Farmacologie en Medicatie bijwerkingen

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to Lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson
Download our mobile app to listen on the go
Get App

Questions and Answers

Wat zijn de twee meest voorkomende algemene bijwerkingen van medicatie?

  • Hoofdpijn en haaruitval
  • Diarree en slapeloosheid
  • Verstopping en duizeligheid (correct)
  • Misselijkheid en huiduitslag (correct)

Welke van de volgende toedieningswegen biedt een directe werking op het centrale zenuwstelsel?

  • Inhalatie (correct)
  • Orale inname
  • Subcutane injectie
  • Transdermale pleisters

Welke stap in de farmacokinetiek beschrijft de afbraak van medicatie in het lichaam?

  • Stoffwisseling (correct)
  • Distributie
  • Excretie
  • Absorptie

Wat wordt bedoeld met farmacodynamiek?

<p>De werking van medicatie op het lichaam (D)</p> Signup and view all the answers

Wat is een voordeel van subcutane injectie als toedieningsweg?

<p>Mogelijkheid van zelftoediening (A)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende stellingen over farmacokinetiek is juist?

<p>De farmacokinetiek omvat de processen van absorptie, distributie, metabolisme en eliminatie. (A)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende definities is het beste voor farmacodynamiek?

<p>De relatie tussen de concentratie van medicatie en de biologische respons. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat is een belangrijk nadeel van orale medicatietoediening?

<p>De bio beschikbaarheid kan variëren door spijsvertering. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn de voornaamste geneesmiddelengroepen?

<p>Antihypertensiva, antidepressiva, en antihistaminica. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is een van de meest voorkomende bijwerkingen van medicatie?

<p>Maagklachten of gastro-intestinale problemen. (B)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende stellingen over de relatie tussen farmacokinetiek en farmacodynamiek is het meest accuraat?

<p>Veranderingen in farmacokinetiek kunnen de farmacodynamische respons beïnvloeden. (B)</p> Signup and view all the answers

Welke lokale toedieningsweg heeft de grootste kans op systemische bijwerkingen?

<p>Neusspray (D)</p> Signup and view all the answers

Wat is een mogelijk nadeel van intramusculaire injectie als toedieningsweg voor medicatie?

<p>Langzame absorptie vergeleken met intraveneuze toediening. (C)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende geneesmiddelengroepen is het meest waarschijnlijk verantwoordelijk voor het verlichten van angstverschijnselen?

<p>Anxiolytica (D)</p> Signup and view all the answers

Wat is een belangrijk aspect van de farmacokinetiek dat invloed heeft op de effectiviteit van een medicijn?

<p>De route van toediening. (A)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende stellingen over de algehele toediening van medicatie is het meest correct?

<p>Algehele toediening kan leiden tot meer bijwerkingen dan lokale toediening. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is een mogelijk gevolg van een onjuiste dosering bij orale medicatietoediening?

<p>Verhoogde kans op bijwerkingen of toxiciteit. (A)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende definities beschrijft het beste farmacokinetiek?

<p>Het proces van absorptie, distributie, metabolisme en excretie van medicatie in het lichaam. (B)</p> Signup and view all the answers

Welke stelling over farmacodynamiek is niet correct?

<p>Farmacodynamiek is een onderdeel van farmacokinetiek. (C)</p> Signup and view all the answers

Waarom is het belangrijk om de verschillende geneesmiddelengroepen te kennen?

<p>Om de juiste behandeling en dosering voor specifieke aandoeningen te bepalen. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat is een belangrijk verschil tussen lokale en algehele medicatietoediening?

<p>Lokale toediening is beperkter in de verspreiding binnen het lichaam dan algehele toediening. (A)</p> Signup and view all the answers

Welke bewering over de farmacokinetiek is incorrect?

<p>Metabolisatie is de stap waarbij een medicijn actief blijft in het lichaam. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is een kenmerk van farmacodynamiek?

<p>Het bestudeert de biologische effecten van medicatie op het lichaam. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is een kenmerk van een geneesmiddelengroep?

<p>Geneesmiddelgroepen worden gekarakteriseerd op basis van hun werkingsmechanisme. (B)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende opties beschrijft een voornaamste bijwerking van medicatie?

<p>Negatieve interacties met andere medicatie of voedsel. (C)</p> Signup and view all the answers

Flashcards are hidden until you start studying

Study Notes

Algemene bijwerkingen van medicatie

  • Meest voorkomende bijwerkingen zijn misselijkheid en vermoeidheid.
  • Bijwerkingen zijn vaak dosisafhankelijk en kunnen variëren per individu.

Toedieningswegen van medicatie

  • Lokale toediening: Directe toepassing op de plaats van effect (bijv. crèmes, oogdruppels).

    • Voordelen: Snelle werking, minder systemische bijwerkingen.
    • Nadelen: Beperkt effect, moeilijker voor interne aandoeningen.

  • Algehele toediening: Via circulatiesysteem (bijv. tabletten, injecties).

    • Voordelen: Breed effect over het lichaam.
    • Nadelen: Langzamere werking, meer kans op systemische bijwerkingen.

Stappen van medicatie in het lichaam

  • Absorptie: Medicatie komt het lichaam binnen.
  • Distributie: Verspreiding van medicatie door het lichaam.
  • Metabolisme: Omzetting van medicatie in actieve/inactieve vormen.
  • Excretie: Uitscheiding van medicatie via urine of ontlasting.
  • Deze stappen zijn onderling verbonden, beïnvloeden de effectiviteit en veiligheid van medicatie.

Belangrijke geneesmiddelengroepen

  • Analgetica: Pijnstillers, verminderen pijn.
  • Antibiotica: Bestrijden bacteriële infecties.
  • Antidepressiva: Behandelen depressieve stoornissen.
  • Antihypertensiva: Reguleren hoge bloeddruk.

Farmacokinetiek

  • Definieert de beweging van geneesmiddelen in het lichaam.
  • Kernbegrippen:
    • ADME: Absorptie, Distributie, Metabolisme, Excretie.
    • Houdt rekening met biologische beschikbaarheid en halfwaardetijd.

Farmacodynamiek

  • Bevestigt hoe geneesmiddelen hun effecten uitoefenen.
  • Kernbegrippen:
    • Receptoren: Doelwitten waar geneesmiddelen aan binden.
    • Effect: Veranderde fysiologische respons door medicatie.
  • Relatie tussen farmacokinetiek en farmacodynamiek is cruciaal voor het begrijpen van medicijnwerking.

Algemene bijwerkingen van medicatie

  • Meest voorkomende bijwerkingen zijn misselijkheid en vermoeidheid.
  • Bijwerkingen zijn vaak dosisafhankelijk en kunnen variëren per individu.

Toedieningswegen van medicatie

  • Lokale toediening: Directe toepassing op de plaats van effect (bijv. crèmes, oogdruppels).

    • Voordelen: Snelle werking, minder systemische bijwerkingen.
    • Nadelen: Beperkt effect, moeilijker voor interne aandoeningen.

  • Algehele toediening: Via circulatiesysteem (bijv. tabletten, injecties).

    • Voordelen: Breed effect over het lichaam.
    • Nadelen: Langzamere werking, meer kans op systemische bijwerkingen.

Stappen van medicatie in het lichaam

  • Absorptie: Medicatie komt het lichaam binnen.
  • Distributie: Verspreiding van medicatie door het lichaam.
  • Metabolisme: Omzetting van medicatie in actieve/inactieve vormen.
  • Excretie: Uitscheiding van medicatie via urine of ontlasting.
  • Deze stappen zijn onderling verbonden, beïnvloeden de effectiviteit en veiligheid van medicatie.

Belangrijke geneesmiddelengroepen

  • Analgetica: Pijnstillers, verminderen pijn.
  • Antibiotica: Bestrijden bacteriële infecties.
  • Antidepressiva: Behandelen depressieve stoornissen.
  • Antihypertensiva: Reguleren hoge bloeddruk.

Farmacokinetiek

  • Definieert de beweging van geneesmiddelen in het lichaam.
  • Kernbegrippen:
    • ADME: Absorptie, Distributie, Metabolisme, Excretie.
    • Houdt rekening met biologische beschikbaarheid en halfwaardetijd.

Farmacodynamiek

  • Bevestigt hoe geneesmiddelen hun effecten uitoefenen.
  • Kernbegrippen:
    • Receptoren: Doelwitten waar geneesmiddelen aan binden.
    • Effect: Veranderde fysiologische respons door medicatie.
  • Relatie tussen farmacokinetiek en farmacodynamiek is cruciaal voor het begrijpen van medicijnwerking.

Algemene bijwerkingen van medicatie

  • Meest voorkomende bijwerkingen zijn misselijkheid en vermoeidheid.
  • Bijwerkingen zijn vaak dosisafhankelijk en kunnen variëren per individu.

Toedieningswegen van medicatie

  • Lokale toediening: Directe toepassing op de plaats van effect (bijv. crèmes, oogdruppels).

    • Voordelen: Snelle werking, minder systemische bijwerkingen.
    • Nadelen: Beperkt effect, moeilijker voor interne aandoeningen.

  • Algehele toediening: Via circulatiesysteem (bijv. tabletten, injecties).

    • Voordelen: Breed effect over het lichaam.
    • Nadelen: Langzamere werking, meer kans op systemische bijwerkingen.

Stappen van medicatie in het lichaam

  • Absorptie: Medicatie komt het lichaam binnen.
  • Distributie: Verspreiding van medicatie door het lichaam.
  • Metabolisme: Omzetting van medicatie in actieve/inactieve vormen.
  • Excretie: Uitscheiding van medicatie via urine of ontlasting.
  • Deze stappen zijn onderling verbonden, beïnvloeden de effectiviteit en veiligheid van medicatie.

Belangrijke geneesmiddelengroepen

  • Analgetica: Pijnstillers, verminderen pijn.
  • Antibiotica: Bestrijden bacteriële infecties.
  • Antidepressiva: Behandelen depressieve stoornissen.
  • Antihypertensiva: Reguleren hoge bloeddruk.

Farmacokinetiek

  • Definieert de beweging van geneesmiddelen in het lichaam.
  • Kernbegrippen:
    • ADME: Absorptie, Distributie, Metabolisme, Excretie.
    • Houdt rekening met biologische beschikbaarheid en halfwaardetijd.

Farmacodynamiek

  • Bevestigt hoe geneesmiddelen hun effecten uitoefenen.
  • Kernbegrippen:
    • Receptoren: Doelwitten waar geneesmiddelen aan binden.
    • Effect: Veranderde fysiologische respons door medicatie.
  • Relatie tussen farmacokinetiek en farmacodynamiek is cruciaal voor het begrijpen van medicijnwerking.

Algemene bijwerkingen van medicatie

  • Meest voorkomende bijwerkingen zijn misselijkheid en vermoeidheid.
  • Bijwerkingen zijn vaak dosisafhankelijk en kunnen variëren per individu.

Toedieningswegen van medicatie

  • Lokale toediening: Directe toepassing op de plaats van effect (bijv. crèmes, oogdruppels).

    • Voordelen: Snelle werking, minder systemische bijwerkingen.
    • Nadelen: Beperkt effect, moeilijker voor interne aandoeningen.

  • Algehele toediening: Via circulatiesysteem (bijv. tabletten, injecties).

    • Voordelen: Breed effect over het lichaam.
    • Nadelen: Langzamere werking, meer kans op systemische bijwerkingen.

Stappen van medicatie in het lichaam

  • Absorptie: Medicatie komt het lichaam binnen.
  • Distributie: Verspreiding van medicatie door het lichaam.
  • Metabolisme: Omzetting van medicatie in actieve/inactieve vormen.
  • Excretie: Uitscheiding van medicatie via urine of ontlasting.
  • Deze stappen zijn onderling verbonden, beïnvloeden de effectiviteit en veiligheid van medicatie.

Belangrijke geneesmiddelengroepen

  • Analgetica: Pijnstillers, verminderen pijn.
  • Antibiotica: Bestrijden bacteriële infecties.
  • Antidepressiva: Behandelen depressieve stoornissen.
  • Antihypertensiva: Reguleren hoge bloeddruk.

Farmacokinetiek

  • Definieert de beweging van geneesmiddelen in het lichaam.
  • Kernbegrippen:
    • ADME: Absorptie, Distributie, Metabolisme, Excretie.
    • Houdt rekening met biologische beschikbaarheid en halfwaardetijd.

Farmacodynamiek

  • Bevestigt hoe geneesmiddelen hun effecten uitoefenen.
  • Kernbegrippen:
    • Receptoren: Doelwitten waar geneesmiddelen aan binden.
    • Effect: Veranderde fysiologische respons door medicatie.
  • Relatie tussen farmacokinetiek en farmacodynamiek is cruciaal voor het begrijpen van medicijnwerking.

Algemene bijwerkingen van medicatie

  • Meest voorkomende bijwerkingen zijn misselijkheid en vermoeidheid.
  • Bijwerkingen zijn vaak dosisafhankelijk en kunnen variëren per individu.

Toedieningswegen van medicatie

  • Lokale toediening: Directe toepassing op de plaats van effect (bijv. crèmes, oogdruppels).

    • Voordelen: Snelle werking, minder systemische bijwerkingen.
    • Nadelen: Beperkt effect, moeilijker voor interne aandoeningen.

  • Algehele toediening: Via circulatiesysteem (bijv. tabletten, injecties).

    • Voordelen: Breed effect over het lichaam.
    • Nadelen: Langzamere werking, meer kans op systemische bijwerkingen.

Stappen van medicatie in het lichaam

  • Absorptie: Medicatie komt het lichaam binnen.
  • Distributie: Verspreiding van medicatie door het lichaam.
  • Metabolisme: Omzetting van medicatie in actieve/inactieve vormen.
  • Excretie: Uitscheiding van medicatie via urine of ontlasting.
  • Deze stappen zijn onderling verbonden, beïnvloeden de effectiviteit en veiligheid van medicatie.

Belangrijke geneesmiddelengroepen

  • Analgetica: Pijnstillers, verminderen pijn.
  • Antibiotica: Bestrijden bacteriële infecties.
  • Antidepressiva: Behandelen depressieve stoornissen.
  • Antihypertensiva: Reguleren hoge bloeddruk.

Farmacokinetiek

  • Definieert de beweging van geneesmiddelen in het lichaam.
  • Kernbegrippen:
    • ADME: Absorptie, Distributie, Metabolisme, Excretie.
    • Houdt rekening met biologische beschikbaarheid en halfwaardetijd.

Farmacodynamiek

  • Bevestigt hoe geneesmiddelen hun effecten uitoefenen.
  • Kernbegrippen:
    • Receptoren: Doelwitten waar geneesmiddelen aan binden.
    • Effect: Veranderde fysiologische respons door medicatie.
  • Relatie tussen farmacokinetiek en farmacodynamiek is cruciaal voor het begrijpen van medicijnwerking.

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Quiz Team

More Like This

Use Quizgecko on...
Browser
Open
Browser
Browser