Quiz

PortableAndradite avatar
PortableAndradite
·
·
Download

Start Quiz

Study Flashcards

113 Questions

Welke stoornissen worden vaak geassocieerd met ADHD?

Oppositionele- en gedragsstoornissen, angststoornissen, stemmingsstoornissen, motorische coördinatie- en ticstoornissen, leerstoornissen, stoornissen in het gebruik van middelen in de adolescentie

Welke symptomen van ASS kunnen voorkomen bij kinderen met ADHD?

Beperkt en repetitief gedrag, sociale problemen met leeftijdsgenoten, neuropsychologische gebreken, psychopathologie

Wat zijn mogelijke oorzaken voor de symptomen van ASS bij kinderen met ADHD?

Familiale/genetische factoren

Wat zijn de kenmerken van oppositionele- en gedragsstoornissen?

Tegenwerkend en vijandig gedrag, vaak ruzie maken, anderen de schuld geven

Wat zijn de kenmerken van angststoornissen?

Overmatige angst, zorgen en vrees, vermijding van bepaalde situaties

Wat zijn de kenmerken van stemmingsstoornissen?

Veranderingen in stemming, zoals depressie, prikkelbaarheid, manie

Wat zijn de kenmerken van motorische coördinatie- en ticstoornissen?

Problemen met coördinatie van bewegingen, onwillekeurige spiersamentrekkingen of geluiden maken

Wat zijn de kenmerken van leerstoornissen?

Problemen met lezen, schrijven, rekenen, begrijpen of onthouden van informatie

Wat zijn de kenmerken van stoornissen in het gebruik van middelen in de adolescentie?

Overmatig gebruik van alcohol, drugs, tabak of andere middelen bij adolescenten

Wat zijn de mogelijke gevolgen van ADHD- en ASS-kenmerken bij kinderen?

Psychopathologie, neuropsychologische gebreken, sociale problemen met leeftijdsgenoten, beperkt en repetitief gedrag

Wat zijn de criteria voor de diagnose ADHD?

De criteria voor de diagnose ADHD omvatten symptomen van onoplettendheid en hyperactiviteit-impulsiviteit, zoals moeite hebben om de aandacht erbij te houden, vaak dingen kwijtraken, gemakkelijk afgeleid worden, onrustig gedrag vertonen, impulsief zijn, etc.

Wat zijn de vereisten voor de duur van de symptomen van ADHD?

De symptomen van ADHD moeten gedurende een periode van minimaal 6 maanden aanwezig zijn.

Wat zijn de mogelijke gevolgen van ADHD op het functioneren van een persoon?

ADHD kan interfereren met het sociale, schoolse of beroepsmatige functioneren van een persoon, en de kwaliteit daarvan verminderen.

Wat zijn enkele educatieve interventies die gericht zijn op kinderen met ADHD?

Enkele educatieve interventies gericht op kinderen met ADHD zijn het stellen van realistische doelen, het opzetten van een beloningssysteem, het volgen van prestaties en het bestraffen van disruptief gedrag met respons-kosten procedures of time-outs.

Hoe kunnen leraren kinderen met ADHD helpen om zich te concentreren en belangrijke punten te onthouden?

Leraren kunnen kinderen met ADHD helpen om zich te concentreren en belangrijke punten te onthouden door hen te laten weten wat van hen wordt verwacht, visuele hulpmiddelen te gebruiken, aanwijzingen te geven voor te verwachten gedrag en zowel schriftelijke als mondelinge instructies te geven.

Welke technieken kunnen ouders gebruiken om het gedrag van kinderen met ADHD te beheren?

Enkele technieken die ouders kunnen gebruiken om het gedrag van kinderen met ADHD te beheren zijn het instellen van routines, het stellen van duidelijke regels en grenzen, het belonen van gewenst gedrag en het verminderen van opwinding door ontspanning, meditatie of beweging.

Wat zijn gesynchroniseerde routines in de context van hechting?

Gesynchroniseerde routines zijn harmonieuze interacties tussen twee personen, waarin ieder zijn/haar gedrag aanpast als reactie op het gevoel/gedrag van de ander.

Wat zijn enkele factoren die de hechting kunnen beïnvloeden?

Factoren die hechting kunnen beïnvloeden zijn: kwaliteit van de zorg die de baby's ontvangen, het karakter of het emotionele klimaat van hun thuisomgeving, eigen gezondheidstoestand en temperamenten.

Wat zijn de mogelijke gevolgen van inconsistente zorg voor de hechting van een kind?

Inconsistentie in de zorg kan leiden tot angstige/afwerende hechting, waarbij het kind wanhopig probeert emotionele steun en troost te krijgen en boos wordt als deze pogingen mislukken. Het kan ook het risico op vermijdend gedrag vergroten, waarbij het kind volwassenen vermijdt door hun overmatige stimulatie.

Wat voorspelt het type onveilige hechting dat kinderen met onveilige hechting laten zien?

Temperament

Wat voor tekenen van hechting laten temperament-angstige kinderen met onveilige hechting zien?

Angstige/afwerende hechting

Wat voor tekenen van hechting laten temperament-angstloze kinderen zien?

Vermijdende hechting

Wat zijn de drie basale voorwaarden voor het ontstaan van veilige hechting?

De caregiver moet sensitief en voorspelbaar reageren; er moet continuïteit zijn in de aanwezigheid van de gehechtheidspersoon; de caregiver moet kunnen mentaliseren en rekening houden met de gevoelens en gedachten van de baby.

Wat zijn de twee meest voorkomende angsten van de kindertijd met betrekking tot hechting?

Stranger anxiety (angst voor vreemden) en separation anxiety (verlatingsangst).

Wat zijn de twee perspectieven die de angst voor vreemden en separatie verklaren vanuit een ontwikkelingspsychologisch oogpunt?

Het ethologisch oogpunt stelt dat angst- en vermijdingsreacties biologisch geprogrammeerd zijn en dat baby's sterkere reacties vertonen op vreemdelingen en scheidingen in een onbekende situatie. Het cognitieve-ontwikkelingsoogpunt stelt dat verlatingsangst en angst voor vreemden bij de cognitieve ontwikkeling van het kind horen.

Wat zijn de kenmerken van kinderen met vermijdende gehechtheid?

Kinderen met vermijdende gehechtheid zoeken weinig contact met de verzorger, tonen weinig angst bij scheiding en negeren de ouder wanneer hij/zij contact zoekt.

Wat zijn de kenmerken van kinderen met angstige/ambivalente gehechtheid?

Kinderen met angstige/ambivalente gehechtheid zoeken intensief contact met de verzorger, zijn verward bij scheiding en reageren boos en verzetten zich tegen fysiek contact bij terugkeer van de verzorger.

Wat zijn de kenmerken van kinderen met gedesoriënteerde en gedesorganiseerde gehechtheid?

Kinderen met gedesoriënteerde en gedesorganiseerde gehechtheid tonen onzekere band met de verzorger, zijn verward bij het zien en benaderen van de moeder en vertonen tegenstrijdige reacties bij terugkeer van de ouders.

Wat is het doel van hechting volgens de ethologische theorie?

Het doel van hechting volgens de ethologische theorie is om de overleving van de soort te garanderen.

Wat is imprinting?

Imprinting is een instinctieve manier van leren waarin jongen van bepaalde soorten bijna elk bewegend object volgen.

Wat is het doel van interventie bij depressieve, door armoede getroffen moeders?

Het doel van de interventie is om depressieve moeders te ondersteunen en hen te leren hoe ze gunstiger reacties van hun baby's kunnen krijgen.

Waarom is vroege behandeling belangrijk?

Vroege behandeling is belangrijk omdat jongeren in het leven nog het meest plastisch zijn en hechting steeds meer vast gaat liggen.

Wat is het doel van het gebied van de geestelijke gezondheid van zuigelingen?

Het doel van het gebied van de geestelijke gezondheid van zuigelingen is om de gezonde ontwikkeling van zuigelingen te bevorderen.

Wat zijn de verschillende vormen van depressie?

Major depressive disorder (MDD), Persistent depressive disorder (P-DD), Disruptive mood dysregulation disorder (DMDD)

Wat zijn de kenmerken van Major depressive disorder (MDD)?

Minimaal 2 weken durende depressieve of geïrriteerde stemming, verlies van interesse en/of plezier, andere symptomen zoals slaapproblemen en een significant lijden of beperkingen in dagelijks functioneren.

Wat zijn de kenmerken van Persistent depressive disorder (P-DD)?

Langdurige depressieve of prikkelbare stemming, minder vaak en minder ernstig dan MDD, maar wel langer aanhoudende symptomen, en een significante verslechtering van het functioneren.

Wat zijn de kenmerken van Disruptive mood dysregulation disorder (DMDD)?

Frequente en hevige woede-uitbarstingen, chronische prikkelbare of boze stemming tussen de woede-uitbarstingen.

Wat is het gemeenschappelijke kenmerk van alle depressieve stoornissen?

De aanwezigheid van een droeve, lege of prikkelbare stemming, samen met somatische en cognitieve symptomen die het functioneren van het individu verstoren.

Wat zijn de risico- en prognostische factoren voor het begin van een depressieve stoornis?

Temperament - neuroticisme; Omgeving - negatieve jeugdervaringen; Genetica en fysiologie - eerstegraadsfamilieleden van mensen met een depressieve stoornis; Factoren die het beloop beïnvloeden - ernstige niet-stemmingsstoornissen

Wat is het verband tussen neuroticisme en het ontwikkelen van depressieve episoden in reactie op ingrijpende gebeurtenissen?

Verhoogd neuroticisme vergroot de kans op het ontwikkelen van depressieve episoden in reactie op ingrijpende gebeurtenissen.

Wat is de mate van erfelijkheid van depressieve stoornissen en welk deel daarvan komt voor rekening van neuroticisme?

De mate van erfelijkheid bedraagt ongeveer 40%, waarvan een aanzienlijk deel voor rekening van neuroticisme komt.

Wat zijn de mogelijke gevolgen van de persisterende depressieve stoornis bij kinderen?

Kinderen met de persisterende depressieve stoornis hebben een hoge kans om andere ziektes te ontwikkelen, zoals MDD, angststoornissen en CD. Daarnaast kan deze ziekte een extreem schadelijk effect hebben op de ontwikkeling van een kind, met academische, cognitieve, familiale en sociale problemen als gevolg.

Wat zijn de twee klinische kenmerken van disruptive mood dysregulation disorder (DMDD)?

De twee klinische kenmerken van DMDD zijn: 1. Verbale en fysieke woede-uitbarstingen die plaatsvinden als reactie op frustratie en die niet in verhouding is met de situatie. Deze uitbarstingen komen ongeveer 3-4 keer per week voor, langer dan 1 jaar en in minstens twee of drie verschillende settings (thuis/school/werk). 2. Een chronische, aanhoudende prikkelbare of boze stemming die het grootste deel van de dag aanwezig is, bijna iedere dag en tussen de uitbarstingen door. Deze stemming moet al karakteristiek voor het kind aanwezig zijn, vóór de leeftijd van 10 jaar.

Met welke stoornissen kan de diagnose van disruptive mood dysregulation disorder (DMDD) samengaan?

De diagnose van DMDD kan samengaan met major depressive disorder, ADHD, CD en middelmisbruik. Het kan echter niet samengaan met ODD en een bipolaire stoornis. DMDD is een stoornis die voor het 10e levensjaar aanwezig is en wordt beschreven als een karakterkenmerk van het kind.

Wat zijn enkele cognitieve problemen die depressieve personen kunnen ervaren?

Vertekening van de informatieverwerking, negatieve automatische gedachten en selectieve aandacht voor negatieve informatie.

Welke theorie stelt dat depressieve individuen geneigd zijn om oorzaken voor negatieve gebeurtenissen intern te zoeken?

Hopelessness theory.

Wat zijn enkele mogelijke oorzaken van depressie volgens het diathesis-stressmodel?

Negatieve gebeurtenissen en individuele risicofactoren.

Wat zijn de mogelijke gevolgen van een depressie tijdens de zwangerschap voor het kind?

Kinderen van moeders met een depressie tijdens de zwangerschap hebben een verhoogd risico om ook depressief te worden.

Wat zijn de mogelijke gevolgen van depressieve moeders op hun kinderen tijdens de ontwikkeling?

Kinderen van depressieve moeders kunnen cognitieve gebreken, emotionele vertragingen, scheidingsmoeilijkheden, onveilige hechting en minder positief affect vertonen tijdens hun ontwikkeling.

Wat zijn de mogelijke gevolgen van inconsistente zorg voor kinderen met een depressie?

Inconsistente zorg kan leiden tot problemen in emotieregulatie, moeite met het tonen van steun, empathie of hulp, en een verminderde sociale acceptatie bij kinderen met een depressie.

Wat zijn de mogelijke gevolgen van stressvolle gebeurtenissen voor het ontstaan van een depressieve stoornis?

Stressvolle gebeurtenissen, zoals verhuizen of ruzie, kunnen bijdragen aan het ontstaan van een depressieve stoornis.

Wat zijn de mogelijke behandelingen voor jongeren met een depressie?

Mogelijke behandelingen voor jongeren met een depressie zijn psychosociale interventies, zoals gedragstherapie en cognitieve therapie, en medicatie, zoals SSRI's.

Wat is geheugenbereik en hoe wordt het traditioneel beoordeeld?

Geheugenbereik verwijst naar het aantal snel gepresenteerde en niet-gerelateerde items die een persoon in exacte volgorde kan oproepen. Het werd traditioneel beoordeeld door middel van tests van het geheugenbereik.

Wat is de relatie tussen gedetailleerde kennisbasis en geheugenprestaties?

Een gedetailleerde kennisbasis voor een bepaald domein vergemakkelijkt geheugenprestaties voor informatie uit dat domein.

Hoe kan de snelheid van itemidentificatie een voordeel opleveren voor kinderen die experts zijn in een domein?

Kinderen die experts zijn in een domein kunnen snel informatie in dat domein verwerken en hebben zo een voordeel als het gaat om geheugen. Hun snelheid van itemidentificatie is een indicatie van hun domein-specifieke verwerkingsefficiëntie.

Wat zijn de rijpingsprocessen die verantwoordelijk zijn voor leeftijdsgerelateerde veranderingen in de snelheid van informatieverwerking?

De rijpingsprocessen van de ontwikkeling die verantwoordelijk zijn voor leeftijdsgerelateerde veranderingen in de snelheid van de informatieverwerking zijn de toename van myelinering en de eliminatie van overmatige neurale synapsen.

Wat zijn mogelijke veranderingen die bijdragen aan leeftijdsverschillen in de snelheid van de informatieverwerking?

Mogelijke veranderingen die bijdragen aan leeftijdsverschillen in de snelheid van de informatieverwerking zijn de toename van myelinering en de eliminatie van overmatige neurale synapsen.

Wat is utilization deficiency en wanneer komt het vaak voor bij kinderen?

Het is het onvermogen om te profiteren van effectieve strategieën die men spontaan heeft ontwikkeld en komt vermoedelijk voor in de vroege fasen van strategie-acquisitie, wanneer het uitvoeren van de strategie veel mentale spanning vereist.

Wat is het adaptieve strategiekeuze model van Siegler en hoe veranderen strategieën in de loop van de tijd volgens dit model?

Het model van Siegler beschrijft dat binnen het cognitieve repertoire van een kind op elk moment meerdere strategieën bestaan die met elkaar concurreren voor gebruik bij relevante problemen. Naarmate kinderen ouder worden, meer ervaring opdoen en verbeterde informatieverwerkende capaciteiten krijgen, zijn geavanceerdere strategieën geneigd om te winnen. Echter, oudere fallback-strategieën blijven vaak de winnaar bij nieuwe of minder vertrouwde problemen.

Wat is metacognitie en waarom is het belangrijk voor hoogwaardig denken en probleemoplossend denken?

Metacognitie is de kennis van gedachteprocessen. Het is belangrijk voor verschillende aspecten van hoogwaardig denken en probleemoplossend denken omdat de meeste leer- en herinneringstaken het beste gaan wanneer we ons bewust zijn van onze gedachten en mentale processen.

Wat zijn enkele kritieken op de informatie-processing theorie?

Sommige critici argumenteren dat de klassieke “geest-computer” analogie de overvloed van de menselijke cognitieve activiteit zwaar onderschat. Mensen kunnen dromen, speculaties maken en reflecteren op hun eigen cognitieve activiteiten en mentale toestanden (terwijl computers dat niet kunnen). Bovendien wordt de klassieke veronderstelling dat alle cognitieve activiteiten plaats vinden in een enkele, beperkte capaciteit van het werkgeheugen betwist.

Hoe wordt de ontwikkeling van emoties bij kinderen in de informatie-processing theorie behandeld?

Er is te weinig gekeken naar emoties bij kinderen. Wetenschappers hebben de ontwikkeling wel in stukken opgebroken maar zij hebben hier nooit een lopend verhaal van gemaakt.

Hoe worden mensen vergeleken met computers in de informatie-processing theorie?

Ze vergelijken mensen met een computer; mensen kunnen ook speculeren en dromen.

Wat zijn de drie aspecten van persoonlijkheid volgens de psychoseksuele theorie van Freud?

ID, Ego, Superego.

Wat is de functie van het ID volgens Freud?

Het ID heeft als belangrijkste functie om aan de biologische instincten van het kind te voldoen.

Wat is het doel van het Ego volgens de psychoseksuele theorie van Freud?

Het doel van het Ego is om op een sociaal wenselijke manier aan de behoeften te voldoen.

Wat zijn de drie componenten van de persoonlijkheid volgens Freud en hoe botsen ze met elkaar?

De drie componenten van de persoonlijkheid volgens Freud zijn het ID, het ego en het superego. Het ID geeft de basisbehoeften aan, het ego houdt deze behoeften in bedwang tot er een realistische methode is gevonden om aan deze behoeften te voldoen, en het superego bepaalt of deze methodes moreel geaccepteerd zijn. De drie componenten botsen met elkaar omdat ze verschillende belangen en doelen hebben.

Wat is fixatie en hoe kan het optreden tijdens de psychoseksuele ontwikkeling volgens Freud?

Fixatie is gedrag dat in een eerdere fase is blijven steken als gevolg van een onopgelost conflict. Tijdens de psychoseksuele ontwikkeling kunnen kinderen fixatie ervaren wanneer ze niet in staat zijn zichzelf in een bepaalde fase voldoende te bevredigen of als ze te veel worden bevredigd.

Wat zijn de 8 psychosociale conflicten van Erikson en hoe dragen ze bij aan de ontwikkeling van een gezonde psychologische aanpassing?

De 8 psychosociale conflicten van Erikson zijn vertrouwen versus wantrouwen, autonomie versus schaamte en twijfel, initiatief versus schuld, vlijt versus minderwaardigheid, identiteit versus verwarring, intimiteit versus isolatie, generativiteit versus stagnatie, en integriteit versus wanhoop. Het succesvol oplossen van deze conflicten draagt bij aan de ontwikkeling van een gezonde psychologische aanpassing en het winnen van basisdeugden.

Wat zijn de belangrijkste verschillen tussen Erikson en Freud in hun benadering van de ontwikkeling van kinderen?

De belangrijkste verschillen tussen Erikson en Freud in hun benadering van de ontwikkeling van kinderen zijn dat Erikson stelde dat kinderen actieve, nieuwsgierige onderzoekers zijn die zich proberen aan te passen aan hun omgeving, terwijl Freud stelde dat kinderen passief reageren op biologische drang die door ouders wordt beïnvloed. Een tweede verschil is dat Erikson veel meer aandacht richt op sociale en culturele invloed dan Freud, die veel meer nadruk legde op seksuele drang.

Wat is het verschil tussen de theorie van Erikson en de theorie van Freud met betrekking tot de invloed van sociale en culturele factoren?

Het verschil tussen de theorie van Erikson en de theorie van Freud met betrekking tot de invloed van sociale en culturele factoren is dat Erikson veel meer aandacht besteedt aan sociale en culturele invloeden, terwijl Freud voornamelijk gericht was op seksuele drang.

Wat zijn de vier identiteitsstatussen volgens Erikson en wat houden ze in?

De vier identiteitsstatussen volgens Erikson zijn: Identity diffusion, Identity foreclosure, Identity moratorium en Identity achievement. Identity diffusion is kenmerkend voor individuen die zich niet afvragen wie ze zijn en nog niet verbonden zijn aan een identiteit. Identity foreclosure is kenmerkend voor personen die zich voortijdig hebben vastgelegd op beroepen of ideologieën zonder echt na te denken over deze toezeggingen. Identity moratorium is kenmerkend voor personen die momenteel een crisis doormaken en actief posities verkennen om zichzelf te investeren. Identity achievement is kenmerkend voor personen die de crisis zorgvuldig hebben overwogen en persoonlijke verbintenissen hebben gemaakt.

Waarom geven veel mensen de voorkeur aan de theorie van Erikson boven die van Freud?

Veel mensen geven de voorkeur aan de theorie van Erikson boven die van Freud omdat zij geloven dat mensen gedomineerd worden door seksuele instincten. De theorie van Erikson is veel gemakkelijker te accepteren omdat het de nadruk legt op onze rationele adaptieve natuur. Daarnaast legt de theorie ook nadruk op sociale conflicten en persoonlijke dilemma's die mensen zich herinneren of op dit moment meemaken en gemakkelijk kunnen verwachten of observeren in andere mensen die ze kennen.

Wat zijn de twee aanvullende dimensies van antisociaal gedrag die zijn geïdentificeerd?

Overt-covert en Destructive-nondestructive.

Wat zijn de geassocieerde kenmerken van gedragsproblemen?

Cognitieve en verbale tekorten, school- en leerproblemen, familieproblemen, problemen met leeftijdsgenoten, tekort aan zelfvertrouwen en gezondheidsgerelateerde problemen.

Wat is de comorbiditeit die vaak voorkomt bij kinderen met CD?

ADHD.

Wat zijn de belangrijkste kenmerken van antisociaal gedrag in de context van normale ontwikkeling?

Antisociaal gedrag varieert in ernst, neemt af of toe met de leeftijd en komt vaker voor bij jongens tijdens de kinderjaren.

Wat zijn de verschillende perspectieven op conduct-problems?

De verschillende perspectieven zijn het legale perspectief, het psychologische perspectief, het psychiatrische perspectief en het publieke gezondheidsperspectief.

Wat is het doel van het publieke gezondheidsperspectief met betrekking tot gedragsproblemen bij jongeren?

Het doel is om jeugdgeweld aan te pakken en het aantal verwondingen, sterfgevallen, persoonlijk leed en economische kosten in verband met jeugdgeweld te verminderen.

Wat zijn enkele risicofactoren voor het ontwikkelen van antisociaal gedrag bij kinderen?

Genetische invloeden, zwangerschapsfactoren en complicaties bij de geboorte, neurobiologische factoren, sociaal-cognitieve factoren en familiefactoren.

Wat is de rol van genetische invloeden bij antisociaal gedrag?

Genetische invloeden zorgen voor ongeveer 50% van de variatie in antisociaal gedrag. Genetische factoren kunnen een moeilijk temperament, blootstelling aan omgevingsrisicofactoren en de gevoeligheid voor omgevingsfactoren bepalen.

Hoe kunnen interventies gericht op ouderschap gedragsproblemen verminderen bij kinderen?

Interventies die gericht zijn op het veranderen van ineffectief oudergedrag zijn een van de meest effectieve methodes om gedragsproblemen bij kinderen te verminderen.

Wat zijn gedragsproblemen en wat zijn enkele mogelijke oorzaken ervan?

Gedragsproblemen zijn leeftijdsongepaste of ongeaccepteerde gedragingen of attitudes die gezinsverwachtingen, maatschappelijke normen en persoonlijke of eigendomsrechten van anderen schenden. Enkele mogelijke oorzaken zijn ongelukkige familie- en buurtomstandigheden, fysiek misbruik, verwaarlozing, armoede en blootstelling aan criminele activiteiten.

Wat zijn enkele voorbeelden van storend en regelovertredend gedrag dat jongeren met gedragsproblemen kunnen vertonen?

Enkele voorbeelden van storend en regelovertredend gedrag zijn jammeren, vloeken, driftbuien, vandalisme, diefstal en mishandeling.

Hoe verandert het antisociale gedrag bij jongeren met gedragsproblemen naarmate ze ouder worden?

Het antisociale gedrag treedt op en neemt vervolgens af tijdens de normale ontwikkeling. De meeste jongeren leren om dit gedrag te beheersen tegen de tijd dat ze naar school gaan.

Wat zijn enkele risicofactoren voor gedragsproblemen die verband houden met familie-instabiliteit?

antisociaal gedrag, academische problemen, angst en depressie, associatie met afwijkende leeftijdgenoten en criminaliteit

Wat zijn de mogelijke gevolgen van hoge familie stress bij kinderen?

negatief gedrag van het kind

Wat zijn enkele mogelijke gevolgen van blootstelling aan mediageweld bij kinderen?

aanzettende factor voor agressie en gewelddadig gedrag

Wat zijn enkele mogelijke risicofactoren voor antisociaal gedrag op basis van culturele factoren?

status van een minderheidsgroep of etniciteit

Wat zijn enkele mogelijke risicofactoren voor gedragsproblemen op basis van structurele kenmerken van de gemeenschap?

achtergrond voor het ontstaan van gedragsproblemen

Wat zijn de mogelijke oorzaken van de overlap tussen ADHD en CD?

  • Een gedeelde aanleg voor kwetsbaarheid zoals impulsiviteit, slechte zelfregulatie of temperament; - ADHD kan een katalysator zijn voor CD, door bij te dragen aan het aanhouden en uitbreiding naar zwaardere vormen; en - ADHD kan leiden tot CD dat begint in de kinderjaren, dit is een sterke voorspeller voor blijvende problemen.

Wat zijn de geassocieerde karakteristieken van gedragsproblemen?

  • Cognitieve en verbale tekorten, - School- en leerproblemen, - Familieproblemen, - Problemen met leeftijdsgenoten, - Tekort in zelfvertrouwen

Wat zijn de mogelijke gevolgen van depressie en angst bij kinderen met gedragsproblemen?

  • Ongeveer 50% van de kinderen met gedragsproblemen zijn ook gediagnosticeerd met depressie of een tegelijk voorkomende angststoornis. - Jongens met gedragsproblemen die ‘internalizing’ problemen hebben, hebben een slechtere uitkomst in de vroege volwassenheid, zoals hogere risico’s voor latere psychiatrische stoornissen en criminele daden. - De meeste meisjes met CD ontwikkelen depressie of een angststoornis bij de vroege volwassenheid. - Voor beide is de toenemende zwaarte van antisociaal gedrag geassocieerd met een toenemende zwaarte van depressie en angst.

Wat zijn enkele mogelijke gevolgen van gedragsproblemen bij meisjes tijdens de adolescentie?

Meisjes kunnen meer indirecte vormen van relationele agressie gebruiken, zoals verbale beledigingen, buitensluiten en roddelen.

Wat zijn enkele symptomen van gedragsproblemen bij jongens tijdens de adolescentie?

Symptomen bij jongens kunnen diefstal en agressie zijn.

Wat zijn de verhoudingen tussen jongens en meisjes wat betreft gedragsproblemen?

Bij chronische gedragsproblemen van de vroege jeugd tot volwassenheid staan jongens 10:1 tegenover meisjes. Bij kortere vormen van antisociaal gedrag staan jongens 2:1 tegenover meisjes.

Wat zijn enkele mogelijke risicofactoren voor gedragsproblemen bij kinderen met ODD?

Enkele mogelijke risicofactoren zijn temperamentfactoren die samenhangen met problemen in de emotieregulatie, een hardvochtige, inconsequente opvoedstijl of verwaarlozing in het gezin, en genetische en fysiologische factoren.

Wat zijn enkele mogelijke gevolgen van gedragsproblemen bij adolescente meisjes?

Gedragsproblemen zijn een van de meest voorkomende mentale stoornissen bij adolescente meisjes, en kunnen leiden tot problemen in hun leven zoals vroeg zwanger worden en andere problemen.

Wat zijn de twee subtypes van gedragsstoornis volgens DSM?

Gedragsstoornis in de kindertijd en gedragsstoornis in de adolescentie

Wat zijn de diagnostische criteria voor conduct disorder?

Repetitief en persisterend gedragspatroon waarbij de grondrechten van anderen worden geschonden, klinisch significante beperkingen in het functioneren en geen criteria voor antisociale-persoonlijkheidsstoornis indien ouder dan 18 jaar

Wat zijn de verschillende niveaus van ernst van conduct disorder?

Licht, matig, ernstig

Wat zijn de kenmerken van kinderen met een gedragsstoornis (CD)?

Kinderen met een gedragsstoornis vertonen een zich herhalend en aanhoudend patroon van zeer agressieve en antisociale handelingen waarbij anderen pijn worden gedaan of de rechten van anderen worden verstoord door fysieke en verbale agressie, diefstal of vandalisme.

Welke dimensies kunnen de symptomen van CD worden gegroepeerd?

De symptomen van CD kunnen worden gegroepeerd in 4 dimensies: agressie tegen mensen en dieren, vernieling van eigendommen, bedrog of diefstal, en ernstige overtredingen van regels.

Wat zijn belangrijke kenmerken van CD?

Belangrijke kenmerken van CD zijn: kinderen met CD vertonen ernstig antisociaal gedrag, hebben vaak gelijktijdige problemen zoals ADHD en academische tekortkomingen, en hun gezinnen gebruiken vaak opvoedingspraktijken die bijdragen aan het probleem.

Wat zijn enkele risicofactoren voor gedragsproblemen bij kinderen met een oppositioneel-opstandige stoornis (ODD)?

Afwijzing en verwaarlozing door ouders, een inconsequente opvoedstijl, hardvochtige disciplineringsmethoden, lichamelijke mishandeling of seksueel misbruik, gebrek aan toezicht, op jonge leeftijd in veel instellingen wonen, veelvuldige wisselingen van verzorgers, grotere gezinsomvang, criminaliteit van ouders en bepaalde typen familiale psychopathologie.

Wat zijn enkele risicofactoren voor gedragsproblemen op het niveau van de leefomgeving?

Afwijzing door leeftijdsgenoten, banden met delinquente leeftijdsgenoten en blootstelling aan geweld in de buurt.

Wat zijn enkele genetische en fysiologische factoren die bijdragen aan de ontwikkeling van een gedragsstoornis (CD)?

CD wordt zowel beïnvloedt door genetische als omgevingsfactoren. Risico op stoornis is verhoogd bij kinderen met een ouder/verzorger met CD. Stoornis komt vaker voor bij kinderen van ouders met stoornis in alcoholgebruik, depressieve- of bipolaire stoornis, schizofrenie, of ouders met voorgeschiedenis met ADHD of CD.

Wat is het verschil tussen oppositioneel-opstandige stoornis (ODD) en gedragsstoornis (CD)?

ODD en CD zijn onderscheidbare maar sterk gecorreleerde aspecten van kinderpsychopathologie. ODD-symptomen komen meestal 2 tot 3 jaar vóór CD-symptomen naar voren.

Wat is de relatie tussen CD / ODD en psychopathologie?

Antisociale persoonlijkheidsstoornis (APD) en psychopathische kenmerken: Aanhoudend agressief gedrag en CD in de kindertijd kunnen een voorloper zijn van een antisociale persoonlijkheidsstoornis (APD) bij volwassenen.

Wat is het hoofdkenmerk van APD?

Het hoofdkenmerk van APD is een in veel verschillende soorten optredend patroon van een gebrek aan respect voor en het schenden van rechten van anderen, dat begint tijdens de kinderjaren en voortduurt tot op volwassen leeftijd.

Wat is de naam die ook wel wordt gebruikt voor APD?

APD staat ook wel bekend onder de naam psychopathie of sociopathie.

Wat zijn enkele eigenschappen van psychopathische kenmerken bij adolescenten met APD?

Psychopathische kenmerken bij adolescenten met APD omvatten een patroon van ongevoelig, manipulatief, bedrieglijk en meedogenloos gedrag.

Wat is de relatie tussen CD en APD?

Maar liefst 40% van de kinderen met CD ontwikkelt later APD als volwassene.

Quiz: Leer effectieve vaardigheden voor het opvoeden van een kind met ADHD. Ontdek hoe je het gedrag van je kind kunt beheersen, omgaan met emotionele eisen en het probleem voorkomen dat het gezin beïnvloedt. Test je kennis over ADHD en de biologische basis. Doe nu de quiz!

Make Your Own Quizzes and Flashcards

Convert your notes into interactive study material.

Get started for free

More Quizzes Like This

ADHD Medications Quiz
23 questions

ADHD Medications Quiz

SupportingAmazonite avatar
SupportingAmazonite
ADHD and Self-Control
10 questions

ADHD and Self-Control

SumptuousRationality avatar
SumptuousRationality
ADHD
69 questions

ADHD

HallowedHeliotrope avatar
HallowedHeliotrope
Use Quizgecko on...
Browser
Browser