SV H2 Geomorfologie PDF
Document Details
Uploaded by EasedChiasmus
Kindsheid Jesu
Tags
Summary
This document provides a summary of geomorphology, which focuses on landforms. It includes the concepts of weathering, erosion, and sedimentation, and further details the processes involved in each.
Full Transcript
AanAankbetekenskankkDEen H2: GEOMORFOLOGIE = de wetenschap die zich bezig houdt met het bestuderen van landschapsvormen Endogene processen w aangedreven door krachten in de aarde Exogene processen spelen zich af op het aardoppervlak en het gevolg zijn van water, T, wind, ijs en of Fz Ver wering= g...
AanAankbetekenskankkDEen H2: GEOMORFOLOGIE = de wetenschap die zich bezig houdt met het bestuderen van landschapsvormen Endogene processen w aangedreven door krachten in de aarde Exogene processen spelen zich af op het aardoppervlak en het gevolg zijn van water, T, wind, ijs en of Fz Ver wering= grote gesteente massa's worden verbrokkeld Erosie= transport van partikels door wind, water, ijs Sedimentatie= gesteenten worden afgezet op een bepaalde plaats 1) VERWERING =Ver wering is het proces waarbij exogene krachten zorgen voor de afbraak van gesteenten Fysische verwering= Gesteenten verkleinen door warmte of koude ◦Vorst ver wering: Gebeurt wanneer water af wisselend ontdooit en bevriest in een barst in het gesteenten, hele steen barst uiteindelijk ‣ Hoog gebergte (tussenseizoen) ‣ Ardennen (winter) ‣ Gesteenten die het meeste gevoelig zijn: Leisteen, schalie (voorlopen v leisteen)--> alles waar laag je in zitten. Bv: Kalksteen--> barst door chemische ver wering--> water erin--> vorst ver wering ◦thermische ver wering of exfoliatie: Warmte: steen zet uit, Koude: steen krimpt terug in-->bovenste laag komt los te liggen ‣ Meeste fysische ver wering: Woestijn: droog +warm, Gebergte ‣ Zelfs sterke stenen barsten: zandsteen, kwartsiet in earnneaag.sn Chemische verwering=gesteenten w afgebroken door che proces ◦Karst= het oplossen van kalksteen ‣ wanneer kalksteen (CaCO3) (v) in contact komt met water dat zuur is door de aanwezigheid van kleine hoeveelheden CO2 gas of plantengeuren zal het gesteente oplossen ‣ karst verschijnselen kunnen zowel bovengronds als ondergronds voorkomen. Bv: druipstenen, ondergrondse rivier www.imgur Eonderkantgrot Het zure water lost de kalksteen ondergronds op en plaatsen waar bovenliggende lagen niet meer voldoende steun vinden ontstaan er instortingen--> ontstaan van grottensysteem. Waar de rivier weer aan de opp komt= resurgentie/karstbron ◦oxidatie: Gesteenten gaan reageren met zuurstof waardoor ze makkelijker of net minder makkelijker gaan afbrokkelen ‣ !!! Zo ontstaat ijzerzandsteen die de heuvels van het Hageland vormen, ook de roodsgekleurde woestijnen Biologische verwering= Bomen, gras, mos, klimop: hun wortels zetten zich vast op een gesteente en breken deze open. 2) EROSIE =Erosie is het proces waarbij ver weringsproducten door zwaartekracht, water, wind of ijs worden opgenomen en verplaatst, weg van hun oorspronkelijke locatie Massabewegingen door Fz ◦Massabeweging= Beweging van een massa (gesteenten) onder invloed van de zwaartekracht op een helling Watererosie ◦Bodemerosie door water= Transport van gesteenten door water. Afh van het gesteente meer of minder kans op erosie: meest gevoelig leem. Toevoeging water aan een bodem zonder begroeiing: meeste watererosie ‣ Spaterosie= Kleine bodemdeeltjes verspringen door de inslag van regendruppels (impact snel, maar geen kg zand ineens verplaatst. Korrels ook viseter bij JEM elkaar= verslempen: helling w stillaan afgebroken ‣ Geulen en ravijnen= Geul: Kleine verdieping van de bodem, water kiest altijd deze weg en water neemt steeds meer deeltjes mee: ontstaan ravijn. Geulen en ravijnen stoppen: begroeiing houdt bodem vast ‣ Colluvium= Verzameling van alle materiaal dat door water van boven aan de helling is afgestroomt Waarom akkerlanden in de leemstreek zo gevoelig voor bodemerosie: Leem: los sediment gesteente--> heeft kleinere korrels dan zand en laat het water ook door, is minder vast dan klei ◦Riviererosie= De geconcentreerde af voer in een rivier is ook in staat te eroderen, zowel verticaal als horizontaal. Rivier--> vaste bedding E Motwarmingmannen Hjulströmdiagram p14 kunnen lezen ‣ Verticale erosie= Rivier heeft zich in gesleten in het gesteente van boven naar beneden en is begrensd tot aan de erosiebasis. Hangt af van soort gesteente ‣ Horizontale of laterale erosie= Afh van het soort gesteente meandert de rivier (Rivier snijdt in landschap zowel verticaal als horizontaal`) Rivier breekt het landschap af in de breedte Évora Winderosie: t wee vormen ‣ DEFLATIE= Wind neemt deeltjes (klei/leem/zand) mee. Windsnelheid bepaalt welke grootte van korrel w meegenomen Bv: stoftrom ‣ ABRASIE= Landschap w afgebroken door wind, wind die deeltjes had meegenomen (Klimaten die ideaal zijn: zand, droog) Wind heeft de E om los gemaakte sedimenten te transporteren Rollen=De Grootste Zandkorrels kunnen rollen Saltatie= Lichtere (dan die van rollen) zandkorrels gaan springen: hoogte in en die vallen terug Suspensie= Leemkorrels die vervoerd kunnen worden tot 10km hoog, en kan duizenden km a eggen (bv Sahara leem op autos) vallen pas neer bij neerslag of volledige windstilte waarom wordt klei zelden opgepikt? Klei is niet gemakkelijk los te krijgen: grote cohesie, dus heel moeilijk los te maken dook door wind Glaciale erosie= Glaciale erosie vindt plaats wanneer gletsjers over het aardoppervlak schuiven en gesteenten en sedimenten meenemen. Gletsjers maken ALTIJD een U-DAL 3) SEDIMENTATIE = Sedimentatie is het afzetten van het getransporteerd materiaal. Afhankelijk van het erosieproces spreekt men van uviatiele (rivier)afzettingen, mariene (zee)afzetten, eolische (wind)afzettingen of gletsjerpuin. Sedimentatie zorgt er voor dat het landschap terug opgebouwd wordt. fluviale afzettingen ◦Wanneer zal sedimentatie plaats vinden: Als stroomsnelheid daalt: eerste grootste korrelgrootte dan steeds kleiner (klei het laatste) Eerste afgezet: grind ◦Wanneer sedimentatie bij een meanderende rivier? sedimentatie wel geniale ÉÉÉIË Gesorteerd: eerst de grootste en dan de lichtere ◦Sedimentatie treed ook op in alluviale vlaktes wanneer er een rivier buiten zijn oever treedt en met getransporteerde sediment alluviale afzettingen afzet: dit zijn vruchtbare gronden IiEdnImrwrna overstroomt FEEG.it waterblijft staan idopond keri Êeemblijftachter mariene afzettingen= sedimentatie door de zee ◦Diestiaanheuvels 20mil j jaar geleden Als zeeniveau stijgt/daalt worden grind korrels ook ergens ander afgezet--> terug rekenen wat er is gebeurt met zeeniveau eolische afzettingen= afzettingen van deeltjes door de wind. De wind zet iets af wanneer: windsnelheid daalt, neerslag, vegetatie (want deze houden zand tegen) gletsjerpuin= Dit puin is afkomstig van brokstukken die door vorst ver wering aan de bergwanden loskomen en op het gletsjeroppervlak vallen. Maar ook van het losgemaakt puin aan de zijwanden en de bodem door de schurende werking van de gletsjer. Dit gletsjerpuin wordt ook morene genoemd. Grote hoeveelheden puin ◦Ongestorteerd: gletsjer neemt alles mee Kort overzicht schema: ver wering ◦Fysische ‣ Vorst ver wering ‣ Thermische ver wering ◦Chemische ‣ Karst ‣ Oxidatie ◦Biologische erosie ◦Massabewegingen door Fz ◦watererosie ‣ Bodemerosie ‣ Riviererosie Verticale erosie Horizontale erosie ◦winderosie ‣ De atie ‣ Abrasie ◦glaciale erosie Sedimentatie ◦Fluviale sedimentatie ◦Marien sedimentatie ◦Eolische afzettingen ◦Gletsjerpuin Synthese taak (moet nog verbeterd w)