KG Vragen Opgelost - Verlichting & Napoleon PDF

Summary

This document contains solved questions about the Enlightenment and Napoleon's influence on the arts in France. It explores key aspects of the Enlightenment, including rationalism, empiricism, and humanism. The document also analyzes Napoleon's political and cultural impact on France, including his role in the arts.

Full Transcript

KG vragen opgelost compleet 1.PPT INTRO + VAN VERLICHTING NAAR ROMANTIEK Bespreek de belangrijkste aspecten van de Verlichting. De Verlichting (ca. 1700-1800) De Verlichting was een intellectuele en culturele beweging in de 18e eeuw, waarin het rationele denken en de bevrijding van de mens centr...

KG vragen opgelost compleet 1.PPT INTRO + VAN VERLICHTING NAAR ROMANTIEK Bespreek de belangrijkste aspecten van de Verlichting. De Verlichting (ca. 1700-1800) De Verlichting was een intellectuele en culturele beweging in de 18e eeuw, waarin het rationele denken en de bevrijding van de mens centraal stonden. 1. Humanisme  De mens en zijn wereld staan opnieuw centraal.  De focus ligt op menselijke waardigheid, vrijheid en het vermogen om zelf na te denken. 2. Rationalisme  Rede (ratio) wordt gezien als de bron van alle kennis.  Filosofen zoals René Descartes (cogito ergo sum: "ik denk, dus ik ben") benadrukken dat logisch redeneren leidt tot waarheid. 3. Empirisme  Ervaring en waarneming zijn de bronnen van kennis.  Filosofen zoals David Hume, George Berkeley en John Locke stellen dat kennis voortkomt uit zintuiglijke ervaringen.  Locke introduceerde het idee van de mens als een tabula rasa (onbeschreven blad). 4. Encyclopedieën  Denis Diderot en Jean d'Alembert creëerden de Encyclopédie, een poging om alle kennis van hun tijd systematisch vast te leggen en toegankelijk te maken.  Dit symboliseert het geloof in educatie en kennisverspreiding. 5. Vooruitgangsideaal  De Verlichting promoot het idee van vooruitgang: door rede en kennis kan de mens zich bevrijden uit onwetendheid en bijgeloof.  Immanuel Kant formuleert dit in zijn motto "Sapere aude" (Durf te denken!) als oproep om zelf te denken en mondig te zijn. 6. Mensbeeld  De mens wordt gezien als een rationeel, autonoom individu dat in staat is zijn eigen leven te sturen.  Dit staat in contrast met het traditionele, religieus gedomineerde wereldbeeld. 7. Terugkeer naar de Klassieke Oudheid  Filosofen en kunstenaars herontdekken de idealen van de Grieks-Romeinse cultuur, zoals vrijheid, redelijkheid en esthetiek.  De klassieke oudheid dient als inspiratiebron voor denken en kunst. Samenvatting De Verlichting benadrukte rationalisme, empirisme en het geloof in vooruitgang. De mens wordt gezien als een autonoom, rationeel wezen dat door kennis en rede kan groeien. Encyclopedieën symboliseren de poging om kennis te verspreiden en de herontdekking van de klassieke oudheid versterkte de idealen van vrijheid en redelijkheid. Kort: Wat is rationalisme? Wat is empirisme? Wat is humanisme? Bespreek met voorbeelden hoe in de Verlichting het nastreven van objectieve, wetenschappelijke kennis centraal kwam te staan en hoe dat onze kijk op de wereld en de ruimte rondom ons veranderde (de Encyclopedie, Descartes, Delambre en Méchain)… Wat is rationalisme? Rationalisme stelt dat rede (logisch denken) de bron van alle kennis is.  Voorbeeld: René Descartes gebruikte cartesiaanse twijfel (alles in twijfel trekken) om zekerheden te vinden. Zijn beroemde uitspraak is: "Cogito ergo sum" ("Ik denk, dus ik ben"). Wat is empirisme? Empirisme stelt dat ervaring en waarneming de bron van kennis zijn.  Voorbeeld: Filosofen zoals John Locke en David Hume geloofden dat kennis voortkomt uit wat we via onze zintuigen waarnemen. Locke beschreef de mens als een tabula rasa (onbeschreven blad), die kennis opdoet door ervaring. Wat is humanisme? Humanisme plaatst de mens centraal en benadrukt menselijke waardigheid, vrijheid en het vermogen om zelf te denken.  Voorbeeld: In de Verlichting geloofden denkers dat de mens, door kennis en rede, zichzelf en de wereld kon verbeteren. Objectieve, wetenschappelijke kennis in de Verlichting Tijdens de Verlichting kwam het streven naar objectieve en systematische kennis centraal te staan, wat onze kijk op de wereld veranderde. 1. De Encyclopédie (Diderot en d’Alembert)  Doel: Het verzamelen en systematiseren van alle kennis in 28 delen (1751-1772).  Visualisatie: Nieuwe gedetailleerde afbeeldingen van wetenschappelijke processen, machines en beroepen boden een nieuwe kijk op de wereld.  Impact: Het symboliseerde de Verlichting en het idee dat kennis kon leiden tot vooruitgang en verbetering van de mensheid. 2. René Descartes  Hij paste rationalisme toe door ruimte en objecten wiskundig te beschrijven.  Met analytische meetkunde toonde Descartes aan dat ruimte en volume objectief konden worden weergegeven via wiskundige formules. Dit legde de basis voor moderne natuurkunde. 3. Delambre en Méchain  Zij pasten wetenschappelijke methodes toe bij de meting van de aarde (het bepalen van de meter als standaardmaat).  Door nauwkeurige metingen werd ruimte objectief vastgelegd, wat leidde tot een uniforme kijk op de wereld. Dit veranderde hoe mensen hun omgeving begrepen en beschreven. Conclusie In de Verlichting veranderde het nastreven van objectieve kennis onze kijk op de wereld: kennis werd systematisch verzameld (Encyclopédie), ruimte werd wiskundig beschreven (Descartes) en nieuwe meetmethodes brachten nauwkeurigheid in hoe we de ruimte rondom ons begrijpen (Delambre en Méchain). Dit alles versterkte het geloof in vooruitgang en de kracht van menselijke rede. Bespreek hoe er in de Verlichting nieuwe idealen nagestreefd werden op politiek vlak (Kant, de Amerikaanse en Franse Revolutie, Napoleon,…) 1. Immanuel Kant en Verlichting  Kant's definitie van Verlichting: Verlichting is de bevrijding uit onmondigheid door het gebruik van het eigen verstand.  Citaat: “Heb de moed je eigen verstand te gebruiken!” (Sapere aude).  Hij pleitte voor vrijheid van denken en stelde zich kritisch op tegenover de beperkingen opgelegd door autoriteiten zoals de kerk, staat en militairen.  Volgens Kant bevond de samenleving zich in een overgangsfase: het was nog geen volledig verlichte tijd, maar een stap in de richting van vrijheid en mondigheid. 2. De Amerikaanse Revolutie (1775-1783)  De ideeën van de Verlichting over vrijheid, gelijkheid en volkssoevereiniteit inspireerden de Amerikaanse kolonisten.  Declaration of Independence (1776): Verklaarde dat iedereen recht heeft op “Life, Liberty, and the pursuit of Happiness.”  Slogan: “No taxation without representation” symboliseerde het verzet tegen Britse belastingen zonder politieke inspraak.  Deze revolutie toonde aan dat Verlichtingsidealen in de praktijk konden worden gebracht en leidde tot de oprichting van een democratische republiek. 3. De Franse Revolutie (1789)  Geïnspireerd door de Amerikaanse Revolutie en Verlichtingsfilosofen zoals Rousseau en Montesquieu.  Centraal stonden de waarden: o Liberté (vrijheid): Individuele rechten en vrijheid van meningsuiting. o Égalité (gelijkheid): Gelijke rechten voor iedereen, ongeacht afkomst. o Fraternité (broederschap): Samenwerking en solidariteit onder burgers.  De Verklaring van de rechten van de mens en burger (1789) legde fundamentele vrijheden vast zoals gelijkheid voor de wet en vrijheid van meningsuiting.  De revolutie leidde tot een maatschappelijke omwenteling: het einde van het absolutisme en het ancien régime (oude orde). 4. Napoleon Bonaparte (1769-1821)  Napoleon bouwde voort op de idealen van de Franse Revolutie maar combineerde deze met autoritair bestuur.  Code Civil (Napoleontische Code): Een nieuwe wetgeving die: o Gelijke rechten en plichten voor alle burgers vastlegde. o Het burgerlijk recht moderniseerde. o Bijdroeg aan uniformiteit in wetten, maten en gewichten.  Zijn militaire successen (zoals Austerlitz in 1805) versterkten zijn macht, maar nederlagen bij Trafalgar en de veldtocht naar Rusland (1812) leidden uiteindelijk tot zijn val.  Napoleons erfenis: Hij verspreidde Verlichtingsideeën en moderniseerde bestuurssystemen in heel Europa, ondanks zijn keizerlijke ambities. Conclusie Tijdens de Verlichting werden politieke idealen zoals vrijheid, gelijkheid en volkssoevereiniteit nagestreefd. De Amerikaanse Revolutie en de Franse Revolutie brachten deze ideeën in de praktijk en veranderden de politiek door het afwijzen van autoritaire regimes. Napoleon bouwde verder op deze idealen door middel van hervormingen zoals de Code Civil, maar combineerde dit met eigen machtsambities. Dit alles markeerde een overgang naar moderne politieke systemen en een nieuwe kijk op de rol van de burger in de samenleving. Bespreek de invloed die Napoléon had op de ontwikkeling van de kunsten in Frankrijk (kunstpatrimonium, Ecole des Beaux Arts,…) Napoleon Bonaparte had een aanzienlijke invloed op de ontwikkeling van de kunsten in Frankrijk. Hij gebruikte kunst en cultuur niet alleen als middel om zijn macht te legitimeren, maar ook om Frankrijk als cultureel centrum van Europa te versterken. 1. Kunstpatrimonium en culturele centralisatie  Napoleon liet kunstschatten en meesterwerken uit veroverde gebieden naar Parijs brengen.  Deze werken werden tentoongesteld in het Louvre, dat onder zijn bewind uitgroeide tot een belangrijk museum en symbool van Franse culturele macht.  Dit beleid had twee doelen: o Het versterken van de status van Frankrijk als centrum van kunst en cultuur. o Het stimuleren van imitatie van oude meesters door kunstenaars, wat het neoclassicisme bevorderde. 2. Bevordering van het neoclassicisme  Napoleon en zijn regering waren grote voorstanders van het neoclassicisme, een stijl die geïnspireerd was door de kunst en architectuur van de klassieke oudheid (Grieken en Romeinen).  Neoclassicisme weerspiegelde waarden zoals orde, discipline en heroïek, die aansloten bij Napoleons politieke idealen.  Kunst als propaganda: o Schilderijen en beeldhouwwerken benadrukten Napoleons overwinningen en leiderschap. o Voorbeeld: Jacques-Louis David, een vooraanstaand neoclassicistisch schilder, creëerde werken zoals De Kroning van Napoleon (1807). 3. De École des Beaux-Arts (1795)  Hoewel de École des Beaux-Arts al in 1795 werd opgericht, speelde Napoleon een cruciale rol in het versterken van de invloed en prestige van de school.  Hij zorgde ervoor dat de academische normen in de kunst werden gehandhaafd, met een sterke nadruk op klassieke technieken en studie van oude meesters.  De École des Beaux-Arts werd een toonaangevende instelling die talentvolle kunstenaars opleidde en de Franse kunstwereld domineerde. Conclusie Napoleon gebruikte kunst als een politiek instrument om zijn macht en de glorie van Frankrijk te benadrukken. Door het centraliseren van kunstschatten in Parijs, het stimuleren van het neoclassicisme en het versterken van instellingen zoals de École des Beaux-Arts, legde hij de basis voor een bloei van de kunsten in Frankrijk. Zijn nalatenschap op het gebied van kunst en cultuur leeft voort in de belangrijke instellingen en stijlen die tijdens zijn bewind werden bevorderd. Bespreek hoe er in de 18e eeuw een vernieuwde aandacht voor de Oudheid ontstond, die een sterke invloed op de kunsten zou hebben ( Opgravingen in Pompeï, het neoclassicisme, Winckelman…) In de 18e eeuw ontstond een vernieuwde aandacht voor de klassieke oudheid, die een sterke invloed had op de kunsten. Dit werd gemarkeerd door opgravingen in Pompeï, de opkomst van het neoclassicisme, en de invloed van Winckelmann. Hier volgt een gedetailleerde bespreking van deze ontwikkelingen: 1. Opgravingen in Pompeï en Herculaneum  Archeologische ontdekkingen in Pompeï en Herculaneum (begin 18e eeuw) brachten talloze kunstvoorwerpen en architecturale overblijfselen aan het licht.  Deze vondsten gaven een gedetailleerd inzicht in het dagelijks leven en de kunst van de Romeinen en Grieken, wat een hernieuwde interesse in de klassieke oudheid opwekte.  Inspanning op de kunst: Kunstenaars zoals Jacques-Louis David en Ingres werden geïnspireerd door de rationaliteit, de orde en de idealisering van de menselijke vorm in de klassieke kunst. 2. Het Neoclassicisme  Reactie op de barok: Het neoclassicisme was een reactie op de overdreven decoratie en emotionaliteit van de barok.  Kenmerken: Rationaliteit, heldere vormen en orde waren centrale thema’s. De kunst werd geïnspireerd door de klassieke oudheid en mythologie, en kunstenaars gebruikten morele waarden om idealen te communiceren.  Vormgeving: De menselijke figuur werd ideaal weergegeven met “edele eenvoud en stille grootsheid”, zoals te zien in het werk van David en Ingres. 3. Jean-Auguste-Dominique Ingres (1780-1867)  Leerling van Jacques-Louis David, maar bracht rebelse elementen in het neoclassicisme.  Controversiële werken zoals La grande odalisque (1814) tonen een overdreven anatomie en sensualiteit.  Dubbele boodschappen: Ingres’ werk bevat mythologische thema’s met ambigue, vaak donkere ondertonen, zoals in Oedipus en de Sphinx. 4. Winckelmann en de Klassieke Oudheid  Johann Joachim Winckelmann (1717-1768) was een belangrijke figuur in de 18e-eeuwse kunstgeschiedenis.  Hij promootte het idee dat de kunst van de klassieke oudheid de hoogste norm van schoonheid was.  Visie op kunst: Volgens Winckelmann diende kunst als een medium om morele waarden en ideale proporties over te brengen. Hij benadrukte de idealisering en het harmonieuze in de menselijke vorm. 5. De Grand Tour  De Grand Tour, een reis door Italië die door adellijke jongemannen werd ondernomen om de klassieke cultuur te ervaren, versterkte de belangstelling voor de oudheid.  Het maakte kunstenaars vertrouwd met antieke sites, beelden en architectuur, die vervolgens werden gereproduceerd in hun eigen werk.  Informatie en inspiratie: Opgravingen in Pompeï en Herculaneum, gecombineerd met de ervaringen van de Grand Tour, zorgden ervoor dat kunstenaars zoals David en Ingres een gedetailleerde en geïnformeerde benadering van de klassieke oudheid konden ontwikkelen. 6. De invloed van het neoclassicisme op de kunsten  Het neoclassicisme beïnvloedde niet alleen de schilderkunst, maar ook de beeldhouwkunst en architectuur.  Belangrijke werken zoals De eed der Horatiërs (1784) door David en De Dood van Marat (1793) gebruikten strakke composities en symmetrische vormen om morele boodschappen over te brengen.  De Ecole des Beaux-Arts in Parijs, opgericht tijdens de Franse Revolutie, zorgde voor een gestructureerde artistieke opleiding waarin klassieke thema’s en technieken werden onderwezen. Conclusie In de 18e eeuw werd de klassieke oudheid herontdekt, wat leidde tot een vernieuwe aandacht voor rationaliteit, orde en heldere vormen in de kunst. Opgravingen in Pompeï, de invloed van Winckelmann en de instelling van de Grand Tour inspireerden kunstenaars om het neoclassicisme te omarmen. Dit leidde tot werken die morele waarden en ideale proporties benadrukten, zoals in de werken van Jacques-Louis David en Ingres, en de oprichting van academische instellingen zoals de École des Beaux-Arts. Wat is empirisme? Wat is rationalisme? Wat is humanisme? (telkens heel kort)  Empirisme: Het geloof dat kennis wordt verworven door zintuiglijke ervaring en waarneming.  Rationalisme: Het idee dat rede en logisch denken de bron van alle kennis zijn, onafhankelijk van zintuiglijke ervaring.  Humanisme: Een filosofische en culturele beweging die de nadruk legt op menselijke waardigheid, onafhankelijkheid en het vermogen om zelf te denken en te kiezen. Wie is Immanuel Kant en welke stellingen neemt hij kort samengevat in in zijn essay ‘Wat is Verlichting?’ Antwoord in zo’n 3 zinnen Immanuel Kant was een Duitse filosoof uit de 18e eeuw die in zijn essay ‘Wat is Verlichting?’ stelde dat Verlichting betekent dat mensen zichzelf bevrijden uit onmondigheid door het gebruik van hun eigen verstand. Hij benadrukte de vrijheid van denken en verzet tegen beperkingen opgelegd door autoriteiten zoals de kerk, staat en militairen. Kant zag zijn tijd als een overgang naar een volledig verlichte samenleving. Wie is René Descartes? (noem de twee dingen waarvoor hij de geschiedenis is ingegaan) René Descartes is de geschiedenis ingegaan als: 1. Grondlegger van het rationalisme, waarbij hij stelde dat kennis voortkomt uit het gebruik van de rede en dat twijfel een vertrekpunt is voor alle denken. 2. Grondlegger van de analytische meetkunde, die het mogelijk maakte om geometrische problemen op te lossen met algebraïsche methoden, wat een belangrijke ontwikkeling in de wiskunde was. Wat zijn de kenmerken van het neoclassicisme? Het neoclassicisme, dat zich vooral manifesteerde in de 18e eeuw, kenmerkt zich door de volgende kenmerken: 1. Reactie op barok: Terugkeer naar rationaliteit, orde en heldere vormen, afkerig van de overdadigheid en dynamiek van de barokstijl. 2. Inspiratie: De kunst en architectuur werden sterk beïnvloed door de klassieke oudheid en mythologie, waarbij de nadruk lag op harmonie en idealisering van menselijke vormen. 3. Morele waarden: Kunst diende als medium voor moraal en idealen, waarbij de nadruk lag op het uitbeelden van heldhaftige deugden en nobele eenvoud zoals beschreven als “edele eenvoud en stille grootsheid”. Wie omschreef het neoclassicistische esthetische ideaal als “Edele eenvoud en stille grootsheid”? of: ‘Wie was Winckelmann en wat waren enkele van zijn standpunten over kunst?’ Het neoclassicistische esthetische ideaal werd omschreven door Johann Joachim Winckelmann als “Edele eenvoud en stille grootsheid”. Winckelmann (1717-1768) was een Duitse kunsthistoricus die een belangrijke invloed had op de ontwikkeling van het neoclassicisme. Hij benadrukte de waarden van harmonie, evenwicht en deugden in kunstwerken uit de klassieke oudheid. Winckelmann stelde dat kunst diende als een medium om morele en universele idealen uit te beelden, en hij geloofde dat de schoonheid van de klassieke kunst de menselijke ziel verhevenheid en rust bracht. Bespreek (eventueel aan de hand van De Dood van Marat hoe het neoclassicisme kan samenhangen met politieke idealen. Het neoclassicisme kan sterk worden verbonden met politieke idealen, en dit wordt duidelijk geïllustreerd door het beroemde schilderij De Dood van Marat van Jacques-Louis David (1793). Dit werk vormt een uitstekend voorbeeld van hoe kunst in de neoclassicistische stijl werd ingezet om politieke boodschappen over te brengen en idealen van de Verlichting uit te drukken. Hoe het neoclassicisme politieke idealen weerspiegelt: 1. Morele waarden: In het neoclassicisme stond kunst vaak in dienst van de samenleving, met als doel morele en politieke idealen uit te beelden. In De Dood van Marat, schildert David de radicale revolutionair Jean-Paul Marat die net is vermoord, als een martelaar voor de revolutionaire zaak. Dit werk symboliseert deugd, opoffering en moed, welke centrale thema’s waren in de neoclassicistische kunst. 2. Esthetiek als propaganda: David gebruikte heldere, ideale vormen om Marat neer te zetten als een heilige figuur. De compositie is strak en symmetrisch, en Marat wordt afgebeeld in een heroïsche pose, als een martelaar. Dit illustreert de neoclassicistische nadruk op edele eenvoud en stille grootsheid, waar de uitstraling van Marat zijn rol in de revolutie verheerlijkt. 3. Verlichting en revolutie: Het neoclassicisme was nauw verbonden met de politieke en sociale idealen van de Verlichting, zoals vrijheid, gelijkheid en broederschap. De Dood van Marat toont deze waarden door middel van klassieke elementen en symbologie. David’s werk benadrukt dat kunst diende als een middel om revolutionaire idealen te propageren en het publiek te beïnvloeden. In verband met De Dood van Marat:  Gebruik van iconografie: Het schilderij maakt gebruik van iconografische elementen die de revolutie verheerlijken. Marat ligt dood in een bad, wat zijn rol als beschermer van het volk symboliseert. Dit beeld maakt duidelijk dat zijn dood niet alleen een persoonlijk verlies is, maar een tragische martelaarsdood voor de vrijheid.  Politieke impact: Het werk diende als een krachtige herinnering aan de noodzaak van revolutie en als oproep tot actie. David’s keuze om Marat af te beelden in deze iconische houding en stijl bevestigde zijn rol als een symbolische figuur in de Franse Revolutie. In de besproken werken van Wright of Derby, Ingres en Piranesi zien we aspecten van de Verlichting en/of stijlkenmerken van het neoclassicisme, maar we zien ook al bepaalde gevoeligheden, thema’s of kenmerken van de Romantiek. Ben in staat die per werk te bespreken. 1. Joseph Wright of Derby - Experiment met een vogel in een vacuümpomp (1768)  Verlichting: Dit werk is een perfect voorbeeld van de Verlichting, waarin nadruk wordt gelegd op wetenschappelijk onderzoek en nieuwsgierigheid. Wright toont een experiment met een vogel in een vacuümpomp, waarbij de toeschouwer (een wetenschapper en een jong meisje) gefascineerd kijken naar de werking van de natuurwetten. Het schilderij benadrukt de kracht van rede en de mogelijkheden van menselijke kennis.  Romantiek: Ondanks deze rationele benadering van het thema, creëert Wright een dramatische, emotionele sfeer door gebruik te maken van fel licht en schaduwen, wat een gevoel van verwondering en mysterie oproept. De gedempte achtergrond en de intense focus van de figuren onderstrepen de complexiteit van de menselijke ervaring en de relatie tussen de natuur en de menselijke kennis, een belangrijk kenmerk van de Romantiek. 2. Jean-Auguste-Dominique Ingres - Oedipus en de Sfinx (1808)  Neoclassicisme: Ingres’ Oedipus en de Sfinx weerspiegelt de neoclassicistische esthetiek door de geometrische precisie, de heldere, harmonieuze compositie en de idealisering van de menselijke figuren. Oedipus wordt afgebeeld met een gedempte kleurstelling en een kalme, bedachtzame houding, wat zijn intellectuele zoektocht naar de waarheid symboliseert.  Romantiek: Tegelijkertijd bevat het werk elementen van de Romantiek. De Sfinx, symbool van raadsel en mysterie, introduceert een element van onverklaarbaarheid en een diepere duisternis die moeilijk te verklaren is. De geheimzinnigheid en het raadselachtige van de Sfinx versterken de emotionele en psychologische diepgang van het werk, een kenmerk van de Romantiek die verder gaat dan de oppervlakkige esthetiek van het neoclassicisme. 3. Jean-Auguste-Dominique Ingres - De baadster van Vanpinçon (1808)  Neoclassicisme: Dit werk toont de invloed van de neoclassicistische stijl in de strakke compositie, de verfijnde lijnen en de ideale weergave van de vrouw. De baadster is afgebeeld met een rustige, sereen-uitziende houding, benadrukt door de neutrale kleurstelling en het gebruik van lichteffecten. Deze kenmerken illustreren de neoclassicistische interesse in harmonie, balans en deugden.  Romantiek: Ingres slaagt er echter in om subtiele romantische gevoeligheden weer te geven, zoals de suggestie van innerlijke emoties en een meer intieme, persoonlijke connectie met het subject. De baadster’s uitstraling suggereert meer dan de oppervlakkige schoonheid die door de neoclassicistische stijl werd gevierd. Er is een hint van melancholie en introspectie, wat de overgang naar de Romantiek markeert. 4. Giovanni Battista Piranesi  Neoclassicisme: Piranesi’s werk, vooral de Carceri d’invenzione serie, toont de neoclassicistische interesse in de oude architectuur en ruïnes, waarbij de kunstenaar gedetailleerde gravures maakte van onrealistische, labyrinthachtige gevangenissen. Deze werken weerspiegelen de neoclassicistische fascinatie voor ruimtelijke ordening, grootsheid en deugd.  Romantiek: Piranesi’s gravures lopen echter verder en tonen al vroege romantische kenmerken. Ze zijn gevuld met duisternis, verval en onherbergzaamheid, wat verwijst naar de menselijke conditionele angst, het onbekende en de gewaarwording van het sublieme. De mysterieuze en vaak overrompelende architectuur in de Carceri d’invenzione versterkt de gevoelens van vervreemding en melancholie, die centraal staan in de Romantiek. Door deze werken heen zien we hoe de kunst van de 18e eeuw een overgang maakte van het rationele en heroïsche van het neoclassicisme naar de emotionele, introspectieve en persoonlijke van de Romantiek. Dit proces wordt weerspiegeld in de keuze van thema’s, de compositie en de manier waarop kunstenaars de menselijke ervaring in hun werk verbeelden. Werken: - De eed van de Horatii Jacques- Louis David neoclassicisme 1784 - De dood van Marat Jacques- Louis David neoclassicisme 1793 - Experiment met een vogel in een vacuümpomp Verlichting naar romantiek Joseph Wright of Derby 1768 - Oedipus en de Sfinx Jean-Auguste Dominique Ingres neoclassicisme 1808 - De baadster van Vanpinçon Jean-Auguste Dominique Ingres neoclassicisme 1808 2.PPT ROMANTIEK Kunnen vertellen hoe de Romantiek ontstaat uit de Verlichting: enerzijds zet ze bepaalde tendensen voort, anderzijds zet ze zich juist af tegen de Verlichting. De Romantiek ontstaat uit de Verlichting door enerzijds bepaalde tendensen voort te zetten en anderzijds zich juist af te zetten tegen de Verlichting.  Voortzetting van tendensen: Veel van de idealen van de Verlichting, zoals vrijheid, individualiteit en het geloof in de rede, bleven invloedrijk in de Romantiek. De nadruk op rationaliteit en de overtuiging dat de menselijke rede in staat was om de wereld te begrijpen, zette de Romantiek voort. De nadruk op persoonlijke vrijheid en zelfexpressie uit de Verlichting werd omgezet in een streven naar persoonlijke autonomie en creativiteit in de Romantiek.  Afzetting tegen de Verlichting: Tegelijkertijd ontstond de Romantiek als een reactie tegen de beperkingen en het materialisme van de Verlichting. De groeiende invloed van de Industriële Revolutie en de rationalisering van de wereld leidde tot een teleurstelling in de Verlichting, die de wereld in steeds meer maat en controle probeerde te drukken. De Romantiek zette zich af tegen deze rationalisering door de nadruk te leggen op emotie, verbeelding en het onbekende. Ze bekritiseerde de Verlichting om haar te beperkte kijk op de wereld en benadrukte de beperking van de rede en het gevoel van vervreemding in de moderne, gedeciviliseerde wereld. In de Romantiek werd het menselijke gevoel en de verbeelding steeds belangrijker, wat een duidelijke afwijzing was van de Verlichting, die voornamelijk de nadruk legde op ratio en logica. De Romantiek probeerde het onbekende en het mysterieuze te omarmen, elementen die vaak als ontsnapping van de strikte regels en het mechanische van de Verlichting werden gezien. Geef de algemene kenmerken van de Romantiek (als tegenbeweging van de Verlichting) De algemene kenmerken van de Romantiek als tegenbeweging van de Verlichting zijn: 1. Betekenisvolle emoties en gevoelens: De Romantiek benadrukte gevoelens en emoties zoals passie, angst, eenzaamheid en vervreemding, die vaak als belangrijker werden beschouwd dan rede en verstandelijke kennis. Dit was een reactie op de Verlichting, die de nadruk legde op de rede en rationaliteit. 2. Verbeelding en intuïtie: De Romantiek legde de nadruk op de verbeelding en intuïtie als bronnen van kennis en creativiteit. Dit in tegenstelling tot de Verlichting, die vooral geloofde in logica en wetenschappelijke bewijsvoering. 3. Natuur en het sublieme: De Romantiek prees de ongetemde natuur en het sublieme – het gevoel van overweldiging en ontzag dat gepaard gaat met het aanschouwen van de macht en de grootsheid van de natuur. Dit stond in contrast met de Verlichting, die de wereld als rationeel en beheersbaar zag. 4. Individualisme en originaliteit: De nadruk lag op individualiteit en originaliteit, wat zich uitdrukte in de nadruk op persoonlijke creativiteit, expressie en het bijzondere in plaats van het algemene. De kunstenaar werd vaak gezien als een getormenteerd genie, die zich onderscheidde van de massa. 5. Onbekendheid en mysterie: De Romantiek richtte zich vaak op het onbekende, het mysterieuze en het vreemde. Dit aspect weerspiegelde een verlangen naar ontsnapping uit de bekrompen, geordende wereld van de Verlichting en een verlangen om het geheimzinnige en het onbereikbare te verkennen. 6. Afscheid van de burgerlijke maat en orde: De Romantiek was een reactie tegen de burgerlijke waarden van maat, orde en controle, die typerend waren voor de Verlichting. Men wilde ontsnappen aan de beperkingen van de burgerlijke samenleving en de geordende wereld van de Verlichting, en zochten vrijheid en spontaniteit. Deze kenmerken van de Romantiek weerspiegelen de afwijzing van de Verlichting en de zoektocht naar persoonlijke vrijheid, emotionele diepgang en een terugkeer naar de natuur. Wat verstaan we onder de ‘onttovering’ van de wereld? ‘Onttovering’ van de wereld verwijst naar het proces waarbij traditionele, magische en spirituele opvattingen over de wereld vervangen worden door een meer rationele en wetenschappelijke benadering. In de context van de Verlichting, die voorafging aan de Romantiek, betekende dit dat het wereldbeeld steeds meer werd gebaseerd op rede, logica en empirische kennis, in plaats van mystieke overtuigingen, religie en het bovennatuurlijke. De ‘onttovering’ van de wereld werd gekenmerkt door: 1. Rationalisering: De nadruk lag op het gebruik van de rede en de wetenschap om de wereld te verklaren. Men geloofde in de maakbaarheid van de wereld en de mens, waarbij alles kon worden geanalyseerd, begrepen en gecontroleerd door de menselijke verstand. 2. Verduistering van het mystieke: Magie, mythologie en religieuze ervaringen werden steeds minder geaccepteerd als manieren om de wereld te begrijpen. Het geloof in het bovennatuurlijke en het transcendente werd in toenemende mate vervangen door een wereldbeeld dat afhankelijk was van materiële bewijzen en wetenschappelijke verklaringen. 3. Secularisatie: Dit proces leidde tot een toename van secularisatie, waarbij de rol van religie in het dagelijkse leven en in de samenleving afnam. Mensen begonnen de wereld te zien als een plaats die verklaard kon worden door natuurwetten en wetenschappelijke principes, in plaats van door goddelijke interventie of religieuze overtuigingen. De Romantiek reageerde op deze ‘onttovering’ van de wereld door het gevoel van vervreemding en de beperkte kijk op de wereld die door de Verlichting werd opgelegd. Romantici zochten het onbereikbare, het mysterieuze en het onbekende en benadrukten de kracht van de verbeelding, intuïtie en emoties om de werkelijkheid te begrijpen, in plaats van enkel de rede. Dit leidde tot een hernieuwde waardering voor de natuur, het onverklaarbare en de spirituele aspecten van het leven die buiten het bereik van de wetenschap lagen. Hoe verandert de kijk op het individu en op de kunstenaar als individu in de Romantiek? In de Romantiek veranderde de kijk op het individu en op de kunstenaar als individu op significante wijze, vooral in reactie op de rationalistische en burgerlijke waarden van de Verlichting. Hier zijn enkele belangrijke veranderingen: 1. Individualiteit boven gemeenschap: In de Romantiek kwam er een sterke nadruk op individualiteit en originaliteit. Het idee van de kunstenaar als een uniek, onbegrepen en getormenteerd genie werd centraal gesteld. In tegenstelling tot de Verlichting, die de nadruk legde op de rede en collectieve kennis, benadrukte de Romantiek de innerlijke, subjectieve ervaring van het individu. De kunstenaar werd gezien als een gevoelsmens, wiens creativiteit werd gedreven door persoonlijke emoties, intuïtie en een diepe verbeeldingskracht. 2. De kunstenaar als een onbegrepen genie: De kunstenaar in de Romantiek werd vaak gepresenteerd als een buitenstaander, een dromer of een visionair wiens werk vaak gepaard ging met een gevoel van eenzaamheid en vervreemding. Dit reflecteerde een reactie tegen de gevestigde sociale en artistieke normen van de Verlichting, die de kunstenaar als een ambachtsman zagen die gebruik maakte van kennis en vaardigheid. In de Romantiek werd de kunstenaar eerder gezien als een creatieve, ongecontroleerde geest die werd aangedreven door passies en emotionele uitbarstingen. 3. Verbeelding en inspiratie: In de Romantiek werd de verbeelding het centrale middel van de kunstenaar. Het werd gezien als een kracht die de kunstenaar in staat stelde om voorbij de grenzen van de rede te denken en de werkelijkheid te verkennen op een manier die diep persoonlijke en emotioneel geladen was. De kunstenaar creëerde kunstwerken die emoties, dromen en innerlijke visioenen weergaven, vaak dieper en complexer dan de oppervlakkige realiteit. 4. Revolutie tegen de burgerlijke maat en orde: De Romantische kunstenaar protesteerde tegen de strakke maat en orde van de burgerlijke samenleving, waarbij hij verlangde naar vrijheid, spontaneïteit en zelfexpressie. Dit was een reactie tegen de nadruk op conformiteit en rationaliteit die werd gepromoot door de Verlichting. Kunstenaars streefden ernaar om de beperkingen van de burgerlijke samenleving te doorbreken en een persoonlijke, geïnspireerde visie op de wereld te presenteren. 5. De kunstenaar als een verpersoonlijking van het romantische ideaal: De Romantische kunstenaar werd gezien als een verpersoonlijking van de verbeelding, de dromen en de geheimen van de menselijke geest. Hij of zij werkte vaak in isolatie, op zoek naar inspiratie in de natuur, de nacht, het onbekende en het mysterieuze. Dit beeld van de kunstenaar als een solitaire, visionaire figuur versterkte het idee van kunst als een middel van persoonlijke uitdrukking en spirituele ontsnapping. Deze veranderingen in de kijk op het individu en de kunstenaar weerspiegelen de bredere Romantische focus op persoonlijke vrijheid, emotionele diepgang en een zoektocht naar betekenis buiten de grenzen van de alledaagse realiteit. Kunst werd niet langer gezien als een praktisch ambacht, maar als een middel voor persoonlijke en spirituele expressie. Bespreek hoe de Verlichting en de Romantiek samenhingen met politieke revolutie (je kan in je antwoord spreken over de Amerikaanse en Franse Revolutie, over Napoleon,…) (informatie in powerpoint overgang verlichting naar Romantiek). 1. De Verlichting:  Geloof in rede en rationaliteit: De Verlichting benadrukte het gebruik van de rede en wetenschappelijke benadering om de wereld te begrijpen en te verbeteren. Dit leidde tot een verlangen naar een betere, rechtvaardigere samenleving waarin vrijheid, gelijkheid en broederschap centraal stonden.  Verlicht absolutisme: In de politieke sfeer leidde de Verlichting tot het idee van verlicht absolutisme, waarbij heersers probeerden de rede en wetenschappelijke kennis te gebruiken om de samenleving te hervormen. Het idee was om rationaliteit toe te passen op bestuur en wetten, in een poging om een rechtvaardige en efficiënte staat op te bouwen.  Amerikaanse Revolutie (1776): De Amerikaanse Revolutie was direct geïnspireerd door de idealen van de Verlichting, zoals die werden gepresenteerd in documenten als de Onafhankelijkheidsverklaring. Hier werd de nadruk gelegd op de rechten van individuen, zoals vrijheid van meningsuiting, het recht op leven, vrijheid en het nastreven van geluk. De invloed van denkers zoals Locke, Montesquieu en Rousseau was duidelijk zichtbaar in de filosofie van opstand tegen onderdrukking en het streven naar democratische waarden.  Franse Revolutie (1789): De Franse Revolutie bouwde voort op de Verlichting, maar ging verder door het streven naar directe politieke hervormingen en de omverwerping van de monarchie. De slogan "Vrijheid, Gelijkheid, Broederschap" weerspiegelde de invloed van Verlichtingsidealen zoals het sociaal contract en de nadruk op individuele rechten en vrijheden. Deze revolutie werd gekenmerkt door een massale verandering van politieke macht, de afschaffing van feodale privileges en de oprichting van een grondwet en parlement. 2. De Romantiek:  Reactie op de rationaliteit van de Verlichting: Terwijl de Verlichting zich richtte op de rede en het gebruik van de wetenschap om de samenleving te hervormen, ontstond de Romantiek als reactie op de beperkingen en het materialisme van deze benadering. Romantici reageerden tegen de onttovering van de wereld en zochten naar een diepere, meer persoonlijke verbinding met de natuur, het onbekende en het mysterieuze.  Veranderende politieke context door de Romantiek: o Napoleon en de impact op Europa: Napoleon symboliseerde de verstrengeling van revolutionaire idealen met een meer autoritaire en expansieve politieke praktijk. Zijn veroveringen en het Napoleontische Rijk reflecteerden de conflicten die voortkwamen uit de ideeën van de Verlichting, zoals de vrijheid en de idee van een wettige staat, maar met een autoritair bestuur. Dit was een tegenstelling met de idealen van de revoluties, waarin de nadruk lag op democratie en vrijheid voor alle burgers. o Romantische reacties op oorlog en macht: De politieke spanningen en oorlogen van de Napoleontische tijd reflecteerden de grotere spanningen binnen de Romantiek. Kunstenaars en schrijvers zoals Delacroix, Turner en Goya gebruikten hun werk om de morele en emotionele impact van de revolutie en oorlog te verkennen, vaak door de gruwelen en de chaos van conflict te tonen. Ze benadrukten de menselijke emotie, kwetsbaarheid en de destructieve kracht van de ongeremde macht. o Het verlangen naar een nieuwe orde: Na de val van Napoleon en de restauratie van monarchieën in Europa, ontstond er een verlangen naar een nieuwe politieke orde die meer in lijn was met de Romantische idealen van vrijheid en zelfbeschikking. De bewegingen van nationale bevrijding en revolutie in de 19e eeuw, zoals die in Italië, Duitsland en Oost-Europa, reflecteerden dit verlangen naar zelfbeschikking en autonomie, vaak in reactie op de beperkingen en onderdrukking van monarchieën en het ancien régime. Samenvatting: De overgang van de Verlichting naar de Romantiek was niet alleen een culturele verschuiving, maar ook een weerspiegeling van de politieke realiteit van de tijd. Terwijl de Verlichting leidde tot revoluties die gebaseerd waren op rationele hervormingen en het streven naar vrijheid en rechtvaardigheid, werd de Romantiek gekenmerkt door een afkeer van de rationele ordening en een zoektocht naar de persoonlijke ervaring, emotie en de verbinding met de natuur. Deze veranderingen in de kijk op de wereld en het individu waren nauw verbonden met de politieke ontwikkelingen van de tijd, waaronder de Amerikaanse en Franse Revoluties en de invloed van Napoleon op Europa. Welke ideeën komen aan bod in ‘Emile, of over de opvoeding’ (1762) van de filosoof Jean- Jacques Rousseau, en in welke culturele stroming past dit boek? In het boek "Emile, of over de opvoeding" (1762) van de Zwitserse filosoof Jean-Jacques Rousseau komen verschillende belangrijke ideeën aan bod die passen binnen de stroming van de Verlichting. Dit werk vormt een reactie op de streng gereguleerde, conventionele opvoeding die kinderen destijds ondergingen, en biedt een alternatieve benadering die gericht is op vrijheid, natuur en persoonlijke ontwikkeling. Belangrijke ideeën in "Emile, of over de opvoeding": 1. Natuurlijke goedheid van de mens: o Rousseau betoogt dat de mens van nature goed is en dat de maatschappij deze natuurlijke goedheid aantast. Volgens hem wordt het individu corrupt door de maatschappij, die wordt gekenmerkt door eigendom, wetgeving en georganiseerde religie. o Relatie tot de Verlichting: Rousseau’s ideeën over de natuurlijke goedheid van de mens waren een reactie op de rationalistische benadering van de Verlichting, die vaak te maken had met het geloof in de maakbaarheid van de mens en de samenleving door de rede en wetenschappelijke vooruitgang. 2. Onderwijs en opvoeding: o Rousseau bepleit een opvoeding die zich aanpast aan de natuurlijke ontwikkeling van het kind. Hij benadrukt het belang van het leren door ervaring en stelt dat onderwijs moet bijdragen aan het vormen van een individu dat onafhankelijk en in staat is zelf beslissingen te nemen. o Zelfontplooiing: Emile (de fictieve leerling in het boek) moet worden opgevoed in een omgeving die hem vrijheid biedt om zijn eigen pad te volgen. Rousseau verwerpt het idee van strikte, systematische instructie en betoogt dat onderwijs meer moet zijn dan alleen het overbrengen van kennis. o Relatie tot de Verlichting: Terwijl de Verlichting vaak de nadruk legde op ratio en systematisch onderwijs, benadrukt Rousseau het belang van persoonlijke ervaring en emotionele ontwikkeling. Hij zet zich af tegen het idee van opgelegde structuren en onderwijs dat niet rekening houdt met de natuur van het kind. 3. Vrijheid en zelfbeschikking: o Rousseau stelt dat echte vrijheid alleen mogelijk is als het individu de verantwoordelijkheid heeft voor zijn eigen leven en handelen. Het doel van opvoeding is volgens Rousseau niet alleen om kennis over te brengen, maar om het kind te leren zichzelf te besturen en zijn eigen keuzes te maken. o Relatie tot de Romantiek: Hoewel Rousseau’s ideeën voortkwamen uit de Verlichting, bevatten ze elementen die vooruitlopen op de Romantiek. Zijn nadruk op de persoonlijke ervaring, de zoektocht naar innerlijke waarheid en de weerstand tegen het controleren van het individu door de samenleving, zijn allemaal kenmerken die later werden overgenomen en verder ontwikkeld door de Romantische stroming. 4. Cultuurkritiek: o Rousseau uit kritiek op de toen heersende cultuur en sociale structuren, die volgens hem de natuurlijke ontwikkeling van het individu belemmeren. Hij was een vroege criticus van de toenemende invloed van de burgerlijke maatschappij en het belang van bezit en macht, die de vrijheid van het individu inperkten. o Relatie tot de Verlichting: Rousseau’s werk past in de bredere Verlichte traditie van kritiek op de maatschappij, maar met een meer pessimistischer en sceptischer toon. In plaats van de hoop op rationele verbetering van de samenleving, uit hij bezorgdheid over de corruptie die gepaard gaat met de opkomst van de moderne, geciviliseerde maatschappij. Stroming:  "Emile, of over de opvoeding" past binnen de culturele en intellectuele stroming van de Verlichting, maar het bevat ook vroege aspecten die te maken hebben met de Romantiek. Terwijl de Verlichting vooral gericht was op de maakbaarheid van de mens door de rede en het gebruik van wetenschap, legde Rousseau een sterkere nadruk op de natuurlijke ontwikkeling en de persoonlijke vrijheid van het individu. Zijn werk bevat een visie op de opvoeding die vooruitloopt op Romantische ideeën over de verbinding met de natuur, de verbeelding en de rol van emoties in het menselijke leven. Noem twee boeken van Johann Wolfgang von Goethe. Binnen welke kunststroming passen ze, en hoe? (Ik verwacht dan natuurlijk dat je de inhoud van de werken kan linken aan de favoriete thema’s van de Romantiek…) Johann Wolfgang von Goethe, een van de belangrijkste figuren van de Duitse literatuur, schreef diverse werken die binnen de Romantiek passen door hun focus op individuele ervaring, gevoel, en de verbeelding. Twee van zijn meest invloedrijke boeken zijn: 1. "Het lijden van de jonge Werther" (1774)  Binnen de Romantiek: "Het lijden van de jonge Werther" past perfect binnen de Romantische stroming door zijn focus op de gevoelens, de persoonlijke ervaring en de diepgaande innerlijke belevingswereld van de hoofdpersoon. Het boek kan worden gezien als een voorbeeld van de "sturm und drang" (storm en drang) beweging, een vroege fase van de Romantiek in Duitsland, die een nadruk legde op de kracht van het gevoel en de verbeelding boven de rede en het intellect.  Inhoud en thema’s: o Het verhaal draait om Werther, een jonge, gevoelige man die verliefd wordt op Charlotte, een vrouw die al beloofd is aan een ander. Zijn ongelukkige liefde en de onmogelijkheid van hun samenzijn leiden tot een tragisch einde: Werther pleegt zelfmoord. o Romantische thema’s: Het boek verkent thema’s zoals de onmogelijkheid van de echte liefde, het conflict tussen persoonlijke verlangens en sociale conventies, en de tragiek van de onbegrepen kunstenaar. Werther’s gevoelens van eenzaamheid en vervreemding weerspiegelen de Romantische zoektocht naar authenticiteit en de angst voor de moderne samenleving die vaak als oppervlakkig en verstikkend werd beschouwd. o Symboliek en stijl: Goethe gebruikt gedetailleerde beschrijvingen en een intense, emotionele vertelstijl om de innerlijke wereld van Werther te verkennen. De natuur speelt een belangrijke rol in het boek, symboliserend zowel de gevoelens van Werther als de bedreiging van zijn gekwelde ziel. 2. "Faust" (1808, 1832)  Binnen de Romantiek: "Faust" is een van Goethe’s belangrijkste werken en past binnen de Romantische stroming vanwege zijn verkenning van complexe menselijke emoties, existentiële vragen en de grens tussen goed en kwaad. Het boek is een episch werk dat de zoektocht van Faust naar kennis, betekenis en vervulling in een wereld vol twijfel en contradictie weergeeft.  Inhoud en thema’s: o Faust, een wijze en succesvolle wetenschapper, is niet tevreden met zijn leven omdat het geen echte, diepe betekenis biedt. Hij maakt een pact met Mephistopheles (de duivel) om alles te ervaren wat het leven te bieden heeft, zelfs als dat betekent dat hij zijn ziel aan de duivel verkoopt. Het verhaal volgt zijn zoektocht naar kennis, liefde en waarheid. o Romantische thema’s: Het boek verkent thema’s van zonde, verlangens en de angst voor onsterfelijkheid en eeuwige verlossing. Faust’s zoektocht symboliseert de menselijke drang naar transcendentie, de grensoverschrijdende zoektocht naar kennis en de eeuwige strijd tussen de rede en het gevoel, een centraal thema in de Romantiek. o Verbeelding en zelfontplooiing: Goethe’s "Faust" toont hoe de kunstenaar de verbeelding gebruikt om dieper te verkennen dan de oppervlakkige, alledaagse werkelijkheid. Faust’s reizen en ontmoetingen met verschillende figuren in de andere wereld laten de lezer nadenken over de betekenis van het menselijk bestaan, vrijheid en keuze. o Symboliek en stijl: Goethe gebruikt symbolen zoals de alchemistische symboliek, de verbeelding van de Faust-legende en de contrasten tussen de klassieke en moderne wereld om de geestelijke en emotionele reis van Faust te verkennen. Het boek is een mix van proza, poëzie en dramatische scènes, wat bijdraagt aan de dramatische spanning en de complexe karakterstudie. Relatie tot de Romantiek:  Beide werken van Goethe benadrukken de individuele ervaring en de zoektocht naar identiteit in een veranderende wereld, centrale thema’s van de Romantiek. De focus op de gevoelens en het innerlijke leven van de personages, de verbeelding die dieper inzicht mogelijk maakt en de symbolische betekenis van de natuur en andere elementen, laten zien hoe Goethe aansluiting vond bij de Romantische waarden van persoonlijke vrijheid, emotionele diepgang en verzet tegen de beperkingen van de burgerlijke samenleving. Lijn versus kleur: wat was volgens de Verlichting het belangrijkst, en waarom? En voor de Romantiek? Of andere formulering van dezelfde vraag: Bespreek het debat van ‘Poussinisten’ versus ‘Rubensisten’. Of nog een andere (en ruimere!) formulering van dezelfde vraag: Bespreek de tegengestelde standpunten die vertegenwoordigd werden door Ingres en Delacroix. 1. Volgens de Verlichting: Belangrijkheid van Lijn versus Kleur In de Verlichting was de nadruk vooral gericht op de lijn als belangrijk element in kunst. Dit kwam voort uit de rationalistische en intellectuele benadering die kenmerkend was voor de Verlichting. Kunstwerken moesten duidelijk, geordend en systematisch zijn, waarbij de nadruk lag op de juiste verhoudingen, anatomie en perspectief. De lijn speelde een cruciale rol bij het weergeven van de contouren van vormen en het structureren van het beeld. Deze focus op lijn en contour was in lijn met de filosofie van de Verlichting, die waarde hechtte aan logica, rede en helderheid.  Belangrijke kenmerken: o Nadruk op precisie en correcte weergave: In de schilderkunst van de Verlichting, zoals bij kunstenaars zoals Jacques-Louis David, was er een sterke focus op de gedetailleerde weergave van de menselijke anatomie en de juiste proporties. Dit werd gezien als een middel om de waarheidsgetrouwheid en de idealen van de Verlichting weer te geven. o Educatieve rol: Kunst moest niet alleen esthetisch aantrekkelijk zijn, maar ook informatief. Het diende als een middel om morele en rationele lessen over te brengen, en de lijn was essentieel om de vorm en de compositie van een schilderij te verduidelijken. 2. Voor de Romantiek: Belangrijkheid van Lijn versus Kleur Met de komst van de Romantiek verschuift de nadruk van de lijn naar de kleur. Dit weerspiegelde een verandering in het denken over kunst, waarbij de emotie, de verbeelding en de subjectieve ervaring belangrijker werden. Romantische kunstenaars benadrukten de expressieve kracht van kleur, niet alleen om vormen weer te geven, maar om gevoelens, gemoedstoestanden en innerlijke emoties uit te drukken.  Belangrijke kenmerken: o Kleur als drager van emotie: Romantische kunstenaars zoals Eugène Delacroix gebruikten levendige, intense kleuren om de emotionele impact van hun werken te versterken. Kleur werd gezien als een manier om de gemoedstoestand van de toeschouwer direct te beïnvloeden en om innerlijke ervaringen zichtbaar te maken. o Symbolische waarde: Kleur had een diepere symbolische betekenis in de Romantiek. Het vertegenwoordigde niet alleen natuurlijke elementen zoals de lucht, de zee of het landschap, maar ook abstracte concepten zoals de strijd tussen goed en kwaad, vreugde en verdriet, en de algehele menselijke ervaring. o Schilderkunst als middel voor introspectie: Romantische kunstenaars gebruikten kleur om een persoonlijke, introspectieve ervaring te creëren voor de toeschouwer. De emotionele resonantie van het schilderij was belangrijker dan de gedetailleerde weergave van de vorm. 3. Debat van de Poussinisten versus de Rubensisten Het debat tussen de Poussinisten en de Rubensisten kan worden gezien als een uitdrukking van de tegengestelde waarden van de Verlichting en de Romantiek in de kunst.  Poussinisten: o Geïnspireerd door de Franse kunstenaar Nicolas Poussin, legden de Poussinisten de nadruk op de lijn en de compositie. Ze geloofden dat de ware waarde van een schilderij lag in de helderheid van de vorm en de lijnvoering, de structuur en de balans in het werk. o Belang van de lijn: Ze zagen de lijn als het middel om de boodschap van het schilderij over te brengen, waarbij elk element van de compositie subordonneerde aan de grote lijnen van de afbeelding.  Rubensisten: o Rubens, in tegenstelling tot Poussin, benadrukte de rol van de kleur en de emotionele impact van zijn schilderijen. De Rubensisten geloofden dat de expressie van de menselijke emotie en de verbeelding belangrijker was dan een strikte opvatting van lijn en proportie. o Belang van de kleur: Kleur was voor hen het middel om dynamiek, beweging en passie te uiten. Ze waardeerden de expressiviteit van kleur en de vrijheid om emoties weer te geven zoals die in het dagelijks leven voorkomen, zonder de strikte regels van de klassieke stijl. 4. Contrast tussen Ingres en Delacroix  Jean-Auguste-Dominique Ingres: o Ingres vertegenwoordigde de Poussinistische benadering binnen de Romantiek. Hij legde de nadruk op de lijn en de verfijning van de vorm. Zijn werk, zoals "La Grande Odalisque", illustreert een verlangen naar perfectie in de vorm en de anatomie, waarbij de nadruk lag op lijn en contouren. Ingres geloofde in de ideale vorm en de strikte regels van de academische kunst.  Eugène Delacroix: o Delacroix vertegenwoordigde de Rubensistische benadering binnen de Romantiek. Hij gebruikte kleur als een krachtig expressief middel en benadrukte de emotionele impact van zijn werken. In plaats van strikte anatomische precisie, koos Delacroix voor een meer expressieve stijl, waarin kleur en beweging de belangrijkste dragers van betekenis waren. o Symboliek en emotie: Delacroix’s gebruik van kleur was gericht op het weergeven van de menselijke emoties en de dynamiek van zijn tijd, zoals te zien in werken als "Het bloedbad te Chios" en "De vrijheidsstrijd" uit 1830. Zijn schilderijen waren niet alleen visueel indrukwekkend, maar ook politiek en sociaal commentaar, waarbij hij de kleur gebruikte om de emotionele kracht van de gebeurtenissen te benadrukken. Het debat tussen de Poussinisten en Rubensisten, evenals het contrast tussen Ingres en Delacroix, weerspiegelt de veranderende opvattingen over kunst en de belangrijke verschuiving van de nadruk op de lijn naar die op de kleur in de kunstgeschiedenis, als reactie op de Verlichting en de opkomst van de Romantiek. Wat is het ‘sublieme’? Illustreer het met een schilderij naar keuze. Het ‘sublieme’ is een concept dat zijn oorsprong vindt in de filosofie en de esthetica en een centrale rol speelt in de Romantische kunst en literatuur. Het sublieme verwijst naar een diepe, overweldigende ervaring van schoonheid die gepaard gaat met gevoelens van vrees, ontzag en onmetelijkheid. Het gaat verder dan het aangename of het mooie en duidt op een ervaring van iets dat immens, onbegrijpelijk en angstaanjagend is. Het sublieme nodigt uit tot reflectie op de menselijke kwetsbaarheid en het besef van de eigen plaats in het universum. Kenmerken van het Sublieme: 1. Onmetelijkheid: De ervaring van iets dat groter is dan de menselijke verbeelding en begrip. 2. Overweldigende kracht: Vaak gepaard met gevoelens van angst, maar ook van ontzag. 3. Grenzen en onvermogen: Een besef van de menselijke beperkingen in het face of natuurkrachten of kosmische grootheid. Illustratie van het Sublieme met een schilderij Een beroemd voorbeeld van het sublieme in de schilderkunst is het werk "Snow Storm - Steam-Boat off a Harbour’s Mouth" (1842) van Joseph Mallord William Turner. Dit schilderij is een uitstekende illustratie van het sublieme vanwege de manier waarop het de ontzagwekkende kracht en de onmetelijkheid van de natuur weergeeft.  Schilderijbeschrijving: In dit werk toont Turner een stoomboot die in een hevige sneeuwstorm vaart. De lucht is donker en woest, de golven razen en de boot is slechts een kleine stip in een kolossale, onvoorspelbare zee. De schilder gebruikte levendige kleuren en losse penseelstreken om de chaos en de dreiging van de natuur te suggereren. De toeschouwer wordt uitgenodigd om de kwetsbaarheid van de mens te voelen in het face of de overweldigende krachten van de natuur.  Beleving van het sublieme: Door de gekozen compositie en de kleurgebruik creëert Turner een ervaring van het sublieme – een gevoel van kwetsbaarheid, maar ook van diepe bewondering voor de kracht en de ondoorgrondelijkheid van de natuur. De toeschouwer wordt uitgedaagd om zijn eigen plaats te overdenken in het grote, complexe web van het universum.  Doel van het werk: Het schilderij is niet alleen een visueel indrukwekkend werk, maar ook een kritiek op de maakbaarheid en controle die de moderne samenleving probeerde uit te oefenen, vooral in de context van de Industriële Revolutie. Turner benadrukt dat ondanks menselijke vooruitgang, de natuur onvoorspelbaar en ontzagwekkend blijft. Het sublieme in de kunst, zoals geïllustreerd door Turner, nodigt de toeschouwer uit om te reflecteren op de menselijke kleinheid en de grote, onbegrijpelijke krachten van de natuur. Het is een middel om te overwegen hoe de mens zich verhoudt tot de wereld en het universum, en om een diepere emotionele ervaring te doorleven. “I did not paint it to be understood, but I wished to show what such a scene was like; I got the sailors to lash me to the mast to observe it; I was lashed for four hours, and I did not expect to escape, but I felt bound to record it if I did.” Wie zegt dit waarover, en hoe past het in de geest van de Romantiek? Het citaat “I did not paint it to be understood, but I wished to show what such a scene was like; I got the sailors to lash me to the mast to observe it; I was lashed for four hours, and I did not expect to escape, but I felt bound to record it if I did.” werd gezegd door Joseph Mallord William Turner. Context van het Citaat  Over het schilderij "Snow Storm – Steam-Boat off a Harbour’s Mouth" (1842): Dit werk van Turner toont een hevige sneeuwstorm met een stoomboot die zich door de woeste golven worstelt. Turner zei dit over zijn inspanningen om de realiteit van zo’n gevaarlijke situatie vast te leggen. Hij werd vastgebonden aan de mast van een schip om de ervaring van de storm zelf waar te nemen en nauwkeurig op te nemen. Relatie tot de Geest van de Romantiek  Ervaring en emotie centraal: Dit citaat illustreert de Romantische benadering van kunst, waar het niet alleen draait om het representeren van schoonheid, maar om de directe ervaring van de kunstenaar met het onderwerp. Turner wilde niet alleen de fysieke verschijnselen van de storm vastleggen, maar ook de gevoelens van angst, ontzag en kwetsbaarheid die gepaard gaan met zulke natuurlijke krachten. Het was niet genoeg om een verhalend beeld te schilderen; hij wilde de toeschouwer de intensiteit en dreiging van een storm persoonlijk laten ervaren.  Sublieme ervaring: Door zichzelf vast te binden en de storm zelf te ervaren, wilde Turner de overweldigende onmetelijkheid van de natuur en de menselijke kwetsbaarheid daarin tonen. Dit past perfect in de Romantische zoektocht naar het sublieme – het besef van menselijke kleinheid tegenover de onvoorspelbare en vaak dreigende krachten van de natuur. Het sublieme roept een gevoel van ontzag en respect op, evenals een besef van onvermogen en kwetsbaarheid.  Authentieke representatie: Turners bekentenis dat hij het schilderij niet maakte om het te begrijpen, maar om de ervaring van de storm weer te geven, weerspiegelt de Romantische waarde van direct en persoonlijk contact met het onderwerp. De inzet van Turner om zelf te lijden voor de kunst toont zijn geloof in de authenticiteit van de ervaring en de noodzaak om die ervaring vast te leggen, zelfs als het gevaarlijk was. Dit citaat is een illustratie van de Romantische geest waarin de kunstenaar niet alleen een esthetische ervaring creëert, maar ook de echte emotionele en fysieke ervaring van het leven probeert over te brengen aan de toeschouwer. Turner bracht zijn eigen veiligheid in gevaar om de waarheid en intensiteit van de natuur zo goed mogelijk weer te geven, wat zijn werk buiten esthetiek en techniek plaatst en dichter bij de diepe, existentiële vragen van het mens-zijn. Waarom is de schipbreuk bij uitstek een thema dat past bij de Romantiek? Hoe wordt de schipbreuk anders weergegeven in de Romantiek dan ervoor, en waarom? De schipbreuk is bij uitstek een thema dat past bij de Romantiek vanwege de diepe, symbolische betekenis die het heeft in deze kunst- en literatuurperiode. In de Romantiek dient de schipbreuk niet alleen als een visueel of narratief element, maar als een krachtig symbool van de menselijke ervaring en de relatie van de mens tot de onmetelijke en onvoorspelbare natuur. Het verschilt van eerdere weergaven van dit thema door zijn nadruk op de emoties, de kwetsbaarheid van de mens en de kracht van het sublieme. Waarom past de schipbreuk bij de Romantiek? 1. Symboliek van kwetsbaarheid: In de Romantiek wordt de schipbreuk vaak gebruikt als een metafoor voor de menselijke onmacht en het lot van de mens in een wrede en ontzagwekkende natuur. Het weerspiegelt de gevoelens van kwetsbaarheid, eenzaamheid en de onzekerheid van het menselijk bestaan in een chaotische wereld. Het idee van de schipbreuk als een onvermijdelijk lot benadrukt de onvoorspelbaarheid en de machteloosheid van de mens tegenover de natuur. 2. Verbinding met het sublieme: In kunst en literatuur uit de Romantiek symboliseert de schipbreuk de confrontatie van de mens met het sublieme, waarbij het individu wordt geconfronteerd met de immensiteit van de natuur en zijn eigen kwetsbaarheid. De ervaring van een schipbreuk roept gevoelens van ontzag, angst en respect op voor de kracht van de natuur, iets wat in de Romantiek vaak wordt onderzocht. Dit leidt tot reflecties op de menselijke conditie en de existentiële vragen over controle, vrijheid en het lot. Hoe wordt de schipbreuk anders weergegeven in de Romantiek dan ervoor, en waarom?  Voor de Romantiek: o Neoclassicisme en de Verlichting: Voor de Romantiek werd de schipbreuk vaak gezien als een morele les of als een tragedie die de menselijke zwakheid en zonden onthulde. In neoclassicistische werken werden schipbreuken vaak sterk rationeel benaderd, met de nadruk op de heldhaftigheid en het morele karakter van de overlevenden. De schipbreuk symboliseerde dan vaak het slachtoffer zijn van oneerlijk lot of van menselijke tekortkomingen, zoals hebzucht of lafheid. o Beeldende kunst en literatuur: In de beeldende kunst en literatuur van vóór de Romantiek was de schipbreuk vaak een decoratief element, dat werd gebruikt om scènes van gevaar of avontuur weer te geven zonder diepe symbolische betekenis. In de Romantiek kreeg het echter een diepere emotionele lading, waarbij de nadruk lag op de kwetsbaarheid en de menselijke strijd tegen de natuurkrachten.  In de Romantiek: o Filosofische en emotionele diepgang: In de Romantiek werd de schipbreuk niet alleen een fysieke gebeurtenis, maar een emotionele ervaring die de worsteling van de mens met het leven zelf weerspiegelt. Schilderijen zoals "The Shipwreck" (1805) van Turner en "The Slave Ship" (1840) van Turner, tonen niet alleen het gevaar van de golven, maar ook de chaos van de menselijke ervaring, waarbij passies en emoties de overlevenden in een storm van onzekerheid vastzetten. Deze werken laten de toeschouwer voelen hoe klein en weerloos de mens kan zijn tegenover de natuur. o Verandering in focus: De Romantiek legde meer nadruk op het innerlijke leven van de mensen, hun emoties en gedachten, in plaats van op een heldhaftige overleving. In plaats van een oppervlakkig of decoratief beeld van de schipbreuk, werd het een scène van introspectie en reflectie, waarbij de mens werd afgebeeld als een minuscule aanwezigheid in een groot en soms vijandig universum. De schipbreuk werd dus in de Romantiek anders weergegeven omdat het niet langer alleen diende als een dramatisch visueel of narratief element. Het werd een krachtig symbool van de mens als klein en kwetsbaar, die zijn kracht en overlevingsinstinct onder de dreiging van de natuur moet tonen. Dit verschil weerspiegelt de bredere veranderingen in de kunst en de literatuur van de Romantiek, waar de focus verschuift van de rationaliteit van de Verlichting naar de emotie, het gevoel en het onbekende. Wat is ‘the picturesque’? ‘The picturesque’ is een esthetisch concept dat zijn oorsprong vindt in de Romantiek en verwijst naar een specifieke benadering van de natuur en kunst, waarbij men de schoonheid en het interessante van een landschap waardeert. Het wordt gekarakteriseerd door een combinatie van onregelmatige en wilde vormen, vaak met elementen van verval en chaos, die een visuele aantrekkingskracht hebben door hun charme, onvoorspelbaarheid en het vermogen om de verbeelding te prikkelen. Kenmerken van 'The Picturesque': 1. Onregelmatige vormen en ruigheid: Het draait om het waarderen van onvolkomenheden, ruigheid, en de wilde natuur. Het contrast tussen gladde, gestructureerde landschappen en de onregelmatige, grillige vormen van de natuur speelt een centrale rol. 2. Schoonheid door contrast: De term ‘pittoresk’ benadrukt vaak het contrast tussen het zachte en het grove, tussen het ordenlijke en het chaotische in een landschap. Dit contrast roept een gevoel van bewondering en afgunst op, en nodigt de toeschouwer uit om zijn verbeelding te gebruiken om de schoonheid te ontdekken. 3. Toegepast op kunst en architectuur: In de schilderkunst en architectuur van de Romantiek werd het pittoreske gebruikt om een gevoel van avontuur en verkenning te suggereren. Het vereiste een zekere mate van fragmentatie en onvolkomenheid om de natuurlijke chaos en variëteit weer te geven. Relatie met de Romantiek:  Verbeelding en gevoelsmatige ervaring: Het pittoreske past perfect binnen de Romantische esthetiek, die waarde hecht aan het gevoel, de verbeelding en de innerlijke beleving van de mens tegenover de natuur. Het pittoreske combineert de wilde, onbeheersbare natuur met de aantrekkingskracht van het mysterieuze en het onbekende, wat een diepe indruk maakt op de toeschouwer.  Kritiek op de rationaliteit van de Verlichting: Het pittoreske was een reactie op de strengere, meer gereguleerde benadering van de natuur zoals die tijdens de Verlichting werd voorgestaan. In plaats van de natuur te beschrijven als een rationeel systeem, stelde het pittoreske de natuur voor als een plek vol contrasten en onregelmatigheden, die uitnodigt tot introspectie en reflectie. Illustratie van 'The Picturesque':  Britse landschapsschilderkunst: Schilderijen uit de Britse Romantiek, zoals die van William Turner en John Constable, gebruikten vaak het pittoreske om de relatie tussen de mens en de natuur te verkennen. Turner’s werk "The Fighting Temeraire" (1805) bijvoorbeeld, toont het contrast tussen de oude zeilboot en de moderne stoomboot, wat niet alleen de technologische vooruitgang illustreert, maar ook het romantische ideaal van de natuur als kracht die kan worden geïnterpreteerd en gewaardeerd door de menselijke verbeelding.  Grillige vormen en onvolkomenheden: Deze schilderijen tonen onregelmatige kustlijnen, verlaten ruïnes, stormachtige luchten en dramatische weersomstandigheden, allemaal elementen die de ervaring van het pittoreske versterken door een mengeling van schoonheid en dreiging te bieden. Het pittoreske is dus een manier om de natuur te waarderen niet door haar schoonheid op zichzelf, maar door de kunstige compositie van ruige, variërende en afwisselende vormen die een beroep doen op de verbeelding van de toeschouwer. In dit opzicht is het een belangrijk element van de Romantiek, waarbij de natuur niet alleen een achtergrond is, maar een levende, dynamische kracht die de mens uitnodigt om zijn plaats in het universum opnieuw te overdenken. Bespreek kort de evolutie in de waardering van landschapskunst in de 19e E in Groot- Brittanië. De evolutie in de waardering van landschapskunst in de 19e eeuw in Groot-Brittannië weerspiegelde de bredere culturele, maatschappelijke en esthetische veranderingen van de Romantiek en werd gekenmerkt door een verschuiving van de nadruk op technische vaardigheid en realisme naar een meer persoonlijke en gevoelsmatige benadering van het landschap. 1. Vroege 19e eeuw – Neo-klassieke invloed en realisme  Neo-klassieke benadering: In de vroege 19e eeuw werd landschapskunst vaak beïnvloed door de neoclassicistische esthetiek, waarbij de nadruk lag op gedetailleerde, nauwkeurige weergaven van het landschap. Kunstenaars zoals Thomas Gainsborough en Richard Wilson legden de nadruk op harmonie, evenwicht en realisme. Ze gebruikten klassieke composities en technieken om landschappen weer te geven als ideale en perfecte weergaven van de natuur, vaak met een zekere mate van rationaliteit en maat.  Vereenvoudiging en idealisatie: Deze kunstenaars concentreerden zich op de esthetiek van het landschap zonder de emotionele en persoonlijke ervaring van de kunstenaar te betrekken. Het was meer een technische oefening dan een verkenning van de relatie tussen de mens en de natuur. 2. Midden 19e eeuw – Nadruk op de Romantische ervaring  Romantische revolutie: In de loop van de 19e eeuw vond er een verschuiving plaats in de waardering van landschapskunst, waarbij de Romantiek een belangrijke invloed was. Dit weerspiegelde een groeiende waardering voor de persoonlijke ervaring van de kunstenaar en de toeschouwer. Landschapskunst werd meer emotioneel geladen en introspectief, waarbij kunstenaars zoals John Constable en J.M.W. Turner de natuur gebruikten om gevoelens van ontzag, drama en transcendentie op te roepen.  Constable en de ‘Huiselijke natuur’: Constable legde de nadruk op het alledaagse landschap, vaak met herkenbare en vereenvoudigde elementen zoals bomen, weilanden en wolkenluchten. Zijn schilderijen weerspiegelden een diepe verbondenheid met het Engelse landschap en gaven uitdrukking aan de schoonheid van de alledaagse natuur. Hij introduceerde het concept van de ‘huiselijke natuur’, waarbij het landschap niet alleen een decoratief element was, maar een intieme, persoonlijke ruimte waarin de kunstenaar zich kon uitdrukken.  Turner en de sublieme ervaring: Turner, aan de andere kant, verkende de onvoorspelbare en overweldigende aspecten van de natuur, vaak met dramatische en spectaculaire scènes zoals stormen, scheepswrakken en wilde luchten. Zijn werk liet zien hoe de natuur de menselijke verbeelding kon prikkelen en herinnerde aan de kwetsbaarheid van de mens tegenover de chaos van de natuur. Turner gebruikte zijn landschappen om niet alleen schoonheid te tonen, maar ook de gevoelens van angst, ontzag en verbijstering op te roepen, wat zijn werken ‘subliem’ maakte. 3. Late 19e eeuw – Naar een nieuwe moderniteit  Aantasting van de Romantische traditie: Naarmate de eeuw vorderde, werd de landschapskunst beïnvloed door de opkomst van realisme en later impressionisme. De romantische focus op de persoonlijke ervaring en het sublieme werd wat minder prominent, terwijl kunstenaars als David Cox en John Frederick Lewis begonnen te experimenteren met meer gedetailleerde en specifieke weergaven van het landschap, vaak met een wetenschappelijke precisie.  Stijgende industrialisatie en urbanisatie: De landschappen van de late 19e eeuw weerspiegelen ook de impact van de industriële revolutie, waarbij kunstenaars zoals Turner en Thomas Cole de grimmige gevolgen van urbanisatie en de strijd tegen de vervuiling en vervreemding van de natuur aankaartten. Het landschap werd niet langer alleen gezien als een bron van schoonheid, maar ook als een plaats van reflectie en commentaar op de menselijke conditie. De evolutie in de waardering van landschapskunst in de 19e eeuw in Groot-Brittannië was dus niet alleen een verschuiving in esthetiek, maar ook in de manier waarop kunstenaars en toeschouwers de natuur benaderden. Van een ideale, rationele weergave in de vroege 19e eeuw naar een persoonlijke, emotionele en vaak ontzagwekkende ervaring in de Romantiek, weerspiegelde de landschapskunst van de 19e eeuw de bredere sociale en culturele veranderingen van die tijd. Bespreek de houding van Turner ten opzichte van de vooruitgang in wetenschap, techniek en industrie. Verwijs daarbij naar zijn werk. J.M.W. Turner, een van de meest invloedrijke Britse kunstenaars van de 19e eeuw, had een complexe houding ten opzichte van de vooruitgang in wetenschap, techniek en industrie, die vaak werd weerspiegeld in zijn werk. Zijn schilderijen boden een kritisch perspectief op de effecten van de industriële revolutie, terwijl ze tegelijkertijd de schoonheid van technische innovatie en de onstuimige kracht van de natuur vierden. 1. Kritiek op de industriële vooruitgang  Turner’s zorgen over de industriële revolutie: Turner was bezorgd over de destructieve gevolgen van de industriële revolutie, zoals vervuiling, ontbossing en de nadelige impact op het landschap en de menselijke samenleving. Hij zag de natuur niet alleen als een bron van esthetische schoonheid, maar ook als een tegenwicht tegen de overheersende invloed van de industrie. In schilderijen zoals "The Slave Ship" (1840) legde hij de nadruk op de menselijke wreedheid en de ethische implicaties van de industriële vooruitgang, waarbij de natuur vaak de achtergrond vormde voor de verbeelding van morele en sociale problemen.  Symboliek en kritiek in zijn werk: In werken als "The Fighting Temeraire" (1839) gebruikte Turner de overgang van de zeilboot naar de stoomboot als symbool van vooruitgang, maar ook van verlies en vervreemding. Het oud slagschip dat gesleept wordt door een moderne stoomboot illustreert de teloorgang van traditionele manieren van leven en de verdringing van de natuur door technologie. Deze verandering wordt gepresenteerd als zowel een emotionele als esthetische gebeurtenis, waarbij Turner de verwoesting van het verleden benadrukt. 2. Viering van technologische vooruitgang  De schoonheid van technologie: Hoewel Turner kritisch stond tegenover de sociale en ecologische impact van de industriële revolutie, was hij ook gefascineerd door de technische innovaties van zijn tijd. Schilderijen zoals "Snow Storm – Steam-Boat off a Harbour’s Mouth" (1842) laten zien hoe hij de technische vooruitgang gebruikte om de overweldigende kracht van de natuur en de kwetsbaarheid van de mens daarin te verbeelden. In dit werk stond Turner vastgebonden aan de mast van een schip om de ervaring van een storm vanuit de eerste hand vast te leggen, wat zijn persoonlijke betrokkenheid en bewondering voor de natuur en de wetenschap onderstreepte.  De samenwerking tussen mens en natuur: Turner’s schilderijen bieden een dualistisch beeld van vooruitgang. Terwijl hij de destructieve impact van de industriële revolutie erkende, vierde hij ook de menselijke verbeelding en de mogelijkheden die nieuwe technologieën boden. Zijn werk weerspiegelt een spanningsveld tussen vooruitgang en verlies, waarbij de natuur zowel de verwoestende als de verheffende kracht werd. 3. Verbeelding van de onvoorspelbaarheid van de toekomst  Turner’s visie op de toekomst: Turner gebruikte zijn kunst om de veranderende relatie tussen mens en natuur te verkennen in een tijd van technologische en sociale omwenteling. Hij schilderde niet alleen landschappen, maar ook scènes van schepen in stormen, fabrieken die roken en stoommachines die brulden. Deze beelden dienden als een waarschuwing en een reflectie van de chaotische en onzekere toekomst die de Romantiek en de industriële revolutie met zich meebracht.  De kracht van de natuur: In werken zoals "The Shipwreck" (1805) benadrukte Turner de overweldigende kracht van de natuur, die zich vaak losmaakt van menselijke controle. Dit werk toont een schip in de golven van een storm, waarbij de toeschouwer het gevoel krijgt dat ze zelf in de storm verkeren, een ervaring die de onzekerheid en het oncontroleerbare van het moderne leven weerspiegelt. Turner’s houding ten opzichte van wetenschap, techniek en industrie was dus niet enkel kritiek, maar ook een erkenning van de complexiteit van vooruitgang. Hij zag de schoonheid en de vernietigende kracht van de moderne wereld, en gebruikte zijn werk om de toeschouwer uit te nodigen om na te denken over de implicaties van de industriële revolutie en de veranderende relatie tussen mens en natuur. Door zijn kunst bracht Turner de bedreigingen van de technologische vooruitgang naar voren, maar benadrukte hij ook de kracht van de verbeelding en de menselijke geest om te reageren op en betekenis te geven aan deze veranderingen. Wat is de ‘industrial sublime’? Het ‘industrial sublime’ is een concept dat de samenhang tussen de industriële revolutie en het sublieme in de kunst van de 19e eeuw weerspiegelt. Het beschrijft hoe kunstenaars, schrijvers en denkers de overweldigende impact van industriële technologieën en veranderingen in de natuur weergeven in kunst en literatuur. Dit begrip duidt op een bijzondere soort ervaring die ontstaat wanneer de kracht en de grootse schaal van de industriële vooruitgang emoties van ontzag, bewondering en zelfs angst oproepen. Kenmerken van het ‘industrial sublime’: 1. Verbinding met de natuur: o Het ‘industrial sublime’ combineert de esthetiek van het sublieme — een gevoel van ontzag, overweldiging en angst — met de ervaring van de moderne industriële wereld. Het benadrukt de manier waarop de menselijke technologische creativiteit de natuur kan transformeren, maar ook de kwetsbaarheid van de mens tegenover deze nieuwe krachten. o In plaats van de traditionele, ongerepte natuur te schilderen zoals de Romantische landschapskunst deed, richt het ‘industrial sublime’ zich op stedelijke landschappen, fabrieken, rokerige luchten en fabriekswolken die de horizon vullen. Deze beelden vertonen de agressieve invloed van de mens op het natuurlijke milieu. 2. Kunstenaars en het ‘industrial sublime’: o J.M.W. Turner was een belangrijke kunstenaar die het ‘industrial sublime’ in zijn werk verbeeldde. Schilderijen zoals "Rain, Steam and Speed – The Great Western Railway" (1844) tonen de moderne wereld in al zijn complexiteit. Ze combineren de natuur met de nieuw opkomende infrastructuur, waarbij de trein als symbool van vooruitgang en snelheid door het schilderij raast, terwijl hij ook het chaos en de onstuimigheid van de nieuwe technologieën toont. o Joseph Mallord William Turner gebruikte zijn kunst om de impact van de industriële revolutie te illustreren, waarbij hij de spanning en de grimmige pracht van de moderne samenleving uitbeelde. Zijn werk liet zien hoe de mens probeert om de natuur te beheersen en te transformeren, vaak met destructieve gevolgen. 3. Functioneren als metafoor: o Het ‘industrial sublime’ dient als metafoor voor de moderne menselijke conditie, waarbij de mensheid niet langer in harmonie leeft met de natuur, maar deze juist als een krachtbron van zowel creatie als vernietiging beschouwt. Het roept vragen op over de vooruitgang en de prijs die daarvoor wordt betaald, zowel ecologisch als moreel. o Dit concept benadrukt hoe kunstenaars zoals Turner de industriële revolutie niet alleen als een bron van technische vooruitgang zagen, maar ook als een gebeurtenis die de grenzen van het menselijk verbeeldingsvermogen en de natuurlijke wereld testte. Het ‘industrial sublime’ illustreert dus de duale gevoelens van bewondering en angst die werden opgewekt door de snelle technologische veranderingen van de 19e eeuw. Het maakt duidelijk hoe de Romantiek de moderne wereld zag: enerzijds als een bron van ontzagwekkende vernieuwing, anderzijds als een bedreiging voor de harmonie en stabiliteit van de natuur en menselijke samenleving. Geef twee voorbeelden van hoe de wetenschap Turner’s schilderkunst veranderde. J.M.W. Turner’s schilderkunst werd diep beïnvloed door de wetenschappelijke ontwikkelingen van zijn tijd. Twee belangrijke manieren waarop wetenschap Turner’s werk veranderde, zijn de toepassing van wetenschappelijke vernieuwingen in optica en atmosferische effecten, en de invloed van nieuwe kennis over de natuur en de geografie. 1. Toepassing van wetenschappelijke vernieuwingen in optica en atmosferische effecten  Het gebruik van atmosferische effecten: Turner’s werk weerspiegelde een wetenschappelijke benadering van licht en kleur, wat werd beïnvloed door nieuwe kennis uit de optica en meteorologie. Hij experimenteerde met het gebruik van verschillende technieken om de weersomstandigheden en het spel van licht en kleur in de natuur weer te geven. Dit werd bijvoorbeeld zichtbaar in schilderijen zoals "Rain, Steam and Speed – The Great Western Railway" (1844), waar hij het voorbijgaan van een trein in een stormachtige regenbui afbeeldde. Dit schilderij toont niet alleen de snelheid en het geweld van de moderne technologie, maar ook de manier waarop Turner atmosferische effecten zoals nevel, regen en sneeuw weergaf. Hij gebruikte heldere kleuren en losse penseelstreken om de dynamische verandering van het landschap en de lucht vast te leggen, wat een nauwkeurige weergave was van de wetenschappelijke kennis van zijn tijd over licht en atmosferische verschijnselen.  Experimenteren met kleur en licht: Wetenschappelijke kennis over kleurenleer en het spectrum van licht beïnvloedde Turner's werk aanzienlijk. Hij gebruikte kleurverlopen en transparante lagen verf om de atmosfeer en de effecten van licht in zijn schilderijen te simuleren, zoals in "Snow Storm – Steam-Boat off a Harbour’s Mouth" (1842). In dit werk zien we hoe Turner de ervaring van een storm vanuit de eerste hand vastlegde, waarbij hij het effect van licht op water en neerslag weergeeft. Dit laat zien hoe wetenschappelijke inzichten over het spectrum en de breking van licht de manier waarop Turner kleur en schaduw in zijn schilderijen gebruikte, beïnvloedden. 2. Nieuwe kennis over de natuur en geografie  Geografische en klimatologische kennis: Wetenschappelijke ontdekkingen over geografie en de natuur, zoals die van James Hutton en Charles Lyell over geologische processen en de geleidelijke verandering van landschappen, beïnvloedden Turner’s werk. Hij probeerde vaak de effecten van tijd en elementen op het landschap weer te geven, zoals te zien is in schilderijen als "The Fighting Temeraire" (1839). Hier gebruikte Turner de overgang van de traditionele zeilschip naar een stoomschip om de snelheid en de beweging van de moderne tijd weer te geven, terwijl hij de eeuwigheid van de natuur benadrukte. Dit werk weerspiegelt de wetenschap van de geologie door de tijdloze impact van menselijke en natuurlijke processen op het landschap te laten zien.  Schilderen van de ‘wildernis’ en geïndustrialiseerde landschappen: Wetenschappelijke ontdekkingen over de wereld, zoals de expansie van de Britse koloniën en de effecten van de industriële revolutie op de natuur, beïnvloedden Turner’s thematische keuzes. Zijn schilderijen bevatten vaak symboliek van verlies en vervreemding, waarbij hij de impact van de mens op de natuur verbeeldde, zoals te zien in "The Slave Ship" (1840). Dit schilderij toont niet alleen de gruwelen van de slavenhandel, maar ook de oncontroleerbare natuur, waarbij Turner de kracht en onvoorspelbaarheid van de natuur gebruikte om een kritische reflectie op de industriële en koloniale maatschappij te maken. Turner’s werk illustreert dus hoe wetenschap en techniek niet alleen zijn benadering van kleur en licht beïnvloedden, maar ook zijn vermogen om de complexe relaties tussen mens, natuur en technologie te verbeelden. Dit maakte zijn schilderijen tot een krachtig instrument om de veranderingen van zijn tijd te documenteren en te interpreteren. Bespreek bij een afbeelding van Le radeau de Lampéduse van Pierre Delavie welk schilderij hier als voorbeeld diende, en waarom. Het schilderij "Le radeau de Lampéduse" van Pierre Delavie (circa 1807-1811) lijkt sterk op "Le radeau de la Méduse" (1818) van Théodore Géricault. Dit laatste schilderij diende als belangrijk voorbeeld en inspiratie voor Delavie. Laten we de overeenkomst en de redenen achter deze inspiratie in detail bespreken: Vergelijking en inspiratie  "Le radeau de la Méduse" van Géricault is een iconisch werk dat een schipbreukscene uitbeeldt, gebaseerd op een werkelijk incident waarbij het Franse fregat Méduse strandde op de westkust van Afrika in 1816. Het schilderij toont de overlevenden die op een vlot moesten wachten op redding, blootgesteld aan honger, dorst en de onvoorspelbaarheid van de elementen. De situatie was grimmig, gewelddadig en vol angst, wat Géricault’s streven was om de dramatische realiteit en de emoties van de overlevenden te vangen.  "Le radeau de Lampéduse" van Delavie imiteert niet alleen het onderwerp, maar ook de compositietechnieken en de emotionele intensiteit van Géricault’s werk. Delavie gebruikte dezelfde technieken om de verwoestende gevolgen van schipbreuk te verbeelden, inclusief de fysieke en mentale ontberingen die de overlevenden moesten doorstaan. Waarom Delavie dit werk als voorbeeld nam  Emotionele impact: "Le radeau de la Méduse" werd geprezen om zijn emotionele diepgang en het vermogen om de wanhoop en het lijden van de schipbreukelingen te tonen. Géricault’s schilderij werd een beeld van nationale schaamte in Frankrijk, doordat het de tekortkomingen van de overheid blootlegde in het reddingswerk na de ramp. Delavie’s keuze om te verwijzen naar Géricault’s werk is waarschijnlijk bedoeld om de politieke en sociale implicaties van schipbreuk en redding te benadrukken. Door de compositie en het concept te kopiëren, kon Delavie de toeschouwer opnieuw confronteren met de verantwoordelijkheid van de staat en de kwetsbaarheid van de mens tegenover de natuur.  Didactische intentie: Delavie, evenals Géricault, gebruikte kunst als een platform voor kritische reflectie. Beide kunstenaars wilden de toeschouwer een realistische, directe ervaring geven van menselijke ontberingen. In "Le radeau de Lampéduse" lijkt Delavie de verontrustende en confronterende elementen van Géricault’s werk te willen behouden, mogelijk om dezelfde les over menselijke onwetendheid, angst en hoop door te geven.  Esthetische en compositieve overeenkomsten: Delavie’s werk volgt de compositietechnieken van Géricault, met een sterke diagonale beweging en een focus op de expressie van de gezichten van de schipbreukelingen. Beide werken tonen de overlapping van lichamen en het gebruik van dramatisch licht en schaduw om de intensiteit van de situatie weer te geven. Dit helpt niet alleen om de visuele impact te vergroten, maar ook om de toeschouwer te betrekken bij de emotionele realiteit van de gebeurtenis. Door "Le radeau de Lampéduse" te creëren met deze invloeden, benadrukte Delavie de voortdurende relevantie van Géricault’s werk en de belangrijke rol van kunst in het oproepen van medeleven en maatschappelijke reflectie. Het schilderij diende als een waarschuwing voor de onvoorspelbaarheid van het menselijke lot en de destructieve kracht van de natuur, precies zoals Géricault had beoogd met "Le radeau de la Méduse". Bespreek de veranderde houding ten opzichte van waanzin in de 19e E (en verwijs daarbij naar concrete voorbeelden in de kunst). De veranderde houding ten opzichte van waanzin in de 19e eeuw kan worden gezien als een reflectie van de bredere wetenschappelijke, maatschappelijke en culturele veranderingen die plaatsvonden. Deze periode markeerde een verschuiving in hoe waanzin werd begrepen en gevisualiseerd in de kunst, waarbij de focus verschuift van het veroordelen en opsluiten van mensen naar het begrijpen en weergeven van de menselijke geest en haar schaduwzijden. Veranderde houding ten opzichte van waanzin in de 19e eeuw: 1. Wetenschappelijke en medische benadering: o De opkomst van de moderne psychiatrie: In de 19e eeuw kwam de psychiatrie steeds meer in het wetenschappelijk domein terecht, waarbij waanzin niet langer als een mysterieus, bovennatuurlijk fenomeen werd gezien, maar als een medisch probleem. Dit veranderde de manier waarop kunstenaars de psyche in hun werk uitbeeldden. In plaats van de waanzin als een straf of boetedoening voor morele falen te zien, werd het steeds meer beschouwd als een ziekte die behandeling en begrip vereiste. o Concreet voorbeeld: Het werk van Francisco Goya, zoals "Saturnus verslindt zijn kinderen" (1819–1823), weerspiegelt deze verandering. Goya, een tijdgenoot van de Romantiek, gebruikte zijn kunst om de gruwelijke aspecten van de menselijke geest en maatschappij te verkennen. In dit schilderij toont Goya de mythische figuur Saturnus die zijn eigen kinderen verslindt, een metafoor voor de destructieve krachten van waanzin en macht. Dit werk illustreert hoe Goya de waanzin als een universeel, niet alleen een persoonlijk of sociaal probleem, begreep. 2. Romantische kunstenaars en hun benadering van waanzin: o Romantici zagen waanzin als een toestand van creativiteit en gevoeligheid: In de kunst van de Romantiek werd waanzin vaak afgebeeld als een toestand van diepzinnigheid en intense gevoelsbeleving. Dit werd gekenmerkt door de verbeelding, het onbegrijpelijke en het sublieme, waar de mens zijn eigen innerlijke demonen confronteerde. o Concrete voorbeelden: Johann Heinrich Füssli’s schilderij "The Nightmare" (1781) weerspiegelt deze benadering. Het toont een vrouw in een bed, in de greep van een demonische gedaante, symbolisch voor de angst en de diepe psychische onrust die in de Romantiek werd geassocieerd met waanzin. Dit werk reflecteert het gevoel van vervreemding en de innerlijke worstelingen van het individu, die ook aanwezig waren in andere Romantische kunstwerken. 3. De evolutie in de kunst van de waanzin: o Van symbolische weergave naar realistische observatie: In de tweede helft van de 19e eeuw begon een realistische en naturalistische benadering van waanzin op te komen. Kunstenaars zoals Vincent van Gogh en Edvard Munch onderzochten de diepere emotionele en psychologische lagen van de menselijke geest. Ze schilderden niet alleen de uiterlijke tekenen van waanzin, maar probeerden ook de innerlijke belevingen van angst, paranoia en depressie te vangen. o Concreet voorbeeld: Vincent van Gogh’s "Self-Portrait with Bandaged Ear" (1889) is een indringend voorbeeld van deze benadering. Van Gogh schilderde zichzelf met een bloedende oorwond en een bandage, een directe verwijzing naar zijn eigen psychische instabiliteit en de periode waarin hij zichzelf verminkte. Dit werk laat zien hoe de kunstenaar zijn eigen innerlijke strijd probeerde weer te geven, een trend die voortkwam uit de realistische waarneming van de geestelijke gezondheid in de 19e eeuw. 4. Psychologische diepgang en het ‘gevaarlijke genie’: In de Romantiek en in de daaropvolgende eeuw werd het idee van de ‘genie’ vaak verbonden met een gevoel van waanzin of afwijking. Kunstenaars zoals Delacroix en Goya gebruikten hun werk om de duistere kanten van de menselijke geest te onderzoeken, wat soms resulteerde in explosieve uitingen van creativiteit en emotie die werden geassocieerd met waanzin. o Concreet voorbeeld: Théodore Géricault’s "Le radeau de la Méduse" (1818) is niet alleen een krachtige weergave van een dramatische schipbreuk, maar ook een verbeelding van menselijke wanhoop en waanzin. De onzekere en chaotische compositie van het werk symboliseert de verwarring en de pijn van de schipbreukelingen, wat een diepe emotionele impact had op de toeschouwer. Dit reflecteert de complexiteit van de menselijke psyche en de realiteit van waanzin in een tijd van sociale onrust en revolutionaire veranderingen. Slotgedachte De veranderde houding ten opzichte van waanzin in de 19e eeuw was dus zowel een weerspiegeling van wetenschappelijke vooruitgang als een artistieke exploratie van de menselijke geest. Kunstenaars gebruikten hun werk niet alleen om de uiterlijke tekenen van waanzin te schilderen, maar ook om de onderliggende angsten, onzekerheden en emoties te verbeelden die inherent waren aan het menselijk bestaan. Hierdoor werd kunst een krachtig medium om te reflecteren op de menselijke ervaring en de psychologische complexiteit van de 19e eeuw. Kunstenaars, zeker die van de Romantiek, gebruiken schilderkunst vaak om verschillende werkelijkheden naast elkaar weer te geven: de materiële werkelijkheid wordt soms samen weergegeven met bijvoorbeeld een droombeeld, of geestelijk ideaal. Bespreek hier één voorbeeld van (tip: van Delacroix bespraken we twee schilderijen die in aanmerking komen). Een uitstekend voorbeeld van hoe kunstenaars van de Romantiek verschillende werkelijkheden naast elkaar kunnen weergeven, is het schilderij "Le 28 Juillet: La Liberté leidend het volk" (1830) van Eugène Delacroix. Dit werk illustreert hoe Delacroix verschillende dimensies van de menselijke ervaring, zowel de materiële als de ideële, met elkaar verweeft. "Le 28 Juillet: La Liberté leidend het volk" (1830) van Eugène Delacroix 1. Weergave van de materiële en geestelijke werkelijkheid: o Materiële werkelijkheid: In het schilderij zien we een duidelijk verbeelding van de Juli-revolutie van 1830 in Frankrijk. Het toont een gevecht tussen de opstandelingen en de troepen van de koning, waarbij mensen in chaos vechten voor hun vrijheid en rechten. Delacroix maakt gebruik van levendige kleuren, dynamische pos

Use Quizgecko on...
Browser
Browser