دليل التعبيرات الأساسية العربية والهولندية PDF

1 2 ‫اﻟﻌﺮﺑﻴﺔ‬ ‫اﻟﻬﻮﻟﻨﺪﻳﺔ‬...

1 2 ‫اﻟﻌﺮﺑﻴﺔ‬ ‫اﻟﻬﻮﻟﻨﺪﻳﺔ‬ ‫اﻟﺘﻌﺎﺑﻴﺮ اﻷﺳﺎﺳﻴﺔ‬ 9 ‐ ‫ا ﻟﻚ‬‫ﺮ‬‫ﺷ‬ - Dank u 10 ‐ ‫ﺮا ﺟﺰﻳﻼ‬‫! ﺷ‬ - Dank u wel ‫اﻟﻌﺮﺑﻴﺔ‬ ‫اﻟﻬﻮﻟﻨﺪﻳﺔ‬ 11 - - Dank je wel ‫اﻟﺘﻌﺎﺑﻴﺮ اﻷﺳﺎﺳﻴﺔ‬ 1 ‐ ‫ﻣﺮﺣﺒﺎ‬ - Hallo! 12 ‐ ‫ ﻣﺴﺎﻋﺪﺗﻚ‬‫ﺮا ﻋﻠ‬‫ﺷ‬ - Bedankt voor uw hulp 2 - - Goedendag 13 ‐ ‫ اﻟﺮﺣﺐ واﻟﺴﻌﺔ‬‫ﻋﻠ‬ - Graag gedaan 3 ‐ ‫ﻣﺴﺎء اﻟﺨﻴﺮ‬ - Goedenavond 14 ‐ ‫ﻧﻌﻢ‬ - Okee 4 ‐ ‫ اﻟﻠﻘﺎء‬‫إﻟ‬ - Tot ziens 15 ‐ ‫ﻣﺎ ﻫﻮ اﻟﺴﻌﺮ ﻣﻦ ﻓﻀﻠﻚِ؟‬ - Hoeveel kost dat? 5 ‐ ‫أراك ﻻﺣﻘﺎ‬ - Tot straks 16 ‐ ‫! ﻣﻌﺬرة‬ - Pardon! 6 ‐ ‫ﻧﻌﻢ‬ - Ja 17 - - Excuseer! 7 ‐‫ﻻ‬ - Nee 18 ‐ ‫ﻻأﻓﻬﻢ‬ - Ik begrijp het niet 8 ‐ ‫! ﻣﻦ ﻓﻀﻠﻚ‬ - Alstublieft 3 4 ‫اﻟﻌﺮﺑﻴﺔ‬ ‫اﻟﻬﻮﻟﻨﺪﻳﺔ‬ ‫اﻟﻌﺮﺑﻴﺔ‬ ‫اﻟﻬﻮﻟﻨﺪﻳﺔ‬ ‫اﻟﺘﻌﺎﺑﻴﺮ اﻷﺳﺎﺳﻴﺔ‬ ‫ﻣﻨﺎﻗﺸﺔ‬ 19 ‐ ‫ﻓﻬﻤﺖ‬ - Ik heb het begrepen 28 ‐ ‫ ﻛﻴﻒ ﺣﺎﻟﻚ ؟‬.‫ﺻﺒﺎح اﻟﺨﻴﺮ‬ - Hallo. Hoe gaat het? 20 ‐ ‫ﻻ أﻋﺮف‬ - Ik weet het niet 29 ‐ ‫ﺮا ﻟﻚ‬‫ أﻧﺎ ﺑﺨﻴﺮ ﺷ‬.‫ﺻﺒﺎح اﻟﺨﻴﺮ‬ - Hallo. Het gaat goed, dank je 21 ‐ ‫ﻣﻤﻨﻮع‬ - Verboden 30 - - Spreek je Nederlands ? 22 ‐ ‫أﻳﻦ اﻟﺤﻤﺎﻣﺎت ﻣﻦ ﻓﻀﻠﻚِ؟‬ - Waar zijn de toiletten, alstublieft? 31 ‐ ‫ أﻧﺎ ﻻ أﺗﺤﺪث اﻟﻬﻮﻟﻨﺪﻳﺔ‬، ‫ﻻ‬ - Nee, ik spreek geen Nederlands 23 ‐ ‫! ﻋﺎم ﺳﻌﻴﺪ‬ - Gelukkig Nieuwjaar! 32 ‐ ‫ﻓﻘﻂ ﻗﻠﻴﻼ‬ - Slechts een klein beetje 24 ‐ ‫! ﻋﻴﺪ ﻣﻴﻼد ﺳﻌﻴﺪ‬ - Gelukkige verjaardag! 33 ‐ ‫ﻣﻦ أي دوﻟﺔ أﺗﻴﺖ ؟‬ - Waar kom je vandaan? 25 ‐ ‫! أﻋﻴﺎد ﺳﻌﻴﺪة‬ - Prettige feesten! 34 ‐ ‫ﻣﺎ ﺟﻨﺴﻴﺘﻚ ؟‬ - Wat is je nationaliteit? 26 ‐ ‫ﻣﺒﺎرك‬ - Gefeliciteerd! 35 ‐ ‫أﻧﺎ إﻧﺠﻠﻴﺰي‬ - Ik ben Engels 27 - - Proficiat! 36 ‐ ‫ ﻫﻨﺎ؟‬‫وأﻧﺖِ ﻫﻞ ﺗﻌﻴﺸﻴﻦ‬ - En jij, woon je hier?  5 6 ‫اﻟﻌﺮﺑﻴﺔ‬ ‫اﻟﻬﻮﻟﻨﺪﻳﺔ‬ ‫اﻟﻌﺮﺑﻴﺔ‬ ‫اﻟﻬﻮﻟﻨﺪﻳﺔ‬ ‫ﻣﻨﺎﻗﺸﺔ‬ ‫ﻣﻨﺎﻗﺸﺔ‬ 37 ‐ ‫ أﻧﺎ أﻋﻴﺶ ﻫﻨﺎ‬،‫ﻧﻌﻢ‬ - Ja, ik woon hier 47 ‐ ‫ﻧﺤﻦ ﻧﻌﻤﻞ ﻫﻨﺎ‬ - Wij werken hier 38 ‐ ‫ ﺳﺎرة وأﻧﺖ‬‫اﻧﺎ اﺳﻤ‬ - Ik heet Sarah, en jij? 48 ‐ ‫ اﻷﻣﺎﻛﻦ اﻟﺠﻴﺪة ﻟﺘﻨﺎول اﻟﻄﻌﺎم؟‬‫ﻣﺎ ﻫ‬ - Wat zijn de goeie plekjes om te eten? 39 ‐ ‫ﺟﻮﻟﻴﺎن‬ - Julien 49 ‐ ‫ﻫﻞ ﻳﻮﺟﺪ ﻣﺘﺤﻒ ﺑﺎﻟﻘﺮب ﻣﻦ ﻫﻨﺎ؟‬ - Is er een museum in de buurt? 40 ‐ ‫ﻣﺎذا ﺗﻔﻌﻞ ﻫﻨﺎ ؟‬ - Wat doe je hier? 50 ‐ ‫ اﻻﺗﺼﺎل ﺑﺎﻹﻧﺘﺮﻧﺖ؟‬‫ﻨﻨ‬‫أﻳﻦ ﻳﻤ‬ - Waar kan ik internetverbinding maken? 41 ‐ ‫ ﻋﻄﻠﺔ‬‫أﻧﺎ ﻓ‬ - Ik ben op vakantie ‫اﻟﺘﻌﻠﻢ‬ 51 ‐ ‫ﺗﺮﻳﺪ أن ﺗﺘﻌﻠﻢ ﺑﻌﺾ اﻟﻤﻔﺮدات؟‬ - Wil je enkele woorden leren? 42 - - Ik ben met vakantie 52 ‐ ‫! ﻧﻌﻢ أواﻓﻖ‬ - Okee! 43 ‐ ‫ ﻋﻄﻠﺔ‬‫ﻧﺤﻦ ﻓ‬ - Wij zijn op vakantie 53 ‐ ‫ ﻫﺬا؟‬‫ﻛﻴﻒ ﺗﺴﻤﻴﻦ‬ - Hoe heet dat? 44 - - Wij zijn met vakantie 54 ‐ ‫اﻧﻬﺎ ﻃﺎوﻟﺔ‬ - Dat is een tafel 45 ‐ ‫ رﺣﻠﺔ ﻋﻤﻞ‬‫أﻧﺎ ﻓ‬ - Ik ben op zakenreis 55 ‐ ‫ ﻫﻞ ﺗﻔﻬﻢ؟‬، ‫ﻃﺎوﻟﺔ‬ - Een tafel, begrijp je? 46 ‐ ‫أﻧﺎ أﻋﻤﻞ ﻫﻨﺎ‬ - Ik werk hier 7 ‫اﻟﻌﺮﺑﻴﺔ‬ ‫اﻟﻬﻮﻟﻨﺪﻳﺔ‬ ‫اﻟﺘﻌﻠﻢ‬ 56 ‐ ‫ﻻأﻓﻬﻢ‬ - Ik begrijp het niet 57 ‐ ِ‫ﻛﺮري ﻣﻦ ﻓﻀﻠﻚ‬ - Kan je dat alsjeblieft herhalen? 58 ‐ ‫ﻞ أﺑﻄﺄ ﻗﻠﻴﻼ؟‬‫ﻨﻚ اﻟﺘﺤﺪث ﺑﺸ‬‫ﻫﻞ ﻳﻤ‬ - Kan je een beetje trager praten, alsjeblieft? 59 ‐ ‫ﻨﻚ ﻛﺘﺎﺑﺘﻬﺎ ﻣﻦ ﻓﻀﻠﻚ؟‬‫ﻫﻞ ﻳﻤ‬ - Zou je dat kunnen opschrijven, alsjeblieft? 60 ‐ ‫ﻓﻬﻤﺖ‬ - Ik heb het begrepen