Politieke Machtsverdeling PDF

Er zijn 3 macht en de wetgevende macht, de uitvoerende macht en de rechtsprekende macht. Ideologische indoctrinatie, het systematisch en eenzijdig opdringen van bepaalde ideeën die kritiekloos aanvaard moeten worden. Het hoofd verschil van een Dictatuur. De driemasters zijn niet gescheiden, ofwel ee...

Er zijn 3 macht en de wetgevende macht, de uitvoerende macht en de rechtsprekende macht. Ideologische indoctrinatie, het systematisch en eenzijdig opdringen van bepaalde ideeën die kritiekloos aanvaard moeten worden. Het hoofd verschil van een Dictatuur. De driemasters zijn niet gescheiden, ofwel een hand is alle macht ofwel machtsmisbruik. De kenmerken geen vrijheid van meningsuiting, geen vrije pers, maar censuur, geen oppositiepartij. Het leger speelt een belangrijke rol, geen of schijn verkiezingen. Ideologische indoctrinatie dat kritiekloos aanvaarden moet worden. Het referendum voordelen, bewustwording en directe democratie tussen haakjes zelf beslissen Zonder vertegenwoordiger. Nadelen, verdeeldheid en complexiteit. Kenmerken iedere volwassen moet kunnen stemmen. Meer dan één partij anoniem voldoende toegang tot media. En eerlijke regels voor tellen. In de bijbel geen regeringsvorm, maar wel een regeringsnorm. Constitutie is grondwet. Constitutionele grondwet is Konings macht wordt beperkt tot norm binnen een grondwet. Indirecte democratie het volk heeft invloed door vertegenwoordiger te kiezen. Directe democratie beslissingen worden genomen door referendum. Socialisme is links gelijkwaardigheid een steunende overheid, dat staat voor eerlijke verdeling van inkomen, kennis en macht bescherming van de zwakkeren ze benadrukken de rol van overheid op sociaal economisch gebied. Linkse partijen zijn PVDA. GroenLinks. SP en SCPVD denk en volt. Hiervan zijn GL en PvdA En SP sociaaldemocratisch. Journalisme is midden harmonie aanvullende overheid. Ze zijn voor gespreide verantwoordelijkheid en zorgzaam samenleving. Ze benadrukken de verantwoordelijkheid van burgers voor elkaar. Confessionele partijen zijn CU,, D66 CDA BBB, en SGP. Liberalisme is rechts vrijheid terughoudende overheid. Ze zijn voor persoonlijke en economische vrijheid. Ze benadrukken belangen Individu En bedrijfsleven. Rechtse partijen zijn ja21, VVD, FVD en PVV. Progressief is vooruitstrevend conservatief is behoudend. Reactionair is achteruit strevend. Ja 21 is voor nationale soevereiniteit economische vrijheid strenger immigratiebeleid. De SP is voor sociale gelijkheid, herverdeling van de welvaart en sterke verzorgingsstaat. NSC is voor burgerlijke hervorming transparantatie En sterkere centristische benadering van de rechtsstaat. PVD is voor dierenrechten duurzaamheid, sociale rechtvaardigheid vanuit ecologische invalshoek. De denk het botst graag staat voor sociale gelijkheid, inclusief bestrijding. Racisme, benadrukt de recht van de minderheden, voornamelijk de islam volt staat voor Europese samenwerking. Duurzaamheid, sociale hervormingen met progressieve visie. GroenLinks PvdA is een combi van progressief en Hij is gericht op duurzaamheid, sociale rechtvaardigheid en sterke verzorgingsstaat. CU verbindt Confessionele Waarden met progressieve standpunten. gezin. Vrij door culturele?. Kerk en staat zijn gescheiden. De BB is een pragmatische partij, zijn voor boeren en platteland nationale indentiteit, klimaatbeleid en een protestpartij. De SGP is voor het bijbelse waarden gezinsleven, traditionele normen, kerk en staat zijn ongescheiden en de bijbel is richtlijn bij CU is de bijbel een inspiratieboek. Pvv staat voor nationalisme strenger immigratie, controle en een behouden cultuur. VVD is voor economische vrijheid individuele verantwoordelijkheid. FVD is botsend is voor nationale Toverij eenheid, directe democratie en is nationalistisch. D 66 is ook een pragmatische Partij voor directe democratie referendum. Pro Europa. En gelijke kansen. CDA de Bijbel is Inspiratieboek. rentmeesterschap. Een soevereine staat is een staat met duidelijke grenzen die het hoogste gezag en het alleenrecht op geweld heeft. Politiek is het maken van keuzes waar een Iedereen in Een staat aan verbonden is. Deze keuzes zijn van algemeen belang, Beïnvloedt veel Mensen. Dilemma efficiënt besturen of maximale participatie. Democratie (demos volk gratijn regeren) is macht van velen. Directe democratie is referendum. Indirecte/ representatieve democratie is het volk kiest vertegenwoordigers die beslissingen nemen en regelmatig verantwoording die voor hun beleid afleggen bij verkiezingen. Tuur als politica wetgevend uitvoerend bestuur, rechterlijke macht. Montesquieu macht en moet dan gescheiden zijn om machtsmisbruik te voorkomen. Wetgevend is de regering: Ministers maak een wetsvoorstellen, Tweede Kamer: Wet goed of afkeuren wetsvoorstel maken/ wijzigen, Begroting vaststellen, en Eerste Kamer: Wet goed of afkeuren, begrotings vastleggen. Uitvoerend is ministers plus koning/ koningin is de regering. Rechtelijk is onafhankelijke rechters. Kenmerken van een democratie, individuele vrijheid, grond rechten, politie en leger, wettelijke beperkt, onafhankelijke rechtspraak, persvrijheid. Parlementair stelsel Parlement is hoogste orgaan. Nederlands is een conditionele monarchie. De macht van koning is beperkt tot de Grondwet. Presidentieel stelsel, Parlement plus President kiezen. President is uitvoerende macht. In sommige landen mist hij het ontbindingsrecht. Nederland, nu parlementaire democratie met constitutioneel vorst. Grondwet: taken en bevoegdheden Trias politica, 18 Plus is stemrecht en kiesrecht, regels voor politieke besluitvorming, Overheid laat media vrij. Basiskenmerken voor dictatuur 3 macht en zijn niet gescheiden burgers geen invloed. Andere kenmerken beperkte vrijheid, zowel individueel als politiek overheidsgeld. Geen onafhankelijke rechtspraak en censuur, geen schijn verkiezingen, geen oppositiepartij. 3 dictatuur vormen: ideologie: indoctrinatie. Religieus/ theocratisch: godsdienst is staatsideologie. Militair. Ideologie, samenhangend geheel van ideeën of van Mensen en ideale samenleving. Twee aspecten normen en waarden tussen haakjes, gedragsregels, principes die bepalen wat Mensen goed leest, belangrijk vinden en sociaal economische verhoudingen/ rechtvaardige verdeling van welvaart. Links, minder ongelijkheid en goede verkiezingen en uitkeringen, want geen gelijke kansen. Overheid voor zwakken rechts weinig bemoeienis van overheid op sociaal economisch gebied, Mensen zelf verantwoordelijk , Inkomensverschillen zijn onvermijdbaar. 3 stromingen, socialistisch confessionalisme, stisch en liberale listische socialisme, gelijkheid, solidair sterkste schouders zware lasten. Arbeiders. Communisten revolutie. Sociaal Democraten parlementair niet tegen vrije markt economie, maar kennis macht inkomen eerlijker verdeeld. Partijen met sociaal democratische standpunten, PVDA, SP en GroenLinks. Confessionalisme, geloofsovertuiging, organische staats opvatting. Alle onderdelen zijn afhankelijk Alleen in Onderlinge Samenhang functioneren. Gezinnen, verantwoordelijkheid voor elkaar en rentmeesterschap, solidariteit en harmonie. Overheid is aanvullend veel overlaten aan maatschappelijk middenveld, besturen of scholen. Rentmeesterschap, verantwoordelijk beheer van aarde en samenleving, solidariteit, naastenliefde CU, maar meer links dan CDA en SGB weer naar rechts. Liberalisme, individu, vrijheid, individuele verantwoordelijkheid en tolerantie vrije markteconomie overheid beperken tot kernzaken, defensie, onderwijs, grondrechten, et cetera. Rechts burgers niet te afhankelijk van overheid VVD, progressieve liberaal D 66. Ont ideologische ering verdwijnen van de ideologie als leidraad en ze programmatisch en populistisch. Pragmatisch geen vast uitgangspunten. Tijdelijke oplossing afhankelijk van het probleem hierdoor D 66 soms eens met PVDA of VVD. Ecologisme, economie, meer milieuvriendelijkheid en duurzame. GL en PvdA. Populisme is een cel van politiek bedrijven vox populi, ofwel stem van volk. Nijpende daadkracht curses. Volk is een groep sommigen horen er niet bij, vaak nationalistisch, vaak bij crisis en verwarring. PVV. Progressief vooruitstrevend benadrukken gebreken pleiten voor verandering. Conservatief behoudend, benadrukt bereikt. Pleiten voor hetzelfde. Extreem conservatief is reactionair achteruit streven, benadrukken van vroeger pleiten voor herinvoering. Kosmopolitisme. Globalisering tegenovergestelde van nationalistisch. Een stroming kan meerdere partijen hebben. Politieke partij, een groep Mensen met dezelfde ideeën one issue partijen vertegenwoordigen een doelgroep. Antidemocratische partijen tegen rechtsstaat. 5 functies van partijen wensen en eisen in hun programma. Er woorden van samenleving mening vormen, interesseren, selecteren ofwel integratie, articulatie, informatie, participatie en select tatie. Zwevende kiezers de keuze afhankelijk van een momentum In de persoonlijkheid van de partijleider, partijleden dalen. EU vermindert nationale soevereiniteit partij en hierdoor samenwerken. SP is sociaal, democratisch Lilian Marijnissen. GroenLinks PvdA is progressief, pragmatisch en sociaal democraat Frans Timmermans. Denk is pro. Farid Azarkan. Voelt pro Laurens dassen. NSC conservatief Pieter Omtzigt. CU. Pro Mirjam bikker. D 66. Pro Rob Jetten. CDA pragmatisch herrie, bontebal. SGP Kristoffer. Ja In de 20 elrie bakker. Pvv, Geert Wilders. VVD Dylan ISLus. FVD Thierry Baudet. Als je 18 plus Bent, heb je twee rechten actief kiesrecht en passief kiesrecht actief kiesrecht is het recht om te kiezen. Passief kiesrecht is het recht om gekozen te worden. Er zijn verschillende kies niveaus, het rijk, de Tweede Kamer de provincie, de Provinciale Staten, gemeente Raad. Waterschappen en Europees Parlement. In Nederland hebben we het kiesstelsel van evenredige vertegenwoordiging. Alle uitgebrachte stemmen verdeeld over de zetels. Een zetel is een stoel In de Tweede Kamer of de gemeenteraad. Kies delen bereken je door de geldige stemmen door de zetels te delen. Die zetels zijn In de Eerste Kamer 175 zetels en In de Tweede Kamer 150 zetels. Als je de kiesdeler haalt, krijgt zetel. Voordelen van evenredige vertegenwoordiging. Iedere stem telt even zwaar mee, hierdoor ook kleinere partijen en allerlei opvattingen In de Tweede Kamer en Het is democratisch nadeel. Alle partijen hebben spreekrecht. Daardoor debatten lang en onoverzichtelijk. Sommige landen hebben een kiesdrempel minimumpercentage stemmen om mee te doen In de zetels. Dit voorkomt versnippering. In Nederland een zetel, is de kiesdrempel. Door de geldige stemmen varieert de kiesdeler. Van geldige stemmen moet blanco en ongeldige af. AF! Een andere manier van verkiezingen te houden is het districtenstelsel. Een land wordt verdeeld in districten per district is er één afgevaardigde in het Parlement. Deze moet echt wel de meerderheid van de stemmen hebben voordelen van het bestikt stelsel zijn dat de kiezers kennen kandidaten beter en uit eigen risico en andere provincies vertegenwoordiger verdeeld in Parlement. Na de ronde sykte stelsel afgevaardigde denkt meer aan belangen van de strikt dan aan algemene belangen nog groter nadeel stemmen op voor kiezers gaan verloren de sterkte stelsel, ook wel een meerderheidsstelsel genoemd. Spinlock door is een communicatiedeskundige die de kandidaten adviseert overloop positief mogelijk in imago In de media. Hij helpt bij het verkiezings strategieën van de campagne. Door media opiniepeilingen vragen waarop Mensen stemmen grote invloed Mensen willen bij grootste groep horen door deze en andere invloeden van de media een mediacratie. Media regeert, soms draait om kiezers op media nog heftiger Rolls influencers omkopen filmpjes etcetera. Aandachtspunten bij stemming standpunt partij eigen belangen kans, partij en aantrekkingskracht. Bij de standpunten kijk je naar het verkiezingsprogramma en de website. Bij de eigenbelang kijk je of je student of ondernemer bent conservatief of liberaal, et cetera. Bij de kans van de partij kijk je naar de cruciale rol die de partij kan spelen bij het vormen van de kabinet. 1 grote partij heeft meer invloed Als je voor een andere partij stemt die groter is dan de andere, is dat strategisch stemmen. Aantrekkingskracht van de lijsttrekker persoonlijkheid moeten debatteren, etcetera. Volgende stemmen niet voor de lijsttrekker kiezen, maar iemand die lager staat en bijvoorbeeld veel in het nieuws is. De lage kandidaten kunnen zo met voldoende voorkeursstemmen, toch In de Tweede Kamer komen wel met 25% van de kiesdeler.