek. Het gaat hier om regelingen die consumenten beogen te beschermen. Op basis van deze bepalingen kan de consument bijvoorbeeld schadevergoeding vorderen of een overeenkomst die tot stand is gekomen als gevolg van een oneerlijke handelspraktijk vernietigen (art. 6:193j BW). De artikelen 6:193a-6:193j BW (te vinden in afdeling 3A van Boek 6 BW) zijn gebaseerd op Europees recht[^1^](#fn1){#fnref1.footnote-ref} en in de Europese Unie gelden dus deze regels van consumentenbescherming. De opbouw van de regels gaat van een algemene definitie (art. 6:193b BW) naar bijzondere oneerlijke handelspraktijken die misleidend (art. 6:193c BW) en agressief (art. 6:193h BW) zijn. ### Misleidende handelspraktijken Een handelspraktijk wordt als misleidend aangemerkt als de handelaar informatie verstrekt die feitelijk onjuist is of de gemiddelde consument misleidt of kan misleiden (art. 6:193c BW). Maar ook het verzwijgen van essentiële informatie die de consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit te kunnen nemen (en met kennis van deze essentiële informatie zou hij het besluit bijvoorbeeld niet genomen hebben), levert een misleidende handelspraktijk op (art. 6:193d BW). ![Text Description automatically generated](media/image2.png) praktijkvoorbeeld 1: misleidende handelspraktijk[^2^](#fn2){#fnref2.footnote-ref} Van bepaalde handelspraktijken heeft de wetgever bepaald dat zij sowieso misleidend zijn. Deze zwarte lijst van misleidende handelspraktijken kun je vinden in artikel 6:193g BW. Een voorbeeld van een misleidende handelspraktijk op de zwarte lijst is het aanbrengen van kwaliteitskeurmerk terwijl hiervoor geen toestemming is gekregen (art. 6:193g onder b BW). ### Agressieve handelspraktijken Een handelspraktijk wordt als agressief bestempeld als er sprake is van intimidatie, dwang, waaronder het gebruik van lichamelijk geweld, of ongepaste beïnvloeding , de keuze vrijheid of de vrijheid van handelen van de gemiddelde consument tot het product aanzienlijk wordt beperkt of kan worden beperkt (art. 6:193h BW). Ook voor agressieve handelspraktijken is een zwarte lijst opgesteld met handelspraktijken die onder alle omstandigheden als agressief moeten worden aangemerkt (art. 6:193h BW). Text Description automatically generated praktijkvoorbeeld 2: agressieve handelspraktijken komen veelal voor in de incassobranche.[^3^](#fn3){#fnref3.footnote-ref} ### Optreden tegen oneerlijke handelspraktijken De regeling oneerlijke handelspraktijken is een verdere uitwerking van de onrechtmatige daad (art. 6:162 BW). Dit betekent dat de consument ook schadevergoeding kan vorderen. Het voordeel van een beroep op de regeling oneerlijke handelspraktijken is dat het misleidende of agressieve karakter objectief is. Verder is het aan de handelaar om te bewijzen dat de handelingen niet onrechtmatig zijn (art. 193j lid 1 BW).[^4^](#fn4){#fnref4.footnote-ref} Naast consumenten kunnen ook consumentenorganisaties zich sterk maken voor de naleving van deze regelingen via de civiele rechter.[^5^](#fn5){#fnref5.footnote-ref} De Autoriteit Consument en Markt (ACM) houdt op grond van het bestuursrecht toezicht op naleving van de consumentenregels, waaronder deze regeling. De ACM kan bij overtreding van deze regels een last onder dwangsom of een boete opleggen.[^6^](#fn6){#fnref6.footnote-ref} Reclame ------- ### Algemeen Bij de regelingen van de oneerlijke handelspraktijken staat consumentenbescherming voorop. De regeling over misleidende en vergelijkende reclame (artt. 6:194 t/m 6:196 BW in afdeling 4 van boek 6 BW) richt zich echter tot ondernemers en vrije beroepsuitoefenaars (zoals architecten, advocaten en notarissen). Het ziet dus op B2B-reclame. De misleidende B2C-reclame valt niet onder deze regeling maar onder de bepalingen van de oneerlijke handelspraktijken, namelijk onder artikel 6:193b BW.[^7^](#fn7){#fnref7.footnote-ref} De afdeling misleidende en vergelijkende reclame is gebaseerd op Europese Richtlijnen.[^8^](#fn8){#fnref8.footnote-ref} De Europese richtlijn stelt basisnormen vast voor misleidende reclame. Lidstaten mogen strengere maatregelen opnemen in de nationale wetgeving, maar de Nederlandse wetgever heeft hiervoor niet gekozen. Voor vergelijkende reclame is echter sprake van uitputtende normen waarvan de lidstaten niet mogen afwijken in hun nationale wetgeving (de zogenaamde maximumharmonisatie). ### Misleidende reclame Wat verstaat de wetgever onder misleidende reclame? Artikel 6:194 BW bepaalt dat het openbaar maken of laten maken van (in een of meer opzichten) misleidende mededelingen die zien op goederen of diensten, onrechtmatig is tegenover een ander die handelt in de uitoefening van zijn bedrijf. De wetgever somt een aantal misleidingen op.[^9^](#fn9){#fnref9.footnote-ref} Het gaat dan om misleidingen ten aanzien van: a. de aard, samenstelling, hoeveelheid, hoedanigheid, eigenschappen of gebruiksmogelijkheden; b. herkomst, de wijze op het tijdstip van vervaardigen; c. de omvang van de voorraad; d. de prijs of de wijze van berekenen daarvan; e. de aanleiding of het doel van de aanbieding; f. de toegekende onderscheidingen, getuigschriften of andere door derden uitgebrachte beoordelingen of gedane verklaringen, of de gebezigde wetenschappelijke of vaktermen, technische bevindingen of statistische gegevens; g. de voorwaarden, waaronder goederen worden geleverd of diensten worden verricht of de betaling plaatsvindt; h. de omvang, inhoud of tijdsduur van de garantie; i. de identiteit, hoedanigheden, bekwaamheid of bevoegdheid en degene door wie, onder wiens leiding of toezicht of met wiens medewerking de goederen zijn of worden vervaardigd of aangeboden of de diensten worden verricht. Ook het weglaten van informatie die nodig is voor het maken van een weloverwogen keuze is onrechtmatig. De wetgever noemt dit een misleidende omissie en is geregeld in artikel 6:194 lid 2 BW. Hierbij is de kring van personen die hier een beroep op deze bepaling kunnen doen, groter. Naast personen handelend in de uitoefening van zijn bedrijf, kunnen dus ook personen in de uitoefening van hun beroep of organisatie zich beroepen op een misleidende omissie. Nu zul je in eerste instantie denken aan wervende reclame die misleidend kan zijn, maar de werking is veel breder dan de naam van afdeling 4 doet vermoeden. Teksten en afbeeldingen op productverpakkingen, gebruiksaanwijzingen en een merk kunnen als misleidende mededelingen worden opgevat. Ook prospectusaansprakelijkheid valt onder de reikwijdte van dit artikel en ziet ook op misleidende mededelingen buiten het prospectus om.[^10^](#fn10){#fnref10.footnote-ref} ![A picture containing text, newspaper Description automatically generated](media/image4.jpeg) praktijkvoorbeeld 3: voorbeeld van (B2C) misleidende reclame[^11^](#fn11){#fnref11.footnote-ref} ### Vergelijkende reclame Vergelijkende reclame is reclame waarin een concurrent en/of diens product impliciet of expliciet genoemd worden. Bij een impliciete verwijzing kan het ook gaan om bepaalde producten die herleidbaar zijn tot een of meerdere concurrenten.[^12^](#fn12){#fnref12.footnote-ref} Vergelijkende reclame werd tot 12 april 2002 gezien als misleidend. Sindsdien is vergelijkende reclame toegestaan als het aan bepaalde voorwaarden voldoet. Voldoet het niet aan deze voorwaarden dan wordt de reclame als ongeoorloofd aangemerkt. Zo mag vergelijkend reclame niet misleidend zijn (als bedoeld in artikelen 6:193c t/m 6:193g BW) en moet het gaan om een vergelijking van diensten/producten die in dezelfde behoeften voorzien. Er moet ook op een objectieve wijze een of meer wezenlijke, relevante, controleerbare en representatieve kenmerken worden vergeleken. De vergelijking moet ook wezenlijk en relevant zijn en controleerbaar. Dit laatste hoeft niet cijfermatig te zijn. Er mag ook geen verwarring ontstaan en mag de reclame ook niet de goede naam schaden of kleinerend zijn. Als het gaat om een product met een benaming van oorsprong (bijvoorbeeld Noord-Hollandse Gouda, Parmaham of Bordeaux), moet de vergelijking ook binnen deze benaming blijven. Het meeliften op de bekendheid van een merk is eveneens niet toegestaan en verder staat buiten kijf dat imitatie of namaakgoederen uit den boze zijn. praktijkvoorbeeld 4 vergelijkende reclame (op het randje?)[^13^](#fn13){#fnref13.footnote-ref} ### Verbod en rectificatie Als er dan sprake is van een misleidende publicatie waardoor schade wordt geleden of schade dreigt, welke maatregelen kan een rechter dan opleggen? Een rechter kan iemand veroordelen tot een publicatieverbod of rectificatie. Dit kan ook aan diegene die niet aansprakelijk is voor de schade (bijvoorbeeld een tijdschrift waarin de mededeling verscheen). In dit laatste geval kunnen de kosten voor het geheel of een gedeelte ten laste worden gebracht van degene die de vordering heeft ingesteld. ### Nederlandse Reclame Code De reclamesector is verenigd in de stichting Reclame Code Commissie. Deze organisatie handhaaft de gedragsregels die zijn neergelegd in de Nederlandse Reclame Code (de NRC). Naast een algemeen deel zijn er ook bijzondere gedragsregels opgesteld voor specifieke producten of diensten (bijvoorbeeld Reclame Code voor Alcoholhoudende Dranken). Na een klacht zal de Reclame Code Commissie de reclame-uiting toetsen aan de bepalingen van de NRC. Reclame moet overigens ruim worden opgevat. Artikel 1 van de NRC definieert reclame als: Ideële en politieke reclame vallen hier dus ook onder. Niet enkele de traditionele advertentie, maar ook brochures, etalagemateriaal en verpakkingen vallen onder de reikwijdte van de NRC. Als de Reclame Code Commissie een klacht gegrond acht kan zij een aanbeveling doen. Deze aanbeveling kan zij openbaar maken of onderhands afhandelen. Bij het openbaar maken maakt zij de keuze of dit landelijk dan wel regionaal gebeurt of het predicaat 'alert' meekrijgt. Wenselijker is dat naast bekendheid de verspreiders van de reclame-uiting zich onthouden van verdere verspreiding. Voor de radio/tv-omroepen geldt dat zij zich hebben verplicht om de gewraakte reclame-uiting niet meer uit te zenden. Studiemateriaal week 7 ====================== Ongeoorloofde mededinging ------------------------- ### Inleiding Consumenten zijn gebaat bij een efficiënte markt waar bedrijven op een gezonde manier met elkaar concurreren. De markt kan ook verstoord worden doordat aanbieders van producten prijsafspraken of andere concurrentiebeperkende afspraken maken. Dit is een inbreuk op het mededingingsrecht en leidt ertoe dat consumenten meer betalen voor een product dan in een vrije markt het geval zou zijn. De Autoriteit Consument en Markt (ACM) treedt hiertegen op grond van de Mededingingswet (Mw). Zo bepaalt artikel 6 Mw dat kartelafspraken verboden zijn en artikel 24 Mw verbiedt misbruik van een machtspositie. Naast de Mededingingswet zijn eveneens Europese Mededingingsregels van toepassing. Deze regels zijn te vinden in het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (VWEU). Zo verbiedt artikel 101 VWEU het maken van kartelafspraken en artikel 102 VWEU verbiedt het misbruiken van een machtpositie. De Europese Commissie is bevoegd op te treden indien de handel tussen de lidstaten wordt beïnvloed. ### Aansprakelijkheid De mededingingsautoriteiten kunnen bij een mededingingsinbreuk een boete opleggen. Voor benadeelden staat ook de weg van het vorderen van schadevergoeding open. Een overtreding van de mededingingsegels levert een onrechtmatige daad op (artikel 6:162 BW). Echter is het nog niet zo eenvoudig vast te stellen wie van de overtreders voor welk deel van de schade aansprakelijk is. Kartelafspraken worden niet in de openbaarheid gemaakt. De wetgever komt benadeelden tegemoet. Allereerst biedt artikel 6:193l BW een wettelijk bewijsvermoeden van het bestaan van schade bij een kartel dat een inbreuk vormt op het mededingingsrecht. Het is dan aan de inbreukplegers om tegenbewijs te leveren. Verder stelt de wetgever de inbreukmakers hoofdelijk aansprakelijk. Dus ieder van de overtreders kan voor het geheel van de schade worden aangesproken. Dat neemt niet weg dat sommige overtreders de dans kunnen ontspringen en niet hoofdelijk aansprakelijk zijn voor het geheel. Deze ondernemers zijn dan alleen tegenover hun directe en indirecte afnemers aansprakelijk, maar alleen voor zover de gehele schade door de andere betrokken ondernemingen gedragen kan worden. Het gaat dan om een kleine tot middelgrote ondernemingen (zie art. 6:193m lid 2 BW) en ontvanger(s) van immuniteit (art. 6:193m lid 4 BW). Een ontvanger van immuniteit is een (rechts)persoon die vrijwillig meewerkt aan het onderzoek van de mededingingsautoriteiten in ruil waarvoor die persoon immuniteit wordt verleend tegen geldboetes. Privacy (AVG) ------------- ### Inleiding Voordat we overgaan tot een behandeling van het fenomeen Privacy en de AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming) eerst even een aardig voorbeeld: ### Privacywetgeving AVG, wat moet je ermee? De Europese Unie kende verschillende privacywetten, die voortkwamen uit de Europese privacyrichtlijn van 1995. Per 25 mei 2018 zijn deze wetten vervangen door de AVG. De Europese Unie kent hiermee één privacywet. Als een organisatie klanten wil benaderen maar niet weet of dit mag vanwege de AVG-privacyregels kan aan de hand van 10 vragen bepaald worden welke acties ondernomen moeten worden om aan de wet te voldoen. Zo wordt een organisatie AVG-proof en worden boetes voorkomen. ### Wet AVG De [privacywet Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)](https://ondernemersplein.kvk.nl/persoonsgegevens-beschermen/) geldt sinds 25 mei 2018 voor de hele Europese Unie. Internationaal heet de wet General Data Protection Regulation (GDPR). Door de wet AVG ontstaan meer verplichtingen bij het verwerken van persoonsgegevens dan voorheen. Privacyrechten zijn met de AVG versterkt en uitgebreid. Gebruikers (zoals klanten) hebben met de AVG meer mogelijkheden om voor zichzelf op te komen als het gaat om de verwerking van hun gegevens. Zij hebben meer zeggenschap over hun gegevens en wat bedrijven daar mee doen. Een klant kan bijvoorbeeld inzage vragen in opgeslagen data, of verleende toestemming intrekken. ### Voor wie geldt de AVG? De Europese privacywet geldt voor alle bedrijven en organisaties die persoonsgegevens vastleggen van klanten, personeel of andere personen uit de EU. Vrijwel alle ondernemers hebben ermee te maken, ook zzp\'ers en klein mkb. De wet geldt ook voor scholen, zorginstanties, verenigingen en stichtingen. Internationale bedrijven die zakendoen met de EU moeten zich houden aan de AVG. De omvang van het bedrijf en de aard van de activiteiten bepalen welke AVG-maatregelen genomen moeten worden. Je krijgt er al mee te maken door het uitsturen van een offerte, factuur, en (digitale) nieuwsbrief. Of door het bijhouden van afspraken met klanten, contactgegevens van klanten of personeelsinformatie. Daarnaast vallen ook gegevens gekoppeld aan IP-adressen, cookies, een e-mailadres onder de wet. Ook als je niet weet wie er schuilgaat achter deze gegevens moet je ze als privacygevoelig behandelen. In Nederland houdt de [Autoriteit Persoonsgegevens (AP)](https://autoriteitpersoonsgegevens.nl/) toezicht op de naleving van de wettelijke regels voor bescherming van persoonsgegevens. In 2019 dienden ruim 27.800 mensen er een [klacht](https://autoriteitpersoonsgegevens.nl/nl/nieuws/forse-stijging-privacyklachten-2019) in vanwege een mogelijke privacyschending. Aleid Wolfsen, voorzitter van de AP: "AVG is weliswaar ingewikkelde materie, maar gebruik ook je gezond verstand. Heb ik deze data echt nodig? En mag ik deze data zomaar gebruiken of moet ik om toestemming vragen? Dan kom je al een heel eind met de vraag wat wel en niet mag." ### In 10 stappen AVG-proof Wat moet je doen om te voldoen aan de eisen van de AVG wet? Dit verschilt van bedrijf tot bedrijf. Begin met het inventariseren van de data die je hebt. Je moet je afvragen op welke grond je deze data hebt. Wolfsen: "In deze data gedreven wereld is het niet meer dan normaal dat je ook voor gegevens een boekhouding bijhoudt, een databoekhouding." Het gaat hier om het bijhouden van welke persoonsgegevens je gebruikt van je klanten en waarvoor. Bijvoorbeeld als je je afspraken vastlegt en hierbij telefoonnummers en persoonsgegevens noteert. De [Regelhulp AVG](https://rvo.regelhulpenvoorbedrijven.nl/avg/#/welkom) van de AP helpt je bij het bepalen van de impact van de AVG op jouw bedrijf. Hierin staan onderstaande 10 vragen. Na het beantwoorden van deze vragen kun je direct aan de slag. #### 1. Welke persoonsgegevens verwerk je? Inventariseer welke persoonsgegevens je verwerkt. [Persoonsgegevens](https://ondernemersplein.kvk.nl/persoonsgegevens-beschermen/) zijn alle gegevens die direct over iemand gaan of die naar iemand te herleiden zijn, zoals naam, adres, telefoonnummer en Burgerservicenummer. Naast \'gewone\' persoonsgegevens zijn er ook bijzondere persoonsgegevens. Deze gaan onder meer over iemands gezondheid, strafrechtelijke verleden of politieke voorkeur. Het is verboden om bijzondere persoonsgegevens te gebruiken, tenzij je een [wettelijke uitzondering](https://autoriteitpersoonsgegevens.nl/nl/onderwerpen/algemene-informatie-avg/mag-u-persoonsgegevens-verwerken#wanneer-mag-u-bijzondere-persoonsgegevens-verwerken-6341) hebt. #### 2. Heb je een grondslag om persoonsgegevens te verwerken? Je mag alleen persoonsgegevens verwerken wanneer je deze echt nodig hebt om je doel te bereiken en het niet anders kan. Je moet dus een goede reden, ofwel 'grondslag' hebben. Bijvoorbeeld dat je toestemming hebt van de persoon om wie het gaat. Of omdat het noodzakelijk is om een overeenkomst uit te voeren. Er zijn [6 grondslagen in de AVG](https://autoriteitpersoonsgegevens.nl/nl/onderwerpen/algemene-informatie-avg/mag-u-persoonsgegevens-verwerken). #### 3. Heb je een functionaris gegevensbescherming nodig? Sommige organisaties moeten een [functionaris voor de gegevensbescherming](https://autoriteitpersoonsgegevens.nl/nl/onderwerpen/algemene-informatie-avg/functionaris-gegevensbescherming-fg) aanstellen. Dit is iemand die binnen de organisatie toezicht houdt op de toepassing en naleving van de AVG. Deze functionaris is verplicht bij: - Overheden en publieke organisaties. - Organisaties en bedrijven die vanuit hun kernactiviteiten op grote schaal individuen volgen. Denk hierbij aan cameratoezicht en monitoring van iemands gezondheid via wearables. Organisaties en bedrijven die op grote schaal bijzondere persoonsgegevens verwerken en voor wie dit een kernactiviteit is. Bijzondere persoonsgegevens zijn bijvoorbeeld gegevens over iemands gezondheid, ras, politieke opvatting, geloofsovertuiging of strafrechtelijke verleden. #### 4. Ben je verplicht om een data protection impact assessment uit te voeren? Bij het verwerken van gegevens met een hoog privacyrisico is een data protection impact assessment (DPIA) verplicht. Blijkt uit de analyse dat de privacyrisico's hoog zijn, dan kun je maatregelen nemen om deze te verkleinen. Een DPIA moet je in ieder geval uitvoeren als je: - Bijzondere persoonsgegevens als ras, godsdienst, gezondheid, politieke opvattingen, genetische -- of biometrische gegevens op grote schaal verwerkt. - Op grote schaal en systematisch mensen volgt in een publiek toegankelijk gebied, bijvoorbeeld met cameratoezicht. - Gegevens zo combineert, dat iemand in een bepaalde categorie of groep is in te delen en daardoor zo kan worden benaderd of beoordeeld (profilering). #### 5. Werk je volgens de uitgangspunten van privacy by design en privacy by default? Zorg ervoor dat je in de ontwerpfase van nieuwe producten of diensten persoonsgegevens goed beschermt. Dit wordt ook wel 'privacy by design' genoemd. Daarnaast moeten de standaardinstellingen de privacy van iemand respecteren (privacy by default) totdat de persoon zelf toestemming geeft (het zgn. opt-in principe). Je mag bijvoorbeeld geen (web)formulier gebruiken waarop al een vakje is aangevinkt. Dat bedrijven daar heel slim gebruik (of zo je wilt misbruik) van maken kun je zien in een aflevering van het programma Tegenlicht (zie link verderop), waarin aan de hand van de Google thermostaat "Nest" wordt uitgelegd hoe jouw toestemming leidt tot grootschalige handel in data waar je feitelijk geen enkele controle meer over hebt. #### 6. Moet je een register van verwerkingsactiviteiten opstellen? In een [verwerkingsregister](https://ondernemersplein.kvk.nl/verwerkingsregister-bijhouden/) neem je op welke persoonsgegevens je gebruikt, voor welk doel, waar je ze opslaat en met wie je ze eventueel deelt. Je bent verplicht om met een register te werken als jouw organisatie: - Persoonsgegevens verwerkt waarvan de verwerking meer dan incidenteel is. - Risicovolle persoonsgegevens verwerkt, zoals gegevens over gezondheid, godsdienst of politieke opvattingen. - Meer dan 250 medewerkers heeft. In de praktijk zullen (vrijwel) alle organisaties verplicht zijn zo'n verwerkingsregister AVG bij te houden. Dit komt omdat binnen een organisatie vaak klanten-, leveranciers- of personeelsbeheer voorkomt. Als mensen je vragen hun gegevens te corrigeren of te verwijderen kun je dit register nodig hebben. Geef deze verzoeken ook door aan de organisaties waarmee je de persoonsgegevens hebt gedeeld. #### 7. Heb je de juiste maatregelen genomen om persoonsgegevens te beveiligen? In de AVG staat dat je persoonsgegevens goed moet beveiligen. Bepaal welke technische en organisatorische maatregelen nodig zijn om ervoor te zorgen dat de verwerkingen goed beveiligd zijn. Zo zorg je voor een [digitaal veilig bedrijf](https://www.kvk.nl/advies-en-informatie/fraude/een-digitaal-veilig-bedrijf/). #### 8. Heb je de vereiste overeenkomsten met partijen die persoonsgegevens voor jou verwerken? Zorg voor een goede [verwerkersovereenkomst](https://autoriteitpersoonsgegevens.nl/nl/onderwerpen/algemene-informatie-avg/verwerkers) met de partij aan wie de gegevensverwerking is uitbesteed. Je moet als ondernemer zeker zijn dat de data die gebruikt wordt veilig is. #### 9. Voldoe je aan de informatieplicht? Je klanten hebben veel rechten op het gebied van privacy. Zorg ervoor dat zij gemakkelijk van die rechten gebruik kunnen maken. Maak een privacyverklaring in eenvoudige taal. Zet daarin wat je doet met persoonlijke gegevens. Waarvoor je de gegevens gebruikt. Waarom dat belangrijk is voor je klanten. En hoe lang je de gegevens bewaart. Zorg dat deze verklaring makkelijk te vinden is. #### 10. Ben je voorbereid op mensen die hun privacyrechten willen uitoefenen? Gebruikers (zoals je klanten) hebben zeggenschap over hun gegevens en wat bedrijven daar mee doen. Je klant kan bijvoorbeeld inzage vragen in opgeslagen data of verleende toestemming intrekken. Bereid je organisatie hierop voor. Klanten die denken dat hun persoonsgegevens op een manier worden verwerkt die in strijd is met de privacywet, kunnen een [privacyklacht indienen bij de Autoriteit Persoonsgegevens](https://www.autoriteitpersoonsgegevens.nl/nl/zelf-doen/gebruik-uw-privacyrechten/klacht-melden-bij-de-ap#faq). De AP kan in zo'n geval onderzoek doen naar aanleiding van de klacht. Je kunt een boete krijgen. ### Boete De AP controleert of bedrijven zich aan de AVG houden. Zij kunnen ook boetes uitdelen. Jouw bedrijf moet voldoen aan de AVG. In Nederland is de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) het orgaan dat hierop toezicht houdt en handhaaft. De boetes kunnen oplopen tot maximaal 20 miljoen euro of 4% van je wereldwijde omzet als je je niet houdt aan de nieuwe privacywetgeving. Dat overkwam de Stichting Bureau Krediet Registratie (BKR). De AP heeft aan BKR een [boete](https://autoriteitpersoonsgegevens.nl/nl/nieuws/boete-voor-bkr-vanwege-kosten-bij-inzage-persoonsgegevens) opgelegd van 830.000 euro. BKR vroeg vanaf mei 2018 een vergoeding voor het digitaal opvragen van persoonsgegevens. Ook konden mensen maar 1 keer per jaar (per post) zonder kosten hun gegevens inzien. Dat mag niet volgens de privacywetgeving. Daarom is een boete opgelegd van 830.000 euro. Wolfsen noemt een aantal voorbeelden van hoe het niet moet. \"Wat ik een duidelijk voorbeeld vind van onzorgvuldig omgaan met persoonsgegevens, is een huisarts die een verzekeraar moest informeren over de ziekte van zijn patiënt. Hij stuurde toen per abuis het hele medische dossier, inclusief die van andere familieleden, naar de verzekeraar. Een ander voorbeeld is een kinderdagverblijf dat in de nieuwsbrief naar de ouders schreef dat een leidster afwezig was wegens een maagverkleining. Dit is privacyinformatie die je als kinderdagverblijf niet hoort te verspreiden." ### Kennisclips privacy en economie/marketing: Bedrijven spelen in op de behoefte/noodzaak van organisaties om te voldoen aan de AVG. Kijk bijvoorbeeld maar eens naar: NPOFocus heeft uit verschillende actualiteitenprogramma's compilaties gemaakt van items over privacy, uiteenlopend van de invoering van de AVG tot items over Facebook en de bedenkelijke gegevensverwerking door Cambridge Analytics: Als je meer wilt weten over Cambridge Analytica is er een niet al te lange video (ca 19 min.) over de werkwijze van dit bedrijf door Channel4 News: An undercover investigation by Channel 4 News reveals how Cambridge Analytica secretly campaigns in elections across the world. Bosses were filmed talking about using bribes, ex-spies, fake IDs and sex workers. en de klokkenluider die een boekje open doet over de werkwijze van Cambridge Analytica en wat je met data kunt doen: En als je ongeveer 45 minuten hebt om te zien wat met "onze" data gedaan kan worden om een digitale economie tot stand te brengen, kijk dan eens naar het interview met professor Zuboff in het VPRO-programma Tegenlicht met als titel: "De grote dataroof" Hierin wordt o.a. het "echte" economische (marketing)spel wordt uitgelegd dat Pokemon Go in werkelijkheid was, waarin bedrijven betaalden om een Pokemon in de zaak te krijgen zodat spelers hopelijk wat zouden komen kopen. En dat Google graag in de zelfrijdende auto investeert vanwege de enorme hoeveelheid data die daaruit gegenereerd kan worden. "Misschien wordt de data op enig moment zoveel waard dat je gratis een auto krijgt aangeboden en je betaalt met je privacy." Weekopgaven =========== Week 1: auteursrecht -------------------- **Opgave 1** In onderstaande opgaven is telkens een woord onderstreept. Beantwoord telkens de twee volgende vragen(zoveel mogelijk met het noemen van het relevante wetsartikel): - Gaat het hier om een \"werk\" in de zin van de Aw? - Wie is de rechthebbende (de maker, de fictieve maker of een rechtsverkrijgende)? a. Thijs, student aan de Hogeschool Inholland, houdt een dagelijkse [blog] bij over zijn belevenissen als student. b. Pieter, in dienst bij een marketingkantoor, ontwikkelt \'The Book Seat\', een [minizitzak] die als boekensteun (zie afbeelding links) kan worden gebruikt ( zie ook leerboek 2.3.5) ![the book seat lars](media/image6.png) c. Mr. O.A.P.van der Roest brengt een [juridisch boek] op de markt waaraan verschillende juristen hebben meegewerkt. d. Jan heeft een [idee] om een app te ontwikkelen die de online boekhouding voor retailers vergemakkelijkt. e. Jan Keizer, leider van de Volendamse muziekgroep Ancora, covert zonder toestemming een [liedje] ("Op het leven") van de Duitse band Kassala ("Alle Jläser Huh" ) in juni 2016. a. een computerprogramma b. Een foto van een beeld in het Stedelijk Museum c. Een foto van de Nachtwacht d. Een telefoonboek e. uw collegedictaat f. een nieuwsbericht van het ANP g. een jurisprudentiebundel Week 2: vervolg auteursrecht ---------------------------- **Opgave 2.1** **Alfred Hitchcock-films worden toneelstuk\ **Uitgebracht op: **28 November 2010** Bron: **ANP** AMSTERDAM (ANP) - Het Thriller Theater gaat de komende jaren drie toneelstukken opvoeren naar films van Alfred Hitchcock. Dat heeft het gezelschap zondag gemeld. De eerste film die ten tonele wordt gebracht, is The 39 Steps die de \'Master of Suspense' in 1935 maakte. De komische toneelversie van de thriller over een man die wordt beschuldigd van een moord die hij niet heeft gepleegd, werd in 2005 voor het eerst in Londen opgevoerd. Later volgden versies in onder meer New York, Parijs, Tel Aviv, Hongkong, Mexico-Stad, Athene en Sydney. Het stuk wordt gespeeld door vier acteurs, die tientallen dubbelrollen vertolken. In Nederland zijn dit Han Oldigs, Peggy Vrijens, Joep Onderdelinden en Nico de Vries. De Nederlandse tekst is van Lex Passchier, de regie is in handen van Bruun Kuijt. [Vraag:] Beschrijf twee gevallen waarbij in het ene het toneelstuk geen auteursrechten van Hitchcock (overleden in 1980) en in het andere geval deze wel een rol spelen. **Opgave 4** (openbaarmaking ) Beoordeel in de volgende situaties of er telkens sprake is 'openbaarmaking' in de zin van de Auteurswet. Motiveer, noem de criteria en verwijs naar relevant wetsartikel. a. 1\) Een vrachtwagenchauffeur die tijdens het autorijden naar de radio luistert. b\) De roeivereniging Nereus te Amsterdam houdt een feest ( 'besloten avond') en huurt een DJ in die voor de muziek 'zorgt'. c\) Bij de uitvaart van dhr. D. worden de nodige muziekstukken via de CD ten gehore gebracht. d\) Op weg naar Florida worden in het toestel van KLM Airfrance twee speelfilms getoond. f. Mag kapper André (André's Hairshop) tijdens het knippen de radio aanzetten of moet hij daarvoor aan de BUMA een licentievergoeding betalen? En maakt het nog verschil voor het vorige antwoord als hij uitsluitend afstemt op een praktisch muziekloze zender als Business Nieuws Radio (BNR)? **Opgave 5** Frans, een fervente amateurfotograaf en tevens student architectuur aan de UvA, neemt een foto van de beroemde [Enneüs Heermabrug](http://nl.wikipedia.org/wiki/Enne%C3%BCs_Heermabrug) ontworpen door de Engelse architect **Nicholas Grimshaw (1937) voor** de nieuwbouwwijk IJburg nabij Amsterdam**. Daar Frans als gepassioneerde student veel architectuurreizen maakt, is hij voortdurend krap bij kas. Hij besluit van de door hem geschoten foto een ansichtkaart te maken en biedt die vervolgens te koop aan via het internet. De actie is een groot succes want op de kaart prijkt prominent en in stralend wit de futuristische brug. Tot zijn grote schrik echter ontvangt Frans een tijd later een brief van de Stichting Beeldrecht die de exploitatierechten van de heer Grimshaw beheert. Deze stuurt hem een waarschuwing met als inhoud de inbreukmakende activiteiten te staken; volgt hij die niet op dan zal hij een rekening voor het schenden van de gebruiksrechten van de auteursrechthebbende ontvangen. Volgens Frans, die het boekje van professor Adriaansens goed heeft gelezen, behoren in de openbare ruimte geplaatste bouwwerken tot het publieke domein en is een reproductie daarvan niet aan de toestemming van de auteur gebonden. Hij beroept zich daarbij op de publieke-ruimte-exceptie van art. 18 Aw. In de daarop volgende briefwisseling wordt door Stichting Beeldrecht als reden ook nog de driestappentoets genoemd.** [Vraag:] **Wie heeft volgens u gelijk en op welke gronden?** **Gebruik ook de volgende website:** **http://www.iusmentis.com/auteursrecht/nl/foto/openbarekunst/** **De** [Enneüs Heermabrug](http://nl.wikipedia.org/wiki/Enne%C3%BCs_Heermabrug) (2001) Week 3: merkenrecht ------------------- Opgave 3.1 Op grond van welk onderdeel van art.2.20 lid 2 BVIE kan in onderstaande gevallen worden opgetreden door de eiser? Motiveer uitgebreid, uitgaand van het betreffende wetsartikel. a. Wasmachinefabrikant A produceert wasmachines onder het gedeponeerde merk 'Sunshine'. b. De hotelketen 'Hilton' ontdekt dat een rubberfabrikant van plan is het merk 'Hiltan' te gebruiken voor de introductie van een nieuwe lijn van condooms. c. Wasmachinefabrikant A die wasmachines onder het gedeponeerde merk 'Sunshine' produceert, ontdekt dat B ook wasmachines onder de merknaam 'Sunshine' gaat verkopen. Opgave 3.2 Nestlé dient een aanvraag in om de vorm van de KitKat-chocoladewafel in Engeland als merk geregistreerd te krijgen. Het gaat hierbij om een driedimensionaal teken in de vorm van een chocoladewafel bestaande uit vier chocoladereepjes waar de woorden KITKAT op aangebracht zijn: de KitKat-chocoladewafel(zie foto). Concurrent Cadbury maakt bezwaar tegen de aanvraag. De zaak belandt uiteindelijk bij het HvJ EU.\ Deze beslist uiteindelijk dat de vorm van KitKat niet kan worden aangemerkt als een merk. ![http://www.solv.nl/media/kitkat.png](media/image8.png) Vragen: a. Om welk soort merk gaat het hier? Noem het juiste artikel in de Nederlandse merkenwetgeving. b. Hetzelfde wetsartikel noemt drie uitzonderingen die geen merk kunnen zijn. Welke zijn dat? c. Welke (een of meerdere) zullen in dit geval van toepassing geweest zijn? Noem telkens de gronden die de Nestlé naar voren zal hebben gebracht om aan te tonen dat het om een merk gaat en welke Cadbury om het tegendeel te bewijzen. Week 4: vervolg merkenrecht en handelsnaam ------------------------------------------ Opgave 4.1 Lacoste verkoopt kleding, schoeisel, parfum en brillen over de hele wereld. Het merk gebruikt een groene krokodil als logo. Het logo verwijst naar de bijnaam le Crocodile van de oprichter, tennisser René Lacoste. Het bedrijf heeft naast de naam, ook de gestileerde krokodil als merk vastgelegd. Als het merk EAU CROCO door bedrijf P. wordt aangevraagd voor parfum, juwelen en kleding, maakt Lacoste hiertegen succesvol bezwaar. Vragen: a. Welke twee verschillende *soorten* merken staan hier tegenover elkaar? b. 1\. Hoe heet de procedure die Lacoste moet voeren om het depot van P. te verhinderen? c. Op welk artikel uit het BVIE zal Lacoste zich hebben beroepen? d. Welke drie criteria heeft de Europese rechter (Union-arrest, Picasso/Picaro e.a.) ontwikkeld om de mate van overeenstemming en daarmee van mogelijke verwarring tussen het te deponeren merk en het aangevallen teken vast te stellen? e. De procedure wordt voortgezet bij de rechter. f. Zal de bekendheid van Lacoste nog een rol bij de uitspraak hebben gespeeld? Opgave 4.2 a. McDonald's wil onderstaande iconen, onderdeel van een spraakmakende campagne eind 2014, registreren als beeldmerk in de Europese Unie, maar krijgt voor elk merk een afwijzing. Wat kan de reden geweest zijn? b. Waarom is de aanvraag van een ander bedrijf voor ***STRAWBERRY*** voor aardbeien of aardbeienproducten wel gehonoreerd? Om wat voor merk gaat het hier? Opgave 4.3 Mag J. Janssen, eigenaar van een eenmanszaak, een onderneming drijven: a. onder de handelsnaam P. Pietersen? b. onder handelsnaam van zijn vader D. Janssen? c. Janssen&Co? Opgave 4.4 Mag Joop van Stratum zijn onroerend goedbedrijf in de Eifel (Duitsland) voeren onder de naam 'Joop!'? Ga in uw antwoord uit van de Nederlandse wetgeving en geef aan hoe merkhouder Joop! zowel op gr. v. het BVIE, de HNW of/en het BW (art.6: 162 BW) kan optreden. Opgave 4.5 Willem Witteveen is eigenaar van een garagebedrijf genaamd "W. Witteveen". Zijn broer Bert begint drie straten verder een autowasserij "B. Witteveen".\ Vraag: a. Kan Willem Bert in rechte dwingen zijn handelsnaam te wijzigen? b. Welke procedure heeft de voorkeur: art.6 HNW, een kort geding en/of een gewone rechtbankdagvaardingsprocedure? **Opgave 4.6\ **Sinds 1998 is in Amsterdam gevestigd de kapster Ria van Ria's Kapsalon. Enige straten verder wil zich Ria's Men's Club vestigen met de leus: *Voor een gezellige en topverblijf met onze dames. For all Gentlemen's*[^14^](#fn14){#fnref14.footnote-ref}*.*\ Vraag: Kan kapster Ria dit verhinderen op grond van de HNW? Geef advies. **Opgave 4.7** a. Waarom kan de bakkerijketen Bbrood zijn naam wel als handelsnaam maar niet als merk gebruiken? ![Logo BBROOD](media/image12.png) b. Kan de bekende Nederlandse bakkersketen "Bakker Bart" optreden tegen de namen van de volgende concurrenten: Bakkerij Bart, Bakker Bartje, Bart de Bakker, Bakker Tony? Week 5: modellenrecht en slaafse nabootsing ------------------------------------------- Opgave 5.1 Restaurant Ivy is sinds 2009 actief in Rotterdam en krijgt al in 2010 een Michelin ster. Ze publiceert ook een receptenboek 'IVY 2010" te verkrijgen via de website [www.restaurantivy.nl](http://www.restaurantivy.nl) De eigenaar van het restaurant François Geurds heeft zijn bedrijf vernoemd naar zijn Arubaanse moeder die hem leerde koken. Michelin Sterrenrestaurant IVY moet naam wijzigen Het Londense restaurant THE IVY bestaat sinds 1917. In het restaurant komen al jaren beroemdheden: van Marlene Dietrich tot Tom Cruise. In 1997 is een receptenboek gelanceerd onder de naam "THE IVY". Om de naam te beschermen en aanhakend gebruik tegen te gaan, heeft de nieuwe Londense eigenares in 2007 de naam 'THE IVY' als merk laten registreren voor zowel restaurantdiensten als boeken. Met (o.a.) een Europese Registratie is bescherming gekregen in direct alle 27 landen van de Europese Unie, dus ook in Nederland. In 2012 ontvangt Restaurant Ivy uit Rotterdam een sommatie om ieder gebruik van de naam (THE) IVY te staken. Omdat zij dit weigert, start het bedrijf uit Londen een rechtszaak in Den Haag. [Vraag]: Welke drie wegen op grond van het BVIE en de HNW staan open voor de Londense IVY om haar Rotterdamse naamgenoot aan te pakken? Geef aan wat de eiser telkens moet aantonen. ![Afbeelding met tekst, gebouw, buiten, straat Automatisch gegenereerde beschrijving](media/image14.png) Geurds moet uiteindelijk de naam van zijn restaurant aanpassen. Kosten: ruim een ton. Sterrenrestaurant Ivy nu door het leven als FG Francois Geurds met het nieuwe logo van zijn restaurant FG © anp Opgave 5.2 Het onder afgebeelde antieke servies wordt voornamelijk gekocht vanwege de prachtige vorm. Is op dit servies mogelijk een a. Auteursrecht, b. Modellenrecht, c. Merkrecht, te registreren? ![http://www.gibsonpewter.com/blog/wp-content/gallery/tea-sets/qa-teaset.jpg](media/image16.jpeg) Opgave 5.3 Evelien Van der Werff maakt slippers (zie foto) waar de consument zelf bandjes doorheen kan doen om een eigen unieke slipper te creëren. Op dit ontwerp had de slipperkoningin een modelrecht gedeponeerd. Jop de Bondt besluit zelf zulke slippers op de markt te brengen. De slipperkoningin was not amused en maakt een zaak aanhangig. Dan toont Jop aan dat er sterk gelijkende slippers op de markt waren voordat Evelien haar slipper als model liet registreren. Maakt Jop inbreuk op het modelrecht van Evelien? Beschrijf op grond van welke artikelen uit het BVIE Jop zich zal moeten beroepen om de eis van Evelien te ontkrachten. ![http://uitspraken.rechtspraak.nl/image/?id=a520a998-577a-4839-8f4c-9efb19761027](media/image18.png) Opgave 5.4 De bedenker van de Lamzac Hangout is de eerste die een ligzak (zie foto 2) op de markt brengt die kan worden gevuld kan worden door het scheppen van lucht. Daarbij wordt een met baleinen versterkte opening in de zak opengehouden en wordt er een schepbeweging gemaakt, zodat de zak zich met lucht vult, waarna de opening wordt dichtgeklapt en de lucht in de zak gevangen blijft. Het model is gedeponeerd. De Lamzac biedt duidelijk technische voordelen. fatboy-lamzac-header-mob Lamzac: ![http://uitspraken.rechtspraak.nl/image/?id=54bc1ab7-9694-4f24-bad6-0187b209f4b2](media/image20.png) Kaisr komt met een ligzak op de markt die dezelfde technische voordelen biedt en die daarom sterk lijkt op het model Lamzac. KAISR: http://uitspraken.rechtspraak.nl/image/?id=7a5b1d49-090d-47f8-91bc-e50f97eb4c91 a. Kan de fabrikant van Lamzac de ligzak van KAISR met een beroep op zijn modelrecht verbieden? b. Zou de naam Lamzac een goed gekozen [merk]naam zijn? Motiveer. c. Hoe groot is de kans dat de ligzak Lamzac als vormmerk gedeponeerd kan zijn? Opgave 5.5 Max heeft een modelrechtelijke beschermde designstoel voor zijn eigen privégebruik nagemaakt. Mag dat Max zomaar doen? En mag hij die zelf in elkaar gezette stoel vervolgens verkopen? Opgave 5.6 Onderkant formulier ![Babboe-Bakfietsen-Paasevent\_21575](media/image22.jpeg) 'Bakfietsproducent Babboe sleept concurrent voor de rechter' Geplaatst op 1 Aug 2016 om 10:25 door [**Redactie**](http://rechtennieuws.nl/redactie/ewout/) van [**Rechtennieuws.nl**](http://rechtennieuws.nl/organisatie/rechtennieuws/) Bakfietsproducent Babboe sleept concurrent Europe Cycle Company voor de rechter, omdat dit bedrijf een ontwerp grotendeels zou hebben nageaapt.\ Dat zegt directeur Epco Vlugt van Babboe in een maandag gepubliceerd interview met het Algemeen Dagblad (AD). De partijen staan vrijdag voor de rechter. Vlugt wil dat het Zaanse bedrijf stopt met de verkoop van het model Troy. Deze bakfiets zou vanwege zijn ontwerp en uitstraling te veel lijken op het model Babboe Curve. De ronde vormen, de constructie van het frame en "de stoere uitstraling" zijn volgens Vlugt "zowat één op één van ons nagemaakt". "Dat kan geen toeval zijn. En dat zorgt voor verwarring bij de consument", meent hij. [Vraag:] Hoe stelt de rechter vast of er sprake is van ongeoorloofde imitatie oftewel hoe vergelijkt hij beide modellen? (Lees: boek, hoofdstuk 8, 68 onder "Nieuwheid en eigen karakter") Week 6: oneerlijke handelspraktijken en reclame ----------------------------------------------- Opgave 6.1 **Casus Bella Vista** De feiten:\ Eiser exploiteert sinds 1982 opticienbedrijven onder de handelsnaam Superoptiek die in het hele land ongeveer 82 opticienbedrijven etc. heeft. Bakels is rechthebbende op het merk 'Superoptiek'. *Bella Vista* heeft onder meer opticienwinkels in vele Europese landen waaronder 57 in Nederland sinds 1997.\ Anders dan in de meeste landen van de Europese Unie is in Nederland geen diploma nodig voor het uitoefenen van het beroep 'opticien'. In 2016 is Bella Vista een campagne gestart met als doel om ook in Nederland voor de uitoefening van het beroep opticien een MBO-diploma verplicht te laten zijn. In 2016 heeft Bella Vista opdracht gegeven tot een onderzoek bij de opticiens van Superoptiek via een mystery call of mystery visit methode. De resultaten worden vermeld in een uitgebreide advertentie "Meer dan Super". 23 van de 45 geïnterviewde opticiens heeft geen officiële mbo- of hbo-opleiding tot opticien gevolgd. Superoptiek weerspreekt de uitkomsten van het onderzoek niet.\ Bella Vista toont aan dat al haar opticiens wel een mbo- of een hbo- diploma hebben.\ Vast staat verder dat de opticiens van Superoptiek een door Superoptiek verplicht interne opleiding hebben gevolgd.\ In de gewraakte advertentie van Bella Vista wordt dit laatste feit niet vermeld, wèl op haar website. Superoptiek sommeert Bella Vista om de volgens haar inbreuk makende handelingen te staken maar deze heeft daaraan geen gehoor gegeven. Superoptiek spant daarop een kort geding aan. Geef aan wat de eis kan inhouden en op welke juridische en feitelijke gronden deze is gebaseerd. Ga in op de regelingen voor misleidende reclame, vergelijkende reclame (van welk soort consument gaat de rechter uit? het BVIE, oneerlijke handelspraktijken en de ongeoorloofde mededinging en geef aan wat de eiser telkens zal moeten bewijzen. **\ ** Opgave 6.2 **Casus tuincentrum** Tuincentrum "The Garden King" verkoopt uitheemse struiken en planten voor tuinen. De plant die de heer Versteeg kocht, was echter al na één week dood. Hij ontdekte dat het eigenlijk een kamerplant betrof, die niet in de tuin mocht worden geplant. Dit stond nergens vermeld en was hem niet medegedeeld. Toen hij terugging naar het tuincentrum kreeg hij te horen dat de plant door zijn eigen schuld was dood gegaan en dat hij had moeten weten dat het hier een kamerplant betrof. **Vraag:** Op welke wettelijke regeling zal dhr. Versteeg zich gaan beroepen en zal de heer Versteeg van de rechter gelijk krijgen? Motiveer. **Opgave 3** Volgens sommigen draagt Konjacwortel bij aan gewichtsverlies. De officiële naam van deze eetbare plant uit de Aronskelkfamilie is Glucomannan. De wortel groeit in Japan, China en Indonesië. De EFSA (De Europese voedselautoriteit) heeft groen licht gegeven: in reclame en op de verpakking mag worden gezegd dat Konjacwortel - in de context van een energiebeperkt dieet - bijdraagt aan gewichtsverlies. Ook moet de dagdosering om het resultaat te bereiken worden genoemd.\ De adverteerder voor Lucovitaal Nuslank stelt dat zijn product (zie foto hieronder)'het meest effectieve afslanksucces ooit is' met de aanprijzing: 'Garcinia Cambogia: het meest effectieve afslanksucces van nu!'. In de uiting worden diverse mededelingen over het product gedaan waarmee het in verband met gewichtsverlies wordt gebracht.\ Natural Medicine dient een klacht in tegen deze reclame bij de RCC. a. Wat betekent 'zelfregulering'? b. Hoe heet de betreffende reclamecode die hier van toepassing is? ([www.reclamecode.nl/nrc](http://www.reclamecode.nl/nrc)) c. Lees de bovenstaande tekst nog eens. Welke fout heeft Lucovital kennelijk gemaakt in haar reclame-uiting? d. De voorzitter van de RCC (Reclame Code Commissie) oordeelt dat het handelen van Lucivital in strijd is met artikel 3 Claimsverordening respectievelijk artikel 10 lid 1 Claimsverordening en dat impliceert dat de uiting in strijd is met artikel.....van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Welk artikel uit de NRC zal bedoel zijn? e. De voorzitter van de RCC stelt de overtreding vast en spreekt de lichtste sanctie uit over Lucovital. Welke is dat? Kijk op [www.reclamecode.nl/nrc/](http://www.reclamecode.nl/nrc/) onder stichting reclamecode. f. Met welke wettelijke regeling (BW) inzake reclame is de gewraakte uiting mogelijk ook in strijd? http://www.reclameboek.nl/www.delex-backoffice.nl/uploads/image/reclameboek/259526.jpg **Opgave 4** ![](media/image24.jpg)Call4U is een grote telecomaanbieder van zowel mobiel als vaste telefonie. Op haar site is bijvoorbeeld de nieuwe Nokia 3310 SE in combinatie met een abonnement wel erg scherp geprijsd. Bij aanbieding staan de eenmalige aanschafkosten van het toestel en het maandelijkse abonnementsgeld vermeld. In het abonnement zit onder meer onbeperkt bellen en sms'en in Nederland. Marlies besluit een abonnement af te sluiten. Bij het betaaloverzicht komt zij er echter achter dat er €50,- eenmalige kosten in rekening worden gebracht. Marlies voelt zich beetgenomen en besluit contact op te nemen met de klantenservice van Call4U. De medewerker van Call4U vertelt Marlies dat deze kosten wel degelijk op de site staan. Naast de afbeelding van het toestel staat een knop met een *i* waarna in een pop-up deze eenmalige kosten worden vermeld en het feit dat de het onbeperkt bellen en sms'en is gemaximeerd tot 3000 berichten/belminuten per maand. **Vraag** Marlies besluit een klacht tegen Call4U in te dienen op de website Consu Wijzer. Beoordeel of haar klacht kans van slagen heeft. Neem in je advies aan Marlies ook de relevante regelgeving op. ::: {.section.footnotes} ------------------------------------------------------------------------ 1. ::: {#fn1} Richtlijn 2005/29/EG, PbEU L 149[↩](#fnref1){.footnote-back} ::: 2. ::: {#fn2} [Boete voor DGB voor misleiding bij telefonische verkoop energiecontracten \| ACM.nl](https://www.acm.nl/nl/publicaties/boete-voor-dgb-voor-misleiding-bij-telefonische-verkoop-energiecontracten)[↩](#fnref2){.footnote-back} ::: 3. ::: {#fn3} [Oneerlijke praktijken bij incassobureaus (fd.nl)](https://fd.nl/economie-politiek/1125997/oneerlijke-praktijken-bij-incassobureaus)[↩](#fnref3){.footnote-back} ::: 4. ::: {#fn4} Volgens de normale regels van bewijs recht zal de eiser moeten bewijzen. In dit geval treedt er een omkering van de bewijslast op, waardoor de gedaagde (de handelaar) moet bewijzen dat zijn handelingen niet onrechtmatig zijn.[↩](#fnref4){.footnote-back} ::: 5. ::: {#fn5} Dit kan op grond van artikel 3:305d lid 1 sub c BW.[↩](#fnref5){.footnote-back} ::: 6. ::: {#fn6} Zie artikel 2.9 Wet handhaving consumentenbescherming.[↩](#fnref6){.footnote-back} ::: 7. ::: {#fn7} Onder oude wetgeving konden particulieren wel een beroep doen op artikel 6:194 BW, maar deze regeling is later beperkt tot verhoudingen tussen ondernemers.[↩](#fnref7){.footnote-back} ::: 8. ::: {#fn8} Richtlijn 2006/114/EG, *PbEU* L376/21 vervangt de voorgaande richtlijnen over misleidende en vergelijkende reclame.[↩](#fnref8){.footnote-back} ::: 9. ::: {#fn9} Andere misleidingen zijn ook mogelijk.[↩](#fnref9){.footnote-back} ::: 10. ::: {#fn10} HR 27 november 2009, *RDVW* 2009,1403 (World Online/VEB)[↩](#fnref10){.footnote-back} ::: 11. ::: {#fn11} ZB Krantenbank Zeeland, *Weekkrant De Faam/De Vlissinger* van 9 december 2009, pagina 54. De Reclame Code Commissie achtte de reclame misleidend. Zie. [titel van uitspraak - Stichting Reclame Code](https://www.reclamecode.nl/uitspraken/resultaten/gemotoriseerd-vervoer-2009-00869/25937/)[↩](#fnref11){.footnote-back} ::: 12. ::: {#fn12} HvJEG 19 april 2007, C-381/05 (De Landtsheer/Veuve Cliquot)[↩](#fnref12){.footnote-back} ::: 13. ::: {#fn13} [\"Nee, Whopper, dat is een Big Mac-doosje\" en andere voorbeelden van vergelijkende reclames. (marijnkrijger.nl)](https://marijnkrijger.nl/2015/01/de-concurrent-bashen-een-advertentie/)[↩](#fnref13){.footnote-back} ::: 14. ::: {#fn14} originele tekst[↩](#fnref14){.footnote-back} ::: :::