Podcast
Questions and Answers
Bij de beoordeling van cerebrale atrofie op een MRI-scan bij oudere patiënten met cognitieve klachten, welke overweging is het meest relevant?
Bij de beoordeling van cerebrale atrofie op een MRI-scan bij oudere patiënten met cognitieve klachten, welke overweging is het meest relevant?
- Het onderscheidend vermogen van MRI is superieur voor patiënten boven de 75 jaar.
- Significante atrofie kan ook voorkomen bij ouderen zonder cognitieve stoornissen, waardoor de interpretatie complexer wordt. (correct)
- De mate van atrofie correleert sterk met de ernst van de cognitieve stoornissen.
- Forse cerebrale atrofie sluit de ziekte van Alzheimer uit bij oudere patiënten.
Waarom is beeldvormend onderzoek, zoals een CT-scan of MRI, vooral belangrijk bij patiënten jonger dan 65 jaar met cognitieve klachten?
Waarom is beeldvormend onderzoek, zoals een CT-scan of MRI, vooral belangrijk bij patiënten jonger dan 65 jaar met cognitieve klachten?
- Omdat bij jongere patiënten de atrofie van de cortex altijd ernstiger is.
- Omdat de differentiële diagnose bij deze leeftijdsgroep breder is en andere behandelbare oorzaken uitgesloten moeten worden. (correct)
- Om de hippocampusatrofie, kenmerkend voor de ziekte van Alzheimer, beter te visualiseren.
- Omdat de sensitiviteit van een CT-scan of MRI bij jongere mensen hoger is.
Wat is het primaire doel van het uitvoeren van een CT-scan of MRI bij de diagnostiek van dementie?
Wat is het primaire doel van het uitvoeren van een CT-scan of MRI bij de diagnostiek van dementie?
- Het aantonen van de typische corticale atrofie die kenmerkend is voor de ziekte van Alzheimer.
- Het uitsluiten van andere aandoeningen met therapeutische consequenties die de cognitieve klachten kunnen verklaren. (correct)
- Het vroegtijdig opsporen van vasculaire veranderingen in de hersenen.
- Het kwantificeren van de omvang van de hippocampusatrofie om de ernst van de dementie vast te stellen.
Welke van de volgende beweringen over het gebruik van EEG, nucleaire scans en liquoronderzoek bij de routinediagnostiek van dementie is correct?
Welke van de volgende beweringen over het gebruik van EEG, nucleaire scans en liquoronderzoek bij de routinediagnostiek van dementie is correct?
Welke van de volgende onderzoeken wordt bij alle patiënten met cognitieve klachten aangeraden als onderdeel van de basale diagnostiek?
Welke van de volgende onderzoeken wordt bij alle patiënten met cognitieve klachten aangeraden als onderdeel van de basale diagnostiek?
Wanneer is er een indicatie voor syfilisserologie bij patiënten met cognitieve klachten, naast het standaard bloedonderzoek?
Wanneer is er een indicatie voor syfilisserologie bij patiënten met cognitieve klachten, naast het standaard bloedonderzoek?
Wat is de belangrijkste functie van een neuropsychologisch onderzoek in de diagnostiek van dementie?
Wat is de belangrijkste functie van een neuropsychologisch onderzoek in de diagnostiek van dementie?
In welke situatie is het uitvoeren van meer aanvullend onderzoek bij dementie over het algemeen gerechtvaardigd?
In welke situatie is het uitvoeren van meer aanvullend onderzoek bij dementie over het algemeen gerechtvaardigd?
Wat is de voornaamste reden om structurele beeldvorming van de hersenen te verrichten bij de diagnose van dementie?
Wat is de voornaamste reden om structurele beeldvorming van de hersenen te verrichten bij de diagnose van dementie?
Waarom is de klinisch-radiologische correlatie bij dementie beperkt, ondanks de mogelijkheden van MRI?
Waarom is de klinisch-radiologische correlatie bij dementie beperkt, ondanks de mogelijkheden van MRI?
In welke situatie is liquoronderzoek het meest relevant bij de diagnostiek van dementie?
In welke situatie is liquoronderzoek het meest relevant bij de diagnostiek van dementie?
Wat is de voornaamste beperking van het gebruik van een EEG bij het differentiëren tussen de verschillende vormen van dementie?
Wat is de voornaamste beperking van het gebruik van een EEG bij het differentiëren tussen de verschillende vormen van dementie?
Welke neuropathologische kenmerken zijn essentieel voor een zekere diagnose van de ziekte van Alzheimer?
Welke neuropathologische kenmerken zijn essentieel voor een zekere diagnose van de ziekte van Alzheimer?
Waarom is het bepalen van amyloïd en tau eiwitten in de liquor geen routine diagnostiek bij dementie?
Waarom is het bepalen van amyloïd en tau eiwitten in de liquor geen routine diagnostiek bij dementie?
In welke hersenstructuur beginnen de afwijkingen bij de ziekte van Alzheimer zich typisch te ontwikkelen?
In welke hersenstructuur beginnen de afwijkingen bij de ziekte van Alzheimer zich typisch te ontwikkelen?
Welke nucleaire onderzoeksmethode is het meest geschikt om frontotemporaal hypometabolisme aan te tonen bij FTD?
Welke nucleaire onderzoeksmethode is het meest geschikt om frontotemporaal hypometabolisme aan te tonen bij FTD?
Welke van de volgende bevindingen bij neuropsychologisch onderzoek is het meest suggestief voor dementie met Lewy-lichaampjes in een vroeg stadium, in vergelijking met de ziekte van Alzheimer?
Welke van de volgende bevindingen bij neuropsychologisch onderzoek is het meest suggestief voor dementie met Lewy-lichaampjes in een vroeg stadium, in vergelijking met de ziekte van Alzheimer?
Waarom is routinematig EEG- of liquoronderzoek niet geïndiceerd bij patiënten met dementie met Lewy-lichaampjes?
Waarom is routinematig EEG- of liquoronderzoek niet geïndiceerd bij patiënten met dementie met Lewy-lichaampjes?
Welke van de volgende beweringen over Lewy-lichaampjes is correct met betrekking tot de pathogenese van dementie met Lewy-lichaampjes en de ziekte van Parkinson?
Welke van de volgende beweringen over Lewy-lichaampjes is correct met betrekking tot de pathogenese van dementie met Lewy-lichaampjes en de ziekte van Parkinson?
Waarom is de behandeling van de symptomen bij dementie met Lewy-lichaampjes vaak lastig?
Waarom is de behandeling van de symptomen bij dementie met Lewy-lichaampjes vaak lastig?
Een patiënt met dementie met Lewy-lichaampjes vertoont toenemende hallucinaties en delirante episoden. Welke medicatie kan mogelijk effectief zijn, maar vereist wel nauwlettende monitoring?
Een patiënt met dementie met Lewy-lichaampjes vertoont toenemende hallucinaties en delirante episoden. Welke medicatie kan mogelijk effectief zijn, maar vereist wel nauwlettende monitoring?
Bij een patiënt met dementie met Lewy-lichaampjes wordt een SPECT-scan uitgevoerd. Welke bevinding zou de diagnose het meest ondersteunen?
Bij een patiënt met dementie met Lewy-lichaampjes wordt een SPECT-scan uitgevoerd. Welke bevinding zou de diagnose het meest ondersteunen?
In welke hersengebieden worden Lewy-lichaampjes typisch gevonden bij postmortaal pathologisch onderzoek van patiënten met dementie met Lewy-lichaampjes?
In welke hersengebieden worden Lewy-lichaampjes typisch gevonden bij postmortaal pathologisch onderzoek van patiënten met dementie met Lewy-lichaampjes?
Wat is een belangrijk verschil in de reactie op levodopa-behandeling tussen patiënten met de ziekte van Parkinson en patiënten met dementie met Lewy-lichaampjes die ook parkinsonisme vertonen?
Wat is een belangrijk verschil in de reactie op levodopa-behandeling tussen patiënten met de ziekte van Parkinson en patiënten met dementie met Lewy-lichaampjes die ook parkinsonisme vertonen?
Welke van de volgende beweringen over 'klassieke' antipsychotica zoals haloperidol is NIET correct in de context van de behandeling van dementie?
Welke van de volgende beweringen over 'klassieke' antipsychotica zoals haloperidol is NIET correct in de context van de behandeling van dementie?
Een patiënt vertoont apathie, emotionele labiliteit, utilisatiegedrag en weinig ziekte-inzicht. Welke variant van frontotemporale dementie (FTD) is het meest waarschijnlijk?
Een patiënt vertoont apathie, emotionele labiliteit, utilisatiegedrag en weinig ziekte-inzicht. Welke variant van frontotemporale dementie (FTD) is het meest waarschijnlijk?
Wat is een belangrijk kenmerk van semantische dementie dat het onderscheidt van andere vormen van dementie?
Wat is een belangrijk kenmerk van semantische dementie dat het onderscheidt van andere vormen van dementie?
Welke van de volgende locaties van een beroerte is het meest waarschijnlijk geassocieerd met het direct ontstaan van dementie na de beroerte?
Welke van de volgende locaties van een beroerte is het meest waarschijnlijk geassocieerd met het direct ontstaan van dementie na de beroerte?
Wat is de meest waarschijnlijke leeftijd waarop frontotemporale dementie (FTD) zich manifesteert?
Wat is de meest waarschijnlijke leeftijd waarop frontotemporale dementie (FTD) zich manifesteert?
Welke van de volgende kenmerken differentieert vasculaire dementie het meest van de ziekte van Alzheimer in het begin van de symptomen?
Welke van de volgende kenmerken differentieert vasculaire dementie het meest van de ziekte van Alzheimer in het begin van de symptomen?
Welke van de volgende bevindingen bij neurologisch onderzoek is het meest suggestief voor vasculaire dementie?
Welke van de volgende bevindingen bij neurologisch onderzoek is het meest suggestief voor vasculaire dementie?
Welke van de volgende symptomen is NIET typisch voor de gedragsvariant van frontotemporale dementie (FTD)?
Welke van de volgende symptomen is NIET typisch voor de gedragsvariant van frontotemporale dementie (FTD)?
Een patiënt met dementie vertoont moeite met het begrijpen van de betekenis van woorden, vooral conceptuele categorieën zoals dieren. Het taalgebruik is vloeiend maar inhoudelijk leeg. Welke vorm van dementie is het meest waarschijnlijk?
Een patiënt met dementie vertoont moeite met het begrijpen van de betekenis van woorden, vooral conceptuele categorieën zoals dieren. Het taalgebruik is vloeiend maar inhoudelijk leeg. Welke vorm van dementie is het meest waarschijnlijk?
Waarom heeft MRI de voorkeur boven andere beeldvormende technieken bij de diagnose van vasculaire dementie?
Waarom heeft MRI de voorkeur boven andere beeldvormende technieken bij de diagnose van vasculaire dementie?
Welke van de volgende beweringen over de pathogenese van vasculaire dementie is het meest correct?
Welke van de volgende beweringen over de pathogenese van vasculaire dementie is het meest correct?
Wat is een belangrijk verschil tussen de gedragsvariant van FTD en primair progressieve afasie?
Wat is een belangrijk verschil tussen de gedragsvariant van FTD en primair progressieve afasie?
Welke van de volgende factoren draagt NIET bij aan de overweging om 'atypische' antipsychotica zoals clozapine voor te schrijven in plaats van 'klassieke' antipsychotica bij de behandeling van gedragsproblemen bij dementie?
Welke van de volgende factoren draagt NIET bij aan de overweging om 'atypische' antipsychotica zoals clozapine voor te schrijven in plaats van 'klassieke' antipsychotica bij de behandeling van gedragsproblemen bij dementie?
Bij een patiënt met vasculaire dementie, welke combinatie van symptomen zou het meest waarschijnlijk wijzen op subcorticale betrokkenheid?
Bij een patiënt met vasculaire dementie, welke combinatie van symptomen zou het meest waarschijnlijk wijzen op subcorticale betrokkenheid?
Stel dat een patiënt een jaar na een beroerte de diagnose dementie krijgt. Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak van deze dementie?
Stel dat een patiënt een jaar na een beroerte de diagnose dementie krijgt. Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak van deze dementie?
Welke van de volgende onderzoeken heeft GEEN plaats in de diagnostiek van vasculaire dementie?
Welke van de volgende onderzoeken heeft GEEN plaats in de diagnostiek van vasculaire dementie?
Wat is de belangrijkste eigenschap van het verkeerd gevouwen prioneiwit bij de ontwikkeling van CJD?
Wat is de belangrijkste eigenschap van het verkeerd gevouwen prioneiwit bij de ontwikkeling van CJD?
Welke van de volgende beweringen beschrijft het meest nauwkeurig de classificatie van prionziekten zoals CJD?
Welke van de volgende beweringen beschrijft het meest nauwkeurig de classificatie van prionziekten zoals CJD?
Wat is een belangrijk kenmerk van erfelijke prionziekten in vergelijking met niet-erfelijke vormen van CJD?
Wat is een belangrijk kenmerk van erfelijke prionziekten in vergelijking met niet-erfelijke vormen van CJD?
Wat is het onderliggende mechanisme dat ten grondslag ligt aan alle erfelijke prionziekten zoals de ziekte van Gerstmann-Sträussler-Scheinker en fatale familiale slapeloosheid?
Wat is het onderliggende mechanisme dat ten grondslag ligt aan alle erfelijke prionziekten zoals de ziekte van Gerstmann-Sträussler-Scheinker en fatale familiale slapeloosheid?
Waarom is het essentieel om reversibele oorzaken van dementie te herkennen, ondanks dat ze zeldzaam zijn?
Waarom is het essentieel om reversibele oorzaken van dementie te herkennen, ondanks dat ze zeldzaam zijn?
Welke van de volgende aandoeningen kan leiden tot een potentieel reversibel dementiesyndroom?
Welke van de volgende aandoeningen kan leiden tot een potentieel reversibel dementiesyndroom?
Een patiënt vertoont symptomen van progressieve dementie, samen met moeilijk behandelbare slapeloosheid en autonome stoornissen. Welke specifieke erfelijke prionziekte zou het meest waarschijnlijk de oorzaak zijn?
Een patiënt vertoont symptomen van progressieve dementie, samen met moeilijk behandelbare slapeloosheid en autonome stoornissen. Welke specifieke erfelijke prionziekte zou het meest waarschijnlijk de oorzaak zijn?
Een patiënt presenteert zich met een subcorticaal dementie syndroom. Welke van de volgende onderliggende oorzaken moet als eerste worden overwogen en uitgesloten vanwege de potentieel reversibele aard ervan?
Een patiënt presenteert zich met een subcorticaal dementie syndroom. Welke van de volgende onderliggende oorzaken moet als eerste worden overwogen en uitgesloten vanwege de potentieel reversibele aard ervan?
Flashcards
Neuropsychologisch onderzoek
Neuropsychologisch onderzoek
Een test om geheugen- en hersenfunctie te evalueren en diagnose te stellen.
CT of MRI
CT of MRI
Beeldvorming van de hersenen om andere aandoeningen uit te sluiten.
Corticale atrofie
Corticale atrofie
Afbraak van de hersenschors, vaak zichtbaar op MRI.
Hippocampusatrofie
Hippocampusatrofie
Signup and view all the flashcards
Differentiaaldiagnose bij dementie
Differentiaaldiagnose bij dementie
Signup and view all the flashcards
Bloedonderzoek bij cognitieve klachten
Bloedonderzoek bij cognitieve klachten
Signup and view all the flashcards
Neuropsychologisch profiel
Neuropsychologisch profiel
Signup and view all the flashcards
Beeldvorming moeilijkheid ouderdom
Beeldvorming moeilijkheid ouderdom
Signup and view all the flashcards
Klassieke antipsychotica
Klassieke antipsychotica
Signup and view all the flashcards
Vasculaire dementie
Vasculaire dementie
Signup and view all the flashcards
Atypische antipsychotica
Atypische antipsychotica
Signup and view all the flashcards
Gedragsvariant van FTD
Gedragsvariant van FTD
Signup and view all the flashcards
Cognitieve stoornissen
Cognitieve stoornissen
Signup and view all the flashcards
Primair progressieve afasie
Primair progressieve afasie
Signup and view all the flashcards
Semantische dementie
Semantische dementie
Signup and view all the flashcards
Subcorticale verschijnselen
Subcorticale verschijnselen
Signup and view all the flashcards
Emotionale labiliteit
Emotionale labiliteit
Signup and view all the flashcards
Acute verslechtering
Acute verslechtering
Signup and view all the flashcards
Utilisatiegedrag
Utilisatiegedrag
Signup and view all the flashcards
Hypertensie
Hypertensie
Signup and view all the flashcards
Wittestofafwijkingen
Wittestofafwijkingen
Signup and view all the flashcards
Ziekte-inzicht
Ziekte-inzicht
Signup and view all the flashcards
Hypokinetisch-rigide syndroom
Hypokinetisch-rigide syndroom
Signup and view all the flashcards
Structuurbeeldvorming
Structuurbeeldvorming
Signup and view all the flashcards
Vasculaire afwijkingen
Vasculaire afwijkingen
Signup and view all the flashcards
SPECT en PET
SPECT en PET
Signup and view all the flashcards
Liquoronderzoek
Liquoronderzoek
Signup and view all the flashcards
Amyloïd-β plaques
Amyloïd-β plaques
Signup and view all the flashcards
Tau-eiwit tangles
Tau-eiwit tangles
Signup and view all the flashcards
Diagnostische waarde EEG
Diagnostische waarde EEG
Signup and view all the flashcards
Dementie met Lewy-lichaampjes
Dementie met Lewy-lichaampjes
Signup and view all the flashcards
SPECT-scan
SPECT-scan
Signup and view all the flashcards
Lewy-lichaampjes
Lewy-lichaampjes
Signup and view all the flashcards
Acetylcholinesteraseremmer
Acetylcholinesteraseremmer
Signup and view all the flashcards
Levodopa
Levodopa
Signup and view all the flashcards
Pathogenese
Pathogenese
Signup and view all the flashcards
Prionziekten
Prionziekten
Signup and view all the flashcards
Conformatieverandering
Conformatieverandering
Signup and view all the flashcards
CJD (Creutzfeldt-Jakob ziekte)
CJD (Creutzfeldt-Jakob ziekte)
Signup and view all the flashcards
Familiaire prionziekten
Familiaire prionziekten
Signup and view all the flashcards
Ziekte van Gerstmann-Sträussler-Scheinker
Ziekte van Gerstmann-Sträussler-Scheinker
Signup and view all the flashcards
Fatal familial insomnia
Fatal familial insomnia
Signup and view all the flashcards
Behandelbare dementie
Behandelbare dementie
Signup and view all the flashcards
Oorzaken van cognitieve stoornissen
Oorzaken van cognitieve stoornissen
Signup and view all the flashcards
Study Notes
Dementie Samenvatting
- Dementie is een klinisch syndroom gekenmerkt door cognitieve stoornissen in meerdere domeinen, zoals geheugen, executieve functies en praxis.
- Het kan gecombineerd zijn met gedragsproblemen en persoonlijkheidsproblemen.
- Stoornissen leiden tot beperkingen in het dagelijkse leven.
- De belangrijkste ziekten die leiden tot dementie zijn neurodegeneratieve aandoeningen zoals de ziekte van Alzheimer, dementie met Lewy-lichaampjes en frontotemporale dementie.
- Vasculaire dementie is ook een veel voorkomende oorzaak, veroorzaakt door vasculaire schade aan de hersenen (infarcten).
- Reversibele oorzaken van dementie (infectie, intoxicatie, hersentumoren, subduraal hematoom) moeten worden uitgesloten.
Dementie Inleiding
- Dementiesyndroom kan door verschillende aandoeningen ontstaan.
- De prevalentie neemt sterk toe na 70 jaar.
- Er zijn zeldzame, erfelijke aandoeningen die al voor 65 jaar dementie veroorzaken.
- De meeste aandoeningen hebben een geleidelijk begin, voorafgegaan door milde cognitieve stoornissen.
- Dementie wordt onderverdeeld in neurodegeneratieve en niet-neurodegeneratieve aandoeningen.
- Soms heeft de oorzaak meerdere factoren (multifactorieel).
- Er is onderscheid tussen corticale (geheugen, taal, praxis, visuoconstructie) en subcorticale (mentale traagheid, apathie) dementie.
Ziekte van Alzheimer
- De meest voorkomende vorm van dementie.
- Het voorkomen neemt sterk toe met de leeftijd (1% op 65 jaar, meer dan 20% op 85 jaar).
- Het begin verloopt geleidelijk.
- Er zijn vroeg geheugen- en vervolgens semantische en andere cognitieve stoornissen.
- Taalproblemen en ruimtelijk inzicht kunnen verloren gaan.
- Vaak voorkomende latere symptomen zijn prosopagnosie (herkennen van vertrouwde gezichten), apraxie (verrichten van vertrouwde handelingen) en apathie of somberheid.
Aanvullend Onderzoek voor Alzheimer
- Er is geen specifieke test voor ziekte van Alzheimer.
- Anamnese, kort cognitief onderzoek, en neurologisch onderzoek vormen de basis.
- Een kloktekening is een voorbeeld van een kort cognitief onderzoek.
- MRI en CT kunnen gebruikt worden om andere aandoeningen uit te sluiten; dit is niet noodzakelijk bij duidelijk klinisch beeld.
- Bij patiënten onder de 65 jaar is beeldvorming standaard.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.
Related Documents
Description
Deze les behandelt de diagnostische methoden voor dementie, inclusief MRI, CT-scans, EEG en neuropsychologisch onderzoek. Er wordt ingegaan op de relevantie van beeldvorming bij verschillende leeftijdsgroepen en het gebruik van aanvullende onderzoeken zoals syfilisserologie bij cognitieve klachten.