Podcast
Questions and Answers
Welk begrip verwijst naar de plaats waar men kijkt in het Griekse theater?
Welk begrip verwijst naar de plaats waar men kijkt in het Griekse theater?
- Saterspel
- Theatros (correct)
- Dithyrambe
- Agon
Thespis was de eerste acteur in de Griekse tragedie.
Thespis was de eerste acteur in de Griekse tragedie.
True (A)
Hoeveel tragedies vormen samen een tragediecyclus?
Hoeveel tragedies vormen samen een tragediecyclus?
drie
De belangrijkste god die werd geëerd bij de Griekse theaterfestival was ___.
De belangrijkste god die werd geëerd bij de Griekse theaterfestival was ___.
Koppel de Griekse tragedieschrijvers aan hun belangrijkste kenmerken:
Koppel de Griekse tragedieschrijvers aan hun belangrijkste kenmerken:
Welke van de volgende werken is het enige bewaarde saterspel?
Welke van de volgende werken is het enige bewaarde saterspel?
De Griekse komedie ontstond in de 4e eeuw v.C.
De Griekse komedie ontstond in de 4e eeuw v.C.
Wat is de rol van het koor in de Griekse tragedie?
Wat is de rol van het koor in de Griekse tragedie?
Wie was de bekendste komedieschrijver in het oude Athene?
Wie was de bekendste komedieschrijver in het oude Athene?
De Griekse komedie had altijd een coherent en samenhangend verhaal.
De Griekse komedie had altijd een coherent en samenhangend verhaal.
Wat is de betekenis van de term 'Choregos' in het oude Athene?
Wat is de betekenis van de term 'Choregos' in het oude Athene?
De komedie 'Lysistrata' is geschreven door __________.
De komedie 'Lysistrata' is geschreven door __________.
Koppel de schrijvers aan hun werken:
Koppel de schrijvers aan hun werken:
Wat is een belangrijk kenmerk van de Griekse komedie?
Wat is een belangrijk kenmerk van de Griekse komedie?
De nieuwe komedie in het oude Griekenland was gericht op maatschappelijke spot.
De nieuwe komedie in het oude Griekenland was gericht op maatschappelijke spot.
Welk soort theater vond voornamelijk plaats in het Romeinse Rijk vanaf 240 v.C.?
Welk soort theater vond voornamelijk plaats in het Romeinse Rijk vanaf 240 v.C.?
Het eerste stenen theater in Rome werd gebouwd in __________.
Het eerste stenen theater in Rome werd gebouwd in __________.
Wat was de rol van acteurs in het Romeinse theater?
Wat was de rol van acteurs in het Romeinse theater?
De 'Colosseum' was bedoeld voor theaterstukken en had geen spektakels.
De 'Colosseum' was bedoeld voor theaterstukken en had geen spektakels.
Wie wordt vaak beschouwd als de vader van de Romeinse literatuur?
Wie wordt vaak beschouwd als de vader van de Romeinse literatuur?
De __________ was een belangrijke dansgroep in de Griekse komedie.
De __________ was een belangrijke dansgroep in de Griekse komedie.
Wat kenmerkte de tragedie van Lucius Seneca?
Wat kenmerkte de tragedie van Lucius Seneca?
Flashcards
Theater in de oudheid: oorsprong
Theater in de oudheid: oorsprong
Het theater in de oudheid is ontstaan uit de Griekse ‘theatros’, wat letterlijk ‘plaats om te kijken’ betekent. De Grieken bedachten het concept, niet het theater zelf.
Theater: vroege ontwikkeling
Theater: vroege ontwikkeling
Het Griekse theater begon in de 5e eeuw v.C. in Athene, en is voortgekomen uit het dithyrambe, een beurtzang van 50 mannen voor de goden. De koorleider kon het publiek aanspreken, soms als iemand anders. Thespis was de eerste die dit deed en wordt gezien als de ‘eerste acteur’.
Theater: eerste gebouwen en goden
Theater: eerste gebouwen en goden
De eerste theatergebouwen in Griekenland werden gebouwd op heuvels. Theater was een manier om de goden te eren, vooral Dionysus, de god van wijn, theater en passie. Maskers werden aan hem geofferd.
Theater: festivals en tragedies
Theater: festivals en tragedies
Signup and view all the flashcards
Tragediecyclus: structuur
Tragediecyclus: structuur
Signup and view all the flashcards
Kenmerken van Griekse tragedie
Kenmerken van Griekse tragedie
Signup and view all the flashcards
Drie grote tragedieschrijvers
Drie grote tragedieschrijvers
Signup and view all the flashcards
Oorsprong van Griekse komedie
Oorsprong van Griekse komedie
Signup and view all the flashcards
Thesmophoria
Thesmophoria
Signup and view all the flashcards
Griekse Komedie
Griekse Komedie
Signup and view all the flashcards
Choregos
Choregos
Signup and view all the flashcards
Phylax
Phylax
Signup and view all the flashcards
Kordax
Kordax
Signup and view all the flashcards
Agon
Agon
Signup and view all the flashcards
Parabasis
Parabasis
Signup and view all the flashcards
Romeins Theater
Romeins Theater
Signup and view all the flashcards
Ludi Romani
Ludi Romani
Signup and view all the flashcards
Fabulea praetextae
Fabulea praetextae
Signup and view all the flashcards
Fabulea palliatae
Fabulea palliatae
Signup and view all the flashcards
Fabulae Atellanae
Fabulae Atellanae
Signup and view all the flashcards
Colosseum
Colosseum
Signup and view all the flashcards
Persona
Persona
Signup and view all the flashcards
Lucius Seneca
Lucius Seneca
Signup and view all the flashcards
Study Notes
Oudheidstheater: Griekenland en Rome
- Griekse Theater: Ontstaan uit dithyramben (beurtzangen voor goden) in Athene, 5e eeuw v.C.
- Eerste Acteur: Thespis, die de koorleider andere personages liet spelen.
- Theater Gebouwen: Bouw op heuvels, ter ere van Dionysus (god van wijn, theater, passie).
- Theater Festivals: Dionysia en Leneia (vruchtbaarheidsfeesten) - inclusief schrijverswedstrijden voor tragedie.
- Griekse tragedie: Agonistisch genre, vaak mythisch met een slechte afloop.
- Kenmerkend voor tragedie: Koor (geassocieerd met het volk), rustverstorende factor buiten Athene.
- Opbouw tragedie: Proloog, Parados, Epeisodion, Stasimon, en soms epiloog.
- Drie grote Tragie schrijfsters:
- Aeschylus: Tweede acteur, sterke koorrol, relatie mens-god, visueel spectakel.
- Sophocles: Derde acteur, mens versus kosmos, lot/fatum, scherpe tragische keuzes.
- Euripides: Vriendelijke vragen aan de maatschappij, psychologische diepgang, meer volks taal, soms deus ex machina einde.
- Griekse Komedie: Ontstaan uit rituelen, utopisch, spottend, om Dionysus te eren.
- Kenmerken van Komedie: Losse plot, veel intermezzo's, veel uitval van personages, vaak kritiek op de maatschappij.
- Bekende Komedieschrijver: Aristophanes (meeste overgebleven stukken).
- Choregos: Rijke Athener, financierde kostuums en decors.
- Phylax: Komedie met slechte afloop.
- Opbouw Komedie: Proloog, Parados, Agon, Parabasis, Episodes, en Exodus.
- Evolutie Komedie: Middelste komedie (geen koor), Nieuwe komedie (huis-tuin-keuken, Menander).
Romeins Theater:
-
Romeins theater: Overname van het Griekse theater, vanaf 240 v.C., populair.
-
Romeins-theaterverschil: Meer realisme, spanning tussen feit en fictie, publiek betrokkenheid.
-
Romeinse verwachtingen van Acteurs: Techniek, dictie, boodschap, inzicht, beheersing, inleving.
-
Spektakel: Theater, gladiatoren, executies, dierengevechten, dansen (pantomime en mime).
-
Romeinse Theater-types: Fabulea palliatae (Griekse kledij), Fabulea praetextae (Romeinse toga).
-
Romeinse kenmerken: Instrumentale begeleiding, acteur die zingen, republikeinse waarden, herneming van stukken (instaurio).
-
Bekende Romeinse Toneelschrijvers:
-
Lucius Seneca: Stoïcijnse filosoof, tragedieschrijver, kritisch visie.
-
Plubius Terentius: Komedieschrijver die zich baseerde op Griekse komedie (6 overgebleven stukken).
-
Titus Maccius Plautus: Komedieschrijver (20 bewaard).
-
Luvius Andronicus en Gnaeus Naevius: vroege tragedieschrijvers en dichters.
-
Het Romeinse Colosseum: Ontworpen als amfitheater voor spectaculaire wedstrijden en executies.
-
Einde Griekse Komedie en tragedie: Romeinse theater ging over entertainment in plaats van religie.
-
Spektakel (Romeinen): Publiek wil overweldigd worden door ongewone, groot, wreed en wonderlijk.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.