S7: Motivatie & Emoties (Studentenversie) PDF

Summary

These lecture notes cover motivation and emotion, discussing topics like intrinsic and extrinsic motivation, Maslow's hierarchy of needs, and the different components of emotions. They explore how motivation is driven by biological and psychological needs, and how different factors influence motivation.

Full Transcript

S7: Motivatie & emotie 1 Inhoudstafel Voor de pauze: Motivatie Wat is motivatie Individuele verschillen in motivatie Hoe worden motivationele prioriteiten gesteld? Honger en seksuele motivatie Na de pauze: Emotie Hoe motiveren onze emoties? Waar komen emoties vand...

S7: Motivatie & emotie 1 Inhoudstafel Voor de pauze: Motivatie Wat is motivatie Individuele verschillen in motivatie Hoe worden motivationele prioriteiten gesteld? Honger en seksuele motivatie Na de pauze: Emotie Hoe motiveren onze emoties? Waar komen emoties vandaan? Wat motiveert ons? Wat is motivatie? In de volksmond Psychologische definitie Motivatie(paraplu term) Doorzettingsvermogen Verlangen Alle processen die betrekking hebben tot: Drive Energie A. het voelen van een behoefte/ verlangen … B. selecteren, sturen, volhouden van mentale/ fysieke activiteiten ter bevrediging van de behoefte/ verlangen C. de reductie van de behoeftesensatie = motivatie is een complexe combinatie van biologische en psychologische behoeften Individuele verschillen in motivatie Extrinsieke motivatie = het verlangen om activiteiten uit te voeren owv de externe consequenties (gevolgen) vb. Geld, eten/ drinken, lof, seks Verwachtingstheorie Mensen worden gemotiveerd iets te doen wanneer ze verwachten succesvol in datgene te zijn (en ze dit resultaat waarderen) Individuele verschillen in motivatie Intrinsieke motivatie (je vind de activiteit zelf heel leuk ongeacht wat het gevolg is) = het verlangen om activiteiten uit te voeren owv de taak/ activiteit zelf Individuele verschillen in motivatie Individuele verschillen in motivatie Interactie tussen intrinsieke & extrinsieke motivatie Dag 1 Dag 2 Groep 1 Kreeg op het IMotivatie Kinderen in deTekenles: einde van de dag gedaald 2 groepen een diploma Groep 2 IMotivatie Kreeg geen = of gestegen diploma  overrechtvaardiging: beloning vermindert intrinsieke motivatie Individuele verschillen in motivatie Prestatiedrang (need for achievement) = Het verlangen om moeilijkere en uitdagendere doelen te bereiken Correlatie met harder werken, doorzettingsvermogen, leiderschap, academisch succes Culturele verschillen Individualisme (sommige culturen is een individu die goed presteert belang aan gehecht) vs. Collectivisme (bv; China hier is meer de groep belangrijk en wat de groep presteert) Hoe worden motivatieprioriteiten gesteld? Motivatieprioriteiten (1) Instincttheorie (2) Drijfveertheorie (3) Maslow ‘s behoeftehiërarchie (psychologische theorie) (4) Nieuwe behoeftehiërarchie (verder gebaseerd op maslows) Instincttheorie = (verouderd) idee dat bepaalde gedragspatronen aangeboren zijn Goede verklaring voor regelmatige cycli in diergedrag (vb. de vogeltrek) Effecten van leren werden (grotendeels) genegeerd Veel nature, (heel) weinig nurture Geen verklaring, eerder een label, je ziet bepaald dat nergens aangeleerd is dus zeg je van ja dat zal instictief zijn Minder toepasbaar op menselijk gedrag, zo staat het in het boek maar eig hebben wij ook insincten maar bij ons is dat een beetje anders en inngewikkelder Drijfveertheorie Motivatie is een proces waarbij een biologische behoefte een drijfveer produceert die gedrag aanstuurt zodat behoefte beantwoord wordt Biologische drijfveer = toestand van energie of spanning ter vervulling van een biologische behoefte (= drive reduction) bv dorst of honger Homeostase = een biologisch evenwicht (genoeg gegeten om te functioneren) en het vermogen van het lichaam om dit te handhaven Bij biologische onevenwicht (zal de homeostase verstoord worden en gaan we die terug willen herstellen) -> aandrang tot herstellen homeostase Nuttige maar onvolledige theorie Maslows behoeftehiërarchie 6 klassen van behoeften, geordend in volgorde van belangrijkheid Maslows behoeftehiërarchie Onderliggende behoeften moeten bevredigd zijn, alvorens hogere behoeften zich manifesteren Uiteindelijk doel: zelfactualisatie = motivatie om jezelf zo volledig mogelijk te ontplooien Kan er voor zorgen dat je-> zelfbewust, tevreden met jezelf, sociaal ontvankelijk, openstaan voor nieuwe ervaringen & veranderingen Later 6e klasse toegevoegd: zelftranscendentie Verwezelijkingen van doelen buiten zichzelf Vb. politiek, vrijwilligerswerk, muziek, intellectuele bezigheden Maslows behoeftehiërarchie = zeer invloedrijke theorie > theorie is gemaakt na WOII, er was toen veel focus op humanistische psychologie/theorie. Maar > sommige punten kloppen niet in de theorie. Mensen zetten soms biologische behoeften opzij voor hogere sociale behoeften (om een hoger doel te bereik, door biologische behoeften opzij zetten) vb. een voorbijganger die iemand uit brandend voertuig redt vb niet eten wanneer je boeiende film aan het kijken bent Als je zo met iets anders bezig bent je biologische behoeften aan de kant zetten. Wat met sensatie-zoekers? Wat met culturele verschillen? (ZA = individualistisch?)  Hiërarchie van prioriteiten staat niet onveranderlijk vast kunnen veranderen over de tijd ( waarschijnlijk behoeften hiërarchie er anders uit zien als we kind zijn dan volwassenen of jongeren.) & verschillen van mens tot mens Nieuwe behoeftehiërarchie Onze behoeftehiërarchie is vloeiend en onderhevig aan veranderingen op het: functionele analyseniveau (evolutionair) (gedrag moet een bepaalde functie hebben) Adaptieve functies: zelfbehoud (zelf in leven houden) en soortbehoud Bv; gaan werken, je hebt geld nodig om in leven te blijven maar een job geeft ook voldoening en het kan je interessanter maken als je veel geld hebt. Het kan je dan rechtstreek of onrechtstreek motiveren om meer geld te maken. proximale analyseniveau prikkels aanwezig in de onmiddelijke omgeving die motivatieprioriteiten kunnen veranderen Bv; stel je bent ergens en er is veel gezond eten dan ga je toch gaan eten, in functie van de context kan dan je honger terugkomen ook al had je eerst geen honger. ontwikkelings-analyseniveau veranderingen doorheen de levensloop Nieuwe behoefte hiërarchie Eris een standaard hiërarchische volgorde voor onze motieven Deze moet bekeken worden vanuit een evolutionair perspectief (zelfbehoud vs soortbehoud) Hiërarchie is niet onveranderlijk, maar wordt beïnvloed door proximale factoren en door onze levelsloop Honger en seksuele motivatie? Honger: een biologische drijfveer & een psychologisch motief Seksuele motivatie: een impuls waar je zonder kunt Seksuele motivatie is niet homeostatisch Seks is gerelateerd aan diverse motieven in de hiërarchie (voortplanting, sociale bonding, plezier….) Zelfbehoud vs. soortbehoud Seksuele motivatie: een 4 (biologische) fases van de seksuele responsecyclus impuls waar je zonder kunt Geslachtsovereenkomsten: Opvallende overeenkomsten op de manier waarop biologische responsen zich ontwikkelen (ongeacht bron van seksuele arousal) Fysiologische respons bij vrouwen over t algemeen iets trager, maar houdt langer stand Mogelijkheid tot meerdere orgasmes bij vrouwen Lichaamsmaten hebben geen verband met enig onderdeel van de seksuele respons Seksuele motivatie: een impuls waar je zonder kunt Geslachtsverschillen vanuit evolutionair perspectief (verschil tussen mannen en vrouwen) Doel evolutie -> zo veel mogelijk nageslacht (zoveel mogelijk voortplanten) Lichamelijke gevolgen seks en ouderschap zijn anders voor vrouwen dan voor mannen (vrouwen; zwanger, bevallen, veel groter gevaar voor de vrouw want kan dood gaan tijdens de bevalling) (mannen hebben een minder groot risico want moeten alleen hun sperma leveren) Dat heeft gevolgen op de seksuele motivatie >  Vrouwen: kinderen zijn een zware biologische investering => zorgvuldige partnerkeuze (sociaal sterke/ welgestelde mannen)  Mannen: veel mindere biologische investering => vanuit evolutionair standpunt, zo veel mogelijk nageslacht realiseren (jonge vruchtbare vrouwen) ==> MAAR ook culturele en sociale invloeden! Hoe motiveren onze emoties? Onderdelen van emoties Emotie = naar buitengerichte motivatie Componententheorie van emoties: 4 onderdelen Functionalistisch: signaalfunctie voor belangrijke gebeurtenissen Wat emoties doen voor ons? Een emotie = toestand van arousal die het signaal vormt voor een belangrijke gebeurtenis  Kunnen ook in t geheugen gegrifd worden Positieve emoties Negatieve emoties Toenadering Vermijding Dopamine (beloning) Amygdala Wat emoties doen voor ons? Somatische markers Veel emoties gaan gepaard met specifieke lichamelijke reacties Vb. Gevaar => hartkloppingen & zweethanden => osn lichaam maakt ons dus klaar om weg te lopen Spiegelneuronen (we hoeven dus niet altijd zelf iets ervaren maar iemand anders een emotie zien hebben) Het zien van de emotionele toestand van anderen, lokt gelijkaardige emoties/ somatische markers op bij jezelf Bv: Als we iemand pijn zien hebben kunnen we dat zelf ook ervaren, als iemand angstig is kunne we die angst overnemen. Wat emoties doen voor ons? Spiegelneuronen Wat emoties doen voor ons? Natuurlijke selectie en emoties Bepaalde emoties geven ons een evolutionair voordeel Bepaalde fobieën > wegblijven van spinnen of van slangen of wegblijven van kleine ruimtes. Liefde Seksuele jaloezie > vervelende emotie maar zorgt dat de kans verkleint dat die een scheve schaats rijd of je kan hem wegduwen. Humor Aantal emoties Izard vreugde/ geluk, interesse, doefheid,woede, afgrijzen, angst Ekman Woede, afkeer, angst, geluk, verdriet, minachting, verrassing Andere theorieën, met andere aantalen  We beschikken over een beperkt aantal elementaire emoties die kunnen vermengen tot secundaire emoties Elementaire emoties Ekman Mensen over heel de wereld spreken dezelfde gezichtstaal “universele expressie van emoties” Verdriet, woede, angst, afkeer, geluk en verrassing Elementaire emoties Cross-cultureel onderzoek Sommige emoties worden universeel herkend Verschillen in intensiteit Soms verschillen in bepaalde uitingen Baby-onderzoek Vanaf de geboorte -> universele uiting Vanaf 5 jaar -> herkenning op niveau van volwassenen  Expressie (uiting) van emoties heeft biologische en culturele basis Waar komen onze emoties vandaan? Neurowetenschap van emoties 2 systemen om emoties te verwerken 1) Onbewuste emotionele verwerking (gaat heel snel en automatisch) = snelle route ( bv; als je iets van bloed ziet direct een walging) Onbewust, automatisch & intuïtief Doet beroep op hersenciruits diep in de hersenen Heeft aangeboren gevoeligheid voor, evolutionair gezien, bedreigende stimuli (fobieën zou je hieraan kunnen verklaren) Doet beroep op impliciet geheugen (door middel van klassieke conditionering tot stand komen) = adaptief systeem, maar “vergeet” niet snel Neurowetenschap van emoties 2 systemen om emoties te verwerken 2) Bewuste emotionele verwerking = (relatief) langzame route doet beroep op ons expliciet geheugen Doet beroep op expliciet geheugen  Wordt verwekt en krijgt een betekenis en gaat dan pas een reactie opkomen  bewuste opvattingen kunnen verschillen van onbewuste  Systemen kunnen interageren met elkaar (intuïtie vs knoop in je maag) Neurowetenschap van emoties Rol van verschillende hersengebieden, autonoom zenuwstelsel en neurotransmitters zie boek blz. 309 - 314 Theorieën van emoties: oude controverse Komen gevoelens voor uit fysieke responsen? De James-Lange theorie Een emotieoproepende stumulus veroorzaakt eerst een lichamelijke respons die vervolgens een emotie produceert. “Zonder de lichamelijke toestand die volgt op een de perceptie (van een beer), zou het laatste zuiver cognitief van vorm zijn, bleek, kleurloos en ontdaan van emotie. We zouden de beer kunnen zien en oordelen dat we het beste kunnen wegrennen…. maar we zouden ons niet werkelijk bang kunnen voelen.” (James, p. 189-190) Of zijn onze gevoelens het resultaat van cognities? Theorieën van emoties: oude controverse Of zijn onze gevoelens het resultaat van cognities? Problemen met de James-Lange theorie Sommige emoties komen veel sneller op dan lichamelijke reacties Lichamelijke reacties zijn niet gevarieerd genoeg om breed scale aan emoties te verklaren  Cannon-Bard-theorie: De cognitieve interpretatie van een situatie brengt zowel een emotie als een fysieke respons teweeg Theorieën van emoties: oude controverse Evidentie James-Lange-theorie Je lichamelijke toestand kan invloed hebben op je emoties (vb. prikkelbaar bij honger) Somatische markers (herinneringen aan lichamelijke reacties) Evidentie Cannon-Bard-theorie Emoties kunnen ook opgewerkt worden door externe cues (die gedetecteerd worden door de bewuste en onbewuste emotionele systemen) Theorieën van emoties: oude controverse Integratie: de 2-factorentheorie (Schachter) Het ervaren van emoties wordt bepaald door een inschatting van: (1) onze lichamelijke toestand (2) de externe situatie waarin we ons bevinden Beide kunnen elkaar tegenspreken Experiment met mooie vrouwelijke proefleider na brug Theorieën van emoties: oude controverse Beheersen van emoties Emotionele intelligentie (EQ: 4 onderdelen) waarnemen van emoties (bij zichzelf en bij anderen) gebruiken van (eigen) emoties (voor denken en probleemoplossing) begrijpen van (complexe relaties tussen) emoties beheersen van emoties (reguleren eigen emoties en beïnvloeding van die van anderen) Beheersen van emoties Emotionele intelligentie: aangeboren of aangeleerd? Evidentie aangeleerd: Ernstig mishandelde kinderen hebben als volwassenen vaak problemen met hechte relaties en het interpreteren van emotionele expressies Emotionele intelligentie kan getrained worden  cfr aandacht voor emotionele intelligentie op scholen Evidentie aangeboren EQ is mogelijks ander woord voor extraversie (een persoonlijkheidskenmerk dat zowel een nature als een nurture component heeft). Dank je wel voor de aandacht!

Use Quizgecko on...
Browser
Browser