Samenvatting medische microbiologi II PDF

Summary

This document is a summary of medical microbiology, covering various topics like respiratory infections, skin and soft tissue infections, mycology, genitourinary specimens,meningitis, endocarditis, and abdominal infections, as well as antibiotics. It provides an overview of different pathogens and describes diagnostic workflows for different types of infections.

Full Transcript

Medische microbiologie II Inhoudsopgave {#inhoudsopgave.Kopvaninhoudsopgave} ============= [1 Respiratoire infecties 4](#respiratoire-infecties) [1.1 Inleiding 4](#_Toc187141202) [1.1.1 Anatomie van luchtwegen en hun natuurlijke afweer 4](#anatomie-van-luchtwegen-en-hun-natuurlijke-afweer) [1.1...

Medische microbiologie II Inhoudsopgave {#inhoudsopgave.Kopvaninhoudsopgave} ============= [1 Respiratoire infecties 4](#respiratoire-infecties) [1.1 Inleiding 4](#_Toc187141202) [1.1.1 Anatomie van luchtwegen en hun natuurlijke afweer 4](#anatomie-van-luchtwegen-en-hun-natuurlijke-afweer) [1.1.2 Commensale flora 4](#commensale-flora) [1.1.3 Besmettingsroute voor luchtweginfectie 4](#besmettingsroute-voor-luchtweginfectie) [1.1.4 Infecties van de bovenste luchtwegen 4](#infecties-van-de-bovenste-luchtwegen) [1.1.5 Infecties van de onderste luchtwegen 5](#infecties-van-de-onderste-luchtwegen) [1.2 Workflow 5](#workflow) [1.2.1 Staalname 5](#staalname) [1.2.2 Macroscopie 6](#macroscopie) [1.2.3 Microscopie 6](#microscopie) [1.2.4 Kweek 6](#kweek) [1.2.5 Identificatie 6](#identificatie) [1.2.6 Antibiogram 6](#antibiogram) [1.3 Pathogenen 7](#pathogenen) [*1.3.1* *Haemophilus influenzae* 7](#haemophilus-influenzae) [*1.3.2* *Moraxella catarrhalis* 8](#moraxella-catarrhalis) [*1.3.3* *Streptococcus pneumoniae* 8](#streptococcus-pneumoniae) [*1.3.4* *Streptococcus pyogenes* 9](#streptococcus-pyogenes) [*1.3.5* *Arcanobacterium haemolyticum* 10](#arcanobacterium-haemolyticum) [*1.3.6* *Corynebacterium diphteriae* 11](#corynebacterium-diphteriae) [*1.3.7* *Bordetella pertussis* 11](#bordetella-pertussis) [*1.3.8* *Legionella pneumophila* 12](#legionella-pneumophila) [*1.3.9* *Chlamydophila pneumoniae* 13](#chlamydophila-pneumoniae) [*1.3.10* *Chlamydia psittaci* 13](#chlamydia-psittaci) [*1.3.11* *Mycoplasma pneumoniae* 13](#mycoplasma-pneumoniae) [*1.3.12* *Nocardia spp.* 14](#nocardia-spp.) [*1.3.13* *Rhodococcus equi* 14](#rhodococcus-equi) [1.4 Genus Mycobacterium 15](#genus-mycobacterium) [*1.4.1* *Mycobacterium tuberculosis* 15](#mycobacterium-tuberculosis) [*1.4.2* Andere *mycobacteriën* 15](#andere-mycobacteri%C3%ABn) [2 Huid en weke delen infecties 17](#huid-en-weke-delen-infecties) [2.1 Inleiding 17](#inleiding-1) [2.1.1 De commensale flora van de normale huid 17](#de-commensale-flora-van-de-normale-huid) [2.1.2 Belangrijke verdediging tegen micro-organismen 18](#belangrijke-verdediging-tegen-micro-organismen) [2.1.3 Besmetting vs. Kolonisatie vs. Infectie 18](#besmetting-vs.-kolonisatie-vs.-infectie) [2.2 Workflow 18](#workflow-1) [2.2.1 Staalname 18](#staalname-1) [2.2.2 Microscopie 18](#microscopie-1) [2.2.3 Kweek 19](#kweek-1) [2.2.4 Identificatie 19](#identificatie-1) [2.2.5 Antibiogram 19](#antibiogram-1) [2.3 Pathogenen 19](#pathogenen-1) [*2.3.1* *Staphylococcus aureus, Staphylococcus lugdunensis, andere stafylokokken* 19](#staphylococcus-aureus-staphylococcus-lugdunensis-andere-stafylokokken) [*2.3.2* *Streptococcus pyogenes* 20](#streptococcus-pyogenes-1) [*2.3.3* *Cutibacterium acnes* 20](#cutibacterium-acnes) [*2.3.4* *Actinomyces spp.* 21](#actinomyces-spp.) [*2.3.5* *Eikenalla corrodens* 21](#eikenalla-corrodens) [*2.3.6* *Pasteurella multocida* 22](#pasteurella-multocida) [*2.3.7* *Corynebacterium spp.* 22](#corynebacterium-spp.) [*2.3.8* *Bacillus cereus en Bacillus anthracis* 22](#_Toc187141251) [*2.3.9* *Clostridium spp.* 23](#clostridium-spp.) [*2.3.10* *Erysipelothrix rusiopathiae* 24](#erysipelothrix-rusiopathiae) [*2.3.11* *Pseudomonas aeruginosa* 25](#pseudomonas-aeruginosa) [*2.3.12* *Capnocytophaga (canimorsus)* 25](#capnocytophaga-canimorsus) [3 Mycologie 26](#mycologie) [3.1 Inleiding 26](#inleiding-2) [3.1.1 Morfologie 26](#morfologie) [3.1.2 Metabolisatie en voortplanting 26](#metabolisatie-en-voortplanting) [3.1.3 Classificatie en identificatie 26](#classificatie-en-identificatie) [3.2 Filamenteuze fungi 27](#filamenteuze-fungi) [3.2.1 Dermatofytosen (tinea) 27](#dermatofytosen-tinea) [3.2.2 Diepe mycosen: opportunische infecties bij immuungedeprimeerde patiënten 29](#diepe-mycosen-opportunische-infecties-bij-immuungedeprimeerde-pati%C3%ABnten) [3.3 Dimorfe fungi 30](#dimorfe-fungi) [3.4 Gisten 30](#gisten) [3.4.1 Candida 31](#candida) [3.4.2 Cryptococcose 31](#cryptococcose) [3.4.3 Pityriasis versicolor 32](#pityriasis-versicolor) [4 Genitale stalen 33](#genitale-stalen) [4.1 Anatomie 33](#anatomie) [4.1.1 Vrouw 33](#vrouw) [4.1.2 Man 33](#man) [4.2 Introductie 33](#introductie) [4.2.1 Genitale infecties 33](#genitale-infecties) [4.2.2 Onderscheid tussen genitale infecties en SOI 33](#onderscheid-tussen-genitale-infecties-en-soi) [4.2.3 Bescherming tegen infecties 34](#bescherming-tegen-infecties) [4.2.4 Samenstelling vaginale flora 34](#samenstelling-vaginale-flora) [4.2.5 Samenstelling van urethrale flora (in urinebuis) 34](#samenstelling-van-urethrale-flora-in-urinebuis) [4.2.6 Commensale flora en verwekkers 34](#commensale-flora-en-verwekkers) [4.2.7 Diagnose 35](#diagnose) [4.3 Pathogenen 35](#pathogenen-2) [*4.3.1* *Chlamydia trachomatis* 35](#chlamydia-trachomatis) [*4.3.2* *Neisseria gonorrhoeae* 36](#neisseria-gonorrhoeae) [4.3.3 *Mycoplasma genitalium* 36](#mycoplasma-genitalium) [4.3.4 *Treponema pallidum of* syfillis 37](#treponema-pallidum-of-syfillis) [*4.3.5* *Haemophilus ducreyi* 37](#haemophilus-ducreyi) [4.4 Bacteriële vaginose 38](#bacteri%C3%ABle-vaginose) [4.4.1 Bacteriologie 38](#bacteriologie) [4.4.2 Pathologie 38](#pathologie) [4.4.3 Pathogenen 38](#pathogenen-3) [4.5 Aerobe vaginitis 38](#aerobe-vaginitis) [4.6 Candida vaginitis 38](#candida-vaginitis) [4.7 Groep B streptokokken/ GBS of Streptococcus agalactiae 38](#groep-b-streptokokken-gbs-of-streptococcus-agalactiae) [4.8 Workflow 39](#workflow-2) [5 Meningitis en encefalitis 39](#meningitis-en-encephalitis) [5.1 Inleiding 39](#inleiding-3) [5.2 Pathogenen 39](#pathogenen-4) [*5.2.1* *Neisseria meningitidis* 39](#neisseria-meningitidis) [*5.2.2* *Listeria monocytogenes* 40](#listeria-monocytogenes) [6 Endocarditis 40](#endocarditis) [6.1 Inleiding 40](#inleiding-4) [6.2 Workflow bij vermoeden van endocarditis 40](#workflow-bij-vermoeden-van-endocarditis) [6.2.1 Staalname 40](#staalname-2) [6.2.2 Kweek 40](#kweek-2) [6.2.3 Microscopie 40](#microscopie-2) [6.2.4 Extra kweekmoment 41](#extra-kweekmoment) [6.2.5 Identificatie en antibiogram 41](#identificatie-en-antibiogram) [6.3 Pathogenen 41](#pathogenen-5) [6.3.1 *Viridans* streptokokken en niet-hemolytische streptokokken 41](#viridans-streptokokken-en-niet-hemolytische-streptokokken) [6.3.2 Enterokokken 41](#enterokokken) [6.3.3 *Granulicatella* en *Abiotropha* 42](#granulicatella-en-abiotropha) [7 Abdominale infecties 43](#abdominale-infecties) [7.1 Inleiding 43](#inleiding-5) [7.2 Pathogenen 43](#pathogenen-6) [7.2.1 Gram-negatieve anaërobe bacteriën 43](#gram-negatieve-ana%C3%ABrobe-bacteri%C3%ABn) [7.2.2 Anaerobe kokken 43](#anaerobe-kokken) [8 Allerlei 44](#allerlei) [8.1 Brucella 44](#brucella) [8.2 Helicobacter pylori 45](#helicobacter-pylori) [8.3 Borrelia spp. 45](#borrelia-spp.) [*8.3.1* *B.burgdorferi* 45](#b.burgdorferi) [8.4 Leptospira interrogens 46](#leptospira-interrogens) [9 Antibiotica en resistentiemechanismen 47](#antibiotica-en-resistentiemechanismen) [9.1 Inleiding 47](#inleiding-6) [9.1.1 Indeling op basis van chemische structuur 47](#indeling-op-basis-van-chemische-structuur) [9.1.2 Indeling op basis van aangrijpingspunt 47](#indeling-op-basis-van-aangrijpingspunt) [9.1.3 Indeling op basis van werkingspectrum 48](#indeling-op-basis-van-werkingspectrum) [9.1.4 Indeling op basis van effect: bactericied of bacteriostatisch 48](#indeling-op-basis-van-effect-bactericied-of-bacteriostatisch) [9.2 Antibioticum resistentie 48](#antibioticum-resistentie) [9.2.1 Natuurlijke resistentie 48](#natuurlijke-resistentie) [9.2.2 Verworven resistentie 48](#verworven-resistentie) [9.3 Gevoeligheidsbepaling 48](#gevoeligheidsbepaling) [9.4 Rapportering antibiogram -- EUCAST richtlijnen 49](#rapportering-antibiogram-eucast-richtlijnen) [9.4.1 Area of Technical Uncertainty (ATU) 49](#area-of-technical-uncertainty-atu) [9.5 Overzicht van antibiotica klasses 49](#overzicht-van-antibiotica-klasses) [9.5.1 β-lactam antibiotica 49](#%CE%B2-lactam-antibiotica) [9.5.2 Glycopeptiden 52](#glycopeptiden) [9.5.3 Macroliden 52](#macroliden) [9.5.4 Lincosamiden 52](#lincosamiden) [9.5.5 Aminoglycosides 53](#aminoglycosides) [9.5.6 Tetracyclines 53](#tetracyclines) [9.5.7 Oxazolidinones 53](#oxazolidinones) [9.5.8 Fluoroquinolones 53](#fluoroquinolones) [9.5.9 Trimethoprim of sulfamethoxazole 54](#trimethoprim-of-sulfamethoxazole) [9.5.10 Metronidazol 54](#metronidazole) [9.5.11 Nitrofurantoine 54](#nitrofurantoine) Respiratoire infecties ====================== Inleiding --------- ### Anatomie van luchtwegen en hun natuurlijke afweer Bovenste luchtwegen: neus, farynx, larynx, middenoor en sinussen Mucus laag op de slijmvliezen, trilhaar op epitheelcellen en speeksel Commensale flora aanwezig Lymfoïd weefsel Onderste luchtwegen: trachea, bronchi, bronchioli, alveolen Mucus laag op slijmvliezen, trilhaar op epitheelcellen Commensale flora -\> niet steriel Alveolaire macrofagen Verzwakking van deze natuurlijke verdediging kan door: verlamming van de cilia door roken, productie van taai slijm (muco) en door aantasting van de luchtwegen ### Commensale flora Bij een gehospitaliseerde persoon na antibiotica gebruik zal de commensale flora bestaan uit een groter aandeel gram negatieve bacteriën dan bij een gezonde persoon ### Besmettingsroute voor luchtweginfectie Respiratoire infectie is vaak van endogene oorsprong **[Aspiratie van commensale flora]** Doorgaans asymptomische, veel commensalen uit de keel zijn potentiële pathogenen van lage luchtwegen. Deze ontwikkelen zich tot pathogenen wanneer er geen balans is. Virulentie[^1^](#fn1){#fnref1.footnote-ref} van de kiem en het inoculum[^2^](#fn2){#fnref2.footnote-ref} is niet in evenwicht met de immuun status[^3^](#fn3){#fnref3.footnote-ref} en de gezondheid van de luchtwegen **[Inhalatie]** Contact met persoon die dragen is van een potentieel pathogeen door hoesten, niezen, spreken en uitademen **[Hematogene invasie]** Andere infectie haard vanuit een locatie op afstand ! Aspiratie komt het meeste voor ### Infecties van de bovenste luchtwegen - Rhinitis: ontsteking van neusslijmvlies - Laryngitis: ontsteking van de stembanden/strottenhoofd - Faryngitis: ontsteking van de keel en tonsillen - Otitis en sinusitis: ontsteking van oor of sinussen - Epiglottitis: ontsteking van strotklepje - Tympanocentesis: afvoer van vocht uit middenoor Vaker viraal dan bacterieel ### Infecties van de onderste luchtwegen - Bronchitis: ontsteking van de bronchiën - - Pertussis: kinkhoest - - Pneumonie acuut: ontsteking van de longen - - - - - - - - - - - Pneumonie chronisch: ontsteking van de longen en mogelijk een longabces - - - Invasieve infecties: bloedstroom infecties - - - Workflow -------- ### Staalname Bij een bacteriologische kweek wordt er vooral gebruik gemaakt van stalen vanuit de lage luchtwegen **[Type stalen]** - Sputum: mucus uit lage luchtwegen - Aspiraat: bevat minder bij besmetting van mond- en keelflora - - - Bronchi-alveolaire lavage/ BAL - - - - Keeluitstrijk - Oorontsteking - - **[Staalname]** - Type 1: staal afkomstig vanuit een steriele plaats, elke kiem is hier belangrijk (hemoculturen) - - Type 2: niet volledig afgesloten van de buitenwereld maar wel dieper gelegen (sputum, urine) - - Type 3: oppervlakte (keelswap, huid) - ### Macroscopie Uitzicht van een staal van de lage luchtwegen - Zuiver speeksel of mucus -\> normaal - Mucus met weinig etter - Etter in wat mucus - Zuivere etter - ![](media/image3.png)Waterig - Bloederig ### Microscopie 1. Gramkleuring a. Staalkwaliteit beoordelen op vergroting 10X i. Plaveiselepitheelcellen uit keel en mond -\> slecht staal ii. Trilhaarepitheelcellen -\> indicatie voor een goed staal b. Bacteriële infectie iii. Polymorfonucleairen (ettercellen) -\> inflammatie iv. Bacteriën 2. Calcofluor kleuring (fluorescentie) c. Fungale infectie (gisten en schimmel) ### Kweek - Voorbehandeling - - - Enten bodems - - - - - - Incubatie - - - ### Identificatie Verdachte kolonies kunnen worden geïdentificeerd worden met een MALDI-TOF ### Antibiogram - Disk-diffusie (diskjes) - Minimaal inhiberende concentratie - - Pathogenen ---------- ### *Haemophilus influenzae* Gram-negatieve pleomorfe[^4^](#fn4){#fnref4.footnote-ref} staaf, ze hebben nood aan één of twee groeifactoren, deze normaal aanwezig in het bloed X-factor: hittebestendig, aanwezig in hemine en hematine V-factor: Hittelabiel, aanwezig in RBC De prefix PARA geeft aan dat de specie enkel V-factor nodig hebben voor groei **[Enten]** Schapenbloed bevat factor X en V mar ook enzymen die V-factor lyseren daarom agarbodems met gelyseerd[^5^](#fn5){#fnref5.footnote-ref} paardenbloed (CHOC) of gesupplementeerd met X-en V-factor **[Genus]** Bevat 16 species waarvan 10 species obligaat humane kiemen zijn Commensalen van de slijmvliezen Pathogeen vermogen: *Haemophilus influenzae en Haemophilus parainfluenzae* **[Bacteriologie]** Belangrijke pathogeen op jonge en hoge leeftijd (makkelijk ziek maken) Lage immuniteit Vaccinatie **[Pathogeen vermogen]** [Omkapselde stammen ] - 6 serotypen - - - De infecties is vaak ernstig als gevolg van een invasie in de bloedbaan met een ontstaan van metastatische haarden - Meningitis [Niet-omkapselde stammen] Vaak een mildere infecties dat lokaal blijft vooral mucosaal Het is belangrijk om een onderscheid te maken tussen omkapselde stammen en niet-omkapselde stammen. Dit omdat omkapselde stammen moeilijker te fagocyteren zijn dor de WBC waardoor men sneller en ernstiger ziek wordt. **[Cultuur en identificatie]** Typische geur, een MALDI-TOF analyse zal de verschillende types kunnen onderscheiden Groei in een vochtige CO~2~ rijke plaats [Niet-steriele stalen ] Op een selectieve VB: bloedagar met XV + bacitracine + vancomycine [Steriele stalen] - Chocoladeagar (CHOC) - Bloedagar met XV - Bloedagar met S. *aureus*: deze produceert V-factor waardoor *Haemophilus influenzae* kan groeien (satelillitisme) **[Antibiogram en behandeling]** [Nitrocefinetest] Opsporen van β-lactamase Rood verkleuring wijst op aanwezigheid Geel verkleuring wijst op afwezigheid [Disk diffusie-antibiogram] Opsporen van ampicilline resistentie ### *Moraxella catarrhalis* Behoort tot de familie van de Neiseriaceae **[Bacteriologie ]** Gramnegatieve diplokokken en is een strikt humane kiem Klinische relevantie in purulente sputum en bij intra leukocytair voorkomen **[Pathogeen voorkomen]** [Commensaal] Van de bovenste luchtwegen in gezonde bevolking 50% van de jonge kinderen 25% van de bejaarden \90% aan penicilline, ampicilline en fluoroquinolones [Disk-diffusie] Er is geen factor V of X aanwezig ### *Streptococcus pneumoniae* ![](media/image5.png)**[Bacteriologie]** Grampositieve diplokokken die met hun korte zijde naar elkaar liggen Halo: omgeven door een polysacharidekapsel Verhinderd fagocytose en heeft dus een hoger virulentiefactor ! CAVE: halo is niet altijd even duidelijk, door autolyses kunnen ze ontkleuren op een gramkleuring **[Pathogeen voorkomen ]** [Commensaal ] Van de bovenste luchtwegen 70% is drager [Pathogeen ] Frequent en soms dodelijk Kinderen jonger dan 5jaar en ouders hiervan Veroorzaakt Lobaire pneumonie (ontsteking van één of meerdere longkwabben) Purulente exacerbaties chronische bronchitis Meningitis Otitis media Sinusitis Mastoïditis: ontsteking van het bot achter het oor **[Cultuur en identificatie]** Kweek blijft soms negatief, incubatie nodig in een CO~2~ rijke atmosfeer Bij groei produceert deze bacterië melkzuur, waardoor de pH daald en verder groei geremd wordt [Bloedplaat] α-hemolytisch [Malditof] Moeilijk onderscheid tussen *S.pneumoniae*, *S.mitis* en *S.oralis* [Extra testen] - Galoplosbaarheid: kolonies worden in een 10% Na-desoxycholaatoplossing gebracht dit wordt geïncubeerd voor 10min - - - Latexagglutinatietest - Pneomokokken antigen sneltest: op lumbaalvocht en urine, resultaat binnen 15min **[Antibiogram]** Algemeen een gevoelige kiem Toenemende resistentie voor penicilline β-lactam AB Screening voor resistentie via disk diffusie MIC bepaling bij vermoeden van meningitis [Vacinatie] Vorming van specifieke anti-kapsel antistoffen Halo kan niet meer gevormd worden -\> minder virulent worden van bacterië ### *Streptococcus pyogenes* **[Bacteriologie]** Grampositieve rond tot ovale β-hemolytische streptokokken Lancefield typering A In optimale groei omstandigheden zal de lengte van de keting afnemen **[Pathogeen voorkomen ]** [Commensaal ] Van de nasofarynx 15 -- 20% van de kinderen en jong volwassenen [Pathogeen ] - Pyogene (etterende infectie) - - - - Infecties door productie van toxines - - - - Aandoeningen op immunologische basis - - **[Cultuur en identificatie]** [Bloedagar] β-hemolytisch ! Schapenbloed heeft de voorkeur, omdat paardenbloed factor V bevat kan deze competitie veroorzaken met *H.influenzae* (commensaal) Staal vanuit de keel een bloedagar met bacitracine enten [MALDI-TOF] Betrouwbaar ID [Sneltest] Keelwisser voor streptokokken angina **[Antibiogram en behandeling]** Behandeling altijd met penicilline S Indien allergie: macrolide Clindamycine bij ernstige toxine gemedieerde ziekte Toxine productie afremmen ### ![](media/image7.png)*Arcanobacterium haemolyticum* **[Bacteriologie]** Gram positieve pleiomorfe[^6^](#fn6){#fnref6.footnote-ref} staven, die onbewegelijk zijn **[Pathogeen vermogen]** [Pathogeen] Komt zelden voor in een klinisch labo Veroorzaakt - Faryngitis - - **[Cultuur en identificatie]** [Bloedagar] ß-hemolytisch Bacitracine resistent Verschillen met *S.pyogenes* [Andere] CAMP-test: inhibitie van β-hemolyse rond *S.aureus* **[Antibiogram en behandeling]** Meestal penicilline S ### *Corynebacterium diphteriae* **[Bacteriologie]** Gram positieve onbewegelijke staven in verschillende vormen Knotvormen (chinese letters) Ontkleuren makkelijk **[Pathogeen vermogen ]** [Commensaal ] Van de huid, bovenste luchtwegen, intestinaal en urogenitaal stelsel [Pathogeen ] Obligaat pathogeen -\> difterie Komt voornamelijk voor bij ongevaccineerde kinderen en wordt verspreid via nasofaryngeale secreties Veroorzaakt - Respiratoire difterie (kroep) - - Cutane difterie (huidlaesies) - Hemotogene verspreiding van toxine - - - **[Cultuur en identificatie ]** [Bloedagar ] Groei als hemolytische kolonies maar moeilijk waarneembaar door commensalen [MALDI-TOF] MS [Andere] Loefflerbodem: plaat dat werd aangerijkt met runder of paardenserum, snellere groei dan andere commensalen Ontkleurt wel makkelijk Tellurietbodem: selectieve bodem doordat deze mondcommensale inhibeert Omzetting van K-telluriet naar vrij telluriet -\> zwarte kolonies met bruine halo **[Antibiogram en behandeling]** Door hoge vaccinatiegraad komt deze bacterië bijna nooit voor in België ### ![](media/image9.png)*Bordetella pertussis* **[Bacteriologie]** Gram negatieve bacillen 2 species komen voor bij de mens *B.pertussis* *B.parapertussis* *B.parapertussis* kan een gelijkaardig ziekte beeld vertonen maar zal minder ernstig zijn dan *B.pertussis* **[Pathogeen vermogen ]** [Pathogeen ] Ook wel kinkhoest genoemd, verloopt in drie fases 1. Catarrhale stadium: 1 tot 2 weken a. Verkoudheid achtig 2. Paraxysmale stadium: meerdere weken b. Hardnekkige hoestbuien meyt sclerale oogbloedingen als gevolg c. Gierende inspiratie 3. Convalescentiestadium d. Otitis media e. Pneumonie Vooral zeer ernstig bij kinderen Ook zeer besmettelijk via speekseldruppeltjes **[Cultuur en identificatie ]** Door de zeer trage groei op voedingsbodems wordt er vooral een PCR uitgevoerd van een staal afkomstig van de nasofarynx Indien groei mogelijk vooral zeer kleine en slijmerige kolonies **[Antibiogram en behandeling]** Antibiotica heeft weinig nut als de symptomen al ontstaan zijn Behandeling bestaat voornamelijk uit ondersteunende therapie **Preventie** via vaccinatie - Ouders en grootouders van jonge kinderen - - Basisvaccin bij zuigelingen - Tijdens zwangerschap -\> passieve immunisatie van baby ### *Legionella pneumophila* **[Bacteriologie]** Gram negatieve staven die vooral groeien in warm water Zeer moeilijk zichtbaar op grakleuring door moeilijke kleuring **[Pathogeen vermogen ]** [Pathogeen] Besmetting via inhalatie van klein waterdruppeltjes Veroorzaakt - Koorts - Hoest - Thoracale pijnklachten - Gastro-intestinale klachten - Neurologische symptomen In belgië zeer zeldzaam Kans op pneumonie bij immuungecompromitteerde patiënten **[Cultuur en identificatie ]** [Bloedagar ] Geen groei [MALDI-TOF] Confirmatie groei op BCYE agar -\> groei Bloedagar geen groei [Andere] Antigen test Serologische test PCR Buffered Charcoal Yeast Extract Agar (BCYE-agar) selectief gemaakt met GVPC **[Antibiogram en behandeling]** [DISK-difussie] Niet mogelijk door trage groei Blinde keuze van antibiotica meestal macrolide of fluoroquinolone ### *Chlamydophila pneumoniae* **[Bacteriologie]** Geklasseerd als gram negatief maar is het eigenlijk niet Bevat namelijk een celwand bestaande uit liposacchariden -\> Moeilijke kleuring Strikt intracellulair maar met eigen metabolisme **[Pathogeen vermogen]** [Pathogeen ] Voornamelijk infecties bij jong volwassen Veroorzaakt - Faryngitis met heesheid - Bronchitis en pneumonie - Etiologie in acuut myocarinfarct **[Cultuur en identificatie ]** [Diagnose] - PCR - Serologie ### *Chlamydia psittaci* **[Bacteriologie]** Gram negatieve bacillen **[Pathogeen vermogen]** [Pathogeen ] Door contact met geïnfecteerde vogels Geen overdracht van mens op mens Veroorzaakt - Atypische pneumonie - **[Cultuur en identificatie ]** [Diagnose] - Serologie - PCR ### *Mycoplasma pneumoniae* **[Bacteriologie]** Bevatten geen celwand waardoor ze snel van vorm kunnen veranderen Twee genussen - Genus mycoplasma - - - - Genus Ureaplasma - Zeer moeilijk te kweken **[Pathogeen vermogen]** [Pathogeen] Infecties vooral op einde zomer en herfst bij kinderen en jonge volwassen Atypische pneumonie Hevige hoestbuien Niet-productieve hoest **[Cultuur en identificatie]** [Diagnose] - PCR - Serologie - - - [Behandeling] Zelf limiterend maar antibiotica kan de ziekte duur verkorten ### *Nocardia spp.* **[Bacteriologie]** Gram positieve niet spoorvormende dun vertakte bacillen **[Pathogeen vermogen]** [Pathogeen] Komen voor als grondsaprofyten in de natuur, transmissie gebeurd via huidwondjes Veroorzaakt - Veralgemeende infecties - - - Lokale infecties - - **[Cultuur en identificatie]** [Cultuur ] Zeer trage groei [Bloedagar] Krijtactige wit tot roze kolonies **[Antibiogram]** Omwille van trage groei is Broth-microdilutie aangeraden en DISK-diffusie afgeraden ### *Rhodococcus equi* **[Bacteriologie]** Gram positieve onbewegelijke staven (jong) en kokken (oud) **[Pathogeen vermogen]** Komen voor als grondsaprofyten in de natuur Veroorzaakt - Broncopneumonie - Intracellulaire vermenigvuldiging in macrofagen Veel contact met paarden is een risicofactor **[Cultuur en identificatie]** [Bloedagar] Niet-hemolytische kolonies [CAMP-test] β-hemolytosche stafylokok Genus Mycobacterium ------------------- **[Bacteriologie]** Er bestaan vele soorten, deze verspreid in de omgeving waarvan de meesten saprofytair zijn en dus leven op dood of materiaal in het ontbindingsfase Een klein aantal is gastheer afhankelijk -\> *M.tuberculosis* en *M.leprae* deze komen enkel voor bij de mens Ze zijn striks aëroob en zijn vaak onbewegelijk Ze bezitten een specifieke celwand, deze is alcohol en zuurvast en zijn dus moeilijk doordringbaar Door hun speciale celwand zullen deze traag nutriënten opnemen en dus ook traag groeien -\> Antibiotica opname gebeurt dus ook traag [Zuurvaste kleuring en auramine kleuring] Het principe bestaat uit het feit dat intracellulaire kleurstoffen niet te verwijderen zijn met zuur of alcohol Twee variänten -\> Ziehl-Neelsen ### *Mycobacterium tuberculosis* **[Pathogeen vermogen tuberculosa]** Door *M.tuberculosis* en *M.bovis* Transmissie gebeurt door - Inhalatie van besmette partikels - Druppel van *M.bovis* - Niet-gepasteuriseerde melk Vooroorzaakt - Acute longonsteking - - - Uitzaaiing - - - - **[Pathogeen vermogen van non-tuberculeuze mycobacteriën ]** *Mycobacterium* other than tuberculosis (MOTT) Niet-tuberculeuze *Mycobacterium* (NTM) -\> Resistent tegen antibiotica -\> Traag groeiend ### Andere *mycobacteriën* **[Pathogeen vermogen ]** Traag groeiende - Fotochromogenen - - Skotochromogenen - - - - Non-chromogenen - - - Snelgroeiende - *M.absessus* ***[Cultuur en identificatie ]*** *[Microscopie ]* *Auraminekleuring van sputum, maagvocht, etter, klier, punctievocht en urine* *Rapporteren als zuurvaste staven* *Onderscheid tussen TB en NTM niet mogelijk* *[Cultuur ]* *Steriele stalen* *Anders voorbehandeling met decontaminatie van andere bacteriën* *[Löwenstein-Jensen bodem]* *Proces van uitvoering (schuine stolling)* 1. *Enten met 1 à 2 drupels* 2. *24u incuberen plat en met stop halfopen* 3. *1 week met halfopen stop en beetje CO~2~* 4. *Afsluiten en wekelijks inspecteren tot 8weken* *Groei na 2 tot 4weken wijst op tuberculosis* *Vuilwitte en ruwe kolonies* *-\> Bloemkool* *[Semi-synthetische bodems]* *Snellere groei maar ook sneller groei van commensalen (bijbesmetting)* *[Incubatie- en afleesautomaten ]* *Vloeibaar cultuurbodems in fles* *Bij groep wordt CO~2~ geproduceert waardoor de kleur zal veranderen en dus een positief signaal wordt afgelezen* *[Moleculaire technieken ]* *Probes complementair aan ribosomaal RNA van M.tuberculosis* *GeneXpert MTB/RIF ultra* *! Level 3 inperkings niveau labo* ***[Antibiogram en behandeling]*** *Tuberculostatica* *Quadrupel therapie (vier antibiotica) voor 6 tot 9 maanden* *-\> M.tuberculosis is vaak resistent tegen antibiotica* ![](media/image12.jpg)Huid en weke delen infecties ================================================== Inleiding --------- De huid is het grootste orgaan en staat direct in contact met de buitenwereld. Daardoor loopt deze het meeste gevaar voor infecties **[Anatomie]** - Oppervlakkige epidermis - Diepere dermis - Subcutaan vet - Fascia dat spieren, ligamenten en bindweefsel bedekt In de epidermis en dermis bevinden zich de haarfollikels, zweetklieren en talgklieren **[Infecties]** SSTI of skin & soft tissue infection Huid Weke delen - Spieren, pezen, ligamenten en weefsel rondom gewricht -\> myositis en neuritis - Vetweefsel - Bloedvaten -\> vasculitis - Lymfevaten -\> lymfangitis - Zenuwen -\> neuritis **[Huidflora]** De commensale flora verschilt van persoon tot persoon en van de plaats op het lichaam De huidflora bevindt zich in grotere aantallen ter hoogte van plaatsen waar het iets vochtiger is Huidplooien De huidflora komt soms ook specifiek voor op 1type plaats Haar of gezicht ### De commensale flora van de normale huid [ **Residente microflora**] Bevindt zich net onder het huidoppervlak in de lumina van de talgklieren en haarfollikels. Ze beschermen de huid tegen andere indringers. Doorgaans zijn de laag virulent, behalve bij inbrengen op een normale steriele plaats en bij aanwezigheid van lichaamsvreemd materiaal -\> *S.aureus* komt het vaakste voor -\> CoNS -\> *Acinetobacter spp.* in de huidplooi **[Transiënte microflora]** Deze verblijven enkel op de huid maar zullen zich er niet vermenigvuldigen, vaak verworven door contact. Ze zullen ook vaak snel verdwijnen door handen wassen en ontsmetten -\> *E.coli* -\> *Klebsiella spp.* -\> *P.aeruginosa* ### Belangrijke verdediging tegen micro-organismen **[Huid, slijmvliezen en secreties ]** Vormen van een beschermende laag dat wordt bezet door de commensale flora dat kolonisatierestentie[^7^](#fn7){#fnref7.footnote-ref} bevaten. Ook de zure pH door vetzuren remt de groei van bacteriën **[Doorbrengen van de intacte huid]** Ontstaan van weefselschade met ontstaan van inflammatie Toegang voor infecties -\> Endogene flora/ eigen flora: indringen bij operatie of lichaamsvreemd materiaal -\> Exogene flora/ omgevingsflora: bijtwonde, besmette naald, omgevingskiem Type wonden -\> Acute wonden: doorbreken van de huid door operatie -\> Chronische wonden: door onderliggend probleem zoals diabetes, doorligwondes ### Besmetting vs. Kolonisatie vs. Infectie **[Besmetting of contaminatie]** In aanraking komen met micro-organismen waarbij deze [op het weefsel] blijven **[Kolonisatie]** Residente flora zal zich vermeerderen [op de huid] **[Infectie]** Ontstekkingsreactie [in de huid] door bacterie, virus, schimmel Klinisch beeld: calor, tumor, dolor, rubor en functiolaesa Workflow -------- ### Staalname Beste staaltype is peroperatieve weefselstalen, aspiratie doorheen intacte huid **[Staaltypes]** - Etter - Wisser - Biopt - Vocht - Weefselstaal bij diabetes mellitus **[Staalname]** - Type 1: staal afkomstig vanuit een steriele plaats, elke kiem is hier belangrijk (hemoculturen, abcessen en embyeem[^8^](#fn8){#fnref8.footnote-ref}) - - Type 2: niet volledig afgesloten van de buitenwereld maar wel dieper gelegen (fistelvocht) - - Type 3: oppervlakte (huidwonde) - ### Microscopie - Gramkleuring - - - Calcofluor ### Kweek Deze bodems worden standaard als eerste ingezet: bloedagar (COS), McConkey (CNA) en Thioglycolaat broth ### Identificatie - Maldi-TOF - Oxidase-test ### Antibiogram - Disk-diffusie - E-test Pathogenen ---------- ### *Staphylococcus aureus, Staphylococcus lugdunensis, andere stafylokokken* **[Bacteriologie ]** Gram positieve kokken in trossen en dus katalase positief. Ook Coagulase positief **[Pathogeen vermogen ]** 15 -- 30% van de bevolking wordt hierdoor gekoloniseert in de **n**eus, **k**eel, **p**erineum en huid Onderzoek via wisser NKP Infectie bij lage weerstand -\> Lokale infecties: wonden -\> Systemische infecties: verspreiding via bloedbaan Productie van virulentiefactoren Invasie en destructie van weefsel [Bron infecties ] - Gemeenschap - - Ziekenhuis - - [Type infectie ] - Huidinfecties - Wondinfecties - Botinfecties/ osteomyelitis - Pneumonie - Endocarditis [Productie van toxines] - Panton-Valentine leukocidine/ PVL: valt de WBC aan waardoor de WBC minder actief zijn - Exfoliatines: rash - Toxic shock syndroom toxine: ziektebeeld met shock - - Enterotoxines: acute enteritis **[Cultuur en identificatie ]** 1. Bloedagar a. Glanzende kolonies met goudgeel pigment -\> **β-hemolytisch** 2. **Mannitol salt agar/ MSA** b. **Gele kolonies -\> door verzuring** 3. **Chromogene agar** c. **Opsporen van MRSA -\> groene kolonies** 4. **Coagulase** **[Antibiogram]** MRSA altijd met Cefoxitine onderzoeken Resistent -\> MRSA Gevoelig -\> gevoelig voor alle β-lactam antibiotica 1. Antibiogram 2. Sneltest voor PBP2a 3. Chromogene bodem 4. PCR van mecA gen ### *Streptococcus pyogenes* **[Bacteriologie ]** Gram positieve kokken in keting en dus katalase negatief Veroorzaakt op de huid: erysipelas, impetigo en lymfangitis **[Pathogeen vermogen ]** Produceerd toxines Roodvonk door erythrogene toxines Toxic shoxk syndroom door pyogene toxines Necrotiserende fasciitis door pyogene toxines -\> *S.pyogenes* aantonen voor therapie ### ![](media/image14.jpg)*Cutibacterium acnes* **[Bacteriologie ]** Gram positieve anaërobe staaf Katalase positief Indol positief Pleiomorf **[Pathogeen vermogen ]** Commensaal van huid, mond- en keelholte, intestinale en urogenitale tractus Pathogeen in hemocultuur en bovenste lichaamshelft (lipofiel eigenschap) bij biofilm op vreemd materiaal Kunstklepen Botluik Endoprothesen **[Cultuur en identificatie ]** Anaërobe groei omstandigheden, duurt langer dan 48u voor groei Kleine, ronde kolonies [Thio] Bolletjes **[Antibiogram]** Resistent aan metronidazol ### *Actinomyces spp.* **[Bacteriologie ]** Gram positieve anaërobe staaf [Vier belangrijke species] - *A.israelii* - *A.meyeri* - *A.naeslundii* - *A.odontolyticus* **[Pathogeen vermogen ]** Commensaal van keel- en mondholte Pathogeen voor endogene infecties **[Cultuur en identificatie ]** Lange incubatieduur tot wel 5 à 10 dagen Diagnose door microscopie: zwavelkorrels (geel) ### *Eikenalla corrodens* **[Bacteriologie ]** ![](media/image16.jpg) Gram negatief, pleiomorfe coccobacillair **[Pathogeen vermogen ]** Commensaal van mond, bovenste luchtwegen en abcedaties (mengflora) Pathogeen Veroorzaakt endocarditis **[Cultuur en identificatie ]** [Facultatief anaeroob] Aerobe groei: factor X nodig Anaerobe groei: factor X niet nodig [Bloedagar en CHOC] Punctiforme kolonies Soms α-hemolytisch [Thio] Slechte groei ### *Pasteurella multocida* **[Bacteriologie ]** Gram negatieve bacillen **[Pathogeen vermogen ]** Veroorzaakt door krab en bijtwonden van hond of kat **[Cultuur en identificatie ]** - Katalase positief - Oxidase positief [Bloedagar] Grijze kolonies, niet-hemolytisch [MacConkey] Geen groei **[Antibiogram]** ![](media/image18.jpg) Penicilline en amoxicilline ### *Corynebacterium spp.* **[Bacteriologie ]** Gram positieve bacillen die geen sporen vormen *C.diphteriae* ontkleurt gemakkelijk ten opzichte van ander spp. **[Pathogeen vermogen ]** Commensaal van de huid Opportunistische pathogeen bij vreemd materiaal zoals katheter infecties **[Cultuur en identificatie ]** [Bloedagar] Eerst puntiforme kolonies en na 24u grijze kolonies **[Antibiogram]** ### *Bacillus cereus en Bacillus anthracis* **[Bacteriologie ]** Gram positieve bacillen die sporen vormen soms ook gramvariabel Sporen zelden te zien op gramkleuring ! *B.anthracis* ligt in lange kettingen -\> bamboe-aspect **[Pathogeen vermogen ]** Omgevingskiem vaak contaminatie van groeibodem *[Bacillus anthracis]* Verwekker van miltvuur ook wel gekend als anthrax (wit poeder) Bij mens: huidinfecties en respiratoir vorm door inhalatie van sporen. Later ook systemische Vorm ! Bioterrorisme *[Bacillus cereus]* Veroorzaakt enteritis (braken en diarree) door productie van enterotoxines in gastheer Katheterinfecties bij immuungecomprommitteerde patiënten of zeer zeldzaam huid en wondinfecties ! Staalname is zeldzaam **[Cultuur en identificatie ]** [Bloedagar] Grote en matte kolonies met een onregelmatige rand *B.cereus* is ß-hemolytisch [Spoorvormig stimulatie] Incubatie bij 45°C Nabijheid van vancomycine schijfje en op esculine agar ### ![](media/image21.jpeg)*Clostridium spp.* **[Bacteriologie ]** Gram positieve anaërobe staaf die sporen vormt Lijkt op een trommelstok In totaal 83 species waarvan er ongeveer 30 pathogeen zijn voor de mens **[Pathogeen vermogen ]** Commensaal van dikke darm Sommige zijn saprofyten van grond en humus Pathogeen met endogene en exogene infecties met ernstig verloop Al dan niet met toxines #### Clostridium perfrigens **[Pathogeen vermogen ]** - Gasgangreen - - - - - - - Intra-abdominale infecties - - - - Enteritis **[Cultuur en identificatie]** [Kenmerken] - Snelle groeier - Aërotolerant: kan ook groeien in een milieu met zuurstof. Ze gebruiken geen zuurstof, maar kunnen zichzelf wel beschermen tegen reactieve zuurstofmoleculen - Gasvorming in vloeibare bodems - Katalase negatief - Oxidase negatief - Omgekeerde CAMP-test positief [Bloedagar] Grijze kolonies met een dubbele ß-hemolyse zone #### Clostridium botulinum **[Pathogeen vermogen ]** [Botulisme] Veroorzaakt door consumptie van besmette voedingswaren Onvoldoende gesteriliseerd voeding waarin sporen zich ontwikkelen -\> Deze sporen zijn weerstandig aan maagzuur en thermolabiel (vernietiging bij 80°C) Symptomen: gaat via darm in bloedbaan dat zo naar de perifere motorische zenuwvezels gaat Aantasting van het autonoom zenuwstelsel -\> hartritme en bloeddrukstoornissen [Wondbotulisme] Veroorzaakt door intraveneus gebruik van drugs die gecontamineerd zijn met toxines [Toepassing] Botox -\> tijdelijk verlammen van spieren **[Cultuur en identificatie ]** [Dierenproef voor opsporen van toxines] Met voedselresten of faeces à suspensie in fysiologisch water, uitverdelen in buisje 1-4 Toevoegen van antitoxineserum in buisje 1-3 (antitoxine A, B, E) Alle muizen blijven leven = afwezigheid van toxine Buis 4 = controle = aan-/afwezigheid *C. botulinum*? Muis sterftals *C. botulinum* aanwezig is Buis 1, 2, 3: identificatie van type toxine muis overleeft = type toxine aanwezig in voedsel/faeces **[Antibiogram]** Niet noodzakelijk ! Meldingsplicht #### Clostridium tetani **[Pathogeen vermogen ]** Tetanus/ stijfkramp Via wondinfectie waarin sporen terechtkomen Treed voornamelijk op bij slecht vaccinatiestatus zoals bij oudere mensen **[Cultuur en identificatie ]** Groeit zeer traag en is strikt anaëroob Zwermt over de bodem Mogelijkheid tot opsporen van toxines met dierproef maar enkel op aanvraag ### *Erysipelothrix rusiopathiae* **[Bacteriologie ]** Gram positieve bacillen die geen sporen vormen **[Pathogeen vermogen ]** Pathogeen bij dieren maar hebben vissen, vogels en varkens als gastheer Veroorzaakt erysipeloïd ter hoogte van de handen en vingers voornamelijke bij veehouders, slager, slachters, dierenarts en koks Rood-paars letsel, warm en pijnlijk bij aanraking ![](media/image23.jpg) **[Cultuur en identificatie ]** Incubatie bij 5 tot 10% CO~2~ [Bloedagar] Slijmerige kolonies met α-hemolyse na langere incubatie **[Antibiogram]** - Penicilline gevoelig - Vancomycine resistent ### *Pseudomonas aeruginosa* **[Bacteriologie ]** Gram negatieve bacillen Non-fermenter -\> geen glucose vergisting **[Pathogeen vermogen ]** Omgevingskiem in water Opportunistisch pathogeen Breed spectrum aan symptomen zoals respiratoi, urinair, gastro-intestinaal,... Bij SSTI: brandwondes, vreemd materiaal in lichaam -\> Chronische wondes: doorligwondes, diabetische voetwonde **[Cultuur en identificatie ]** [Kenmerken] - Katalase positief - Oxidase positief - Groen pigment in wonde [Bloedplaat en MacConkey ] - Zwermende kolonies - Metaalglans - Zoete geur - Slijmerig **[Antibiogram]** Veel intrinsieke resistentie, veel verschillende mechanismen -\> MDRPA (multidrug resistente *P.aeruginosa*) ### *Capnocytophaga (canimorsus)* **[Bacteriologie ]** Gram negatieve bacillen **[Pathogeen vermogen ]** Systematische infecties bij neutropene patiënten (laag WBC aantal) Na honden- of kattenbeten **[Cultuur en identificatie ]** [MacConkey] Geen groei Mycologie ========= Inleiding --------- Studie van aandoeningen veroorzaakt door fungi (schimmels en gisten) Mycosen, allergieën en intoxicaties ![](media/image25.jpg) **[Uizicht van een fungi]** Zijn eukaryoten en hebben dus een celkern Gisten zijn eencelligen Schimmels zijn meercelligen Dimorf zijn beide Ze hebben een celwand dat uit chitine en B-glucaan bestaat Zorgt voor een gram positieve kleuring Groter dan 100μm Hebben een Aseksuele en seksuele voorplanting De vorm is pleomorf **[Pathogenese ]** Er bestaan meer dan 100 000 soorten maar elke honderden zijn pathogeen voor mens en dier Primaire pathogenen: veroorzaken bij besmettig regelmatig ziekteverschijnselen bij ten minste een deel van de gevoelige maar overigens gezonde populatie Opportunistische pathogenen: geven slecht aanleiding tot ziekte bij een verlaagde weerstand zoals bij patiënten met HIV, hematologische maligniteiten, orgaantransplantaties,... **[Soorten fungi]** [Filamenteuze fungi] Zijn meercelligen, deze vormen vertakte draden die meestal gesegmenteerd worden door dwarslopende septa Het geheel an hyphen wordt het mycelium genoemd [Gisten] Zijn eencelligen, die zich vermenigvuldigen door knopvorming [Dimorfe fungi] Hebben een myceliumfase (schimmelfase) op voedingsbodem bij kampertemperatuur en een gistfase bij culturen boven de 35°C zowel in rijke bodem als gastheer ### Morfologie **[Celwand]** Bestaat uit chitine en ß-glucanen dat ingebed zijn in een matrix van mannanen Gram positief aankleuren **[Cytoplasmamembraan]** Is een fosfolipiden dubbellaag dat voornamelijk bestaat uit ergosterol **[Kapsel]** Bestaat uit polysachariden en zorgt voor de virulentiefactor ### Metabolisatie en voortplanting Niet te kennen ### Classificatie en identificatie Niet te kennen Filamenteuze fungi ------------------ ### Dermatofytosen (tinea) Infecties van de huid, haar of nagels door dermatofyten en is zeer besmettelijk Dermatofyten zijn een groep fungi die keratine kunnen afbreken en gebruiken als groeisubstraat **[Transmissie]** - Rechtstreeks contact met besmet persoon of dier - Rechtstreeks contact met gezonde drager - Onrechtstreeks contact via besmet voorwerp **[Drie genera]** - *Epidermophyton* - *Microsporum* - *Trichophyton* Microsporum Epidermophyton Trichophyton ------------------------ ------------------------ ------------------------ ----------------------------- Macroconidia ![](media/image27.jpg) ![](media/image29.jpg) Hoeveelheid Veel Veel Zeldzaam Oppervlakte wand Ruw Glad Glad Dikte wand Dik of dun Dun Dun Vorm Elliptisch Knuppel Penseel Aantal cellen binnenin 3 - 7 2 - 4 3 - 8 Microconidia / ![](media/image31.jpg) Hoeveelheid Enkele / Enkele tot veel Vorm Knuppel / Rond, ovaal of knuppe Ontstaan Afzonderlijk / Afzonderlijk of druiventros Microscopisch beeld ![](media/image33.png) #### Genera: epidermophyton, microsporum en trichpython **[Geofiele dermatofyten]** Saprofyten in de grond Uitzonderlijk pathogeen voor mens **[Zoöfiele dermatofyten ]** Parasitair bij dier, zorgt voor ontstekingsreactie bij de mens - *Trichophyton verrocosum* (runderen) - *Microsporum canis* (kat en hond) - *Trichophyton mentagrophytes complex* (knaagdieren, paarden en honden) **[Antropofiele dermatofyten]** Enkel humane pathogenen, zorgt voor een chronische infecties met weinig ontstekkingsreactie - *Trichophyton rubrum* - *Trichophyton interdigitale* - *Epidermophyton floccosum* #### Ziektebeeld: tinea capitis/barbae/corporis/pedis/unguinum Medische term verwijst naa aangetast lichaamsdeel - Tinea capitis ( behaarde hoofdhuid) - Tinea barbae (baardstreek) - Tinea corporis (gladde huid) - Tinea pedis (voeten) ![](media/image35.jpg)**[Tinea capitis]** Sporen ontkiemen op huid, hyfen groeien in de huid aantasting haarzakjes Door *Microsporum spp*. en *Trichophyton spp.* [Klassificatie in functie van de plaats waar sporen zich ten opzicht van het haar vinden ] Ectothrix: sporen aan de buitenkant van het haar Destructie van haarzakje Endothrix: sporen binnenin het haar Haren breken af (black dots) **[Tinea barbae]** Baardstreek van voornamelijk veehouders (dier-mens transmissie) Door *Trichophyton spp.* **[Tinea corporis]** Katrienewiel -\> rode, schilferende ringvormige letsels Genezing gebeurd centraal dus staal nemen aan actieve rode rand Door *Trichophyton spp.,* *Microsporum spp.* en *Epidermophyton spp.* **[Tinea pedis]** Voornamelijk tussen tenen, voetzool en soms voetrug en gepaard met aantasting van de nagels Vaak secundaire verspreiding naar andere lichaamsdelen Verspreiding door publieke baden, schoenen **[Onychomycose / tinea unguinum ]** Ontsteking van de nagels Verkleuring, verdikking en broosheid van de nagels Vaak veroorzaakt door een dermatofyt #### Diagnose en therapie **[Diagnose]** [Microscopie: rechtstreeks onderzoek ] - Huidschilfers en nagels - - - Haar - - [Cultuur] Sabouraud glucose agar eventueel met actidione voor remming van saprofytaire schimmels en gisten Verdunde sabouraud stimuleerd sporulatie doordat deze in een stresssituatie komt [Identificatie] - Macroscopie: kleur en vorm kolonies - Microscopie: macro- en microconidia - MALDI-TOF MS **[Therapie ]** Voornamelijk lokaal met een zalf Gelokaliseerde huidinfecties met lokale antifungische geneesmiddelen Onychomycose: lokale en orale therapie Tinea capitis: orale therapie ### Diepe mycosen: opportunische infecties bij immuungedeprimeerde patiënten #### ![](media/image37.jpg)Aspergillosis Wijdverspreid in omgeving (in bodem, water, voedsel, lucht en rottende vegetatie) 200 verschillende species maar slecht enkele zijn pathogeen voor mens - *A.fumigatus* groep - *A. flavus* groep - *A. niger* groep - *A. terreus* groep **[Transmissie ]** Inhalatie van sporen of via lokale weefselinvasie via wondes **[Infectie ]** Gelokaliseerd in diepe weefsels en organen en verdere verspreiding via bloedsomloop en lymfevaten Bij een gezonde persoon zal deze spontaan geklaard worden door neutrofielen, macrofagen en trilharen Spectrum van verschillende aandoeningen - - - - - - - - - **[Staaltype ]** - BAL-vocht - Weefselstaal - Sputum **[Microscopie: rechtstreeks onderzoek]** - BAL + calcofluor -\> fluorescentiemicroscoop - - - **[Cultuur ]** Sabouraud glucose agar en bloedplaat na 2 dagen groei Donkergroene kolonies -\> *A.fumigatus* Zwarte kolonie -\> *A.niger* **[Diagnostiek ook via antigendetectie]** - Galactomannan - (1-3)-β-D-glucan **[Gevoeligheidsbepaling en behandeling ]** Azolen (voriconazole en posaconazole) Inhibitie van ergosterol synthes Gevoeligheids bepaling Polyenen Echinocandinen #### Mucomycosis Relatief zeldzaam, maar komt vooral voor bij patiënten met een hematologische maligniteit. Ook bij patiënten zonder onderliggend lijden Zorgt voor acute weefseldestructie met trombose van geïnvadeerde bloedvaten Verschillende manifestaties - - - - - **[Microscopie: rechtstreeks onderzoek]** Op sputum of weefselbiopt Hyfen zonder septa en wisselende diameter, loodrecht vertakt **[Cultuur]** Bloedagar en sabouraud glucose agar Grijswit, bruin of grijsbruine kolonies **[Behandeling ]** Snelle behandeling: heelkunde en antimycotica #### Pneumocystis jiroveci **[Epidemiologie]** Mens enige reservoir **[Pathogenese en ziektebeelden]** - Patiënten zonder onderliggend lijden: milde respiratoire infectie - Patiënten met gestoorde cellulaire immuniteit (\>\> HIV): pneumonie - Komt ook voor bij gezonde personen zonder infectie te veroorzaken Transmissie: aerogeen **[Diagnose]** Geen kweek wel PCR **[Behandeling]** Celmembraan met cholesterol resistent voor antifungale middelen Dimorfe fungi ------------- Veroorzaken diepe mycoses, door besmettig via een aerogene weg Gisten ------ Zijn eencellige organismen die een aseksuele voortplantig hebben door knopvorming ### Candida **[Soorten *Candida*]** *[Candida albicans]* Commensaal van mond en gastro-intestinale tractus Pathoggen bij vochtige of beschadigde huid *[Candida parapsilosis]* Frequent aanwezig op normale huid **[Soorten infecties]** Vaak signaal voor verstoorde afweer Gestroorde T-cel immuniteit Neutropenie Aanwezigheid van vreemd materiaal [Orale candidiasis ] Kan zowel bij jonge als oude mensen voorkomen Na breedspectrum AB en inhalatiesteroïden Zuigelingen, AIDS, leukemie -\> spruw Kunstgebit van ouderen [Cutane candida-infecties] Bij diabetes of overgewicht, ter hoogte van de huidplooien Bij zuigelingen: luierdermatits [Genitale candidiasis ] Vrouw: vaginitis door *C.albicans* Mannen: ontsteking van glans of voorhuid [Diepe infecties] Voornamelijk door *C.albicans* en van oorsprong vaak endogeen Risicopopulaties - - - **[Microscopie: rechtstreeks onderzoek ]** Candida spp. zijn ronde tot ovale cellen die gram positief aan kleuren **[Cultuur]** Bloedagar en sabouraud glucose agar met chlooramfenicol Witte, glanzende typische gist geur kolonies CHROMagar voor candida **[Identificatie]** - CHROMagar - MALDI-TOF MS ### Cryptococcose ***[Cryptococcus neoformans]*** In grond gecontamineerde met uitwerpselen van duiven, kanaries en papagaai-achtigen Gevaarlijk voor HIV-patiënten Bij patiënten met stoornis van cellulaire immuniteit ***[Cryptococcus gattii]*** Vooral ge associeerd met eucalyptusbomen in tropen en met sparren en eiken in Canada en noordwest Amerika Ook bij patiënten zonder onderliggende immuunstoonissen **[Besmetting]** Door inhalatie van gistcellen 1. Ontstaan van zeer milde longinfectie 2. Gedissemineerde infectie a. Chronische meningitis en meningo-encefalitis wat leidt tot een coma b. Huidlestsels **[Microscopie: rechtstreeks onderzoek ]** Grote, ronde gistcellen omgeven door een dik kapsel **[Microscopie: gramkleuring ]** Grampositief met kapsel **[Cultuur ]** Sabouraud glucose agar Groei na 2 tot 3 dagen met wit tot geelbruine kolonies **[Antigentest]** - Serum of lumbaal vocht - Latexpartikels met specifiek antistoffen tegen polysaccharideantigen ### Pityriasis versicolor *Malassezia* spp. Lipofiele gist **[Pathogenese]** - Commensaal huid, kolonisatie neem toe bij adolescenten/personen met vette huid - Chronische aandoening van hoornlaag bij overmatige groei en hyfenvorming - Voorbeschikkende factoren voor overgang commensaal - - - - **[Diagnose]** - Klinische kenmerken - Woodlicht - Rechtstreeks onderzoek huidschilfers : spaghetti and meatballs ![](media/image41.jpg) Moeilijk te kweken ### {#section.ListParagraph} Genitale stalen =============== Anatomie -------- ### Vrouw **[Onderdelen van de vrouwelijk genitale anatomie ]** - Eierstokken - - - Eileiders - Baarmoeder afgesloten door baarmoederhals (cervix) - Vagina inwendig - Vagina uitwendig - Barthollinklier - ### ![](media/image44.jpg)Man **[Onderdelen van de mannelijke genitale anatomie]** - Penis met eikel (glans) - Balzak (scrotum) - - - Introductie ----------- ### Genitale infecties Infectie van de geslachtsorganen Vaginitis Ontsteking van de vagina met vaginale afscheiding ----------------------------- -------------------------------------------------------- Bacteriële vaginose Geen ontsteking wel vaginale afscheiding Urethritis Ontsteking van de urethra Rectitis Ontsteking van het rectum Proctitis Onsteking van de slijmvliezen van de endeldarm Cervictitis Ontsteking van de baarmoederhals Pelvic inflammatory disease Ontsteking van baarmoeder, eileiders en/of eierstokken Endometritis Ontsteking van het baarmoederslijmvlies Prostatitis Ontsteking van de prostaat Epidydimitis Ontsteking van de bijbal Balanitis Ontsteking van de glas Transmissie vaak door seksueel overdraagbare infecties (SOI) of een niet seksueel overgedragen ### Onderscheid tussen genitale infecties en SOI **[Genitale infectie]** Is een infectie van het genitaal stelsel en wordt niet door seks overgedragen *Candida vaginitis* of bacteriële vaginoses **[SOI]** Wordt overgedragen tijdens seksueel contact waarbij het genitaal stelsel een belangrijke toegangspoort is voor de infectie. Kan ook oraal, anaal of handen Testen van verschillende plaatsen is dus van groot belang Vaak asymptomatisch maar toch kans op ernstige gevolgen [Indeling] Lokale infecties/ oppervlak Opstijgende infecties: PID Hematogene infecties, verspreiding via de bloedbaan: syfillis, HIV, Hepatitis B ### Bescherming tegen infecties Genitale mucosa vormt barrière tegen micro-organismen - Mechanisch - - - Chemisch - - Microbiologisch - Afweersystemen 1. Huid en mucosa 2. Aangeboren immuniteit 3. Verworven immuniteit **[Balans]** Opportunische bacteriën zien hun kans bij gestoorde barrière en een gewijzige commensale flora Professionele invaders: doen aan adhesie en invasie van cellen maar hebben ook methodes om het immuunsysteem te ontwijken ### Samenstelling vaginale flora Samenstelling van de flora veranderd door heen de levensfase Voor vruchtbare fase en menopauze: gemengde flora Vruchtbare fase voornamelijk *Lactobacillus spp.* Factoren die de flora beïnvloeden - Menstruatiecyclus - Sperma - Contact met mucosa tijdens geslachtgemeenschap - Korte afstand anus/perineum - Antibiotica ### Samenstelling van urethrale flora (in urinebuis) Voornamelijk een mengeling van aerobe en anaërobe mengflora Door grote afstand tussen anus en urethra is deze flora veel stabieler dan die van de vagina Variatie is wel mogelijk door antibiotica en contact met mucosa tijdens geslachtsgemeenschap ### Commensale flora en verwekkers **[Commensale flora]** - Coagulase negatieve *staphylococcus* - Alfa-hemolytische streptokokken - *Lactobacillus spp.* - *E.coli* - Corynebacteriën - Anaëroben **[Verwekkers]** Meer dan 30 bacteriële, virale en parasitaire verwekkers Voornamelijk testen bij MSM klasse: men having seks with men ### Diagnose - Rechtstreekse detectie van M.O. - - - - - Detectie van immuunrespons op infectie - Pathogenen ---------- ### *Chlamydia trachomatis* **[Bacteriologie]** Gram negatieve coccobacillen Bevinden zich intracellulair maar hebben wel een eigen metabolisme Groeicyclus Elementair lichaampje is het infectieus partikel Reticulair lichaampjes zal zich vermenigvuldigen **[Pathogenese]** [Serotype A, B, Ba en C] Komen voornamelijk voor in ontwikkelingslanden waarbij de transmissie gebeurd via vliegen, genitale secreties en de handen Het veroorzaak voornamelijk oogontstekingen (Trachoom) [Serotype D tot K] Gekend als een SOI Veroorzaakt infectie van de slijmvliezen -\> Man: niet-gonokokken urethritis -\> Vrouw: vaak asymptomatisch maar kan cervicitis, vaginitis, urethritis, endometritis, salpingitis en [Serotype L1, L2 en L3] Infectie van de diepere submucosa Kan leiden tot ernstige procitis (anaal) Lymphogranuloma venereum (LGV) **[Epidemiologie]** Komt vaak voor bij jongere vrouwen doordat ze zich vaker laten testen **[Diagnose ]** [PCR] Detectie van plasmide DNA Nood aan epitheel cellen Man: urine of uretherale wisser Vrouw: vaginale wisser [LGV uitsluiten] Uitsluiten van LGV serovar na primaire positieve anale screening ### *Neisseria gonorrhoeae* **[Bacteriologie ]** Gram negatieve diplokok die zich vasthechten met hun lange zijde aan elkaar Oxidase en katalase positief Kunnen zowel inta- als extraleukocytair Er bestaan 11 species maar 2 zijn pathogeen voor de mens **[Pathogenese]** Aanhechting aan de epitheelcellen waar ze zich dan intracellulaire vermenigvuldigen Transmissie gebeurt voornamelijk via seksueel contact en perinataal (tijdens bevalling) [Verschillende infectie soorten ] - Uretheraal - - Cervicaal - - Rectaal - Faryngeaal - Neonataal - **[Epidemiologie ]** Komt vaak voor bij jonge mannen ! Verplichte aangifte **[Diagnose]** [Kweek] Zeer gevoelig voor uitdroging en afkoeling -\> sterft van kiem Liefst dus een specifieke transportbodem en snel transport naar labo Bodems: grijze kolonies, niet-hemolytisch. Sommige commensalen kleuren geel Rijke CHOC agar Selectieve bodem met antibiotica [PCR] Hogere gevoeligheid dan kweek omdat het ook op dood materiaal kan Man: rectale of urethrale wisser Vrouw: vaginale of cervicale wisser [Microscopisch] Intracellulaire diplokokken **[Behandeling]** Moleculaire bepaling van gevoeligheid ### *Mycoplasma genitalium* **[Bacteriologie]** Bezit geen celwand waardoor ze snel van vorm kunnen veranderen **[Pathogenese]** Vaak asymptomatisch maar kan ook urethritis veroorzaken Transmissie vaak door mucosaal contact, verticaal (moeder kind) maar is minder besmettelijk dan *C.trachomatis* **[Diagnose]** [Moleculaire diagnostiek ] Man: first-void urine Vrouw: vaginale wisser in transportmedium [Wie testen] Symptomatische patiënten: urethritis en vermoeden van PID Asymptomatische patiënten worden niet getest ### *Treponema pallidum of* syfillis **[Bacteriologie]** Gram negatieve spirochaetales Kurketrekkerachtige voortbeweging **[Pathogenese]** Heeft de mens als reservoir en heeft een transmissie via seksueel contact Diverse stadia -\> Primair: lokaal letstel (knobbeltje) -\> Secundair: algemene symptomen (koorts, hoofdpijn, klierzwelling -\> Latente: geen klinische symptomen -\> Tertiaire: neurosyfillis, cardiovasculair letstel, afwijking van slijmvliezen Transmissie kan in de 2^de^ helft van de zwangerschap of perinataal bij een actieve syfillis **[Epidemiologie]** Voornamelijk oudere mannen vanuit de MSM klasse **[Diagnose]** Niet kweekbaar [Serologie] - Treponemale test - Niet-treponemale test [Treponemale test] Onderzoek naar heb ik ooit syfillis gehad, al doorgemaakt blijft de je levenslang positief Kwalitatief (positief of negatief) - TPHA/ treponema pallidum hemagglutinatie assay - - TPPA/ treponema pallidum particle agglutination - - FTA/ fluorescerene anti-humane Ig's [Niet-treponemale test] Kwantitatieve, uitgedrukt in titer resistentie is een 4voudige titer daling in 12 maanden **[Behandeling]** Voornamelijk met penicilline, indien allergie aan penicilline behandeling met doxycycline ### *Haemophilus ducreyi* **[Bacteriologie]** Gram negatieve coccobacil met nood aan factor X bij groei School of fish dat zich zowel intra- als extraleukocytair bevindt **[Pathogenese]** Voornamelijk genitale en huid infecties en komt vaak voor in Afrika en zuid-oost Azië **[Antibiogram en behandeling ]** Antibiogram volgens disk-diffusie niet mogelijk want trage groei Bacteriële vaginose ------------------- ### Bacteriologie Normale vagina flora bestaat uit *Lactobacillus spp.* bij een bacteriële vaginose worden deze verdreven door een mengflora waardoor er een basich milieu ontstaat en dus een microbiologische evenwicht is *Gardnerella vaginalis* ### Pathologie 1. Toegenomen vaginale afscheiding 2. Hoge pH 3. Stinkende metabolieten -\> visgeur 4. Clue Cells op vaginaal uitstrijkje Risico op complicatie bij zwangerschap en verhoogde kans op PID en HIV ### Pathogenen #### Lactobacillus spp. **[Bacteriologie]** Gram positieve bacil die geen sporen vormd **[Pathogeen vermogen ]** Voornamelijk commensaal en zelden pathogeen **[Cultuur en identificatie]** Op bloedagar: niet hemolytisch of α-hemolytisch **[Antibiogram]** Enkel indien klinisch relevant #### Gardnerella vaginalis **[Bacteriologie ]** Gram positieve pleomorfe staven tot coccobacillen **[Pathogeen vermogen ]** Voornamelijk commensaal, betrokken bij bacteriële vaginose maar niet altijd de oorzaak **[Cultuur en identificatie ]** Moeilijke groei Op bloedagar: β-hemolytisch Aerobe vaginitis ---------------- Veroorzaakt door *Lactobacillus spp.* die overgroeid worden door een aerobe flora Verhoogd aantal WBC in uitstrijkje en afwezigheid van clue cells *Candida* vaginitis ------------------- Rode vagina met een wit beslag en branderig gevoel Vaak een opportunistische infectie na AB gebruik Groep B streptokokken/ GBS of *Streptococcus agalactiae* -------------------------------------------------------- **[Bacteriologie]** Gram positieve streptokokken dus katalase negatief **[Pathogenese]** Commensaal van de gastro-intestinale tractus en genitale tractus Opportunistische pathogeen: postoperatineel, endometritis, bacteriëmie en endocarditis Workflow -------- **[Staalname]** - Vaginale wisser - Cervicale wisser - Urethrale wisser - Etter -... **[Microscopie ]** - PMN - Gisten en pseudomycelium - Gram negatieve diplokokken - Groot aantal streptokokken, stafylokokken, gramnegatieve staven ! Rekening houden met de leeftijd van de patiënt **[Kweek]** - Bloedagar - Rijke CHOC bodem - Candida agar **[Identificatie en rapportering]** - Geen ID of rapportering van *Gardnerella spp* - *Enterobacterales* alleen uitwerken bij zwangere vrouwen Meningitis en encephalitis ========================== Inleiding --------- Ernstige/ levensbedreigende aandoening kan zowel infectieus als niet infectieuze oorzaken hebben Infectieus: Viraal, fungaal, TB -\> Op lumbaal vocht: celtelling, differentiatie, proteïne en glucose en kweek Pathogenen ---------- ### *Neisseria meningitidis* **[Bacteriologie ]** Gram negatieve diplokokken, die zowel intra- en extracellulair zich bevinden Katalase positief Oxidase positief Cytochroomoxidase positief Kweek op een bloedagar Grijze kolonies met een niet-hemolytische patroon **[Pathogenese]** Besmetting verloopt asymptomatische of met een lichte faryngitis. Soms invasie van de bloedbaan wat leidt tot aan acute menigitis **[Behandeling en preventie ]** Empirische behandeling van bacteriële meningitis ### *Listeria monocytogenes* **[Bacteriologie]** Gram positieve staven en soms bewegelijk en ook niet sporulerend **[Pathogeen vermogen ]** Transmisie via dieren en melkproducten **[Cultuur en identificatie]** Op bloedagar Grijze kolonies met een β-hemolytische patroon **[Antibiogram]** Gevoelig voor amoxicilline en resistent voor cefalosporines Endocarditis ============ Inleiding --------- Ernsitge en levensbedreigende aandoening, meestal het gevolg van een infectie (bacterieel, viraal of fungi) **[Pathogenen ]** - *Viridans* streptokokken - *S.pneumoniae* - *Granulicatella spp.* - *Abiotropha spp.* - *S.aureus* en andere CoNS - *Enterococcus spp.* - HACEK-groep - Fungi zoals *Candida* Workflow bij vermoeden van endocarditis --------------------------------------- ### Staalname Bloedcultuur, 2sets van een koppel afgenomen bij koorts Koppel: aerobe fles en anaerobe fles 2 sets want grotere kans op detectie van lage hoeveelheid bacteriën ! Fles niet overvullen -\> vals positieve resultaten ### Kweek Bij aankomst hemocultuur deze op een automatische broedstoof zetten (37°C) ### Microscopie Pas uitvoeren als hemocultuur positief test **[Mogelijkse beelden ]** - Stafylokokken - Streptokokken of enterkokken - Gram-negatieve staven - Spirellen ! Rekening houden met type fles ### Extra kweekmoment / ### Identificatie en antibiogram Identificatie via MALDI-TOF MS Antibiogram door standaard disk diffusie of panel op automaat Pathogenen ---------- ### *Viridans* streptokokken en niet-hemolytische streptokokken **[Bacteriologie]** Gram positieve aerobe streptokokken Katalase negatief **[Pathogeen vermogen ]** Commensaal van de mondholte, urogenitale en intestinale mucosa *S.anginosus* zorgt voor een pyogene infectie zoals appendicitis Na stomatologische ingreep kans op een subacute endocarditis **[Cultuur en identificatie]** Op bloedplaat α-hemolytisch of niet-hemolytisch *S.anginosus* is vaak ß-hemolytisch ! Soms enkel groei bij CO~2~ **[Antibiogram en behandeling]** Mueller-Hinton-F agar met paardenbloed en NAD MIC bepaling van penicilline -\> bepalen van AB-therapie ### Enterokokken **[Bacteriologie]** Gram positieve aerobe streptokokken Katalase negatief Lancfieldgroep D Verschillende genussen - *E.faecalis* - *E.faecium* - *E.durans* - *E.casseliflavus* - *E.gallinarum* - *E. avium* **[Pathogeen vermogen ]** Commensaal van darmflora Pathogeen: cystitis, cholecystitis, post-operatieve wondinfecties, peritonitis en subacute endocarditis **[Antibiogram]** Mueller-Hinton agar (zonder bloed) Resistent voor oxacilline en cefalosporines *E.faecium* resistent voor ampicilline *E.faecalis* gevoelig voor bijna alles ! Kans op VRE/ vancomycine resistente streptokokken ### *Granulicatella* en *Abiotropha* **[Bacteriologie ]** Gram positieve aerobe streptokokken Katalase negatief **[Pathogeen vermogen ]** Oorzaak van orale en intestinale infecties Ook andere types infecties zoals endocarditis **[Kweek ]** Groei op rijke bouillon of CHOC bodem Geen groei op bloedagar , tenzij in de buurt van staphylokokken (satellitisme **[Antibiogram en behandeling]** Resistent voor penicilline en ceftriaxone Gevoelig voor vancomycine **[HACEK groep]** Relevante groep bij hemoculturen, hartkleppen en gewrichtsvochten - *Haemophilus aphrophilus* - *Aggregatibacter actinomycetemcomitans* - *Cardiobacterium* *hominis* - *Eikenella corrodens* - *Kingella kingae* *[Aggregatibacter ]* Pathogeen vermogen In mondflora -\> tandvleesontstekingen In hart -\> endocarditis -\> Vaak na stomatologische ingreep *[Cardiobacterium]* / *[Kingella]* Gramnegatieve staven in korte ketens Commensaal van de orofarynx Verwekker bij: pediatrische bacteriëmie, septische artritis Op bloedagar β-hemolytisch Antibiogram Gevoelig voor penicilline, ampicilline, co-trimoxazol en quinolones Abdominale infecties ==================== Inleiding --------- Verwekkers van abdominale infecties - *Enterobacterales* - Non-fermenters - *Enterokokken spp.* - *Streptokokken spp.* - Gisten Pathogenen ---------- ### Gram-negatieve anaërobe bacteriën **[Bacteriologie]** Groeien uitsluitend in afwezigheid van zuurstof Bloodstelling aan zuurstof volgt een trage tot snelle dood **[Pathogeen vermogen ]** Commensalen van de mondholte, gastro-intestinale tractus en urogenitale tractus Verschillende groepen - *Bacteroides* groep - *Fusobacterium* groep -\> trombose in halsslagader Oorzaak van endogene infecties Vormen van sterk stikkend pus - Appendiculair abces - Faecale peritonitis - Wondinfectie na darmheelkunde - Longabces - Endometritis - Tand-, kaak- en hersenabcessen - Wondinfectie na dierenbeet **[Cultuur en identificatie]** Anaerobe kweek kan enkel op keelabces, hersenabces en hemoculturen Bodems BHI Vloeibare bodem mer reducerende stoffen BBE Identificatie met MALDI-TOF MS **[Gevoeligheidsbepaling]** Wordt niet systematische uitgevoerd Wel op: hemoculturen, hersenabces en ongunstige evolutie Andere technieken zijn: E-test, agardillutie en dillutiein vloeibare bodem ### Anaerobe kokken **[Bacteriologie]** Gram negatieve anaerobe kokken Kan in paren, kettingen, tetraden of trosjes voorkomen **[Pathogeen vermogen ]** Commensaal van huid, mond, bovenste luchtwegen, gastro-intestinale tractus en urogenitale tractus Opportunistische pathogenen **[Identificatie]** MALDI-TOF MS **[Antibiogram en behandeling]** Niet standaard uitgevoerd Blind behandelen met klassieke AB Ook gevoelig voor penicilline en clindamycine Allerlei ======== *Brucella* ---------- **[Bacteriologie ]** Gram negatieve coccobacillen, gelegen in paren of in korte ketens **[Pathogeen vermogen ]** Natuurlijk reservoir is een dier, naam is ook afhankelijk van het reservoir - *Brucella melitensis* -\> schapen en geiten - *Brucella abortus* -\> rund - *Brucella suis* -\> varken - *Brucella canis* -\> hond Tijdens dracht infectie leidt dit tot abortus en aanwezigheid van bacteriën in melkklier -\> Excretie in melk [Bij de mens ] Contact met besmette dieren - Consumptie van melk en vlees - Manipulatie van besmet vlees - Inhalatie ! Manipulatie van deze kiem altijd onder LAF kast doen Ziektebeeld 1. Begin zonder veel symptomen 2. Actieve infectie a. Terugkerende koorts b. Verwagering c. Nachtzweten d. Granulomateuze: WBC vormen granulen in de organen ! Bio-terrorisme **[Cultuur en identificatie]** Voedingsbodem met tryptose, kalfsserum, gist- en leverextracten Incubatie onder CO~2~ en tot wel 6weken Bloedagar Langzame groei en dus pas na 3dagen zichtbaar Kleine glinsterende niet-hemolytische kolonies Identificatie met MALDI-TOF **[Antibiogram en identificatie ]** Behandeling duurt meerdere weken, ook tot na het verdwijnen van symptomen Kans op herval Therapie met tertra cycline, co-trimoxazol en fluorochinolones *Helicobacter pylori* --------------------- **[Bacteriologie ]** Gram negatieve kommavormige bacillen Oxidase positief Katalase positief Urease positief **[Pathogeen vermogen ]** Factor bij pathogenese van gastritis, peptische maaguclus en maagkanker Door de sterke urease productie wordt er meer NH~3~ vrijgesteld waardoor de pH van de maag stijgt en de helicobacter beter kan overleven Onderzoek door maagbiopt **[Cultuur en identificatie]** Gramkleuring Rijke niet selectieve bodems Columbia agar met bloed -\> Kleine kleurloze kolonies met geen hemolyse patroon Schaedler agar Geen specifieke bodems nodig want in de zure maag overleven weinig bacteriën Ureum ademtest Door productie van CO~2~, zal deze verhoogd zijn bij het uitademen Antigentest op faeces Kan diagnostisch als ademtest moeilijk is (ouderen, kinderen) **[Antibiogram]** Enkel uitvoeren bij falen van therapie E-test op Mueller-Hinton met schapenbloed ! Kan niet met disk-diffusie door de trage groei *Borrelia spp.* --------------- Gram negatieve staven met een kurktrekkerachtige bewegelijkheid ### *B.burgdorferi* **[Bacteriologie ]** Komt wereldwijd voor en heeft als reservoir knaagdieren, kleinere zoogdieren en vogels Transmissie via teken (vector) Species en hun reservoir is afhankelijk van locatie **[Pathogeen vermogen ]** Verschillende stadia 1. Vroeg gelokaliseerde infectie a. Erythema binnen 3 tot 30 dagen na beet b. Antibiotica therapie verhindert optreden van complicaties 2. Vroeg gedissemineerde infectie c. Voornamelijk neurologische symptomen in europa d. Voornamelijke reumatische symtomen in de VS 3. Late gedissemineerde infectie e. Neurologische, cutane of reumatologische symptomen **[Diagnose]** Voornamelijk serologisch door IgG en IgM bepaling op serum Geen kweek **[Behandeling en preventie]** Preventie houd in om kledij met lange mouwen en pijpen te dragen en vaak visuele inspectie en verwijdering uit tevoeren *Leptospira interrogens* ------------------------ **[Bacteriologie]** Fijne spiralen met haakvormig uiteinde **[Pathogeen vermogen]** Sterfte van 5 tot 10% **[Diagnose en behandeling ]** Serologisch Enkel in instituut voor tropische geneeskunde Antibiotica en resistentiemechanismen ===================================== Inleiding --------- Antimicrobieel spectrum van een AB = de range van bacteriëen die door AB wordt afgedood Gevoelige bacteriën -\> AB is werkzaam Resistente bacteriën -\> AB is niet werkzaam ### Indeling op basis van chemische structuur Afbeelding met tekst, schermopname, diagram, Lettertype Automatisch gegenereerde beschrijving ### Indeling op basis van aangrijpingspunt +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Aangrijpingspunt | Antibiotica soorten | +===================================+===================================+ | Celwandsynthese | β-lactams | | | | | | Vancomycine | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Proteïne synthese | Linozolid | | | | | | Tetracyclines | | | | | | Macroliden | | | | | | Aminoglycosides | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Nucleinezuur synthese | Trimethoprim | | | | | | Sulfonamides | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Metabole synthese | Fluoroquinolones | | | | | | Rifamycins | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Celmembraan functie | Daptomycine | +-----------------------------------+-----------------------------------+ Idealiter werkt een AB enkel in op een target dat voorkomt bij bacteriën (celwand) ### Indeling op basis van werkingspectrum Klein werkingsspectrum Breed werkingsspectrum ----------------------------------------------- -------------------------------- ------------------------ ----------- Penicilline Amoxilline met clavulaanzuur Meropenem Amoxicilline 3^de^ generatie cefalosporines Piperacillintazobactam ### Indeling op basis van effect: bactericied of bacteriostatisch Bactericied: dood bacteriën Bacteriostatisch: verhinderd de groei van bacteriën Antibioticum resistentie ------------------------ ### Natuurlijke resistentie Bacterie is altijd en overal ongevoelig voor het AB Resistentiemechanisme is aanwezig in alle bacteriën van een species, gecodeerd in chromosoom Bv. - - - ### Verworven resistentie Bacterië was oorspronkelijk gevoelig, maar is minder gevoelig of resisten geworden Resistentie is aanwezig in slechts enkele bacteriën van een species **[Twee mechanismen]** [Wijziging in het orgineel chromosoom van de bacterie door mutatie] - Proces van natuurlijke selectie - Toediening van AB waardoor oorspronkelijke populatie sterft - Mutant die resistent is voor AB overleeft en zal delen Oorspronkelijke populatie wordt vervangen door mutante populatie met verminderde/ afwezige gevoeligheid voor AB [Verwerven van extra DNA (opname van een nieuw gen gelegen op mobiel genetisch element zoals plasmide of transposon)] Kan leiden tot - Verandering van aangrijpingspunt voor antibiotica - ![](media/image46.png)Enzymen die antibiotica degraderen - Actief uitpompen van antibiotica uit de bacterie - - Verminderde doorlaatbaarheid/ permeabiliteit van celwand (poriën) Gevoeligheidsbepaling --------------------- **[MIC-waarde]** Minimaal inhiberende concentratie Laagste concentratie antibioticum waarbij de groei van bacteriën afgeremd wordt **[Inhibitiezone]** Disk-diffusie bepaling Rapportering antibiogram -- EUCAST richtlijnen ---------------------------------------------- Resultaat Richtlijn ----------------- ----------------------------------------- S/ susceptible Therapeutisch succes met standaarddosis I/ intermediate Therapeutisch succes met hogere dosis R/ resistant Therapeutisch falen ### Area of Technical Uncertainty (ATU) Grijze zone, waarde tussen R en S Elk labo heeft zijn eigen manier van omgaan hiermee Overzicht van antibiotica klasses --------------------------------- ### β-lactam antibiotica **[Chemische structuur]** Bevatten een beta-lactam ring Bactericied ! Enkel werkzaam bij een intacte beta-lactam ring **[Subgroepen ]** - ![](media/image48.png)Penicillines - Cefalosporines van de 1^ste^ tot de 5^de^ generatie - Carbapenems - Monobactams #### Werking - Inhibitoren van de celwandsynthese - Blokkeren van enzymen die peptidoglycaan molecules linke - Blokkeren penicilline-binding proteins /PBP waardoor de celwand onregelmatig wordt en er uiteindelijk lyse is van de cel **[Procedure]** 1. Beta-lactam binden op PBP's en blokkeren de enzymes 2. Geen crosslinking meer mogelijk 3. Veel minder sterk celmembraan 4. Celdood #### Resistentiemechanismen ![](media/image50.png)**[Hydrolyse β-lactam ring door β-lactamase]** Ontdekt snel na gebruik van eerste AB Penicilline bij gram + Amoxicilline bij gram -- AB wordt doorgeknipt door het enzym β-lactamase ! Enzym dat antibiotica degradeert #### Ambler klassificatie - Penicilllinases: aantasting penicillines - Cefalosporinases (ampC): aantasting cefalosporines - Breed spectrum β-lactamases: aantasting van penicillines en cefalosporines - - Carbapenemases: aantasting van carbapenemase - Serine β-lactamase: actieve site omvat aminozuur serine (Groep, A,C en D) Zinc β-lactamase: actieve site omvat zink ion (Groep B) **[Klasse A]** [Penicillinase bij stafylokokken] Zorgt voor resistentie tege alle penicillines Resistentie omzeilen door combinatie met ß-lactamase inhibitor Heeft zelf geen AB activiteit maar bindt β-lactamase waardoor AB intact blijft Vb. Clavulaanzuur, deze heeft zelf een ß-lactamring waardoor deze alle ß-lactamase bezet [ß-lactamase bij *Haemophilus influenzae*] Enkel resistant voor ampicilline Testen met een schijfje nitrocefine -\> Geel: intacte ß-lactam ring dus geen ß-lactamase aanwezig -\> Rood: geen intacte ß-lactam ring dus ß-lactamase aanwezig Resistentie omzeilen door combinatie met ß-lactamase inhibitor [ESBL/ extended-spectrum β-lactamase ] Zorgt voor afbraak van penicillines, cefalosporines en monobactam Enzymen verworven via plasmide -\> Inhibitie door β-lactamase inhibitoren Tasten carbapenems en temocilline niet aan Detectie: ![](media/image52.png) Disk-diffusie: verminderde diameters en spookzones tussen amoxicilline met clavulaanzuur en cefalosporine -\> Clavulaan diffundeert in agar -\> inhibitie van β-lactamase productie -\> AB werkt dus wel lokaal -\> grotere inhibitiezoen Dubbel disk-diffusie: -\> Diameter cefalosporine met clavulaanzuur is minimaal 5mm groter dan enkel cefalosporing MIC-waarde: -\> Screening: verhoogde MIC waarde -\> Confirmatie: verminderde MIC door aanwezigheid van β-lactamase inhibitor -\> [\$\\frac{\\text{MIC\\ cefalosporine}}{MIC\\ \\ cefalosporine + clavulaanzuur\\ } \> 8\$]{.math.inline} PCR Sneltesten [Carbapenemasen en carbapenemase producerende *Enterobacterales* (CPE) ] Enzymes verworven via plasmide β-lactamase inhibitoren hebben geen effect Aangetast Opmerking --------------------------------------- ------------------------------------------- Penicillines / Carbapenem Van verlaagde gevoeligheid tot resistent Cefalosporines (inc generatie 3 en 4) Meestal Monobactam Geen aantasting door metallo-ß-lactamases Temocilline Indien OXA-48 OXA-48 tast carbapenems wel aan maar bacterië is vaak toch gevoelig voor carbapenem. OXA-48 tast temocilline aan Metallo β-lactamasen: inhibitoe door EDTA Detectie Sneltest K-test OXA-48 PCR -\> Multiplex PCR voor detectie van VIM, IMP, NDM,KPC en OXA-48 In-house PCR CPE -\> Zodat geen enkele CPE gemist wordt **[Inhibitor-resistant TEM β-lactamases/ IRT]** Ontstaan via mutaties uit TEM-1 en TEM-2 β-lactamases Verhoogde affiniteit voor β-lactamases inhibitoren Plasmide gecodeerd **[Klasse C]** Inductie door blootstelling aan β-lactam AB - Intrinsiek resistentie mechanisme in bacteriën bij *E.cloacae* en *C.freundii* - Bacteri wordt progressfief resistenter - Bij stop van bloodstelling wordt de kiem terug gevoelig **[Wijzinging/ mutatie van PBP's (aangrijpingspunt) ]** Gekend als het MRSA type (methicilline resistente *S.aureus*) Detectie: -\> Genotypsch: PCR voor mecAgen -\> Chromogene agars ! Bevestiging nodig Door de gewijzigde PBP's kan ß-lactam niet meer binden !Verandering van aangrijpingspunt **[Effluspompen die antibioticum terug naar buiten pompen vooraleer het kan werken ]** Afbeelding met schermopname, ontwerp Automatisch gegenereerde beschrijving **[Verminderde doorlaatbaarheid van het buitenste membraan (verlies van porines) ]** ![Afbeelding met schermopname, diagram, clipart Automatisch gegenereerde beschrijving](media/image54.png) ### Glycopeptiden #### Werkingsmechanisme Inhibitor van de celwandsynthese van gram positieve bacteriën Traag bactericied Gekend al Vancomycine en Teicoplanine #### Resistentiemechanisme **[Resistentie door gewijzigd aangrijpingspunt]** High-level resistentie Gekend als VRE/ Vancomycine resistente Enterokokken Intrinsieke resistentie **[Resistentie door verdikte celwand (glycopeptide raakt niet op plaats van werking)]** *Staphylococcus aureus:* low level glycopeptide resistentie door verdikte celwand VISA: vancomycine intermediaire *S.aureus* hVISA: heterogene vancomycine intermediaire *S.aureus* GISA: glycopeptide intermediaire *S.aureus* Detectie Disk-diffusie -\> Onbetrouwbaar om onderscheid te maken tussen wild-type en non-*van*A resistentie MIC-bepaling -\> Verschil in morfologie van kolonies ### Macroliden #### ![](media/image56.png)Werkingsmechanisme Inhibitor van de proteïnesynthese, zorgt voor een reversibele binding aan het 50 subunit van bacterieel ribosoom Bacteriostatisch Inhiberen verlenging protein door blokkeren van peptidyltransferase Gekend als Erytromycine, Azithromycine, Clarithromycine en Roxithromycine #### Resistentiemechanismen **[Resistentie door mutatie aangrijpingspunt =\> 50S subunit ribosoom]** *Neisseria gonorrhoeae* **[Resistentie door effluxpompen ]** *Neisseria gonorrhoeae* ### Lincosamiden #### Werkingsmechanisme Inhibitor van de proteïnesynthese, zorgt voor een reversibele binding aan het 50 subunit van bacterieel ribosoom Bacteriostatisch Inhiberen verlenging protein door blokkeren van peptidyltransferase Gekend als Clindamycine #### Resistentiemechanismen **[Resistentie door mutatie aangrijpingspunt]** - Constitutief: rRNA methylase komt altijd tot expressie - - Induceerbeer: rRNA methylase enkel geproduceerd in aanwezigheid van inducer - - - [D-test] Erythromycine en clinamycine op 12 tot 16mm afstand Aanwezigheid van erm gen als Erythromycine resistent is en clindamycine gevoelig maar met afplatting (D-vorm) Rapporteren als beide resistent ### Aminoglycosides #### Werkingsmechanisme Inhibitoren van de proteïnesynthese, zorgt voor irreversibele binding aan 30S subunit van bacterieel ribosoom Snel bactericied Inhibitie van proofreading door binding aan tRNA ribosoom -\> verstoorde eiwitsynthese Gekend als Gentamycine, Amikacine en Tobramycine #### Resistentiemechanisme **[Intrinsieke resistentie door inefficiënt transport door membraan]** Bij streptokokken en enterokokken Betere uptake met penicilline door beschadiging van de celwand ### Tetracyclines #### Werkingsmechanisme Inhibitoren van de proteïnesynthese, zorgt voor irreversibele binding aan 30S subunit van bacterieel ribosoom Snel bactericied Inhibitie van proofreading door binding aan tRNA ribosoom -\> verstoorde eiwitsynthese Gekend als Doxycycline en Tigecycline ### Oxazolidinones #### Werkingsmechanisme Preventie van assemblage 50S + 30S door binding op 50S bacterieel ribosoom ![](media/image59.png) Bacteriostatisch Enkel bij gram positieven Gekend als Linezolid ### Fluoroquinolones #### Werkingsmechanisme Inhibitie van DNA replicatie en transcriptie en dus inhibitie van celdeling en proteïnesynthese Gekend als Ciprofloxacine, Levofloxacine en Moxifloxacine #### Resistentiemechanismen - Resistentie door mutatie van target - Resistentie door Verhoogde efflux - Resistentie door vermindere opname door verlies van permeabiliteit ### Trimethoprim of sulfamethoxazole #### Werkingsmechanisme Combinatie van twee stoffen met effect op foliumzuurmetabolisme van een bacterie Inhibitie van DNA-synthese Afzonderlijk gebruik -\> bacteriostatisch Combinatie gebruik -\> bactericied ### ![](media/image61.png)Metronidazole #### Werkingsmechanisme Omzetting tot toxisch metabolite door reductie, metaboliet wordt zo in het DNA ingebouwd Bactericied ### Nitrofurantoine #### Werkingsmechanisme Reductie door bacteriële flavoproteïnes Toxisch effect op DNA, ribosomen, respiratie en metabole processen ::: {.section.footnotes} ------------------------------------------------------------------------ 1. ::: {#fn1} Virale werking van een kiem[↩](#fnref1){.footnote-back} ::: 2. ::: {#fn2} Populatie van een bacterie in een medium[↩](#fnref2){.footnote-back} ::: 3. ::: {#fn3} Immuniteit: hoe beter de immuun status hoe minder snel ziek[↩](#fnref3){.footnote-back} ::: 4. ::: {#fn4} Kunnen van vorm veranderen door de omgevingomstandigheden[↩](#fnref4){.footnote-back} ::: 5. ::: {#fn5} Opengebroken RBC waardoor hun inhoud beter beschikbaar is voor bacteriën[↩](#fnref5){.footnote-back} ::: 6. ::: {#fn6} Van vorm kunnen veranderen[↩](#fnref6){.footnote-back} ::: 7. ::: {#fn7} Competitie met lichaamsvreemde organismen voor plaats en voeding[↩](#fnref7){.footnote-back} ::: 8. ::: {#fn8} Pus vanuit de ruimte tussen de longvliezen[↩](#fnref8){.footnote-back} ::: :::

Use Quizgecko on...
Browser
Browser