Overzicht Hormonen Samenvatting - Vergelijkende Biologie PDF

Summary

Dit document is een overzicht van hormonen en hun functies, met een vergelijkende blik. Het behandelt neurosecretie, verschillende typen hormonen en hun effecten. Geschikt voor een universitaire cursus vergelijkende biologie of fysiologie.

Full Transcript

lOMoARcPSD|33183152 Hormonen Neurosecretische Worden gevormd door een zenuwcel en langs het axon tot in de hormonen nabijheid van een bloedbaan getransporteerd. In...

lOMoARcPSD|33183152 Hormonen Neurosecretische Worden gevormd door een zenuwcel en langs het axon tot in de hormonen nabijheid van een bloedbaan getransporteerd. In vertebraten : - GHRH : groeihormoon-releasinghormoon - CRH : corticotropin-releasinghormoon, regelt de afgife van adrenocorticotroop - GnRH : gonadoliberin- of gonadotropin-releasinghormoon - TRH : thyroidhormoon-releasinghormoon - Pro-opiomelanocortin : gemaakt in hypofyse HYPOTHALAMUS RH = releasing hormone  Activeert de secretie van adenohypofyse – hormonen Inhibiting hormones Inhibeert de secretie van adenohypofyse-hormonen NP-Y Stimulatie voedselopname Alpha-MSH Vermindert voedselopname ADENOHYPOFYSE : voorkwab + pars tuberalis + pars intermedia Somatotropine = groeihormoon of groeistimulerend hormoon  Werkt in op de groei van de lange beenderen : been gaan groeien, proteïnen worden aangemaakt en vet wordt afgebroken  Stimuleert de melkproductie bij runderen  Stimulatie van de afgifte van glucagon door de pancreas Gonadotrope  FSH = Follikel stimulerend hormoon hormonen o Stimuleren de ontwikkeling van Graafse follikels : blaasjes in de eierstokken, waarin de eitjes ontwikkelen o Stimuleert Sertoli cellen tot spermatogenese en secretie van inhibine (oefent samen met testosteron negatieve feedback uit op LH en FSH)  LH = Luteïniserend hormoon o Stimuleren ovulatie en de ontwikkeling van het corpus luteum o Ontwikkeling van zaadbuisjes en tussenliggend weefsel (Leydig cellen stimuleren om testosteron te secreteren)  Stimuleren de secretie van oestrogenen door follikelcellen van ovarium en andro Prolactine Stimuleert de melkklierontwikkeling en lactatie :  Bij vertebraten heeft het +100 functies die vooral te maken hebben met reproductie en osmoregulatie  Bij vogels stimuleert het secretievorming in de krop om jongen te voeden ACTH = Adrenocorticotroop hormoon  Stimuleert vrijstelling van glucocorticoïden (stimuleren gluconeogenesis) door de cortex van de bijnieren TSH = thyroid stimulerend hormoon Stimuleert de groei van en secretie door de schildklier Endorfines = endogene morfines  Groep peptiden die binden aan opiate receptoren en 1 Téléchargé par Pierre Lui ([email protected]) lOMoARcPSD|33183152 lichaamseigen pijnstillers zijn  Worden soms ook door zenuwcellen aangemaakt MSH = melanofoorstimulerend hormoon  Geen duidelijke functie bij de mens  Bij bepaalde vissen, amfibieën en reptielen stimuleert het de spreiding van pigmentkorrels in melanofoorcellen van de huid zodat ze donkerder wordt. NEUROHYPOFYSE : achterkwab + eminentia mediana ADH = antidiuretisch hormoon = vasopressine  Hypothalamus – hypofyse (neurohypofyse)  Verhoogde osmolariteit in bloed meten – verhoogde reabsorptie van water in de nieren waardoor er minder urine wordt aangemaakt = dorstgevoel  Meer ADH = meer water reabsorptie in verzamelbuis = geconcentreerde urine (insertie van aquaporine-2kanalen)  ADH verhoogt doorlaatbaarheid in wand van distale tubulus + in verzamelbuisje voor ureum draagt bij tot hypertone medulla OT = oxytocine  Opgebouwd uit 9 AZ  Stimuleert melkejectie en uteruscontracties tijdens arbeid bij zoogdieren  Reguleert voortplantingsgedrag  Knuffelhormoon = versterkt band in relaties THYROIDEA Thyroxine Vooral in perifere weefsels omgezet in veel actievere triiodothyronine. Daarnaast reguleert/stimuleert het het algemene metabolisme en de seksuele ontwikkeling  Ziekte van Basedow : te veel thyroxine afscheiden waardoor men uitpuilende ogen krijgt, hypernerveus wordt, de hartslag en ademhaling stijgt en gewichtverlies krijgt  Cretinisme : te weinig thyroxine afscheiden (bij kinderen) zorgt voor een mentale achterstand, lusteloosheid, een lage metabolische activiteit en kropvorming  Myxoedeem : te weinig thyroxine afscheiden (bij volwassen) zorgt voor lusteloosheid, lage metabolische activiteit, kropvorming Calcitonine Verhindert afbraak van been en zorgt ervoor dat calciumgehalte in het bloed niet te hoog wordt. Het werkt tegengesteld aan het parathormoon. PARATHYROIDEA Parathormoon Antagonist van calcitonine : verhoogt calciumgehalte in het bloed en vermindert het fosfaatgehalte  Extra calcium door botafbraak of reabsorptie in nieren  Activeert vitamine D  Te weinig parathormoon : spiercontracties(krampen) soms met dood als gevolg  Te veel parathormoon : ontkalking van de beenderen  Melkziekte : bij koeien is na het kalven het calciumgehalte te laag omdat de bijschildklieren de verhoogde calciumvraag van melkklieren niet meer kunnen bijhouden THYMUS 2 Téléchargé par Pierre Lui ([email protected]) lOMoARcPSD|33183152 Thymosine Werkt in op het immuunsysteem en zorgt ervoor dat T-lymphocyten aangemaakt kunnen worden HART ANF Peptidehormoon dat bij verhoogde bloeddruk vrijkomt uit de atriale wand om de reabsorptie van Na+ ionen te onderdrukken in de nieren. Daardoor is er minder recuperatie van water waardoor de bloeddruk daalt SPIJSVERTERINGSSTELSEL Gastrine Afgescheiden door slijmvlies van het pylorische gebied in de maag. Het zet maagklieren aan tot de secretie van HCl en pepsinogeen Secretine Afgescheden door mucosacellen van duodenum  stimuleert de pancreas en dunne darm tot vrijzetten van carbonaationen (natriumbicarbonaat) CCK = Cholecystokinine-pancreazym Afgegeven door duodenum en werkt in op pancreas voor de vrijstelling van pancreasenzymen. Stimuleert ook de galblaas tot afgifte van galvloeistof. GIP = Glucoseafhankelijk insulinotropisch polypeptide Afgegeven door duodenum en vermindert de maagcontracties Leptine Afgegeven door vetweefsel en zorgt voor een verzadigingsgevoel PANCREAS Insuline Reduceert bloedsuikerspiegel en reguleert de opname van glucose door de spiercellen, door de cellen die vet of glycogeen maken of door bindweefselcellen  Suikerziekte : niet genoeg insuline geproduceerd waardoor het suikergehalte in het bloed te hoog is.  Te veel insuline : lijkt op dronkentoestand en kan verholpen worden door suiker te eten Glucagon Werkt antagonistisch aan insuline en zorgt voor een verhoogde bloedsuikerspiegel. NIEREN Renine Verminderde bloeddoorstroming zorgt voor verhoogde water en natrium absorptie in de nier = verminderde urine aanmaak = renine- angiotensine-aldosterone systeem  Aangevoeld door cellen in juxtaglomerulair apparaat : zetten renine vrij, dat vormt angiotensinine II wat bloedvatconstrictie stimuleert + vrijzetten van aldosterone  verhoogt NaCl en water reabsoptie en K+ secretie in distaal buisje Erythropoëtine Stimuleert de aanmaak van nieuwe rode bloedcellen in beenmerg BIJNIEREN Adrenaline >Medulla Kan plots in verhoogde concentratie afgescheiden worden bij angst of woede, maakt het snel mobiliseren van energie in het lichaam mogelijk om te vluchten of vechten :  Glycogeen wordt sneller naar glucose omgezet  Hartslag versnelt en bloedvaten worden wijder  Spierbewegingen in darm vertraagt en het bloed mobiliseert naar hersenen en skeletspieren  De gladde spieren van bronchiolen ontspannen (bij astma- aanval wordt adrenaline toegediend) Noradrenaline >Medulla 3 Téléchargé par Pierre Lui ([email protected]) lOMoARcPSD|33183152 Zorgt voor vasoconstrictie en beïnvloedt in mindere mate de bloedsuikerspiegel en contractie van gladde spieren Mineralocorticoïden >Cortex Reguleren de Na+ en K+ huishouding  Aldosterone : bevordert Na+ reabsorptie en K+ secretie door nieren met als gevolg effecten op het bloedvolume en bloeddruk Glucocorticoïden >Cortex Reguleren het metabolisme van polysachariden, vetten en eiwtten + helpen het lichaam om stresssituaties aan te kunnen  Cortisone, cortisol en corticosterone Geslachtshormonen >Cortex In kleinere hoeveelheden gesynthetiseerd  Oestrogenen, andorgenen, progesteron GONADEN Testosteron >testis Geproduceerd door Leydig-cellen tussen de tubuli seminiferi. Zij doen de secundaire geslachtskenmerken en typisch mannelijk gedrag verschijnen en onderhouden deze.  Stimuleren ontwikkeling van reproductie organen en stimuleren spermatogenese  Is ook verantwoordelijk voor groeispurt tijdens puberteit Oestrogeen >ovarium Samen met oestradiol afgescheiden door Graafse follikels van juist voor de puberteit tot aan de menopauze Oestradiol >ovarium Bij zoogdieren in het algemeen zorgt het voor vrouwelijk gedrag en seksuele rijping  Stimuleert secundaire geslachtskenmerken bij vrouwen  Stimuleert groei van reproductie organen en voorbereiding op menstruatie/zwangerschap Progesteron >ovarium, het gele lichaam Bereidt samen met oestradiol de uterus voor op implantatie van een embryo en het verhindert de contractie van de uterusspieren tijdens de eerste maanden van de zwangerschap.  Tijdens 2de helft van zwangerschap veel afgescheiden door placenta  Stimuleert ook ontwikkeling van melkklieren Relaxine >ovarium, placenta Juist voor de geboorte afgescheiden en zorgt ervoor dat de ligamenten van de bekkengordel losser worden 4 Téléchargé par Pierre Lui ([email protected])

Use Quizgecko on...
Browser
Browser