🎧 New: AI-Generated Podcasts Turn your study notes into engaging audio conversations. Learn more

Gastro-enteritis - 3 Mei 2024 Presentation PDF

Loading...
Loading...
Loading...
Loading...
Loading...
Loading...
Loading...

Document Details

ImpressedSnake3464

Uploaded by ImpressedSnake3464

null

2024

Lycke Woittiez

Tags

gastroenteritis diarrhea infectious diseases medicine

Summary

This presentation, titled "Gastro-Enteritis," from May 3, 2024 covers various aspects of gastroenteritis, including different types of diarrhea, clinical presentations, and treatment strategies. It includes multiple case studies.

Full Transcript

GASTRO-ENTERITIS Lycke Woittiez Internist-infectioloog 3 mei 2024 Inhoud ◦ Diarree - algemeen ◦ Cholera ◦ E. coli ◦ Shigella ◦ Salmonella ◦ Yersinia ◦ Campylobacter jejuni ◦ Clostridium difficile Casus 1 ◦ 18 jarige jongen ◦ Komt naar de huisarts ◦ Buikkrampen, koorts ◦ Braak...

GASTRO-ENTERITIS Lycke Woittiez Internist-infectioloog 3 mei 2024 Inhoud ◦ Diarree - algemeen ◦ Cholera ◦ E. coli ◦ Shigella ◦ Salmonella ◦ Yersinia ◦ Campylobacter jejuni ◦ Clostridium difficile Casus 1 ◦ 18 jarige jongen ◦ Komt naar de huisarts ◦ Buikkrampen, koorts ◦ Braakt niet ◦ Diaree ◦ Lichamelijk onderzoek: geen afwijkingen Wat zou je willen weten? Diarree - definitie ◦ Diarrhoea is the passage of 3 or more loose or liquid stools per day, or more frequently than is normal for the individual. ◦ Diarrhoeal disease is the second leading cause of death in children under five years old. It is both preventable and treatable. ◦ Each year diarrhoea kills around 525 000 children under five. ◦ A significant proportion of diarrhoeal disease can be prevented through safe drinking-water and adequate sanitation and hygiene. ◦ Globally, there are nearly 1.7 billion cases of childhood diarrhoeal disease every year. ◦ Diarrhoea is a leading cause of malnutrition in children under five years old. ◦ Algemene ziekteverschijnselen ◦ Frequentie van diarree, bloed, slijm, buikpijn ◦ Aanwijzingen voor dehydratie ◦ Frequentie diarree, eten/drinken, mentale Anamnese status, diurese,.. ◦ Risicofactoren voor een ernstig beloop bij diarree ◦ “Exposures” ◦ Verhoogd besmettingsgevaar voor anderen ◦ Mate van ziek zijn Lichamelijk ◦ Koorts, sufheid, verwardheid ◦ Ademhaling, pols, bloeddruk onderzoek ◦ Beoordeling abdomen Aanvullend onderzoek Fecesonderzoek wordt aangevraagd bij: ◦ Zieke patiënten ◦ Aanhoudende of hoge koorts ◦ Frequente waterdunne diarree ◦ Bloed bij de ontlasting ◦ Immuungecompromitteerde patiënten; ◦ Verhoogd besmettingsgevaar voor anderen; ◦ (Eventueel) diarreeduur > 10 dagen. Gastro-enteritis ◦ Infectie tractus digestivus ◦ Klachten ◦ Buikpijn ◦ Diarree ◦ Braken ◦ Koorts ◦ Veroorzaakt door ◦ Bacteriën ◦ Virussen ◦ Parasieten Vibrio cholerae ◦ Gevreesde epidemische ziekte – ‘rijstwater diarree’ ◦ Transmissie via besmet water en voedsel ◦ Kan tot 14 dagen op voedingsmiddelen overleven ◦ Komma vormige gram-negatieve bacterie ◦ Produceert enterotoxine à secretie water en elektrolyten ◦ Serotype O1 en O139 – ernstige vorm Cholera - klachten ◦ Incubatietijd 12-72 uur ◦ Waterige diarree (tot 40x/dag) ◦ Braken ◦ Ernstige deyhdratie ◦ Non O1-O139 serotypes: mildere gastro-enteritis Behandeling / prognose ◦ Rehydratie ◦ Behandel elektrolytstoornissen ◦ Antibiotica alleen bij matig tot ernstig beloop ◦ Azitromycine, ciprofloxacine, cotrimoxazol, doxycycline ◦ Mortaliteit 50-70% bij onbehandelde patiënten Casus 2 ◦ 28 jarige man ◦ Heeft in Afrika geholpen in een vluchtelingenkamp ◦ In het vliegtuig terug waterdunne diarree gekregen ◦ Direct naar de SEH gekomen ◦ Daar in het eerste uur al 3x waterdunne diarree ◦ RR 90/50 pols 120 temp 39,5 ◦ Lab: kalium 2.2 kreat 120 crp 145 Waar denk je aan? A. Voedselvergiftiging B. Virale gastro-enteritis C. Bacteriële gastro-enteritis D. Cholera En wat zou je doen? Wat te doen? ◦ Opname ◦ Infuus – rehydratie ◦ Kalium suppletie ◦ Faeceskweken ◦ Azitromycine Andere vibrio’s Vibrio parahaemolyticus ◦ Geeft zeevruchten geassocieerde gastro-enteritis Vibrio vulnificus ◦ Cellulitis of sepsis Campylobacter jejuni ◦ Gram negatieve staven ◦ Groeit beste bij 42°C ◦ Groeimedium “chocolade Agar” ◦ Infectie van gedomesticeerde dieren ◦ Kip en kalkoen in de supermarkt vaak gecontamineerd ◦ Verspreiding via direct contact of via consumptie besmet vlees of drinkwater ◦ Kan gedood worden door verhitting ◦ Wereldwijd meest voorkomende oorzaak van bacteriële gastro- enteritis C. Jejuni - kliniek ◦ Incubatieperiode 1-7 dagen (gemiddeld 3) ◦ Buikpijn en diarree ◦ 1/3 prodroom met koorts, rillingen, malaise, duizeligheid, verwardheid ◦ Op 3e dag bij 15% bloederige diarree ◦ Bacteriëmie ◦ Late complicaties: reactieve artritis, Guillain-Barré C. Jejuni - diagnostiek ◦ Faeceskweek ◦ Bloedkweek ◦ PCR faeces – kan langer positief blijven ◦ Serologie – bij late complicaties C. Jejuni - behandeling ◦ Meestal ‘self limiting’ ◦ Rehydratie ◦ Correctie van evt elektrolytstoornis ◦ Antibiotica alleen bij (risico op) ernstig beloop ◦ Azitromycine ◦ Fluorchinolonen ◦ Preventie! Casus 3 ◦ Man, 54 jaar ◦ 1 dag koorts, buikkrampen ◦ Diarree + bloedbijmenging ◦ Braken LO/ ◦ Koorts 38.7 ◦ Matig gedehydreerd ◦ Buikpijn bij onderzoek Aanvullend ◦ Wat mist er bij anamnese? ◦ Exposures, omgeving, voorgeschiedenis, … ◦ Lichamelijk onderzoek ◦ RR en pols, hydratietoestand ◦ Antibiotica? ◦ Ja – bloederige diarree Shigella ◦ Gram negatieve bacterie ◦ Vier serogroepen ◦ S. dysenteriae ◦ S. flexneri ◦ S. boydii ◦ S. sonnei ◦ Transmissie: feco-oraal Shigella - kliniek ◦ Incubatietijd 1-5 dagen ◦ Hoge koorts, waterige diarree ◦ Na enkele dagen bloederige diarree, buikkrampen ◦ Hierna – late complicaties Shigella - complicaties ◦ Reactieve artritis / Syndroom van Reiter ◦ Hemolytisch Uremisch Syndroom (HUS) ◦ Zeldzaam ◦ Nierfalen ◦ Lage bloedplaatjes ◦ Vaker bij kinderen Shigella - behandeling ◦ Antibiotica alleen bij ernstig beloop ◦ Cotrimoxazol ◦ Ciprofloxacine ◦ Azitromycine ◦ Resistentie neemt toe! Casus 4 ◦ Jongetje, 7 jaar ◦ 8 dagen geleden begonnen koorts en buikpijn ◦ Daarna waterdunne diarree ◦ Leek 2 dagen geleden wat beter te gaan ◦ Nu wat suf ◦ Plast minder ◦ Moeder heeft wat blauwe plekken gezien Wat zou je aan onderzoek doen? A. Faeceskweek B. Lab onderzoek: nierfuncties, bloedbeeld, diff, LDH C. Urine onderzoek D. Alle bovenstaande Salmonella Gastroenteritis Tyfeuze Salmonella ◦ Non tyfeuze ◦ Salmonella typhi Salmonella ◦ Salmonella paratyphi Salmonella - bacteriologie ◦ Gram-negatieve staafjes ◦ Enterobacteriaceae ◦ Beweeglijk ◦ Non-lactose fermenters ◦ Produceert H2S Non tyfeuze Salmonella ◦ Zoönose ◦ Overdracht via besmette dierlijke producten ◦ Incubatietijd 6-48 uur ◦ > 2000 serotypes (verschillen in celwand (O) en flagella (H) antigeen) ◦ 2 Soorten belangrijkste: Salmonella enterica en S. choleraesuis Non Tyfeuze Salmonella ◦ Invasie van epitheelcellen in dunne darm ◦ Verspreiding naar epitheelcellen ◦ Vrijkomen van prostaglandines, activatie cAMP, vloeistof secretie ◦ Diarree ◦ Zelfde mechanisme als bij Shigella en Yersinia Non tyfeuze Salmonella ◦ Milde gastro-enteritis (ook braken) ◦ Geen bloed of slijm ◦ Klachten houden 3-7 dagen aan ◦ Self limiting ◦ Sepsis ◦ Orgaanbetrokkenheid - osteomyelitis, pneumonie, meningitis – cave patiënten met HIV Tyfeuze Salmonella 4 Stadia van ziekte ◦ Typhoid fever ◦ Carrier state ◦ Sepsis ◦ Gastroenteritis Typhoid fever Eerste week ◦ “Stepwise fever” en bacteriemie ◦ Relatieve bradycardie Tweede week: ◦ Buikpijn. Diarree / obstipatie ◦ Rose spots Derde week ◦ Hepatosplenomegalie ◦ Darmbloeding en perforaties (hyperplasie Peyers patches) ◦ Peritonitis en bacteriëmie Diagnose ◦ Bloedkweken Positief in 50-70% ◦ Faeceskweken Positief in 30-40% ◦ Serologie Behandeling Prognose ◦ Vóór gebruik van antibiotica: ◦ Mortaliteit >15% ◦ Langdurig ziek ◦ 10% Relapse ◦ 4% chronisch dragerschap ◦ Met behandeling: mortaliteit 1 jaar ◦ Hoger risico bij mensen met galstenen ◦ Eradicatie overwegen bij immuungecompromitteerden en mensen in bepaalde beroepen Preventie ◦ Eet geen rauw / onvoldoende gekookt vlees, rauwe eieren ◦ Handen wassen na contact met dieren ◦ Mensen in de voedselindustrie mogen pas werken na negatieve testen Casus 5 ◦ Vrouw, 45 jaar ◦ Komt op de SEH. Sinds een week koorts, buikpijn, obstipatie. ◦ RR 110/70, pols 75, temp 38,5 Buik pijnlijk bij onderzoek, geringe hepatosplenomegalie ◦ Bloedkweken: Salmonella typhi, gevoeligheid volgt ◦ Welk antibioticum geef je? A. Augmentin B. Ceftriaxon of cefotaxim C. Nitrofurantoine E. coli ◦ Gram negatieve bacterie ◦ Familie Enterobacteriaceae ◦ Meeste vormen leven als commensaal in de darm en geven geen ziekte ◦ Aantal pathogene stammen Diarree vormende E. coli ◦ 6 verschillende pathogene mechanismen (& verschillende epidemiologie) ◦ Enterpoathogenic E. coli (EPEC) ◦ Enterohemmorhagic E. coli (EHEC) ◦ Enteroaggregative E. coli (EAEC) ◦ Enterotoxigenic E. coli (ETEC) ◦ Enteroinvaisve E. coli (EIEC) ◦ Diffuse-aggregative E. coli (DAEC) Enteropathogenic E. coli (EPEC) ◦ Belangrijkste oorzaak van diarree bij kinderen in ontwikkelingslanden ◦ Nauwelijks bij volwassenen ◦ Transmissie via faecaal – orale route ◦ Produceert geen toxines Enterohemorrhagic E. coli (EHEC) ◦ Productie van “Shiga toxin” ◦ Dit is belangrijkste virulentie factor van deze groep E. coli ◦ Kliniek: hemorragische colitis ◦ Hemolytisch syndroom ◦ Acuut nierfalen, anemie, trombocytopenie, neurologische complicaties ◦ Veel serotypes, meest voorkomende O157:H7 Enteroaagregative E. coli ◦ Waterige diarree ◦ Bijmening van slijm ◦ Met of zonder bloed ◦ Buikpijn, braken, laaggradige koorts ◦ Meestal acute en self limiting diarree ◦ Soms duur >14 dagen Enterotoxogenic E. coli (ETEC) ◦ Frequente oorzaak van diarree bij kinderen in ontwikkelingslanden en reizigers ◦ Kolonisatie factoren zorgen voor binding aan celmembraan van dunne darm ◦ Plasmide geassocieerde enterotoxines komen dan vrij ◦ Daardoor waterdunne diarree Enteroinvasive E. coli (EIEC) ◦ Invasie van colon cellen ◦ Specifiek voor mucosa van dikke darm ◦ Endocytose ◦ Verspreiding naar naast liggende cellen ◦ Weefsel vernietiging, ontsteking, necrose en ulceratie ◦ Diarree met bloed en slijm ◦ Moeilijk te onderscheiden van Shigella Behandeling ◦ Supportive care ◦ Meestal self limiting – antibiotica niet nodig ◦ Bij ernstig zieke patiënten of langdurige klachten wel behandelen ◦ Azitromycine of ciprofloxacine Clostridium difficile ◦ Sporen vormende, toxine producerende, gram positieve anaerobe bacterie ◦ Antibiotica geassocieerde colitis ◦ Meestal uitgelokt door fluorquinolonen, clindamycine, cefalosporines, penicillines Clostridium - klachten ◦ Waterige diarree ◦ Buikpijn ◦ Koorts ◦ Misselijkheid ◦ Anorexie Behandeling Antibiotica ◦ Vancomycine ◦ Fidaxomycine ◦ Metronidazol Behandeling – wat is dit? Faeces transplantatie ◦ Bij ernstige ziekte kan dit overwogen worden ◦ Via duodenumsonde of klysma ingebracht ◦ Levert “gezonde bacteriën” aan Take home message ◦ Diverse oorzaken van diarree ◦ Cholera – rijstwater diarree ◦ Behandeling: vooral rehydreren ◦ Campylobacter jejuni – meestal mlide gastro-enteritis, self limiting ◦ Shigella – gecompliceerd door HUS, reactieve artritis ◦ Salmonella – niet tyfeus – gastro-enteritis ◦ Tyfoid fever – drie fasisch ziektebeeld ◦ E. coli – verschillende soorten ◦ Clostridium – AB geassocieerde colitis Alvast voor groepsopdrachten Cijfer Inhoud 10 Inhoudelijk uitstekend, heel mooie dia’s, uitstekende presentatie 8 Inhoudelijk goed, dia’s duidelijk, presentatie goed 6 Inhoudelijk redelijk, dia’s redelijk en presentatie redelijk 4 Inhoudelijk niet volledig, dia’s te vol of te leeg, presentatie matig 2 Inhoudelijk onvolledig, incomplete dia’s, geen goede presentatie Vragen? Bronnen ◦ UpToDate ◦ Swab richtlijn antimicrobiële therapie voor acute infectieuze diarree ◦ NHG standaard

Use Quizgecko on...
Browser
Browser