Podcast
Questions and Answers
Twee of meer organismen van ______ soorten leven langdurig samen in een symbiose.
Twee of meer organismen van ______ soorten leven langdurig samen in een symbiose.
verschillende
Mutualisme is een interactievorm met ______ voordeel.
Mutualisme is een interactievorm met ______ voordeel.
wederzijds
Mieren en bladluizen hebben een ______ relatie.
Mieren en bladluizen hebben een ______ relatie.
mutualistische
Schimmels en orchideeën hebben een ______ relatie.
Schimmels en orchideeën hebben een ______ relatie.
Signup and view all the answers
Een heremietkreeftje leeft in een lege ______ schelp.
Een heremietkreeftje leeft in een lege ______ schelp.
Signup and view all the answers
Runderen en bacteriën in hun spijsverteringskanaal hebben een ______ relatie.
Runderen en bacteriën in hun spijsverteringskanaal hebben een ______ relatie.
Signup and view all the answers
In een korstmos werkt een schimmel samen met een ______ organisme.
In een korstmos werkt een schimmel samen met een ______ organisme.
Signup and view all the answers
Commensalisme is een interactie waarbij één partij voordeel heeft, terwijl de andere partij ______ voordeel noch nadeel ondervindt.
Commensalisme is een interactie waarbij één partij voordeel heeft, terwijl de andere partij ______ voordeel noch nadeel ondervindt.
Signup and view all the answers
De ______ op onze huid zijn een voorbeeld van commensalisme.
De ______ op onze huid zijn een voorbeeld van commensalisme.
Signup and view all the answers
______ zijn planten die op andere planten groeien.
______ zijn planten die op andere planten groeien.
Signup and view all the answers
Zeepokken zijn ______ die op zee-dieren leven.
Zeepokken zijn ______ die op zee-dieren leven.
Signup and view all the answers
Een ______ vangt andere dieren om ze te eten.
Een ______ vangt andere dieren om ze te eten.
Signup and view all the answers
Een ______ is een dier dat andere dieren vangt met als doel ze te eten.
Een ______ is een dier dat andere dieren vangt met als doel ze te eten.
Signup and view all the answers
De interactie tussen lemmingen en ______ is een voorbeeld van predatie.
De interactie tussen lemmingen en ______ is een voorbeeld van predatie.
Signup and view all the answers
______ is een verschijnsel waarbij een ongevaarlijk organisme een ander gevaarlijk of niet-smakelijk organisme nabootst.
______ is een verschijnsel waarbij een ongevaarlijk organisme een ander gevaarlijk of niet-smakelijk organisme nabootst.
Signup and view all the answers
Een ______ is een organisme dat leeft ten koste van een ander organisme, de gastheer.
Een ______ is een organisme dat leeft ten koste van een ander organisme, de gastheer.
Signup and view all the answers
De haarzakjesmijt is een voorbeeld van ______.
De haarzakjesmijt is een voorbeeld van ______.
Signup and view all the answers
Bremraap is een voorbeeld van ______, een interactie waarbij één organisme voordeel heeft en het andere nadeel.
Bremraap is een voorbeeld van ______, een interactie waarbij één organisme voordeel heeft en het andere nadeel.
Signup and view all the answers
Een maretak is een ______, die water en voedingsstoffen onttrekt aan zijn gastheer.
Een maretak is een ______, die water en voedingsstoffen onttrekt aan zijn gastheer.
Signup and view all the answers
______ is een vorm van interactie waarbij de ene soort nadeel ondervindt, terwijl de andere geen voordeel of nadeel heeft.
______ is een vorm van interactie waarbij de ene soort nadeel ondervindt, terwijl de andere geen voordeel of nadeel heeft.
Signup and view all the answers
Antibiose is een vorm van ______ waarbij een soort de overlevingskansen van een andere soort nadelig beïnvloedt door het afscheiden van een bepaalde stof.
Antibiose is een vorm van ______ waarbij een soort de overlevingskansen van een andere soort nadelig beïnvloedt door het afscheiden van een bepaalde stof.
Signup and view all the answers
Flashcards
Symbiose
Symbiose
Langdurig samenleven van organismen van verschillende soorten.
Mutualisme
Mutualisme
Interactievorm met wederzijds voordeel, verhoogt overlevingskans.
Commensalisme
Commensalisme
Interactievorm met voordeel voor één partij, geen effect op de andere.
Predatie
Predatie
Signup and view all the flashcards
Parasitisme
Parasitisme
Signup and view all the flashcards
Amensalisme
Amensalisme
Signup and view all the flashcards
Interspecifieke competitie
Interspecifieke competitie
Signup and view all the flashcards
Vaatplanten
Vaatplanten
Signup and view all the flashcards
Antibiose
Antibiose
Signup and view all the flashcards
Halfparasiet
Halfparasiet
Signup and view all the flashcards
Mimicry
Mimicry
Signup and view all the flashcards
Hoofdgastheer
Hoofdgastheer
Signup and view all the flashcards
Tussengastheer
Tussengastheer
Signup and view all the flashcards
Broedparasiet
Broedparasiet
Signup and view all the flashcards
Study Notes
Thema 3: Invloeden van interacties op de overlevingskans
- Thema 3 onderzoekt hoe interacties tussen verschillende soorten organismen hun overlevingskans beïnvloeden.
Hoofdstuk 2: Invloeden van interacties tussen verschillende soorten op hun overlevingskans
- Dit hoofdstuk focust op de invloeden die interacties tussen verschillende soorten organismen hebben op hun overlevingskans.
Hoe beïnvloeden organismen van verschillende soorten elkaar?
- Symbiose is het langdurig samenleven van twee of meer verschillende soorten organismen.
- Wanneer organismen van verschillende soorten samenleven, kunnen ze elkaar positief of negatief beïnvloeden.
Positieve invloeden
- Mutualisme: Een interactie waarbij beide partijen voordeel hebben. De overlevingskansen van beide soorten worden verhoogd.
- Voorbeeld: Mieren en bladluizen
- Voorbeeld: Insecten en planten
- Voorbeeld: Schimmels en orchideeën
- Voorbeeld: Vaatplanten en het transport van water en voedingsstoffen
- Voorbeeld: Heremietkreeftjes en zeeanemonen
- Voorbeeld: Runderen en bacteriën
- Voorbeeld: Korstmossen (samenwerking schimmel en fotosynthetiserend organisme)
Negatieve invloeden
- Predatie: Een interactie waarbij de ene soort (predator) de andere soort (prooi) eet. De overlevingskans van de prooi daalt, maar de overlevingskans van de predator stijgt.
- Voorbeeld: Torenvalken en prooidieren
- Voorbeeld: Haaien en andere vissen
- Voorbeeld: Leeuwen en zebra's
- Voorbeeld: Vleermuizen en vlinders
- Voorbeeld: Lemmingen en hermelijnen
- Mimicry: Een verschijnsel waarbij een ongevaarlijk organisme een gevaarlijke of onaantrekkelijke soort nabootst in gedrag, kleur of vorm.
- Parasitisme: Een interactie waarbij de ene soort (parasiet) voordeel haalt uit de andere soort (gastheer), terwijl de gastheer nadeel ondervindt.
- Voorbeeld: Sluipwespen en bladluizen (en andere voorbeelden)
- Voorbeeld: Runderlintworm
- Voorbeeld: Koekoek en andere vogels (broedparasiet).
- Voorbeeld: Haarzakjesmijt
- Voorbeeld: Bremraap
- Voorbeeld: Maretak
- Amensalisme: Een interactie waarbij de ene soort nadelig beïnvloedt, maar de andere soort geen nadelige of positieve gevolgen ervaart.
- Voorbeeld: Betreding en de gevolgen voor een grasveld
- Voorbeeld: Ontdekking van Penicilline
- Interspecifieke competitie: Een interactie waarbij twee of meer soorten concurreren voor dezelfde middelen (bijvoorbeeld voedsel, water, territorium). Beide partijen ondervinden een nadeel.
- Voorbeeld: Rode en grijze eekhoorn.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.
Related Documents
Description
Dit quiz behandelt hoe interacties tussen verschillende soorten organismen hun overlevingskans beïnvloeden. Het richt zich op positieve en negatieve invloeden, zoals mutualisme en symbiose. Leer meer over de onderlinge relaties en hun impact op de overleving.