Podcast
Questions and Answers
Welke van de volgende beweringen beschrijft correct de werking van antitrombine bij de remming van hemostase?
Welke van de volgende beweringen beschrijft correct de werking van antitrombine bij de remming van hemostase?
- Antitrombine inactiveert trombine (IIa), waardoor het stollingsmechanisme onder controle wordt gehouden. (correct)
- Antitrombine breekt fibrine af in oplosbare afbraakproducten, wat leidt tot de afbraak van bloedstolsels.
- Antitrombine activeert trombocyten, wat resulteert in de vorming van een primaire prop.
- Antitrombine bevordert de omzetting van fibrinogeen naar fibrine, waardoor het stollingsproces wordt versneld.
Wat is de rol van plasmine bij fibrinolyse, en wat is een belangrijk afbraakproduct dat vrijkomt tijdens dit proces?
Wat is de rol van plasmine bij fibrinolyse, en wat is een belangrijk afbraakproduct dat vrijkomt tijdens dit proces?
- Plasmine remt de werking van antitrombine; trombine.
- Plasmine breekt fibrine af; D-dimeer. (correct)
- Plasmine activeert trombocyten; D-dimeer.
- Plasmine bevordert de vorming van fibrine; protrombine.
Welke van de volgende factoren kan leiden tot een verstoring van het evenwicht tussen stolling en antistolling in het lichaam?
Welke van de volgende factoren kan leiden tot een verstoring van het evenwicht tussen stolling en antistolling in het lichaam?
- Een verhoogde productie van rode bloedcellen.
- Een normale bloedsamenstelling.
- Een regelmatige bloeddruk.
- Een onregelmatigheid van een bloedvat zoals atherosclerose. (correct)
Wat is het effect van trombolytica op de fibrinolyse?
Wat is het effect van trombolytica op de fibrinolyse?
Onder welke omstandigheden is de hoeveelheid D-dimeer in het bloed normaal gesproken verhoogd?
Onder welke omstandigheden is de hoeveelheid D-dimeer in het bloed normaal gesproken verhoogd?
Wat is de directe functie van vasoconstrictie in de primaire hemostase?
Wat is de directe functie van vasoconstrictie in de primaire hemostase?
Welke van de volgende processen initieert de primaire hemostase na een vaatbeschadiging?
Welke van de volgende processen initieert de primaire hemostase na een vaatbeschadiging?
Wat is de belangrijkste functie van de secundaire hemostase?
Wat is de belangrijkste functie van de secundaire hemostase?
Welke vitamine is essentieel voor de productie van bepaalde stollingsfactoren in de lever?
Welke vitamine is essentieel voor de productie van bepaalde stollingsfactoren in de lever?
Wat is de rol van trombine (factor IIa) in de secundaire hemostase?
Wat is de rol van trombine (factor IIa) in de secundaire hemostase?
Wat is de betekenis van de 'a' in factor IIa?
Wat is de betekenis van de 'a' in factor IIa?
Waarom is de vorming van een trombocytenprop alleen (primaire hemostase) niet voldoende voor een langdurige bloedstelping?
Waarom is de vorming van een trombocytenprop alleen (primaire hemostase) niet voldoende voor een langdurige bloedstelping?
Hoe beïnvloedt een leveraandoening de hemostase?
Hoe beïnvloedt een leveraandoening de hemostase?
Welke van de volgende definities beschrijft correct het verschil tussen een trombose en een embolie?
Welke van de volgende definities beschrijft correct het verschil tussen een trombose en een embolie?
Een patiënt meldt zich met zwarte ontlasting. Welke term beschrijft deze conditie het best en wat is de meest waarschijnlijke oorzaak?
Een patiënt meldt zich met zwarte ontlasting. Welke term beschrijft deze conditie het best en wat is de meest waarschijnlijke oorzaak?
Welk van de volgende geneesmiddelen beïnvloedt de primaire hemostase en hoe?
Welk van de volgende geneesmiddelen beïnvloedt de primaire hemostase en hoe?
Waarom is het belangrijk om antiaggregantia zoals ASA, voorafgaand aan een operatie te stoppen?
Waarom is het belangrijk om antiaggregantia zoals ASA, voorafgaand aan een operatie te stoppen?
Wat is het belangrijkste verschil in werkingsmechanisme tussen antiaggregantia en anticoagulantia?
Wat is het belangrijkste verschil in werkingsmechanisme tussen antiaggregantia en anticoagulantia?
Een patiënt gebruikt coumarines. Welke vitamine is van belang bij het monitoren van de effectiviteit van deze medicatie en waarom?
Een patiënt gebruikt coumarines. Welke vitamine is van belang bij het monitoren van de effectiviteit van deze medicatie en waarom?
Welke van de volgende beweringen over antiaggregantia is correct?
Welke van de volgende beweringen over antiaggregantia is correct?
Een patiënt die behandeld wordt met anticoagulantia heeft een bloedneus die niet stopt. Welke van de volgende acties is het meest aangewezen?
Een patiënt die behandeld wordt met anticoagulantia heeft een bloedneus die niet stopt. Welke van de volgende acties is het meest aangewezen?
Waarom wordt heparine vaak als eerste gebruikt bij de behandeling van trombose, voordat coumarines worden ingezet?
Waarom wordt heparine vaak als eerste gebruikt bij de behandeling van trombose, voordat coumarines worden ingezet?
Wat is een belangrijk verschil in de monitoring van het effect tussen coumarines en DOAC's (directe orale anticoagulantia)?
Wat is een belangrijk verschil in de monitoring van het effect tussen coumarines en DOAC's (directe orale anticoagulantia)?
Een patiënt gebruikt apixaban (Eliquis) voor voorkamerfibrillatie. Welke van de volgende factoren zou het risico op bloedingen het meest verhogen?
Een patiënt gebruikt apixaban (Eliquis) voor voorkamerfibrillatie. Welke van de volgende factoren zou het risico op bloedingen het meest verhogen?
Wat is het belangrijkste verschil tussen de werking van antistollingsmiddelen (zoals heparine en coumarines) en trombolytica?
Wat is het belangrijkste verschil tussen de werking van antistollingsmiddelen (zoals heparine en coumarines) en trombolytica?
Een patiënt met een diep veneuze trombose (DVT) wordt behandeld met rivaroxaban (Xarelto). Na een week klaagt de patiënt over een bloedneus en blauwe plekken. Wat is de meest waarschijnlijke eerste stap in het beheer van deze situatie?
Een patiënt met een diep veneuze trombose (DVT) wordt behandeld met rivaroxaban (Xarelto). Na een week klaagt de patiënt over een bloedneus en blauwe plekken. Wat is de meest waarschijnlijke eerste stap in het beheer van deze situatie?
Wat is het juiste antidotum voor een overdosis van dabigatran (Pradaxa)?
Wat is het juiste antidotum voor een overdosis van dabigatran (Pradaxa)?
Bij welke indicatie(s) worden zowel coumarines als DOAC's gebruikt?
Bij welke indicatie(s) worden zowel coumarines als DOAC's gebruikt?
Wanneer moet heparine onmiddellijk gestopt worden bij de overgang naar een DOAC?
Wanneer moet heparine onmiddellijk gestopt worden bij de overgang naar een DOAC?
Welke van de volgende situaties vormt een contra-indicatie voor het toedienen van trombolytica?
Welke van de volgende situaties vormt een contra-indicatie voor het toedienen van trombolytica?
Wat is het primaire werkingsmechanisme van trombolytica zoals alteplase (Actilyse®)?
Wat is het primaire werkingsmechanisme van trombolytica zoals alteplase (Actilyse®)?
Een patiënt met hemofilie heeft een tekort aan stollingsfactoren. Welke behandeling is het meest geschikt om herhaalde bloedingen te voorkomen?
Een patiënt met hemofilie heeft een tekort aan stollingsfactoren. Welke behandeling is het meest geschikt om herhaalde bloedingen te voorkomen?
Welke observatie is het meest alarmerend bij een patiënt die behandeld wordt met anticoagulantia?
Welke observatie is het meest alarmerend bij een patiënt die behandeld wordt met anticoagulantia?
Een verpleegkundige dient een subcutane injectie toe aan een patiënt die behandeld wordt met anticoagulantia. Waar moet de verpleegkundige specifiek op letten na de injectie?
Een verpleegkundige dient een subcutane injectie toe aan een patiënt die behandeld wordt met anticoagulantia. Waar moet de verpleegkundige specifiek op letten na de injectie?
Welk van de volgende tekenen en symptomen zou de verpleegkundige direct moeten rapporteren bij een patiënt die antitrombotische medicatie krijgt?
Welk van de volgende tekenen en symptomen zou de verpleegkundige direct moeten rapporteren bij een patiënt die antitrombotische medicatie krijgt?
Wat is het belangrijkste verschil in toepassing tussen trombolytica en antihemorragica?
Wat is het belangrijkste verschil in toepassing tussen trombolytica en antihemorragica?
Welke van de volgende beweringen is correct met betrekking tot het beheer van patiënten met stollingsstoornissen?
Welke van de volgende beweringen is correct met betrekking tot het beheer van patiënten met stollingsstoornissen?
Een patiënt gebruikt acetylsalicylzuur. Welk advies is het meest geschikt met betrekking tot pijnstilling?
Een patiënt gebruikt acetylsalicylzuur. Welk advies is het meest geschikt met betrekking tot pijnstilling?
Waarom is het belangrijk dat een patiënt het gebruik van antistollingsmedicatie vermeldt bij zijn identiteitspapieren?
Waarom is het belangrijk dat een patiënt het gebruik van antistollingsmedicatie vermeldt bij zijn identiteitspapieren?
Wat is het belangrijkste verschil tussen het gebruik van heparine als tromboseprofylaxe en als trombosetherapie?
Wat is het belangrijkste verschil tussen het gebruik van heparine als tromboseprofylaxe en als trombosetherapie?
Protamine wordt toegediend bij bloedingen tijdens heparinegebruik. Tot welke klasse van geneesmiddelen behoort protamine?
Protamine wordt toegediend bij bloedingen tijdens heparinegebruik. Tot welke klasse van geneesmiddelen behoort protamine?
Waarom wordt vitamine K toegediend aan patiënten die coumarine-achtige stoffen gebruiken en een bloeding krijgen?
Waarom wordt vitamine K toegediend aan patiënten die coumarine-achtige stoffen gebruiken en een bloeding krijgen?
Waarom wordt citraat aan een bloedtube toegevoegd bij bloedafname voor laboratoriumonderzoek?
Waarom wordt citraat aan een bloedtube toegevoegd bij bloedafname voor laboratoriumonderzoek?
Welke van de volgende beweringen verklaart het beste waarom heparine, en niet coumarines, wordt gebruikt voor een snelle behandeling van trombose?
Welke van de volgende beweringen verklaart het beste waarom heparine, en niet coumarines, wordt gebruikt voor een snelle behandeling van trombose?
In welke fase van de hemostase speelt vasoconstrictie een cruciale rol?
In welke fase van de hemostase speelt vasoconstrictie een cruciale rol?
Flashcards
Hemostase
Hemostase
Het proces van bloedstelping dat bloedverlies voorkomt.
Vasoconstrictie
Vasoconstrictie
Samentrekking van gladde spiercellen in de vaatwand bij een bloeding.
Adhesie van trombocyten
Adhesie van trombocyten
Hechting van bloedplaatjes aan beschadigde vaatwand.
Aggregatie van trombocyten
Aggregatie van trombocyten
Signup and view all the flashcards
Secundaire hemostase
Secundaire hemostase
Signup and view all the flashcards
Stollingsfactoren
Stollingsfactoren
Signup and view all the flashcards
Vitamine K afhankelijke stollingsfactoren
Vitamine K afhankelijke stollingsfactoren
Signup and view all the flashcards
Kettingreactie van stolling
Kettingreactie van stolling
Signup and view all the flashcards
Antitrombine
Antitrombine
Signup and view all the flashcards
Fibrinolyse
Fibrinolyse
Signup and view all the flashcards
D-dimeer
D-dimeer
Signup and view all the flashcards
Stollingstherapie
Stollingstherapie
Signup and view all the flashcards
Evenwicht in hemostase
Evenwicht in hemostase
Signup and view all the flashcards
Trombose
Trombose
Signup and view all the flashcards
Embolie
Embolie
Signup and view all the flashcards
Hematomen
Hematomen
Signup and view all the flashcards
Petechiën
Petechiën
Signup and view all the flashcards
Antiaggregantia
Antiaggregantia
Signup and view all the flashcards
Anticoagulantia
Anticoagulantia
Signup and view all the flashcards
Menorragie
Menorragie
Signup and view all the flashcards
Hematurie
Hematurie
Signup and view all the flashcards
Coumarines
Coumarines
Signup and view all the flashcards
DOAC's
DOAC's
Signup and view all the flashcards
Indicaties van Coumarines
Indicaties van Coumarines
Signup and view all the flashcards
Bijwerkingen van Coumarines
Bijwerkingen van Coumarines
Signup and view all the flashcards
Antidotum voor Coumarines
Antidotum voor Coumarines
Signup and view all the flashcards
Bijwerkingen van DOAC's
Bijwerkingen van DOAC's
Signup and view all the flashcards
Voordelen van DOAC's
Voordelen van DOAC's
Signup and view all the flashcards
Trombolytica
Trombolytica
Signup and view all the flashcards
Indicaties van trombolytica
Indicaties van trombolytica
Signup and view all the flashcards
Bijwerkingen van trombolytica
Bijwerkingen van trombolytica
Signup and view all the flashcards
Antidotum voor trombolytica
Antidotum voor trombolytica
Signup and view all the flashcards
Hemostatica
Hemostatica
Signup and view all the flashcards
Hemofilie
Hemofilie
Signup and view all the flashcards
Verpleegkundige aandachtspunten bij stolling
Verpleegkundige aandachtspunten bij stolling
Signup and view all the flashcards
Risico bij intraveneuze anticoagulantietherapie
Risico bij intraveneuze anticoagulantietherapie
Signup and view all the flashcards
NSAID's
NSAID's
Signup and view all the flashcards
Acetylsalicylzuur
Acetylsalicylzuur
Signup and view all the flashcards
Heparine
Heparine
Signup and view all the flashcards
Protamine
Protamine
Signup and view all the flashcards
Citraat
Citraat
Signup and view all the flashcards
Vitre K
Vitre K
Signup and view all the flashcards
Study Notes
Bloedstolling (Hemostase)
- Bloedstolling (hemostase) is een proces waarbij een bloedvat na beschadiging wordt afgesloten om bloedverlies te stoppen en het beschadigde weefsel te herstellen.
- Dit is een complex proces waarbij de vaatwand, bloedplaatjes en stollingsfactoren in het bloed betrokken zijn.
Fasen van de hemostase
- Primaire hemostase:
- Vasoconstrictie: gladde spiercellen in de vaatwand trekken samen om het bloedverlies te beperken.
- Bloedplaatjesadhesie: bloedplaatjes hechten aan de beschadigde vaatwand.
- Bloedplaatjesaggregatie: bloedplaatjes hechten aan elkaar, vormend een tijdelijke prop. Dit voorkomt verder bloedverlies.
- Secundaire hemostase (coagulatie):
- Vorming van een fibrine-netwerk: activering van stollingsfactoren leidt tot de vorming van een netwerk van fibrinedraden rond de bloedplaatjesprop.
- Vorming van een stolsel: rode bloedcellen nestelen zich in het netwerk, waardoor een stabiel stolsel ontstaat.
Remming van de hemostase
- Het stollingsproces moet stoppen wanneer het weefsel is hersteld.
- Plasma-eiwitten, zoals antitrombine, zorgen voor de inactivatie van stollingsfactoren om verdere stolling te voorkomen.
Fibrinolyse
- Nadat de weefselbeschadiging hersteld is, wordt het stolsel afgebroken.
- Plasmine (een plasma-eiwit) breekt fibrine af in oplosbare componenten.
- D-dimeer is een afbraakproduct dat gebruikt kan worden als indicatie voor stolselvorming.
Stoornissen in de hemostase
- Stoornissen in de hemostase kunnen leiden tot bloedingen of stolsels.
- Verschillende symptomen zijn vermeld in een tabel. (No specific symptoms are noted).
(Anti)stollingstherapie
- Antiaggregantia (bloedplaatjesremmende stoffen):
- Remmen de hechting en aggregatie van bloedplaatjes.
- Voorbeelden: aspirine, clopidogrel.
- Anticoagulantia:
- Remmen verschillende stappen in de stolling.
- Heparines (parenteraal), coumarines, DOAC's.
- Remmen verschillende stappen in de stolling.
Trombolytica
- Geneesmiddelen die bestaande stolsels oplossen.
- Voorbeelden: alteplase, tenecteplase.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.