Basisbegrippen Recht PDF
Document Details
Uploaded by ViewableLemur7248
Tags
Summary
Dit document behandelt basisbegrippen van het recht, zoals objectief recht, subjectief recht, publiekrecht en privaatrecht. Het beschrijft de verschillende soorten rechten en de relatie tussen rechtssubjecten en wetten.
Full Transcript
**Deel 1 wat is recht?** ======================== Inleiding: **Hoofstuk 1 het recht als geheel van gedragsregels** **Afdeling 1 enkele definities** ================================ Objectief recht versus subjectieve rechten ------------------------------------------ Het objectieve recht = gehee...
**Deel 1 wat is recht?** ======================== Inleiding: **Hoofstuk 1 het recht als geheel van gedragsregels** **Afdeling 1 enkele definities** ================================ Objectief recht versus subjectieve rechten ------------------------------------------ Het objectieve recht = geheel van gedragsregels die in bepaalde samenleving op bepaald moment bestaat Subjectieve recht = rechten van rechtssubjecten, door het recht bekrachtigende aanspraken die rechtssubjecten kunnen laten gelden ten aanzien van bepaalde personen of voorwerpen - Aanspraak gericht medepersoon : ik betaal iemand voor tuin te bouwen (vorderingsrecht) - Aanspraak voorwerp : goederenpersoon - Jij bent eigenaar van deze laptop ( eigendomsrecht) Publiekrecht versus privaatrecht -------------------------------- Privaatrecht = rechtsverhoudingen tussen burgers =\> Horizontale verhouding tussen gelijken Bv: familierecht, goederecht, erfrecht, schenkingsrecht, etc Publiekrecht = verhouding tussen overheid en burger of tussen overheid onderling bv, fiscaalrecht, bestuursrecht Materieel inhoud = inhoud over het recht Formeel recht = procesrecht =\> ondergeschikt aan materieel recht, als materieel recht wordt geschonden en moet worden afgedwongen ### Bronnen Belgisch privaatrecht ( artikel 1.1 BW) Ons burgerlijk wetboek dateert uit 1804 -\> wetboek van napoleon overgenomen Codex van napoleon anders ordenen =\> hercodificatie BW nog niet compleet -\> work in progress BW ( 10 boeken) Examen: welk boek oudste, welk boek is ouder x of y? [Bijzondere wetten ] -\> niet in OBW of BW Examen: de regelgeving in verband met notaris beroep is opgenomen in BW JUIST OF FOUT -\> fout Federale materie i.v.m. beroepen -\> niet opgenomen in codex Maar federaal materie ( bv nationaliteitsrecht) -\> opgenomen in WBN -\> ook bijzondere wetgeving ( wie kan er belg worden) Gemeenschappen en gewesten hebben ook bevoegdheden Gemeenschappen -\> jeugdbeschermingsrecht ( jeugdbeschermingswet ga je niet terug vinden in in OBW/OBW gewesten -\> begraafplaatsen en en wat je mag doen met lijk -\> decteten over -\> behoort tto burgerlijkrecht maar niet in BW/OBW [Gewoonte] = bestendig gebruik -\> iets wat al lang bestaat en iets wat zijn bindende kracht ontleend aan de algemene overtuiging = bron van recht Examen: definieer de gewoonte als bron van Belgisch privaatrecht -\> antwoordzie hierboven Examen: elke gewoonte is een gebruik Juist of fout? -\> juist : speciaal soort gebruik =\> bestendig gebruik (maar niet elk gebruik is een gewoonte) [Algemene rechtsbeginselen ] = bron van recht - Initieel gecreëerd door Hof van Cassatie -\> kan zeggen dat bepaald principe algemeen rechtsbeginsel is 2. voorbeelden 1. Verbod van dwanguitvoering op een persoon - Want inbreuk op fysieke integriteit i. Belangrijk in afstammingsprocedures bv: Vader die weigert DNA test te doen ( weigering zal tegen je spelen-) 2. Verbod van onrechtvaardige verrijking 3. Verbod op rechtsmisbruik *Sommige opgenomen in BW* Vervaging van klassieke onderscheiden ------------------------------------- #### 2.1 publiek -en privaatrecht - we worden geconfronteerd met verdragen privaatrecht hoofdzakelijk aanvullend recht maar toch meer regels van dwingend recht meer gelaagde rechtsorde -\> werken allemaal op elkaar in - verdragen ( internationaal ) - federale regelgeving - gewestelijke regelgeving - gemeente #### 2.2 materieel en formeel recht - ontstaan verschillende takken **Afdeling 2 centrale elementen in het begrip recht** ===================================================== Een geheel van gedragsregels met bijkomende institutionele voorschriften ------------------------------------------------------------------------ = geheel van regels om gedrag te sturen met oog op maatschappelijke ordening - Bevel - Verbod Niet elke regel geld voor iedereen Bv Kooprecht alleen voor verkopers Rechtsregels Recht worden opgelegd door de maatschappij ------------------------------------------------------- Gradatie in rechtsregels Aanvullend recht ( minst dwingend) Dwingend recht (dwingend) Recht van openbare orde (super dwingend ) Instuties die regels creeren Bv : belgisch federaal parlement; vlaams parle Instelinge Afwingbaar maken - Regels komen van ons zelf -\> regels komen vanuit maatschappij -\> wij verkiezen de parlementen Het doel van rechtsregels: een kwalitatieve ordening van de maatschappij ------------------------------------------------------------------------ - Gedragsregels zijn nodig voor maatschappij te ordenen 1. ### Rechtszekerheid a. Voorspelbaar - Weten welke regel van toepassing is mij ( "nemo censetur ignara legem") -\> onmogelijk -\> specialisaties zijn ontstaan door grote stroom aan regels) b. Vastheid - Veel wijzigingen c. Algemeenheid d. Onderlinge consitentie - Men wijzigt een wet maar samenhangen wetten worden dan vergeten ### Rechtvaardigheid Wat rechtvaardig was in 1970 is niet meer rechtvaardig hedendaags Harde kern: eerbieding van het leven van iemand anders ( maar is ook evolutief) ### Doeltreffendheid Als men wet maakt heeft dat doelstellingen memori van toelichting -\> doelstellingen uitleggen parlementair comitee moet nieuwe evalueren of de doelstellingen worden behaald Maar comitee functioneert niet doordat senaat wordt afgebouwd i. Wetten worden niet gecontroleerd Als rechtsregels niet worden gerespecteerd bij - Privaatrecht -\> zelf als burger naar rechtbank stappen Uitzonderingen: recht op alimentatie - Publiekrecht -\> sanctie vanuit staat Bv strafwet **Deel II basisbegrippen** ========================== Hoofdstuk I rechtssubjecten **Afdeling I begrippen** ======================== Rechtssubject = persoon voor wie de rechtsnorm rechten en plichten meebrengt - Fysieke persoon - Rechtspersoon Rechtsfeiten = een feit dat rechtsgevolgen meebrengt Vb.: de geboorte, door het rood Rechtshandeling = een menselijke wilsverklaring waarbij het rechtssubject de gevolgen wil Vb.: ik erken het kind, laptop kopen, huwelijk sluiten Examen: door het rood licht rijden is een rechtshandeling Juist of fout -\> fout **Juridische persoonlijkheid (rechtspersoonlijkheid**)= geheel van rechten en plichten voor een rechtssubject. Twee facetten - Staat van persoon - Bekwaamheid van persoon *1. Staat van de persoon* - Definitie =\> rechtspositie = staat vd persoon - 3 NIVEAUS 1. Maatschappij: - De nationaliteit (Bijzondere wetgeving) 2. Familie: - toestand op vlak van afstamming, huwelijk, etc Kan wijzigen materiële rechtshandeling.rechterlijke uitspraken -\> veranderen van positie; scheiden, huwelijk, adopteren 3. Enkeling - Fysieke elementen: leeftijd 18 - Psychische elementen ( eventueel onbekwaam verklaring - Civiele elementen tot identificering vd persoon - Naam: positionering in bepaalde familie - woonplaats Burgerlijke status =/= burgerlijke stand Burgerlijke stand = zie OBW **Bezit van staat** = een sociaal gedrag dat aantoont dat je staat hebt va iets Enkelvoudig karakter van bezit van staat : het kind kan maar bezit van staat te hebben van 1 vader tegelijk Tweezijdig karakter: 1 moeder en 1 vader Examen: Omschrijf in 2 zinnen de volgende basisbegrippen waarin je aantoont dat je de inhoud kent maar ook praktisch betekenis in beheerst Examen: staat vd persoon definitie -\> zie wetboek artikel 6 OBW Examen: een wet die de staat van een persoon wijzigt -\> naturalisatiewet 1. *Bekwaamheid van rechtssubjecten* - **Feitelijke bekwaamheid**: feitelijke mogelijkheid om daad te stellen. -\> niet rechtelijk - **Genotskbekwaamheid/rechtsbekwaamheid** :bevoegdheid om titularis te zijn van rechten en plichten - **Handelingsbekwaamheid ;** actieve component -\> Afdeling 2 De bekwaamheid van natuurlijke personen -------------------------------------------------- **Rechtsbekwaamheid** Rechtsbekwaamheid = genotsbekwaamheid\ = de bevoegdheid om titularis te zijn van rechten en plichten - Niet doodgeboren - Levensvatbaar =\> als dokters niet zkr zijn of je het gaat overleven = niet levensvatbaar bv extreem vroeg geboren Niet iedereen die rechtsbescherming geniet zijn rechtssubjecten bv dieren Goederen \ het geniet wel rechtssubjecten Embryo =/= geen rechtssubject maar geniet rechten op voorwaarde bv: erkend worden, erven, STEL Niet getrouwd en verwekken een kind -\> best kind prenataal te laten erkennen door de vader. Want als een man sterft na het te kind te laten erkennen maar voor dat het kind geboren wordt. Dan zal de erkenning te werking treden dus dan zal het kind kunnen erven. Ongeboren kinderen kunnen al schadevergoeding krijgen dat tewerking treed eenmaal geboren. Doodgeboren kind =/= gestorven vlak na geboorte Doodgeboren kind = geen rechten noch plichten maar kunnen wel akten opgemaakt worden Na 180 dagen zwangerschap =\> moet er akte zijn -\> geen rechtsgevolgen: ouders zijn geen ouders in juridische zin, er kan geen juridische persoonlijkheid zijn ( kan op verzoek na 140 dagen) Artikel 326 OBW Sinds 1804: Wij worden verdacht om verwekt te zijn tussen 300 dagen" 10 maand" 180 dagen " 6 maand Kunnen bewijzen dat kind vroeger dan 180 dagen geboren is of later dan 10 maand =\> bewijzen dat het niet klopt bij jou bv zwangerschap maar 179 duren geduurd **juris tantrum** = weerlegbaar vermoeden ( \>-\< juris et dejure is onweerlegbaar vermoeden A. Einde van de juridische persoonlijkheid Op ogenblik van sterven =\> geen rechtssubject wel rechtsbescherming Na de dood kunnen juridische aspecten behouden worden of gewijzigd worden Je kunt een kind dat overleden is ook erkennen als het afstammelingen heeft nagelaten maar ook bin Lesvideo 2 1u25 Afdeling 3 A begrip en bestaansreden mensen groeperen om bepaalde doel te verwezenlijken er is een afgescheiden vermogen Persoonlijk vermogen \ Vermogen van rechtspersoon , ook mogelijk: eenpersoon rechtspersoon :BV = besloten vennootschap B rechtspersonen versus samenwerkingsverbanden zonder rechtspersoonlijkheid [Bij een *rechtspersoon*] - verwerft het samenwerkingsverband zelf juridische persoonlijkheid (rechtspersoonlijkheid) - kan proceshandelingen stellen Hoe krijgt rechtspersoon middelen? - Eigen arbeid inbrengen - Som geld - In ruil lidmaatschapsrechten of aandelen Schuldeisers Individuele private schuldeisers kan niet aan vermogen van rechtspersoon - Aandelen kunnen ze wel aan [Een (feitelijk) *samenwerkingsverband*] - Maatschap is een *vennootschap* zonder rechtspersoonlijkheid - Feitelijke vereniging ( carnavalsvereniging, sportvereniging) ii. Geen afgescheiden vermogen Schuldeisers Persoonlijke schuldeisers kunnen verhalen op onverdeeld aandeel van de schuldenaar in het voor samenwerking bestemde vermogen C soorten rechtspersonen ##### Publiekrechtelijke rechtspersonen Opgericht door de **overheid**, met het oog op **publieke** **dienstverlening** Bv. de staat, gemeenten, openbare instellingen, diverse overheidsbedrijven ( bpost, nmbs,...) ##### ##### 2. Privaatrechtelijke rechtspersonen **Privaat** **initiatief**, met ander doel dan uitoefening staatsgezag Bv. vennootschappen, verenigingen en stichtingen ##### 2.1 vereniging en stichtingen - streeft belangeloos doel na - verschillende vormen - vzw - mag winst maken als het voor statutaire doel is - kom op tegen kanker - private stichting - een afgescheiden vermogen ingezet ter verwezenlijking van een bepaald belangeloos doel - Geen leden - De Verbeke foundation, beheer private kunst, anticiperen op invalide - stichting van openbaar nut - een afgescheiden vermogen, gericht op de verwezenlijking van een werk van filantropische, levensbeschouwelijke, religieuze, wetenschappelijke, artistieke, pedagogische of culturele aard - koning Boudewijnstichting, kom op tegen kanker ( de stichting) examen: een vzw mag geen wafelbak organiseren mag geen wafelbak organiseren voor winst juist of fout -\> fout: vzw mag zorgen voor winst als het maar voor hun statutair doel is te realiseren ##### vennootschap streeft winst na en moet worden uitgekeerd worden aan aandeelhouders ##### vennootschappen met onbeperkte aansprakelijkheid de schuldeiser van rechtspersoon kan bij vermogen van rechtspersoon en individueel vermogen - goedkoper op te richten - simpelere boekhouding bv: VOF = vennootschap onder firma Maatschap -\> vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid ##### 2.2.2 vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid de schuldeiser van de rechtspersoon enkel de rechtspersoon aanspreken - duurder in oprichting moet opgericht worden met notariële akte - boekhouding ingewikkelder - verschillende soorten - bv - naamloze vennootschap - meest geavanceerde vennootschapsvorm - identiteit v/d aandeelhouders onbelangrijk - kapitaalverstrekking en vrije overdraagbaarheid v/d aandelen primeertbeperkte aansprakelijkheid - Coöperatieve vennootschap (CV) - alternatieve bedrijfsvoering: klassieke winstverdeling + voordeelverstrekking aan de deelnemers - met beperkte aansprakelijkheid D ontstaan en einde van de rechtspersoonlijkheid Legaliteitsbeginsel mbt rechtspersoon = Rechtspersoonlijkheid kan enkel worden toegekend in de gevallen die in de wet zijn voorzien Je kan geen nieuw soortige rechtspersonen oprichten [Ontstaan v.d. rechtspersoonlijkheid ] op de dag van neerlegging v/e uittreksel uit de oprichtingsakte ter griffie v/d ondernemingsrechtbank -\> dan bestaat rechtspersoon tussen oprichters v/h rechtsgebied waarbinnen de vennootschap, vereniging of stichting haar zetel heef E tegenwerpelijkheid van het bestaan van de rechtspersoon aan derden -------------------------------------------------------------------- Derden ( bv banken) die rechtspersoonlijkheid laten respecteren dat de rechtspersoon bestaat start wanneer het in het staatsblad verschijnt hoofdstuk 2 bekwaamheid **afdeling 1 begrippen** ======================== feitelijke bekwaamheid - kan ik met een auto rijden ? - geen juridisch begrip Rechtsbekwaamheid/genotsbekwaamheid - bevoegdheid om titularis van rechten Handelingsbekwaamheid - Actieve term - uitoefenen van rechten en plichten **zelf en zelfstandig** volledige genotsbekwaamheid van alle Belgen staan in **afdeling 2 de bekwaamheid van natuurlijke personen** ====================================================== ### rechtsbekwaamheid #### beginsel rechtsbekwaamheid= genotsbekwaamheid - de bevoegdheid om titularis te zijn van rechten en plichten - Passieve term van begrip bekwaamheid -\> gaat over rechten hebben - 'welke rechten en welke plichten heb ik' -\> niet iedereen heeft dezelfde rechten en plichten Art. 4 OBW, Art. 1.3 BW 2. ##### Uitzonderingen 1. ##### algemene beperkingen - vreemdelingen (iedereen zonder Belgisch nationaliteit ) ( Art.5 OBW) - kunnen geen legerbedieningen vervullenen en burgerlijke bedieningen ( bv priester) - politieke rechten: - vreemdelingen (EU burgers) ook stemrecht maar moeten dat schriftelijk aanvragen - vreemdelingen (geen EU burgers) moet al zeker 5 jaar in België wettig wonen en schriftelijk aanvragen - zwaar strafrechtelijk veroordeelden - rechten kunnen ontnomen worden door zware misdrijven 2. ##### specifieke beperkingen - [opgelegd door de wet] - huwelijksbeletselen ( Art.161-163 OBW) : wetsbepalingen die bepaalde huwelijken verbieden - huwelijk is verboden tussen broer, zus - verbieden van een recht om met iemand te trouwen verschil tussen bloedverwanten en geen bloedverwanten is dat je het soms kan aanvragen aan de rechtbank om het op te ontheffen : ( artikel 161-163 OBW) - voogdij (artikel 411 OBW) - voogdij =\> beide ouders moeten overleden zijn of kunnen niet functioneren - de voogd mag nooit goederen verkrijgen (kopen) van zijn pupil -\> rechtsonbekwaamheid - niet familierechtzaak maar **vrederechter** duidt voogd aan kind onder voogdij = pupil Examen: mag u trouwen met bloedeigen neef en nicht? -\>Ja dat is 4^de^ graad -\> recht maar tot 3^de^ raad Ik mag niet trouwen met men zus -\> de wet zegt dat ik niet het recht geniet om met men zus te trouwen Examen: voorbeelden kennen uit boek + verzinnen examen : juist of fout : kan een Aman met Afrikaanse nationaliteit notaris worden? Fout: alleen personen lid door EU -\> genotsbekwaamheid - [Opgelegd door de rechter] - Verbod beroepsuitvoering - ontzetting uit het ouderlijk gezag: ( = jeugdbeschermingsmaatregel) - procureur moet het vorderen - verliest recht op onderhoud van kind ( gedeeltelijk of volledig) - rijbewijs afnemen - vanaf rijbewijs -\> geniet recht van autorijden na vonnis niet meer genieten van dat recht - erfrecht - wanneer schandelijk gedrag gepleegd te hebben (= onwaardigheid ) \> verlies je genotsrecht -\> moet vastgesteld worden door familierechtbank ##### 2.3 sanctie De sanctie bij overtreding van de regels(on)bekwaamheid is absolute nietigheid. B Handelingsbekwaamheid ----------------------- ### beginsel - uitoefenen van rechten en plichten **zelf en zelfstandig** - actieve component principe: iedereen is handelingsbekwaam (1.3 BW) 2. ### uitzonderingen 1. ##### Algemeen handelingsonbekwaam Algemeen handelingsonbekwaam = Volledig handelingsonbekwaam men kan in geen geval **zelfstandig** in het rechtsverkeer optreden - de regel voor (niet-ontvoogde) minderjarigen - een minderjarige kan zelf rechtshandelingen stellen maar niet zelfstandig - de uitzondering voor (beschermde) meerderjarigen (*zie art. 492/1, §§ 1 en 2, telkens tweede lid oud BW*) - belang van beschermende persoon - moet op maat van de persoon Examen: 16 jarige wou in proximus winkel gsm kopen en koopt abonnement Aankoop van gsm kan welel gebeuren door minderjarige = dagdagelijkse handeling) Maar abo -\> handelingsonbekwaam Verhaal dochter Examen: onbekwame persoon stelt handeling dat niet mag -\> advies geven -\> gwn terugdraaien ##### gedeeltelijk handelingsonbekwaam ##### men is enkel onbekwaam voor die rechtshandelingen waarvoor de wet of de rechter de handelingsbekwaamheid uitdrukkelijk heeft ingeperkt of uitgeschakeld voor alle andere rechtshandelingen blijft de betrokkene handelingsbekwaam. Naar het Belgisch recht zijn gedeeltelijk handelingsonbekwaam: - Een ontvoogde minderjarige die de leeftijd van 15 jaar hebben bereikt. - persoon kan zelf sommige rechtshandelingen stellen maar soms bijstand nodig van curator. - Deze persoon kan op 2 manieren ontvoogd worden. - Door als minderjarige te trouwen, hierbij wordt de echtgenoot curator. - Bij vonnis bij familierechter - Beschermende meerderjarigen - buitengerechtelijke bescherming: een regime van lastgeving, de zgn. Zorgvolmacht' - Zorgvolmacht treed in werking wanneer persoon niet meer kan. - Moet niet met authentieke akte maar moet geregistreerd worden in centraal register - (vrede)rechterlijke bescherming (al dan niet met bewind ( die je zelf koos of niet)): betr eft de goederen en/of de persoon - Vrederechter verklaart onbekwaam voor bepaalde handelingen a.d.h.v. checklist ( m.b.t persoon : art. 492/1,§1 OBW en m.b.t. de goederen; art.492/1 §2 OBW) - Onbekwaamheid wordt opgevangen door bewindvoerder - Bijstand of vertegenwoordigingsregime - De onbekwaamheid moet mee evolueren met de toestand van de betreffende persoon = \> maatwerk Waar staat dat in de wet dat een minderjarige volledig handelingsonbekwaam is? - Nergens Onbekwamen kunnen beschermd deelnemen aan het rechtsverkeer via vertegenwoordiging of bijstand Positief aspect van de bescherming: de onbekwame kan optreden via een vertegenwoordiger of bijstandsverlener in het rechtsverkeer. Negatief aspect: als de onbekwame handelingen vergaat die als onbekwaam werden beschouwd dan kunnen die handelingen nietig verklaard worden Vertegenwoordiging en bijstand - Vertegenwoordiging - is het enkel de vertegenwoordiger die handeling stelt - Niet zelfstandig noch zelf optreden - Verschillende soorten vertegenwoordiging - Zie artikel art 1.8 BW - (Voor minderjarigen) - bijstand - de vertegenwoordiger en vertegenwoordigde moeten beiden aanwezig zijn - Bijstand is minder zwaar - Zelf ( hij is er zelf) maar niet zelfstandig ( kan het niet alleen) - Voor beschermde meerderjarige bij voorkeur [Voorbeelden ] 1. minderjarige wil van verblijf veranderen - minderjarige kan dat maar enkel met bijstand als 1 v.d. verantwoordelijke ouder mee is 2. Geslachtregistratie ( juridisch ) van minderjarige - Bijstand van beide ouders nodig Verkwisters ( art 792 OBW) iemand met ziekelijke neiging, onredelijke uitgaven, bv online datingcircuit, woont op klein appartement en die koopt 5 tv's, gokverslaving (niet alcoholverslaving) - ### Ontstaan handelingsonbekwaamheid - minderjarigen - Vanaf levens en levensvatbare geboorte is men handelingsonbekwaam tot aan de leeftijd van 18 jaar. - Meerderjarigen - A.d.h.v. onbekwaamverklaring ( stappenplan) - ( principieel )Verzoekgeschrift + medisch attest van max 15 dagen oud ( onbekwame handelingen niet in lijst starten vanaf hier) - Datum vonnis - Publicatie in BS -\> ( voor machtiging behoevende handelingen, zie lijst) **Zie wetboek art 492/3 OBW -\> lijst met handelingen + verwijzing naar machtiging behoevende handelingen.** Bij machtiging behoevende handelingen start de onbekwaamheid vanaf publicatie in het staatsblad. Examen: iemand is onbekwaam verklaard waaronder om een lening aan te vragen aantal dagen na vonnis ? juist want lening zit in die lijst van machtiging behoevende en die lijst gaat pas intreding vanaf staatsblad. C; sanctionering van het stellen van een rechtshandeling bij onbekwaamheid Algemeen principe: de handeling is vatbaar voor vernietiging, maar blijft bestaan zolang die nietigheid niet gevorderd wordt. Er bestaan twee soorten nietigheid. - Absolute nietigheid - Rechtsbekwaamheid - Bv huwen met halfzus - Elke belanghebbende partij kan nietigheid inroepen - De nietigheid moet uitgesproken worden, het kan niet bevestigd worden - Terugdraaien - Relatieve nietigheid - Zwakkere partij moet nietigheid inroepen - Vatbaar voor bevestiging Examen Oplossing casus : stel een oplossing voor nietigverklaring want anders blijft het geldig Examen: Wat is nu van dwingend recht en wat is van openbare orde? De openbare orde is niet terug te vinden in de codex. Wat er wel in de codex staat: - Aanvullend recht - Boek V =\> aanvullend recht - Boek VI =\> aanvullend recht - Boek III =\> aanvullend recht behalve appartementen - Van het aanvullend recht kun je van afwijken zonder enige problemen (het afstammingsrecht, ouderlijk gezag, vertegenwoordigingsregel, raakt de openbare orde) - Regels van dwingend recht ( zie boek 1) - leidt tot relatieve nietigheid bv: woninghuur wetgeving huur opzeggen de huurder is een zwakkere partij. Als je huur wilt opzeggen vooraleer contract overloopt. dan is er een opzeggingstermijn 3 maanden (huurder nog 3 maand betalen). Maar ze hebben akkoord getekend met 6 maand opzeggingstermijn -\> dan kun beroep doen op dwingend recht van 3 maand. -\> ook al heb jij je handtekening gezet. - Verzaken = uw recht niet uitoefenen -\> je hebt het recht om het te doen maar die doet het niet Rechter kan erop wijzen dat er een schending van dwingend recht maar niet zomaar toepassen. Examen : is het mogelijk op contractueel af te wijken van een dwingend recht? - Zelf iets anders ondertekend valt dat weg - Regels van openbare orde Bv draagmoederschap -\> beter draagvrouwschap De vrouw die bevalt van kind = juridische moeder =\> staat in geboorteakte maar dat is hetgeen wat mensen net niet willen. Baby jayden geboren in draagmoederschap -\> vrouw is bevallen en noteerde( andere) wensmoeder in geboorteakte -\> mag niet want is overschuiving van een kind. Maar ze hadden overeenkomst. Maar deze overeenkomst is strijdig met openbare orde. Hoe wordt dat gesanctioneerd? Absolute nietigheid: iedereen kan nietigheid inroepen - Openbaar parket, de dokter, de vriend, etc Zelf als ze bevestigd is dan moet ze terug gedraaid worden Ander onderscheid tussen 2 nietigheidsverklaringen. Onderscheid in verschil van appreciatiebevoegdheid van de rechter. - Nietigheid rechtens - De overtreding van beschermingsregels volstaat voor nietigheidsverklaring. - Rechter kan niet weigeren - nietigheid volgens benadeling - Er moet bewezen worden dat de rechtshandeling in het nadeel is van de handelingsonbekwame werd gesteld. - (Voor kinderen jonger dan 7 jaar is er geen benadeling nodig) Nietigheid wegens benadeling kan 2 vormen aannemen - Intrinsieke benadeling= op zichzelf altijd nadelig - Extrinsieke benadeling= rechtshandeling is opzich niet nadelig maar wel in het licht van vermogentoestand v/d betrokkene Examen: 17 jarige sluit een huurovereenkomst voor een kot -\> krijgt er spijt van want kan het niet betalen? Adviseer uw client. De persoon is 17 jaar dus handelingsonbekwame minderjarige waardoor hij geen overeenkomst zou kunnen sluiten. Dus handeling is vatbaar voor nietigheid ( zie art. 4.5 BW). De benadeling moet bewezen worden. in deze zaak is de prijs correct dus geen sprake van intrinsieke benadeling. Maar er is sprake van extrinsieke benadeling. Minderjarigen **Art 378** -\> ouderlijk gezag en pleegzorg **Art. 410** -\> lijst met machtigingbehoevende handelingen waarbij de voogd van de niet ontvoogde minderjarige machtig nodig heeft. - 1° Vervreemden van goederen = verkopen van goederen - 2° onroerend goed aankopen - 3° lening aangaan - 4° bading aangaan - 5° huurovereenkomst aangaan Voor zwaarwichtige rechtshandelingen moeten ze verzoekschrift indienen bij vredegerecht. En die machtiging moet gevraagd worden voor die artikels en in de lijst. Zonder machtiging is die handeling niet rechtsgeldig gesteld. Dus dat betekent dat die rechtshandelingen ook vatbaar zijn voor nietigheidsverklaring. Nietigheid rechtens. ### Bekwaamheid openbare orde Alle regels inzake de staat en de bekwaamheid van de persoon raken de openbare orde. Bv: mijn ouders kunnen niet zeggen dat ik pas handelingsbekwaam wordt op men 21^ste^ Principe: onbekwaamheid kan slechts voortvloeien uit de wet. geen onbekwaamheid zonder wet. De bekwaamheid van rechtspersonen --------------------------------- A. Genotsbekwaamheid Principe= volledige rechtsbekwaamheid zoals de natuurlijke persoon. ( Hof van Cassatie) het OBW heeft geen regels omtrent de bekwaamheid van een rechtspersoon maar wel artikel 1.3 BW staat er dat rechtspersonen handelingsbekwaam zijn. uitzonderingen - Beperkingen voortvloeien uit de aard van de rechtspersoon - Geen familierechten ( niet kunnen trouwen ,..) - Geen politieke rechten ( niet gaan stemmen,...) - Beperkingen voortvloeiend uit de wet - i.v.m het bezit onroerende goederen - vzw en stichting is het verboden andere goederen in eigendom te hebben dan degene nodig voor bereiken van het statutaire doel. - Beperkingen die voortvloeien uit het doel van de rechtspersoon - Het specialiteitsbeginsel - Wettelijke specialiteit = een type van rechtspersoon kan enkel gebruikt geworden voor een bepaald doel - Bv venootschap die continue schenkingen uitdeelt is in strijd met wettelijke specialiteit - Statutaire specialiteit = het bijzonder doel van de rechtspersoon, zoals omlijnd door de oprichters - Belangrijk voor verenigingen, je moet doel duidelijk omlijnen en rechtspersoon kan geen handelingen aangaan die erbuiten gaan. Gevolg van het specialiteitsbeginsel : de rechtspersoon kan buiten zijn wettelijk en statutair doel oom geen rechten te verkrijgen of verbintenissen aangaan. Uitzinderingen op statutaire specialiteit Bv: een bestuurder van een nv doet is dat buiten statutaire specialiteit, dan is de rechtspersoon toch verbonden. En toch een recht geldende handeling is. Tenzij de derde op de hoogte was of moest zijn van de overschrijding. B. Handelingsbekwaamheid - Organen van de rechtspersonen - Algemene vergadering en bestuurders - Via hun wordt de rechtspersoon geacht zelf te zijn opgetreden - Bijzondere lasthebbers - Contractuele vertegenwoordigers met beperkte opdracht - Worden juridisch niet geïdentificeerd met de rechtspersoon Rechtshandelingen - materiele rechtshandelingen - rechtshandelingen - materieel - formeel = proces +-----------------------------------+-----------------------------------+ | OBW | BW | +===================================+===================================+ | - niet geoorloofde = | - buitencontractuele | | onrechtmatige daden | aansprakelijk | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | - geoorloofde = de quasi | - oneigenlijke contracten | | -contracten | (rechtsfeiten) | | | | | | 1° zaakwaarneming ( | | | | | | 2° onverschuldigde betaling | | | | | | 3° ongerechtvaardigde verrijking | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | | | +-----------------------------------+-----------------------------------+ Rechtshandelingen = menselijke wilsverklaring die gevolgen wil ( art 1.3 eerste lid BW) Rechtsfeiten = materiele handelingen ( wilt de gevolgen niet) Zaakwaarneming = ik bel dakwerker voor men buur die niet thuis is Onverschuldigde betaling = ik stort perongeluk op iemand rekening terwijl ik dat niet wil Geldigheid van rechtshandelingen Geldigheidsvereisten voor contracten. ( art 5.27 BW) - vrije en bewuste toestemming van elke partij - bekwaamheid van elke partij om contracten aan te gaan - bepaalbaar en geoorloofde voorwerp - geoorloofde zaak - als één van de vier handelingen niet voldoen. Dan kan je nietigverklaring vorderen geldigheidsvoorwaarden (algemeen) - handelingsbekwaamheid - verantwoorden aan werkelijke wil - inhoud vd rechtshandeling - Individuele rechtvaardigingsgrond 1. Handelingsbekwaamheid Zie vorige hoofdstukken 2. Beantwoorden aan werkelijke wil Wilsleer = als de rechtshandeling niet beantwoord aan de werkelijke wil dan is de handeling niet geldig. ( zie art. 5.64 tot 5.66 BW) Correcties op de toepassing van de wilsleer - Wilsgebreken - Vetrouwensleer = de derden mogen voortgaan op de schijnbare wil.Als het vertrouwen werd gewekt dat het om een werkelijk gewilde wilsverklaring ging. Wilsdeficiëntie = verstoring van het bewustzijn. Men beseft niet altijd wat ze doen. En die zijn nog niet handelingsonbekwaam verklaard. Tegenwerpelijkheid van rechtshandelingen ---------------------------------------- Rechtshandeling enkel gebonden met betrokken partijen( inter partes) - Artikel 107 -\> derde bedeel **Derdenbedeel** = een bedeel tussen contract tussen a en b ten gunste van derde c ( a en b komen overeen dat er presentatie geleverd wordt aan c) STEL Levensverzekering : ik (a) sluit overeenkomst met (b) ik betaal premies aan b en als ik sterf zal b kapitaal overschrijven naar men vrouw (c) Rechtstreekse vordering = Bouwheer Aannemer Onderaannemer Als de onderaannemer niet betaald wordt dan is hij schuldeiser van de bouwheer SE-\> schuldeiser SA-\> schuldenaar [STERKMAKING]: Stel Moeder sterft dus ik zou normaal appartement erven samen met men zus. Noch men zus noch ikzelf zijn niet geïnteresseerd dus we beslissen het te verkopen Maar we zijn voor elk de helft eigenaar De koper wilt de koper wilt 100 procent eigenaar - Dus ik maak me sterk dat men zus haar deel zou verkopen - Ik a verkoper b en zus c Ik maak me sterk dat iemand anders ( men zus) iets zal doen Relativering op 3 niveaus 2\) goede trouw \- subjectieve goedstrouw - Had ik niet als partij c niet moeten weten dat a en b bepaalde rechten hadden zodat ik mij moeten inhouden bij het stellen van mijn handeling \- objectieve goedern trouw - \- de gedragsnorm van goede vader naleven Examen: voorbeelden kennen/ - Registratie in centraal register -\> wordt bijhehouden door fatnot Centrae register van bescherming van de personen CRH = CENTRAAL REGISTER VZAN HUWELIJKSOVEENKOMST \_\> K je wilt afwijken van huwelijksstelsel :alles wat binnen komst van lonen komt binnen in gemeenschappelijk Maar Ervend geld zal eigen zijn, schenkingen blijven eigen, Maar daarvan kan je afwijken -\> huwelijksovereenkomst ( verplicht notarieel) Derden moeten weten met welk stelsel ze getrouwd zijn Cer = Centraal erf recht register Als je erft zal je keuze moeten maken 1. Ik verwerp -\> meer schulden dan positief iets 2. Ik aanvaard maar onder voorrecht van boedelbeschrijving:z wnnr je niet zkr weet of er meer goederen zijn dan schulden 3. Zuiver aanvaarden -\> goederen en schulden aanvaarden Examen Erfovereenkomsten moeten geregeld worden met cer Fout moest bij crt Crt= centraal register van testamenten Testament = afwijking van erfelijke regels van erfregeling; eenzijdige Max helft van natlenschap Crl = register van lastgeving Examen: in het crl worden enkel notariele volmachten gegeven - Niet juist Crv = centraal register van verklaringen Ik zou nu al verklaring kunnen maken voor later-\> ik wil die persoon als ik handelsonbekwaam wordt (suggestie) Algemen administratie van patrimonium Vertegenwoordiging bij rechtshandelingen ---------------------------------------- Essentie vertegenwoordigen -\> essetntie voor reking van iemand anders optreden - Vertegenwoordiger zal handtekening zetting voor vertegenwoordigde - Lasthebber bevoegdheid omop te staan voor een lastgever Examen: toepassingen van vinden Onmiddelijke vertegenowooridgen - Ouders Middelijke vertegenwoordiging Curator is geen vertegenwoordiger -\> het is bijstand dus niet middelijk of onmiddellijk Voorbeeld middelijke vertegenwoordiger: in eigen naam in rekening voor iemand anders Commisionair Geef 2 rechshandelingen nodig Conventionele vertegenwoordiigng Examen: verzin een verhaal waarvan er toepassing wordt gebruikt van schijnmandaat Een man had zich voor gedaan als verzeringsmakelaar Examen geef vb van eerste deel van artikel Belangenoconflict ontstaan als er tegenstrijdige bazlgnen zijn die \ moet ik het oude of nieuwe recht toepassen? Examen: is het mogelijk dat een oud artikel dat een artikel tussen 1382 -- 1386bis In 2028 toegepast kan worden ? Ja stel iets voorgekomen op 31 december Hangt af op ogenblik van schade /fout is gedaan Een schade onder het oude recht ( voor 1 januari)-\> oude recht wordt toegepast Soorten aansprakelijkheid ------------------------- strafrechtelijke aansprakelijkheid versus burgerrechtelijke ----------------------------------------------------------- 1. **strafrechtelijke aansprakelijkheid** Misdrijf schuldighulpverzuim : als iemand in nood is, dan ben je verplicht om te helpen zonder jezelf in gevaar te brengen 2. **burgerrechterlijk** a. b. Vaststelling: een schade verwekkende gedraging kan een contractuele wanprestatie én tegelijk ook de overtreding van een gedragsnorm uitmaken - Vraag naar de *samenloop* tussen contractuele en extracontractuele aansprakelijkheid [Samenloop van aansprakelijkheid:] toepassing van buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht op contractspartijen = in beginsel verboden door het Hof van Cassatie -\> **stuwadoorsarrest** Extracontractuele vordering tussen contractspartijen kan enkel indien \- de fout de schending uitmaakt, niet v/d contractueel aangegane verbintenis, doch v/e aan iedereen opgelegde verplichting en \- de fout een andere dan een louter uit de gebrekkige uitvoering v/h contract ontstane schade heeft veroorzaakt \- de schade vreemd is aan de uitvoering v/h contract [Huidige grondslag v/h samenloopverbod ] = de vermoede wil van contractspartijen om hun contractuele rechtsverhouding en de in dit raam begane contractuele wanprestatie uitsluitend door de regels v/d contractuele aansprakelijkheid te laten beheersen (Cass. 27 november 2006) Er is actueel slechts één uitzondering op het samenloopverbod (Cass. 28 juni 1982): wanneer de contractuele fout een strafrechtelijk misdrijf (zie bv. art. 418 Sw.) uitmaakt, behoudt (de medecontractant die) het slachtoffer (van het misdrijf is) zijn keuzerecht ( dan kan slachtoffer ook extracontractueel vorderen) stel: een contractueleijdens werken laat een werknemer een pot verf op je voet vallen waardoor je voet gebroken is -\< onopzettelijk - Principieel is het Examen: iemand die badkamer renovatie verricht eloktrukeerd iemand opzettelijk - Opzettelijk Wat gaat er veranderen op 1 januari *Boek 6 BW: afschaffing v/h samenloopverbod* *==\> keuzerecht/plicht voor de benadeelde* *"Tenzij de wet of het contract anders bepaalt,* *zijn de wettelijke bepalingen inzake buitencontractuele aansprakelijkheid van toepassing tussen medecontractanten"* *(art. 6.3, § 1, eerste lid BW)* Maar *Indien de benadeelde buitencontractueel schadeloosstelling vordert* *voor contractuele wanprestatie* *"kan deze medecontractant de verweermiddelen inroepen die voortvloeien uit* - *zijn contract met de benadeelde* - *de wetgeving inzake bijzondere contracten* - *de bijzondere verjaringsregels van toepassing op het contract"* *uitgezonderd voor schade als gevolg van een aantasting van de fysieke of psychische integriteit of van een fout begaan met het opzet schade te veroorzaken* *(art. 6.3, § 1, tweede lid BW)* Examen: Wat gaat er veranderen ? Kijken wat er contractueel afgesproken is; :Eigen aansprakelijkheid: ik wordt aangesproken want ik heb iets gedaan - 1382: actiever : - 1383: - 1386bis : schuldloze aansprakelijkheidc -\> de fouten zijn niet toerekenbaar Twijfel tussen 1382 of 1883? Vorder beiden in Verschil tussen 1382 Iemands jas kapot trekken Examen: natte zwemzak was 14 dagen niet open gedaan geweest -\> door nalatigheid de zwemzak vergeten was er schade ontstaan -\> schade door iets niet te doen -\> mooi voorbeeld 1383 *Boek 6 BW:* *Hoofdstuk 2. Feiten die tot aansprakelijkheid leiden* *Afdeling 1. [Aansprakelijkheid voor eigen daad]* *Onderafdeling 1. Fout* *Art. 6.5 (= oude artikel 1382/1383)* *Beginsel* *"Eenieder is aansprakelijk voor de schade die hij door zijn fout aan een ander veroorzaakt."* *3 elementen die je uit een casus moet kunnen halen* 1. *Fout: schuldaansprakelijkheid* 2. *Schade* 3. *Die fout schade veroorzaakt?* - 1 vd 3 niet vervuld? Dan is het no go Samengestelde aansprakelijkheid ------------------------------- = aansprakelijk voor andermans daad ### Schuldaansprakelijkheid fout + toerekenbaarheid = schuld ### ### objectieve aansprakelijkheid verplicht iemand ertoe schade te vergoeden, ook al heeft hij deze niet door een foutieve gedraging veroorzaakt of helemaal niet veroorzaakt bij casussen meerdere gronden van aansprakelijkheid wie heeft het gedaan, en als het dan aangestelde is met een aansteller ( een baas) dan wordt die ook aangesproken Grondslagen van buitencontractuele aansprakelijkheid ---------------------------------------------------- - Traditionele visie: - onderscheid enkelvoudige-samengestelde - Recentere visie: - onderscheid tussen schuldaansprakelijkheid en objectieve aansprakelijkheid - Boek 6 BW: - onderscheid eigen daad -- andermans daad -- zaken en dieren 1. schuldaanspraak **Het slachtoffer zal slechts schadevergoeding kunnen bekomen indien** - **hij bewijst dat hij *schade* heeft geleden** - **de tegenpartij hieraan [schuld] heeft (een fout heeft begaan en toerekeningsvatbaar is) (** - **een *oorzakelijk verband* bestaat *tussen fout en schade*** [SCHULD] 1. er moet een fout zijn 2. fout moet toerekenbaar zijn ( een toerekeningsvatbare, niet geestesziekte persoon nodig ) [FOUT ] = elke maatschappelijk onaanvaardbare gedraging Overtreding van - een wettelijke of reglementaire bepaling en/of (elke bepaling die kracht van wet heeft; decreet, cordantie, gemeentelijke verordering) - de zorgvuldigheidsnorm [e]xamen: zijn alle misdrijven opgezicht in strzfwetboek burgerrechtelijke fouten? JA want SW bestraft bepaalde gedragingen Examen: de student die niet regelmatig zijn ugentmail checkt pleegt een inbreuk op artiekl 1382 ? Examen : kun je een burgerrechtelijke fout begaan ;;;? Examen een werknemer laat een zware boormachine vallen voor eers ? -\> geen gebruikelijke lichte fout want zu de eerste keer zijn dus - occasionele lichte fout dus juist toerekeningsvatbaarheid als je overmacht kan inroepen onstnap je aan alles - je moet stel: er komt plots een gigantische mistbank op terwijl je op autostrade rijdt -\> aquaplanning in extreme vorm -\> 2^de^ -\> beroert krijgen achter het stuur -\> daar kan je niets aan doen -- fysieke dwang 3^de^ noodtoestand -\> 4^de^ een kraker uit kraakpand willen zetten en deurwaarder scheurt jas 5^de^ wettige verdeding uit verdediging klop je per ongeluk bril kapot 6^de^ ##### 2.1 onmondige kinderen Boven de 7 jaar wel aansprakelijk onder de 7 jaar niet ##### 2.2 personen met een geestesstoornis Hedendaags: geestesgestoorde: schuldloze aansprakelijkheid ##### rechtspersonen *Rechtspersonen* hebben geen bewustzijn - het specialiteitsbeginsel brengt mee dat onrechtmatige daden de rechtspersoon niet binden wat maatschappelijk onaanvaardbaar is [orgaantheorie ] 1. een orgaan begaat een fout binnen de uitvoering van zijn opdracht: - rechtspersoon = aansprakelijk o.g.v. art. 1382 oud BW - slachtoffer kan ook het orgaan zelf aansprakelijk stellen o.g.v. art. 1382 oud BW fouten begaan door organen en als het bewezen dan is de rechtspersoon **foutloos aansprakelijk** ### 3. ### vermoedens van aansprakelijkheid 1. ##### aansprakelijkheid voor schade aangericht door minderjarigen Minderjarigen \< 12 jaar: - niet aansprakelijk *voor schade veroorzaakt door hun fout of door een ander tot aansprakelijkheid leidend feit (art. 6.9 BW)* \[Geestesgestoorden zijn *principieel aansprakelijk, maar de rechter kan schadeloosstelling uitsluiten of beperken (zie verder, de tekst van art. 6.11 BW)*\] - soort principe als bij geestesgestoorden - rechter oordeelt naar willigheid: moet schade betaald worden ofniet? Als minderjarige verzekert is moet verzekering uitgeput worden Maak schema ##### aansprakelijkheid van de ouders ( onders gelding van het bw) 1384 lid 2 ouders (In de wet : vader en moeder maar moet ook meemoeder zijn ) - alle ouders met juridisch vastgestelde afstammingsband - oorspronkelijk of adoptieve afstammingsband - alle kinderen, zolang ze minderjarig en niet-ontvoogd zijn - ongeacht hun staat in de familie en gezinstoestand [ouders] een niet onmondig kind kan ook aansprakelijk worden gesteld en ouders ook ouders kunnen een dubbel tegenbewijs leveren en bewijzen - dat ze en goed toezicht hebben gehouden - goed hebben opgevoed -\> kunt niet aan ontsnappen door je te beroepen op arbeidsovereenkomst [leerkrachten ] [stel: ] een minderjarige steekt potlood in iemands oog - minderjarige is aansprakelijk - [ouders] dubbel weerlegging \- onder toezicht \- opvoeding werkt niet goedgekuerd Maar kan leraar niet aansprakelijk worden gesteld? Tegenbewijs van goed toezicht -\> ooggetuigen van buiten gegooid enz - \> kon niet verhinderd worden toezichtmeester kan niet worden aansprakelijk gesteld ##### aansprakelijkheid van titularissen van het gezag over de persoon van minderjarigen Vanaf 1 jan 2025 - - - *=\> Onderscheid ngl. minderjarige jonger of ouder is dan 16 jaar* *Zij zijn:* - *voor fouten v/d minderjarige \ | | | | - *De* bewaarder *is de persoon | | - wie heeft er meesterschap | die de niet-ondergeschikte | | over het dier? Die is | macht van leiding en controle | | aansprakelijk | heeft over het dier.* | | | | | | - *De eigenaar wordt vermoed | | | bewaarder van het dier te | | | zijn, tenzij hij bewijst dat | | | de bewaring bij een ander | | | berust* | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | - het slachtoffer moet bewijzen | | | dat de schade door het dier | | | werd veroorzaakt | | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Hoe ontsnappen? | | | | | | - Bewijzen dat je niet bewaker | | | of eigenaar bent | | | | | | - Of schade was niet door jouw | | | dier | | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | | | +-----------------------------------+-----------------------------------+ Op een manage was een kind aan het paard leren rijden en er was een instructeur bij - de instructeur is aansprakelijk maar breekt er paard los waar niemand bij is - de eigenaar 4. aansprakelijkheid voor schade veroorzaak door zaken die een bijzonder gevaar opleveren 1. aansprakelijkheid van de eigenaar van een instortende gebouwen 2. aansprakelijkheid van de bewaarder van een gebrekkige zaak 5. aansprakelijkheid van de titularissen van het gezag voor schade veroorzaakt door minderjarigen jonger dan 16 jaar 6. aansprakelijkheid van de aansteller voor schade veroorzaakt door zijn aangestelde - aangestelde = degene die in ondergeschikt verband werk uitvoert voor een ander (bv. alle werknemers) - aanstellers: stellen aangestelden aan voor eigen rekening 3. regeling onder obw - vereist is dat het schadegeval niet zou hebben plaatsgehad zonder de tewerkstelling - band tussen dienst en fout is noodzakelijk, maar mag toevallig zijn - ook aansprakelijkheid bij misbruik van functie bv : met materiaal van werk klusjes opknappen voor eigen werk artikel 1384 alleen werknemer [verband orgaantheorie ] 4. regeling bw *De aansteller is de persoon die voor eigen rekening in feite gezag en toezicht op het gedrag van een ander kan uitoefenen* *De* [aansteller] *is* foutloos *aansprakelijk voor de schade door zijn aangestelde aan derden veroorzaakt* *tijdens en naar aanleiding van de uitoefening van zijn functie,* *als gevolg van zijn fout of een ander tot aansprakelijkheid leidend feit (art. 6.14, § 1, eerste lid BW)* aansprakelijkheid voor personeelsleden aansprakelijkheid voor organen oorzakelijk verband 23/10/2024 oorzakelijk verband = causaal verband Tussen fout en schade moet een oorzakelijk verband bestaan om aanleiding te kunnen geven tot aansprakelijkheid De equivalentieleer = - Er is causaal verband (tussen fout en schade) indien een bepaalde schade (zoals zij zich *in concreto* voordoet) niet zou zijn ontstaan zonder de fout - Eenieder die een fout begaat die een noodzakelijke voorwaarde is voor de schade, is aansprakelijk voor deze schade (doe de *conditio sine qua non*-test) = Voorbeeld: Een verkeersongeval en iemand geraakt gewond ( fout 1), de persoon die aangereden wordt moet naar kliniek en moet bloedzakjes krijgen en krijgt besmet bloed toegediend (fout 2 )en wat blijkt dat de persoon Sero positief is geworden ( hiv). Het ongeval is zeker een bijdrage tot de schade,r de schadelast kan toegerekend worden aan degene die hem had angereden. Maar kijken naar de bijdrage en de schade Voorbeeld huis is afgebrand en blijkt door elekricien die kortsluiting heeft veroorzaak Iemand die dan brandbom gooit en die zegt 'mijn fout is geen noodzakelijke fout dus ik ben niet aansprakelijk iii. Niet rechtvaardig Dus zie art 6.18 STEL Vuurwerp verkopen aan minderjarige Minderjarige verkoopt het door En een derde steekt het af en in zijn oog Pluraliteit van oorzaken 1. Meerdere aansprakelijke a. Hebben samen eenzelfde fout begaan b. Hebben verschillende fouten begaan 2. Fout v/h slachtoffer en fout v/d dader 1.a) Meerdere aansprakelijken hebben samen eenzelfde fout begaan (na bewuste samenwerking) Vroeger Voorbeeld: minderjarige middelbare school studente : " gelieve men ex in elkaar te kloppen" Hoofdelijk: Fout v/h slachtoffer en fout v/d dader Hoofdstuk 5 rechtsmisbruk Afdeling 1 A. Wettelijke beperkingen B. Zurgvoldigheidsnorm C. Rechtsmisbruik Afdeling 2 A. Traditonele criteria B. Mijlpaalarrest van het hof van cassatie C. Wettelijke omschrijving van het verbod van rechtsmisbruik Hoofdstuk 6 Afdeling 1 A. Begrip Juridisch bekrachtigde aanspraken en bevoegdheden die een rechtssubject op bepaalde zaken of jegens bepaalde personen kan uitoefenen om zijn doelstellingen te verwezenlijken B. Nut Bevoegdheidsverdeling onder de rechtbanken: voor geschillen omtrent subjectieve rechten zijn de gewone (niet: de administratieve) rechtbanken bevoegd (zeg nooit achternaam -\ familienaam) Hoe kan je van familienaam veranderen los van biologische afstamming ? 1. 2. Naamverandering = subjectief recht Afdeling 2 A. Politieke en burgerlijke rechten B. Patrimoniale en extrapatrimoniale schade 1. **Patrimoniale rechten** = de juridische algemeenheid die het geheel v/d bestaande en toekomstige goederen en verbintenissen omvat - Elke persoon heeft een vermogen (en in principe slechts één) uitzonderingen: de titularissen van kwaliteitsrekeningen = advacaten, notarissen, vastgoedmakelaars hebben een derdenrekening, ( gelden van cliënten ) de derdenrekening mag niet gebruikt worden voor persoonlijke noden 1. soorten voorwerpen - *Lichamelijke voorwerpen* = zintuiglijk waarneembaar en meetbaar middels een momentopname maar niet altijd vatbaar voor heerschappij of toe-eigening \- niet (in globo): *res communes ( gemene zaken) bv water oceaan, de lucht -\> kan je niet toe-eigenen* \- wel: *res nullius: zaken die van niemand zijn ( wild= niet gedomiceerde* *vissen,..), grondwater -\> kan je wel toe eigenen* - *Onlichamelijke voorwerpen* = op geld waardeerbare rechten, zonder stoffelijk bestaan 3 categorieën: \- zakelijke rechten \- vorderingsrechten en \- intellectuele rechten 1. **zakelijke rechten** - eigendomsrecht - mede-eigendom - zakelijke gebruiksrechten - zakelijke zekerheden 1. - **Bezit en detentie** 2. functies - bewijsfunctie - beschermende functie = politionele functie - als bezitter uw bezit tegenwerpen die dat bezit willen verstoren - verkrijgende functie - toegoedertrouw - terkwadertrouw: : hij weet dat hij geen eigenaar is maar wil het worden - rechtshandeling - huurder is detentor - de bewaarnemer ( persoon in vestiair) - wettelijke titel - rechtelijke titel - de curator van vermogen van vennootschap ( geef 2 voorbeelden wei de detentor is) - beiden feitelijke toestanden 2. - toevallig - als je ouders sterven en erfenis delen met broer - vrijwillig - - Gedwongen = dwingend recht - Bv appartementsgebouw: de gemeenschappelijke delen koop je ook mee bv deel vd trap, tuin, lift, = gewongen recht appartement - Bv grafkelder Bijzondere regels voor de mandeligheid =( gemene afsluiting) bv taxushaag, beukenhaag - De afsluiting zelf op 3. Hoe jonger de vruchtgebruiker hoe meer waard De "volle" eigendom wordt opgesplitst in: \- "blote" eigendom (voor de eigenaar(s)) + \- vruchtgebruik (voor de vruchtgebruiker [Toepassingen van vruchtgebruik:] \- in het erfrecht: t.v.v. de LLE( langste levende echtgenoot) / LLWSP De LLE -\> vruchtgebruik op alles: " de woning , meubels Kinderen -\> naakte \- in het huwelijksvermogensrecht: de vruchten van eigen goederen vallen in het gemeenschappelijk vermogen Alles wat tijdens huwelijk binnenkomt is gemeenschappelijk maar geschonken, gerfde goederen zijn eigen maar die dingen kunnen opbrengen en die opbrengt wordt in gemeenschappelijke \- in het familierecht: het ouderlijk vruchtgenot art. Alle vruchten die toebehoren tot minderjarige kunnen ouder [Erfdienstbaarheid] = last op een onroerend goed (lijdend erf) tot gebruik en tot nut van andermans onroerend goed (heersend erf) (onroerend recht, nooit verbonden aan een persoon) zichtbaar of onzichtbaar - -zichtbaar: - onzichtbaar: - de egelstraat Twee categorieën erfdienstbaarheden: - \- *wettelijke* erfdienstbaarheden (i.v.m. waterafvloeiing, afstanden ( regels hoeveel je van perceel mag en ingeslotenheid) - \- erfdienstbaarheden *door menselijk handelen* (bv. een recht om water te putten, een weiderecht) Erfpacht (art. 3.167 tot 3.176 BW) - = het vol gebruik en genot van andermans goed dat onroerend is uit zijn aard of door incorporatie - erfpachter mag niets doen dat de waarde v/h goed vermindert, maar kan de bestemming v/h goed wel wijzigen - minimaal 15 jaar, maximaal 99 jaar, maar hernieuwbaar bv: het oud begijnhof Opstalrecht (art. 3.177 tot 3.188 BW) = het eigendomsrecht op al dan niet gebouwde volumes, voor het geheel of een deel, op, boven of onder andermans grond om er bouwwerken of beplantingen te hebben maximaal voor 99 jaar, maar verlengbaar - kan ondergronds en bovengronds - de grondeigenaar draagt conventioneel de voordelen van zijn recht van natrekking over, al dan niet tegen vergoeding = als je onroerend goed bouwt die van bepaalde eigenaar is, alles wat op bepaalde grond gebouw wordt wordt nagetrokken in die grond en wordt eigendom van de grondeigenaar als A grond erft -\> en je bouwt huis en betaald fifty fifty A en B -\> dan kan de A het huis claimen - recht van opstal verleend Techniek van het recht van opstal: de grondeigenaar draagt conventioneel de voordelen van zijn recht van natrekking over, al dan niet tegen vergoeding Nut van het opstalrecht: dubbel voordeel -voor de grondeigenaar (opstalgever): kan een vergoeding ontvangen; wordt eigenaar bij de beëindiging v/h opstalrecht, tegen betaling v/d actuele waarde v/d opstallen \- voor de opstalhouder: moet niet investeren in de aankoop v/d grond - Een bepaald goed strekt tot zekerheid (waarborg) v/d terugbetaling v/e schuld De schuldeiser met een zekerheid wordt bij voorrang betaald met de opbrengst van dat goed (= doorbreking v/d *paritas creditorum ( gelijkheid onder schuldeisers)* en de pondspondsgewijze verdeling) -\> in principe schuldeisers allemaal gelijk 50.000 40.000 10.000 Ik heb geen geld en alles wordt verkocht en het levert 10.000 op op normale zaken zal Schuldeiser a 5000, b ;4000 en c 10000 Maar stel a en b hebben geen zekerheid maar c wel dan gaat alles naar c Voorrecht = een recht dat uit hoofde v/d bijzondere aard v/d schuldvordering aan een SE toekomt (krachtens een wettelijke bepaling) en hem voorrang verleent boven de andere schuldeisers Geen enkel voorrecht zonder wetp -\> voorrecht moet volgen uit een wet Examen : annp 2024 staan alle voorrechten staan opgesomd in hyptheekrecht van 18 etc -\> juist Bv begrafenisondernemer heeft een voorrecht, onbeptaalde werknemer , elke onderhoudseiser, - Legaliteitsbeginsel - \- numerus clausus algemeen of bijzonder geef 2 verschillen en 2 gelijkenissen over voorrecht en hypotheek \- aklle 2 zakelijke zekerheiden Hypotheek = een recht op een onroerend goed, dat bestemd is tot zekerheid v/e schuldvordering, zonder dat de schuldenaar zijn goed uit handen geeft (wettelijk, conventioneel of testamentair gevestigd) \- volgt de goederen \- moet worden ingeschreven om tegenwerpelijk te zijn Hypotheek niet wettelijk Verschil met pandgeving Pandrecht verleent het recht om bij voorrang boven de andere schuldeisers te worden betaald uit de bezwaarde goederen \- steeds conventioneel \- m.b.t. roerende voorwerpen of goederen onroerend door bestemming (geen schepen) = je laat een nis bouwen voor bepaald beeld in te plaatsen \- geregistreerd in het pandregister voor tegenwerpelijkheid Eigendomsvoorbehoud roerende goederen, verkocht met een beding dat de eigendomsoverdracht opschort tot volledige betaling van de prijs, kunnen worden teruggevorderd (revindicatie) wanneer de koper in gebreke blijft de koopprijs te betalen - moet schriftelijk, uiterlijk op het ogenblik v/d levering van het goed registratie in het pandregister is mogelijk (enkel vereist ingeval de ( niet verplicht te register ) Uitzondering: wnnr de zonnepanelen vastliggen op dak maken ze deel uit vezn onroerend goed Retentierecht verleent aan de schuldeiser het recht tot *opschorting van de teruggave van een goed* dat hem door zijn schuldenaar werd overhandigd of bestemd is voor zijn schuldenaar, zolang zijn schuldvordering die verband houdt met dat goed niet voldaan is retentor ≈ pandhouder geen volgrecht 2. vorderingsrechten - doen - laten (= niet-doen) - geven (= overdracht v/e zakelijk recht) *Klassieke opvatting*: Zakelijke rechten gelden *erga omnes* Vorderingsrechten gelden enkel *inter partes* *Modernere visie*: het onderscheid tussen beide categorieën rechten is enkel manifest wat hun interne werking betreft, niet qua externe werking Interne werking: het voorwerp van het recht is duidelijk verschillend Externe werking: ook vorderingsrechten zijn tegenwerpelijk aan derden, die de uitoefening van andermans vorderingsrecht niet mogen verhinderen (derde-medeplichtigheid aan contractbreuk is een fout) 3. intellectuele rechten verschaffen een tijdelijk en exclusief exploitatierecht op een (originele of nieuwe) creatie v/d menselijke geest m.a.w.: derden wordt verboden om van deze creaties gebruik te maken of ze te miskennen bv: ik heb auteursrecht op hetgeen wat ik schrijf: 1000 euro auteursrechten daar hou ik van 960 euro aan voor mezelf De voornaamste soorten zijn: \- auteursrecht \- octrooi = een tijdelijk en exclusief recht op een uitvinding die nieuw is op uitzvinderswerkzaamheid berust en vatvaar voor industriele toepassing Bv speculoospasta \- merken, tekeningen en modellen \- kwekersrechten \- chips \- computerprogramma's en databanken 2. Extraâtrimoniale rechten zijn onvervreemdbaar Twee categorieën: \- persoonlijkheidsrechten \- familierechten 1. persoonlijkheidsrechten 2 illegalen in belige niet altijd schijnhuwelijk -\> huwelijk is een mensenrecht Hoofdstuk 7: duurzame ontwikkeling Afdeling 1 internationaal kader