Document Details

PersonalizedSpessartine

Uploaded by PersonalizedSpessartine

SiVi - Sint-Rembert

Tags

embryologie menselijke reproductive zwangerschap

Summary

Dit document behandelt de ontwikkeling van het menselijk embryo van het begin tot de foetale fase, inclusief de embryogenese, innesteling en organogenese.

Full Transcript

Van kiemcel tot baby Zwangerschap: **38 weken** vanaf bevruchting tot de geboorte (laatste menstruatie -\> 40 weken voor de geboorte) **Embryogenese** - Eerste 8 weken van de zwangerschap - Mitosedelingen en celdifferentiatie die zorgt voor de vorming van alle organen - Gevoeligste pe...

Van kiemcel tot baby Zwangerschap: **38 weken** vanaf bevruchting tot de geboorte (laatste menstruatie -\> 40 weken voor de geboorte) **Embryogenese** - Eerste 8 weken van de zwangerschap - Mitosedelingen en celdifferentiatie die zorgt voor de vorming van alle organen - Gevoeligste periode van de zwangerschap **Foetale fase** - Na 8 weken van de bevruchting - Afwerking van de organen en groei **1.3 Embryogenese** **[STAP 1: De weg naar de baarmoeder]** - Zygote deelt onmiddellijk door mitose - 30 u na de bevruchting -\> tweecellig stadium - **Bevruchtingsmembraan** is aanwezig Klievingsdelingen - Bevruchtingsmembraan is aanwezig - Cellen hebben geen groeifase Blastomeren - Ontstane cellen zijn genetisch identiek - Elke blastomeer kan uitgroeien tot een volledig individu ([totipotente stamcellen]) Dag 4 -\> ontstaan morula - 16 tot 32 cellen - Einde van de eileider ![Afbeelding met voedsel Beschrijving automatisch gegenereerd met lage betrouwbaarheid](media/image2.png) - Blastula wordt gevormd - Blastulaholte -\> holte tussen de cellen gevuld met vocht Eerste celdifferentiatie - Trofoblast (-\> placenta) -\> buitenste laag rond de blastulaholte - Embryoblast -\> andere cellen dicht bij elkaar - Kunnen vele weefseltypes worden (pluripotente stamcellen of embryonale stamcellen) -\>Bevruchtingsmembraan wordt te klein en de blastula zal vrijkomen Afbeelding met schermopname, cirkel, serviesgoed, tafelgerei Automatisch gegenereerde beschrijving ![Afbeelding met tekst, bal, fruit Automatisch gegenereerde beschrijving](media/image4.png) **[STAP 2: Innesteling]** **7 dagen na de bevruchting** - Baarmoederslijmvlies - Veel kliertjes - Slijmerig vocht rijk aan glycogeen - Klaar voor innesteling Er is contact tussen trofoblastcellen aan de zijde van de embryoblast en baarmoederslijmvlies. - Chorionvlokken (zorgt voor de vasthechting van het vruchtje) - Groeien daarna naar de bloedruimte en wordt later de placenta In de **tweede week na de bevruchting** - Cellen van het baarmoederslijmvlies groeien over de blastula heen, als de blastula wegzinkt spreken we over innesteling of nidatie. - Het vruchtje produceert [HCG] -\> **humaan choriongonadotrofine** (zo kan het [geel] [lichaam] voldoende progesteron en oestrogeen produceren om in stand te blijven) - [Embryoblast] wordt tweebladig kiemschijf 1. **Ectoderm**: het amnion of de embryonale vruchtzak 2. **Endoderm**: dooierzak met reservestoffen **[STAP 3: Embryonale ontwikkeling]** **Derde week na de bevruchting** - Driebladig kiemschijf: tussen de endoderm en ectoderm ontstaat een derde kiemblad - **Mesoderm** - Uit mesoderm-\> bloedcellen en kleine bloedvaatjes verspreiden zich in de chorionvlokken en vormen de **navelstreng**. (wordt later navelstreng + moederkoek) - Er is GEEN contact tussen het bloed van de moeder en het kind want de uitwisseling gebeurt via diffusie. - Einde derde week: embryo is 0,2 mm groot **Vierde week tot achtste week na de bevruchting** - **Organogenese** - Ontwikkeling van alle weefsels en organen - [Multipotente stamcellen]: kunnen bepaalde celtypes worden van een orgaan ![Afbeelding met tekst, tekenfilm Automatisch gegenereerde beschrijving](media/image6.png) **Einde achtste week na de bevruchting** - Aanleg alle organen is aanwezig - **Foetus** **1.5 Meerlingen** - Meestal één nakomeling - Tweeling: 15 op 1000 zwangerschappen - Drieling of vierling: eerder uitzonderlijk - Zwangerschap met een meerling -\> risicozwangerschap Twee-eiige tweeling - 75 % van de tweelingen zijn twee-eiig (aantal is stijgend door vruchtbaarheidsbehandelingen) - Twee-eiige tweeling: bij de ovulatie zijn er twee eicellen, elk bevrucht door eigen zaadcel - Vruchtje nestelt zich apart zoals eenling - Verschillend genetisch materiaal ![Afbeelding met tekst, schermopname Automatisch gegenereerde beschrijving](media/image8.png) Eeneiige tweeling - 25% van de tweelingen zijn eeneiig - Eeneiigie tweeling: bij de ovulatie is er één eicel die wordt bevrucht door één zaadcel - Identiek genetisch materiaal Factoren die de voortplanting beïnvloeden 2.1Vruchtbaarheidsproblemen - Na een jaar is 15 % niet zwanger - Verminderde vruchtbaarheid - 30% bij man - 30% bij vrouw - 30% bij beide - 10% onbekend - Onvruchtbaarheid of **infertiliteit** komt zelden voor - Vruchtbaarheid bevorderen - Gezonde levensstijl - Frequentie van seksuele betrekking 2.2 technieken om de vruchtbaarheid te bevorderen **[Hormoonbehandeling]** - Pilletjes, meerdere follikels rijpen... **[Kunstmatige inseminatie (KI)]** - [Intra-uterine-inseminatie]: sperma wordt in de baarmoeder gebracht - Minder hindernissen voor zaadcellen - Sperma van partner - Sperma eventueel invriezen **[In-vitrofertilisatie (IVF)]** 1. **Follikelstimulatie** ( de vrouw krijgt hormonen) 2. **Eicelpunctie en productie van spermastaal** - Rijpe follikels worden aangeprikt net voor de ovulatie - Beweeglijkste zaadcellen worden geselecteerd 3. **Fertilisatie** of bevruchting - Eicel en zaadcel worden samengevoegd in een petrischaal 4. **Embryotransfer** - Embryo's worden geselecteerd - Één of twee embryo's worden teruggeplaatst - Rest wordt eventueel ingevroren 5. **Twee weken na de embryotransfer** - Bloedonderzoek bepaalt zwangerschap - Indien nodig behandeling herhalen of ingevroren embryo's gebruiken **Intracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI)** - Zaadcel wordt in de eicel geïnjecteerd - Zelfde stappen als IVF BEHALVE de fertilisatie - Heel weinig zaadcellen of niet beweeglijke zaadcellen **2.3 Beïnvloedende factoren tijdens de zwangerschap** ( 3% wordt geboren met min of meer een ernstige afwijking) - Ingeboren of **erfelijke** **afwijking** - Fout in het erfelijk materiaal van de eicel of zaadcel - **Aangeboren** **afwijkingen**: ontstaan tijdens de zwangerschap door een teratogeen - **Teratogeen**: - Chemische stoffen, stralingen, ziekteverwekkers - Weefsel dat in ontwikkeling is - In de eerste 8 weken: embryo is heel vatbaar voor teratogeen - Foetale fase: foetus is minder vatbaar voor teratogenen **2.3.1 Positief gezondheidsgedrag** \- gezonde levenswijze \- foliumzuur extra innemen (goede ontwikkeling zenuwstelsel, kleinere kans op afwijking...) **2.3.2 Negatief gezondheidsgedrag** - **Alcoholgebruik** - Foetaal alcoholsyndroom (FAS) - Kleine hersenen, groeiachterstand... - **Drugs** - Miskraam - Groeiachterstand - Na geboorte ontwenningsverschijnselen - **Roken** (actief en **passief**) - Bloedvaten en placenta vernauwen - Lager geboortegewicht - CO zit vast op het hemoglobine - **Geneesmiddelen** - Gevolgen onvoldoende gekend **2.3.3 Omgevingsfactoren** Röntgenstraling en radioactieve stralingen kunnen schade toebrengen op het DNA (ook zware metalen, hormoon verstorende stoffen...) **2.3.4 Ziekteverwekkers** - **Rode hond (door rubellavirus)** - Milde ziektesymptomen - Besmetting via lucht of voorwerpen - Kans op miskraam of afwijking - Meisjes worden voor puberteit gevaccineerd - **Toxoplasmose (door ééncellige parasiet)** - Besmetting via kat, kattenbak, tuinieren... - Ongeboren kind: blindheid, waterhoofd... - **Cytomegalie (door cytomegalovirus)** - Besmetting via lichaamsvocht van jonge kinderen - Ongeboren kind: doofheid, mentale problemen... **2.4 verminderen van de vruchtbaarheid** \- **anticonceptie** is het gebruik van technieken om zwangerschap te voorkomen \- soorten anticonceptie -\> [hormonale middelen en niet-hormonale middelen] 2.4.1 Hormonale anticonceptie **Anticonceptiepil of combinatiepil** - Bevat oestrogeen en progesteron 1. Geen eisprong 2. Slijmvlies wordt minder goed opgebouwd 3. Verandering in samenstelling slijmprop - 21 dagen innemen, max 7 dagen niks innemen **De vaginale ring** (zelfde werking als combinatiepil) - Inbrengen zoals tampon - 3 weken met ring - 1 week zonder ring **Anticonceptiepleister** - 3 pleisters (elke week 1) - 1 week zonder pleister **De minipil** - Enkel progesteron - Bruikbaar tijdens borstvoeding - Minder betrouwbaar en bijwerkingen - Hele tijd doornemen **De prikpil** - Progesteronachtige stof - Één prik per drie maanden - Heel betrouwbaar - Minder hevige menstruatie - Eigen hormonale cyclus komt soms minder vlot terug op gang **Hormonaal implantaat** - Enkel progesteron - Plastic staafje, binnenkant bovenarm - 3 jaar - Heel betrouwbaar - Eigen hormonale cyclus komt makkelijker terug op gang - Verwijdering kan lastig zijn **De hormoonspiraal** - Baarmoederslijmvlies gaat in rustfase - 3 jaar - Heel betrouwbaar - Eigen hormonale cyclus komt makkelijker op gang - In baarmoeder **2.4.2 Niet-hormonale anticonceptie** **Het condoom** - Zowel vrouwen als mannencondoom - Barrière tussen zaadcel en eicel - **Bescherming tegen SOA'S** **De koperspiraal** - Koper is giftig voor het embryo - Abnormale opbouw van het baarmoederslijmvlies - 5 jaar - Soms hevigere en pijnlijkere menstruatie - Normale cyclus blijft doorgaan **Sterilisatie** **Man** - Zaadleiders worden doorgeknipt en afgebonden - Sperma bevat enkel zaadvocht - Zaadcel en hormoonproductie blijft doorgaan - Niet onmiddellijk steriel: na 6 maand controle **Vrouw** - Eileiders worden doorgeknipt en afgebonden - Eicel kan niet meer naar de baarmoeder - Hormoonproductie blijft doorgaan - Onmiddellijk steriel **2.4.3 Natuurlijke methoden** - Dag van eisprong achterhalen - Heel lage betrouwbaarheid - Geen ingrepen/bijwerkingen - Tussen de 50 en 230 vrouwen op 1000 worden toch zwanger - Eerder nuttig wanneer je wel zwanger wilt worden **Kalendermethode** - 6 tot 12 maand cyclus bijhouden - Vruchtbare periode uitrekenen - Eerder nuttig wanneer je wel zwanger wilt worden **Temperatuurmethode** - Elke ochtend temperatuur meten - Na ovulatie is lichaamstemperatuur 0,5 graden hoger - Lage betrouwbaarheid **Billingsmethode** - Opvolging structuur en hoeveelheid vaginaal slijm - Rond ovulatie: helder, vloeibaar, rekbaar slijm - Rest: taai en kleverig **2.4.4 Onbeschermde betrekkingen** **Morning-afterpil of noodpil** - Hoge dosis hormonen - Nemen binnen 72 uur - Invloed op je gezondheid - Enkel in NOOD **Koperspiraal** - Binnen 5 dagebn - Innesteling wordt verhinderd **Abortus** - Tot 12 weken na bevruchting of 14 weken na zwangerschap - Via abortuspil of curettage - Enkel in gespecialiseerde abortusklinieken, wachttijd, gesprek met psycholoog

Use Quizgecko on...
Browser
Browser