Periodisering van de Geschiedenis

Periodisering van de Geschiedenis

• Historici ordenen de geschiedenis in periodes, of tijdsvakken, dit noemen we periodisering.
• De periodisering wordt vaak voorgesteld op een tijdslijn met scharniermomenten ( belangrijke gebeurtenissen) die ingrijpende veranderingen weergeven.
• Elk tijdsvak heeft kenmerken die het onderscheiden van andere periodes.
• De tijdslijn is gebaseerd op belangrijke gebeurtenissen, verbonden met grote veranderingen voor de mens en op historische bronnen (ongeschreven en geschreven).

Prehistorie

• De prehistorie is het tijdsvak vóór het eerste schrift (3500 v.Chr.).
• Het begint met de eerste mensensporen ongeveer 3,3 tot 2,8 miljoen jaar geleden.
• Hoewel de prehistorie theoretisch bij de oerknal kan beginnen, wordt hier gefocust op de mens.
• Deze periode heeft geen geschreven bronnen, enkel archeologische bronnen.

Oude Nabije Oosten

• Deze periode begint in 3500 v.Chr. met het ontstaan van het schrift.
• Het eindigt in 800 v.Chr. met het ontstaan van Griekse en Romeinse stadsstaten.
• Omvattend Mesopotamië, het Oude Egypte en de farao’s.

Klassieke Oudheid

• Deze periode volgt op het Oude Nabije Oosten, beginnend in 800 v.Chr.
• Duurt tot de val van Rome in 476 n.Chr.
• Duurt tot de val van het West-Romeinse Rijk, waarna de middeleeuwen beginnen.

Middeleeuwen

• Begint met de val van het West-Romeinse Rijk (jaar 476 n.Chr.).
• De middeleeuwen eindigen en de vroegmoderne tijd begint met de ontdekking van Amerika door Columbus in 1492.

Vroegmoderne Tijd

• Deze periode begint met de ontdekking van Amerika in 1492.
• Het eindigt met de Franse Revolutie in 1789.

Moderne Tijd

• Deze periode begint met de Franse Revolutie in 1789.
• Ze eindigt met het einde van de Tweede Wereldoorlog in 1945.

Hedendaagse Tijd

• Deze periode begint met het einde van de Tweede Wereldoorlog in 1945.
• Het duurt tot "nu"

Archeologische Tijdslijn/Steentijd

• De archeologische tijdslijn is gebaseerd op archeologische voorwerpen (gebruiksvoorwerpen).
• De eerste menselijke gebruiksvoorwerpen waren steen en hout.
• Het eerste deel van de steentijd is het paleolithicum (3,3Ma/2,8Ma - 20/15Ka).
• Hierna volgt het mesolithicum (12Ka-6,5Ka).
• Dan begint het neolithicum (12Ka-6,5Ka)
• De neolithische revolutie (12Ka-6,5Ka) was een grote stap, met ontstaan van de landbouw.
• Steentijd eindigt met de bronstijd (3300-1200 v.Chr.).

Bronstijd

• Brons is een legering van koper en tin.
• Voorwerpen van brons werden gebruikt naast stenen en houten voorwerpen.
• Bronstijd startte in het Oude Nabije Oosten (3300 v.Chr) en Europa (1200 v.Chr.).

Deze quiz behandelt de concepten van periodisering in de geschiedenis, met een focus op de prehistorie en het oude Nabije Oosten. Leer over belangrijke gebeurtenissen en kenmerken die verschillende tijdsvakken definiëren. Test je kennis over deze belangrijke periodes in de menselijke geschiedenis.