Samenvatting Analyse Jaarrekening PDF
Document Details

Uploaded by ThrivingTopology9097
KU Leuven
Tags
Summary
Deze samenvatting behandelt verschillende vennootschapsvormen in België, waaronder eenmanszaken, vennootschappen en verenigingen. Het beschrijft de voordelen en nadelen van elke vorm, zoals de aansprakelijkheidsaspecten en administratieve verplichtingen. De tekst geeft een overzicht van de belangrijkste elementen bij de oprichting van een vennootschap.
Full Transcript
EXTERNE FINANCIËLE VERSLAGGEVING ================================ - Duvel: financieel topjaar → vertraagde groei (eufemistisch) Hoofdstuk 1: Oprichting van een vennootschap *Wat is een vennootschap?* STAPPENPLAN: - Zal ik mijn activiteiten organiseren in de vorm van een vennootschap? Zo...
EXTERNE FINANCIËLE VERSLAGGEVING ================================ - Duvel: financieel topjaar → vertraagde groei (eufemistisch) Hoofdstuk 1: Oprichting van een vennootschap *Wat is een vennootschap?* STAPPENPLAN: - Zal ik mijn activiteiten organiseren in de vorm van een vennootschap? Zoja: - Welke vennootschapsvorm zal ik kiezen? - NV: naamloze vennootschap - BV: besloten vennootschap - Wat zijn mijn administratieve verplichtingen bij oprichting? - Er komen financiële cijfers uit (hoe lezen we dit) - Wat leren de administratieve verplichtingen mij als ondernemer? - Financiële gezondheid (inkomsten en uitgaven, winst- en verliesrekening, balans) - Liquiditeitspositie en solvabiliteit (balans, kasstromen → kan bedrijf op KT/LT verplichtingen nakomen?) - Efficiëntie en kosteneffectiviteit (kostenanalyse; efficiëntie bedrijfs-/operationele processen) - Naleving wet- en regelgeving (belastingverplichtingen, arbeidsvoorwaarden/verplichtingen, milieuregels en duurzaamheid) - Strategische inzichten en planning (budgettering en prognoses, groei- en investeringsmogelijkheden, klantgedrag en -segmentatie) - Risicobeheer (kredietwaardigheid van klanten, voorraadbeheer) - Productiviteit personeel (urenregistratie en verloop personeelskosten) - Hoe kan ik de financiële gezondheid ex ante beïnvloeden? KENMERKEN vennootschappen in Belgisch recht? a. Kan worden opgericht door 1 of meer personen (vennoten) b. Die overeenkomen iets in gemeenschap te brengen (inbreng: belofte tot arbeid, voertuig, geld,...) c. Door middel van een overeenkomst d. Uitoefening van één of meer bepaalde activiteiten e. Met het oogmerk de winst die daaruit kan ontstaan onder elkaar te verdelen (dus geen VZW want winst) ORGANISATIEVORMEN: 1. Eensmanszaak (geen vennootschap) +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Voordelen | Nadelen | +===================================+===================================+ | - Geen minimumkapitaal, | - **Onbeperkte | | bankattest, financieel plan | aansprakelijkheid** | | of oprichtingsakte | | | | - Ondernemer moet alles zelf | | - Beslissingsmacht, bestuur en | financieren | | werking ligt bij 1 persoon | | | | - Beperkte bestaansduur | | - **Minder boekhoudkundige en | | | administratieve | - Erfopvolging (alles hangt | | verplichtingen (je moet niks | af van natuurlijke | | publiceren vb. JR)** | persoon) | | | | | - Grote autonomie, | - Ziekte/sterfgeval | | flexibiliteit | | | | - Beperkte activiteiten | | - Alle winst voor eigenaar | | | | - Hogere tarieven in | | | personenbelasting (heel hoog | | | als het goed gaat) | +-----------------------------------+-----------------------------------+ 2. Vennootschap +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Voordelen | Nadelen | +===================================+===================================+ | - Scheiding van privé en | - Meer administratieve | | bedrijfsvermogen (failliet: | verplichtingen | | je kan enkel inbreng | | | verliezen); aankoop beurs: | - Beleid en winst over meerdere | | enkel aandeel kwijt | personen verdeeld | | | | | - **Vaak beperkte | - Bij grote bedrijven: | | aansprakelijkheid** | scheiding van aandeelhouders | | | en management controle | | | noodzakelijk | | | | | - Kapitaalverhoging: pri. verm. | - Meer oprichtingskosten | | → verm. VN: risico | | | aandeelhouder groter | - Reële macht klein bij groot | | | aantal aandeelhouders | | | (moeilijk zelf verandering | | | inbrengen) | | - Verschillende personen kunnen | | | investeren | | | | | | - Onbeperkte bestaansduur | | | | | | - Lagere tarieven | | | vennootschapsbelasting (25%) | | | | | | - Meer deskundigheid | | | | | | - Gemakkelijker krediet te | | | krijgen | | +-----------------------------------+-----------------------------------+ 3. Vereniging (belangenloos, bepaalde activiteiten, geen rechtstreeks vermogensvoordeel) +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ | | Vennootschap | Vereniging | +=======================+=======================+=======================+ | Wat | Rechtshandeling | Rechtshandeling | +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ | Aantal personen | Één of meer personen | Twee of meer personen | | | (vennoten) | (leden), | | | | pluraliteitsvoorwaard | | | | e | +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ | Inbreng | Noodzakelijk: | Niet noodzakelijk | | | | | | | - In geld | | | | | | | | - In natura | | +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ | Voorwerp | Één of meer | Één of meer | | | welbepaalde | welbepaalde | | | activiteiten | activiteiten | +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ | Doel | Rechtstreeks of | Belangeloos (geen | | | onrechtstreeks | rechtstreeks of | | | vermogensvoordeel | onrechtstreeks | | | | vermogensvoordeel) | +-----------------------+-----------------------+-----------------------+ *Vennootschapsvormen* - Handelsvennootschappen met rechtspersoonlijkheid - Naamloze vennootschap (NV) - Aandelen staan niet op naam: je kan aandelen verkopen aan gelijk wie zonder toestemming andere aandeelhouders (alle VN in België) +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Voordelen NV | Nadelen NV | +===================================+===================================+ | - Mogelijkheid tot | - Onpersoonlijk karakter | | bijeenbrengen grote kapitalen | | | | - Aandeelhouders geen | | - Beperkte aansprakelijkheid | persoonlijke controle | | | | | - Verhandelbaarheid aandelen | - Wanneer op de beurs | | | genoteerd: 'raider' operaties | | - Scheiding leiding en | | | kapitaalverschaffing | - Zwaardere | | | oprichtingsvereisten | | - Verzekering van continuïteit | | | | | | - Open karakter | | | | | | - 1 aandeelhouder volstaat | | +-----------------------------------+-----------------------------------+ - NV blijft bestaan tot je vereffent of failliet gaat - Besloten vennootschap (BV) - Je hebt kliekje aandeelhouders, aandelen op naam, je hebt toestemming nodig van bestaande aandeelhouders om aandelen te verkopen BV NV -------------------------------- --------- --------- Minimum vennoten 1 1 Aansprakelijkheid Beperkt Beperkt Minimumkapitaal Geen 61500 Minimumvolstorting Geen 61500 Minimumvolstoring per aandeel Geen 25% Financieel plan bij oprichting Vereist Vereist Oprichtersaansprakelijkheid Ja - NV: kapitaalsvennootschap, bij oprichting minstens 25% maar moet 61 500 euro zijn minstens - BV: geen kapitaalsvennootschap, niet kapitaal maar inbreng: kapitaalverhoging,... niet van toepassing bij BV - Oprichtingsaansprakelijkheid: als vennootschap kopje onder gaat in eerste 2 jaar kan je onbeperkt aansprakelijk zijn als je inbreng te weinig is (niet voldoende om activiteiten op te vullen) → bepaald door rechter - Volstorting: aandeelhouders hebben volledige bedrag betaald voor de aandelen die zij in een vennootschap bezitten BV NV ---------------------------- -------------------------- ---------------------------------------------------------------------- Overdraagbaarheid aandelen Beperkt, tenzij statuten Onbeperkt Bestuur 1 of meer bestuurders Bestuursorgaan met minstens 3 bestuurders, tenzij \ - NV: nominale waarde of fractiewaarde (restricties wat erop geplaatst mag worden, fractiewaarde vertegenwoordigd één specifiek aandeel in vennootschap) - BV: reële waarde vastgelegd door bestuurders (eenvoudiger, alles in zelfde pot) - Coöperatieve vennootschap (CV) - Vennootschap onder firma (VOF) - Commanditaire vennootschap (Com V) - Startend bedrijf: zal vaak VN kiezen (BV of NV) + geen minimum kapitaal en beperkte aansprakelijkheid *Oprichting van een vennootschap* STAPPEN BIJ OPRICHTING: 1. Opstellen statuten en oprichtingsakte - Afspraken tussen oprichters over werking en bestuur - Afspraken worden **statuten** van de vennootschap genoemd, worden in oprcihtingsakte vermeldt (wie mag wat doen, wanneer mag die dat doen, wie mag welke beslissing nemen) - Oprichtingsakte wordt verleden voor notaris (**authentiek**) - Oprichtingsakte wordt officieel vastgelegt en ondertekent, oprichting van rechtspersoon wordt dan rechtsgeldig (rechten en plichten) - Vanaf verlijden oprichtingsakte heeft vennootschap **rechtspersoonlijkheid: vennootschap mag vanaf dat moment zelf beslissingen nemen, dingen verkopen,... (kan ook aangeklaagd worden)** 2. Ontwerpen financieel plan - Neerslag van plannings- en begrotingsproces - Verantwoording aanvangsvermogen (2 jaar activiteit) - **Verplicht** bij oprichting NV en BV (en CV) - Wordt niet openbaar gemaakt, maar bewaard door notaris (je kan het financieel plan andere ondernemingen niet bekijken) ! belangrijk voor oprichtersaansprakelijkheid ! *Inhoud?* 1. **Identificatiegegevens** 2. Omschrijving van voorgenomen **activiteit** - Het verlenen van diensten en adviezen aan personen en bedrijven, in het algemeen met betrekking tot catering en uitzendkoks en alles wat daarmee rechtstreeks of onrechtstreeks verband houdt. - SIDE is een boekenwinkel met diensten i.v.m. boekhoudkundig advies. De activiteiten van SIDE bestaan uit het verkopen van boekhoudkundige boeken en het leveren van boekhoudkundig advies 3. Overzicht van **financieringsbronnen** - Inbreng door de eigenaars (inbreng en (achtergestelde) leningen, R/C Vennoten) - Financiering door banken met eventueel verstrekte zekerheden (bijv. hypotheek) - Verstrekte zekerheden: garanties die schuldenaar aan schuldeiser geeft om terugbetaling lening te waarborgen - Wat is inbreng eigenaars? Hoeveel hiervan wordt meteen doorgestort? Wie gaat wat financiëren? 4. Openings**balans**, een balans na 12 maanden en 24 maanden - EV kan je enkel aan als onderneming failliet gaat 5. **Resultatenrekeningen** na 12 maanden en 24 maanden 6. Begroting van **verwachte inkomsten en uitgaven** voor min. 2 jaar - Wat gaat bankrekening beïnvloeden en wat gaat winst en verlies beïnvloeden? - Inkomsten en uitgaven per maand (↔ RR: kosten en opbrengsten) - Doel: verifiëren of er geen cashflowprobleem zal ontstaan - Kasplanning: evolutie van de liquide middelen rekening houdend met BTW (↔ RR: kosten en opbrengsten zonder BTW), geen liquiditeitsproblemen - Opgedeelde in 3 categorieën 1. Operationele cyclus: dagdagelijkse activiteiten 2. Investeringscyclus: investeringen in vaste activa (geld dat in VA rendement gaat opleveren) 3. Financieringscyclus: welk vermogen is er beschikbaar? Inkomsten en uitgaven die samenhangen met wie financieert het - **BTW** - heeft invloed op de liquide middelen van de vennootschap - Is geen kost of opbrengst: geen invloed op de winst van het boekjaar - Aankopen: exclusief BTW in resultatenrekening - Verkopen: exclusief BTW in resultatenrekening - **Voorraadwijziging** - Toe rekenen aankoopkosten gebeurt bij effectieve verkoop van goederen - Geen boeking op voorraad bij aankoop en verkoop handelsgoederen - Indien geen verkoop: voorraad (op de activazijde van de balans) - In resultatenrekening: - Voorraad stijgt: Aankoop handelsgoederen in het boekjaar -- stijging voorraad (de toegenomen voorraad staat immers al op de balans) - Voorraad daalt: Aankoop handelsgoederen in het boekjaar + stijging voorraad (de toegenomen voorraad staat immers niet langer op de balans) - **Betalingsuitstel** - Opbrengsten en kosten worden toegerekend aan de periode en opgenomen in de jaarrekening over de periode waarop zij betrekking hebben (**toerekeningsprincipe**) - Opbrengsten worden geacht gerealiseerd te zijn indien er voldoende zekerheid bestaat dat de bedragen geïncasseerd zullen worden (**realisatieprincipe**) - Bijgevolg worden verkopen als opbrengst (**resultatenrekening**) geboekt in een boekjaar, zelfs als deze nog niet effectief zijn betaald door de klant. Aankopen worden als kost aangerekend aan een boekjaar, zelfs al heb je deze nog niet effectief betaald aan je leverancier (let wel op met voorraadwijzigingen). - In de kasplanning (begroting verwachte inkomsten en uitgaven) wordt wel rekening gehouden met wanneer iets effectief wordt betaald/ontvangen. 7. **Hypotheses** gehanteerd bij inschatting omzet en rentabiliteit - **Exploitatiebudget**: Een beschrijving van de gehanteerde hypotheses bij de schatting van de verwachte omzet en de verwachte rentabiliteit binnen een bepaalde periode (helpt bij bewaken operationele kosten en bijsturen winstgevendheid) - Wat gaan we realiseren aan opbrengsten? Omzet? - Wat gaan we hebben aan kosten? - Resultaten ook beïnvloed door andere budgetten? - **Investeringsbudget**: wat hebben we nodig aan investeringen om deze opbrengsten te kunnen realiseren? - **Financieringsbudget**: wat hebben we aan financiële middelen nodig om deze plannen te kunnen realiseren? - Wat als verkopen tegenvallen? Wat als klanten niet betalen? - Wat als er een extra noodzakelijke investering moet gebeuren? 8. Naam van extern **deskundige** die bijstand heeft verleend bij de opmaak (indien van toepassing) - Wat als verkopen tegenvallen? Wat als klanten niet betalen? - Wat als er een extra noodzakelijke investering moet gebeuren? - Kan je nadenken over situaties waarin de vennootschap hierboven niet leefbaar zou zijn? - Wetgever wil dat je als startende onderneming nadenkt over activiteiten die je gaat uitvoeren en continuiteit ervan 3. Aanstellen bedrijfsrevisor - Enkel verplicht bij inbreng in natura - Is inbreng (in natura) niet overgewaardeerd? Je kan andere aandeelhouders bedriegen door te grote waarde toe te kennen aan voorwerp - Gaat IVA onderzoeken en inschatting maken over prijs - Verslag (besluit in notariële akte) - Beschrijving inbreng elke vennoot - Toegepaste waarderingsmethoden - Werkelijke vergoeding als tegenprestatie - Deze verplichting werd in het verleden vaak omzeild door eerst geld in te brengen en na oprichting de goederen aan de vennootschap te verkopen **Quasi-inbreng (binnen 2j)** gelijkaardige verplichting in de **NV** 4. Storting inbreng in geld - Op **geblokkeerde** rekening van de vennootschap - Storting moet gebeurd zijn voor je naar notaris gaat → bewijs van storting bank - Vennootschap heeft nog geen rechtspersoonlijkheid voor notaris dus op geblokkeerde rekening 5. Oprichting vennootschap - Verlijden van de oprichtingsakte - Notaris bezorgt bewijs van oprichting aan: - De **financiële instelling** zodat de rekening gedeblokkeerd kan worden - De **griffie van de rechtbank van koophandel** zodat (griffie: administratie binnen rechtbank/gerechtshof): - Het gepubliceerd kan worden in de Bijlagen tot het Belgisch Staatsblad - De onderneming ingeschreven kan worden in de Kruispuntbank voor Ondernemingen (KBO) 6. Inschrijven in de Kruispuntbank voor Ondernemingen - Toekennen ondernemingsnummer 7. Inschrijving in het UBO-register 8. Aanvraag BTW-nummer 9. Publicatie uittreksel akte van oprichting in Belgisch Staatsblad Ex Ante: ***Financieel plan*** belangrijke waarde voor het inschatten van de **overlevingskans** van een vennootschap vooral de effectieve activiteiten starten (niet gepubliceerd) Ex Post: een ***neergelegde jaarrekening*** (gepubliceerd?) Analyse Jaarrekening → financiele gezondheid en leefbaarheid van een bedrijf opvolgen Hoofdstuk 2: Inleiding analyse van de jaarrekening *Definiëring en nut van analyse van de jaarrekening* **Ex ante** financiële informatie: financieel plan (starter, toekomst gericht) **Ex post** financiële informatie: jaarrekening (met kijk op het verleden) Enkele concrete vragen die analist zich zal stellen? Bijvoorbeeld: 1. Zijn er voldoende middelen om de investeringen te financieren? 2. Zijn er voldoende middelen voor de financiering van de dagelijkse activiteiten? 3. Is het winstniveau voldoende hoog van de onderneming ? 4. Zijn de commerciële activiteiten voldoende winstgevend? 5. Kunnen de schulden ten opzichte van de banken terug betaald worden? 6. Is er bijkomende leningscapaciteit voor de schulden? - Doel financiële analyse? - Ratio's berekenen - Gezondheidstoestand van het bedrijf in kaart brengen - Actieplan ontwikkelen op basis van de uitkomst van de financiële analyse: - Kosten snoeien, opbrengsten verhogen, \... - Ruimte voor investering, verhoging omzet,\... - Kapitaalverhoging doorvoeren *Publicatieverplichtingen: welke vennootschappen moeten publiceren?* - Belgische vennootschappen - NV, BV, CV en VOF - NV's en BV's moeten publiceren omdat ze beperkte aansprakelijkheid hebben (enkel activa bedrijf kunnen verkocht worden om schulden vennootschap te betalen) - Uitzondering voor kleine vennootschappen VOF en CV - Buitenlandse vennootschappen voor de in België gevestigde bijkantoren → individuele ondernemer die als zelfstandige zijn zaak uitbaat moet geen jaarrekening publiceren *Publicatieverplichtingen: wanneer moet financiële informatie gepubliceerd worden?* - Binnen de 30 dagen na goedkeuring van jaarrekening door de AV (maximum 6 maanden na afsluiten boekjaar), AV = Algemene vergadering - Boekjaar is normaal 12 maanden en kan verlengd worden tot 24 maanden -1 dag - Ten laatste 7 maanden na afsluiten van het boekjaar: op 7 maanden kan er veel gebeuren (niet alle info dus even tijdig, met vertraging gepubliceerd) - Zo laat mogelijk jaarrekening publiceren → leveranciers lezen dit, zij nemen beslissingen obv de jaarrekening - Vb. Uiterste datum waarbij gegevens beschikbaar werden voor Duvel (30 juni) → 1 maand voor goedkeuring (31 juli) *Publicatieverplichtingen: waar moet er gepubliceerd worden en waarom?* - Nationale Bank van België (bijna half miljoen jaarrekeningen per jaar) - Sanctie voor niet-publicatie: aansprakelijk voor 'door derden geleden schade behoudens tegenbewijs' → als je niet publiceert: hoofdelijk aansprakelijk gesteld worden *Publicatieverplichtingen: wat moet gepubliceerd worden?* **Schema van jaarrekening afhankelijk van rechtsvorm:** - **NV: Kapitaalvennootschap** - Minimaal 61500 of 25 % van het geplaatst kapitaal - **BV: Kapitaalloze vennootschap** - Geen minimum inbreng van de aandeelhouders - Hoe ouder cijfers, hoe minder financiële installatie betrouwbaar is - Hoe fijner analyse → hoe meer ratio's berekend kunnen worden  - BV: kapitaalloze vennootschap, je moet niks aanleggen - NV: je moet wettelijke reserves aanleggen → geen verschil op actiefzijde *Publicatieverplichtingen: wie moet wat publiceren?* - Micro-onderneming: jaarrekening in micro-vorm (MIC) - Kleine onderneming: jaarrekening in verkorte vorm (VKT) - Grote onderneming: jaarrekening in volledige vorm (VOL) → graad van detail en betrouwbaarheid van informatie (grote onderneming het hoogst)  Voordeel Micro en Verkort: omzet niet publiceren, enkel bruto-marge → rentabiliteitsratio's zijn dus niet berekenbaar (concurrenten weten niet hoe je het doet) + geen jaarverslag of verslag van commissaris indienen - Jaarverslag moet enkele zaken bevatten - Getrouw beeld over ontwikkeling en resultaten + beschrijving voornaamste risico's - Feiten die gebeurd zijn na balansdatum (tussen afsluiting boekjaar en goedkeuring AV) → Bank kredieten opgeschort? Belangrijke klant afgehaakd? Gebouw afgebrand? - Inlichtingen over omstandigheden die betrekkening hebben tot ontwikkeling vennootschap - Informatie over werkzaamheden in gebied O&O - Gegevens over bestaan bijkantoren vennootschap - Bij langdurig (meer dan 2 jaar) verlies an het boekjaar: verantwoording toepassing waarderingsregels in veronderstelling continuïteit - Commissaris voert wettelijke controle op de jaarrekening - Getrouw beeld: een juiste/betrouwbare weergave van cijfers → niet/beetje betrouwbaar? Nodig voor berekening ratio's - Continuïteit: of onderneming binnen jaar nog gaat blijven bestaan → enkel leveren tegen contante betaling want risico op niet-betaling is te groot - Verslag van de commissaris bevat: - Een inleiding - Een beschrijving van de reikwijdte van de controle - Een vermelding die aangeeft dat de boekhouding is gevoerd volgens de wettelijke en reglementaire voorschriften - Een oordeel waarin de commissaris aangeeft of de jaarrekening een getrouw beeld geeft - Een verwijzing naar bepaalde aangelegenheden waarop de commissaris in het bijzonder de aandacht op vestigt - Een oordeel dat aangeeft of het jaarverslag in overeenstemming is met de jaarrekening - Een verklaring betreffende materiële onzekerheden - Een vermelding die aangeeft of de resultaatverwerking in overeenstemming is met de statuten en met het wetboek - De vermelding dat zij geen kennis hebben gekregen van overtredingen van de statuten of het wetboek - Een vermelding dat zij geen opdrachten hebben verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de jaarrekening en dat zij in de loop van hun mandaat onafhankelijk zijn gebleven tegenover de vennootschap - De vestigingsplaats van de commissaris(sen) *Geconsolideerde jaarrekening* - Voor groepen van ondernemingen - Verschillende ondernemingen met een zelfde aandeelhouder - Controle in rechte of in feite - Vb. A heeft controle over B en C → groepsjaarrekening (alsof het 1 bedrijf is) - Balanstotalen A, B, C en D optellen (4 enkelvoudige jaarrekeningen en 1 geconsolideerde jaarrekening - Wie moet binnen deze groep een jaarrekening opstellen en neerleggen? - Duvel(A) participaties in DeKoninck(B) en La Chouffe(C): aandelen overgekocht - Staan op financiële vaste activa Duvel - Duvel moet jaarrkening maken, Dekoninck ook en la chouffe ook (enkelvoudige jaarrekeningen → hier gelden rechten en plichten schuldeisers) - Bank geeft lening aan la chouffe → la chouffe gaat failliet (bank kan niet vragen aan Duvel om schulden te betalen) - Rechten bank zitten op hoogte vennootschap en niet op hoogte groep - Groep moet geconsolideerde jaarrekening opstellen, tenzij: - Beperkte omvang, indien men niet meer dan één van volgende criteria overschrijdt: - Jaaromzet, exclusief belasting over de toegevoegde waarde: 42.500.000 euro - Jaargemiddelde aantal werknemers: 250 - Balanstotaal: 21.250.000 euro - Vb. Stel la chouffe voldoet niet aan volledig schema: zijn niet verplicht aan volledig schema te rapporteren (kan verkort) → maar vaak doen ze volledig als ze in groep zijn (iedereen hetzelfde) - Dochtervennootschap is van een moedervennootschap die geconsolideerde jaarrekening opstelt - ! elk individueel vennootschap moet een jaarrekening opstellen ! - ! als moedermaatschappij kan je nooit micro rapporteren ! - Geconsolideerde jaarrekening geeft een zuiverder beeld van de prestaties van een groep (resultaten binnen groep minder rekbaar) - MAAR rechten en plichten van de schuldeisers (bijvoorbeeld banken) op niveau van een vennootschap - Als onderneming geconsolideerde jaarrekening heeft opgesteld: moedermaatschappij *Besluit* **Waarom zou u als financieel analist een jaarrekening volgens volledig schema verkiezen?** - Hogere graad van detaillering in balans en resultatenrekening (volledig schema tov micro/verkort schema) - Toelichting uitgebreider - Jaarverslag - Verslag van de commissaris **Hoeveelheid en kwaliteit** van de informatie zal **verschillen** naar gelang de grootte van de onderneming → wees voorzichtig als financieel analist Hoofdstuk 3: Voorbereidende werkzaamheden *Voorbereidende fase: doelstelling* - Alle beschikbare informatie gebruiken - Ratio's berekenen zonder voorbereidende informatie over het bedrijf te verzamelen kan leiden tot foutieve conclusies! - Soms zijn voorbereidende werkzaamheden al voldoende om oordeel te vormen - Als commisaris opmerking maakt op continuiteit → geen ratio's meer berekenen *Voorbereidende werkzaamheden op sectorniveau* - Kijken in welke sector onderneming actief is (winstgevende sector?) - vb. diepvriesbedrijf in groenten vergeleken met een marktkramer van verse groenten - Rekening houden met specificiteiten van de sector en bepaalde risico's - bv. Regulering , subsidiëring van bepaalde sectoren - Sector beïnvloedt structuur balans, balansstructuur bepaalt ook ratio - Speelt regulering een rol? Ja, je moet hier rekening mee houden bij bekijken financiële gezondheid, zorgen voor extra risico's - Eerst sector begrijpen voor bepaling balansstructuur - Een ratio op zich heeft weinig betekenis: - Benchmarken van financiële prestaties - Tegenover de prestaties van de sector (NBB), hieruit kan je deze sectorgegevens halen : - Financiële ratio's - Opvraging over meerdere jaren mogelijk - Opvraging volgens volledig/verkort/micro schema - MAAR ZEER GEAGGREGEERD/VERTRAAGD (2020) - Tegenover de prestaties van zelfgekozen peers in de sector - Benchmarken is belangrijk (winst 5% is niet in elke sector goed) DIA 8 EN 9 *Voorbereidende werkzaamheden op ondernemingsniveau* *1. algemene informatie* - Leeftijd en aandeelhoudersstructuur/groepsstructuur - Vb. Duvel 1871 + familie Moortgat 100 % eigenaar sinds de delisting van de beurs in 2012 - Als er in de balans FVA staan dan is onderneming vaak moederonderneming - Toelichtingen: - Dochterondernemingen gezond? (vol 6.5.1) - Onderlinge relaties: dividenden, leningen en vorderingen,... (vol 6.15) - Onderneming moeder of dochter? (vol 6.18.1) *2. informatie die betrekking heeft op het boekjaar* - Commissarisverslag: commissaris velt oordeel obv jaarverslag (laatste element jaarrekening) - Oordeel zonder voorbehoud - Oordeel met voorbehoud: 1 rubriek jaarrekening die volgens rivisor niet oke is berekend (die niet gewaardeerd is volgens getrouw beeld) → eerst correctie uitvoeren (je kan wel nog ratio's gaan berekenen) - Afkeurend oordeel: in totaliteit wordt er geen getrouw beeld gegeven over jaarrekening (als je ratio berekend voldoet dit niet aan realiteit, je kan hiermee niet werken) - Onthoudend oordeel: commissaris wil geen uitspraak doen over jaarrekening - Het type verslag geeft het oordeel van de revisor weer over de continuïteit en getrouw beeld van de jaarrekening - Ieder verslag dat anders is dan goedkeurend verslag zonder voorbehoud: slecht teken DIA 26 -- 31 - Jaarverslag - Opgelegd door vennootschapswetgeving (boek 3, artikel 3:5) - Verslag van bestuurders of zaakvoerders waarin zij rekenschap geven van hun beleid (alleen voor ondernemingen die publiceren volgens het volledig schema) - Inhoud: - Belangrijke feiten na balansdatum (**tijdigheid** van de jaarrekening) - Motivatie waarom waardering op basis van continuïteit belangrijk is - Risico analyse - Verbale toelichting bij de resultaten die gevonden worden in de toelichting - Inlichtingen over de omstandigheden die de ontwikkeling van de vennootschap aanmerkelijk kunnen beïnvloeden - Informatie over de werkzaamheden op het gebied van onderzoek en ontwikkeling - Waarom nuttig? - toekomstige verplichtingen - opsplitsing van de omzet per productlijn of per geografische regio. - Waarom er bepaalde grote evoluties zijn in ratio's - Belangijke feiten na balansdatum - Relaties met bankiers - Bepaalde risico's - Inhoud verschilt va bedrijf tot bedrijf (hoe meer aanhouderschap verspreid is, hoe hoger kwaliteit) DIA 37 -- 40 - Vb. Duel in 2024: cyberaanval, relatief weinig effect (kosten onder beheersing) - Waarderingsregels (hoe je waardeerd) en gebruikte accountingstandaarden - Bepalen gerapporteerde winst/EV 4. Accountingstandaarden - Welke? - Belgian GAAP (niet-beursgenoteerd, enkelvoudige jaarrekening) - IFRS (geconsolideerde jaarrekening, beursgenoteerd) - US GAAP (Amerikaanse bedrijven) - Waarom gebruiken? - Kunnen winst/eigen vermogen van het boekjaar beïnvloeden - Voorraden: **IFRS** : alleen full costing, **Belgian GAAP**: full costing of direct costing - Goodwill: **IFRS** : niet afschrijven maar waardeverminderingen, **Belgian GAAP**: afschrijven over 10 jaar - Onroerende goederen: **IFRS**: fair value (markt waarde), **Belgian GAAP**: NBW gebaseerd op historische prijzen 5. Winstmanagement door gebruik flexibiliteit in waardering - Winst: rekbaar begrip 'boekhoudstandaarden; je kan je winst sturen, boekhoudkundig kader verschilt) 6. Consistentie van de waarderingsregels DIA 45-56 Ratioanalyse ga je later altijd nodig hebben (ratio heeft opzich geen betekenis) Peersen: concurrenten zelf kiezen om te vergelijken Door flexibiliteit en waarderingsregels: winst rekbaar begrip Bouwsector: rente staat hoog -\ bouwprojecten worden minder snel uitgevoerd, minder snel winst - BIU: waardering met toegerekende winst (deel winst in resultaat boeken zonder dat bestelling al uitgevoerd is) - Verleende waarborgen (hypotheek op een gebouw, als bank hypotheek heeft op gebouw, bij faling: gebouw verkocht, opbrengst naar bank) (pandhandelsgrond: machines, helft voorraden, vorderingen: geld hiervan gebruiken, geven aan bank) (aandelen: vb overnames met leningen, faling: opbrengst naar bank) - Vol 6.9: niveau van gewaarborgde schulden - Vol 6.14: aard van de waarborg - Vol 6.15: waarborgen verbonden ondernemingen - Als je verleende waarborgen hebt: preferentiële partner wanneer onderneming failliet gaat Zeer belangrijk voor: - Onbevoorrechte schuldeisers (bij faling), banken met waarborg worden betaald voor leveranciers - Vertrouwen van de banken - Inschatten van bijkomende leningscapaciteit van een onderneming - Falingskans ook afhankelijk van eigen waarborgen verleend/verkregen maar ook aan/van ondernemingen binnen de groep - Actief maar 1 keer in waarborg geven Waarom bekijken? - Ondernemingen in moeilijkheden: - Veel waarborgen kunnen wijzen op weinig vertrouwen van de banken - Risico in bedrijf is groter (afwezigheid waarborgen: vertrouwen bank) - Gezonde ondernemingen: - Afwezigheid van waarborgen wijzen op nog veel bijkomende leningscapaciteit en vertrouwen bankiers - Waarborg tekenen voor schuld dochteronderneming of onderneming in groepsstructuur vb. Duvel brengt waarborg in voor L'achouffe (Veritas borg getekend voor schuld Duitse moeder, Duitse moeder wou Veritas uitbreiden in Duitsland, niet gelukt -\> Veritas moet betalen) Nadelen nemen waarborgen: - Duur (notaris) - Wat als er meerdere banken zijn? (rangorde) - Bij waarborg afspreken wie komt er eerst in rangorde - Wat als de activa in het buitenland zitten? Covenanten (ik moet geen waarborg hebben maar financiële ratio's bepaalde minima en maxima, wordt in contract gezet, want waarborgen duur) - Bank legt contractueel bepaalde waarden op voor ratio's - Vereisten voor ratio's in leningsovereenkomsten - Bv. De schuldgraad mag nooit hoger zijn dan 65 %, winst moet minimum 5% zijn - Niet verplicht te publiceren (gaat veranderen in 2027), wel risico publiceren - Wel indien ze geschonden worden (bv. belangrijk feit na balansdatum in jaarverslag) - Mogelijkheid 1: krediet opschorten - Mogelijkheid 2: doen alsof covenant niet heeft plaatsgevonden - Faillissement Bristol: - Laatst gepubliceerde jaarrekening: 2023 niet gepubliceerd!!! - In toelichting: belangrijk risico - Solvabiliteit niet behaald (schending covenanten) - Waiver ontvangen door bank (breachen covenanten: signaal dat prestaties bedrijf niet goed zijn) - Als je covenanten niet terugbetaald: dingen verkopen - Verleende waarborgen Duvel: - Zijn er financiële schulden op de balans? Ja - Zijn er verleende waarborgen binnen de onderneming/binnen de groep? - Vol 6.9: niveau van gewaarborgde schulden (geen gewaarborgde schulden, toont veel vertrouwen bank) - Vol 6.14: aard van de waarborg ( - Vol 6.15: waarborgen verbonden ondernemingen (geen waarborg getekend door Duvel of dochterondernemingen die aan Duvel wouden lenen) - Zoja hangt af van prestaties ander bedrijf ook DIA 65-75 - Besluit Voorbereidende werkzaamheden zijn zeer belangrijk om falingsrisico van een bedrijf in te schatten, wat zijn knipperlichten? - Moeilijke sector - Geen groepsstructuur of groepsstructuur met verlieslatende ondernemingen in de groep - Verslag van de commissaris die anders dan goedkeurend is - Additionele risico's in verslag van raad van bestuur: disputen, extra risico's, schenden van covenanten of belangrijke feiten na balansdatum (met negatieve ondertoon) - Positieve winststuring door activeren kosten, aggressieve waarderingsmethodes, wijziging waarderingsregels (overmatig winst proberen voor te stellen?) - Veel waarborgen of strenge covenanten (banken weinig vertrouwen) - Voorbereidende werkzaamheden Duvel Alle indicaties van een goed presterend onderneming: - Positief: - Goed presterende groep - Betrouwbare familiale aandeelhouder - Geen opmerkingen van commissaris - Geen materiële feiten na balansdatum - Veel vertrouwen van de bankiers - Betrouwbare cijfers - Negatief: - Geen individuele info over prestaties dochterondernemingen (het EV en winst dochetrondernemingen publiceren: wij kunnen niet weten wat deze cijfers zijn voor buitenlandse dochterondernemingen) - Vergelijken met peers - Allemaal familiebedrijven of dochters van familiebedrijven - Omer: maar 1 vennootschap - Verschillende waarderingsregels - Je kan zien wie de zwakste zijn qua financiële gezondheid: - Moeten waarborgen geven: Van Honsebrouck en Halve maan - Achtergestelde lening: Halve maan (lening aandeelhouder) - Leasingsschulden, obligatieleningen - De Koninck krijgt geld van moederonderneming Hoofdstuk 4: Kerncijfers balans *Bepaling kerncijfers balans* - Doel: - Falingskans vastleggen op basis van de balans - Is de balansstructuur van de onderneming al dan niet gezond? - Kerncijfers die als basis dienen voor het berekenen van de liquiditeits- en solvabiliteitsratio's - Voorbeeld: - 2 broers krijgen 40 000 voor het oprichten van een bedrijf en 10 000 banklening KT (na 6 maanden wordt banklening opgezegd) - Café: - Veel MVA (tap, stoelen,...) - Schulden? Betalen met MVA → je kan het café niet verderzetten (je kan geen opbrengsten meer realiseren) - MVA niet gefinancieerd met LT, maar met KT lening - LT activa niet gefinancieerd door LT prongen? Falinskans groter - Groothandel bier: - Sorteermachine kopen + veel voorraden - Schulden? Betalen door grote korting op voorraden → cash geld om terug te betalen - Machine gefinancieerd met LT kapitaal - Gezondheid balans: termijnen kredieten moeten juist zijn - Basisregel financiële gezondheid bedrijf: termijnen passiva en activa moet kloppen (opsplitsen in LT en KT) - Activa: - MVA: LT - Voorraden: KT - Machines: LT - Passiva: - Kapitaal: LT - Schulden \< 1j: KT - Afkortingen - Permanent Vermogen: PV (= EV + VVLT: moeten uitgebreide VA financiëren) - Uitgebreide vaste activa: UVA - Beperkte vlottende activa: BVlA (vorderingen zijn er op meer dan een jaar uit) - Vreemd vermogen korte termijn: VVKT - Balans: - Vlottende activa - Vorderingen op meer dan 1 jaar: kan je niet realiseren binnen een jaar zonder continuïteit in gedrang te brengen, verplaatsen naar uitgebreide vaste activa: 21/28 +29 (VA + vorderingen op meer dan een jaar), kan je niet omzetten naar liquiditeit op 1 jaar - Passiva (LT): EV, voorzieningen en schulden \> 1j - Voorzieningen: voorlopige schulden - Groen: KT schulden - Wat kan je realiseren binnen jaar: vorderingen op minder dan een jaar - Wat je kan realiseren binnen een jaar moet groter zijn dan wat opeisbaar is binnen een jaar - LT vaststellingen mooeten gefinanciërd worden door LT bronnen - Cijfers zeggen niet alles ! - BVlA \< VVKT of PV \< UVA - Kijken naar eisbaarheid schulden: hoe zijn KT schulden samengesteld? + plaatsen volgens eisbaarheid - Toelichting gebruiken: vervallen RSZ schulden: overheid kan faillissement aanvragen - Overige schulden laatst: schulden binnen groep en schulden tov aandeelhouders (zeer lage eisbaarheid) - Iemand binnen groep/aandeelhouder zal schuld niet opeisen als dit leidt tot het faillissement van het bedrijf/betalingsproblemen - Hoe eisbaarder schulden: hoe meer liquide middelen je nodig hebt om schulden terug te betalen (hoe meer liquide, hoe hoger realiseerbaarheid FVA is) *Samenstelling kerncijfers balans* - Voorbeeld:  - Wat je kan realiseren binnen jaar is lager dan eisbaarheid binnen jaar → geen probleem indien schulden lagere eisbaarheid hebben - Y grotere falingskans: eisbaarheid schuld is groter (want VVKT bij bank en niet bij leverancier): realiseerbaarheid BVLA Y zwakker dan X omdat er minder echte liquiditeiten inzitten → dieper kijken - Y permanent vermogen bestaat uit minder EV dan bij X (als ondenreming niks doet aan verliezen: falingskans nog groter) → aan FVA meer risico's: moeilijker om waarde uit dochteronderming te halen (niet elk aandeel leidt tot positieve cash, enkel als dochteronderneming goed draait) - Eisbaaarheid van de schulden: mate waarin je schuld kan opeisen - FVA meer risicovol dan MVA: op gebouw kan je altijd waarde plakken, FVA kan naar waarde 0 gaan (hangt samen met prestaties dochteronderneming) - Bespreking van de samenstelling van de onderliggende componenten - Eisbaarheid VVKT (lage eisbaarheid) - Zijn er bevoorrechte schuldeisers (RSZ, belastingen, personeel)? - Aandeel bankschulden/ handelsschulden/overige schulden (aandeelhouder/verbonden onderneming gaat nooit schuld opeisen als dit faillissement dreigt te hebben als gevolg: want intragroepsschulden) - Samenstelling BVLA (hoge realiseerbaarheid) - Hoe liquider, hoe meer realiseerbaar - Hoeveel 'echte' liquiditeiten? Hoeveel voorraden? Niet te veel niet-realiseerbare vorderingen? Realiseerbaarheid BVLA [boven] VVKT - Vervallen schulden: moesten al betaald zijn (bij RSZ: kunnen eenzijdig failissement opleggen) → je gaat geen lening krijgen *Voorstel tot remediëring* - Voorbeeld remediëring 'ongezonde balansstructuur' - PV verhogen en VVKT verminderen (moeilijk voor ondernemingen in moeilijkheden) - Meer lange termijnschulden - Meer EV - Rentabiliteitssituatie verbeteren - UVA verminderen - Desinvesteren : VA verkopen (je krijgt LM), effectiefst op KT - balansstructuur: gezonder (vroeger: 600 tekort op BVLA: LT-vastleggingen 600 tekort) - wat je realiseert binnen jaar: 500, wat wordt opgeeist: 600 - gezonder maar nog niet 100% optimaal - BVLA verhogen - VVKT verlagen - Voorbeeld Ghelamco - Gevolg gezondheidsstructuur balans? - UVA zullen dalen, BVLA zullen stijgen - Balansstructuur zal gezonder worden *Samenvattend: gezonde balansstructuur* - STAP 1: Hoe ziet een gezonde balansstructuur eruit? - Financieel risico op KT - PV \> UVA - BVLA \> VVKT - Financieel risico op LT - De verhouding EV/TV \> 1/3 - STAP 2: Bespreking deelcomponenten van een gezonde balansstructuur - Samenstelling van PV (EV), UVA (risico), BVLA (realiseerbaarheid), VVKT (eisbaarheid) - STAP 3: Mogelijke remediering *Toepassing Duvel* 1. Argumenteer op basis van de **kerncijfers** van de balans of de balansstructuur van Duvel in 2023 gezond is. - UVA: VA + vorderingen \> 1j = 665 293 193 (21/28 UVA + 29 kan je nog niet realiseren, vorderingen \> 1j) - BVLA: VA + vorderingen \> 1j = 112 725 941 - PV = 621 887 679 - VVKT = 156 131 455 2. Zijn er onmiddellijk financiële problemen te verwachten, argumenteer op basis van de onderliggende componenten. - Samenstelling schulden: Lage eisbaarheid van de schulden: - Geen vervallen RSZ schulden (toelichting 6.9) - Handelsschulden: 65.028.913 - Overige schulden: 60.779.106 - Leveranciers helpen Duvel financiëren (Duvel oefent hier kracht op uit) - Groot bedrijf: stuk VA financiëren via leveranciers (gratis krediet, je moet er geen rente op betalen) - Kijken naar risico KT schulden om eisbaarheid te kennen + vervallen schulden - Lage eisbaarheid schulden (vooral leveranciers en overige schulden) Realiseerbaarheid - Lage realiseerbaarheid van de beperkte vlottende activa: weinig echte liquide middelen (veel vorderingen) - Je wil liefst veel liquiditeiten, want cash geld waarmee je kan betalen - Maar liquiditeiten zijn laag - Liefst geen vorderingen of voorraden (vorderingen stijgen jaar na jaar vb Duvel: cafés en supermarkten) → iemand moet langsgaan voor geld EV binnen PV - EV/TV = 35,77% - Familiebedrijven: EV start met weinig kapitaal, winsten reserveren om balansstructuur sterk te houden (wel geen marge bij tegenslag) - Veel FVA: voorbereidende werkzaamheden goed presterende dochterondernemingen - PV: VVLT UVA; goed presterende dochterondernemingen (PV \< UVA) 3. Wat verklaart de wijziging tov vorig jaar (2023-2022) - Verbetering situatie: PV neemt meer toe dan UVA (60 miljoen verbeterd, meer dan gehalveerd) - Bijkomend permanent vermogen is aangetrokken: balans verbeterd qua financiële gezondheid omdat VVLT is toegenomen (ze zijn nieuwe bankleningen aangegaan) - Kleine toename EV en grote toename LT schulden (kredietinstellingen) - Financieel beter: - Meer overgedragen winsten - Een nieuwe bankrekening *Toepassing Duvel: extra* - Vertrek duvel 2013 uit Belgische Beurs: - Groot deel in handen familie, klein deel in handen aandeelhouders - Duvel van beurs gegaan om groei te financiëren - Uitkoop aandeelhouders: financiëren door leningen en hoge dividenden uitkeren (92 miljoen) - Delisten: meerderheidsaandeelhouder moet minderheidsaandeelhouder uitbetalen (familie Moortgat gaat veel cash nodig hebben om delisting te betalen) - Impact - Hebben nog maar 25 miljoen - EV terug op aan het bouwen met dividenden - Draagt Duvel vandaag de dag nog altijd gevolgen van → tekorten gevolgen delisting 2013 Hoofdstuk 5: Kerncijfers resultatenrekening *Bepaling kerncijfers resultatenrekening* Doel: - Falingskans inschatten op basis van de resultatenrekening (vindt oorzaak slechte balans zich in resultatenrekening?) - Wijzen de kerncijfers uit de resultatenrekening op een gezond bedrijf? - Kerncijfers uit de resultatenrekening het berekenen van de rentabiliteits- en solvabiliteitsratio's Resultatenrekening:  - Eigenaars (EV): resultatenrekening goed voor hun - Banken (VV): resultatenrekening niet bruikbaar voor hun - Niet alle componenten van de winst vragen of creeëren cash - Lening ga je aan voor meerdere jaren, lineair afgelost, ieder jaar moet je wel bepaald deel kasstroom genereren om terug te betalen - Geïnteresseerd in wat je realiseert aan geldstroom: hoeveel nemen liquide middelen toe binnen bepaalde termijn - Managers: resultatenrekening niet bruikbaar voor hun - Wil vergoed worden obv prestaties, maar wil niet verantwoordelijk gesteld worden voor financiële structuur onderneming (financiële structuur hangt af van aandeelhouders) - Winst bepaald door financiële structuur (VV/EV) en prestaties Afbeelding met tekst, schermopname, Lettertype, nummer Automatisch gegenereerde beschrijving Allebei evenveel verlies (-300), presteren ze even slecht? - Winst zonder rentelasten: earnings before interest and taxes (EBIT) - Winst zonder rentelasten: earnings before interest and taxes, deprecation and amortations (EBITDA) - Direct: kasopbrengsten -- uitgaven (omzet -- lonen -- MW MVA) - Indirect: EBIT + nietkaskosten - Managers willen op basis van EBIT beoordeeld worden, kijkt enkel naar prestaties (winstbasis) - Banken willen op basis van EBITDA beoordeeld worden, hoeveel kas realiseert bedrijf (geldstroombasis ipv resultatenrekening) - Asfschrijvingen: nietkaskost (op moment boeking vraagt dit geen cash) Stap 1: bepalen EBIT - Onderneming A: - EBIT: 0 (break-even) - Totale geldstoom: 400 - Onderneming B: - EBIT: - 300 (heeft geen rentelasten) - Activiteiten zijn verlieslatend - Totale geldstroom: 0 (kasuitgaven en inkomsten zijn gelijk) - Niks om schulden af te lossen, is nodig om lening aan te gaan EBITDA → focus op solvabiliteit, relatie met bankier = geldstroom uit acitiviteiten (6 en 7 rekeningen) - Stap 1: EBIT berekenen - Stap 2: bepalen EBITDA - Directe methode: KO -- KK (900-500) - Indirecte methode: EBIT + NKK -- NKO (0+400) - NKO: niet kas opbrengsten vb. terugname waardevermindering op voorraad (er zit geen cash bij rekening 349 (D), 6311 (C)) - Beinvloedt winst en ebit positief, maar genereert geen cash - EBITDA te laag? - Nooit door verhoging niet-kaskosten (vb. afschrijvingen) - ALTIJD DIRECTE METHODE VOOR REMEDIËRING - EBITDA dient voor aflossing shulden en voor het uitbetalen dividenden en financieren van investeringen - EBITDA moet sowieso groter zijn dan 0 om op lange termijn te overleven, want als er geen activiteiten zijn die cash creëren kan je niet verderzetten - Negatieve EBITDA erger dan negatieve winst: je krijgt sowieso geen lening - Negatieve winst: zware investeringslasten, kan nog veranderen (een probleem zolang EBITDA positief is) - EBITDA niet gelijk aan wijziging liquide middelen/liquiditeitsstroom (beïnvloedt deze wel) = liquiditeitsstroom uit activiteiten - Investeringen/desinvesteringen beïnvloeden uw liquide middelen op moment investering maar beïnvloeden niet uw EBITDA - Nieuwe leningen beïnvloeden op moment aangaan lening uw liquide middelen maar niet uw EBITDA - Bij investeren in werkkapitaal: je koopt voorraad maar verkoopt deze nog niet, toename voorraden heeft geen effect op EBITDA maar wel op liquide middelen - Totale geldstroom: cashstroomrollment  - Voorbeeld Van de Velde - Resultaten EBITDA meegegeven: winst voor de aftrek van interest, belastingen, afschrijvingen en afboekingen, en een goede indicatie van de waarde van een bedrijf voor alle financiële inhoudingen - Geldstroom: gebruikt voor waarderingen bedrijven Afbeelding met tekst, schermopname, Lettertype, nummer Automatisch gegenereerde beschrijving - Bepalen van winst voor FK en voor belastingen (EBIT) → focus op prestaties  Afbeelding met tekst, menu, schermopname, nummer Automatisch gegenereerde beschrijving  Afbeelding met tekst, schermopname, nummer, menu Automatisch gegenereerde beschrijving - EBITDA = 9903 + 650 +630+631/34+635/8+651 +660+6620+661+6621+6631-760-7620-761-7621 - Rechts 6.12 - Niet recurrente bedrijfsopbrengsten - Niet recurrente bedrijfskosten - Niet recurrente financiële opbrengsten - Niet recurrente financiële kosten → hier kunnen nietkaskosten tussen zitten (vb. WV op financiële VA: 661, nietrecurrente afschrijving, terugneming afschrijving) - Blauwe: komen uit resultaten - Rode: komen uit toelichting - Iets verkopen met verlies: nietkaskost (beïnvloeden geldstroom niet) - Iets verkopen met winst: kaskost - Toelichting blanco: niet verplicht neer te leggen - Toelichting 6.12 ook belangrijk - Directe methode kasopbrengsten -- kaskosten = 70/74 -- 60 -- 61 -- 62 -- (640/8 -- 649) \-\-\-\-\-\-\-\-\-\-\-\-\--\> EBITDA met bedrijfskarakter \+ 75 -- 652/9 \-\-\-\-\-\-\-\-\-\-\-\-\--\> EBITDA met financieel karakter \+ 7630 + 764/9 -- (664/7 -- 6690) + 7631 + 769 -- (668-6691) \-\-\-\-\-\-\-\-\-\-\-\-\--\> EBITDA met niet-recurrent karakter (uit toelichting 6.12) - Indirecte methode: EBIT + niet-kaskosten -- niet-kasopbrengsten = 9903+650 +630+631/4+635/8+651 -760-7620-761-7621+660+6620+6630 +661+6621+6631 (toelichting 6.12) - Schrijf NOOIT: verbetering van de EBITDA door verhogen van niet-kaskosten (vb. afschrijvingen), wel door bedrijfsopbrengsten te verhogen *Samenstelling kerncijfers resultatenrekening* Resultaat bestaat uit: - Bedrijfsresultaat (gekoppend aan de activiteiten) - Financieel resultaat (gekoppeld aan de financiële beleggingen vb. dividenden) - Niet-recurrent resultaat (éénmalig) - Waarom kijken we hiernaar? Recurrent karakter van de EBITDA/EBIT belangrijk! - Op basis van historische data proberen te kijken naar de toekomst! Van waar komt stijging EBITDA? Wat is er bedrijfs en wat is financieel? - Duvel: veel FVA, dus zowel bedrijfsresultaat als financieel resultaat, maar niet-recurrent 0 Afbeelding met tekst, schermopname, Lettertype, nummer Automatisch gegenereerde beschrijving Berekening winstcomponenten - Resultaat voor financiële kosten berkenen (EBIT) - Onderneming A: 0 - Onderneming B: - 300 - EBIT met bedrijfskarakter - Onderneming A: BedrijfsEBIT: 0 - Onderneming B: BedrijfsEBIT: - 500 Berekening EBITDA - Geldstroom berekenen (EBITDA) - Onderneming A: totale geldstroom: 400 (kasinkomsten -- kasuitgaven) - Onderneming B: totale geldstroom: 0 - Geldstroom met bedrijfskarakter berkenen (EBITDA met bedrijfskarakter) - Onderneming A: bedrijfsgeldstroom: 400 - Onderneming B: bedrijfsgeldstroom: - 200 (omzet -- lonen, vragen geld)  Afbeelding met tekst, schermopname, nummer, Lettertype Automatisch gegenereerde beschrijving *Voorstel tot remediëring* - EBITDA remediëren - Kasopbrengsten verhogen (bijv. verhoogde omzet) - Kaskosten verlagen (bijv. loonkosten, diensten en diverse goederen beperken) - FOUTE STELLING! De onderneming moet de EBITDA verhogen door verhoging van de afschrijvingen - EBIT additioneel remediëren - Wanbetaling bij klanten vermijden (waardeverminderingen) - Weinig voorzieningen (schadeclaims) - Weinig waardeverminderingen op FVA (dus goed presterende particitpaties) *Toepassing RR -- Duvel Vraag 1* 1. Beoordeel de winstgevendheid van Duvel op basis van een kengetal uit de resultatenrekening die abstractie maakt van de **[financiële structuur]** van de onderneming en die rekening houdt met **[alle]** kosten en opbrengsten voor het boekjaar 2023. - Alle kosten en opbrengsten: gaat over EBIT (bedrijf en niet-recurrent en ook nietkaskosten) - EBIT = rek 9903 (64 876 061) + rek 650 (9 594 076) = 74 470 137 2. Bereken een [kengetal] uit de resultatenrekening of Duvel die alleen rekening houdt met de kasopbrengsten en kasuitgaven voor het boekjaar 2023? - EBITDA berekenen (Wat is geldstroom door dividenden) - EBITDA 2023 = EBIT + 630-638 + 651 + (660 + 6620 + 661 + 6621 + 6631 -- 760 -- 7620 -- 761 -- 7621) = 86 806 943 - Niet recurrente zijn gelijk aan 0 (rode deel) - EBITDA 2022 = EBIT + 630-638 + 651 + (660 + 6620 + 661 + 6621 + 6631 -- 760 -- 7620 -- 761 -- 7621) = 76 315 861 - EBITDA Duvel: heel veel EBITDA 3. Bereken de onderliggende component die alleen de **recurrente** kasopbrengsten en kaskosten bekijkt? - EBITDA met bedrijfskarakter berekenen (Wat is geldstroom door kernactiviteit Duvel/brouwen bier) - Financiële vergeten, focussen op linkerzijde van wat men hierboven berekende (vertrekken uit bedrijfswinst, afschrijvingen, WV en voorzieningen eruit halen) - EBITDA met bedrijfskarakter 2023 = 9901+66A-76A + 630+631/4+635/8 + (indirect) = 51 263 044 - EBITDA met bedrijfskarakter 2022 = 9901+66A-76A + 630+631/4+635/8 + (indirect) = 59 119 664 - EBITDA met bedrijfskarakter daalt: geldstroom door duvel te verkopen daalt met 8 miljoen 4. Bereken beide kengetallen vermeld onder 2. en 3. voor het boekjaar 2022, stel je een verschillende evolutie vast tussen 2023 en 2022? Wat is de reden volgens u? - EBITDA totaal stijgt met 10 miljoen - EBITDA met bedrijfskarakter daalt met 8 miljoen - Iets moet stijgen met 18 miljoen (opbrengsten uit FVA verdubbeld) - Meer dividenden vragen bij dochteronderneming (meer winst hierdoor) - Zonder verdubbeling dividenden bij dochteronderneming → EBITDA had enkel gedaald (lezer jaarrekening misleiden) - Hoe verdubbeling gedaan? Duvel heeft 100% aandelen - Belangrijk om beide te berekenen! - Kaskosten zijn meer gestegen dan kasopbrengsten met bedrijfskarakter *Samenvatting* - Kerncijfers uit de balans - PV/UVA - BVLA/VVKT - Kerncijfers uit resultatenrekening - Winst (dividenden) - Winstbegrip EBIT (bedrijfs) (perfomantie) - Geldstroombegrip EBITDA (bedrijfs) (aflossingscapaciteit) - Gezondheid balansstructuur Duvel: geen paniek  - Gezondheid resultatenrekening: aandachtspunt Afbeelding met tekst, schermopname, Lettertype, nummer Automatisch gegenereerde beschrijving - Samenvatting kerncijfers balans en resultatenrekening Afbeelding met tekst, schermopname, Lettertype, nummer Automatisch gegenereerde beschrijving Hoofdstuk 6: Rendabiliteit *Inleiding* Kans op falen van een bedrijf inschatten en financiële gezondheid bedrijf inschatten - Voorbereidende fase - Kerncijfers uit de balans en RR  - Balans: - PV \> UVA - BVLA \> VVKT - Resultatenrekening - EBIT \> 0 (LT) - EBITDA \> 0 (KT) - EBITD met bedrijfskarakter \> 0 (KT) - Kengetallen maken geen abstractie van de grootte van de onderneming → ratio's ontwikkelen - Onderneming vergelijken niet via EBITDA want hebben verschillende grootte - Ratio's - Op zich geen betekenis - Vergelijken met - Sectorgegevens - Concurrenten (peers), EBITDA daalt misschien ook bij anderen - Ratio van de voorbije jaren (horizontale/tijdsanalyse) - **Belangrijk**: Wat verklaart het niveau van een ratio? Is het niveau anders dan van de belangrijkste concurrenten? Wat zijn de achterliggende oorzaken voor een stijging/daling? - Ratio's staan niet volledig los van elkaar, immers: - Het kennen van verbanden tussen ratio's is belangrijk - Aan de hand van de kercijfers uit de resultatenrekening kunnen we verschillende rentabiliteitsratio's berekenen Afbeelding met tekst, schermopname, Lettertype, ontwerp Automatisch gegenereerde beschrijving *ROE(Return on equity)* - Belangrijk voor een onderneming: tevreden aandeelhouders! - Kan je aandeelhouder voldoende rendement geven - Beurskoers: goede return on equity → beurskoers positief beïnvloeden - Voldoende rendement krijgen als aandeelhouder! - Hogere beurskoers voor beursgenoteerde ondernemingen - Winst ipv EBIT omdat aandeelhouder altijd vergoed wordt na andere schuldeisers (banken), aandeelhouders krijgen enkel dividenden als de winst na interesten positief is - De ROE moet steeds 4 à 5% boven de risicovrije interestvoet liggen - Anders worden beleggers niet voldoende gecompenseerd voor het risico dat ze nemen - [\$ROE\\ = \\ \\frac{\\text{winst\\ vh\\ bj\\ voor\\ belastingen}}{\\text{EV}} = \\frac{9903}{10/15}\$]{.math.inline} - Voorbeeld Duvel: - Verschaft de onderneming voldoende hoge vergoeding aan haar aandeelhouders? - 8 a 9% rendement om aandeelhouder tevreden te houden, vanaf dan aanvaardbaar - ROE: 23,31% → bij beginkapitaal 100, op eind 123,31 - Zou het gemakkelijk zijn voor Duvel om nieuwe aandeelhouders aan te trekken? - Willen geen nieuwe aandeelhouders, want familiaal bedrijf  - Is dalende ROE een probleem? - Nee! - Beursexit begin 2013, gefinancieerd met betaling van dividenden (92 miljoen) → EV daalde sterk in 2012 - Zeer goed presterend bedrijf - ROE dalend doordat EV eerst heel laag was - Winst is stelselmatig gestegen door reserveringen - ROE belangrijk voor de aandeelhouders - Maar, men stelt zich de vraag: - Wat zijn de kritische succesfactoren voor een voldoende hoge ROE in de toekomst te garanderen? - ROE beantwoord niet waarom deze zo goed is, hoe komt het dat familiale aandeelhouder al jaren zo een hoge dividenden heeft kunnen ontwikkelen - Basis voor actieplan van het management - Kritische succesfactoren belangrijk hier *Ondernemingsstrategie: ROA (Return on assets)* Kritische factoren voor de ROE? 1. Ondernemingsstrategie: en winstgevendheid van de activiteiten (ROA) 2. Financiële strategie: wordt de financiële strategie gebruikt als een hefboom voor ROE naar de aandeelhouders toe? Afbeelding met tekst, schermopname, Lettertype, lijn Automatisch gegenereerde beschrijving - Los van de financiering - Welk rendement wordt er gerealiseerd op de investeringen ongeacht de vorm van financiering? (EV -- VV) - Management heeft geen vat op hoeveelheid kapitaal die - Ondernemingsstrategie van een bedrijf zal EBIT bepalen (EBIT: winst los van financiële structuur) - Hoe hoger de ROA, hoe hoger de ROE zal zijn! - ROA: winst uit ondernemingsstrategie - Vergelijken overheen tijd, vergelijken met peers, vergelijken met kostprijs middelen (kost investering) - ROA Duvel = 9,57% - 10% van 23% is door bedrijfsactiviteit - ROA van Duvel schommelt doorheen de tijd rond de 10% - Op wat moet Duvel zich focussen om dit te behouden? - Geen ratio's vasthaken op niet-recurrentkarakter - Vooral richten op EBIT met bedrijfskarakter: winst door brouwen bier: winst per flesje\*aantal flesjes (winst per eenheid\*hoeveelheid) - Voldoende rendement op investeringen: EBIT/TA  *Analyse ROA: nettoverkoopsmarge* ROA in belangrijke mate beïnvloed door EBIT met bedrijfskarakter: 1. Hoeveel bedrijfswinst realiseert de onderneming per euro die verkocht wordt? - Nettoverkoopsmarge: commerciële rentabiliteit (winst door verkoop bier) 2. Hoeveel wordt verkocht met de beschikbare bedrijfsactiva? - Rotatie van de bedrijfsactiva: efficient gebruik van de bedrijfsactiva (hoeveel heb ik verkocht met beschikbare bedrijfsactiva) - Nettoverkoopmarge die stijgt of constant blijft → EBIT met bedrijfskarakter stijgt → ROA stijgt (opertionele maatregelen hiermee definiëren) *Nettoverkoopsmarge* - Winstbasis - EBITDA-basis: wat gerealiseerd aan EBITDA per 100 euro dat verkocht is - Ondernemingen vergelijken met elkaar en over tijd heen Afbeelding met tekst, schermopname, Lettertype, lijn Automatisch gegenereerde beschrijving - Andere bedrijfskosten vb. vervoer (wordt geboekt als omzet) - Nettoverkoopsmarge: winstgebaseerd - Brutoverkoopsmarge: EBITDA-gebasseerd - EBITDA met bedrijfskarakter: geldstroom gebasseerd Afbeelding met tekst, Lettertype, schermopname, lijn Automatisch gegenereerde beschrijving - Kasopbrengsten kleiner dan kaskosten → probleem rentabiliteit - Remediëringsplan altijd obv directe methode (70/74 -- 60 -- 61 -- 62 -- (640/8 -- 649)) - Oplossing remediëring: - Kaskosten reduceren (aankopen, diensten & diverse goederen, lonen) - Kasopbrengsten vehogen (omzet) - Brutoverkoopmarge op LT negatief: problematisch *Nettoverkoopsmarge: Duvel* - NVKM: EBIT met bedrijfskarakter/verkopen = 10,28% - Moet constant zijn voor contsante ROA op LT - BVKM: EBITDA met bedrijfskarakter/verkopen = 13,54% - Evenveel blijven verkopen: essentieel (efficient gebruik bedrijfsactiva) - Stabiele verkoopmarges ook van belang *ROA rotatie van de bedrijfsactiva (efficiënt gebruik bedrijfsactiva)* - Activa gebruikt voor bedrijfsactiviteit - Totaal actief met uitzondering van - Vorderingen \> 1 jaar - FVA (niets te maken met brouwen bier) - Liquide middelen - Geldbeleggingen - Of: - IVA - MVA - Voorraden - Vorderingen \< 1 jaar - Overlopende rekeningen actief - Bedrijfsactiva - Vraag: wat als een onderneming de rotatie van de bedrijfsactiva wil verbeteren? - Meer omzet realiseren LT - Desinvesteren KT, bedrijfsactiva verkopen - Rotatie van bedrijfsactiva = verkopen/bedrijfsactiva = 1,97 - Nettoverkoopsmarge = 10,28% - In tijdsperspectief plaatsen: is deze constant? - Als je evenveel dividend wil houden in toekomst: - Let op nettoverkoopsmarge, net een daling van 3% gehad - Met beschikbare activa minder verkocht want rotatie daalt - Nettoverkoopsmarge remediëren: werken aan kosten - Diensten en diverse goederen: van 33% naar 49% gegaan, niet goed - Personeelskosten: zijn wel maar 10% van totale kosten - Nettoverkoopsmarge dalend: iets aan doen - Ook werken aan rotatie activa: innovatie: alcohol vrij bier - Hadden daling opgevangen met EBIT met financieel karakter *Overzicht verband ratio's*  - ROA als die voldoende hoog moet blijven - Bedrijfsresultaat: efficiënt gebruik activa -\> stijgende omzet met beschikbare activa - Financieel resultaat: marges constant - Financiële strategie: ROE verhogen (niet alles met EV financieren, soms beter af met financieren met VV -\> meer rendement bij ROE) *Financiële strategie: financiële hefboom* - Onderneming interestvoet is 6% - Keuze tussen: - Financiële strategie 1: alles eigen vermogen (200 000) - EV = TV - Rendement op EV = ROE - Financiële strategie: helft EV, VV (100 000 EV, 100 000 VV) - 3 scenario's: Afbeelding met tekst, schermopname, Lettertype, nummer Automatisch gegenereerde beschrijving - Scenario 1: helft VV beter want van 9% naar 12% (positieve hefboom) - Ten goede van aandeelhouders - Je kan lenen aan goedkoper tarief dan ROA - Positieve katalysator wanneer ROE groter is dan ROA - Scenario 2: helemaal EV want van 4% naar 2% (negatieve hefboom) - Ten slechte van aandeelhouders - Aandeelhouder moet verschil tussen 4% en 2% moet betaalt worden door aandeelhouders - Scenario 3: indifferent - Niks veranderd voor aandeelhouders - In jaarrekening niet achterhalen met interest, wel kijken naar financiële hefboom bekijken - Financiële hefboom = ROE/ROA \> 1 - Financiering met vreemd vermogen komt rentabiliteitsgewijs ten goede van de aandeelhouders - Wat je kan geven als rendement voor aandeelhouder hangt af van ondernemingsstrategie, ondernemingsstrategie hangt af van return on assets, maar financiële strategie kan ook dienen als katalysator voor rendement op EV (EV vervangen door VV) - Onderneming heeft verschillende leningen met verschillende rentevoeten, dus kan in praktijk niet berekend worden zoals hierboven  - Positieve hefboomwerking: \> 1 en ROA \> 0 - Als project verlieslatend is kan aandeelhouder nooit beter af zijn door te financieren met VV - Rendement op de investeringen \> kostprijs van het VV - Negatieve hefboomwerking: in alle andere gevallen *Financiële strategie: financiële hefboom -- Duvel* - Bepaal of financiering met VV vanuit rentabiliteitsperspectief ten goede van de aandeelhouders komt voor het boekjaar 2023 en 2022 Afbeelding met tekst, schermopname, Lettertype, nummer Automatisch gegenereerde beschrijving - Was het een goede beslissing voor de aandeelhouders van Duvel om niet langer beursgenoteerd te zijn (2013)? - Ja, maximaal gebruik gemaakt van financiële hefboomwerking - EV vervangen door VV en lage interestvoet  *Besluit* Rendement naar aandeelhouders is zeer hoog! - De aandeelhouder krijgt een heel hoog rendement op het eigen vermogen: 24% - Maxiamaal ingezet op 2 strategieën (schuldfinanciering en ROA) - Door een positieve hefboomwerking schuldfinanciering - Door een hoge ROA ( 10%) MAAR dit betekent niet dat Duvel geen aandachtspunten heeft ROA is dalend : - Focussen op commerciële activteiten - Verkoopsmarges zijn dalend; - De rotatie van de bedrijfsactiva dalend - Geconsolideerde jaarrekening zeer belangrijk aangezien er veel FVA zijn. - Voorlopig opgevangen door hogere dividenden van de dochterondernemingen! *Vergelijking met peers* Afbeelding met tekst, schermopname, diagram, Perceel Automatisch gegenereerde beschrijving - Als CEO verdedigen tegenover andere bedrijven - Duvel ROE heel goed - Dochterondernemingen: vergelijken we niet meer, kosten worden niet doorgerekend - Duvel ROA heel goed - Niet vergelijken met dochetrondernemingen - Brutoverkoopsmarge: slecht bij Duvel, netto beste in groep - Investeringen spelen hier grote rol - Rotatie van activa: goed - MARGES OP PEIL HOUDEN ZEER BELANGRIJK Afbeelding met tekst, Lettertype, nummer, schermopname Automatisch gegenereerde beschrijving Hoofdstuk 7: Solvabiliteit - 4 ratio's maken: 2 pbv balans, 2 obv resultatenrekening (kencijfers) - Alles te maken met financiële structuur bedrijf: passieve kant - Wat moet je doen als je niet failliet wil gaan - Verhouding EV/VV *Inleiding* - Bekijken wijze waarop de onderneming haar activiteiten financiert - Brengen de **lange financiële termijnverplichtingen** de gezondheid van de onderneming in het gedrang? - Hoe moet een onderneming een nieuwe investering financieren? - Geïnteresseerde partijen: banken, management,.. - Financiële structuur: EV/VV - Financiële draagkracht op lange termijn beoordelen - Vooral van belang in de relatie 'onderneming -- financiële instelling' - Terugbetalingscapaciteit - Bijkomende leningscapaciteit (bij nieuwe investeringen) - Niet de operationele schulden (vb. leveranciers, loonschulden,...) - Hoe financieel risico beperken? Vaste betalingstermijnen tot minimum beperken: - EV: geen vaste betalingstermijnen, wel dividenden - VV: vaste aflossingen en interestbetalingen (ongeacht winst) - Financiering met schulden Alles met EV financieren is optimaal want dan is dalingskans minimaal... Neen! - Discipline voor het management - Belastingvoordelen (rente-dividenden) - 'privé' communicatie omtrent nieuwe projecten - Eigenaar kan ROE verbeteren door te financieren met VV (financiële hefboom) - Hoog rendement Schuldpositie Duvel - Obligatieleningen: leningen bij institutionele verenigingen - Achtergestelde leningen: aandeelhouder krijgt lening, je krijgt hierop rente: makkelijker contractueel terug te betalen - Leningen om relatief KT: EBITDA voldoende om terug te betalen? 3 aspecten solvabiliteitsanalyse - **Statische solvabiliteit** - Wat is de kans dat er terugbetalingsproblemen ontstaan? - Obv balans (statisch gegeven): verhouding EV/VV op bepaald moment - **Dynamische solvabiliteit** - Genereert de onderneming voldoende geldstromen om de huidige financiële verplichtingen af te lossen? - Genereert de onderneming **voldoende geldstromen** om **bijkomende leningscapaciteit** te hebben? → groeien door te investeren met VV - EBITDA gebaseerd, kijkt naar terugbetalingscapaciteit schulden - Kunnen we huidige verplichtingen afbetalen - Hebben we nieuwe mogelijkheden voor investeringen - **Waarborgen en convenanten** - Hoeveel activa zijn reeds in waarborg gegeven en wat is de relatie met de bijkomende leningscapaciteit? - Waarborg is nooit voldoende voorwaarde voor lening - Bedrag hangt af hoe goed je presteert - Worden als laatst gebruikt in praktijk *Statische solvabiliteit: graad van financiële onafhankelijkheid* - **Kans** inschatten op terugbetalingsproblemen in de toekomst - Twee ratio's: - Graad van financiële onafhankelijkheid (meest algemene statische balans) - Gedefinieerd bij kencijfers balans - EV/VV \> 1/3 - Bedrijfsrisico afwegen: zekerheid en variabiliteit in EBITDA - Hoe meer risico, hoe minder je kan permitteren in toekomst - Verzorgingstehuis: alle kamers volzet, EBITDA goed - Graad financiële onafhankelijkheid hangt af van organisatie - Zelffinancieringsgraad - Kerngegeven uit de balans: gebaseerd op EV - Norm voor de graad van financiële onafhankelijkheid? - Afweging bedrijfsrisico & financieel risico - Voorbeeld: restaurant, diepvriesgroenten, starter tov gevestigde onderneming, verzorgingssector - Vaak gebruikte norm: 1/3 EV en 2/3 VV - Veel alternatieven: debt/equity, VV/TV - OPGEPAST: achtergestelde leningen (170) - Wat? Lening bijtellen bij sovabiliteit, achtergestelde leningen postief effect op solvabiliteit - Quasi EV - Vaak uitgegeven door aandeelhouders, krijgen rente + terugbetaling makkelijk - Ratio's aanpassen in die zin: - Alleen dit kan obv gepubliceerde jaarrekening! (hierdoor altijd benadering) - Andere aanpassingen obv inetrne jaarrekening (vb schulden R/C vennoten) Remdiëring - Indien graad van financiële onafhankelijkheid te laag: remediëring - Doordat je verlies leidt - Verliezen en overgedragen resultaten apart nemen - Reserven en verlizen: zelfinancieringsgraad - Beleidsmaatregelen voor verhogen EV/TV: - Wat is het meest wenselijk als oplossing? Kunnen we dit in een ratio gieten? Voorbeeld: - Onvoldoende solvabiliteit: onder 1/3 - Y: overgedragen resultaat: sterk negatief (verder dalen naar toekomst toe) → veel te veel financieël risico - Kapitaalverhoging: 7 000 → geen oplossing bij Y - Kapitaal zal snel weg zijn want vangt verliezen op - X: zal constant blijven - Kapitaalverhoging: 7000 wel een oplossing - Hoe groter verschil graad financiële onafhankelijkheid: hoe meer verliezen boekjaar verantwoordelijk voor verschil graad van financiële onafhankelijkheid - Zelffinancieringsgraad: in welke mate dragen reserves en overgedragen resultaat bijgedragen tot EV onderneming - Hoe kleiner verschil tussen graad van financiële onafhankelijkheid en zelffinancieringsgraad: hoe meer gebrek aan kapitaal verantwoordelijk is  *Statische solvabiliteit: zelffinancieringsgraad* - Historische rentabiliteit en de gezondheid van de balansstructuur - Welk deel van totale activa worden gefinancierd met de resultaten uit het verleden? - Wat als het verschil tussen de graad van financiële onafhankelijkheid en de zelffinancieringsgraad groot is? Wat is de maatregel dan? - Relatie met de prestaties van de onderneming - Beïnvloed door: - Dividend- en reserveringspolitiek - Graad financiële onafhankelijkheid daalt bij het uitdelen van veel dividenden - Familiale bedrijven: zo veel mogelijk winst reserveren, geen dividenden → hoge liquiditeiten → nieuwe investeringen → zelffinancieringsgraad hoger (zie Y) - Prestaties van de onderneming - Leeftijd onderneming - Zelffinancieringsgraad is laag bij startende ondernemingen Voorbeeld Duvel: - GFO = 36% (EV/TV) → goed - Oké hoeveelheid financieel risico - Geen achtergestelde schulden → niet positief nuanceren - ZF = 31% (resultaten uit het verleden/TV) - Klein verschil: 5% - Verklaring: EV hoofdzakelijk uit reserves en winst reserveringen (overgedragen resultaat) - Zelfde in toekomst: goed (stevige passiefzijde) - Niet veel zakken want winsten worden gereserveerd - Financieel risico beperkt op LT door hoog EV - 6.9: alle schulden moeten binnen 5 jaar terugbetaald worden (193 miljoen binnen 5 jaar) - Wijziging statische solvabiliteit:  - Interpretatie is belangrijk: jaarrekening!!! - 2023: niet gedaald door minder EV, niet te wijten aan slecht resultaat → wel aan nieuwe LT bij bank - Zijn lening aangegaan voor ongezonde balansstructuur → positief nuanceren (verschil permanent vermogen en uitgebreide vaste activa kleiner maken) - Graad financiële onafhankelijkheid daalt (EV/TV) - 2014: 17 miljoen overgedragen winsten erbij - HWMW zijn gestegen met 25 miljoen euro (vrijwillig) - Statische solvabiliteit zonder HWMW = 17,28% - HWMW negatieve invloed op zelffinancieringsgraad, positieve invloed op graad van financiële onafhankelijkheid - Tijdsperspectief: Afbeelding met tekst, schermopname, lijn, Lettertype Automatisch gegenereerde beschrijving *Dynamische solvabiliteit* - Statistische ratio's: kans op terugbetalingsproblemen Nog openstaande vragen: - In realiteit terugbetalingsproblemen aanwezig? - Is er nog bijkomende leningscapaciteit? - Dynamische ratio's - Dekking van het vreemd vermogen op lange termijn door de cashflow na belastingen (CF/VVLT) → geldstroom relateren tot VVLT - Dekking van schulden op meer dan 1 jaar die binnen het jaar vervallen door de **cashflow na belastingen** (CF/42) - Rente moet eerder betaald worden dan schulden - Geldstroom moet groter zijn dan wat je moet aflossen aan bank (groter dan 1) - Winst voor belastingen -- belastingen + NKK -- NKO 1. Bestaat er **bijkomende leningscapaciteit**? Hoeveel jaren duurt het vooraleer de onderneming haar schulden kan aflossen? - CF/VVLT (CF = EBITDA -- rente -- belastingen) - Dekking van VVLT door CF 2. Heeft de onderneming **aflossingsproblemen in verband met de huidige verplichtingen** ten opzichte van de banken? - CF/42 - Dekking van LT schulden die \< 1 jr vervallen door CF *Dynamische solvabiliteit: CF/VVLT* - Doel: vaststellen of er bijkomende leningscapaciteit is op LT - Vuistregel: minimum 10% - 1/ratio - Aantal jaren dat, bij constante jaarlijkse CF, nodig is om het VVLT volledig af te lossen - Voorbeeld Duvel - Resultatenrekening gebruiken - EBITDA = 86 806 943 - Met EBITDA van vandaag die constant blijft: Duvel kan alle schulden afbetalen binnen 5 jaar (onder 10 jaar) *Dynamische solvabiliteit: CF/42* - Doel: nagaan of er voldoende geldstroomcreatie is om de financiële schulden op meer dan 1 jaar die binnen het boekjaar vervallen te betalen - Optimale dekking: ratio \> 1 → als je 1 keer dit niet doet ben je niet direct failliet (tijdelijk geen probleem bij voldoende cash) - Ratio \< 1 → terugbetalingsproblemen - Wordt de bank altijd niet betaald in dergelijke omstandigheden? Neen! (tijdelijk desinvesteringen, liquiditeiten,...) - 2 mogelijke oplossingen - Meer CF - Aflossingsplan wijzigen - Voorbeeld Duvel  - Ratio bestaat niet want er zijn geen schulden van \> 1j die dit BJ vervallen - Geen LT-schulden - Aflossingen in toekomst - = 193 000 000 euro LT bankschulden & 110 000 000 euro obligatielening - Aflossingen zullen dus in toekomst liggen - Cashflow 73 000 000 → niet veel meer van over - Bedrijfskarakter daalt - Financieel karakter stijgt - Niet-recurrent - 200 000 000 miljoen schulden → over 5 jaar aflossen - Krijgen per jaar 35 000 000 - Tijdsperspectief: - Ratio dalend: niet veronderstellen dat je 35 000 000 dividenden nog zal ontvangen - Binnen de 4/5 jaar kunnen de LT-schulden afgelost worden! *Waarborgen* - Performantie op de statische en dynamische solvabiliteitsratio's - Waarborgen en covenanten - Waarborgen - Terug te vinden in de toelichting - 6.9 gewaarborgde schulden - 6.14 type waarborgen - 6.15 waarborgen verbonden ondernemingen - Waarborgen kunnen getekend worden voor eigen schulden als schulden voor derden - Waarborg tekenen tasten de solvabiliteitspositie van de onderneming aan - Covenanten - Als bepaalde ratio's overschreden worden kan de kredietverstrekker direct terugbetaling van de schulden eisen of heronderhandeling van de rentevoeten - Geschonden covenanten: in toelichting - Contractueel afgesloten verplichtingen rond financiële ratio's (minimumnorm,...) - Enkel niet lege pagina's jaarrekening neerleggen !!! → 6.14 niet weergegeven - Voorbeeld studio 100 - Covenanten met betrekking op schuldgraad - Schending covenant tijdens Covid → banken negeren dit, vragen minimum 75 miljoen liquiditeiten - Voorbeeld Duvel - 190 miljoen euro schulden op passiefzijde balans (waarschijnlijk bij meerdere banken) - Geen waarborgen want geen volgorde afgesproken - In de enkelvoudige jaarrekening staat er niks aan informatie over convenanten, ook niets in geconsolideerde jaarrekening (covenanten zullen vanaf 2024 gepublieerd moeten worden) - Ofwel zijn er geen - Ofwel worden ze niet gepubliceerd - COVENANTEN MOESTEN VROEGER ENKEL GEPUBLICEERD WORDEN ALS ZE GESCHONDEN WERDEN - Duvel heeft een zeer goede dynamische solvabiliteit - De statische solvabiliteit van Duvel is ok (door jaren voldoende winstreserveringen te hebben) - Verklaart waarom er geen waarborgen zijn op de financiële schulden (grote omvang en financiering door meerdere banken) *Duvel vergelijking met de peers* - Algemene statische solvabiliteit is een aandachtspunt - Omer: beste balansstructuur - 50% gefinancierd met EV, bijna allemaal gereserveerde winsten - Weinig financieel risico, veel liquiditeiten om aan innovatie te doen - Dochteronderneminge: weinig EV ifv VV Afbeelding met tekst, Lettertype, schermopname, nummer Automatisch gegenereerde beschrijving - Aandachtspunt is CF/VVLT (op één na slechtste) *Voorbeeld* Onderneming X zou graag zijn activiteiten uitbreiden en overweegt daarom een investering in gebouwen en machines  Afbeelding met tekst, schermopname, Lettertype, lijn Automatisch gegenereerde beschrijving Vragen: - Welke kredieten heeft de ondernemer nodig? - Termijnen activa en passiva moeten kloppen - Gebouwen en machines: LT vastleggingen (gefinancieerd met LT-bronnen: EV of VVLT) - Voorraden, vordering, leveranciers: KT vastleggingen - Houding tov bankier: - Vrij strikt m.b.t. het niveau van de rente? - Liefst zo laag mogelijk - Vrij strikt m.b.t. de vraag naar verleende waarborgen? - Liefst zo weinig mogelijk, want anders toekomstige leningscapaciteit in gedrang NIET ALLEEN REDENEREN MET OUD SCENARIO Stel dat deze onderneming een lening aangaat van €17000 (10 jr, 5% rente) om deze investeringen te financieren: → welk effect heeft deze lening (en de nieuwe activiteiten) op de beschikbare CF? - Bank gaat kijken hoe CF toeneemt - EBITDA stijgt met 3000 - Nieuwe lening aangegaan: 800 - 1700: afschrijvingen - Nieuw scenario: 1100 + 2015 - Er wordt rekening gehouden dat nieuwe EBITDA een nieuwe cashflow zal genereren (anders niemand ooit nieuwe lening) Dynamische solvabiliteit in nieuwe scenario: 1. Cashflow/VVLT = (1100 + 2015)/(1500 + 17000) = 0.168 (6 jaar terugbetalen) 2. Cashflow/42 = (1100 + 2015)/(200 + 1700) = 1.639 (boven waarde 1: goed) → heel veel marge aan cashflow van meer dan een jaar die binnen een jaar vervallen: 63% marge - Houding tov bankier als ondernemer? - Weinig waarborgen willen geven - Zo laag mogelijke rentevoet vragen (risico bank beperkt → vragen voor lage rentevoet) - Goede statische solvabiliteit - Alles financieren met schulden → schulden stijgen met 17 000 (nog steeds niveau 30%) - Kredieten krijgen bank: onderhandelingsproces - Effect terugbetalingscapaciteit kunnen betalen - Investeringen: aanleiding voor nieuwe cashflow - Ook voorraden financieren - Vlottend actief: financieren met KT - 2 mogelijkheden - KT-lening aangaan voor 800 - Kijken naar balans: kan ik ergens 800 van halen (halen bij andere winkel, zorgen dat klanten sneller betalen) *Besluit solvabiliteit* - Doet een uitspraak over de financieringswijze van een onderneming, financieel risico verbonden - Wat is de falingskans als gevolg van een 'slechte financiële structuur'? - **Statische solvabiliteitsratio's**: - EV/TV - Zelffinancieringsgraad - **Dynamische solvabiliteitsratio's**: - CF/VVLT - CF/42 - **Waarborgen en convenanten** - Om waarborgen te beoordelen kijk altijd eerst naar de aanwezigheid van bankschulden! *Overzicht*  - Bijkomende leningscapaciteit: GFO - Historische rentabiliteit: ZFG - Algemene graad van onafhankelijkheid: CF/VVLT - Terugbetalingscapaciteit schulden: CF/42 Hoofdstuk 8: Liquiditeit *Inleiding* - Heeft de onderneming [korte termijn betalingsproblemen]? - Rubriek 9 in balans - Te weinig middelen **ter beschikking voor de dagelijkse activiteiten**? - Teveel middelen **nodig voor de uitvoering van de dagelijkse activiteiten**? - **Individuele onderneming** - Hoe kunnen we een liquiditeitssituatie remediëren als we teveel korte termijn schulden hebben? - **Vergelijking tussen ondernemingen** - Kan een onderneming haar korte termijn verplichtingen nakomen? Indien niet, hoe kan dit opgelost worden? *Liquiditeit op het vlak van individuele onderneming* - Voor eigen bedrijfsuitvoering - Probleemstelling: - Een jonge ondernemer start een bedrijf actief in het verhuren van springkastelen en organiseren van feestjes (bier, versnaperingen,...) - De ondernemer heeft €5.000 kapitaal en denkt genoeg startkapitaal te hebben indien hij nog een banklening vraagt van €1.000. Is dit correct? - Wat heb je nodig van investeringen? En waarmee ga je die financieren? NIET VERGETEN: ook werkkapitaal investeren (wat je nodig hebt voor uitvoering dagelijkse activiteiten) - Investeringen: €6.000 en kapitaal : €5.000 - LT middelen: €1.000 voldoende? - Stel: - Voorraad van €4.000 - Maandomzet van €7.000, 2 maand uitstel van betaling - Aankopen €5.000 per maand, 1 maand uitstel van betaling - Handelsdebiteuren: voorraden die nog niet betaald zijn *Netto-bedrijfskapitaal* - **PV** (= EV + VVLT) eerst voor investering in UVA - LT aanwendingen gefinancieerd met LT bronnen - **PV -- UVA =** wat overblijft na investering in UVA is **beschikbaar voor de uitvoering van dagelijkse activiteiten** - NBK \> 0 - LT middelen ter beschikking voor financiering dagelijkse activiteiten - NBK \< 0 - Geen LT middelen ter beschikking voor financiering dagelijkse activiteiten Voorbeeld Duvel: - Bereken een kengetal dat aantoont hoeveel LT middelen Duvel beschikbaar heeft voor de uitvoering van de dagelijkse activiteiten - Wat betekent dit? - Zijn er LT middelen voor de uitvoering van de dagelijkse activiteiten  Afbeelding met tekst, Lettertype, lijn, nummer Automatisch gegenereerde beschrijving *Behoefte aan Netto-Bedrijfskapitaal* - Behoefte aan werkkapitaal kan gedefinieerd worden als de extra nood aan middelen nodig boven op de "spontane" financiering van het productieproces voor de financiering van de dagelijkse activiteiten : - Voorraden en vorderingen en leveranciers - Veel definities beschikbaar  - Welke middelen zijn nodig voor de uitvoering van de dagelijkse activiteiten? - Welke middelen zorgen voor **(spontane) financiering van het productieproces**? - Leverancierskrediet (44) - Ontvangen vooruitbetalingen (46) - Schulden mbt belastingen en sociale lasten(45) - Overlopende rekeningen (492/3) - Correlatie: te financieren periode en behoefte aan werkkapitaal  - Wat beïnvloedt de behoefte aan NBK/werkkapitaal? - De exploitatiecyclus - Vergelijk bijvoorbeeld diepvriesbedrijf met warme bakker - Klantenkrediet - Vergelijk detailhandel met groothandel - Leverancierskrediet - Prestaties - Bij goed presterende ondernemingen? - BNBK (100) **\ - Onderneming kan haar **dagelijkse activiteiten zelf financieren** - **Overschot** aan middelen - Bij slecht presterende ondernemingen? - BNBK (100) **\** NBK (50) - Onderneming heeft **tekort aan werkmiddelen** - **Nood** aan (KT) financiering Voorbeeld Duvel - Hoeveel middelen heeft de onderneming nodig voor de uitvoering van de dagelijkse activiteiten? - Is het gebrek aan NBK een groot probleem? Argumenteer aan de hand van de behoefte aan NBK Afbeelding met tekst, schermopname, Lettertype, nummer Automatisch gegenereerde beschrijving - Eerder niet gezond: geen middelen ter beschikking voor de uitvoering van de dagelijkse activiteiten (NBK\ - UVA reduceren - Desinvesteren - PV verhogen - Kapitaalverhoging - Nieuwe lening - Vaak niet realistisch - **BNBK verlagen** - Aantal dagen voorraad reduceren - Klantenkrediet reduceren - Leverancierskrediet uitbreiden Voorbeelden: - Voorbeeld 1 - Voorraad vandaag geproduceerd - Verkocht over **10** dagen - Uitstel van betaling 30 dagen - Voorbeeld 2 - Voorraad vandaag geproduceerd - Verkocht over **20** dagen - Uitstel van betaling 30 dagen  - Intuïtie - Hoe sneller de voorraadrotatie - Hoe minder lang de voorraad in een bedrijf blijft - Hoe minder middelen in voorraad geïnvesteerd moeten worden - Hoe kleiner de behoefte aan werkkapitaal - Rekening houden met - Sector (bv. dienstensector: geen of weinig voorraden) - Type voorraad: - Aangekochte voorraden (bv. grondstoffen): minder aankopen - Geproduceerde voorraden (bv. gereed product): minder produceren - Hoeveel maal de voorraad gedurende de periode gemiddeld verkocht wordt - Twee types - Voorraadrotatie van aangekochte goederen - Voorraadrotatie van geproduceerde goederen Voorbeeld Duvel  Verder op voorraadrotatie Voorraad minder lang binnen het bedrijf - Minder aankopen  - Minder produceren - Vraagstelling: Is de verbetering van de voorraadrotatie altijd een middel voor het verminderen van de behoefte aan werkkapitaal? - Stel altijd de vraag of een maatregel zinnig is of niet! Voorbeeld Duvel - Voorraadrotatie: hoe vaak voorraad wordt vervangen Afbeelding met tekst, Lettertype, schermopname, lijn Automatisch gegenereerde beschrijving *Klantenkrediet* - Wil je inperken - Voorbeeld 1 - Voorraad vandaag geproduceerd, verkocht over 20 dagen - Uitstel van betaling 1 dag - Duurt 21 dagen voor je cash krijgt - Voorbeeld 2 - Voorraad vandaag geproduceerd, verkocht over 20 dagen - Uitstel van betaling 30 dagen - Aantal dagen tot je cash genereerd: 50 dagen  - Te veel beroep om rekening 43 - Intuïtie - Hoe sneller de klanten betalen, hoe kleiner de behoefte aan NBK - Rekening houden met - Commerciële overwegingen - Betere debiteurenopvolging - Sector (bv. detailhandel: contante betaling) - Klantenkrediet enkel gebruiken bij meer dan 30 dagen! Anders niet zinnig - Als het aantal dagen klantenkrediet hoog ligt, wijst dit op een te lange inningperiode en/of een slechte debiteurenopvolging of klanten met een slecht financieel profiel. - Het is evident als het aantal dagen klantenkrediet schommelt rond de normale betalingstermijn van een factuur, dit geen middel is om de behoefte aan werkkapitaal te reduceren. (bijvoorbeeld 20 dagen) - In sectoren waar er praktisch altijd contante betaling is van de vorderingen (bijvoorbeeld detailhandel) is het duidelijk dat dit geen optie is. Voorbeeld Duvel  - Klantenkrediet wordt gebruikt als onderhandelingsmechanisme vb. uitstel van betaling (je gaat naar degene bij wie je langst kan wachten) *Leverancierskrediet* - Wil je uitbreiden - Intuïtie - Hoe groter het aantal dagen leverancierskrediet - Hoe groter het aantal dagen betalingsuitstel de onderneming krijgt - Hoe lager de behoefte aan NBK - Rekening houden met - Groot aantal dagen leverancierskrediet: vertrouwen leveranciers of liquiditeitsproblemen? - Bereidwilligheid leveranciers Voorbeelden - Voorbeeld 1 (te financieren periode) - Betaald over **10** dagen - Verkocht over 20 dagen - Uitstel van betaling 1 dag - Te financieren periode: periode tussen dag dat je moet betalen en dag dat er betaald wordt - Meer KT bankschulden nodig - Voorbeeld 2 - Betaald over **20** dagen - Verkocht over 20 dagen - Uitstel van betaling 1 dag - Te financieren periode: 1 dag waarbij je productie zelf moet financiëren  TBTW: geen kost voor organisatie - Binnen welke termijn worden de leveranciers betaald? - Een groot aantal dagen leverancierskrediet wijst - Leveranciers veel vertrouwen hebben in de onderneming. - Kan echter ook wijzen op liquiditeitsproblemen van de onderneming. - Beleidsmaatregel: - **Uitbreiden van leverancierskrediet: positief effect op netto kaspositie** - Leverancierskrediet vervangen door bankschulden - **Te financieren periode onder controle houden!** - Pas op voor de KP! (soms is bankkrediet goedkoper...) - De leveranciersvoorwaarden stellen dat u 1% van het factuurbedrag in mindering mag brengen bij betaling binnen 10 dagen i.p.v. 60 dagen.\ Is dit interessant? - De prijs voor het gebruiken van het leverancierskrediet is in procenten: - U krijgt 50 dagen krediet, zodat de kostenvoet op jaarbasis is: - 7,37 lager dan rentekost → leveranciersschuld behouden Voorbeeld Duvel Afbeelding met tekst, schermopname, Lettertype, lijn Automatisch gegenereerde beschrijving Als je levert bij Duvel: tussen datum factuur en betaling gemiddeld 70,26 dagen Leveranciers: financiers van Duvel (vervanging voor PV) Door negatief netto bedrijfskapitaal en slechte balansstructuur *Toepassing Duvel* - Verklaar de evolutie van BNBK in 2023 ten opzichte van 2022, wat is de onderliggende oorzaak en wat is de operationele maatregel die Duvel kan nemen? Bekijk de te financieren periode en wat zegt u dat?  - Een lagere rotatie van voorraad in HG, GS en HS - Een toename in klantenkrediet - Een vrij stabiel leverancierskrediet Afbeelding met tekst, Lettertype, nummer, lijn Automatisch gegenereerde beschrijving - Te financieren periode 2023: 14.71 + 54.42 -- 70.26 = - 1.15 - Te financieren periode 2022: 15.82 + 50.85 -- 70.42 = -3.75 - Duvel krijgt geld voor zelf te moeten betalen - Dagelijkse activiteiten volledig zelfinancierend (maar minder dan in vorig boekjaar, klantenkrediet reden -\ meer betaling van uitstel moeten geven) - Onevenwicht aantal dagen klantenkrediet en leverancierskrediet - Andere elementen van de bheoefte aan werkkapitaal: overlopende rekeningen passief en schulden met betrekking tot bezoldigingen en belastingen zijn gedaald - Hierin kunnen grote schommelingen zitten ! te financieren periode zo klein mogelijk houden, cash zo snel mogelijke genereren → snel uit financieel moeilijke situatue ! *Liquiditeitratio's voor de vergelijking vergelijking van ondernemingen* - Voorgaande begrippen maken geen abstractie van de grootte van de onderneming - Hoe kunnen we de liquiditeitspositie van ondernemingen onderling vergelijken? - Current ratio (liquiditeit in ruime zin) - Acid ratio (liquiditeit in enge zin) - Ratio's worden vaak gebruikt bij keuze leveranciers bij bedrijven - Productie uitbesteden en zelf assemblage doen - Willen current ratio groter dan 1 *Current ratio*  - Gezondheid balans uitgedrukt in breuk - Hoe hoger de current ratio, hoe sterker de liquiditeit van de onderneming - Als de current ratio kleiner is dan 1 kan dit tot liquiditeitsproblemen leiden - MAAR altijd **kijken naar de samenstelling van het VVKT en BVLA** voor uitspraak te doen - Hoe meer liquiditeiten, hoe beter naar gezondheid balansstructuur Voorbeeld Duvel - Liquiditeit slecht bij ratio kleiner dan 1 - Slecht van Duvel *Acid test ratio*  - Bij de acid ratio wordt de **minst liquide activa uit de teller** van de current ratio geëlimineerd - Mins