Belgische Politie Structuur

België werd onafhankelijk in 1830.

België is een federale staat sinds 1970.

België heeft drie officiële landstalen: Nederlands, Frans en Duits.

Er zijn drie gemeenschappen: Vlaamse, Franstalige en Duitstalige gemeenschap.

België bestaat uit drie gewesten: Vlaams, Waals en Brussels hoofdstedelijk gewest.

Verandering in de structuur van de politie in België.

Diverse incidenten zoals de bende van Nijvel en het Heizeldrama leidden tot hervorming.

Vroeger bestonden er drie grote politie korpsen, de Rijkswacht en Gemeentepolitie hadden gelijkaardige bevoegdheden.

Akkoord van 7 december 1998 tussen acht politieke partijen voor politiehervorming.

Wet van 5 augustus 1992 die taken, rechten en plichten van de Belgische politie definieert.

Wet van 7 december 1998 die een geïntegreerde politie op twee niveaus organiseert.

Politiesysteem met federale en lokale niveaus die autonoom functioneren.

Iedereen in België volgt dezelfde politieopleiding.

Mogelijkheid om binnen police diensten van niveau of locatie te wisselen.

Gedragsregels die van toepassing zijn op politieambtenaren.

Één centrale databank voor politie-informatie in België.

Basisniveau in de operationele politie.

Officier van gerechtelijke politie met verhoogde verantwoordelijkheid.

Hogere administratieve rol, vaak met een masterdiploma.

Filosofie gericht op samenwerking met de gemeenschap voor veiligheid.

Officier van zowel bestuurlijke als gerechtelijke politie.

De vijf fundamenten van gemeenschapsgerichte politiezorg: externe oriëntering, probleemoplossend werken, verantwoording, partnerschap, empowerment.

De nabijheidspolitie richt zich op lokale problematiek en dienstverlening aan de gemeenschap.

Bestaat uit raadsleden, korpschefs, politiesecretaris en burgemeester, en is verantwoordelijk voor toezicht.

De leidende functionaris van iedere politiezone, verantwoordelijk voor lokaal politiebeleid.

Een plan dat elke zes jaar wordt opgesteld en de prioriteiten van de lokale politie vastlegt.

De belangrijkste taken van de lokale politie: lokale recherche, onthaal, handhaving, slachtofferbejegening, verkeer, wijkwerking, interventie.

Een politiezone die meerdere gemeenten beslaat, met een politiecollege en politieraad voor bestuur.

De provinciale vertegenwoordigers vormen de Algemene Vergadering van de Vaste Commissie van de Lokale Politie.

De burgemeester is het bestuurlijk hoofd van de politie en beslist over financiële zaken.

De federale politie is opgericht op 01-01-2001.

De federale politie valt onder de minister van Binnenlandse Zaken en de minister van Justitie.

Elke vier jaar opgesteld om het politiebeleid te sturen en samenwerking te verbeteren.

Bij de federale politie zijn er verschillende takken zoals weg-, scheeps-, spoorweg-, en luchtvaartpolitie.

Er zijn drie soorten controleorganen: Comité P, Algemene inspectie en interne toezichtdiensten.

Schandalen zoals de bende van Nijvel en het Heizeldrama hebben geleid tot een hervorming van de politie.

Heeft beperkte functies zoals verkeerscontrole en GAS-wetgeving.

Voert uitvoerende functies uit en is politieambtenaar.

Begeleidt kleinere teams van agenten en inspecteurs, ook politieambtenaar.

Leidt en begeleidt teams, heeft een hogere verantwoordelijkheid.

Verantwoordelijk voor beleid binnen de zone, hoogste leidinggevende functie.

In één gemeente: schepencollege en gemeenteraad; meer gemeenten: politiecollege en politieraad.

Vijf pijlers: externe oriëntering, probleemoplossend werken, verantwoording, partnerschap, empowerment.

Vraag in de basisfunctionaliteiten zoals lokale recherche, handhaving openbare orde, en verkeer.