Samenvatting hoofdstuk 3 Psychologie Zie Jij Wat Ik Zie PDF

Summary

Deze samenvatting beschrijft hoofdstuk 3 van een inleiding tot de psychologie, met een focus op de fenomenologie en hoe onze waarneming van ruimte en tijd beïnvloed wordt door onze gemoedsstemming. De samenvatting behandelt de ideeën van psychiater Hans Swildens en de perspectieven op de relatie tussen waarneming en de beleving van de wereld.

Full Transcript

lOMoARcPSD|10752456 Hoofdstuk 3: zie jij wat ik zie? Inleiding in de psychologie (Odisee hogeschool) Studocu wordt niet gesponsord of ondersteund door een hogeschool of universiteit Gedownload door student Anoniem ([email protected]) ...

lOMoARcPSD|10752456 Hoofdstuk 3: zie jij wat ik zie? Inleiding in de psychologie (Odisee hogeschool) Studocu wordt niet gesponsord of ondersteund door een hogeschool of universiteit Gedownload door student Anoniem ([email protected]) lOMoARcPSD|10752456 1. Hoofdstuk 3: zie jij wat ik zie? Een omvangrijk deelgebied van de psychologie is de functieleer. Leg uit.  Dit omvat onder andere de ervaring en de kennis die we opdoen via onze zintuigen.  In de gepopulariseerde psychologie is vooral het onderzoek naar verschillen tussen waarneming en perceptie (dat wat je meent waar te nemen) bekend. 1.1 Beleving van ruimte en tijd Hoe we ruimte en tijd beleven is sterk afhankelijk van  Onze gemoedsstemming.  In zijn boek ‘Procesgerichte gesprekstherapie’ heeft de psychiater Hans Swildens dit voor een groot aantal ziektebeelden gevat beschreven. Wat onderzoekt psychiater Hans Swildens  Hij onderzoekt fenomenologisch wat mensen doormaken en leert je zo empathisch kijken Wat is fenomenologisch  Fenomenologisch= vertrekkend van hoe iets zich aan ons toont (fenomeen= wat verschijnt) Als je neerslachtig bent, in een ‘depressieve bui’, kun je merken dat je tijds beleven verandert. Leg uit.  Het lijkt alsof je gefixeerd geraakt op het verleden en soms ook op het heden.  ‘Ik kan het niet’ is het centrale gevoel. Als je gewoon nog maar enkele minuten dit zinnetje herhaalt, zul je merken dat je bewustzijn nauwer wordt en gefixeerd.  De toekomstdimensie van de tijd valt vaak bijna geheel weg. Je kunt niet meer ‘uitreiken naar de toekomst’.  Wat moeilijker om te ervaren, maar zeer duidelijk als je in een depressie verzeilt, is dat ook je beleving van de ruimte verandert. Het lijkt alsof de ruimte je meer bedrukt maar ook wel alsof hij onoverkomelijk groter wordt. BV: Iemand die een depressie ervaart kan de afstand van twee meter naar een koffiezet als ’10 meter ver’ ervaren. Hoe anders is je beleving als je angstig bent.  Hier is het centrale gevoel: ‘Ik durf niet’.  Bij angst voel je sterk de toekomstdimensie, maar ze verlamt je.  Het kan ook zijn dat je verlamt in het nu.  De beleving van ruimte is meestal Be-nauw-end: Alsof muren op je afkomen en de ruimte dus ‘nauwer’ wordt. Conclusie  Het is heel zinvol om deze gestemdheden te doorleven zodat je ze kunt herkennen bij cliënten.  Soms kun je je zo bewust worden van een emotie van de cliënt die voor hem/haar zelf nog niet duidelijk is. Gedownload door student Anoniem ([email protected]) lOMoARcPSD|10752456 1.2 Over kijken, kleuren en optische illusies 1.2.1 Kijken en zien 1.2.1.1 Zien (lezen) Voor het zintuigelijk-neurofysiologisch proces van waarnemen 1. In het kleine kuiltje in het netvlies, de Fovea bevinden zich 6 miljoen kegeltjes waarmee we overdag kleuren kunnen zien. 2. In het andere deel van het netvlies zijn er 120 miljoen staafjes die gespecialiseerd zijn in het opvangen van zwak licht. 3. Kleurpigment wordt immers voortdurend opnieuw gevormd! 4. Het netvlies voert een groot deel van de beeldbewerking zelf uit: 5. De informatie die de 126 miljoen kegeltjes en staafjes bereikt wordt vertaald naar 800.000 zenuwcellen die door de oogzenuw naar de hersenen lopen. 6. De oogzenuw treedt op één plaats door het netvlies, Men noemt dit de blinde vlek Omdat je met dat deel van het netvlies niet kunt waarnemen. Beide ogen hebben dus een blinde vlek. 7. Omdat de hersenen het ontbrekende aanvullen, wat ze op basis van ervaring doen, merk je daar niets van. Dat ons waarnemen de blinde vlekken wegwerkt toont reeds hoe sterk onze hersenen bij het waarnemen betrokken zijn. 1.2.1.2 Kijken Er is een groot verschil tussen kijken en zien.  We kijken voortdurend om ons heen en naar elkaar, maar zien we ook?  Als je je verdiept in het werk van beroemde schilders of fotografen ontdek je wat het verschil is.  Een kunstenaar heeft net iets van de essentie gezien en weergegeven die ons in het ‘dagelijkse kijken’ ontgaat. Om dit te ervaren is het vaak wel belangrijk om de kunstwerken ‘live’ te zien en niet als reproducties. Zo kun je ervaren hoe de in België niet zo bekende Zwitserse schilder Hodler de ziel van een berg kan vatten of hoe Vincent Van Gogh de essentie van een perenbloesem schildert.  Fotografen vertoeven soms vele dagen op eenzelfde plek om te zien wat het licht doorheen de dag en naargelang het weer met de kleuren van bijvoorbeeld een gebouw doet. Om dan te kiezen wanneer en vanuit welk perspectief ze een foto trekken. Het licht is het warmst net voor zonsopgang of ’s avonds voor zonsondergang. 1.2.2 Kleuren Zijn kleurenleer (Goethe) is op meerde vlakken zeer interessant: 1. Ze leert je goed ervaren hoe kleuren in elkaar overgaan of complementair zijn Bijvoorbeeld hoe uit blauw en geelgroen ontstaat. 2. Daarenboven heeft hij een begin gemaakt van wat hij de ‘ethisch-esthetische ervaring’ van kleuren noemt. Meestal hebben we op de vraag ‘zie je deze kleur graag?’ een reactie van antipathie of sympathie. Iemand ‘ziet graag’ blauw, een ander ‘rood’. Maar er is ook een objectieve werking die van een kleur uitgaat en die voor iedereen dezelfde is.  Als je 100 mensen vraagt om enkele minuten naar een donkerblauw vlak te kijken en nadien op te schrijven wat ze ervaren, dan krijg je dezelfde antwoorden.  Bijvoorbeeld geven mensen aan dat je als het ware in het blauw kunt opgaan, dat je wijder en wijder wordt.  Bij rood zal niemand dit aangeven, maar net wel hoe rood als het ware ‘naar je toekomt’. Rudolf Steiner, de grondlegger van de antroposofie Gedownload door student Anoniem ([email protected]) lOMoARcPSD|10752456  Werkte dit verder uit En paste het bijvoorbeeld toe in de kleuren die je voor het inrichten van een klas voor kinderen van een bepaalde leeftijd kunt gebruiken In de kleuren die je best gebruikt in verschillende delen van een ziekenhuis. Recent onderzoek bevestigde dit onder andere met de (her-)ontdekking van de rustgevende werking die van groen uitgaat. 1.2.3 Gestaltwetten 1. Een tweede Gestaltwet is de wet van de eenvoud: = pregnantieprincipe  Koffka 2013 ‘Het resultaat van het beschouwen van een willekeurig tafereel is altijd zo dat de uiteindelijk waargenomen structuur zo eenvoudig mogelijk is’. ‘De psychologische organisatie moet altijd zo goed zijn als de aanwezige voorwaarden toestaan. Het woord ‘goed’ houdt eigenschappen in zoals regelmaat, symmetrie, geslotenheid, uniformiteit, evenwicht, maximale eenvoud, zuinigheid en een voorkeur voor een verticale, horizontale of onderling loodrechte oriëntering.’  Je vereenvoudigt je waarneming dus op basis van die kenmerken. Afbeelding Figuur van Dallenbach Een bekend voorbeeld is de figuur van Dallenbach – herken jij een dier in de afbeelding? Dat ons geheugen of denken de waarneming mee structureert blijkt ook hieruit: Bij later opnieuw kijken naar de vlekken zie je gemakkelijker of zelfs onmiddellijk wat je vroeger al in de foto herkende. 2. Een derde gestaltwet is de wet van gelijkheid. Deze stelt dat afzonderlijke delen van het beeld als groep worden waargenomen als ze op elkaar lijken. De gelijkenis kan betrekking hebben op helderheid, vorm, grootte, kleur of oriëntatie. Afbeelding Wet van gelijkheid Op basis van de gelijkenis zie je in afbeelding 3 verticale ‘lijnen’ in plaats van horizontaal te ordenen. 1.2.4 Projectie of hoe onbewuste motieven onze waarneming kunnen ‘kleuren’. Hoe komt het dat sommige mensen direct de jonge vrouw zien en moeilijker de oude ‘heks’ of net omgekeerd?  Het is meestal zo dat onze gemoedsstemming bepaalt wat we eerst zien.  Deze gestemdheid kan veel redenen hebben. Bijvoorbeeld wat je kort voordien zag kan de gestemdheid bepalen. Bijvoorbeeld kan iemand zicht jong voelen en daardoor een jongere vrouw zien of net oud en daardoor eerst de oudere vrouw zien.  In experimenteel onderzoek liet men mensen teksten lezen waarin het woord ‘jonge vrouw’ of waarin een afbeelding van een jonge vrouw voorkwam. In vergelijking met een controlegroep zagen deze mensen veel vaker als eerste waarneming een jonge vrouw in afbeelding Het kan ook samenhangen met verlangen zoals de psychoanalytische scholen die beschreven: Gedownload door student Anoniem ([email protected]) lOMoARcPSD|10752456  Verlangen naar een (jonge) vrouw leidt dan tot het zien van de mooie hals en neergeslagen ooglid…  Bij het begeleiden van mensen is inzicht in projectie heel belangrijk.  We neigen er immers toe om zijden van onszelf die we niet graag onder ogen zien op anderen te projecteren.  Je kunt dat merken als je onrustig bent: dan heb je de neiging meer onrust bij je partner of je kinderen te zien en ga je hen misschien iets verwijten dat er niet is.  Het proces wordt nog sterker en leidt vlugger tot conflict als de ander ook iets van de eigenschap heeft die je erop projecteert.  Als je zelf angstig bent maar dat niet graag aan jezelf toegeeft, dan merk je het misschien niet bij jezelf maar des te meer bij een ander. Als deze wat angstig is hang je jouw angstigheid erbovenop en overdrijf je het bij de ander.  Vaak ontstaan hierdoor conflicten: de ander is boos dat je overdrijft en zegt ‘kijk eens naar jezelf’… Als je dat niet wilt, kan het een tijd duren voor duidelijk is wat er aan de hand is en krijg je vaak een escalatie van ruzie. 1.2.5 Waarnemen en het dagelijkse leven Vooral in de verkoop en reclame worden veel wetmatigheden uit de waarnemingspsychologie toegepast om mensen enigszins te manipuleren. 1. Misschien is het je opgevallen dat de winkelkarretjes van supermarkten de voorbije jaren groter zijn geworden? Dat is niet omdat de vroegere zo vaak gevuld waren en te klein. Hoe groter een winkelkar hoe kleiner een aankoop lijkt (die dan dieper in de kar ligt). En hoe meer je geneigd bent te denken: zoveel heb ik nog niet gekocht 2. Men heeft ontdekt dat het beter is om frisse producten zoals groenten en fruit dicht bij de ingang te leggen en pas verderop de chocolade en koekjes. Wie eerst fruit in zijn winkelkar legt reageert dan eerder: ik heb al gezonde producten gekocht, een caloriekoekje mag nu ook wel’. 1.2.6 Zien en waarnemen als kennisweg en ‘therapie’ Het fenomenologisch onderzoek in de psychologie is  In het bijzonder zoals Goethe dit ontwikkelde, is een oefenweg en onderzoeksmethode om kwalitatieve eigenschappen te ontdekken.  Vooral vanuit de fenomenologische stroming in de filosofie ontstaan (Husserl).  In de bijlage ‘onderzoeksmethoden in de psychologie’ ga ik beknopt in op de geschiedenis van deze onderzoek vorm en de toekomstmogelijkheden in het bijzonder van de fenomenologie die verder bouwt op Goethe. Goethe stelde terecht: ‘de waarneming is de theorie’.  Door aandachtig te zien en het beeld van wat hij zag in zich steeds weer op te bouwen –we zouden nu van natuur-meditatie spreken- ontdekte hij onder andere de metamorfose van de planten.  Hij zag hoe een plant, een bloem een metamorfose is van het blad. Bijvoorbeeld bij brandnetels (de witte prikken niet) kun je dat heel mooi zien: Vertrekkend van het laagste blad met veel ‘aardematerie’ zie je de spiraalsgewijs geschikte bladen veranderen, steeds fijner en scherper worden naarmate je de top en de nabijheid tot de zon nadert en dan komt de soms geleidelijke overgang naar stuifmeel en stamper.  Deze fenomenologische kijk is verder ontwikkeld door Rudolf Steiner en toegepast in geneeskunde bij diagnostiek en ontwikkeling van medicijnen.  Door het oefenend, aandachtig en objectief verwonderd kijken en bijvoorbeeld tekenen of schilderen van wat je ziet, ontwikkel je nieuwe mogelijkheden van waarnemen en nieuwe onderzoek vaardigheden. 1.3 Horen en luisteren, muziek en stilte Als er een verschil is tussen kijken en zien is er het verschil tussen horen en luisteren. Gedownload door student Anoniem ([email protected]) lOMoARcPSD|10752456  Luisteren betekent met aandacht inleven in wat je de ander hoort zeggen.  Empathie heeft vele niveaus, waarbij het vooral belangrijk is om het horen en ingaan op ‘feiten’ te verdiepen naar wat de gevoelsbetekenis is van wat iemand zegt. Psychologisch onderzoek naar horen en luisteren richt zicht echter bijvoorbeeld ook op horen van en luisteren naar muziek en… stilte.  Dat muziek ons intens beïnvloedt hoeft wel geen betoog.  Het is daarbij boeiend op zoek te gaan naar welke muziek bij ons past en waarom, wat muziek precies met ons doet. Bijvoorbeeld; De filmmuziek gecomponeerd voor The Lord of the Rings, de beroemde canon van Pachelbel of muziek van Mozart Ze spreken vele mensen aan omdat we er onze stemmingen in herkennen of de muziek in ons vreugde en verlangen oproept. Een ander gebied van onderzoek is dit naar het belang van stilte.  De Nederlandse cultuur-antropoloog Ton Lemaire (2013) verhuisde naar Frankrijk toen hij vergeefs in Nederland gezocht had naar een plekje waar het nog echt stil bleef.  We zijn nagenoeg voortdurend omgeven door geluidsprikkels, heel wat mensen vinden stilte eng omdat je dan sterker met jezelf geconfronteerd wordt. Maar stilte werkt ook helend. Als je enkele weken zonder tv of radio leeft, ga je merken hoezeer we ‘verstrooid’ worden door alle informatie die op ons afkomt.  En hoe uit de stilte creativiteit en inzicht als vanzelf willen ontluiken.  Stilte geeft je lichaam en ziel de kans om indrukken te verwerken en terug open te staan.  Stilte helpt om innerlijk rustig te worden.  Rust hebben we nodig om evenwicht te vinden en nieuwe bronnen van creativiteit aan te boren. Veel meditatieoefeningen kunnen deze rust en stilte-ervaring verder verdiepen. Zowel in het individuele als in het gezinsleven is evenwicht tussen rust en werken, zijn innerlijke rust en vertraging heel belangrijk. Heel wat problemen -ook bij kinderen voorkom je of los je op door meer plaats te geven aan stilte en rust. 1.4 Over zijde, zeep en parfums  De wereld van onze reuk- en tastzin behoort tot de meer geheimzinnige delen van ons leven.  Sommige mensen nemen veel geuren waar, anderen minder, maar ze hebben steeds wel een diepgaande werking.  Onze herinneringen zijn zeer verweven met geur.  Een geur kan plots lang vervlogen herinneringen oproepen. Die typisch geur van de taart die je grootmoeder bakte die beelden uit je kindertijd terughaalt. In wetenschappelijk onderzoek gaat men de invloed na van verschillende parfumgeuren:  Bijvoorbeeld vanille in vergelijking met Citrus (zoals clementine). Vanille werkt voor veel mensen ontspannend Clementine stimuleert en geeft vaker een blij gevoel (Warrenburg, 2005). Onze tastzin is samen met het luisteren en zien een van de eerste die we na de geboorte gebruiken. Aanraking voelen en laten aanraken zijn essentieel voor het ervaren van verbinding. En kan veel betekenissen hebben.  Tederheid en warmte uitdrukken, maar ook manipulatief worden gebruikt. Gedownload door student Anoniem ([email protected]) lOMoARcPSD|10752456  De tastzin is bijzonder maar veel mensen zijn er zich weinig van bewust. De zachtheid van zijde ten opzichte van het ruwere van wol. Het levensechte en warme van hout ten opzichte van het koude van plastic. Het is zinvol om kleine kinderen zo mogelijk met houten speelgoed te laten spelen omdat de tastervaringen anders inwerken dan bij materiaal zoals plastic. 1.5 De smaakzin Tegenwoordig onderscheidt men vijf smaken die via verschillende soorten smaakpapillen worden waargenomen:  Zoet, zout, zuur, bitter en umami (genoemd naar de Japanse geleerde die deze smaak in 1908 beschreef). Umami is vooral de smaak van zeewier, gebakken champignons en vleessaus. Smaakgewaarwordingen zijn nauw verweven met geuren.  Als men in experimenten mensen een neusknijper opzet kunnen ze bijvoorbeeld chocolade, ananas of abrikoos niet meer herkennen.  Goed om weten is dat de smaak het sterkst werkt de eerste keer dat je iets proeft. Zoals bij andere zintuigen treedt er adaptatie op. Je eerste kopje koffie smaakt het bitterst, je eerste zoete waterijsje het zoetst ☺. Vandaar dat een originele toevoeging van kruiden zo’n sterke invloed heeft op de smaak van een gerecht. 1.6 Twaalf zintuigen Deze twaalf zintuigen vallen uiteen in vier groepen, die zijn gericht op het waarnemen van: 1. Het eigen lichaam: Tastzin, levenszin, bewegingszin en evenwichtszin  de wilszintuigen 2. De omgeving: Reuk, smaak, zien en temperatuur  de gevoels-zintuigen 3. De niet-fysieke, geestelijke omgeving: Gehoor, spraakzin, denkzin en ik-zin  de geestelijke zintuigen) Interessant is de wisselwerking tussen het waarnemen met de zintuigen en onze gezondheid en levenskracht.  Wanneer we intensief en genuanceerd waarnemen, neemt de levenskracht toe en naarmate de gezondheid en levenskracht beter zijn, nemen we genuanceerder en meer waar.  In de orthopedagogische behandeling die vanuit het werk van Steiner, Soesman en anderen vorm kreeg worden kinderen en soms volwassenen behandeld met aandacht voor alle twaalf zintuigen.  De geestelijke zintuigen zijn een originele ingang. Het is bijvoorbeeld merkwaardig dat mensen elk voor zichzelf ‘ik’ kunnen zeggen. Een dier doet dat niet, het ‘schrijft’ ook geen persoonlijke biografie. Slecht wie ‘ik’ kan zeggen, kan ook daadwerkelijk creatief zijn.  De Nederlandse bioloog Bolk (1866-1930) drukte het zo uit: ‘elke individuele leeuw is een representant van de soort ‘leeuw’, elke mens is een soort op zichzelf Gedownload door student Anoniem ([email protected])

Use Quizgecko on...
Browser
Browser