Correct Schema - Agent-Based Modelling PDF

Correcte ingevuld schema Begrip Uitleg Klein voorbeeld Agent-based modelling Een model waarin eenvoudig gedrag van Een simulatie waarin mieren elkaar agenten (individuen) leidt tot complex volgen om...

Correcte ingevuld schema Begrip Uitleg Klein voorbeeld Agent-based modelling Een model waarin eenvoudig gedrag van Een simulatie waarin mieren elkaar agenten (individuen) leidt tot complex volgen om voedselbronnen te vinden. emergent gedrag (groepsgedrag). De agenten reageren op hun omgeving door een of enkele eenvoudige regels uit te voeren. Agenten De individuen in het model die zich op een Mieren in een mierenkolonie die bepaalde manier kunnen gedragen. voedsel verzamelen. Emergent gedrag Het effect dat voortkomt uit het collectieve Een verkeersopstopping als gevolg van gedrag van individuele agenten.. individuele rijpatronen. Iteraties Herhalingen in het model waarin agenten Bij elk tijdsinterval beslissen een nieuwe keuze kunnen maken op basis voetgangers welke richting ze opgaan. van de nieuwe situatie. Variabelen Eigenschappen van de agenten die hun De snelheid van een auto in een gedrag beïnvloeden. verkeersmodel. Reductionisme Het terugbrengen van de waarneembare Het analyseren van de circulatie van wereld tot de meest eenvoudige feiten die water in een eenvoudig watersysteem. nodig zijn voor je onderzoek. Ockham’s Scheermes Wanneer je concurrerende hypothesen hebt, Kiezen voor een theorie dat kies je degene die de minste aannames zwaartekracht een simpele kracht is, in vereist. plaats van een complexe interactie. Demarcatie Het onderscheiden van wetenschap van Astrologie wordt als pseudowetenschap pseudowetenschap. gezien, in tegenstelling tot astronomie. Verificatie Een wetenschappelijke theorie moet Het meten van zwaartekracht om de verifieerbare uitspraken doen. Dit betekent wetten van Newton te bevestigen. dat je deze uitspraken in het echte leven / de natuur moet kunnen waarnemen. Falsificatie Een theorie moet falsificeerbare uitspraken Het voorspellen dat een specifieke doen, bij voorkeur via risicovolle medicatie een ziekte geneest, en dit voorspellingen. Uitspraken moeten mogelijk testen. weerlegd kunnen worden door een empirisch tegenvoorbeeld van je hypothese. Empirisch Waarneembare feiten. Het registreren van de temperatuurstijging van een vloeistof tijdens verwarming. Empirische cyclus Je begint met het observeren van Observeren van vogelmigratie en het verschijnselen. Als je een patroon in je formuleren van een wet daarover.  observaties ziet, vorm je een wet op basis van deze observaties. Dit heet inductie. Een groep samenhangende wetten vormt een theorie. Vanuit de theorie kun je hypotheses afleiden. Je probeert bevestiging voor deze hypotheses te vinden door observatie. Dit brengt je terug naar waar je begon Inductie probleem Hoe kun je algemene uitspraken doen op De vraag hoeveel metingen nodig zijn basis van specifieke observaties? Of, om een natuurwet te bevestigen. simpeler gezegd: hoe vaak moet je de zon zien opkomen voordat je met recht kunt zeggen: De zon komt op in de ochtend? Spel theorie Een model dat het beslissingsproces van Een onderhandelingen simuleren over mensen analyseert. de verdeling van een budget. Rationele agenten In speltheorie wordt aangenomen dat Een koper die probeert de prijs te mensen rationele agenten zijn. Dat wil minimaliseren in een onderhandeling. zeggen dat ze in elk spel proberen hun eigenbelang te maximaliseren. (On) beperkte spellen In beperkte spellen is het altijd rationeel om Een eenmalige veiling versus een in de laatste ronde vals te spelen, terwijl je in herhaalde samenwerking. onbeperkte spellen niet weet wanneer de laatste ronde is en je altijd moet rekening houden met de reactie van de andere partij. Tit-for-Tat / Copycat Een succesvolle strategie in speltheorie die In een herhaalde onderhandelingen zegt: (1) begin met samenwerken, (2) speel eerst eerlijk zijn en daarna de ander vals als de andere partij in de vorige ronde spiegelen. vals speelde, (3) werk samen als een voormalige valsspeler bereidheid toont om samen te werken. Paradigma Een set van instrumenten, concepten, De theorieën en methodes in de metafysische ideeën en methoden die klassieke natuurkunde vóór de tijdens een specifieke tijd en in een kwantummechanica. specifieke discipline als wetenschappelijk worden beschouwd. Structuur van Normale wetenschap → anomalie → crisis → De overgang van Newtoniaanse fysica wetenschappelijke gestalt verschuiving → pre-paradigma → naar de relativiteitstheorie van Einstein. revolutie nieuw paradigma. Normale wetenschap: De periode waarin wetenschappers werken binnen een algemeen aanvaard paradigma. Anomalie: Een waarneming of experiment dat niet verklaard kan worden binnen het bestaande paradigma. Crisis: Wanneer te veel of te belangrijke anomalieën zich opstapelen en het paradigma niet langer als  betrouwbaar wordt gezien. Gestalte verschuiving: Een plotselinge verschuiving in de manier waarop wetenschappers naar de wereld kijken. Dit is vaak geen geleidelijke overgang, maar een soort "aha-moment." Pre-paradigma: Een periode van verwarring en discussie waarin verschillende concurrerende theorieën bestaan. Er is nog geen consensus over wat het nieuwe paradigma zal zijn. Nieuw paradigma: Het nieuwe paradigma wordt algemeen aanvaard en vormt de basis voor normale wetenschap. Kuhns kritiek op Empirische observaties bepalen niet Verschillende theorieën kunnen verificatie en falsificatie eenduidig de geldigheid van een theorie. dezelfde gegevens verklaren, zoals lichtgolven versus lichtdeeltjes. Twee dogma's van (Volgens Quine onjuist) 1. De gedachte dat Het idee dat een woord als "boom" altijd empirisme taal vaststaat en onveranderlijk is en één vaststaand ding beschrijft. duidelijk verbonden is met de waarneembare wereld. 2. De gedachte dat we de waarneembare wereld kunnen onderscheiden van onze gedachten en de realiteit kunnen reduceren tot enkel waarneembare entiteiten. Taal en empirische Omdat de twee dogma's van empirisme realteit volgens Quine onjuist zijn, heeft taal geen Het gebruik van wiskundige modellen duidelijke één-op-één link met objecten in om natuurverschijnselen te beschrijven. de echte wereld. Hij stelt dat taal meer lijkt op een web (of netwerk) dat slechts de randen van de empirische realiteit raakt. Dit betekent dat woorden met elkaar verbonden zijn en samen de manier vormen waarop we de empirische realiteit zien. Een set woorden kan succesvoller zijn in het beschrijven van deze realiteit. Het succes van de taal kan worden getest door wetenschappelijke experimenten.