PGO: onderzoekscyclus H1

Onderzoek dat gericht is op het uitbreiden van de wetenschappelijke kennis, zonder meteen een directe toepassing in de praktijk voor ogen te hebben.

Onderzoek dat gericht is op het oplossen van praktische problemen in de realiteit.

Onderzoek dat gebruik maakt van bestaande kennis en documenten om onderzoeksvragen te beantwoorden.

Onderzoek dat nieuwe data verzamelt om onderzoeksvragen te beantwoorden.

Onderzoek dat met cijfers en statistieken werkt om verbanden te onderzoeken.

Fundamenteel onderzoek is gericht op het vergroten van de algemene kennis over hoe de wereld en het menselijk gedrag in elkaar zitten zonder direct praktische toepassingen voor ogen te hebben.

Fundamenteel onderzoek wordt vaak uitgevoerd aan universiteiten of onderzoeksinstituten met als doelpubliek andere onderzoekers.

Een theorie is een systematische verklaring voor hoe een bepaald verschijnsel of proces werkt, gebaseerd op observaties, hypotheses en experimenten.

Pavlov's Conditioneringstheorie beschrijft hoe een neutrale stimulus geassocieerd wordt met een reflexieve respons, waardoor de neutrale stimulus de respons uitlokt.

Een neutrale stimulus is een stimulus die normaal geen specifieke reactie uitlokt.

Een reflexieve respons is een automatische reactie op een stimulus.

Conditionering is het proces waarbij een neutrale stimulus een reflexieve respons uitlokt door associatie met een andere stimulus.

Een psychologisch fenomeen waarbij een neutrale stimulus (zoals een belletje) geassocieerd wordt met een reflexieve reactie (kwijlen) na herhaaldelijke koppeling aan een stimulus die de reactie automatisch uitlokt (eten).

Een theorie die verklaart hoe mensen keuzes maken onder onzekerheid en risico's, waarbij mensen meer geneigd zijn om verliezen te vermijden dan om winsten na te streven.

De neiging om meer risico te nemen om een verlies te vermijden dan om een winst te behalen.

Een communicatiestrategie die gericht is op het benadrukken van de risico's en gevaren van een bepaald gedrag om mensen te motiveren tot gedragsverandering.

Een onderzoeksmethode waarbij verschillende variabelen gemanipuleerd worden om te zien wat de invloed is op een bepaald gedrag.

Een onderzoeksmethode waarbij data verzameld wordt over verschillende variabelen en de verbanden ertussen worden geanalyseerd

Een onderzoeksmethode waarbij er diepgangend onderzoek wordt gedaan naar een enkele persoon, groep of situatie.

Het toepassen van psychologisch wetenschappelijke kennis om problemen in de praktijk op te lossen. Dit kan in verschillende settings zoals de klinische praktijk, scholen of bedrijven.

Een psychologisch consulent die met behulp van onderzoeksmethoden en wetenschappelijke kennis concrete problemen aanpakt.

Het systematisch verzamelen en analyseren van gegevens om antwoorden te vinden op specifieke onderzoeksvragen.

De psychologisch consulent moet up-to-date blijven en beschikken over de nieuwste wetenschappelijke inzichten om effectieve hulp te bieden. Dit vereist kritische reflectie en evaluatie van de relevante literatuur.

De integratie van wetenschappelijke bevindingen in de praktijk van de psychologisch consulent. Hulpverlening wordt gebaseerd op de beste beschikbare wetenschappelijke kennis.

Onderzoek dat de effectiviteit van interventies of programma's beoordeelt. Het meet de impact van de interventie op de gewenste verandering.

Evidence-based practice (EBP) is belangrijk voor kwalitatief hoogwaardige zorg en het optimaal besteden van schaarse middelen.

Psychologische consulenten dragen bij aan wetenschappelijk onderzoek om de kwaliteit van hun werk te verbeteren en de kennis in hun vakgebied te verrijken.

De psychologisch consulent moet zich blijven ontwikkelen door de nieuwste wetenschappelijke inzichten te volgen en deze te integreren in de praktijk. Deze voortdurende ontwikkeling is essentieel om de best mogelijke zorg te kunnen bieden.