Voc Courant 1-7 PDF Past Paper
Document Details
Uploaded by Deleted User
Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Tags
Summary
This document appears to be a French vocabulary list, or a past paper from the Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen secondary school. It contains a list of words, their parts of speech, and translations. A list of keywords related to the subject's content in this document is included.
Full Transcript
lOMoARcPSD|47600041 Voc courant 1-7 Frans I (Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen) Scannen om te openen op Studocu Studocu wordt niet gesponsord of ondersteund door een hogeschool of universiteit Gedownload door Gregory Matton (matton1804@gmail...
lOMoARcPSD|47600041 Voc courant 1-7 Frans I (Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen) Scannen om te openen op Studocu Studocu wordt niet gesponsord of ondersteund door een hogeschool of universiteit Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerkingen 1 le, la, les article défini het, de 2 de prép van 3 un, une, des article een indéfini 4 à prép op, aan, te, in 5 être v zijn 6 et conj en 7 en prép in; naar 8 avoir v hebben 9 que pro wat; die, dat 10 pour prép voor; om 11 dans prép in, binnen 12 ce (cet), cette, ces adj dat, dit, deze 13 il pro hij 14 qui pro wie; die, dat 15 ne adv niet 16 sur prép op 17 se pro zich 18 pas adv niet 19 plus adv meer 20 pouvoir v kunnen; mogen 21 par prép door; langs; per par là: daarlangs deux fois par mois: twee keer per maand 22 je pro ik 23 avec prép met 24 tout, toute, tous, pro alles tout le monde: iedereen toutes adj elk, alle 25 faire v maken, doen 26 son, sa, ses adj zijn, haar 27 mettre v zetten Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerkingen 28 autre, autre adj ander, andere un/e autre: iemand anders 29 on pro men 30 mais conj maar 31 nous pro wij 32 comme conj (zo)als comme il faut: zoals het hoort adv wat, hoe (in een Comme elle est belle! Wat is ze uitroep) mooi! 33 ou conj of 34 si conj als si j’avais su: als ik dat geweten adv jawel; zo had je vous réponds que si: ik zeg u van wel Ne parlez pas si fort! Praat niet zo luid! 35 leur, leurs adj/pro hun; hen 36 y pro/adv er, erheen y être: er zijn y aller: erheen gaan 37 dire v zeggen 38 elle pro ze, zij 39 devoir v moeten 40 avant prép vóór 41 deux adj twee 42 même adv zelfs 43 prendre v nemen 44 aussi adv ook 45 celui, celle, ceux, pro diegene celles 46 donner v geven 47 bien adv goed 48 où pro/adv waar 49 fois nf keer 50 vous pro u, jullie 51 encore adv nog 52 nouveau (nouvel), adj nieuw nouvelle Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerkingen 53 aller v gaan 54 cela pro dat 55 entre prép tussen 56 premier, première adj eerste 57 vouloir v willen 58 déjà adv al, reeds 59 grand, grande adj groot 60 mon, ma, mes adj mijn 61 me pro me, mij 62 moins adv minder 63 aucun, aucune adj geen enkel(e) 64 lui pro hem; hij 65 temps nm weer; tijd Quel beau temps! Wat is het mooi weer! 66 très adv heel, erg, zeer 67 savoir v weten; kunnen savoir nager: kunnen zwemmen à savoir : te weten, namelijk 68 falloir v moeten il faut: men moet, het is nodig comme il faut: zoals het hoort 69 voir v zien 70 quelque adv ongeveer quelques (adj): enkele 71 sans prép zonder 72 raison nf rede; reden avoir raison: gelijk hebben 73 notre, notre, nos adj ons, onze 74 dont pro waarover, waarvan 75 non adv nee 76 an nm jaar 77 monde nm wereld tout le monde: iedereen le monde entier: de hele wereld 78 jour nm dag 79 monsieur nm (mijn)heer 80 demander v vragen 81 alors adv dan Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerkingen 82 après prép na 83 trouver v vinden 84 personne pro iemand; niemand une personne (nf): een persoon 85 rendre v teruggeven se rendre à: zich begeven naar 86 part nf stuk, deel 87 dernier, dernière adj laatste 88 venir v komen 89 pendant prép gedurende, tijdens 90 passer v voorbijgaan, passeren 91 peu adv weinig 92 lequel pro dewelke 93 suite nf vervolg 94 bon, bonne adj goed 95 comprendre v begrijpen 96 depuis prép sinds, sedert; adv sindsdien 97 point nm punt 98 ainsi adv zo, op die manier 99 heure nf uur 100 rester v blijven Woord Woordsoort Vertaling Opmerkingen 101 seul, seule adj alleen 102 année nf jaar 103 toujours adv altijd 104 tenir v (vast) houden 105 porter v dragen 106 parler v spreken 107 fort adv sterk Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerkingen 108 montrer v tonen 109 là adv daar 110 certain, certaine adj zeker 111 fin nf einde 112 tu pro je, jij 113 continuer v voortzetten 114 pays nm land 115 trois adj drie 116 penser v denken 117 lieu nm plaats 118 partie nf deel 119 quand pro/adv wanneer 120 suivre v volgen 121 contre prép tegen 122 sous prép onder 123 côté nm kant 124 ensemble adv samen 125 chose nf ding 126 enfant nm kind 127 cause nf oorzaak 128 politique, adj politiek la politique: de politiek politique 129 place nf plaats 130 seulement adv slechts, enkel 131 moi pro me, mij 132 vie nf leven 133 connaître v kennen 134 jusque prép tot 135 croire v geloven 136 homme nm man 137 cas nm geval Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerkingen 138 petit, petite adj klein 139 commencer v beginnen, starten 140 compter v rekenen 141 fait nm feit 142 tel, telle adj dergelijk, dergelijke 143 droit nm recht droit, droite (adj): recht 144 question nf vraag 145 donc adv dus 146 quel, quelle adj welk(e) 147 général, adj algemeen générale 148 moment nm moment 149 entendre v horen; begrijpen s’entendre: het met elkaar kunnen vinden 150 beaucoup adv veel 151 chaque, chaque adj elk 152 jeune, jeune adj jong 153 travail nm werk 154 femme nf vrouw 155 attendre v wachten 156 remettre v uitstellen 157 appeler v roepen; noemen; s’appeler: heten (op)bellen 158 permettre v toestaan 159 occuper v bezetten, bekleden s’occuper de: zich bezighouden met, zich bekommeren om 160 gouvernement nm regering 161 eux pro zij, hen 162 devenir v worden 163 partir v vertrekken 164 plan nm plan 165 décider v beslissen 166 soit conj hetzij, of soit (adv): het zij zo Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerkingen 167 ici adv hier 168 rien adv niets 169 cours nm cursus un cours d’eau: een waterloop au cours de: in de loop van 170 affaire nf zaak 171 nom nm naam 172 famille nf gezin; familie 173 effet nm effect 174 arriver v aankomen; gebeuren arriver à faire quelque chose: erin slagen om iets te doen 175 possible, adj mogelijk possible 176 car conj want 177 servir v (be)dienen; opdienen cela ne sert à rien: dat dient nergens toe se servir de: gebruik maken van, zich bedienen van 178 mois nm maand 179 jamais adv nooit 180 sembler v lijken 181 tant adv zoveel 182 vers prép naar, in de richting van; vers cinq heures: tegen vijf uur, om omstreeks vijf uur ongeveer 183 besoin nm behoefte avoir besoin de quelque chose: iets nodig hebben 184 revenir v terugkomen 185 dès prép zodra 186 moyen nm middel 187 groupe nm groep 188 problème nm probleem 189 rapport nm rapport, verslag 190 peut-être adv misschien 191 vue nf zicht 192 maintenant adv nu 193 pourquoi pro/adv waarom Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerkingen 194 meilleur, adj beter meilleure 195 trop adv te (veel) 196 laisser v laten 197 ordre nm bevel; orde 198 devant prép voor 199 recevoir v ontvangen, krijgen 200 répondre v antwoorden Woord Woordsoor Vertaling Opmerking t 201 vivre v leven, wonen 202 long, longue adj lang 203 service nm dienst, bediening 204 ministre nm minister 205 face nf gezicht, aangezicht faire face à: omgaan met, het hoofd bieden aan se trouver face à face avec quelqu’un: oog in oog staan met iemand face à: tegenover, met uitzicht op 206 chez prép bij 207 te pro je 208 rappeler v terugroepen; terugbellen; herinneren 209 présenter v voorstellen, presenteren 210 accepter v aanvaarden 211 agir v handelen 212 simple, simple adj simpel, eenvoudig 213 plusieurs adj verschillende, meerdere 214 votre, vos adj uw, jullie 215 important, adj belangrijk importante 216 présent, adj aanwezig Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoor Vertaling Opmerking t présente 217 mieux adv beter 218 poser v zetten; stellen poser une question: een vraag stellen 219 jouer v spelen 220 mot nm woord 221 reconnaître v herkennen; erkennen 222 force nf kracht à force de: door te 223 situation nf situatie, toestand 224 offrir v aanbieden 225 près de prép dicht bij 226 choisir v kiezen 227 national, adj nationaal nationale 228 projet nm plan, voornemen; project 229 ni conj noch ni... ni: noch... noch 230 puis adv daarna 231 toucher v aanraken; treffen; ontroeren 232 train nm trein être en train de + inf: bezig zijn met 233 aujourd’hui adv vandaag 234 comment adv hoe 235 surtout adv vooral 236 gens nm pluriel mensen 237 propre, propre adj eigen; schoon, net 238 grâce nf gratie, gunst, vergeving grâce à: dankzij 239 idée nf idee 240 selon prép volgens 241 région nf gebied, regio 242 aimer v houden van aimer quelqu’un/quelque chose aimer + inf 243 sens nm betekenis; richting Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoor Vertaling Opmerking t 244 retrouver v terugvinden; terugzien 245 semaine nf week 246 également adv ook; gelijk 247 ci adv hier celui-ci: deze hier vs. celui-là: die daar 248 façon nf manier, wijze 249 nombre nm aantal un nombre de: een aantal van bon nombre de: een groot aantal, veel 250 perdre v verliezen 251 français, adj Frans un Français (habitant) française 252 expliquer v uitleggen expliquer quelque chose à quelqu’un 253 quatre adj vier être (à) deux, trois, quatre...: met twee, drie, vier... zijn 254 compte nm rekening; account 255 considérer v beschouwen 256 lorsque conj wanneer 257 ouvrir v openen ouvrir quelque chose ouvrir la porte à quelqu’un 258 gagner v winnen 259 exemple nm voorbeeld 260 ville nf stad 261 économique, adj economisch économique 262 mesure nf maat; maatregel dans une certaine mesure: in zekere mate être en mesure de: in staat zijn om 263 histoire nf geschiedenis; verhaal 264 haut, haute adj hoog 265 ensuite adv daarna 266 guerre nf oorlog 267 loi nf wet 268 président nm president, voorzitter Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoor Vertaling Opmerking t 269 exister v bestaan 270 sûr, sûre adj zeker bien sûr: natuurlijk 271 refuser v weigeren 272 plutôt adv eerder, liever; nogal 273 bureau nm bureau, kantoor 274 mauvais, adj slecht mauvaise 275 quant à prép wat betreft 276 mort nf dood mort, morte (adj): dood 277 mal adv slecht 278 lire v lezen 279 réussir v slagen réussir à + infinitif: erin slagen om iets te doen 280 marché nm markt 281 condition nf voorwaarde 282 international, adj internationaal internationale 283 changer v veranderen 284 oui adv ja 285 public, publique adj publiek, openbaar 286 humain, humaine adj menselijk 287 souvent adv vaak 288 cinq adj vijf 289 système nm systeem 290 travailler v werken 291 jeu nm spel un jeu de société: een gezelschapsspel 292 vrai, vraie adj waar, echt, werkelijk 293 représenter v vertegenwoordigen 294 madame nf mevrouw 295 société nf maatschappij; gemeenschap; vennootschap 296 difficile, difficile adj moeilijk Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoor Vertaling Opmerking t 297 quoi pro wat De quoi s’agit-il? Waarover gaat het? il n’y a pas de quoi: tot uw dienst, zonder dank 298 entreprise nf bedrijf 299 coup nm slag, stoot donner un coup de main: een handje toesteken 300 or nm goud un bijou en or: een gouden juweel Woord Woordsoort Vertaling Opmerking 301 social, sociale adj sociaal, le siège social: het hoofdkantoor maatschappelijk 302 assurer v verzekeren 303 essayer v proberen 304 juste, juste adj eerlijk, rechtvaardig 305 étranger, adj vreemd, buitenlands l’étranger (nm): het buitenland étrangère un étranger: een buitenlander, een vreemdeling 306 empêcher v verhinderen empêcher quelqu’un de faire quelque chose: iemand verhinderen iets te doen 307 million nm miljoen 308 manière nf manier 309 sortir v weggaan, uitgaan 310 prix nm prijs 311 terme nm termijn à court/long terme: op korte/lange termijn 312 longtemps adv lang (m.b.t. tijd) 313 reprendre v hernemen 314 courant, courante adj gangbaar, gewoon être au courant de: op de hoogte zijn van courant électrique (nm): (elektrische) stroom 315 intérêt nm interesse, belang; interest 316 mener v leiden 317 information nf informatie à titre d’information: ter informatie 318 détail nm detail en détail: in detail Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerking 319 appartenir v behoren; toebehoren appartenir à: toebehoren aan, deel uitmaken van 320 liberté nf vrijheid 321 assez adv genoeg, voldoende; assez de (quantité) tamelijk 322 risquer v riskeren, op het spel zetten, wagen 323 chacun, chacune pro ieder, elk 324 concerner v betreffen en ce qui concerne: wat betreft concernant: betreffende 325 maison nf huis à la maison: thuis 326 d’abord adv eerst 327 apprendre v leren; vernemen 328 niveau nm niveau 329 rencontrer v ontmoeten 330 ton nm toon 331 œuvre nf werk, oeuvre 332 créer v creëren, scheppen 333 état nm toestand, staat, situatie un Etat: een staat, p.ex. un Etat membre de l’Union Européenne 334 obtenir v bekomen 335 clair, claire adj helder, duidelijk 336 chercher v zoeken 337 entrer v binnengaan entrer dans une maison: een huis binnengaan 338 proposer v voorstellen 339 apporter v meebrengen 340 programme nm programma 341 loin adv ver 342 ligne nf lijn 343 tête nf hoofd avoir mal à la tête: hoofdpijn hebben être à la tête de: aan het hoofd staan van 344 libre, libre adj vrij 345 utiliser v gebruiken 346 atteindre v bereiken atteindre un but: een doel bereiken 347 tenter v proberen Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerking 348 tard adv laat 349 enfin adv eindelijk 350 différent, adj verschillend différente 351 sorte nf soort de sorte que: zodat en quelque sorte: in zekere zin 352 cependant adv nochtans, echter 353 sujet nm onderwerp 354 importer v importeren; belangrijk zijn 355 action nf actie entreprendre une action: een actie ondernemen 356 relation nf relatie 357 recherche nf onderzoek à la recherche de: op zoek naar faire des recherches: onderzoek doen 358 livre nm boek 359 ajouter v toevoegen 360 ailleurs adv ergens anders 361 vraiment adv echt 362 doute nm twijfel sans doute: zonder twijfel 363 reste nm rest 364 début nm begin au début: in het begin 365 présence nf aanwezigheid 366 nombreux adj pluriel talrijk, in groten getale 367 produire v produceren, maken se produire: zich voordoen, gebeuren 368 préparer v voorbereiden; maken 369 forme nf vorm être en forme: in vorm zijn 370 décision nf beslissing prendre une décision: een beslissing nemen 371 rôle nm rol 372 dix adj tien 373 produit nm product 374 américain, adj Amerikaans un Américain (habitant) américaine 375 minute nf minuut 376 relever v oprichten; staan; relever un défi: een uitdaging aangaan omhoog richten Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerking 377 autant adv evenveel; zolang; zowel 378 peuple nm volk 379 second, seconde adj tweede 380 prochain, adj volgend à la prochaine fois: tot de volgende keer prochaine 381 particulier, adj bijzonder, speciaal particulière 382 écrire v schrijven 383 position nf positie, plaats; houding 384 développement nm ontwikkeling 385 défendre v verdedigen; verbieden 386 chef nm hoofd, baas 387 économie nf economie 388 effort nm inspanning 389 parmi prép onder, tussen; te midden van 390 membre nm lid 391 tirer v trekken 392 ancien, ancienne adj oud; voormalig, un ancien élève: een oud-leerling gewezen 393 beau (bel), belle adj mooi 394 plein, pleine adj vol 395 juger v oordelen (over), beoordelen 396 éviter v vermijden 397 soir nm avond ce soir: vanavond le soir: ‘s avonds 398 personnel, adj persoonlijk le personnel: het personeel personnelle 399 titre nm titel 400 parti nm (politieke) partij Woord Woordsoort Vertaling Opmerking 401 objet nm voorwerp, object Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerking 402 unique, adj enig, uitzonderlijk; uniek unique 403 souhaiter v wensen souhaiter bonne chance à quelqu’un: iemand succes wensen 404 afin de conj om (te) 405 peine nf moeite; verdriet; straf à peine: nauwelijks valoir la peine: de moeite waard zijn (cela vaut la peine) 406 malgré prép ondanks 407 période nf periode 408 engager v (ver)binden; in dienst s’engager à: zich verbinden tot/om nemen 409 réaliser v verwezenlijken, tot stand se réaliser: beseffen brengen, waarmaken 410 parfois adv soms 411 lors de prép tijdens 412 sérieux, adj ernstig le sérieux: de ernst sérieuse 413 aider v helpen 414 voix nf stem 415 terminer v beëindigen 416 base nf basis être à la base de: aan de grondslag liggen van sur la base de: op basis van de base: elementair, basis- 417 espérer v hopen 418 main nf hand 419 gros, grosse adj dik; groot; ruw; gros (adv) p.ex. en gros, jouer gros, ruim gagner gros,... 420 arrêter (s’) v stoppen 421 retour nm terugkeer 422 prêt, prête adj klaar être prêt à faire quelque chose: klaar, bereid zijn om iets te doen 423 occasion nf gelegenheid à l’occasion de: ter gelegenheid van une voiture d’occasion: een tweedehandswagen 424 député nm afgevaardigde; Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerking parlementslid; vertegenwoordiger 425 regarder v (be)kijken 426 plupart nf de meeste(n) 427 deuxième, adj tweede deuxième 428 résultat nm resultaat; uitkomst 429 écouter v (be)luisteren écouter la radio: naar de radio luisteren 430 terre nf aarde; grond par terre: op de grond 431 valoir v waard zijn il vaut mieux + infinitif: het is beter om 432 dollar nm dollar 433 intérieur, adj inwendig, innerlijk; politique intérieure: binnenlandse intérieure binnenlands politiek à l’intérieur de: in, binnen 434 page nf pagina, bladzijde 435 confiance nf vertrouwen 436 choix nm keuze 437 prévoir v voorzien, vooruitzien, verwachten 438 chance nf geluk; kans 439 notamment adv met name, in het bijzonder 440 type nm type, model, soort 441 but nm doel 442 matin nm ochtend le matin: ’s ochtends 443 grave, grave adj ernstig; erg; plechtig 444 prise nf het nemen, het aangrijpen; het stopcontact 445 européen, adj Europees européenne 446 étude nf studie 447 principe nm principe 448 remplacer v vervangen Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerking 449 avancer v vooruitgaan 450 six adj zes 451 nécessaire, adj nodig, noodzakelijk nécessaire 452 activité nf activiteit 453 valeur nf waarde 454 marquer v markeren, aanduiden; tot uitdrukking brengen 455 entier, entière adj volledig, totaal, geheel 456 réponse nf antwoord 457 aide nf hulp à l’aide de: met behulp van 458 principal, adj belangrijkste, hoofd- le principal (nm): de hoofdzaak, het principale belangrijkste 459 élever v oprichten; verhogen; opvoeden 460 pourtant adv toch, nochtans 461 commission nf commissie 462 cesser v ophouden, stoppen 463 poursuivre v achtervolgen; vervolgen; verder gaan met, doorgaan met 464 maintenir v behouden; in stand houden, handhaven 465 époque nf tijdperk à l’époque: destijds 466 exprimer v uitdrukken 467 ami nm vriend 468 bas, basse adj laag s’emploie aussi comme adverbe dans les locutions parler bas, chanter bas (stil praten, stil zingen) en bas de: onderaan 469 imposer v opleggen 470 moitié nf helft 471 avenir nm toekomst à l’avenir: in de toekomst 472 argent nm geld; zilver 473 mise nf inzet of inleg van een spel Vooral in samengestelde woorden: Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerking mise en oeuvre: het in het werk stellen van iets mise en page(s): de lay-out mise en marche: het in werking stellen mise en place: de ingebruikname, de installatie 474 œil nm oog ! un œil, des yeux 475 eau nf water 476 sauf prép behalve sauf, sauve (adj): veilig 477 école nf school 478 sécurité nf veiligheid 479 milieu nm milieu (sociaal); au milieu de: in het midden van midden 480 lettre nf brief 481 presque adv bijna 482 attention nf aandacht attirer l’attention: de aandacht trekken 483 cadre nm kader dans le cadre de: in het kader van 484 futur nm toekomst dans le futur: in de toekomst futur, future (adj): toekomstig 485 mouvement nm beweging 486 former v vormen 487 conduire v rijden, besturen 488 règle nf regel 489 poste nm post, plaats; functie, occuper le poste de: de functie dienst betrekken van 490 demande nf vraag; eis; wens 491 centre nm centrum 492 acte nm daad 493 disparaître v verdwijnen 494 priver v ontnemen, beroven; être privé de: ontzegd zijn van ontzeggen 495 constituer v vormen; betekenen; zijn 496 accord nm akkoord d’accord: in orde, goed, oké être d’accord avec: het eens zijn met Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerking 497 milliard nm miljard 498 lier v (ver)binden, linken 499 obliger v verplichten obliger quelqu’un à faire quelque chose 500 craindre v vrezen Woord Woordsoort Vertaling Opmerking 501 passé nm verleden passé, passée (adj): voorbij, vroeger la semaine passée: vorige week 502 âge nm leeftijd 503 déclarer v verklaren; aangeven 504 oublier v vergeten 505 propos nm woorden, praatjes à propos: nu we het hier toch over hebben à propos de: naar aanleiding van 506 troisième, adj derde troisième 507 quitter v verlaten 508 bout nm einde, stukje au bout de: op het einde van être à bout: ‘op’ zijn à l’autre bout: aan de andere kant 509 population nf bevolking 510 toi pro jij, jou 511 responsable, adj verantwoordelijk le responsable (nm): de responsable verantwoordelijke être responsable de: verantwoordelijk zijn voor 512 route nf weg, route 513 tôt adv vroeg 514 lancer v lanceren, gooien 515 limite nf limiet, grens Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerking 516 fonction nf functie 517 emploi nm gebruik; baan, functie, job 518 objectif nm objectief, doel, doelstelling objectif, objective (adj): objectief, onpartijdig 519 paraître v lijken, (ver)schijnen 520 journal nm krant 521 annoncer v aankondigen 522 lui-même pro hijzelf 523 tour nm toer, ronde; /nf toren 524 voilà prép ziedaar, daar is, daar zijn 525 volonté nf wil 526 envoyer v (ver)sturen, zenden 527 partager v (ver)delen 528 puisque conj vermits, aangezien 529 établir v vastleggen; uitwerken, opstellen 530 changement nm wijziging 531 garder v (be)houden; bewaken, toezicht houden 532 réalité nf werkelijkheid 533 interdire v verbieden 534 finir v (be)ëindigen 535 placer v plaatsen 536 sentir v voelen; ruiken se sentir bien: zich goed voelen sentir bon: lekker ruiken 537 payer v betalen 538 esprit nm geest, spirit 539 domaine nm domein dans le domaine de: op het vlak van 540 diriger v leiden, runnen se diriger à ou vers: zich begeven (naar) 541 noter v noteren, opschrijven; opmerken Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerking 542 nature nf natuur, aard 543 régime nm regime; stelsel; dieet 544 charger v laden; belasten être chargé de: belast zijn met se charger de: op zich nemen 545 court, courte adj kort 546 parent nm ouder; verwant, familielid 547 tomber v vallen 548 départ nm vertrek 549 mondial, adj wereld-, mondiaal mondiale 550 entraîner v meeslepen, meevoeren; met s’entraîner: trainen, zich meebrengen; oefenen oefenen 551 disposer v beschikken disposer de: beschikken over 552 parole nf woord prendre la parole: het woord nemen passer la parole à: het woord geven aan 553 fond nm bodem; onderste; diepste; les fonds = le capital: de kern, hoofdzaak fondsen 554 public, publique adj openbaar, publiek le public (nm): het publiek 555 faux, fausse adj vals; fout 556 genre nm type, soort; genre, kunstvorm; geslacht van een woord 557 retenir v onthouden; weerhouden 558 communauté nf gemeenschap 559 intéresser v interesseren, belangstelling s’intéresser à: zich wekken interesseren voor 560 c’est-à-dire adv namelijk, het is te zeggen 561 corps nm lichaam 562 matière nf materie, stof; leerstof 563 sein nm borst au sein de: te midden van, binnen 564 difficulté nf moeilijkheid 565 parvenir v bereiken, aankomen parvenir à: slagen in Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerking 566 secteur nm sector 567 appel nm roep; telefoontje faire appel à: een beroep doen op 568 cœur nm hart avoir mal au coeur: misselijk zijn 569 père nm vader 570 organisation nf organisatie 571 unité nf eenheid 572 noir, noire adj zwart; donker 573 événement nm evenement, gebeurtenis 574 double, double adj dubbel; tweemaal 575 convaincre v overtuigen 576 nation nf natie 577 conseil nm raad, advies; raad (bijeenkomst van mensen) 578 soutenir v (onder)steunen 579 paix nf vrede laisser en paix: met rust laten 580 nuit nf nacht 581 partout adv overal 582 direction nf leiding; directie; richting en direction de: in de richting van 583 manquer v ontbreken, afwezig zijn; tu me manques: ik mis jou missen, tekortkomen 584 actuel, actuelle adj actueel, tegenwoordig, huidig 585 opposer v plaatsen tegenover; s’opposer à: zich verzetten tegenwerpen, inbrengen tegen tegen 586 signifier v betekenen 587 journée nf dag bonne journée: nog een prettige dag 588 d’ailleurs adv trouwens 589 traiter v behandelen 590 indiquer v aanduiden, aangeven 591 tuer v doden 592 la technique nf techniek technique, technique (adj): Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoort Vertaling Opmerking technisch 593 rapidement adv snel 594 autour adv errond, eromheen, rondom, in autour de (prép): rond, de buurt rondom 595 réduire v verminderen 596 d’après prép volgens 597 préférer v verkiezen, de voorkeur geven aan 598 rue nf straat 599 riche, riche adj rijk 600 bref, brève adj kort Woord Woordsoor Vertaling Opmerking t 601 nommer v (be)noemen 602 violence nf geweld 603 siècle nm eeuw 604 article nm artikel 605 durer v duren 606 qualité nf kwaliteit 607 gauche, gauche adj links, linker 608 solution nf oplossing 609 voie nf richting, weg 610 capable, adj in staat capable de capable 611 canadien, adj Canadees un Canadien, une Canadienne canadienne (habitant) 612 erreur nf vergissing, fout 613 livrer v leveren 614 auprès adv nabij, in de nabijheid auprès de (prép): bij, naast, in de nabijheid van 615 simplement adv eenvoudig(weg) 616 souvenir nm herinnering Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoor Vertaling Opmerking t 617 conséquence nf gevolg 618 large, large adj breed 619 contraire nm tegenovergestelde contraire, contraire (adj): tegengesteld 620 succès nm succes 621 élément nm element 622 local, locale adj plaatselijk, lokaal 623 été nm zomer 624 inviter v uitnodigen 625 extérieur, adj buiten-; uitwendig à l’extérieur de: aan de extérieure buitenkant van 626 pied nm voet à pied: te voet 627 mission nf missie, opdracht 628 débat nm debat 629 fille nf dochter; meisje 630 répéter v herhalen 631 texte nm tekst 632 profiter v genieten; profiteren van profiter de: genieten van, profiteren van 633 chambre nf kamer 634 création nf creatie 635 prouver v bewijzen 636 acheter v kopen 637 justice nf gerechtigheid; recht 638 production nf productie 639 ignorer v niet weten 640 directeur nm directeur 641 santé nf gezondheid à votre santé: op uw gezondheid 642 souffrir v afzien, lijden 643 précis, précise adj precies 644 fixer v vastleggen; fixeren 645 mère nf moeder Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoor Vertaling Opmerking t 646 croissance nf groei 647 risque nm risico 648 arme nf wapen 649 estimer v schatten; menen, achten 650 endroit nm plaats, plek 651 comité nm comité, groep 652 impossible, adj onmogelijk impossible 653 preuve nf bewijs 654 véritable, adj echt véritable 655 amener v (mee)brengen, meenemen amener: pour des personnes apporter: pour des choses 656 viser v beogen; richten; mikken; raken 657 retirer v terugtrekken 658 total, totale adj totaal; volledig 659 image nf beeld 660 date nf datum 661 travers adv doorheen à travers de: (dwars) door 662 contrôle nm controle 663 énorme, énorme adj enorm 664 conserver v bewaren 665 réel, réelle adj reëel, werkelijk 666 campagne nf platteland 667 naître v geboren worden 668 accorder v toestaan 669 tourner v (om)draaien tourner à droite: rechts afslaan 670 participer v deelnemen participer à quelque chose 671 vieux, vieille adj oud un vieux livre une vieille dame MAIS: un vieil homme, un vieil arbre 672 rapide, rapide adj snel Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoor Vertaling Opmerking t 673 respecter v respecteren 674 passage nm stukje; passage 675 essentiel, adj essentieel, noodzakelijk essentielle 676 adopter v aannemen 677 subir v ondergaan 678 environ adv ongeveer 679 expérience nf ervaring; experiment 680 admettre v toegeven 681 découvrir v ontdekken 682 couvrir v bedekken 683 assister v assisteren, bijstaan assister à un concert: een concert bijwonen 684 un sénateur nm senator 685 dépasser v passeren, inhalen; overschrijden; uitsteken 686 affirmer v bevestigen; duidelijk tonen 687 soumettre v onderwerpen; voorleggen soumettre quelque chose à quelqu’un: iets aan iemand voorleggen 688 financier, adj financieel financière 689 processus nm proces 690 militaire nm ou nf militair; soldaat militaire, militaire (adj): militair 691 frais, fraîche adj vers les frais: de (on)kosten 692 industrie nf industrie 693 apparaître v verschijnen 694 responsabilité nf verantwoordelijkheid 695 réserver v reserveren; bewaren 696 porte nf deur 697 victime nf slachtoffer 698 territoire nm territorium, gebied 699 pauvre, pauvre adj arm un pauvre: een arme 700 taux nm percentage; cijfer, waarde; le taux d’alcool: het Gedownload door Gregory Matton ([email protected]) lOMoARcPSD|47600041 Woord Woordsoor Vertaling Opmerking t tarief; gehalte alcoholgehalte Gedownload door Gregory Matton ([email protected])