Summary

Deze samenvatting beschrijft de maatschappelijke impact van een brand, inclusief directe en indirecte gevolgen voor mensen, middelen, gezondheid, economie en milieu. De juridische aspecten zoals wetten betreffende brandveiligheid en strafrecht zijn kort belicht. Er wordt ook ingegaan op verschillende brandpatronen.

Full Transcript

Maatschappelijke impact van een brand 1. Directe impact -> directe gevolgen van de brand op mensen en middelen - Menselijk leed -> het aantal gewonden of dodelijke slachtoffers - Evacuaties -> het aantal mensen dat hun huis of werkplek moesten verlaten - Schade aan eigendommen ->...

Maatschappelijke impact van een brand 1. Directe impact -> directe gevolgen van de brand op mensen en middelen - Menselijk leed -> het aantal gewonden of dodelijke slachtoffers - Evacuaties -> het aantal mensen dat hun huis of werkplek moesten verlaten - Schade aan eigendommen -> verwoestingen van woningen, bedrijven of infrastructuur - Economische schade -> kosten van herstel, verlies van inkomen en werkgelegenheid 2. Indirecte impact -> bredere gevolgen die verder reiken dan de directe schade - Gezondheidseffecten -> langdurige gezondheidsproblemen door rook of chemische stoffen - Milieu-impact -> schade aan natuur, waterwegen, luchtkwaliteit en bodem - Sociaaleconomische gevolgen -> effecten op lokale economieën, zoals verlies van werkgelegenheid of daling van vastgoedwaarden - Psychologische impact -> angst, stress en trauma bij de getroffen bevolking 3. Gemeenschapsimpact -> invloed van de brand op de sociale structuur - Verlies van voorzieningen -> sluiting van scholen, ziekenhuizen of andere essentiële diensten - Verlies van sociale cohesie - Verlies van cultureel erfgoed -> schade aan historische gebouwen of elementen Juridisch raamwerk 1. Artikel 80.1 Woningwet - Brandveiligheid en de verplichtingen die eigenaren en gebruikers van gebouwen hebben om te voldoen aan brandveiligheidsvoorschriften - Stelt eisen aan bouwwerken en het gebruik ervan - Het doel is om te voorkomen van een brand of het beperken van de gevolgen ervan - Toepassing: o Het artikel kan worden ingezet als een gebouw niet voldoet aan de brandveiligheidsvoorschriften ▪ Ontbrekend brandalarm, onvoldoende vluchtwegen of brandwerende materialen o Gemeenten of andere toezichthoudende instanties kunnen op basis van dit artikel handhaven of sancties opleggen ▪ Dwangsom of sluiting van een gebouw o Als een brand uitbreekt in een gebouw dat niet voldoet aan de brandveiligheidsvoorschriften, kunnen de eigenaren of beheerder aansprakelijk worden gesteld 2. Artikel 151 Wetboek van strafrecht - Dit artikel stelt strafbaar dat iemand opzettelijk een brand sticht, met gevaar voor goederen of personen - Kernpunten o Het opzettelijk veroorzaken van een brand is strafbaar o Als de brand gevaar oplevert voor goederen of levensbedreigend is voor personen kan dit leiden tot zware straffen - Strafmaat o De straf varieert afhankelijk van de ernst van de situatie ▪ Omvang van de schade ▪ Aantal slachtoffers 3. Artikel 158.3 - Onopzettelijk veroorzaken van brand door nalatigheid of onvoorzichtigheid - Strafbaarheid is situaties waarin iemand door schuld brand veroorzaakt o Niet naleven van veiligheidsvoorschriften o Sigaretten peuk niet goed doven - Als er door de brand levensgevaar ontstaat of ernstige schade wordt toegebracht aan eigendommen kan de straf worden verhoogd Artikel 157.3 - Vernieling of beschadiging van brand - Opzettelijk beschadigen van goederen of eigendommen o Niet per se het stichten van brand - Strafverzwaring als de brand leidt tot levensgevaar of ernstige schade Brandpatronen 1. Wat zijn brandpatronen - Zichtbare tekenen die een brand achterlaat op oppervlakken, structuren en objecten - Worden gevormd door de interactie van vuur, rook, hitte en brandbare materialen in een bepaalde omgevingen - De patronen kunnen variëren afhankelijk van o De intensiteit van een brand o De duur van de brand o De beschikbare brandstof o De luchtstroom en ventilatie 2. Soorten brandpatronen - V patronen o Een V-vormig patroon dat ontstaat wanneer vuur omhoog beweegt en een kenmerkende vorm achterlaat op muren of oppervlakken o Wijst vaak op de plaats waar de brand is begonnen ▪ Vuur verspreid zich van de bron naar boven o Als het V-patroon vervormd is, kan dit wijzen op externe factoren zoals obstakels of ventilaties - U-patronen o Een U-vormig patroon dat ontstaat bij een langere en intensere brand o Kan wijzen op een grotere hoeveelheid brandstof op de plaats waar het patroon zichtbaar is, zoals een plas brandbare vloeistof - Hittepatronen o Gebieden waar oppervlakken zijn verkoold, geblakerd of vervormd door extreme hitte o Hitte patronen kunnen informatie geven over de intensiteit van de brand en de richting waarin deze zich heeft verspreid - Rookpatronen o Vlekken of afzettingen van rook op muren, plafonds en andere oppervlakken o Kunnen de luchtstroom en ventilatie tijdens de brand onthullen - Spalling (afbrokkeling) o Afbrokkeling van oppervlakken, zoals beton door extreme hitte o Dit kan wijzen op langdurige blootstelling aan hoge temperaturen - Lineaire patronen o Rechte lijnen van schade of verkoling op een oppervlak o Kan wijzen op het gebruik van brandbare vloeistoffen ▪ Brandstichting 3. Wat kunnen brandpatronen vertellen? - De oorsprong van de brand bepalen o V- of U- patronen - Oorzaak van de brand te achterhalen o Veroorzaakt door een kaars, storing of brandstichting - Het gedrag van de brand analyseren o Hoe het vuur zicht verspreid en welke factoren dit hebben beïnvloed ▪ Luchtstromen of obstakels 4. Factoren die brandpatronen beïnvloeden - Ventilatie -> richting en intensiteit van de brand o De aanwezigheid van ramen, deuren of andere openingen - Brandstof o Het type en de hoeveelheid brandbaar materiaal - Tijd -> hoe langer een brand duurt, hoe meer schade en patronen ontstaan - Temperatuur -> diepere verkoling en meer uitgesproken patronen o Hoge temperaturen - Interventie -> patronen verstoren of nieuwe creëren o Het blussen van de brand Flashover/ backdraft 1. Flashover - Plotselinge overgang waarbij de temperatuur in een ruimte zo hoog wordt dat alle brandbare materialen vrijwel tegelijkertijd ontbranden - Leidt tot een zeer snelle en intense branduitbreiding - Omgevingsvariabelen die flashover beïnvloeden o Temperatuur -> 500-600 C ▪ Hitte zorgt ervoor dat materialen hun ontbrandingstemperatuur bereiken o Brandstof -> de hoeveelheid brandbare materialen in de ruimte ▪ Bepalen hoeveel hitte en rook er vrijkomt ▪ Materialen met een hoog calorisch vermogen (kunststoffen) versnellen het proces o Ventilatie ▪ Beperkte toevoer van zuurstof kan de snelheid van een flashover vertragen ▪ Zodra er voldoende zuurstof beschikbaar is kan de flashover plotseling optreden ▪ Een goed geventileerde ruimte bereikt de benodigde temperatuur o Warmteoverdracht ▪ Stralingswarmte -> de hotte van de vlammen en rook verwarmt de omgeving en objecten, waardoor ze sneller ontbranden ▪ Warmte overdracht via convectie en geleidende oppervlakken kan ook bijdragen o Ruimteconfiguratie ▪ Kleine afgesloten ruimtes met een lage plafondhoogte bereiken sneller de kritieke temperatuur voor flashover o Rookontwikkeling ▪ Rook bevat onverbrande gassen -> als deze gassen zicht ophopen en de temperatuur stijgt kan dit leiden tot een flashover 2. Backdraft - Explosieve verbranding die optreedt wanneer een zuurstofarme ruimte met hete, onverbrande gassen plotseling wordt blootgesteld aan zuurstof - Omgevingsvariabelen die backdraft beïnvloeden o Zuurstof niveau o Onverbrande gassen ▪ Ophoping van brandbare gassen verhoogt de kans op backdraft ▪ Deze gassen worden geproduceerd tijdens een onvolledige verbranding o Temperatuur ▪ De temperatuur moet hoog genoeg zijn om de gassen te ontsteken zodra zuurstof wordt toegevoegd ▪ Temperaturen boven 300-400 C o Ventilatie o Ruimteconfiguratie ▪ Kleine afgesloten ruimtes verhogen de kans op gasophoping ▪ De aanwezigheid van gangen of schachten kan de verspreiding van gassen beïnvloeden o Rookkleur en dichtheid ▪ Dikke, donkere rook wijst vaak op een zuurstofarme brand met veel onverbrande gassen ▪ Gele of grijze rookkleur kan wijzen op een verhoogd risico op backdraft o Bron van ontsteking ▪ Ontstekingsbron, vaak in een hete ruimte aanwezig Letaliteit en vitaliteit bij branden 1. Letaliteit bij branden - Verwijst naar het aantal dodelijke slachtoffers bij branden - Wordt beïnvloed door verschillende factoren - Algemene observaties: o Locatie van slachtoffers -> vaak aangetroffen nabij initiële brandhaard ▪ Mogelijk verrast door de brand of niet in staat te ontsnappen o Geen relatie met leeftijd ▪ Kwetsbare groepen zijn vaak minder goed in staat om te vluchten - Meest voorkomende oorzaken van een brand o Kortsluiting -> elektrisch falen of defecten o Roken -> sigaretten of andere rookwaren die niet goed gedoofd worden o Koken -> Brand in keukens door vlam in de pan, vergeten pannen of defecte apparatuur - Factoren die bijdragen aan letaliteit o Afname van de zuurstof concentratie ▪ Als de zuurstof concentratie daalt onder de 6% -> overleiden o Toename van giftige gassen ▪ CO -> een kleurloos, geurloos gas dat dodelijk kan zijn in hoge concentraties door het blokkeren van zuurstoftransport in het bloed ▪ Cyanideverbindingen -> ontstaan bij verbranding van kunststoffen en kunnen snel dodelijk zijn ▪ CO2 -> kan verstikking veroorzaken als de concentratie hoog genoeg is o Aanwezigheid van hete partikels ▪ Inademing van hete lucht of deeltjes kan ernstige schade veroorzaken aan de luchtwegen, wat resulteert in verstikking of fatale longbeschadiging o Blootstelling aan thermische stress ▪ Hoge temperaturen kunnen leiden tot ernstige brandwonden, uitdroging en uiteindelijk orgaan falen 2. Tekenen van vitaliteit tijdens een brand - Tekenen van vitaliteit: o Kersrode lijkvlekken ▪ Wordt veroorzaakt door een verhoogde concentratie van CO in het bloed, wat leidt tot COHb o Verhoogde COHb-waarden ▪ Een COHb-waarde van meer dan 50% in het bloed is vaak fataal en wijst erop dat het slachtoffer rook heeft ingeademd terwijl hij/zij nog leefde o Roet in de luchtwegen ▪ Duidt op ademhaling tijdens de brand, maar is niet doorslaggevend o Vitale reactie op inbranding ▪ Ontstekingsreactie of zwelling rond inbranding van hete deeltjes of objecten in de luchtwegen - Geen tekenen van vitaliteit o Protrusie van de tong ▪ Postmortale veranderingen door thermische inwerking o Pugilistische houding ▪ Lichaam in een gebogen bokserhouding ▪ Ontstaat door samentrekking van de spieren door hitte en is een postmortale reactie Richtlijnen onderzoek 1. Multidisciplinaire samenwerking - Forensisch arts heeft een coördinerende taak in het onderzoek - Ondersteunende vakgebieden o Forensische opsporing ▪ Voert een technische analyse en reconstructie van de brand uit ▪ Onderzoekt de oorzaak, het verloop en de omstandigheden van de brand o Forensische odontologie ▪ Identificeert slachtoffers op basis van gebitsstatus ▪ Gebitsgegevens zijn vaak goed bestand tegen hoge temperaturen en blijven bruikbaar, zelfs bij ernstige thermische destructie o Forensische antropologie ▪ Onderzoekt en identificeert menselijke resten, zoals botten bij verbranding ▪ Kan bijdragen aan het reconstrueren van het lichaam en het vaststellen van leeftijd, geslacht, lengte en andere kenmerken o Forensische archeologie ▪ Wordt ingezet bij complexe situaties zoals opgravingen of branden in meerlaagse gebouwen ▪ Helpt bij het lokaliseren, documenteren en veiligstellen van menselijke resten in gelaagde of verstoorde omgeving 2. Inzet van ondersteunende disciplines (Glassman & Crow-schaal) Schaal Beschrijving Toepassing disciplines 1 Nagenoeg intact Identificatie via primaire methoden 2 Oppervlakkige verbranding, Ondersteuning door lichaamskenmerken forensische odontologie zichtbaar 3 Ernstige verbranding, huid en Forensische antropologie en zachte weefsel beschadigd DNA-analyse 4 Uitgebreide destructie, Forensische antropologie en botten zichtbaar reconstructie 5 Bijna complete crematie, Forensische archeologie en alleen as en verkoolde specialistische analyse botfragmenten Bijzonderheden - Exploderende schedel o Fenomeen -> schedel explosie door opbouw van interne druk in combinatie met thermische stress o Werkelijkheid -> schedel barst vaak open door scheuren in het bot ▪ Gevolg van uitdroging en hitte waardoor de schedelstructuur verzwakt - Spontane of aanhoudende menselijke verbranding o Fenomeen waarbij wordt gesuggereerd dat een lichaam spontaan in brand kan vliegen zonder externe ontstekingsbron o Geen bewijs dat dit fenomeen bestaat - Lont effect o Proces waarbij het lichaam fungeert als een kaart ▪ Lichhaamsvet werkt als brandstof en kleding of andere materialen als de lont o Mechanisme ▪ Bij een brand smelt vet door de hitte en wordt het geabsorbeerd door kleding of andere poreuze materialen ▪ Dit zorgt ervoor dat het lichaam langdurig blijft branden, zelfs bij relatief lage temperaturen

Use Quizgecko on...
Browser
Browser