Podcast
Questions and Answers
Wat is het eerste stappen in de standstill-test?
Wat is het eerste stappen in de standstill-test?
- Controleren van economische ontwikkelingen
- Nagaan of de regeling juridische gevolgen heeft
- Vergelijken van beschermingsniveau voor en na inwerkingtreding nieuwe regeling (correct)
- Beoordeling van de functie van de overheid
De standstill-test leidt vaak tot de vaststelling van schendingen van het standstill-beginsel.
De standstill-test leidt vaak tot de vaststelling van schendingen van het standstill-beginsel.
False (B)
Wat moet een rechter doen indien de nieuwe regel het beschermingsniveau vermindert?
Wat moet een rechter doen indien de nieuwe regel het beschermingsniveau vermindert?
Nagaan of de afbouw gerechtvaardigd is door ernstige redenen van algemeen belang.
Bij de beoordeling van grondrechten houdt de rechter rekening met ______.
Bij de beoordeling van grondrechten houdt de rechter rekening met ______.
Koppel de termen aan hun juiste beschrijvingen:
Koppel de termen aan hun juiste beschrijvingen:
Wat is een voorbeeld van een onderwerp waarbij nationale overheden een grotere beoordelingsmarge hebben?
Wat is een voorbeeld van een onderwerp waarbij nationale overheden een grotere beoordelingsmarge hebben?
Grondrechten kunnen niet geïnterpreteerd worden in overeenstemming met andere bepalingen.
Grondrechten kunnen niet geïnterpreteerd worden in overeenstemming met andere bepalingen.
Wat is de rol van het EHRM in relatie tot nationale overheden?
Wat is de rol van het EHRM in relatie tot nationale overheden?
Wat is een belangrijk kenmerk van het subsidiariteitsbeginsel?
Wat is een belangrijk kenmerk van het subsidiariteitsbeginsel?
Art. 17 EVRM is gericht tegen staten die grondrechten schenden.
Art. 17 EVRM is gericht tegen staten die grondrechten schenden.
Wat laat Art. 15 EVRM toe in extreme omstandigheden?
Wat laat Art. 15 EVRM toe in extreme omstandigheden?
De Belgische overheid kan niet afwijken van de grondwet, zelfs niet in _________.
De Belgische overheid kan niet afwijken van de grondwet, zelfs niet in _________.
Koppel de soevereiniteitsmodellen aan hun kenmerken:
Koppel de soevereiniteitsmodellen aan hun kenmerken:
Wie wordt gezien als de grondlegger van de ideeën over volkssoevereiniteit?
Wie wordt gezien als de grondlegger van de ideeën over volkssoevereiniteit?
Variaties van soevereiniteitsmodellen bestaan niet in de Belgische grondwet.
Variaties van soevereiniteitsmodellen bestaan niet in de Belgische grondwet.
Wat is de kern van de paritaire democratie?
Wat is de kern van de paritaire democratie?
Art. 33 Gw legt de basis voor de ________ in Belgische staatsstructuren.
Art. 33 Gw legt de basis voor de ________ in Belgische staatsstructuren.
Wat was de status van stemrecht voor vrouwen in België vóór 1948?
Wat was de status van stemrecht voor vrouwen in België vóór 1948?
De论 van genderdualiteit houdt in dat alleen mannen en vrouwen bestaan.
De论 van genderdualiteit houdt in dat alleen mannen en vrouwen bestaan.
Wat is het doel van genderquota in het parlement?
Wat is het doel van genderquota in het parlement?
Electorale genderquota zijn verboden in België.
Electorale genderquota zijn verboden in België.
Wat rechtvaardigt het GwH in politiek gevoelige materies?
Wat rechtvaardigt het GwH in politiek gevoelige materies?
Politieke en maatschappelijke instellingen kennen de ________ naar de omgevingen toe.
Politieke en maatschappelijke instellingen kennen de ________ naar de omgevingen toe.
Noem één type van genderquota dat in België is ingevoerd.
Noem één type van genderquota dat in België is ingevoerd.
Wat is een mogelijke reden voor het toekennen van beleidsruimte aan wetgevers?
Wat is een mogelijke reden voor het toekennen van beleidsruimte aan wetgevers?
Bij paritaire democratie moeten publieke organen gelijk aantal _____ en _____ tellen.
Bij paritaire democratie moeten publieke organen gelijk aantal _____ en _____ tellen.
Koppel de volgende termen aan hun betekenis:
Koppel de volgende termen aan hun betekenis:
Wat kan gezien worden als een mogelijke juridische drijfveer voor genderquota?
Wat kan gezien worden als een mogelijke juridische drijfveer voor genderquota?
De grondwet vraagt om pariteit in alle publieke functies.
De grondwet vraagt om pariteit in alle publieke functies.
Wat is de grondslag voor het genderneutrale systeem van voorbehouden plaatsen voor de Senaat?
Wat is de grondslag voor het genderneutrale systeem van voorbehouden plaatsen voor de Senaat?
Bij nationale soevereiniteit zijn genderquota _____ omdat ze differentiatie op basis van geslacht impliceren.
Bij nationale soevereiniteit zijn genderquota _____ omdat ze differentiatie op basis van geslacht impliceren.
Wat is een sleutelprincipe van het proportionaliteitsbeginsel?
Wat is een sleutelprincipe van het proportionaliteitsbeginsel?
Wat is de kernprobleem in het pluralistische burgerschapsmodel?
Wat is de kernprobleem in het pluralistische burgerschapsmodel?
Het soevereiniteitsmodel heeft als basisprincipe de meerderheidsregel.
Het soevereiniteitsmodel heeft als basisprincipe de meerderheidsregel.
Noem een voorbeeld van een artikel in de Belgische grondwet dat diversiteit erkent.
Noem een voorbeeld van een artikel in de Belgische grondwet dat diversiteit erkent.
In een corporatistisch burgerschapsmodel moeten subgroepen in de _____________ worden betrokken.
In een corporatistisch burgerschapsmodel moeten subgroepen in de _____________ worden betrokken.
Koppel de modellen aan hun kenmerken:
Koppel de modellen aan hun kenmerken:
Wat is een reden waarom referenda moeilijk toepasbaar zijn in een corporatistisch model?
Wat is een reden waarom referenda moeilijk toepasbaar zijn in een corporatistisch model?
De Belgische grondwet staat bindende referenda toe zonder expliciete grondslag.
De Belgische grondwet staat bindende referenda toe zonder expliciete grondslag.
Wat is de functie van het artikel 33 in de Belgische grondwet met betrekking tot referenda?
Wat is de functie van het artikel 33 in de Belgische grondwet met betrekking tot referenda?
De _____________model stelt dat groepen met specifieke belangen altijd in het besluitvormingsproces vertegenwoordigd moeten zijn.
De _____________model stelt dat groepen met specifieke belangen altijd in het besluitvormingsproces vertegenwoordigd moeten zijn.
Welk artikel in de Belgische grondwet vereist dat personen van elk geslacht aanwezig zijn in politieke organen?
Welk artikel in de Belgische grondwet vereist dat personen van elk geslacht aanwezig zijn in politieke organen?
Wat is het minimumpercentage vrouwen dat vertegenwoordigd moet zijn om invloed te hebben op het besluitvormingsproces?
Wat is het minimumpercentage vrouwen dat vertegenwoordigd moet zijn om invloed te hebben op het besluitvormingsproces?
Het pluralistische model gaat uit van de veronderstelling dat de algemene wil een absolute waarheid is.
Het pluralistische model gaat uit van de veronderstelling dat de algemene wil een absolute waarheid is.
Wat zijn de gevolgen van de meerderheid en minderheid in een liberaal model?
Wat zijn de gevolgen van de meerderheid en minderheid in een liberaal model?
Genderquota hoeven tijdelijk te zijn zodat historisch evenwicht kan worden hersteld.
Genderquota hoeven tijdelijk te zijn zodat historisch evenwicht kan worden hersteld.
De erkenning van subgroepen in de Belgische grondwet is met name gebaseerd op _____________ kenmerken.
De erkenning van subgroepen in de Belgische grondwet is met name gebaseerd op _____________ kenmerken.
Noem de kwaliteitscriteria die noodzakelijk zijn voor grondwetsherzieningen.
Noem de kwaliteitscriteria die noodzakelijk zijn voor grondwetsherzieningen.
Waarom wordt het principe van unanimiteit in het soevereiniteitsmodel vaak het meest gewild?
Waarom wordt het principe van unanimiteit in het soevereiniteitsmodel vaak het meest gewild?
De Belgische grondwet is in _____ opgesteld.
De Belgische grondwet is in _____ opgesteld.
Koppel de grondwetsartikelen aan hun functie:
Koppel de grondwetsartikelen aan hun functie:
Koppel de democratische rechten aan hun beschrijvingen:
Koppel de democratische rechten aan hun beschrijvingen:
Welke van de volgende opties is een taak van de preconstituante?
Welke van de volgende opties is een taak van de preconstituante?
Een nieuw parlement is verplicht om grondwetsbepalingen te herzien zoals voorgesteld door de pre-constituante.
Een nieuw parlement is verplicht om grondwetsbepalingen te herzien zoals voorgesteld door de pre-constituante.
Wat is een belangrijk neveneffect van de vereiste van een twee-derde meerderheid bij grondwetsherzieningen?
Wat is een belangrijk neveneffect van de vereiste van een twee-derde meerderheid bij grondwetsherzieningen?
De Belgische grondwet heeft vele _____ ondergaan sinds 1831.
De Belgische grondwet heeft vele _____ ondergaan sinds 1831.
Wat is een kenmerk van de Belgische grondwet?
Wat is een kenmerk van de Belgische grondwet?
Welke van de volgende artikelen van de grondwet heeft betrekking op de invloed van supranationaal recht?
Welke van de volgende artikelen van de grondwet heeft betrekking op de invloed van supranationaal recht?
De Belgische grondwet heeft een grote aandacht voor internationaal recht.
De Belgische grondwet heeft een grote aandacht voor internationaal recht.
Wat is een belangrijke uitspraak van het HvJ met betrekking tot EU-recht?
Wat is een belangrijke uitspraak van het HvJ met betrekking tot EU-recht?
De verhouding tussen nationale en internationale rechtsorde kan worden samengevat in de ______ en monistische opvatting.
De verhouding tussen nationale en internationale rechtsorde kan worden samengevat in de ______ en monistische opvatting.
Koppel de artikelen van de grondwet aan hun beschrijvingen:
Koppel de artikelen van de grondwet aan hun beschrijvingen:
Welke van de volgende uitspraken over de grondwet en internationaal recht is waar?
Welke van de volgende uitspraken over de grondwet en internationaal recht is waar?
De wetgevende macht kan internationaal recht zonder voorwaarden aanvaarden.
De wetgevende macht kan internationaal recht zonder voorwaarden aanvaarden.
Wat verklaart de Belgische Grondwettelijk Hof over de voorrang van EU-recht?
Wat verklaart de Belgische Grondwettelijk Hof over de voorrang van EU-recht?
De rechtmatige aansluiting bij de internationale/supranationale rechtsorde is een ______ voor de voorrang van internationale rechtsregels.
De rechtmatige aansluiting bij de internationale/supranationale rechtsorde is een ______ voor de voorrang van internationale rechtsregels.
Wat is een kenmerk van de maximalisatieclausule in mensenrechtenverdragen?
Wat is een kenmerk van de maximalisatieclausule in mensenrechtenverdragen?
Koppel de volgende rechtsprincipes aan hun definities:
Koppel de volgende rechtsprincipes aan hun definities:
Noem een arrest dat de integratie van internationaal recht in de Belgische rechtsorde heeft bevorderd.
Noem een arrest dat de integratie van internationaal recht in de Belgische rechtsorde heeft bevorderd.
De Senaat heeft geen formele inspraak in de wijzigingen aan de grondwet in de federale structuur van België.
De Senaat heeft geen formele inspraak in de wijzigingen aan de grondwet in de federale structuur van België.
De rechtspraak van het HvJ en de RvS heeft ______ EU-recht geïntegreerd in het Belgische rechtssysteem.
De rechtspraak van het HvJ en de RvS heeft ______ EU-recht geïntegreerd in het Belgische rechtssysteem.
Wat stelt de maximalisatieclausule in de Belgische grondwet voor?
Wat stelt de maximalisatieclausule in de Belgische grondwet voor?
Het Handvest van de grondrechten van de EU heeft altijd voorrang boven nationale grondrechten.
Het Handvest van de grondrechten van de EU heeft altijd voorrang boven nationale grondrechten.
Wat betekent 'grondwettelijk pluralisme'?
Wat betekent 'grondwettelijk pluralisme'?
Het ______ kan geen voorrang hebben als het inbreuk maakt op grondwettelijke waarden.
Het ______ kan geen voorrang hebben als het inbreuk maakt op grondwettelijke waarden.
Welke rol heeft het Duits Grondwettelijk Hof in het context van EU-recht?
Welke rol heeft het Duits Grondwettelijk Hof in het context van EU-recht?
Art. 4.2 VEU staat nationale identiteiten toe om te groeien in de richting van EU-recht.
Art. 4.2 VEU staat nationale identiteiten toe om te groeien in de richting van EU-recht.
Wat is de eerste beperking die de Belgische Grondwet aan EU-recht stelt?
Wat is de eerste beperking die de Belgische Grondwet aan EU-recht stelt?
Bij de beoordeling van grondrechten moet de EU _____ respecteren.
Bij de beoordeling van grondrechten moet de EU _____ respecteren.
Wat is een gevolg van de aansluiting bij de EU voor nationale wetgevers?
Wat is een gevolg van de aansluiting bij de EU voor nationale wetgevers?
De Belgische Grondwet staat onbeperkte soevereiniteit van de nationale wetgever toe.
De Belgische Grondwet staat onbeperkte soevereiniteit van de nationale wetgever toe.
Wat is het criterium voor de toetsing door de Grondwettelijk Hof?
Wat is het criterium voor de toetsing door de Grondwettelijk Hof?
De rechtsbescherming tegen formele wetten is ______ dan tegen besluiten.
De rechtsbescherming tegen formele wetten is ______ dan tegen besluiten.
Koppel de volgende grondslagen aan hun functie:
Koppel de volgende grondslagen aan hun functie:
Flashcards
Standstill-test
Standstill-test
De Standstill-test beoordeelt of een nieuwe regeling het beschermingsniveau van grondrechten vermindert. Dit gebeurt in twee stappen: eerst wordt het huidige beschermingsniveau vergeleken met het niveau voor de nieuwe regeling, en vervolgens wordt gekeken of een eventuele afname gerechtvaardigd is door belangrijke redenen van algemeen belang.
Rechtvaardiging van afbouw beschermingsniveau
Rechtvaardiging van afbouw beschermingsniveau
De Standstill-test vereist dat het beschermingsniveau van grondrechten minstens hetzelfde blijft, tenzij er een dringende reden van algemeen belang is om het te verlagen. Deze reden moet goed gemotiveerd zijn, rekening houdend met economische factoren en overheidsbudgetten.
Flexibiliteit van de Standstill-test
Flexibiliteit van de Standstill-test
De Standstill-test is een flexibele test, waardoor de rechter zelden een schending vindt. Dit betekent dat een goede reden voldoende is om af te zien van volledige bescherming van een grondrecht. Bij twijfel wordt de voorkeur gegeven aan de overheid.
Interpretatieve werking van grondrechten
Interpretatieve werking van grondrechten
Signup and view all the flashcards
Beoordelingsruimte van de overheid
Beoordelingsruimte van de overheid
Signup and view all the flashcards
Margin of appreciation
Margin of appreciation
Signup and view all the flashcards
Geringere margin of appretiation
Geringere margin of appretiation
Signup and view all the flashcards
Bescherming van grondrechten
Bescherming van grondrechten
Signup and view all the flashcards
Marge d’appréciation
Marge d’appréciation
Signup and view all the flashcards
Subsidiariteitsbeginsel inzake grondrechten
Subsidiariteitsbeginsel inzake grondrechten
Signup and view all the flashcards
Misbruik van grondrechten
Misbruik van grondrechten
Signup and view all the flashcards
Artikel 17 EVRM
Artikel 17 EVRM
Signup and view all the flashcards
Derogatie van grondrechten
Derogatie van grondrechten
Signup and view all the flashcards
Artikel 15 EVRM
Artikel 15 EVRM
Signup and view all the flashcards
Bron van staatsmacht
Bron van staatsmacht
Signup and view all the flashcards
Nationale soevereiniteit
Nationale soevereiniteit
Signup and view all the flashcards
Volkssoevereiniteit
Volkssoevereiniteit
Signup and view all the flashcards
Paritaire democratie
Paritaire democratie
Signup and view all the flashcards
Sporen van soevereiniteitsmodellen in de Belgische grondwet
Sporen van soevereiniteitsmodellen in de Belgische grondwet
Signup and view all the flashcards
Evolutie van het stemrecht in België
Evolutie van het stemrecht in België
Signup and view all the flashcards
Paritaire democratie en genderquota
Paritaire democratie en genderquota
Signup and view all the flashcards
Electorale genderquota
Electorale genderquota
Signup and view all the flashcards
Partijquota
Partijquota
Signup and view all the flashcards
Wetgevende quota
Wetgevende quota
Signup and view all the flashcards
Voorbehouden zetels
Voorbehouden zetels
Signup and view all the flashcards
Ritsprincipe
Ritsprincipe
Signup and view all the flashcards
Pluralistisch of meerderheidsmodel
Pluralistisch of meerderheidsmodel
Signup and view all the flashcards
Positieve actie
Positieve actie
Signup and view all the flashcards
Herzieningslijst
Herzieningslijst
Signup and view all the flashcards
Preconstituante
Preconstituante
Signup and view all the flashcards
Wie is de preconstituante?
Wie is de preconstituante?
Signup and view all the flashcards
Constituante
Constituante
Signup and view all the flashcards
Meerderheid voor grondwetswijziging
Meerderheid voor grondwetswijziging
Signup and view all the flashcards
Doel van de strikte herzieningsprocedure
Doel van de strikte herzieningsprocedure
Signup and view all the flashcards
Invloed van de bevolking op grondwetswijziging
Invloed van de bevolking op grondwetswijziging
Signup and view all the flashcards
Punctuele aanpassing van de grondwet
Punctuele aanpassing van de grondwet
Signup and view all the flashcards
Problemen met de herzieningsprocedure bij staatshervormingen
Problemen met de herzieningsprocedure bij staatshervormingen
Signup and view all the flashcards
Probleem met de herzieningsprocedure in een federale staat
Probleem met de herzieningsprocedure in een federale staat
Signup and view all the flashcards
Relativiteit Volkswil
Relativiteit Volkswil
Signup and view all the flashcards
Pluralistisch Burgerschapsmodel
Pluralistisch Burgerschapsmodel
Signup and view all the flashcards
Corporatistisch Burgerschapsmodel
Corporatistisch Burgerschapsmodel
Signup and view all the flashcards
Soevereiniteitsmodel: Meerderheidsregel
Soevereiniteitsmodel: Meerderheidsregel
Signup and view all the flashcards
Liberaal Model: Meerderheidsregel
Liberaal Model: Meerderheidsregel
Signup and view all the flashcards
Kiesrecht
Kiesrecht
Signup and view all the flashcards
Transformatie Belgische Grondwet
Transformatie Belgische Grondwet
Signup and view all the flashcards
Milde Vorm Corporatisme
Milde Vorm Corporatisme
Signup and view all the flashcards
Parlementaire Vertegenwoordiging
Parlementaire Vertegenwoordiging
Signup and view all the flashcards
Essentialistische Visie
Essentialistische Visie
Signup and view all the flashcards
Consensusdemocratie
Consensusdemocratie
Signup and view all the flashcards
Referenda
Referenda
Signup and view all the flashcards
Referenda in België
Referenda in België
Signup and view all the flashcards
Soevereiniteitsmodel: Referendum
Soevereiniteitsmodel: Referendum
Signup and view all the flashcards
Pluralistisch Model: Referendum
Pluralistisch Model: Referendum
Signup and view all the flashcards
Gemeentelijk kiesrecht voor niet-Belgische EU-burgers
Gemeentelijk kiesrecht voor niet-Belgische EU-burgers
Signup and view all the flashcards
Procedure tot herziening van de Grondwet en de federale structuur
Procedure tot herziening van de Grondwet en de federale structuur
Signup and view all the flashcards
Beperkingen op de herziening van de Grondwet
Beperkingen op de herziening van de Grondwet
Signup and view all the flashcards
Grondwet en internationaal recht
Grondwet en internationaal recht
Signup and view all the flashcards
Invloed van EU-recht
Invloed van EU-recht
Signup and view all the flashcards
Rechtspraak en internationaal recht
Rechtspraak en internationaal recht
Signup and view all the flashcards
Rol van het Grondwettelijk Hof
Rol van het Grondwettelijk Hof
Signup and view all the flashcards
Voorrang van EU-recht
Voorrang van EU-recht
Signup and view all the flashcards
Dualisme en monisme
Dualisme en monisme
Signup and view all the flashcards
Dualistische opvatting
Dualistische opvatting
Signup and view all the flashcards
Monistische opvatting
Monistische opvatting
Signup and view all the flashcards
Voorrang EU-recht op de Grondwet
Voorrang EU-recht op de Grondwet
Signup and view all the flashcards
Grondslag voorrang EU-recht in de Grondwet
Grondslag voorrang EU-recht in de Grondwet
Signup and view all the flashcards
Steun GwH voor voorrang EU-recht
Steun GwH voor voorrang EU-recht
Signup and view all the flashcards
Onrechtstreekse toetsing van verdragen door GwH
Onrechtstreekse toetsing van verdragen door GwH
Signup and view all the flashcards
Wat is de maximalisatieclausule?
Wat is de maximalisatieclausule?
Signup and view all the flashcards
Wat is de rol van het GwH in het grondwettelijk pluralisme?
Wat is de rol van het GwH in het grondwettelijk pluralisme?
Signup and view all the flashcards
Wat is de ultra vires doctrine?
Wat is de ultra vires doctrine?
Signup and view all the flashcards
Wat is de rol van het Grondwettelijk Hof in het beoordelen van EU-recht?
Wat is de rol van het Grondwettelijk Hof in het beoordelen van EU-recht?
Signup and view all the flashcards
Wat is de 'nationale identiteit' van een land?
Wat is de 'nationale identiteit' van een land?
Signup and view all the flashcards
Wat kan het Grondwettelijk Hof toetsen?
Wat kan het Grondwettelijk Hof toetsen?
Signup and view all the flashcards
Wat is de rol van het Grondwettelijk Hof?
Wat is de rol van het Grondwettelijk Hof?
Signup and view all the flashcards
Is de wet nog steeds onschendbaar?
Is de wet nog steeds onschendbaar?
Signup and view all the flashcards
Hoe beïnvloedt de federalisering de soevereiniteit?
Hoe beïnvloedt de federalisering de soevereiniteit?
Signup and view all the flashcards
Wat is de implicatie van de EU-toetreding voor de grondwet?
Wat is de implicatie van de EU-toetreding voor de grondwet?
Signup and view all the flashcards
Wat is de grondwet?
Wat is de grondwet?
Signup and view all the flashcards
Wat is de doctrine van het 'grondwettelijk pluralisme'?
Wat is de doctrine van het 'grondwettelijk pluralisme'?
Signup and view all the flashcards
Wat is de 'standstill-test'?
Wat is de 'standstill-test'?
Signup and view all the flashcards
Wat is de interpretatieve werking van grondrechten?
Wat is de interpretatieve werking van grondrechten?
Signup and view all the flashcards
Wat is de 'margin of appreciation'?
Wat is de 'margin of appreciation'?
Signup and view all the flashcards
Study Notes
Standstill-test: 2 stappen
-
Stap 1: Vergelijking beschermingsniveau voor en na nieuwe regeling.
- Vroeger: Vergelijking met beschermingsniveau op moment invoering grondrecht.
- Vandaag: Vergelijking met beschermingsniveau van regelgeving vóór nieuwe maatregelen.
- Progressie: Verbetering in beschermingsniveau blijft behouden.
- Gehele regeling: Vergelijking van het volledige beschermingsniveau.
-
Stap 2: Rechtvaardiging afbouw beschermingsniveau indien nodig.
- Rechtvaardiging: Ernstige redenen van algemeen belang.
- Factoren: Economische ontwikkelingen, stijging gemiddeld inkomen en budgettaire mogelijkheden overheid.
- Flexibele test: Resulteert in zeldzame vaststellingen van schending standstill.
- Documentatie rechtvaardiging vereist: Controleerbaarheid door rechter.
Interpretatieve werking
- Rechter: Interpretatie wetgeving en besluiten in overeenstemming met hoger recht.
- Rechtsgevolgen: Ondanks directe afdwingbaarheid, kunnen grondrechten rechtsgevolgen opleveren.
- Zelfinterpretatie: Grondrechten worden geïnterpreteerd in overeenstemming met andere grondrechtenbepalingen.
Beoordelingsruimte
- Politieke functie: Toetsing aan grondrechten en belangenafweging raken essentie politieke functie.
- Terughoudendheid: Rechters laten beleidsvrijheid aan overheid.
- Margin of Appreciation (MoA): Uitdrukking van de ruimte voor nationale overheden.
- Ruimere MoA: Materies buiten strikt toepassingsgebied EVRM (vb. milieuzaken, nationale veiligheid, economisch beleid).
- Nauwere MoA: Inperking van kwetsbare groepen, kern grondrechten of verdachte criteria (vb. geslacht).
- Consensus: Ruimer indien Europese consensus ontbreekt, nauwer bij groeiende consensus.
- Zorgvuldigheid nationaal: Ruimere MoA bij zorgvuldige optreden van nationale wetgever/rechter.
- Subsidiariteit: Samenhang met subsidiariteitsbeginsel.
Misbruik grondrechten
- Democratische rechtsstaat: Focus op vrijheid grondrechten, gekoppeld aan idee democratische rechtsstaat.
- Doelen onverenigbaar: Grondrechten mogen niet worden misbruikt voor doelen strijdig met wezenlijke doelstellingen.
- Art. 17 EVRM: Gericht tegen staten; schending vaststellen van de bepaling.
- Verweermiddel: Staten gebruiken om eigen optreden tegen gevaarlijke personen te rechtvaardigen (dreiging rechten/vrijheden van anderen of democratische staat).
- Doelgroepen: Vooral gericht tegen terroristische, racistische en revisionistische groepen.
Derogatie van grondrechten
- Extreme omstandigheden: Afbreuk grondrechten mogelijk onder extreme omstandigheden.
- Art. 15 EVRM: Toelaatbaar onder specifieke voorwaarden.
- Noodtoestand: Sprake van een noodtoestand.
- Rechtvaardiging: Maatregelen gerechtvaardigd door ernst situatie en niet in strijd met andere internationale verplichtingen.
- Informatie Raad Europa: Secretaris-Generaal moet geïnformeerd worden.
- Onmogelijk derogatie: Sommige rechten kennen geen derogatie (Art. 15, tweede lid EVRM).
- Nationale wettigheid: Alleen mogelijk als nationaal recht het toelaat (vb. Art. 187 Gw: België).
Constitutionalisme
- Bronnen staatsmacht: Kwestie van interne soevereiniteit.
- Middeleeuws concept: Soevereiniteit absoluut en ondeelbaar.
- Moderne systemen: Onverenigbaar met moderne federale systemen .
- Verschillende concepten: Verschillende visies op burgerschap en bron staatsmacht leiden tot tegenstrijdige elementen in Belgische grondwet.
Soevereiniteitsmodellen
- Nationale soevereiniteit:
- Frankrijk: Soevereiniteit bij natie (abstracte entiteit).
- Natieconcept: Burgers in abstracto, generatieoverschrijdende continuïteit.
- Parlement: Vertegenwoordiging natie.
- Vrij deliberatie: Geen imperatief mandaat.
- Sieyes: Nationale eenheid noodzakelijk.
- Functioneel, beperkt stemrecht: Enkele rationele burgers.
- Volkssoevereiniteit:
- Liberaler concept: deelname aan publieke leven als mensenrecht.
- Volk: Verandering naar 'volk'.
- Rousseau: Abstracte natie vervangen door 'volk', algemene wil.
- Paritaire democratie:
- Frankrijk: Vrouwenemancipatie.
- Genderinherent: Democratie als gegenderd concept.
- Genderdualiteit: Mensheid uit mannen en vrouwen, interdependent.
- Complexiteit gender niet weergegeven.
- Non-binaire personen en gender-fluïditeit worden genegeerd.
Sporen in Belgische Grondwet
- Nationale soevereiniteit: Art. 8, 2de lid en art. 33, 34, 42 Gw.
- Beperkt stemrecht: 1919/1948: Enkelvoudig stemrecht voor mannen/vrouwen.
- Stemrecht niet-Belgen: Art 8, 3de/4de lid.
- Vermenging concepten: Vermenging nationale en volkssoevereiniteit.
- Genderquota: Electorale genderquota worden niet door de GwH rechtstreeks afgeleid.
Pluralistisch burgerschap
- Pluralistisch model: Volk verwijst naar concrete personen in contingente situaties.
- Pluralisme/differentiatie: Algemene wil niet rationele waarheid.
- Bescherming persoonlijke vrijheid: Focus op relativiteit volkswil en bescherming persoonlijke vrijheid.
- Kiesrecht: Individuele en gelijke rechten.
- Functioneel principe: Meerderheidsregel als functioneel principe.
- Voorkeur voor unanimiteit.
- Liberaal model: Gezag wet gebaseerd op voorkeur concrete personen en nieuwe meerderheid.
- Uitsluiting minderheid tijdelijk en fragmentair.
- Amorfe en contingente groepen: Steunen op ideeën eerder dan identiteit.
Sporen in Belgische Grondwet
- Nationale/liberaal model: Gw verwijst naar nationaal soevereiniteitsmodel, maar evolueert naar liberaal pluralistisch model.
- Algemeen enkelvoudig stemrecht: Art. 61 Gw.
- Erkenning van diversiteit: Art. 11bis Gw.
- Andere democratische rechten: Rechten op vereniging.
Corporatistisch burgerschapsmodel
- Subgroepen: Permanentie in heterogene samenlevingen.
- Structurele verschillen.
- Meerderheidsregel: Permanente uitsluiting van groep.
- Milder model: Erkenning groepen met specifieke belangen.
- Geregelde rekening: Permanente rekening houden met groepsbelangen.
- Groepsbelangen: NIET tijdelijk nodig om tot gelijkheid te komen.
- Beschrijvende/substantiële vertegenwoordiging: Parlement weerspiegelt samenleving in al haar variëteit.
- Essentialisme: Vrouwenbelangen verschillen.
- Vrouwenbelangen: Verschillende visies op vrouwenbelangen.
- Concrete zaken: Articulatie in concrete zaken doorheen besluitvorming.
- Consensusdemocratie: Speciale erkenning aan subgroepen (taal, etniciteit, religie).
- Sporen in Belgische Gw: Indeling taalgebieden, federale staat, taalgroepen in parlement, vrouwen in politieke organen.
Toepassing op referendum
- Volksstemmingen: Binding en advies.
- Volksraadplegingen: Niet bindend.
- RvS: Bezwaren tegen bindende referenda.
- Art. 33, 1ste lid Gw: Zuiver vertegenwoordigend, parlementair model.
- Art. 33, 2de lid Gw: Beschreeflijke grondslag.
- Nationale/volkssoevereiniteit/pluralistisch: Argumenten voor referenda bij deze modellen.
- Corporatistisch model: Referenda moeilijk, gebrek aan mechanismen.
- Uitzondering: Gewestelijke volksraadplegingen.
Toepassing op genderquota
- Electorale genderquota: Partijquota, wetgevende quota, voorbehouden zetels.
- België: Wettelijke genderquota, kieslijsten met verschil geslacht max 1, ritsprincipe.
- RvS: Bezwaar tegen quota.
- Art. 11bis Gw: Specifieke grondslag nadien toegevoegd.
- Senaat: Genderneutraal, rechtstreeks gekozen.
- Nationale/volkssoevereiniteit/pluralistisch: Argumenten tegen quota bij deze modellen.
- Paritaire democratie: Quota toegelaten.
- Rechtvaardiging: Kansengelijkheid, historisch onevenwicht, positieve actie.
- Proportioneel, tijdelijk, afweging grondrechten.
Bronnen van grondwettelijk recht
- Grondwet: Belgische Gw, wijzigingen.
- Herzieningsprocedure: Art. 195 Gw (preconstituante, constituante, 2/3 meerderheid).
- Doelstellingen: Stabiliteit, consensus en fundamenteel karakter Gw.
- Problemen: Staatshervormingen, internationale verdragen en tussentijdse verkiezingen.
- Bijzondere situaties (Koning/andere).
Intra/supra nationaal recht
- Belgische Gw: Weinig expliciet, maar geïntegreerd (vooral Europees recht).
- Art. 34 Gw: Machten aan supranationale organisaties.
- Invloed EU-recht: Verwijzingen en rechtspraak.
- GwH en internationale recht: GwH toetst aan internationale recht in samenhang met grondwetsbepalingen.
- Voorrang EU-recht: Rechtspraak HvJ over voorrang en aansprakelijkheid.
Verhouding Grondwet en Internationaal recht
- Dualistisch: Nationale en internationale rechtsordes als afzonderlijke systemen.
- Monistisch: Nationale en internationale regelgeving als geheel.
- Voorrang internationaal recht: HvJ: EU-recht heeft rechtstreekse werking en voorrang op nationale wet.
- GwH: Toetst via instemmingswet grondwettigheid van aansluiting.
- Uitgesloten toets: Voorkomt toekomstige conflicten over interpretatie aansluiting verdrag.
Uitzonderingen grondrechten
- Maximalisatieclausule: Maximalisering van bescherming.
- Belgische Gw: Verschillende gevallen, meer verregaande bescherming (vooral formele wet).
- Maximalisatieclausule en Belgische Gw : Combinatie nationale en verdragsrechtelijke voorwaarden.
Beperkingen voorrang EU-recht
- Grondwettelijk pluralisme: EU-recht enkel voorrang zolang gelijkwaardige bescherming grondrechten.
- Ultra vires doctrine: EU-recht buiten mandaat.
- Constitutionele identiteit: EU-recht niet indien inbreuk op nationale waarden.
- GwH 2016: Las beperkingen in art 34 op EU-instellingen.
- Beperkingen: Ultra vires en nationale identiteit, onduidelijkheid nationale identiteit.
- Kritiek Melani doctrine.
Handhaving grondwet
- Ontwikkelingen: Aansluiting bij EU (onderschikking), federaliseringsproces.
- Soevereiniteitsdenken: Rechtsbescherming tav formele wetten beperkter.
- Besluiten: Subjectieve/objectieve contentieux toetsbaar.
- Wetgeving: Lacunes.
Mandaat Grondwettelijk Hof
- Formele wetten: Wetten, decreten, ordonnanties.
- Niet vatbare handelingen: vb. KB's.
- Lacunes in wetgeving: Wetgever heeft bepaalde voorschriften niet geregeld/toepasselijk gemaakt.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.