Psychoanalyse en Persoonlijkheidstheorieën

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Wat is de rol van het ID volgens Freuds psychoanalytische theorie?

Het functioneert als een brug tussen het onderbewustzijn en de maatschappij.

Het reguleert sociale interacties en morele beslissingen.

Het vertegenwoordigt onderbewuste verlangens en primaire behoeftes. (correct)

Het bevordert rationele en bewuste besluitvorming.

Welke bias houdt in dat mensen geneigd zijn iets te kiezen dat al eerder bekend is?

Sociale Bias

Herkennings Bias (correct)

Populariteit Bias

Selectieve Bias

Wat is de belangrijkste taak van het EGO?

Bevredigen van directe en onbewuste verlangens.

Zelfbehoud en controle over het onderbewustzijn. (correct)

Uitdrukken van onbewuste emoties en dromen.

Handhaven van morele waarden en normen binnen de maatschappij.

Welke eigenschap is niet gerelateerd aan de Super EGO?

Het nastreven van ongecontroleerde en onmiddellijke behoeften. Signup and view all the answers

Wat omvat het concept van Systeem 2 in de besluitvorming?

Rationele en bewuste denkprocessen. Signup and view all the answers

Wat zijn archetypes volgens Carl Jung?

Universale rollen die karaktereigenschappen vormgeven. Signup and view all the answers

Welke van de volgende kenmerken heeft betrekking op de trait-based aanpak in de persoonlijkheidsleer?

Persoonlijkheid kan worden gemeten en is relatief stabiel. Signup and view all the answers

Wat beschrijft de single-trait aanpak het beste?

De focus ligt op een enkele eigenschap die relevant is voor een specifieke situatie. Signup and view all the answers

Welke persoonlijkheidskenmerk wordt bij de Big 5 niet genoemd?

Emotionele stabiliteit Signup and view all the answers

Wat houdt de eigenschap neurosis in volgens de Big 5 persoonlijkheidskenmerken?

De mate van bezorgdheid en nerveus gedrag. Signup and view all the answers

Wat beschrijft de term 'consumentinnovativiteit' het beste?

De bereidheid om nieuwe producten te kopen als eerste. Signup and view all the answers

Welke eigenschap wordt het meest geassocieerd met 'agreeableness' in de Big 5?

Tolerantie en hulpvaardigheid. Signup and view all the answers

Wat wordt bedoeld met 'neophobia'?

Angst of afkeer van nieuwe dingen. Signup and view all the answers

Wat is merkpersoonlijkheid volgens Aaker?

De toepassing van menselijke persoonlijkheid op merken. Signup and view all the answers

Welke dimensies zijn onderdeel van de brand personality scale?

Sincerity, excitement, competence, sophistication, ruggedness. Signup and view all the answers

Wat is de rol van perceptie binnen het marketingproces?

Het selecteren en interpreteren van sensory stimuli door consumenten. Signup and view all the answers

Wat betekent 'adaptie' in de context van perceptie?

De afname van bewustzijn van een stimulus over de tijd. Signup and view all the answers

Wat houdt 'selectieve blootstelling' in?

Het actief zoeken naar en vermijden van bepaalde stimuli. Signup and view all the answers

Hoe kunnen bedrijven de perceptie van consumenten beïnvloeden?

Door het aanpassen van productontwerp en advertenties. Signup and view all the answers

Wat is 'perceptuele defensie'?

Wanneer consumenten informatie negeren die onaangenaam of bedreigend is. Signup and view all the answers

Welke zintuigen zijn betrokken bij het perceptieproces?

Visueel, reuk, smaak, gehoor, en tast. Signup and view all the answers

Wat is een belangrijk kenmerk van ecologische perceptie?

Perceptie is vooral functioneel en doelgericht. Signup and view all the answers

Wat wordt verstaan onder 'affordance' in het kader van nudging?

Een ontwerp dat aangeeft wat de bedoeling is. Signup and view all the answers

Wat houdt de semiotiek in?

De studie van de betekenis van tekens en symbolen. Signup and view all the answers

Wat is een belangrijk aspect van prijsperceptie?

Het is contextafhankelijk. Signup and view all the answers

Wat wordt bedoeld met 'evaluatie perceptie'?

Een waardeoordeel dat relevant is voor veel gedrag. Signup and view all the answers

Wat is het doel van een perceptuele ruimte?

Om productattributen in samenhang te percipiëren. Signup and view all the answers

Wat is het effect van toenemende perceptie van risico?

Het kan leiden tot hogere risico perceptie bij catastrofale gevolgen. Signup and view all the answers

Wat beschrijft het concept van multi sensorische perceptie?

De samenwerking van verschillende zintuigen bij de waarneming. Signup and view all the answers

Wat beschrijft het concept van 'sacred consumption' het beste?

Een set consumptie die van normale activiteiten is gescheiden en met respect wordt behandeld. Signup and view all the answers

Welke waarde vertegenwoordigt de 'power distance' dimensie?

De verschillen in machtsstructuren binnen een samenleving. Signup and view all the answers

Wat is een voorbeeld van 'objectification' in de cultuur?

Het toeschrijven van heilige kwaliteiten aan alledaagse voorwerpen. Signup and view all the answers

Wat wordt bedoeld met 'desacralization'?

Heilige objecten worden verwijderd uit hun speciale context. Signup and view all the answers

Wat wordt verstaan onder 'profane consumption'?

Consumptie die niet het speciale karakter van heilige objecten deelt. Signup and view all the answers

Welke cultuurdimensie beschrijft voorkeur voor individuele prestaties boven groepsbelangen?

Individualism Signup and view all the answers

Waaraan kan de sociale druk om bepaalde producten 'mooi' te vinden, bijdragen?

Bij het creëren van een uniform standpunt binnen de samenleving. Signup and view all the answers

Wat is een belangrijk kenmerk van hoge cultuur?

Het is vaak verbonden met culturele elites en hoge prijzen. Signup and view all the answers

Study Notes

Ankerpunten en associaties

Ankerpunten beïnvloeden onbewust oordelen door associaties te creëren.
Populariteit bias: iets wordt aantrekkelijker wanneer wordt aangetoond dat veel mensen het kopen. Bijvoorbeeld: "Al 10.000 exemplaren verkocht".
Herkennings bias: mensen kiezen sneller iets wat bekend is. Bijvoorbeeld: "Made in France".
Systeem 2: Dit zijn bewuste mentale processen.

Psychoanalytische theorieën (Freud)

Freud analyseerde mensen en dromen om de persoonlijkheid te begrijpen.
Hij ontwikkelde de psychoanalyse, een methode om de structuur van de persoonlijkheid te bestuderen en om te behandelen.
De psychoanalyse probeert het onderbewustzijn te begrijpen.
Het brein is volgens Freud verdeeld in drie delen die voortdurend in conflict zijn:
- ID: Het onderbewustzijn, gedreven door primaire behoeften zoals seksuele driften en woede. De ID wil alles NU.
- EGO: Het deel van het brein dat probeert de ID onder controle te houden. Het EGO ontwikkelt zich langzaam na de geboorte en is verantwoordelijk voor herinneren, plannen en evalueren. Het EGO handelt in de fysieke en sociale wereld.
- SUPER EGO: Stelt morele rechten op en stimuleert het volgen van normen en waarden in de maatschappij.
Hoewel Freuds theorie niet altijd hoog aangeschreven staat, wordt het nog vaak geciteerd.

Carl Jung

Jung was een leerling van Freud en geloofde in het onderbewustzijn.
Archetypes: Volgens Jung worden menslijke karaktereigenschappen gevormd door universele rolpatronen.
Deze universele rolpatronen bevinden zich in het collectieve onderbewustzijn en trekken ons aan.
Merken gebruiken archetypes om consumenten aan te spreken door te inspelen op hun drijfveren.

Eigenschapsgerichte benadering (Trekken)

Persoonlijkheid is een combinatie van kenmerkende patronen van gedachten, gevoelens en gedrag die samen een individu's unieke karakter bepalen.
Persoonlijkheid is relatief stabiel en volgens psychologen meetbaar.
Deze kennis wordt gebruikt om consumentengedrag te voorspellen.
Een kwantitatieve benadering.

Single-trait benadering

Focus op één specifiek eigenschap die relevant is voor een situatie. Bijvoorbeeld; de eigenschap 'angst' in combinatie met roken.
Voorbeelden van eigenschappen:
- Materialisme: hoe gehecht iemand is aan materiële bezittingen.
- Consumenten-innovatie: openheid voor nieuwe producten.
- Impulsiviteit: vermogen om verleidingen te weerstaan.
- Neofobie: angst voor nieuwe dingen.

Multi-trait benadering

Combineert meerdere persoonlijkheidseigenschappen om consumentengedrag te verklaren.
Bijvoorbeeld: verlegenheid, openheid en angst in combinatie met roken.

De Big 5: 5 belangrijkste persoonlijkheidseigenschappen

Extraversie: De mate waarin iemand behoefte heeft aan sociaal contact.
- Introvert: iemand met geen behoefte aan sociaal contact.
Agreeableness: De mate waarin iemand het belang van anderen boven zijn eigen belang stelt, inclusief tolerantie en hulpvaardigheid. 3.Neuroticism: De mate waarin iemand zich zorgen maakt, onzeker is en nerveus is.
Openness: De mate waarin iemand open staat voor nieuwe ervaringen, nieuwsgierig en fantasievol is.
Conscientiousness: De mate waarin iemand georganiseerd en doelbewust is, inclusief betrouwbaarheid, ambitie en gewetensvolheid.

Merkpersoonlijkheid (Aaker)

Als de persoonlijkheid van mensen wordt begrepen, kan deze worden toegepast op merkidentiteit.
Merken gebruiken karakters met eigen persoonlijkheid om hun merk te representeren.
Dit creëert associaties met betrouwbaarheid en kwaliteit.
Brand personality scale: Deze schaal meet de onderliggende merkdimensies, waaronder oprechtheid, opwinding, competentie, verfijning en robuustheid.

Perceptie

Perceptie: De waarneming van consumenten; het proces waarbij informatie uit de omgeving via sensorische stimuli (zintuigen) wordt geselecteerd, georganiseerd en geïnterpreteerd.
Sensorische stimuli activeren de zintuigen, maar dit is nog geen informatie. Pas wanneer mensen de stimulus interpreteren wordt het informatie.
Bedrijven kunnen de perceptie van consumenten beïnvloeden door productontwerp, advertenties en reclames aan te passen.
Adaptatie: De mate waarin mensen's bewustzijn van een stimulus afneemt na verloop van tijd. Wanneer we gewend raken aan iets, wordt het de norm.

Perceptieproces

Zintuigen: Onze zintuigen (zicht, reuk, smaak, gehoor, tast) worden geactiveerd door een product.
- Selectieve blootstelling: Actief zoeken naar of juist vermijden van stimuli.
- Perceptuele waakzaamheid: Consumenten filteren bewust of onbewust stimuli op relevantie.
- Perceptuele verdediging: Consumenten blokkeren de perceptie van potentieel bedreigende of onaangename stimuli.
Ecologische perceptie:
- Top-down perceptie: De interpretatie of het gedrag bepaalt wat er wordt gepercipieerd en waar de aandacht op gericht is.
- Ecologische perceptie theorie: Perceptie is primair functioneel.
- Nudging: Inbouwen van affordances (door vormgeving aangeven wat de bedoeling is). Bijvoorbeeld: een afvalbak met een ronde opening voor flessen).
Multisensorische perceptie: Verschillende zintuigen werken samen om een volledig beeld te creëren.
- Bottom-up: Stimuli stimuleren de zintuigen.

Perceptie naar interpretatie

Semiotiek:
- De studie van tekens en symbolen en hun betekenis.
- Interpretatie van informatie wordt beïnvloed door:
  - Taal: Woorden en zinnen kunnen verschillende betekenissen hebben.
  - Culturele context: Betekenis van symbolen kan per cultuur verschillen.
Perceptuele ruimte:
- Mensen percipiëren productattributen vaak in samenhang.
- Met behulp van statistische technieken kan een perceptuele ruimte gemaakt worden om deze samenhang te visualiseren.
- Zo kunnen bedrijven 'gaten' in de markt identificeren. Bijvoorbeeld; lage kwaliteit en hoge prijs, lage kwaliteit en lage prijs, etc.
Evaluatieve perceptie:
- Tot nu toe is er geen waardeoordeel meegenomen.
- Voor veel gedrag is een waardeoordeel echter relevant.

Risicoperceptie

Een waardebeoordeling van de potentiële negatieve gevolgen van een keuze.
Relevant in gevallen van potentieel negatieve uitkomsten en onzekerheid.
Catastrofale gevolgen verhogen de risicoperceptie.

Prijsperceptie

De waargenomen waarde van een product in verhouding tot de prijs.
Context-afhankelijk (winkel en merk).
Prijs-kwaliteit inferentie: Hoe hoger de prijs, hoe hoger de verwachte kwaliteit.

Perceived risk

De waargenomen risico's van een kooponderzoek beïnvloeden de beslissingen van consumenten.

Attitude

Een positieve of negatieve houding ten opzichte van een object.
Een aangeleerde neiging om consequent positief of negatief te reageren op een bepaald object.

Ideologie

Stelt een verband vast tussen sociale structuren en idealen.
Producten kunnen een sociaal ideaal beeld versterken.

Culturele componenten

Omvatten waarden en overtuigingen, kennis over symbolen en gewoontes en rituelen.

Culturele waarden

Individualisme versus collectivisme: De mate waarbij mensen onafhankelijk of afhankelijk zijn van de groep.
Masculiniteit versus femininiteit: De mate waarbij mensen traditioneel masculine of feminine rollen aannemen.
Machtsafstand: De mate waarbij mensen machtsevenwicht accepteren.
Onzekerheidsvermijding: De mate waarbij mensen onzekerheid vermijden en structuur zullen zoeken.
Lange termijn oriëntatie versus korte termijn oriëntatie: De mate waarbij mensen focussen op de toekomst of het heden.

Culturele symbolen

Binnen een cultuur hebben symbolen betekenis.
Hoge cultuur: culturele waarden en kunstobjecten die aanzien genieten van de culturele elite.
Lage cultuur: culturele waarden omarmd door de massa.

Sacraal versus profaan

Sacrale consumptie: consumptie van hoogwaardige objecten die met respect en eerbied worden behandeld.
Profane consumptie: consumptie van gewone objecten.

Objectificatie

Sacrale kwaliteiten worden toegeschreven aan alledaagse voorwerpen.

Contaminatie

Objecten die geassocieerd worden met sacrale gebeurtenissen of personen worden zelf sacraal.

Desacralisatie

Een sacraal voorwerp wordt verwijderd van zijn speciale plaats.

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Description

Test je kennis over Freuds psychoanalytische theorie en de Big 5 persoonlijkheidstrekken. Dit quiz behandelt belangrijke concepten zoals het ID, EGO, en verschillende benaderingen in de psychologie. Ontdek ook hoe deze theorieën worden toegepast in marketing en merkpersoonlijkheid.