Listeria- Leptospirose.pdf

Listeria en leptospirosis  Listeria monocytogenes  Gram-positieve, facultatief anaerobe staaf  Intracellulaire groei, vnl in darm-epitheel  Komt bij 10 % van mensen in de darm voor  Bron: vnl. Ruminerende dieren (koeien schapen, geiten)  Transmissie: rauwe melk, zachte kaassoort...

Listeria en leptospirosis  Listeria monocytogenes  Gram-positieve, facultatief anaerobe staaf  Intracellulaire groei, vnl in darm-epitheel  Komt bij 10 % van mensen in de darm voor  Bron: vnl. Ruminerende dieren (koeien schapen, geiten)  Transmissie: rauwe melk, zachte kaassoorten, maar ook met mest gecontamineerde rauwe groenten (sla, kool etc.) Listeria monocytogenes, Gram-positieve, facultatief anaerobe staaf  Pathologie  (Bij mens en dier)  Febriele gastro-enteritis  Sepsis  Intra-uterine infecties bij zwangeren (spontane abortus of stillbirth)  Meningitis/ meningo-encephalitis (vooral neonaten, oudere mensen)  Meningo-encephalitis (bij mens en dier)  Mensen at risk:  Houders van vee (koeien, schapen, geiten)  Dierenartsen (en hun assistenten)  Zwangeren  Neonaten en ouderen  Behandeling van Listeriosis  Amoxycilline (high dose bij meningo-encephalitis)  Als de verwekker van meningitis nog niet bekend is, wordt amoxycilline altijd meegenomen in de breedspectrum dekking, daar Listeria niet gevoelig is voor cefalosporinen.  Preventie van listeriosis  Listeria monocytogenes kan zelfs bij temperaturen rond het vriespunt doorgroeien.  Risicogroepen (Zwangeren, ouderen, mensen met een gestoorde afweer):  Vermijd: rauwe melk, zachte kaas, ongekookte groenten  Er bestaat geen Vaccin Leptospirosis  Leptospirosis  Wordt veroorzaakt door Leptospirosis spp, een spirocheet (net als syphilis)  13 serotypen veroorzaken ziekte bij de mens  Wereldwijd incidentie 7 – 10 miljoen/jaar  Overdracht door kontakt met urine van knaagdieren Leptospira, elektronenmicroscopie  In Suriname  Vooral in de regentijd (ondergelopen erven, straten)  Slechte woonomstandigheden  Rioolwerkers  Knaagdierenurine op wondjes, slijmvliezen  Ziektebeeld  Incubatietijd 1 – 3 weken  Symptomatologie varierend van zeer mild tot zeer ernstig (Ziekte van Weil)  Symptomatologie M. Weil  Acuut begin, met koude rillingen en koorts  Hevige spierpijnen  Conjunctivitis  Icterus  Bloedingen  Nierfalen  Meningoencephalitis  ARDS  Diagnose  In eerste instantie o.b.v. symptomatologie  Typische laboratoriumbevindingen:  Leucocytose, trombopenie  ASAT, ALAT, Bilirubine zijn verhoogd  Kreatinine is vaak verhoogd  Differentiaal diagnose  Dengue (geen leucocytose maar leucopenie)  Ander viraal syndroom (Acute HIV, COVID-19!)  Gele koorts  Sepsis  Specifieke diagnostiek  Dag 1 – 7 : PCR bloed  Na dag 7:  IgM antistoffen  Leptospira in de urine (donkerveld microscoop) Leptospira in urine, donkerveld microscopie, 200 x vergroot  Behandeling  Zo snel als mogelijk beginnen met behandeling (Amoxycilline)  Zorgen voor goede hydratie  Nierdialyse als nodig  Prognose  Zonder tijdige behandeling hoge mortaliteit  Polyurische fase tijdens reconvalescentie  Zorgen voor goede hydratie  Preventie  Kontakt met urine van knaagdieren voorkomen:  Vermijd kontakt met slootwater, ondergelopen kelders, etc.